VITRUVIUS NUMMER 17 OKTOBER 2011Cultuurhistorisch waardevolle landschappen staan onder druk. Gave cultuurlandschappenzijn schaars en de kwaliteit holt vaak achteruit. Staatsbosbeheer en Natuurmonumentenwerken hard aan beheer en herstel. Het meest kleinschalige beheer in dezegebieden vraagt tijd en geld. Zeker nu beheersubsidie onder druk staat zijn nieuwe samenwerkingsvormennodig. Terreinbeheerders gaan in en met de streek werken aannieuwe ondernemingsvormen. Het Rijk moet haar verantwoordelijkheid nemen: zondereen duurzaam financieringsstelsel is het dweilen met de kraan open. Het landschap isvan ons allemaal, alleen in gezame<strong>nl</strong>ijkheid kunnen we het Nederlandse cultuurlandschapin stand houden.zijn van het historische gebruik en beheer. Meidoornheggendienen in Zuid-Limburg bijvoorbeeldals ecologische verbinding voor bijvoor -beeld sleedoornpage, heggenmus en hazelworm.Ze zijn een belangrijke schakel in het ecologischenetwerk van het gebied.Het vaak kleinschalige en soms zelfs ambachtelijkebeheer in cultuurhistorisch waardevollegebieden vraagt tijd en geld. Soms is er ooksprake van achterstallig onderhoud. Deze herstelopgave,in combinatie met het borgen van het– vaak intensieve – vervolgbeheer is dan ook eenopgave voor de komende tijd. Zeker als we dezegebieden duurzaam in stand willen houden opeen manier die ook recht doet aan de historischewaarden. Het moeten gebieden zijn waar je degeschiedenis kan proeven.2 – Eigendommen van de terreinbeheerders inhet westelijke Heuvelland. Inzet: een tweetal herstelprojecten:het Savelsbos van Staatsbosbeheeren het Noordal van Natuurmonumenten.Voorbeeld Zuid-LimburgZuid-Limburg is een voorbeeld van een cultuurhistorischwaardevol landschap dat, behoudenshet achterstallige onderhoud, plaatselijk goed bewaardis. Het is dan ook niet voor niets begrensdals Nationaal Landschap. In het Zuid-Limburgselandschap is de ontwikkelingsgeschiedenis nogzichtbaar. Het Heuvelland biedt nog aanknopingspuntenvoor talloze verhalen die iets vertellenover de geschiedenis van de streek.Natuurmonumenten beheert al ruim vijftig jaareen aantal prachtige onderdelen van het Zuid-Limburgse cultuurlandschap, Staatsbos beheer ishier al sinds 1950 actief. Een voor Nederland uitzonderlijklandschap, met veel reliëf, landschapselementenen gebouwen die in de rest van hetland niet of nauwelijks voorkomen. Het Zuid-Limburgse landschap wordt al sinds het middenvan de 19e eeuw geroemd om haar schoonheid enkent ook een oude toeristische traditie. En nogsteeds wordt het heuvellandschap hogelijk gewaardeerd:zowel Limburgers als niet-Limbur-31
VITRUVIUS NUMMER 17 OKTOBER 2011gers lopen warm voor het reliëfrijke landschapmet kastelen, vakwerkhuizen en een afwisselingvan beekdalen, meidoornhagen, hoogstamboomgaardenen bossen.Het Zuid-Limburgs cultuurlandschapin historisch perspectiefNet als andere Nederlandse cultuurlandschappenkende het zogenoemde lössontginninge<strong>nl</strong>andschapeen zeer functionele indeling. Alle landschapselementenhadden één of meerdere func -ties, samenhangend met het agrarisch landgebruik:graften bijvoorbeeld hadden een erosiewerendewerking maar leverden ook gebruiks hout.Meidoornhagen gaven perceelsgrenzen aan, maarhielden ook het vee in de percelen. Het intensievegebruik van dit landschap in de 19e eeuw zal vooreen relatief open beeld gezorgd hebben. De plateausen hellingen waren zoveel mogelijk alsakker in gebruik. Op de flauwe hellingen werdende akkers onderbroken door als hakhout beheerdegraften. De steilere gedeelten van de hellingenwaren de hellingbossen te vinden, dieeveneens in hakhoutbeheer waren genomen.De beekdalen kenden afwisselend meer open enbesloten gedeelten, met vooral hooilanden.Rondom de dorpen, met de huiskavels, boomgaardenen hagen, zal dit beslotener zijn geweest.De omschakeling van akkerbouw naar meerveeteelt en een sterke toename van de hoogstamboomgaardeneind 19e- begin 20e eeuw heeft eenbeslotener landschap tot gevolg gehad. Op de3 – Ansichtkaart omgeving Valkenburg, ca. 1950. Het cultuurlandschap nog in gebruik.Mooi te zien is dat hoogstamboomgaarden omgeven waren door heggen en dat deboomgaarden begraasd werden, hier met schapen. VERZAMELING PURMERhellingen maakten akkers plaats voor graslandenen boomgaarden en zorgden ze samen met degraften en meidoornhagen voor een dicht patroonvan landschapselementen.Schaalvergroting, intensivering en ruilverkavelingenna de Tweede Wereldoorlog zorgen voorhet verdwijnen van deze fijnmazige structuur endirecte relatie met het landschap. Het landschapnivelleerde en werd kaler. De voorheen samenhangendepatronen van landschapselementenzijn veranderd in geïsoleerde stukjes van dezelandschapselementen, die losliggend moeilijk tebegrijpen zijn.Aanwezigheid van Staatsbosbeheer enNatuurmonumenten in Zuid-LimburgStaatsbosbeheer en Natuurmonumenten kochtengebieden in dit cultuurlandschap aan vanwege dehoge natuurwaarden die samen hingen met dekleinschaligheid en variatie. Desalniettemin wasde beheerstrategie vaak gericht op extensiveringvan het beheer en, geheel in de tijdgeest, in hetcreëren van grootschalige natuur met veel ruimtevoor natuurlijke processen. Dit speelde vooral inde hellingbossen en in de beekdalen, waar hetvroegere perceelsgewijze beheer werd vervangendoor begrazing op grote schaal. Hans Renes beschrijftdit voor het Geuldal bij Valkenburg.Rond 1900 is dit beekdal vrij intensief maarkleinschalig in agrarisch gebruik, gekenmerktdoor veelal kleine graslandpercelen omgevendoor heggen. In de loop van de 20e eeuw zorgt deintensivering en schaalvergroting van de landbouwvoor verdwijnen van veel landschapselementen.Wanneer natuurbeschermers in detweede helft van de vorige eeuw gebieden in beheerkrijgen, signaleert Renes dat de vanaf daningezette extensivering van beheer heeft gezorgdvoor verruiging en het verdwijnen van het cultuurhistorische,meer agrarische beeld. De menslijkt te verdwijnen uit het landschap (Renes,2000). Toch zijn het juist ook de terreinbeheerdersgeweest die delen van het Zuid-Limburgsecultuurlandschap hebben behoed voor de ondergang.Voorbeelden zijn de schrale kalkgraslandenmet een bijzondere soortenrijkdom, die nu vrijweluitsluitend in natuurgebieden te vinden zijn.Ondanks alle lof en aandacht voor het Zuid-Limburgselandschap (denk bijvoorbeeld aan de4 – Werk in uitvoering: een graft in het Savelsbos, afgezet doorStaatsbosbeheer. De hakhoutstoven op de graft verraden hetvroegere hakhoutbeheer. FOTO: STAATSBOSBEHEER5 – Folder ‘Aktie Geuldal’, 1977. Limburgs Landschapen Natuurmonumenten zamelden metdeze aktie geld in om delen van het Geuldal tekunnen verwerven, inclusief twee watermolensen een vakwerkboerderij. De opbrengsten overtroffende verwachtingen, zodat er twee extrawater molens verworven konden worden.COLLECTIE BIBLIOTHEEK NATUURMONUMENTEN,’S-GRAVELAND32