Gouda Waterstad - watererfgoed.nl
Gouda Waterstad - watererfgoed.nl Gouda Waterstad - watererfgoed.nl
In het parkje naast hetSchipperswachtlokaal herinnert eengedenksteen aan die sluis. Er kwameen nieuwe Mallegatsluis, metdaarnaast een monumentalesluiswachterwoning.Ook de havenstad verdwijntIn de achttiende en negentiendeeeuw verdwenen veel industriëlebedrijven bijna geheel uit de stad.Ook daardoor verloor Goudabetekenis als havenstad. Rond1840 had Gouda nog maarweinig eigen scheepvaart.Daarna nam het scheepvaartverkeerweer toe door deopkomst van nieuwe industrieën.DE TURFSINGEL:Industrieel lint van bedrijvigheidSluiswachterwoningIn de buurt van de nieuweMallegatsluis ontstond in dezeventiende eeuw een nieuwhandelscentrum. Turfsingel, Vest enBogen namen daarbij een centraleplaats in.Einde Goudse overslagRond 1700 kozen steeds meerschippers voor een nieuwevaarroute via Delft, Leiden enHaarlem naar het Noorden.Vrachtvervoer via Gouda namsteeds verder af.Alleen schepen met vracht voor deeigen industrie bleven Goudaaandoen. Van de drukkeoverslaghaven bleef weinig over.De Turfsingel en omgeving werdencentra van industriële activiteiten.In haar boek: ‘Op Hoop vanZaken, de industrialisatie vanGouda 1813-1913’ beschrijftBregje de Wit die ontwikkelingaan de Turfsingelgracht.Over de Turfsingelgracht werdeneeuwenlang grote hoeveelhedenbenodigde turf aangevoerd.In de Middeleeuwen werd vrachtvervoerd voor de pijpen- enaardewerkindustrieIn de 17 e eeuw verrezen specialeturfschuren langs de Turfsingelvoor de opslag van dezebrandstof die in de omgeving vanGouda werd gewonnen.22
Na de Franse tijd moest de economieuit een diep dal klimmen. In het beginging dat proces traag. Vooral na 1850werd de industrie langs de Turfsingelverder uitgebreid en gevarieerder.In 1822 begon dat met de vestiging vanbierbrouwerij ‘De Hand’, die het wateruit de Turfsingel gebruikte alsgrondstof. De vestigingsfactorenmoeten wel zeer aantrekkelijk zijngeweest, want de Goudse brouwindustriewas toen al 2 eeuwen overhaar hoogtepunt heen.Van korte duur was de aanwezigheidaan de Turfsingel van een bokkingrokerijrond 1820.Een tras- en verfstoffenmolen,aangedreven door paarden, werd in1834 opgericht en een jaar later alvervangen door een windmolen ‘St.Joseph’, waar ook hennep werdgebeukt. In 1853 is de molen ingerichtvoor het malen van koren en mout. In1896 is deze molen veranderd in eenmachinale krijtmalerij, aangedrevendoor een gasmotor. In 1885 was er eenkleimalerij opgericht met eenstoommachine, in een pakhuis aan deTurfsingel, vlak bij de “ St. Joseph”, meteen spoorbaan naar de Turfsingel. Hetbedrijf is in 1900 verkocht aan A.Vingerling, een houthandelaar die bij destoomkrijtmalerij een uitgebreid houtbewerkingbedrijfbegon, waarin gebruikwerd gemaakt van de stoomkracht uitde krijtmalerij. Waarschijnlijk heeftVingerling later de ‘St. Joseph’geannexeerd.Aan de binnenstadzijde van deTurfsingelgracht, de Vest, stonden in de19 e eeuw de windkorenmolens DeKorenbloem en De Roode Leeuw.Naast De Korenbloem verrees in 1834de windtras- en snuifmolen Het Fortuyn.In 1852 is De Korenbloem ookingericht voor het malen van schorsten behoeve van de leerlooierij.Molen de Roode LeeuwDe Roode Leeuw kreeg in 1904naast wind- ook mechanischeaandrijving.In 1844 breidde Adrianus Jonker zijnpottenfabriek aan de Turfsingel uit.Uit dit familiebedrijf kwam later dePlateelbakkerij Zuid-Holland (1898-1964) voort, die uiteindelijk eenenorm terrein tussen de Raam,Verloren Kost en de Vest zoubeslaan. Een bestaande scheepswerfbij het Buurtje wilde in de jaren40 uitbreiden, maar kreeg twee keergeen vergunning van de gemeente.Deze werf is waarschijnlijk rond 1880opgeheven.Rond 1850 kwam de industrialisatiegoed op gang. Gouda kreeg in 1853een gasfabriek op een terrein tussenVerlorenkost, Nonnenwater, HogeGouwe en Vest.23
- Page 2 and 3: VOORWOORDGouda ligt als een parel i
- Page 4 and 5: Groninger tjalk in Fries landschap4
- Page 6 and 7: dweilen waren mijn werk vanalledag.
- Page 8 and 9: Hoofdstuk 3MuseumhavensEen Museumha
- Page 10 and 11: Vaak is dat een beeld van ruimvijft
- Page 12 and 13: Samen met de LVBHB maken nogenkele
- Page 14 and 15: Varen met motorRond 1920 deed de di
- Page 16 and 17: Hoofdstuk 5Gouda HavenstadHoe ontst
- Page 18 and 19: in karren of op hun rug naar depakh
- Page 20 and 21: ‘Inboorlingen’ van GoudaOoit ge
- Page 24 and 25: Toen in 1913 ten behoeve van deopsl
- Page 26 and 27: Nieuwe vormen van vrachtvervoerTot
- Page 28 and 29: Reclametekenaar Pim Sekerismaakte d
- Page 30 and 31: Hoofdstuk 6Van Gouda Havenstad naar
- Page 32 and 33: Hoofdstuk 7Binnenhavenmuseum Turfsi
- Page 34 and 35: Ambitieuze plannenOp die Open Monum
- Page 36 and 37: Het publiek moest naar de schepenku
- Page 38 and 39: Het ging hierbij ‘om het beheer v
- Page 40 and 41: Van historische haven naarMuseumhav
- Page 42 and 43: In 1923 kreeg de NederlandseVerenig
- Page 44 and 45: Aan de buitenzijde van de loodsplaa
- Page 46 and 47: twee jaar, in de zomermaandenvanuit
- Page 48 and 49: Overzicht toegelaten schepen1990De
- Page 50 and 51: 2000 Viering tienjarig bestaan van
- Page 52 and 53: 90- Ime de Boer90 - JanPieter Janse
- Page 54 and 55: Commissie Bouw Werf/terrein ( 1997
- Page 56: InhoudsopgavePaginaVoorwoord 2Hoofd
Na de Franse tijd moest de economieuit een diep dal klimmen. In het beginging dat proces traag. Vooral na 1850werd de industrie langs de Turfsingelverder uitgebreid en gevarieerder.In 1822 begon dat met de vestiging vanbierbrouwerij ‘De Hand’, die het wateruit de Turfsingel gebruikte alsgrondstof. De vestigingsfactorenmoeten wel zeer aantrekkelijk zijngeweest, want de Goudse brouwindustriewas toen al 2 eeuwen overhaar hoogtepunt heen.Van korte duur was de aanwezigheidaan de Turfsingel van een bokkingrokerijrond 1820.Een tras- en verfstoffenmolen,aangedreven door paarden, werd in1834 opgericht en een jaar later alvervangen door een windmolen ‘St.Joseph’, waar ook hennep werdgebeukt. In 1853 is de molen ingerichtvoor het malen van koren en mout. In1896 is deze molen veranderd in eenmachinale krijtmalerij, aangedrevendoor een gasmotor. In 1885 was er eenkleimalerij opgericht met eenstoommachine, in een pakhuis aan deTurfsingel, vlak bij de “ St. Joseph”, meteen spoorbaan naar de Turfsingel. Hetbedrijf is in 1900 verkocht aan A.Vingerling, een houthandelaar die bij destoomkrijtmalerij een uitgebreid houtbewerkingbedrijfbegon, waarin gebruikwerd gemaakt van de stoomkracht uitde krijtmalerij. Waarschij<strong>nl</strong>ijk heeftVingerling later de ‘St. Joseph’geannexeerd.Aan de binnenstadzijde van deTurfsingelgracht, de Vest, stonden in de19 e eeuw de windkorenmolens DeKorenbloem en De Roode Leeuw.Naast De Korenbloem verrees in 1834de windtras- en snuifmolen Het Fortuyn.In 1852 is De Korenbloem ookingericht voor het malen van schorsten behoeve van de leerlooierij.Molen de Roode LeeuwDe Roode Leeuw kreeg in 1904naast wind- ook mechanischeaandrijving.In 1844 breidde Adrianus Jonker zijnpottenfabriek aan de Turfsingel uit.Uit dit familiebedrijf kwam later dePlateelbakkerij Zuid-Holland (1898-1964) voort, die uiteindelijk eenenorm terrein tussen de Raam,Verloren Kost en de Vest zoubeslaan. Een bestaande scheepswerfbij het Buurtje wilde in de jaren40 uitbreiden, maar kreeg twee keergeen vergunning van de gemeente.Deze werf is waarschij<strong>nl</strong>ijk rond 1880opgeheven.Rond 1850 kwam de industrialisatiegoed op gang. <strong>Gouda</strong> kreeg in 1853een gasfabriek op een terrein tussenVerlorenkost, Nonnenwater, HogeGouwe en Vest.23