13.07.2015 Views

Jaarverslag 2004web.indd - Prins Bernhard Cultuurfonds

Jaarverslag 2004web.indd - Prins Bernhard Cultuurfonds

Jaarverslag 2004web.indd - Prins Bernhard Cultuurfonds

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

De organisatie van het <strong>Prins</strong> <strong>Bernhard</strong> <strong>Cultuurfonds</strong> in 2004Stichting <strong>Prins</strong> <strong>Bernhard</strong> <strong>Cultuurfonds</strong>Het <strong>Prins</strong> <strong>Bernhard</strong> <strong>Cultuurfonds</strong> is een stichting, die haar zetel heeft inAmsterdam. Vanuit Amsterdam opereert een kantoor waar subsidieverzoekenworden behandeld met een landelijke oriëntatie. Daarnaast zijn in de twaalfprovincies en drie grote steden afdelingen werkzaam, die aanvragen beoordelenvoor projecten die zich binnen de betreffende regio of stad afspelen.RegentSinds de oprichting in 1940 tot aan zijn overlijden op 1 december 2004is Zijne Koninklijke Hoogheid <strong>Prins</strong> <strong>Bernhard</strong> der Nederlanden Regentvan het <strong>Prins</strong> <strong>Bernhard</strong> <strong>Cultuurfonds</strong> geweest. Zijn particulier secretaris,de heer J.A. Broekhuijsen, trad op als adviseur van het bestuur.BestuurDe Stichting <strong>Prins</strong> <strong>Bernhard</strong> <strong>Cultuurfonds</strong> wordt beheerd door een bestuur,waarin vertegenwoordigers van particuliere organisaties, bedrijfsleven, overheiden politiek zitting hebben. Er wordt gestreefd naar een landelijke spreiding. Hetbestuur bepaalt het beleid van de organisatie. Bestuursleden worden benoemdvoor de tijd van vijf jaar en kunnen eenmaal worden herbenoemd voor dezelfdetermijn. Het bestuur komt ten minste zesmaal per jaar bijeen. Uit zijn middenkiest het bestuur een voorzitter, een vice-voorzitter en een penningmeester, dietezamen het dagelijks bestuur vormen. Het bestuur kan aan het dagelijks bestuurde voorbereiding van de bestuursvergadering, de uitvoering van bestuursbesluitenen het toezicht op het bureau delegeren. Het bestuur is eindverantwoordelijk voorde bestedingen van het activiteitenbudget en voor de uitgaven van het bureau.In 2004 heeft het bestuur zesmaal vergaderd: in februari, april, juni,september, oktober en december. In aanwezigheid van de directiewerd in het bijzonder gesproken over financieel beleid, subsidiebeleid,professionalisering organisatie, eigen inititiatieven en prijzenbeleid.ProfessionaliseringIn 2003 heeft het bestuur naar aanleiding van de keurmerkcriteria van hetCentraal Bureau Fondsenwerving (cbf) en de aanbevelingen van de adviesraadCultural Governance besloten een inventariserend onderzoek te latenuitvoeren naar de toekomstige organisatiestructuur en werkwijze van het<strong>Prins</strong> <strong>Bernhard</strong> <strong>Cultuurfonds</strong>. Dit onderzoek heeft in januari 2004 geresulteerdin het rapport Vooronderzoek Toekomstverkenningen <strong>Cultuurfonds</strong>.Uit deze eerste analyse kwamen een paar essentiële punten naar voren, die ookrichtinggevend zijn voor de oplossingen. Door de huidige veelvormigheid vande organisatie blijkt het lastig te zijn om als een geheel naar buiten te treden.Beseft moet worden dat de sterke formule van het <strong>Cultuurfonds</strong> aan krachtinboet wanneer het landelijk fonds en de afdelingen niet als één fonds opereren.Het optreden als één gezamenlijk fonds heeft de komende jaren de hoogsteprioriteit. Daarbij horen ook de eisen die het cbf en Cultural Governance stellenaan de transparantie en de professionaliteit van het <strong>Cultuurfonds</strong>. Een anderaandachtspunt is de kostenhuishouding. De heersende regels in de charitasmarktstellen uitdrukkelijk eisen ten aanzien van de kosten voor verwerving enbesteding van (publieke) fondsen. Afgezien daarvan wil het <strong>Cultuurfonds</strong> ookzelf toezien op de kosten die het maakt en deze waar mogelijk beperken.In 2004 heeft het bestuur als vervolg op dit vooronderzoek de Stuurgroep Professionaliseringingesteld. Deze stuurgroep kreeg de opdracht een definitief scenario op testellen om de werkwijze en de organisatiestructuur van het <strong>Cultuurfonds</strong> te verbeterenen te stroomlijnen. De wens tot verdere professionalisering komt voort uit:– De toenemende concurrentie binnen de charitatieve markt, onderandere door de mogelijke herziening van het kansspelbeleidDe belangrijkste speerpunt voor de komende jaren is het zoeken naar aanvullendefinanciële middelen voor het subsidiebudget, dat onder druk staat. Het fonds ziet zichgeconfronteerd met een mogelijke herziening van het kansspelbeleid, een toenemendeconcurrentie binnen de charitatieve markt, een zeer lage spontane naamsbekendheiden een vergrijzend donateursbestand. Het <strong>Cultuurfonds</strong> moet zijn fondsenwervingintensiveren om zijn huidige niveau van subsidieverstrekking te kunnen handhaven.Dit betekent dat het fonds de naamsbekendheid en zichtbaarheid moet vergroten.– De maatschappelijke ontwikkelingen op het gebied van transparantieen efficiëntie in het kader van Cultural Governance en dekeurmerkregels van het Centraal Bureau FondsenwervingOm de naamsbekendheid en zichtbaarheid van het <strong>Cultuurfonds</strong> te vergroten ishet van groot belang dat het fonds onder een duidelijke naam en een herkenbaarbeeldmerk opereert. Conform de eis van het Centraal Bureau Fondsenwerving(cbf) dient bij fondsenwervende activiteiten steeds helder te zijn welkeorganisatie voor de werving verantwoordelijk is en of er sprake is van een doorhet cbf erkend goed doel. Dit betekent dat het landelijk fonds en de afdelingenals één fonds moeten opereren. Het moet helder zijn dat de Anjercollectesgehouden worden ten behoeve van het <strong>Cultuurfonds</strong> en dat de afdelingen enhet landelijk fonds gezamenlijk één en hetzelfde <strong>Cultuurfonds</strong> vormen.– De wens om het verkeer tussen het landelijk fonds en de afdelingen te versterkenHet <strong>Prins</strong> <strong>Bernhard</strong> <strong>Cultuurfonds</strong> is een uniek fonds. Naast een landelijk fonds kenthet <strong>Cultuurfonds</strong> vijftien regionale afdelingen met een eigen afdelingsbestuur. Ditvraagt om een goede communicatie op bestuurlijk niveau en in de uitvoering.De Stuurgroep heeft in 2004 in samenwerking met de afdelingen en het landelijkbureau gewerkt aan het opstellen van een blauwdruk voor de toekomst. Deeindrapportage zal begin 2005 worden aangeboden aan het bestuur, waarnade implementatie van het plan is voorzien voor de zomer van 2005.De Stuurgroep Professionalisering bestaat uit jhr. mr. S.E. Beelaerts vanBlokland (lid landelijk bestuur), voorzitter; dr. H.J. van der Molen (lid landelijkbestuur), vice-voorzitter; mr. F.A. Tromp (bestuurslid afdeling Rotterdam); mr.B. Staal (voorzitter afdeling Utrecht); mr. J. Scheepers (vice-voorzitter afdeling40 41

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!