31.07.2015 Views

Projectplan: lezen voor de lijst

Projectplan: lezen voor de lijst

Projectplan: lezen voor de lijst

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Projectplan</strong>: <strong>lezen</strong> <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong>Theo WitteUniversitair On<strong>de</strong>rwijscentrum GroningenRijksuniversiteit Groningen18 september 2008In dit projectplan wordt een <strong>voor</strong>stel gedaan <strong>voor</strong> <strong>de</strong> ontwikkeling van een nieuwe site <strong>voor</strong> het literatuuron<strong>de</strong>rwijsin Ne<strong>de</strong>rland (bovenbouw havo/vwo) en Vlaan<strong>de</strong>ren (<strong>de</strong>r<strong>de</strong> graad). Hier<strong>voor</strong> zijn twee domeinnamen gereserveerd:www.<strong>lezen</strong><strong>voor</strong><strong>de</strong><strong>lijst</strong>.nl en www.<strong>lezen</strong><strong>voor</strong><strong>de</strong><strong>lijst</strong>.be. De sites bevatten een catalogus van ongeveer 200 titels waarmeeleerlingen hun lees<strong>lijst</strong> <strong>voor</strong> Ne<strong>de</strong>rlands kunnen samenstellen en docenten <strong>de</strong> beschikking krijgen over een letterkundigeen vakdidactische kennisbasis. Een belangrijk uitgangspunt van <strong>de</strong> site is dat <strong>de</strong>ze tegemoet komt aanverschillen<strong>de</strong> niveaus van literaire competentie. Het plan is gebaseerd op enkele aanbevelingen uit het on<strong>de</strong>rzoek vanWitte (2008) naar <strong>de</strong> literaire ontwikkeling van havo- en vwo-leerlingen in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> fase. Het project wordt gesubsidieerddoor <strong>de</strong> Stichting Lezen. De productie is in han<strong>de</strong>n van het Universitair On<strong>de</strong>rwijscentrum Groningenvan <strong>de</strong> Rijksuniversiteit Groningen.<strong>Projectplan</strong> Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (concept) – 18 september 20081


1 Algemene gegevens1.1 Naam aanvragerUniversitair On<strong>de</strong>rwijscentrum Groningen / Rijksuniversiteit Groningen1.2 Naam indienerDr. Theodorus Cornelis Hendrikus (Theo) Wittesenior universitair docent1.3 Adres: Landleven 11.4 Postco<strong>de</strong> en plaats: 9747 AD Groningen1.5 Telefoon- en faxnummerstel 050 – 3636191 (werk)tel 050 – 3132417 (privé)fax 050 – 3636614 (werk)1.7 Datum aanvraag: 1 september 20081.8 Projectnaam: Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong>1.9 Start- en einddatum• fase 1: 1 september 2008 – 1 februari 2009• fase 2: 1 februari 2009 – 1 september 2009• (fase 3: 1 september 2009 – 1 september 2011)<strong>Projectplan</strong> Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (concept) – 18 september 20082


2 Omschrijving project2.1 AanleidingOp het havo en vwo worstelen veel docenten met <strong>de</strong> vraag hoe <strong>de</strong> kloof tussen adolescente leerlingenen literatuur <strong>voor</strong> volwassenen moet wor<strong>de</strong>n overbrugd. Er is weinig bekend over watleerlingen aankunnen en op welke competenties literaire teksten een beroep doen. Bovendienheeft het literatuuron<strong>de</strong>rwijs geen gestructureerd curriculum zodat <strong>de</strong> literaire competentie vanleerlingen niet systematisch wordt ontwikkeld. Ook is ondui<strong>de</strong>lijk welk niveau havo- en vwoleerlingenminimaal zou<strong>de</strong>n moeten bereiken. Tegelijkertijd wordt in het on<strong>de</strong>rwijs <strong>de</strong> noodzaaktot interne differentiatie sterker en wordt er van docenten meer didactisch maatwerk verwacht.Dat is geen sinecure omdat docenten vaak niet weten hoe zij om moeten gaan met <strong>de</strong> nogal groteverschillen die zij in hun klassen aantreffen. Kortom, er ontbreekt een literatuurdidactisch referentieka<strong>de</strong>rwaarmee docenten verschillen tussen leerlingen kunnen herkennen en verschillen<strong>de</strong>fasen in het literaire ontwikkelingsproces kunnen on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n. Ook is er een gebrek aan kennisover welke teksten en leeractiviteiten in verschillen<strong>de</strong> fasen het literaire ontwikkelingsproces stimulerenen welke didactische ingrepen <strong>de</strong> ontwikkeling van literaire competentie bij leerlingenpositief beïnvloe<strong>de</strong>n.Het on<strong>de</strong>rzoek van Witte (2008) naar het literaire ontwikkelingsproces van havo- en vwoleerlingenheeft hierin veran<strong>de</strong>ring gebracht. 1 Een belangrijk resultaat van dit on<strong>de</strong>rzoek is dat ereen literatuurdidactisch instrument is ontwikkeld waarmee docenten zes niveaus van literairecompetentie kunnen on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n en hun boekadviezen en opdrachten beter op een bepaaldniveau af kunnen stemmen waardoor er richting kan wor<strong>de</strong>n gegeven aan het literaire ontwikkelingsprocesvan leerlingen. Inmid<strong>de</strong>ls hebben <strong>de</strong>ze niveaus een formele status gekregen. Decommissie Meijerink heeft <strong>de</strong> niveaubeschrijvingen van Witte overgenomen in <strong>de</strong> zogenoem<strong>de</strong>referentieniveaus van <strong>de</strong> doorlopen<strong>de</strong> leerlijn taal. 2Witte sluit zijn on<strong>de</strong>rzoek af met enkele aanbevelingen <strong>voor</strong> het literatuuron<strong>de</strong>rwijs. Dezeaanbevelingen vormen <strong>de</strong> concrete aanleiding <strong>voor</strong> dit project. De eerste aanbeveling betreft <strong>de</strong>verspreiding van <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzoeksresultaten on<strong>de</strong>r docenten via het internet. De twee<strong>de</strong> aanbevelingis <strong>de</strong> ontwikkeling van een vakdidactische catalogus <strong>voor</strong> het literatuuron<strong>de</strong>rwijs op het internet.De omvang van <strong>de</strong> catalogus moet <strong>voor</strong> docenten en leerlingen te overzien zijn. Gedachtwordt aan ongeveer tweehon<strong>de</strong>rd titels. Elk boek moet wor<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>zien van letterkundige en didactischeinformatie, waaron<strong>de</strong>r <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n van boekspecifieke opdrachten <strong>voor</strong> drie niveaus.Deze informatie moet op het internet <strong>voor</strong> alle docenten toegankelijk zijn. Om <strong>de</strong> catalogus actueelte hou<strong>de</strong>n moeten elk jaar vijf à tien boeken wor<strong>de</strong>n vervangen. De <strong>de</strong>r<strong>de</strong> aanbeveling is <strong>de</strong>catalogus ook <strong>voor</strong> leerlingen toegankelijk te maken, zodat zij <strong>de</strong> beschikking krijgen over een betrouwbareen inspireren<strong>de</strong> gids. Dat betekent dat elk boek moet wor<strong>de</strong>n <strong>voor</strong>zien van informatiedie goed op leerlingen is afgestemd. De vier<strong>de</strong> aanbeveling vloeit hier direct uit <strong>voor</strong>t. De leerlingenzou<strong>de</strong>n regelmatig (ongeveer vier keer per jaar) on<strong>de</strong>r begeleiding van <strong>de</strong> docent een boek uit<strong>de</strong> catalogus moeten kiezen. Belangrijk is dat als zij hun keuze hebben gemaakt makkelijk over <strong>de</strong>gewenste boeken kunnen beschikken. Doordat <strong>de</strong> keuze beperkt is tot tweehon<strong>de</strong>rd titels kunnenschoolmediatheken, openbare bibliotheken en uitgevers van reeksen als Grote <strong>lijst</strong>ers en Pentareeksbeter inspelen op <strong>de</strong> vraag van het on<strong>de</strong>rwijs. Verwacht wordt dat <strong>de</strong> opvolging van <strong>de</strong>zevier aanbevelingen zal lei<strong>de</strong>n tot een aanzienlijke kwaliteitsverbetering van het literatuuron<strong>de</strong>rwijs.1 Witte, T. (2008). Het oog van <strong>de</strong> meester. Een on<strong>de</strong>rzoek naar <strong>de</strong> literaire ontwikkeling van havo- en vwo-leerlingen in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> fase.Stichting Lezen reeks 12. Delft: Eburon.2 Expertgroep doorlopen<strong>de</strong> leerlijnen taal en rekenen (2008). Over <strong>de</strong> drempels met taal en rekenen. Ensche<strong>de</strong>: SLO.<strong>Projectplan</strong> Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (concept) – 18 september 20083


Dat wil zeggen meer vakinhou<strong>de</strong>lijke en -didactische kennis bij docenten, meer leesvoldoening bijverschillen<strong>de</strong> groepen leerlingen en een hoger niveau van literaire competentie.2.2 Uitgangspunten1. Hulpmid<strong>de</strong>l. De site www.<strong>lezen</strong><strong>voor</strong><strong>de</strong><strong>lijst</strong>.nl is een hulpmid<strong>de</strong>l <strong>voor</strong> leerlingen bij <strong>de</strong> boekkeuzeen een vakinhou<strong>de</strong>lijke en vakdidactische kennisbasis <strong>voor</strong> docenten. Het is niet <strong>de</strong> bedoeling<strong>de</strong> catalogus aan scholen <strong>voor</strong> te schijven. Secties Ne<strong>de</strong>rlands kunnen zelf bepalen ofen hoe ze gebruik willen maken van <strong>de</strong> catalogus. Het is niet <strong>de</strong> bedoeling dat <strong>de</strong> site docenttakenals het geven van een passend advies over gaat nemen. In principe moet <strong>de</strong> site bij alleliteratuurmetho<strong>de</strong>n gebruikt kunnen wor<strong>de</strong>n.2. Recht doen aan verschillen. Op <strong>de</strong> site moeten zowel verschillen tussen leerlingen als verschillen<strong>de</strong>fasen in het ontwikkelingsproces voldoen<strong>de</strong> tot hun recht komen. Dat betekent dater zes verschillen<strong>de</strong> niveaus aan bod moeten komen en er rekening gehou<strong>de</strong>n moet wor<strong>de</strong>nmet relevante verschillen tussen leerlingen, zoals jongens en meisjes. Tevens is het van belangdat <strong>de</strong> literaire werken en opdrachten goed bij <strong>de</strong> leerlingen tot hun recht kunnen komen. Hetdoel is dat er goe<strong>de</strong> matches wor<strong>de</strong>n gerealiseerd tussen leerlingen, literaire werken en opdrachten.3. Kwaliteit. Juist in een tijd waarin het internet bijna overloopt van informatie, is het van belangkennis uit verschillen<strong>de</strong> disciplines te bun<strong>de</strong>len en een hoge kwaliteit na te streven. Leerlingenen docenten moeten ervan op aan kunnen dat <strong>de</strong> informatie op <strong>de</strong> site betrouwbaar is. Ditsluit niet uit dat docenten, letterkundigen en an<strong>de</strong>re betrokkenen geen invloed zou<strong>de</strong>n kunnenuitoefenen op <strong>de</strong> inhoud van <strong>de</strong> site. Integen<strong>de</strong>el, dualiteit komt <strong>de</strong> vitaliteit van <strong>de</strong> sitejuist ten goe<strong>de</strong>, maar <strong>de</strong> kwaliteit van <strong>de</strong> informatie moet hoog zijn.4. Eigenaarschap. De inhoud is gebaat bij <strong>de</strong> inbreng van docenten, letterkundigen, didactici eneventueel ook <strong>de</strong> literaire kritiek. Door <strong>de</strong>ze samenwerking wordt het ‘eigenaarschap’ vanverschillen<strong>de</strong> instituten gestimuleerd en krijgt <strong>de</strong> site een breed draagvlak. Een bijkomend<strong>voor</strong><strong>de</strong>el van nauwe samenwerking met letterkundigen is dat leerlingen in aanraking komenmet <strong>de</strong> neerlandistiek, zodat het subdomein ‘oriëntatie op studie en beroep’ uit het examenprogrammaNe<strong>de</strong>rlands hiermee wat meer inhoud kan krijgen.5. Inbed<strong>de</strong>n in bestaan<strong>de</strong> <strong>voor</strong>zieningen. De site <strong>lezen</strong><strong>voor</strong><strong>de</strong><strong>lijst</strong>.nl moet wor<strong>de</strong>n ingebed in sitesmet vergelijkbare doelen, zoals literatuurgeschie<strong>de</strong>nis.nl en entoen.nu (canon van Ne<strong>de</strong>rland).Ook is het van belang aansluiting te zoeken bij instellingen die educatieve diensten verlenenaan het literatuuron<strong>de</strong>rwijs, zoals het Letterkundig Museum, Stichting Schrijver Schoolen Samenleving, School-TV en Teleblik (NOS).2.3 DoelstellingenPrimair:• Bevor<strong>de</strong>ren van <strong>de</strong> ontwikkeling van literaire competentie van álle havo- en vwo-leerlingen.• Implementatie van een literatuurdidactisch instrument waarmee docenten <strong>de</strong> aansluiting kunnenoptimaliseren tussen enerzijds het niveau van <strong>de</strong> leerlingen en an<strong>de</strong>rzijds het niveau van<strong>de</strong> boeken en <strong>de</strong> vragen over <strong>de</strong> boeken.• Versprei<strong>de</strong>n van betrouwbare, gedifferentieer<strong>de</strong> letterkundige en literatuurdidactische kennison<strong>de</strong>r docenten.Secundair:<strong>Projectplan</strong> Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (concept) – 18 september 20084


• Stimuleren van samenwerking tussen <strong>de</strong> neerlandistiek (wetenschap) en het literatuuron<strong>de</strong>rwijs(praktijk). Op termijn (fase 3) ook met instellingen die het literatuuron<strong>de</strong>rwijs on<strong>de</strong>rsteunen,zoals Openbare Bibliotheken, Letterkundige museum, Taalunie en School-TV.• Bijdrage leveren aan het on<strong>de</strong>rzoek naar het leesgedrag van leerlingen.2.4 DoelgroepenDe primaire doelgroepen zijn docenten Ne<strong>de</strong>rlands en leerlingen van <strong>de</strong> bovenbouw van het havoen vwo in Ne<strong>de</strong>rland en later ook leerlingen van <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> graad secundair on<strong>de</strong>rwijs in Vlaan<strong>de</strong>ren.Als er voldoen<strong>de</strong> ervaring met <strong>de</strong> site is opgedaan, dan kan die wor<strong>de</strong>n uitgebreid naaran<strong>de</strong>re doelgroepen in het <strong>voor</strong>tgezet on<strong>de</strong>rwijs (on<strong>de</strong>rbouw, vmbo, twee<strong>de</strong> graad) en naar <strong>de</strong>mo<strong>de</strong>rne vreem<strong>de</strong> talen, zodat uitein<strong>de</strong>lijk het gehele literatuuron<strong>de</strong>rwijs in het <strong>voor</strong>tgezet on<strong>de</strong>rwijsmet <strong>de</strong> site kan wor<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>rsteund. Desgewenst kan het project ook wor<strong>de</strong>n uitgebreidnaar het basison<strong>de</strong>rwijs en het hoger on<strong>de</strong>rwijs, zoals lerarenopleidingen en letterenstudies.2.5 ProjectinhoudDe ontwikkeling van <strong>de</strong> site bestaat uit drie fasen. In <strong>de</strong> eerste fase wordt het project organisatorischen inhou<strong>de</strong>lijk <strong>voor</strong>bereid. De twee<strong>de</strong> fase is <strong>de</strong> ontwerpfase. Hierin wordt <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> met 200titels vastgesteld en het functioneel ontwerp <strong>voor</strong> <strong>de</strong> site gemaakt. In <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> fase wordt <strong>de</strong> site<strong>voor</strong>zien van inhoud.Deze aanvraag betreft <strong>de</strong> eerste twee fasen. Voor <strong>de</strong> <strong>de</strong>r<strong>de</strong> fase zal in 2009 opnieuw een subsidieaanvraagwor<strong>de</strong>n ingediend.Fase 1 <strong>voor</strong>bereiding (tot 1 februari 2009)Opstarten van <strong>de</strong> organisatie. Samenstellen en installeren van <strong>de</strong> redactie en redactieraad. De eerstetaak van <strong>de</strong> redactie is <strong>voor</strong> elk niveau een na<strong>de</strong>r te bepalen aantal titels te nomineren (totaal100?) en een plan te be<strong>de</strong>nken waarmee zoveel mogelijk docenten via het internet bij <strong>de</strong> samenstellingvan <strong>de</strong> catalogus wor<strong>de</strong>n betrokken. Het ein<strong>de</strong> van <strong>de</strong>ze fase wordt gemarkeerd door (1)<strong>de</strong> bekendmaking van <strong>de</strong> site (www.<strong>lezen</strong><strong>voor</strong><strong>de</strong><strong>lijst</strong>.nl) en <strong>de</strong> nominaties aan het on<strong>de</strong>rwijsvel<strong>de</strong>n (2) een oproep aan docenten om op <strong>de</strong> <strong>voor</strong>stellen van <strong>de</strong> redactie te reageren.Fase 2 ontwerpen (van 1 februari tot 1 september 2009)Fase 2 staat in het teken van <strong>de</strong> samenstelling van <strong>de</strong> catalogus en van het ontwerp van <strong>de</strong> sitewww.<strong>lezen</strong><strong>voor</strong><strong>de</strong><strong>lijst</strong>.nl. De catalogus zal bestaan uit 200 titels die naar zes niveaus zijn inge<strong>de</strong>eld.Bij <strong>de</strong> samenstelling zullen docenten wor<strong>de</strong>n betrokken en <strong>de</strong>skundigen wor<strong>de</strong>n geraadpleegd(zie par. 4 projectcommunicatie). Omstreeks 1 mei sluit <strong>de</strong> informatieron<strong>de</strong> waarna <strong>de</strong> redactie<strong>de</strong> catalogus vast zal stellen.Naast <strong>de</strong> samenstelling van <strong>de</strong> catalogus moet <strong>de</strong> redactie in <strong>de</strong>ze fase ook een ‘functioneelontwerp’ maken van <strong>de</strong> site. Dit houdt in dat <strong>voor</strong> elke gebruikersgroep <strong>de</strong> wensen (‘functioneleeisen’) moeten wor<strong>de</strong>n geïnventariseerd. Potentiële gebruikersgroepen zijn: (1) docentenNe<strong>de</strong>rlands, (2) leerlingen (havo en vwo), (3) on<strong>de</strong>rzoekers die via <strong>de</strong>ze site data kunnen verzamelen,(4) redactie. Bij het functioneel ontwerp hoort ook een planning en een projectplan <strong>voor</strong>fase 3. In <strong>de</strong>ze perio<strong>de</strong> moet ook dui<strong>de</strong>lijk wor<strong>de</strong>n of Vlaan<strong>de</strong>ren aan het project wil en kan <strong>de</strong>elnemen,en hoe <strong>de</strong> poëzie een plaats kan krijgen. Voor fase 3 moet opnieuw subsidie wor<strong>de</strong>n aangevraagd.<strong>Projectplan</strong> Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (concept) – 18 september 20085


Begin september 2009 zal <strong>de</strong> site lan<strong>de</strong>lijke bekendheid moeten krijgen. Dan zal <strong>de</strong> <strong>de</strong>finitievecatalogus en een prototype van <strong>de</strong> site wor<strong>de</strong>n gepresenteerd, zodat docenten en leerlingeneen concreet i<strong>de</strong>e krijgen van wat ze in fase 3 kunnen verwachten. Vanaf dat moment kunnendocenten en leerlingen via <strong>de</strong> site <strong>de</strong> catalogus als keuze<strong>lijst</strong> gebruiken.Fase 3 ontwikkelen van <strong>de</strong> inhoud (tot uiterlijk 1 september 2011)In <strong>de</strong>ze fase wordt het plan dat in fase 2 is ontwikkeld uitgevoerd. Waarschijnlijk gaat het om <strong>de</strong>inhou<strong>de</strong>lijke ontwikkeling van <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> functies.De site richt zich hoofdzakelijk op leerlingen en docenten. Daarnaast is <strong>de</strong> site van betekenis<strong>voor</strong> media- en bibliothecarissen en <strong>voor</strong> instellingen die educatieve diensten aan het literatuuron<strong>de</strong>rwijsverlenen.Voor leerlingenDe belangrijkste functies <strong>voor</strong> leerlingen zijn: een betrouwbare en geavanceer<strong>de</strong> gids <strong>voor</strong> <strong>de</strong>boekkeuze, een eigen virtuele bibliotheek en een mid<strong>de</strong>l om met an<strong>de</strong>re leerlingen leeservaringenuit te wisselen.• De boeken zijn inge<strong>de</strong>eld naar niveau. Op basis hiervan kan <strong>de</strong> leerling bepalen welke boekenbij hem passen en welke boeken relatief makkelijk of moeilijk <strong>voor</strong> hem zullen zijn. Leerlingenkunnen ook zien wat er van hen verwacht wordt en hoe ze op een hoger niveau kunnenkomen.• Naast indicaties <strong>voor</strong> <strong>de</strong> moeilijkheid zal per boek <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> informatie wor<strong>de</strong>n verstrekt:- enthousiasmeren<strong>de</strong> beschrijving van <strong>de</strong> inhoud- aanwijzingen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> lezer, bij<strong>voor</strong>beeld: Het duurt even <strong>voor</strong>dat het verhaal op gangkomt, maar als je er eenmaal in zit …- positieve en negatieve leeservaringen van enkele leeftijdgenoten- een paar recensies en een interview met <strong>de</strong> auteur over het boek- links waarmee <strong>de</strong> leerling zich in <strong>de</strong> auteur en <strong>de</strong> achtergron<strong>de</strong>n van het boek kan verdiepen- suggesties <strong>voor</strong> alternatieve boeken (handig als het gewenste boek is uitgeleend)• Leerlingen krijgen een virtuele bibliotheek met boekenkasten <strong>voor</strong> <strong>de</strong> boeken die ze al hebbenge<strong>lezen</strong> en nog willen gaan <strong>lezen</strong>. Technisch is het mogelijk om leerlingen die een vergelijkbareleessmaak hebben met elkaar in contact te brengen.Voor docentenDe belangrijkste functies van <strong>de</strong> site <strong>voor</strong> <strong>de</strong> docent zijn een didactische en letterkundige kennisbasis,een volgsysteem en een forum.• Didactische kennisbasis:- Bij elk boek zullen vragen en opdrachten op meer<strong>de</strong>re niveaus wor<strong>de</strong>n ontworpen, zodatmen bij een boek kan kiezen uit relatief makkelijke, gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> of moeilijke opdrachten.De opdrachten kunnen wor<strong>de</strong>n aangevuld met <strong>voor</strong>beel<strong>de</strong>n van leerlingenwerk.- An<strong>de</strong>rs geor<strong>de</strong>n<strong>de</strong> lees<strong>lijst</strong>en (thematisch, chronologisch, genre).- Informatie over diagnostiek, zoals typologieën van lezers en indicatoren van literaire ontwikkeling.- Informatie over het gebruik van <strong>de</strong> zes niveaus; <strong>voor</strong>- en na<strong>de</strong>len en mogelijke valkuilen.- Informatie over didactische werkvormen en toetsing.- Didactische hulpmid<strong>de</strong>len en praktische tips.• Letterkundige kennisbasis:- Bij elk boek zal een letterkundige toelichting wor<strong>de</strong>n gegeven. Vooral <strong>voor</strong> docenten metweinig ervaring en boekenkennis is het prettig als zij over elk boek betrouwbare letterkundigeinformatie krijgen, zodat ze zich er goed in kunnen verdiepen.<strong>Projectplan</strong> Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (concept) – 18 september 20086


- Ook zal <strong>voor</strong> het literatuuron<strong>de</strong>rwijs relevante, algemene literatuurwetenschappelijkekennis op <strong>de</strong> site beschikbaar wor<strong>de</strong>n gesteld, bij<strong>voor</strong>beeld basale informatie over ‘lage’en ‘hoge’ cultuur, hermeneutiek, het leesproces en literaire ontwikkeling van adolescenten.Daarnaast zal er een lexicon wor<strong>de</strong>n opgenomen waarin belangrijke letterkundige begrippenwor<strong>de</strong>n ge<strong>de</strong>finieerd en toegelicht.• Volgsysteem. De eer<strong>de</strong>r genoem<strong>de</strong> virtuele boekenkast van <strong>de</strong> leerlingen maakt het mogelijkom het leesgedrag en <strong>de</strong> vor<strong>de</strong>ringen van <strong>de</strong> leerlingen te volgen. De kennisbasis en <strong>de</strong> naarniveau inge<strong>de</strong>el<strong>de</strong> catalogus en opdrachten helpen <strong>de</strong> docent bij <strong>de</strong> sturing van het leerproces.• Een forum, tot slot biedt mogelijkhe<strong>de</strong>n <strong>voor</strong> interactie, discussie en uitwisseling met collega’s.Voor media- en bibliothecarissenDe catalogus biedt media- en bibliothecarissen houvast bij <strong>de</strong> samenstelling en up to date hou<strong>de</strong>nvan <strong>de</strong> boekencollectie. Doordat <strong>de</strong> catalogus en niveau-in<strong>de</strong>ling door docenten is samengesteld,kunnen mediatheken en bibliotheken hun diensten goed afstemmen op <strong>de</strong> praktijk van het literatuuron<strong>de</strong>rwijs.Voor (educatieve) instellingenInstellingen als het Letterkundig Museum, <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse On<strong>de</strong>rwijstelevisie, Stichting Lezen,Taalunie en Bulkboek leveren interessante en nuttige diensten aan het literatuuron<strong>de</strong>rwijs. Datgeldt ook <strong>voor</strong> educatieve websites, bij<strong>voor</strong>beeld Literatuurgeschie<strong>de</strong>nis.nl, Literatuurplein.nl enDBNL. Deze instellingen en websites vin<strong>de</strong>n het echter moeilijk om met docenten en leerlingenin contact te komen. Daarnaast kan het moeilijk zijn om <strong>de</strong> dienstverlening goed af te stemmenop <strong>de</strong> behoeften van het on<strong>de</strong>rwijs. Het doel van <strong>de</strong> website Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> is leerlingen, docentenen educatieve dienstverleners samen te brengen. Daarnaast kan <strong>de</strong> catalogus <strong>de</strong>ze instellingenen websites houvast bie<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> keuze van hun diensten. Het is een wens van <strong>de</strong> redactie datalle boeken uit <strong>de</strong> catalogus <strong>voor</strong> leerlingen beschikbaar zijn. Samenstellers van reeksen als Tekstin context, Boektoppers en Grote Lijsters kunnen bij hun boekenaanbod inspelen op <strong>de</strong> catalogus.Eventueel zou<strong>de</strong>n ook het CPNB <strong>voor</strong> mo<strong>de</strong>rne teksten en het Ne<strong>de</strong>rlands Literair Productiefondsof <strong>de</strong> Taalunie <strong>voor</strong> ou<strong>de</strong> teksten een actieve rol kunnen gaan spelen.De inhou<strong>de</strong>lijke en technische vervolmaking van <strong>de</strong> catalogus zou niet meer dan een jaar in beslagmoeten nemen, maar het is <strong>de</strong> vraag of dat haalbaar is. Hier<strong>voor</strong> zullen verschillen<strong>de</strong> specialistenmoeten wor<strong>de</strong>n aangesproken. Ik <strong>de</strong>nk dat docenten we<strong>de</strong>rom via internet passen<strong>de</strong> vragenen opdrachten bij <strong>de</strong> boeken moeten kunnen <strong>voor</strong>stellen (wiki’s?). De letterkundige informatiekan eventueel door stu<strong>de</strong>nten letterkun<strong>de</strong> wor<strong>de</strong>n aangedragen. Belangrijk <strong>voor</strong> <strong>de</strong> docenteninformatieis dat <strong>de</strong> inhoud in didactisch en letterkundig opzicht hoogwaardig is. Dat betekent datop <strong>de</strong> levering van <strong>de</strong> bijdragen door docenten, vakdidactici en letterkundigen een sterke(eind)redactie moet volgen. Voor <strong>de</strong> leerlingeninformatie is het van belang dat <strong>de</strong>ze goed op <strong>de</strong>verschillen<strong>de</strong> niveaus van <strong>de</strong> doelgroep is afgestemd en <strong>de</strong> nieuwsgierigheid prikkelt.Fase 4De catalogus zal zeker in het begin <strong>de</strong> nodige verbeteringen en aanpassingen vergen. Daarnaastmoet <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (twee?)jaarlijks wor<strong>de</strong>n geactualiseerd met (10?) nieuwe titels. De redactie van <strong>de</strong> sitezal dus permanent moeten wor<strong>de</strong>n bemand. Uiteraard moet <strong>de</strong> site ook een permanente host eneen help<strong>de</strong>skfunctie krijgen.In <strong>de</strong>ze fase past ook <strong>de</strong> scholing van <strong>de</strong> docenten. Als bij<strong>voor</strong>beeld <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> wordt ververstmet nieuwe werken, zou<strong>de</strong>n <strong>de</strong> universiteiten al dan niet in samenwerking met <strong>de</strong> vakverenigingmastercourses over die werken kunnen aanbie<strong>de</strong>n.<strong>Projectplan</strong> Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (concept) – 18 september 20087


3. ProjectorganisatieDe productie van het project is in han<strong>de</strong>n van Eline Noorbergen (UOCG). Zij zal leiding gevenaan het gehele proces en <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> activiteiten coördineren. Op <strong>de</strong> redactieverga<strong>de</strong>ringenzal zij optre<strong>de</strong>n als secretaris. De redactie is verantwoor<strong>de</strong>lijk <strong>voor</strong> <strong>de</strong> input van <strong>de</strong> site. De redactiewordt bijgestaan door een redactieraad die <strong>voor</strong>al een adviseren<strong>de</strong> taak heeft. Theo Witte(UOCG) is eindverantwoor<strong>de</strong>lijke.Redactie (10 le<strong>de</strong>n)Naast <strong>de</strong> <strong>voor</strong>zitter en secretaris bestaat <strong>de</strong> redactie uit negen le<strong>de</strong>n. De redactiele<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n oppersoonlijke titel uitgenodigd om aan het project <strong>de</strong>el te nemen. De helft moet werkzaam zijn inhet on<strong>de</strong>rwijs, zodat er voldoen<strong>de</strong> inbreng is uit <strong>de</strong> praktijk. De an<strong>de</strong>re helft van <strong>de</strong> redactie moetwerkzaam zijn als letterkundige. Naast inhou<strong>de</strong>lijke expertise bie<strong>de</strong>n letterkundigen <strong>de</strong> mogelijkheidmasterstu<strong>de</strong>nten in te schakelen <strong>voor</strong> bepaal<strong>de</strong> taken (redactieassistentie, produceren vanopdrachten, bewerken van teksten <strong>voor</strong> het internet etc.). Mogelijke kandidaten <strong>voor</strong> <strong>de</strong> redactiezijn:• Martijn Koek, Keizer Karel College te Amstelveen (of Jeroen Steenbakker, Ludger College teDoetinchem)• André van Dijk, Christelijk Lyceum te Veenendaal)• Cilla Geurtsen, Beyers Naudé Leeuwar<strong>de</strong>n (gymnasium)• Monique Metzemaekers, Hogeland College te Warffum• ??? (gemeng<strong>de</strong> school uit Rotterdam, Amsterdam, Utrecht of Den Haag)• Helma van Lierop-Debrauwer, Universiteit Tilburg (hoogleraar jeugd- en adolescentenliteratuur)• Hubert Slings, KNAW, Universiteit Lei<strong>de</strong>n (secretaris Commissie Ontwikkeling Ne<strong>de</strong>rlandseCanon, en hoofdredacteur Literatuurgeschie<strong>de</strong>nis.nl en Tekst in context)• Lia van Gemert, Universiteit van Amsterdam (historische letterkun<strong>de</strong>, NWO)• Erica van Boven, Rijksuniversiteit Groningen (mo<strong>de</strong>rne letterkun<strong>de</strong>)Redactieraad (8 le<strong>de</strong>n))De raad heeft als taak <strong>de</strong> redactie vanuit verschillen<strong>de</strong> perspectieven, disciplines en belangen teadviseren. Daarnaast kan <strong>de</strong> raad een groot draagvlak mobiliseren. In aanmerking komen:• Frits van Oostrom• Sectie Ne<strong>de</strong>rlands van <strong>de</strong> Vereniging van Leraren Leven<strong>de</strong> Talen• Lan<strong>de</strong>lijke vereniging van neerlandici• Vereniging Openbare Bibliotheken• Literaire kritiek (bijv. Aleid Truijens of Pieter Steinz)• Taalunie: Lin<strong>de</strong> van <strong>de</strong>n Bosch• Stichting Lezen: Dick Schram (on<strong>de</strong>rzoek)• OCenWAdviseursDe redactiele<strong>de</strong>n kunnen verschillen<strong>de</strong> specialisten bena<strong>de</strong>ren <strong>voor</strong> advies. Te <strong>de</strong>nken valt aan:• letterkundigen• docenten• bouwers van educatieve sites• vakdidactici• docenttrainers<strong>Projectplan</strong> Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (concept) – 18 september 20088


• educatieve me<strong>de</strong>werkers van instellingen die zich bezig hou<strong>de</strong>n met <strong>de</strong> promotie van literatuur(Bulkboek, Letterkundig museum, SSS)• schoolboekauteurs4 ProjectcommunicatieInternNaast verga<strong>de</strong>ringen van <strong>de</strong> redactie (4 à 5 x) en <strong>de</strong> redactieraad (1 à 2 x) zal tussen 1 oktober2008 en 1 september 2009 regelmatig overleg plaatsvin<strong>de</strong>n met adviseurs. Het belangrijkstecommunicatiemid<strong>de</strong>l is internet. De redactie zal vermoe<strong>de</strong>lijk gebruik maken van een digitale samenwerkingsomgeving(bijv. SURFgroep), waar ze i<strong>de</strong>eën met elkaar kunnen uitwisselen, gezamenlijkaan documenten kunnen werken enzo<strong>voor</strong>ts.ExternHet project wordt dit najaar aangekondigd op studiedagen waar veel docenten op af komen, zoalsBulkboeks dag van het literatuuron<strong>de</strong>rwijs (7 november) en <strong>de</strong> HSN-conferentie (14 november).Een belangrijk communicatiemid<strong>de</strong>l met het veld is een preversie van <strong>de</strong> sitewww.<strong>lezen</strong><strong>voor</strong><strong>de</strong><strong>lijst</strong>.nl. Deze preversie zal op 30 januari 2009 wor<strong>de</strong>n geïntroduceerd op <strong>de</strong>Dag van Taal, Kunsten en Cultuur te Groningen. Vervolgens zullen an<strong>de</strong>re docenten via <strong>de</strong> VakcommunityNe<strong>de</strong>rlands en het Leven<strong>de</strong> Talen Magazine over <strong>de</strong> site wor<strong>de</strong>n geïnformeerd. Ook zalvia an<strong>de</strong>re wegen wor<strong>de</strong>n geprobeerd (bovenbouw)docenten Ne<strong>de</strong>rlands te bereiken. Een belangrijkdoel is zoveel mogelijk docenten bij <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> site te betrekken. Daartoezullen zij wor<strong>de</strong>n uitgenodigd om over <strong>de</strong> samenstelling van <strong>de</strong> catalogus mee te <strong>de</strong>nken. Van 1februari tot 1 mei kunnen zij kritisch reageren op <strong>de</strong> nominaties van <strong>de</strong> redactie en mogen zij zelfalternatieven aandragen. Deze ‘veldraadpleging’ en <strong>de</strong> raadpleging van <strong>de</strong>skundigen geeft <strong>de</strong> redactievoldoen<strong>de</strong> informatie om een catalogus samen te stellen die kan rekenen op een bre<strong>de</strong>steun. Dit zal in <strong>de</strong> zomer van 2009 zijn beslag krijgen.Begin september zal <strong>de</strong> redactie met <strong>de</strong> catalogus en een prototype van <strong>de</strong> site officieelnaar buiten tre<strong>de</strong>n. Om het project lan<strong>de</strong>lijke uitstraling te geven is het van belang dan ook <strong>de</strong>aandacht van <strong>de</strong> media te trekken. Vanaf dat moment kunnen docenten <strong>de</strong> catalogus gebruikenals boeken<strong>lijst</strong>.In fase 3 zullen docenten opnieuw wor<strong>de</strong>n uitgenodigd om aan <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong>site mee te werken. Dan zal het gaan om het ontwerpen van opdrachten bij <strong>de</strong> boeken. Tegelijkertijdzullen docenten wor<strong>de</strong>n uitgenodigd om mee te werken aan een catalogus <strong>voor</strong> poëzie op<strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> site.5 Effectmeting en evaluatieDe mate waarin docenten en letterkundigen participeren bij <strong>de</strong> ontwikkeling van <strong>de</strong> site is een belangrijkeindicatie van het succes. Dat geldt ook <strong>voor</strong> <strong>de</strong> mate waarin belangrijke instellingen als<strong>de</strong> Taalunie en <strong>de</strong> Lan<strong>de</strong>lijke vereniging van Openbare Bibliotheken dit initiatief on<strong>de</strong>rsteunen.Een graadmeter is ook of we er in slagen <strong>de</strong> aandacht van <strong>de</strong> media te trekken. Maar uitein<strong>de</strong>lijkgaat het er natuurlijk om dat veel docenten en leerlingen dankbaar gebruik zullen maken van <strong>de</strong>zesite.<strong>Projectplan</strong> Lezen <strong>voor</strong> <strong>de</strong> <strong>lijst</strong> (concept) – 18 september 20089

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!