influent <strong>het</strong> verzamelde, ongezuiverde afvalwaterdat bij een rioolwater zuiveringsinstallatie wordtaangebodeninfrastructuur inrichtingselementen v openbaarnut, mn verbindingeninfusoriënaarde diatomeeënaardeingel hoek *winkel (E: angle)ingen toebehorend aan (achtervoegsel bij plaatsnamen)@L: a;umingh (Betuwe) esingeland eigenaar, huurder of gebruiker <strong>van</strong> landof gebouw(en) in <strong>het</strong> beheersgebied v/e waterschapingraving defensieve omwallinginhalen aandempen, plempen of uitgezakte slootgrondophaleninham 1 een i/h land springend gedeelte v/e zee,meer, rivier of groot water, kleine bocht of baai•zeeboezem, hop. wijkje, zeegat; 2 binnenwaartsebocht ihainheems i<strong>nl</strong>andsinkeer draai i/e straat, plaats waar de weg eenbocht maaktinklinking grondmechanisch proces waarbij eenbodemlaag wordt verdicht en samengedrukt agvzijn eigen gewicht, bv door vermindering v/dwaterspanning bij ontwatering «s"zakkinginkomeling immigranti<strong>nl</strong>aag (Zld) stuk uitgegraven land tussen eenzeedijk en binnenwaarts aangelegde versterkendedijk, vaak een zodanig diepe aardhaling datpoelen ontstaan zijn en voor wadvogels alshoogwatervluchtplaats fungeert 'kuip. vingerlingcS'karreveldi<strong>nl</strong>aagdijk binnenwaarts v/e zeedijk aangelegdedijk ter beveiliging *zorgdijk. oplage, vijfzoden,waardijkinpoldering land of water tot een polder maken,zowel <strong>het</strong> bedijken v oudland als buitendijksegrond ^droogmakerij, indijkinginscharen 1 vee 1 d gemene weidegronden brengen;2 binnenwaarts afnemen v d oever door dewerking v d stroominsete (Zld) extra aangelegde dijk achter zwakzeewerend dijk(vak) *i<strong>nl</strong>aag(dijk)inspoelingslaag een karakteristiek bodemhorizont"bankinslagkrater restant v e bomtrechter uit de WO-II, vooral op strategisch plaatsen langs oudeverbindingswegen, dijken en spoorbanen, ofwillekeurig over <strong>het</strong> land bezaaid door ontdoenv bomme<strong>nl</strong>ast v e aangeschoten vliegtuig *bomtrechterinsteekhaven kleine haven gevormd door eenzijtak v/e kanaal, bv op een fabrieksterrein waarschepen evt langdurig kunnen afmeren [aakvlaai< insteekhaven]insteken / grond ontginnen door scheuren ofomploegen; 2 aan<strong>van</strong>gen te verveneninstort ineenvallen, invalintocht poldersloot die op een molensloot uitkomtinudatie linie met militair strategische onderwaterzettingals middel ter verdediging v/h achterliggendlandsgebied. De diepte bedroeg zo'n 70cm; te diep om te doorwaden, en te ondiep omte doorvareninvalsweg stadsstraten die een directe verbindinggeven met de grote rijkswegen buiten de bebouwdekominverdan (Zaanstreek) verdichtingswijze v/dbebouwing loodrecht op de hoofdrichting vdlintbebouwing langs vaarwegeninversie omkering v/e bepaalde (verticaal aanwezige)gradiënt bv temperatuur <strong>van</strong> luchtlagen,reliëf <strong>van</strong> <strong>landschap</strong>peninversie<strong>landschap</strong> (Zld) gebied waar door klinkverschil<strong>het</strong> oorspronkelijk natuurlijke reliëfgeheel is omgekeerd (kreekrug / poelgrond)invlot <strong>het</strong> vloeien der rivieren naar zee. uitwateringinwater binnenwaterinzijging <strong>het</strong> in neerwaartse richting bewegen vgrondwater (die elders weer als kwel tevoorschijnkan komen) in hogere zandgronden ofkunstmatig door polderbemalinginzinking depressie, bekken, komirreversibel de onomkeerheid v aardkundigeprocessen, bv rijping v/d bodem (fysisch),inkoling (chemisch)irrigatie bewatering of kunstmatige aanvoer enverdeling <strong>van</strong> water en toediening aan land terbevordering v/d gewasgroei, te onderscheiden invier hoofdvormen: bevloeiing, infiltratie viawaterdrains, beregening, en druppelirngatieiso(potentiaal)lijnen lijn met een gelijke waarde<strong>van</strong> een of ander variabele (hypse, therme,bare), loodrecht op de gradiënt staandisoglosse lijn die een gebied begrenst waarbinneneen bepaald taaiverschijnsel voorkomtisolement afzondering, afgescheidenistmus smalle landrug tussen twee zeeën *landengte.corridor, halsyde «ideyle eiland @Fr: ile50
jaagpad pad langs een trekvaart voor paarden omschuiten te trekken, met jaagpalen of rollebanenin de binnenbochten *lienepad. trekpad. tragel, treilpadjaarboek almanak, agendajaartelling gerekend voor 1950. vermeld als BP(before present)jacht <strong>het</strong> opsporen, bemachtigen of doden ofpogingen daartoe <strong>van</strong> in Nld voorkomendedieren die voor afschot gedurende een bepaaldeperiode zijn vrijgegeven (recreatie, beargumenteerdals handhaving v/d wildstand. tgv behessen(verjagen) *wei(d)spel, venatorisehjachtdomein "voorst, vroon, byl. bil. bele. breugeljachtgebied terrein aldanmet speciaal ingerichtvoor bejaging <strong>van</strong> wild "jachtveld, jachtgrond. geheel,vroongrond. loerplein. warande, wildbaan. voorst, revierjachtmethode banjerjacht (langs rietvelden varen eneenden schieten die daaruit opvliegen); bersen (besluipen<strong>van</strong> wild met speurhonden, wordt niet meer gedaan omdatwild te schuw geworden is); bladjacht (lokjacht op reeënmet een speciale lokfluit); b0UVV]acht (met temer vos uithol jagen of vos uitdrijven); fretteren (met fret konijnenuit hol jagen); ketel|acht (kringsgewijs insnoeren vhazen, soort drijfjacht); klopjacht (opdrijven <strong>van</strong> wilddoor met stok in struweel te slaan, soort drijfjacht); lappenjacht(hazejacht in afgeperkt terrein); lokjacht(dieren trekken met tamme, afgerichte soortgenoten);OOgSten (schieten <strong>van</strong> dieren, mn trekvogels, waarvoormen bepaaldelijk niet heeft gezaaid); poten (kweekuitzetten); slipjacht (kunstmatige vossejacht); <strong>van</strong>gjacht(zonder dat geschoten wordt, ook wel lange jacht); weispelof geheet (jacht met havik of slechtvalk); parforcejacht(uitputtende drijfjacht); punten (eendenjacht<strong>van</strong>uit punterbootje); slipjacht (achtervolging <strong>van</strong> reukspoor);sluipjacht :verrassingstactiek): Stallen (lonkjacht)jachtopziener wildbeheerder *koddebeier. houtvester.wildschutjachtstoel plaats waar een jager of weidman <strong>het</strong>Wild afwacht *kansel. hoogzit, rietschutjachtveld terrein dat wettelijk bejaagd mag wordenjagen ketsenjager wei(d)manjaknikker bovengrondse oliepompjarde 1 (Frl) gaarde, tuin (rav: |arren); 2 lengteenoppervlaktemaatjasker (Frl) kleine poldermolen, ookwel bokjasker.paal jasker (t jasker) «"windmolenjat (Gr) straat *gasjegenode egenodejerde lengte- en oppervlaktemaat «s-roedejet (Frl) kolkgat *ju. wieljockinge waterpalen om stroming te breken •jukking,paalhoofdjocweg landweg voor paarden en ossenspannen"jukwegjoon drijvend tonnetje met een stok als baken ineen vaarwater, mn zulk een baken op ds beugom de ligging daar<strong>van</strong> aan te wijzen *breel, bakenjubet galgjuffer kabbeling i/h zeewater bij ebstroom *rafelingjuk oppervlaktemaat, zoveel als met een jukossen in één dag kon worden geploegd, zo'n 1/2hajukking jockingejukweg jocwegjumelage <strong>het</strong> aangaan en onderhouden v vriendschappelijkebetrekkingen tussen twee instellingen,vooral steden en gemeenten uit verschillende landen mn binnen Europa, vgl mater •koppelgemeente,partnergemeentejurisdictie bangebied v/e stad, vroeger 100 roedenen later nog eens 1000 roeden extra (totaal 4136m)51