lexicon van het nederlandse landschap - Voetvanoudheusden.nl
lexicon van het nederlandse landschap - Voetvanoudheusden.nl lexicon van het nederlandse landschap - Voetvanoudheusden.nl
Hhaaf bergwind *heeft. hevehaaft zware kleigrond *klijt. spier @G: haftaz 'samenhangend'haag / heg of hetrung tot bescherming of afpalingv/e stuk land, bestaand uit geschoord kreupelhoutof doornig struikgewas, vgl tuin (doodhout)@O: hagan; 2 stuk land dat door een haagomgeven is, vaak als jachtgebied; j tas v ongebakkenstenen, zo opgebouwd dat de winderdoor kan spelenhaagkade kade loodrecht op de achterkade aansluitend,ter voorkomeing v h vollopen v edijkput bij doorbraak v e achterkadehaagt onderaardse gang *aachte. hagedochtehaai schuine hoek of strook land *geer. bocht, sniephaaiman 1 (ZHld) begroeide zandgrond tussenduinen; 2 (Zld) verhoogde omringing (doorkade, dijk of duin), zijnde schotvrij minderwaardigland *haaygemethaak 1 zandplaat in zee "grond; 2 zandige landtongachter een uitstekende punt v/d kust door zandtransportv stromingen evenwijdig ad kust«"haakvvalhaakstelling militaire stelling die aanleunt tegeneen natuurlijke dekking en meestal een haakvormthaakwal een i/h water eindigende strandwal meteen omgebogen uiteinde dat ï d richting v/h landwijst (soms met duinvorrrung). kan bij verdereontwikkeling i e schoorwal overgaan [haak
elemmert infiltreren v smelt- en regenwater•hel; 2 landhuis waar recht gesproken werdhalen 1 (VI) golvend heuvelland @G: halhum; 2afgelegen nederzettinghalfer (Z-Lb) pachtboer «"bagèrenhalftij gemiddelde hoogte v/h hoog- en laagwaterhalf-verharde weg weg die een doorlatendestructuurloze verharding heeft v betrekkelijknatuurlijk materiaal (puin, grind)halfwinning verpachting v/d landerijen voor dehelft (soms ook voor 1/3) v/d opbrengsthaling 1 trekking of zuigmg die golvend water(windrukken, scheepvaart) uitoefend; 2 (M-Nld)benaming voor stukken gedeeld land *hadelhalige sloot sloot waarvan de aangrenzendeeigenaren elk de helft bezitten en voor onderhouddienen te zorgenhalle bocht in of uitloper v/e heuvelrug @G: halhahallehuis boerderijtype *ios hoeshalling (Dr) walletje met vergraven veen alswaterkenng tussen twee veenputten *veendijkhalmer (NHld) grenssloot tussen twee stukkenland "heiningssloot, halmoerhalo 1 lichtknng rond een lichtbron (zon ofmaan) als deze door een nevel schijnt; 2 samenvattendenaam voor alle i/d atmosfeer voorkomendeoptische verschijnselen, veroorzaaktdoor breking v/h licht in en weerkaatsing tegenop grote hoogte zwevende ijskristallenhalon (Kempen) hoek, schuilplaats of afgelegenoord *danhals (land)engte of nauwte *istmushalsinsnoering binnenbocht afsnijding door hetmeanderproces v/e rivierham / hoek aangeslibd land, landtong die uitsteekti/e laag terrein; 2 a/h water gelegen weilandof landhoek a/e rivier *hem. schierweide; 3met houtgewas begroeide waard "griend; 4 dorpsgemeente*hontschaphamei 1 slagboom of sluitboom; 2 hekwerk vooreen brug die toegang geeft tot een pont v/e stadof vesting; 3 traliehek dat de ingang v/e buitenplaatsof voornaam boerenerf afsluithameibrug wipbrug of ophaalbrughameide (M-Nld) gehucht @G: haima 'woonplaats'hameringe (Zld) loskade *amer. lastasehamrik (Gr Frl) oorspronkelijk het ondergelopengrasland buiten de wierde, later een soortdorpsmarke aangevend *hammerik. hemelrijkhan rivierlushandelsplaats koopstadhandelsplein marktplaats in steden *briei. megen.vittehandgemaal grondstuk of stamgoed dat a/d schepenbaarvrijen toebehoordhangwater zwevend, capillair vocht, dat metbeïnvloed wordt door de grondwaterfluctuatieshank / (Ov'Gld) bedding v/e dode nvierarm,dikwijls door bochtafsnijding ontstaan, i/h winterbedV/e bovennvier *kil. kreek, strang. hoefijzermeer;2 buitendijks gelegen kolk of plas *ankhanzeweg handelsweg uit de 14e eeuw tussendiverse hanzestedenhaps omheind veld of stuk land dat i/e hoekgelegen is *haspharde 1 bergwoud; 2 onbebouwd land, heide; 3plek m/e vastere bodem dan de omgevinghare scherpe wind, doordringende koudeharn (O-Nld) pies «"gierharskamp paardenkampharst 1 bovenste laagje sneeuw dat langzameihandtot ijs geworden is; 2 (Frl) zandplaat *horsthasp hapshatinge beschadiging a/e dijk *blesdijkhave *eigendom, goederenhavelinge «s-avelinghaven aanlegplaats, ligplaats en wijkplaats vschepen tegen storm en ijsgang. Open havensstaan direct in contact met het buitenwater enkunnen daardoor wisselende waterstanden hebben,gesloten havens zijn juist afgesloten doorsluisdeuren of een schutsluis. Verder zijn er deniet-commerciële havens (marinehavens: DenHelder, vroeger Hellevoetssluis)havengetal getal dat het uur v hoogwater v/ebepaalde plaats aangeeft (het gemiddelde tijdsintervaltussen de doorgang v/d maan en het eerstvolgend hoog- of laagwater)havenhoofd zware houten of stenen dam terweerszijden v/d mond v/e haven, tegen verzandingv/d buitenkom en bescherming tegen golfslaghaventijd tijdsverschil voor een bepaalde plaatstussen de hoogste waterstand en de doorgangv/d zon of maan door de meridiaanhavenzate ondiepte i/e havenhavezate (Dr/Ov) boerderij die zich tot riddergoedontwikkeld heeft *ridderhofstedehazekuil schuilplaats v/e haas *kuit. leger. polk. pothecht uitstekend voorwerp onder water waaraanmen vast kan blijven hechten, bv scheepswrak,boomstam *heft. struikhechtwater adhesiewaterhectare landsmaat *tmnderhede 1 (Frl) haven, ankerplaats *hee. rede. reen; 2(NBr/ZHld) riet of zeggehee / ankerplaats «"hede; 2 vlasafval *spijtheede (VI) onvruchtbare streek met heidebegroeiïngheegswal (Frl) kwelderwal *hefswai43
- Page 1 and 2: LEXICONVAN HETNEDERLANDSE LANDSCHAP
- Page 3 and 4: Aaa (Dr Gld NBr) natuurlijke afwate
- Page 5 and 6: aardgracht (schei)sloot tussen twee
- Page 7 and 8: afrit helling of glooiing waarlangs
- Page 9 and 10: aquaduct (NBr) watergang voor turfv
- Page 11 and 12: in klei. ploegzool bij akker, ijzer
- Page 13 and 14: enedenzon zonbeeld onder het horizo
- Page 15 and 16: iogeografie leer v d verspreiding v
- Page 17 and 18: oetgading landsehapsgencht waarin o
- Page 19 and 20: oveeg (Z-Nld) boven de weg gelegen
- Page 21 and 22: uitendijken door het• binnenwaart
- Page 23 and 24: te kunnen repareren zonder het schi
- Page 25 and 26: Ddaak door een waterloop aangespoel
- Page 27 and 28: dichtslempen het zich vast aaneensl
- Page 29 and 30: draap zandhoogte of rug op de bodem
- Page 31 and 32: ijmengmg v fosforwaterstof (bij luc
- Page 33 and 34: els (Biesbosch) -kreekelu geel. vaa
- Page 35 and 36: faan (Gr) *veenface de naar de aanv
- Page 37 and 38: ga (Frl) dorpsgebied of landstreek,
- Page 39 and 40: geschulpte laag bij rijsbossen: met
- Page 41 and 42: ak milieu (zie aanslibbing) en rela
- Page 43: grondverbetering beëming. bemestin
- Page 47 and 48: hel / bevroren plek i/d grond *hal;
- Page 49 and 50: hoofdsteen / hoeksteen als bescherm
- Page 51 and 52: ide ankerplaats of aanlegplaats voo
- Page 53 and 54: jaagpad pad langs een trekvaart voo
- Page 55 and 56: kame vlaksnewijze smeltwaterafzetti
- Page 57 and 58: kielsponning ingraving v zo'n 30 cm
- Page 59 and 60: kluis / (Utr) werfkelder langs grac
- Page 61 and 62: neerslag. De neerslag is dikwijls k
- Page 63 and 64: kruisland (Zld/NBr) landstuk door g
- Page 65 and 66: Llaadplaats aan de oever gelegen la
- Page 67 and 68: leek (Frl) beekje *iekleem / kleiac
- Page 69 and 70: looierskuil kuil waarin de huiden v
- Page 71 and 72: Mmaaidag oppen laktemaat, volgens d
- Page 73 and 74: mennegat landweg (over het land v a
- Page 75 and 76: molenwerf matmoles (Ov/Gld) stenen
- Page 77 and 78: Nnaakt / kaal of onbegroeid terrein
- Page 79 and 80: noodweg notwegnoord windrichting, h
- Page 81 and 82: omloop / tijdsverschil in bosbouw t
- Page 83 and 84: opdriebomen opmetenopdrijven met de
- Page 85 and 86: slepen, ten tijde voor ingebruiknam
- Page 87 and 88: parelbliksem zeldzame vorm v blikse
- Page 89 and 90: plat / platkaart: kaartprojectie vo
- Page 91 and 92: pseudo-asar dekzandrug die grote ui
- Page 93 and 94: ecognitie betaling voor gebruik v/e
Hhaaf bergwind *heeft. hevehaaft zware kleigrond *klijt. spier @G: haftaz 'samenhangend'haag / heg of <strong>het</strong>rung tot bescherming of afpalingv/e stuk land, bestaand uit geschoord kreupelhoutof doornig struikgewas, vgl tuin (doodhout)@O: hagan; 2 stuk land dat door een haagomgeven is, vaak als jachtgebied; j tas v ongebakkenstenen, zo opgebouwd dat de winderdoor kan spelenhaagkade kade loodrecht op de achterkade aansluitend,ter voorkomeing v h vollopen v edijkput bij doorbraak v e achterkadehaagt onderaardse gang *aachte. hagedochtehaai schuine hoek of strook land *geer. bocht, sniephaaiman 1 (ZHld) begroeide zandgrond tussenduinen; 2 (Zld) verhoogde omringing (doorkade, dijk of duin), zijnde schotvrij minderwaardigland *haaygemethaak 1 zandplaat in zee "grond; 2 zandige landtongachter een uitstekende punt v/d kust door zandtransportv stromingen evenwijdig ad kust«"haakvvalhaakstelling militaire stelling die aa<strong>nl</strong>eunt tegeneen natuurlijke dekking en meestal een haakvormthaakwal een i/h water eindigende strandwal meteen omgebogen uiteinde dat ï d richting v/h landwijst (soms met duinvorrrung). kan bij verdereontwikkeling i e schoorwal overgaan [haak