13.07.2015 Views

Notulen 20 december 2012 - Gemeente Roermond

Notulen 20 december 2012 - Gemeente Roermond

Notulen 20 december 2012 - Gemeente Roermond

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

INDEX VOOR DE RAADSVERGADERING VAN <strong>20</strong> DECEMBER <strong>20</strong>121. Opening en trekking stemmingsnummer.............................................................................................4142. Vaststellen van de agenda. .................................................................................................................4143. <strong>Notulen</strong> van de openbare raadsvergaderingen van 22 en 25 oktober en 8 november <strong>20</strong>12. ..............4144. Ingekomen stukken. ............................................................................................................................4145. Beëdiging nieuw raadslid. ...................................................................................................................4156. Benoeming van de heer L. Haarsma tot nieuw extern lid van de Rekenkamercommissie (raadsvoorstelno. <strong>20</strong>12/109/1)......................................................................................................................416___Hamerstukken____7. Voorstel van het college tot vaststelling van de planning- en controlcyclus (raadsvoorstel no.<strong>20</strong>12/078/1). ........................................................................................................................................4178. Voorstel van het college om de financiële consequenties van de septembercirculaire <strong>20</strong>12 in debegroting te verwerken (raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/088/1) ......................................................................4179. Voorstel van het college toe te treden tot de gemeenschappelijke regeling Belastingsamenwerking<strong>Gemeente</strong>n en Waterschappen (raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/099/1) .................................................41710. Voorstel van het college om over te gaan tot vaststelling van de 1e wijziging van de Verordeningonroerende-zaakbelastingen <strong>20</strong>13 (raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/096/1).............................................41711. Voorstel van het Auditcomité tot vaststelling van het controleprotocol jaarrekening <strong>20</strong>12 (raadsvoorstelno. <strong>20</strong>12/101/1)......................................................................................................................41712. Voorstel van het college om het bestemmingsplan Terbaanseweg 27a vast te stellen (raadsvoorstelno. <strong>20</strong>12/102/1)......................................................................................................................41713. Voorstel van het college om de evaluatie van de Blauwe Zone vast te stellen (raadsvoorstel no.<strong>20</strong>12/091/1) .........................................................................................................................................41714. Voorstel van het college om de marktverordening gemeente <strong>Roermond</strong> <strong>20</strong>12 vast te stellen(raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/097/1) ...........................................................................................................41717. Voorstel van het college tot vaststelling van de Verordening Gewijzigde Wet inburgering gemeente<strong>Roermond</strong> (raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/093/1).............................................................................417____Bespreekstukken____15. Voorstel van het college om de conclusies en aanbevelingen uit het rapport van de RKC over tenemen (raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/015/1)................................................................................................41816. Voorstel van het college tot vaststelling van de Regionale visienota werken naar vermogen inMidden-Limburg (raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/077/1).................................................................................42318. Voorstel van het college om het bestemmingsplan Asseltsestraat 40 vast te stellen (raadsvoorstelno. <strong>20</strong>12/092/1).............................................................................................................................42719. Voorstel van het college om een gedeelte van de Molenweg aan het openbaar verkeer te onttrekkenin verband met de ontwikkeling Roerdelta (raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/090/1). ...........................429<strong>20</strong>. Verzoek van het college om een aanvullend budget beschikbaar te stellen voor startersleningen(raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/1001). ...........................................................................................................43221. Motie van de SP inzake Zorg voor elkaar (Zorg zonder Poen)............................................................43422. Motie van de SP inzake wietteelt. .......................................................................................................43823. Vragen van raadsleden. ......................................................................................................................43824. Sluiting. ...............................................................................................................................................449


SPREKERSINDEXAchten, 414, 445, 446, 447Beeren-Adriaans, 415, 419, 422, 423, 432, 434, 437Beers, van, 414, 436Breugelmans, 418, 4<strong>20</strong>, 422Coenen, 415, 419, 421, 436, 446, 447, 448, 449Daamen, 415, 423, 427, 430Faber-Doornebosch, 424, 426, 429, 430, 431, 432Franssen, 430, 431, 432, 433, 434Guffens, 429, 431Heijnen, 436Hutjens, 423Huurdeman, 441Jacobs, 445, 446Lomans, 424, 426, 427, 435, 436, 437, 438Lucas, 416, 419, 4<strong>20</strong>, 428, 429, 431, 438, 440, 441, 445Moison, 415, 419, 429, 431, 432Moussaoui, 416Oele, 419, 4<strong>20</strong>, 421, 422Peters, 415, 421, 422, 423, 441, 442, 444, 448Pilz-van Elven, 415, 432Pleyte, 433Puper, 422, 448, 449Smitsmans-Burhenne, 435, 436Thissen-Heynen, 418, 428, 435Waajen-Crins:, 435Wethouder IJff, 428, 430, 432, 433, 439, 440, 441Wethouder Kemp, 425, 426, 427, 436, 437, 443, 445, 446, 447, 448


Openbare raadsvergadering, gehouden op <strong>20</strong> <strong>december</strong> <strong>20</strong>12TIENDE VERGADERINGAanwezig:de heer H.M.J.M. van Beers, burgemeester;de heer J. Vervuurt, griffier;de dames P.T.G.J Beeren-Adriaans (S.P.), W.H.M.A. van Beers (<strong>Roermond</strong> Sociaal), M. Faber-Doornebosch (P.v.d.A.), R.L. Moussaoui (V.V.D.), M.H. Pilz-van Elven (D.S.), M.A.J. Smitsmans-Burhenne(GroenLinks), E.M. Thissen-Heynen (P.v.d.A.) en A.P.H. Waajen-Crins(C.D.A.) en de heren H.J.M. Achten (V.V.D.), A. Bayrak (P.v.d.A.), J.T.M. Breugelmans(C.D.A.), L.W.M. Coenen (Stadspartij <strong>Roermond</strong>), L.J.M. Daamen (D.S), T.A.K.H.G. Dohmen(V.V.D.), D.W.H. Franssen (V.V.D.), L.G.A. Guffens (C.D.A.), P.G.M.A.B. Heijnen (B.B.R.), H.M.Hutjens (V.V.D.), M.J. Huurdeman (V.V.D.), H.J.A. Jacobs (C.D.A.), B. Jennekens (V.V.D.),E.F.J.M. Lomans (V.V.D.), J.F.H. Lucas (B.B.R.), C.T.P. Moison (GroenLinks), E.M.A. Oele(V.V.D.), Ö.F. Aslankurt (C.D.A.), A.C.P. Peters (V.V.D.), F.J. Pleyte (D66), J. Puper (V.V.D.) enE.K. Ramdani (P.V.D.E.), leden.Tevens aanwezig: de heren W.A.J. Kemp (C.D.A.) en G. IJff (P.v.d.A.), wethouders.Afwezig: mevrouw K.C.J. Straus (V.V.D.) en de heer S. Öztürk (P.v.d.A.).Secretaris: de heer mr. drs. J.J.Th.L. Geraedts, gemeentesecretaris.


4141. Opening en trekking stemmingsnummer.De voorzitter (de heer Van Beers) opent te 18.02 uur de vergadering en verzoekt een momentstilte om eenieder in de gelegenheid te stellen tot een gebed of overweging. Hij heet een iedervan harte welkom, in de raadzaal en eventueel thuis via de buis, en deelt mede dat bericht vanverhindering is ontvangen van de heer Öztürk en mevrouw Straus.Als stemmingsnummer wordt getrokken nr. 11, zodat de heer Achten in voorkomend geval heteerst aan de beurt van stemmen is.2. Vaststellen van de agenda.De voorzitter: Dames en heren. Aan de lijst met hamerstukken wordt toegevoegd agendapunt17, de Verordening gewijzigde Wet inburgering. Voorts worden aan de agenda twee motiesvreemd aan de orde van de dag toegevoegd, beide van de SP. De motie Zorg voor elkaar wordtopgenomen als agendapunt 21, de motie Wietteelt als agendapunt 22.Voor agendapunt 23, Vragen van raadsleden, zijn mondelinge vragen ingediend door de heerLucas over de milieupas, door de heer Peters over de Stichting Swalm en Roer, door de heerCoenen over de Buurtvereniging ’t Vrijveld en over de Wet terugvordering en verhaal ter zakede aangekondigde fraudewetgeving. Het presidium heeft de vragen beoordeeld op actualiteitswaardeen ermee ingestemd dat ze vandaag aan de orde worden gesteld.De heer Achten: Mijnheer de voorzitter. In de laatstgehouden commissievergadering hebbenwe afgesproken dat we in de volgende commissievergadering, naar ik meen op 4 februari a.s.,aan de hand van een annotatie van de dan dienstdoende voorzitter, plaatsvervangend burgemeester,raadsbreed van gedachten zullen wisselen over de wietteelt en het drugsbeleid in degemeente <strong>Roermond</strong>. Tegen die achtergrond verzoek ik de SP via u de door haar aangekondigdemotie Wietteelt aan te houden en eerst het debat in de commissie te voeren, zodat wedan op de hoogte zijn van alle feiten en omstandigheden. Bij deze verzoek ik u dan ook explicietde voor- en nadelen van eventueel eigen teelt door de gemeente op een rij te laten zetten.Mevrouw Van Beers: Daarmee kan ik akkoord gaan, voorzitter.De voorzitter: Dat zo zijnde, komt agendapunt 22 te vervallen.De agenda wordt hierop aldus gewijzigd vastgesteld.3. <strong>Notulen</strong> van de openbare raadsvergaderingen van 22 en 25 oktober en 8 november<strong>20</strong>12.Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden deze notulen achtereenvolgensongewijzigd vastgesteld.4. Ingekomen stukken.De heer Achten: Mijnheer de voorzitter. Onder punt 11 is bij behandelwijze A het BeleidsplanPolitie Limburg <strong>20</strong>13-<strong>20</strong>14 geagendeerd; het betreft de sterkteverdeling, waarvan u hebt aangekondigdin beroep te zullen gaan tegen het plan van de beoogd burgemeester. Daarbij is vermeld:voor kennisgeving aannemen, geen reactie noodzakelijk op dit beleidplan. Naar mijn meningstaat dat haaks op uw voornemen om hiertegen in beroep te gaan. Van deze gelegenheidmaak ik tevens gebruik om de vraag te stellen of u ook kunt aangeven wanneer dit beroepschriftde deur uit zal gaan.De voorzitter: Wij hebben een voor beroep vatbare beschikking opgevraagd, die ons uiteindelijkna heel veel moeite is verstrekt. Momenteel zijn we bezig met de afronding van het beroep-


415schrift. Inmiddels hebben we een aantal malen contact gehad met het ministerie, dat hiermeeook wat in zijn maag zit, omdat het niet precies weet langs welke procedurele weg dit gaat verlopen.Ik heb u beloofd dat ik u op de hoogte zal houden van de voortgang ter zake en dat zal ikuiteraard doen.De heer Peters: Na een kort conclaaf met mijn collega aan de rechterzijde en de heer Coenenkan ik u melden dat wij van mening zijn dat het verhaal over het Vrijveld naar de categorie Dmoet worden overgeheveld.De voorzitter: Voor de mensen thuis, die dit niet zullen kunnen volgen: u doelt op het stuk ‘Nakomingvaststellingsovereenkomst Stationspark/Vrijveld juli <strong>20</strong>10’. Wij hebben dat onder de behandelwijzeC gerangschikt en u zou dat willen overbrengen naar behandelwijze D.De heer Moison: De fractie van GroenLinks is het daarmee eens.De voorzitter: Ik zie ook mevrouw Beeren knikken, zodat het bijna unaniem lijkt te zijn. Wij zullendaaraan gevolg geven en dit stuk verheffen tot behandelwijze D.De heer Coenen: Ik had dezelfde vraag willen stellen, maar de VVD was me net voor.De voorzitter: Ik dacht dat u daarover samen contact had gehad, maar goed: het is nog eenseen herbevestiging van de toezegging die ik al heb gedaan.Mevrouw Pilz-van Elven: Mijnheer de voorzitter. Wij willen graag een kopie ontvangen van deantwoorden die u gaat sturen op de brieven nrs. 555 en 556, betreffende het gebied Jazz City ende Glasvondst.De voorzitter: Akkoord.De heer Daamen: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben hetzelfde verzoek ten aanzien van debrieven onder de nrs. 547, 548 en 549, zijnde de bezwaarschriften tegen het besluit tot sluitingvan de brandweerpost Swalmen. Vandaag hebben wij ter zake wederom een bericht ontvangenvan de vakvereniging. Van de antwoorden die het college hierop gaat dichten, willen wij graagkennis nemen.De voorzitter: Wij hebben niets te verbergen en spelen graag open kaart in dezen. Ik zeg u danook toe dat wij u van onze reactie hierop in kennis zullen stellen.Mevrouw Beeren-Adriaans: Mijnheer de voorzitter. Ook wij willen graag een afschrift hebbenvan de reactie op brief nr. 555.De voorzitter: Als ik het de één toezeg, zeg ik het ook de ander toe. U bent mij wat dat betreftallemaal even lief.Met inachtneming van de gedane toezeggingen wordt hierna zonder hoofdelijke stemming conformde door het presidium voorgestelde afdoening besloten.5. Beëdiging nieuw raadslid.De voorzitter: Dames en heren. Op dit moment zouden we officieel afscheid willen nemen vanmevrouw Karin Straus, maar dringende verplichtingen elders maken het haar onmogelijk aanwezigte zijn. Over uw hoofd heen sprekend in de richting van Den Haag, wat minder vaakvoorkomt dan het omgekeerde, wil ik toch even bij haar stilstaan.


416Karin Straus heeft heel wat ervaring opgedaan de afgelopen jaren. Al op 14 april 1998 stond zijop het podium van het <strong>Roermond</strong>se politiek theater, als ik zo vrij mag zijn het zo te zeggen. In<strong>20</strong>03 heeft ze die plaats wegens werkzaamheden elders moeten verlaten. Op 2 januari <strong>20</strong>04 treffenwe haar dan op het podium in de gemeente Midden-Delfland. Kennelijk is haar dat heelgoed af gegaan, totdat ze ook daar weer weg ging, en dat was 15 maart <strong>20</strong>06. Op 11 maart <strong>20</strong>11kwam ze terug in <strong>Roermond</strong>. Ze werd toen ook gekozen als Tweede Kamerlid, wat het voorhaar buitengewoon moeilijk maakte beide zaken met elkaar te combineren. Mevrouw Strausheeft, zoals ik van dichtbij heb mogen ervaren, al het mogelijke gedaan om op tijd hier te zijn endeel te nemen aan de debatten, maar Den Haag wikt en weegt soms en kan een behoorlijkzwaar appel doen op degenen die daar aanwezig moeten zijn voor stemmingen of andere zaken.Al met al betekent het dat Karin, en ik weet zeker dat dat haar pijn doet, daar vandaagformeel een eind aan maakt door te stoppen als raadslid. Wij zijn haar dank verschuldigd en diewil ik namens u allen uitspreken. Wij hopen dat ze in Den Haag heel veel succes zal hebben.A.s. vrijdag zal haar namens ons allen een van harte gemeend bloemetje worden bezorgd. Karin,hartelijk dank!Als gevolg van het vertrek van Karin Straus zal een nieuw lid van de gemeenteraad worden geinstalleerd.Allereerst dienen daartoe de geloofsbrieven te worden onderzocht. Ik benoem totleden in de commissie tot onderzoek van de geloofsbrieven de heer Lucas, mevrouw Faber ende heer Guffens. Voor de duur van het onderzoek schors ik de vergadering (18.13 uur).SchorsingDe voorzitter: Ik heropen de vergadering (18.30 uur) en verzoek de voorzitter van de commissieons de bevindingen van het onderzoek mede te delen.De heer Lucas: Mijnheer de voorzitter. De commissie heeft de geloofsbrieven en andere bij deKieswet gevorderde stukken, ingezonden door mevrouw Raja L. Moussaoui, onderzocht en inorde bevonden. Zij voldoet aan alle eisen. De commissie stelt dan ook voor haar toe te laten totde raad.Aldus wordt besloten.De voorzitter: Ik dank de commissie voor bewezen diensten en ontbind haar bij deze. Ik verzoekthans mevrouw Moussaoui naar voren te komen voor de eedsaflegging.Mevrouw Moussaoui legt in handen van de voorzitter de bij de wet vereiste verklaring en belofteaf.De voorzitter: Van harte gefeliciteerd. Ik wens u een vruchtbare periode toe in deze raad. Namensde hele raad bied ik u bij deze gelegenheid graag een bos bloemen aan. (Applaus)6. Benoeming van de heer L. Haarsma tot nieuw extern lid van de Rekenkamercommissie(raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/109/1).De voorzitter: Dames en heren. Dit voorstel valt uiteen in tweeën, allereerst het verlenen vanontslag aan de heer Robert Peeters. De heer Robert Peeters is sinds <strong>20</strong>09 lid geweest van derekenkamercommissie. Als gevolg van zijn vertrek komen we thans toe aan de invulling van dezevacature. Het voorstel kon niet op tijd in de commissie BM aan de orde worden gesteld. Welhebben we daar met elkaar afgesproken dat het voorstel rechtstreeks aan de raad kon wordenvoorgelegd. Door invulling van de vacature zal de rekenkamercommissie weer op volle sterktezijn.Ik heb er behoefte aan eerst een woord van dank te richten aan de heer Peeters. Helaas kan hijvanavond hierbij niet aanwezig zijn. De leden van de rekenkamercommissie hebben hem echter


418Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt conform deze voorstellen besloten.15. Voorstel van het college om de conclusies en aanbevelingen uit het rapport van deRKC over te nemen (raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/015/1).De heer Breugelmans: Mijnheer de voorzitter. Eindelijk kunnen we dan het rapport van de rekenkamercommissiebehandelen dat er al zo lang ligt en door allerlei omstandigheden zo laataan de orde is gekomen in deze raad, terwijl dat rapport wel over deze raad gaat: het gaat overde wijze waarop wij werken jegens het college en jegens onszelf.Er staan een aantal behartigenswaardige conclusies in dit rapport. De eerste is dat de raad tebeperkt gebruik maakt van het initiatief- en budgetrecht en eigenlijk ook niet assertief genoeg isals het gaat over de agendabepaling. Verder staat er dat het lijkt alsof de raad in deze periodeminder gebruik is gaan maken van zijn rechten. Mogelijkerwijs ligt hier ook een verband met dechecks and balances die wij zo nodig moeten invoeren in deze raad. Ook wordt gemeld dat derollen van de raad, het college en de ambtenaren niet consequent worden ingevuld, ook al zijnze hartstikke goed vastgelegd en verankerd in nota’s, verordeningen en andere zaken. En danstaat er iets waarvan we ons zeker iets moeten aantrekken: “De regie bij het tot stand komenvan kadernota’s ligt bij de ambtelijke organisatie en de wethouder”, terwijl het stellen van kadersecht een taak is van de raad. Wij moeten heel duidelijk proberen die regie zelf in handen te nemen.Voorts maken we te weinig gebruik van de ons ter beschikking staande faciliteiten, zoalsde griffie en de mensen die daar werken binnen het ambtelijk apparaat.Natuurlijk, veel van deze conclusies zijn behartigenswaardig, maar anderzijds moeten we onsook afvragen of we op de manier willen werken zoals in dit rapport nadrukkelijk wordt gesteld.Dat vergt wat mij betreft nog een verdergaand onderzoek.De vijf aanbevelingen die zijn gedaan, zouden wat het CDA betreft samen te vatten zijn in tweezaken. Wij willen graag eerst duidelijkheid hebben over de rol die wij als raad willen spelen,maar ook welke rol de raad ziet voor het college. Maak daarover een duidelijke verordening enlaat dat in ieder geval één duidelijke verordening zijn, waarin alle nota’s die over kaderstellinggaan en over de manier waarop de raad ten opzichte van het college en de ambtelijke organisatieacteert, zijn samengevat.Wat we nu al ter harte kunnen nemen, is de aanbeveling beter gebruik te maken van gebodenfaciliteiten, zoals de griffie, en de contacten en de communicatie tussen het college, de ambtelijkeorganisatie en de raad te verbeteren. Naar mijn mening is juist daarin de komende jarenveel winst te halen: de communicatie tussen ambtelijke organisatie, college en raad. We hebbeninformatierecht, informatieplicht, en noem maar op, maar we zullen ook met elkaar moetenafspreken wat de spelregels zijn, zodat datgene wat we met elkaar willen en moeten delen ookdaadwerkelijk gedeeld wordt.Het CDA kan zich volledig vinden in de conclusies en aanbevelingen van de nota van de rekenkamercommissieen verzoekt de rekenkamercommissie bij motie om een verder onderzoek. Opdie motie, die wordt ingediend door negen partijen, zal later worden teruggekomen. Voorts zijnwij van mening dat ook de raad hiermee iets zal moeten doen en daarover staat niets in de motie.De raad zal ook bij zichzelf te rade moeten gaan op welke manier hij moet omgaan met kaderstellendenota’s en hoe hij kaders wil stellen. Daarover zullen wij samen moeten praten enwellicht krijgen wij die mogelijkheid via het tweede onderzoek van de commissie. Wij wensen decommissie veel succes.Mevrouw Thissen-Heynen: Mijnheer de voorzitter. Ook de PvdA onderschrijft de conclusies enaanbevelingen, met name die betreffende het verkrijgen van meer informatie bij het ambtelijkapparaat en het meer gebruik maken van procesondersteuning door de griffie. Mede namensons zal straks een motie worden ingediend, waarin gevraagd wordt aandacht te besteden aande kwaliteit en de uniformiteit van de kadernota’s.


422om daaraan geen gehoor te geven. U hebt echter om een schorsing gevraagd en die krijgt u.De vergadering is geschorst (19.06 uur).SchorsingDe voorzitter: Ik heropen de vergadering (19.15 uur). De heer Peters heeft om de schorsinggevraagd. Derhalve is het woord allereerst aan hem.De heer Peters: Ik laat het graag over aan onze woordvoerder, de heer Oele.De heer Oele: Mijnheer de voorzitter. Wij blijven bij ons standpunt. Wij vinden de motie af te raden,overbodig, of hoe je het ook wilt noemen. De uitnodiging die erin wordt gedaan, is in hetlicht van de onafhankelijkheid van de rekenkamercommissie naar mijn mening niet kies. Ik verzoeku de leden van de raad die deel uitmaken van de rekenkamercommissie, niet te latendeelnemen aan de stemming over de motie, omdat zij hierbij een belang hebben.De voorzitter: Ik heb er behoefte aan zelf even te reageren op een tweetal zaken. Om te beginnenwijs ik erop dat een motie geen rechtskracht heeft. In een motie wordt een bepaaldewens in de richting van een orgaan tot uitdrukking gebracht en daaraan is het orgaan als zodanigniet gehouden. In de tweede plaats is hier uitdrukkelijk sprake van een verzoek en het isaan de rekenkamercommissie zelf om te bepalen hoe zij hiermee omgaat.De heer Breugelmans: Mijnheer de voorzitter. Bij wijze van stemverklaring deel ik u mede dathet CDA met de motie zal instemmen. Voor het overige kan ik uw betoog geheel onderschrijven.Ik kan me herinneren dat in de Tweede Kamer eens een motie werd ingediend waarvan de ministervan Financiën, die de motie zou moeten uitvoeren, voluit lachend zei: deze motie leg iknaast mij neer!De voorzitter: Aan de orde is thans allereerst het onderhavige besluit, luidende: “1. de conclusiesen aanbevelingen van de rekenkamercommissie naar aanleiding van het onderzoek Kaderstellingdoor de raad van de gemeente <strong>Roermond</strong> over te nemen; 2. op een adequate wijzeinvulling te geven aan de implementatie van de aanbevelingen.”De heer Puper: Mijnheer de voorzitter. Ik herinner eraan dat de heer Oele u zojuist heeft verzochtde leden van de rekenkamercommissie niet aan de besluitvorming te laten deelnemen.Voordat we tot stemming overgaan, vind ik het van belang te weten of u de leden van de commissieinderdaad adviseert zich van stemming te onthouden.De heer Breugelmans: Is hier dan naar uw mening sprake van enige schijn van belangenverstrengeling?De voorzitter: Ik vind dat de heer Oele hierover helder en duidelijk is geweest. Ik laat het aande leden van de rekenkamercommissie zelf over of ze zich al dan niet wensen te onthoudenvan stemming.Mevrouw Beeren-Adriaans: Zojuist heb ik aangegeven dat ik zelf ook mijn twijfels had of ikhierover wel mee mocht stemmen en dat ik het daarom aan de griffier heb gevraagd. Het antwoordwas ja.De voorzitter: Goed, maar de heer Oele heeft een klemmend beroep gedaan op de verantwoordelijkheidvan de desbetreffende leden om niet aan de stemming deel te nemen. Ik ga hetniet verbieden, maar laat het aan de leden zelf over. Eerst is echter het voorstel zelf aan de ordeen naar mijn bescheiden mening kan iedereen daarover meestemmen.


423Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt hierop bij handopsteken in stemming gebrachten met algemene stemmen aanvaard.De voorzitter: Aan de orde is thans de motie, die ik hoofdelijk in stemming zal brengen. Iemandkan zich desgewenst aan de stemming onttrekken door even de zaal te verlaten.De heer Peters: Als raadslid heb je altijd je verantwoordelijkheid. Je zegt ja of nee tegen eenvoorstel, maar je loopt niet weg. Ons lid van de rekenkamercommissie zal direct zijn eigen verklaringafleggen.De voorzitter: In de wet is vastgelegd dat iemand die zich aan stemming wenst te onttrekkende zaal mag verlaten. Dat in de wet gegeven instrument mag benut worden.Voordat ik de motie in stemming breng, bied ik desgewenst de gelegenheid tot het afleggen vaneen stemverklaring.De heer Hutjens: Ik zal mij als lid van de rekenkamercommissie van stemming onthouden,voorzitter.De voorzitter: Als u in de zaal aanwezig bent, kunt u zich niet van stemming onthouden.De heer Hutjens: Dan neem ik mijn krukken en loop ik de zaal uit!Mevrouw Beeren-Adriaans: Mijnheer de voorzitter. Naast lid van de rekenkamercommissie benik ook fractievoorzitter en in die hoedanigheid zal ik meestemmen.De motie wordt hierop in stemming gebracht en met 16 tegen 12 stemmen aanvaard.Voor hebben gestemd de heren Pleyte en Ramdani, mevrouw Smitsmans-Burhenne, de heerMoison, de dames Van Beers en Beeren, de heer Coenen, mevrouw Pilz-van Elven, de herenDaamen, Aslankurt, Breugelmans, Jacobs, Guffens en Bayrak en de dames Thissen-Heynenen Faber-Doornebosch.Tegen hebben gestemd de heren Achten, Puper, Peters, Franssen, Lomans, Jennekens, Dohmenen Oele, mevrouw Moussaoui en de heren Lucas, Heijnen en Huurdeman.16. Voorstel van het college tot vaststelling van de Regionale visienota werken naarvermogen in Midden-Limburg (raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/077/1).De heer Daamen: Mijnheer de voorzitter. Voorliggend agendapunt is reeds aan de orde geweestin de commissievergadering van 9 oktober en toen vooruit geschoven. In die commissievergaderingheb ik opgemerkt dat de keuze voor deze regionale samenwerking uiteindelijk tochde invulling van een bezuiniging is. In de nota wordt veel aandacht besteed aan de toegeleidingnaar werk. In de commissie heb ik daarvan gezegd dat er misschien wel een fraaiere manier isom met mensen om te gaan bij iets dat zoveel emotie kan oproepen, omdat het gaat om mensendie heel moeilijk naar werk toegeleid kunnen worden. Toch kunnen wij deze visie wel onderschrijven,omdat er later nog een uitvoeringsnota volgt. Voormalig wethouder Moussaouiheeft duidelijk aangegeven dat aan de uitvoeringsnota ook een financiële paragraaf zal wordentoegevoegd. Alles op een rijtje zettend, kan Demokraten Swalmen instemmen met de voorliggendevisienota.Mevrouw Beeren-Adriaans: Mijnheer de voorzitter. De SP is van oordeel dat werken voor iedereenmogelijk moet zijn. In de commissievergadering hebben wij ervoor gepleit de criminaliseringvan mensen als gevolg van de omgekeerde bewijslast van tafel te halen en dat herhalenwij nu. Er zal wel voor gezorgd moeten worden dat werken blijft lonen. Een verregaande sa-


424menwerking van de drie O’s vinden wij zeer belangrijk. Het onderwijs loopt vaak achter bij wathet bedrijfsleven wil, maar wij vinden ook dat ondernemers wat meer tijd moeten besteden aanbegeleiding. Vroeger was dat ook al zo en dat zal altijd zo blijven. Wij zien de volgende notamet belangstelling tegemoet.De heer Lomans: Mijnheer de voorzitter. Voordat ik dit agendapunt ga bespreken, wil ik ietsaanhalen uit het dagblad De Limburger; op zichzelf bijzonder dat een VVD’er dat doet! Op 18<strong>december</strong> <strong>20</strong>12 kopte De Limburger groot: “Veel mensen uit de bijstand in <strong>Roermond</strong>”. <strong>Roermond</strong>blijkt in de top 3 van gemeenten te staan waar de meeste mensen uit de bijstand kwamen:16% tegen 11% landelijk. Het CBS merkte hierbij op dat de belangrijkste factoren voor ditsucces waren gelegen in de regionale arbeidsmarkt en in de inspanningen van de gemeente.Het lijkt mij een compliment voor dit gehele huis, en met name voor de colleges die hier de afgelopentwintig jaar hebben gezeten.Nu de Wet naar vermogen “on hold” is gezet, zijn de Midden-Limburgse gemeenten, gezien hetdreigende tekort in bepaalde sectoren van de arbeidsmarkt, de toenemende uitkeringslast ende teruglopende budgetten, overtuigd van het belang van regionale samenwerking. Het doelvan deze nota is kort gezegd: iedereen levert naar vermogen een bijdrage aan de economischeen maatschappelijke groei. Het betekent dat de vraag van de arbeidsmarkt meer leidend zal zijnen dat personen die een beroep willen doen op een uitkering, de plicht hebben zich maximaal inte zetten voor het verkrijgen van werk, dus ook personen met een verdiencapaciteit onder honderdprocent. De verdiencapaciteit van deze mensen moet gematched worden met de werkzaamhedendie wel mogelijk zijn. Zelfs voor mensen met een verdiencapaciteit onder twintigprocent wordt geen uitzondering gemaakt. Ook voor hen is het van belang maatschappelijk nuttigeactiviteiten te verrichten en daarmee te voldoen aan hun participatiemogelijkheden.Het tweede doel dat in de nota wordt beschreven, is het jaarlijks terugbrengen van de gemiddeldeen totale uitkeringslast in de beleidsperiode. Hele mooie doelen, die, hoewel <strong>Roermond</strong>de eerste gemeente zou zijn waarin dit besproken werd, inmiddels al in vele gemeenten zijnvastgesteld. Uiteraard streeft de VVD-fractie altijd naar vooruitgang.Gezien de uitstroom die hier de afgelopen jaren heeft plaatsgevonden – ik verwijs naar de cijfersdie ik zojuist noemde –, lijkt het alsof wij de benchmark zijn, het voorbeeld. De meestemensen in deze zaal weten wel waar wij vandaan komen: wij waren het afvoerputje van de omringendegemeenten. U zult begrijpen dat wij nooit meer terug willen naar die situatie. De portefeuillehouderstellen wij daarom de vraag: kunt u ons garanderen dat in deze nieuwe samenwerkinghet belang van de stad te allen tijde voorop zal staan? Deze vraag is ons niet zomaaringegeven. De visienota is in meerdere gemeenten aangenomen, zoals ik zojuist al schetste,maar in de gemeenten Weert en Nederweert is er zelfs een oplegnotitie bij aangenomen, betrekkinghebbend op een soortgelijk project: het project Groene Bol. De VVD-fractie is erg benieuwdin hoeverre deze projecten elkaar bijten. Ik zal een voorbeeld noemen. Het sociaalwerkbedrijfRisse is een van de partners in het Groene Bol-project. In de stukken die wij hiervoor hebben liggen, staat dat de rol van de sociale-werkbedrijven nog nader bepaald moet worden,wat op zichzelf natuurlijk vreemd is. Daarnaast is in onze visienota beschreven dat er éénregionaal servicepunt moet komen. Tot mijn verbazing heb ik echter in de oplegnotitie gelezendat in het project Groene Bol inmiddels al wordt gestart met het invullen van één regionaal servicepunt,waarin zelfs het UWV participeert. Ik ben dan ook erg benieuwd wat nu eigenlijk debedoeling is.Mevrouw Faber-Doornebosch: Mijnheer de voorzitter. Een belangrijk uitgangspunt van devoorliggende nota is dat wordt uitgegaan van de vraag van de arbeidsmarkt: wat voor personeelhebben werkgevers nodig? Aan de ene kant heeft dit natuurlijk voordelen: de gemeentelijkedoelgroepen profiteren van de vraag naar arbeid op de reguliere arbeidsmarkt en de uitkeringslastkan daardoor dalen. Verder is het natuurlijk goed voor de participatie van mensen dat men-


425sen meedoen in onze samenleving. Dat moeten we zoveel mogelijk bevorderen. Aan de anderekant brengt het ook een aantal risico’s met zich mee. In de commissie zijn we daarop uitvoerigingegaan. Kort wil ik de belangrijkste risico’s nog even noemen.In de nota wordt uitgegaan van het principe van de omgekeerde bewijslast: iedereen kan werkentot het tegendeel bewezen is. De eerste stap, zo zegt de nota, is dat een uitkeringsgerechtigdezelf met een voorstel en een plan van aanpak komt. Wij vragen ons echter af of iedereendat wel kan. Sommige mensen zullen gewoonweg niet in staat zijn om dat te doen. Je zou bijnakunnen zeggen: als je in staat bent om dat wel te doen, staat een zelfstandig ondernemerschapje bij wijze van spreken niet in de weg. Het is voor sommige mensen echter moeilijk om dat aante pakken en vervolgens zijn er wel financiële consequenties voor die mensen. Dit is wat onsbetreft echt een punt van zorg.Een ander risico is dat de nota spreekt van pamperen naar faciliteren: het stimuleren van de eigenkracht en de zelfredzaamheid. Niet langer is de gemeente degene die als eerste aan zet is,wel mag de gemeente aangesproken worden op het bieden van ondersteuning waar dat nodigis; dat haal ik uit de nota. Wat echter heel wezenlijk blijft, is het ondersteunen van de mensendie dat nodig hebben. We zullen helaas moeten aanvaarden – ik heb dat in deze raad al vakergezegd – dat er een groep mensen in de samenleving is die vanwege beperkingen nooit oftenimmer kan gaan werken, niet omdat ze niet willen, want als ze niet willen, zullen we hen moetenstimuleren om het te gaan doen, maar gewoon omdat ze niet kunnen. Als mensen niet kunnen,zullen we ook moeten stoppen met hen te dwingen te gaan participeren, want ze willenwel, maar ze kunnen niet.Een derde risico is dat de werkgevers op deze wijze goedkoop personeel in dienst kunnen krijgen,omdat de gemeente gedurende een bepaalde periode bijdraagt in het loon. We moeten ervoorwaken dat deze werknemers op straat komen te staan als de gemeente na een tijdje stoptmet het suppleren van hun loon. Voor een werkgever worden die mensen dan duurder en hetkan niet de bedoeling zijn dat ze na verloop van een aantal jaren weer op straat komen testaan. Het koppelen van vraag en aanbod is moeilijk. Voor zowel de werkgevers als voor degemeente is het een uitdaging om dit voor elkaar te krijgen. Er zal, vrees ik, nog heel wat waterdoor de Maas vloeien voordat dit nieuwe beleid het gewenste effect heeft.De PvdA wil bijzondere aandacht besteden aan het creëren van een aanvullende arbeidsmarkt.Social return bij opdrachtverstrekkingen en het reserveren van werkzaamheden voor uitkeringsgerechtigdenbinnen de gemeentelijke organisaties zijn daarbij belangrijk. Wij vinden datbinnen onze eigen gemeente deze werkzaamheden moeten worden uitgebreid, zodat we daarinhet goede voorbeeld geven.Wethouder Kemp: Mijnheer de voorzitter. Deze visienota is inderdaad, zoals de heer Daamenzei, al een aantal maanden geleden in de commissie aan de orde gesteld, die uitgebreid haarlicht heeft laten schijnen over de nota. <strong>Roermond</strong> is de laatste in de rij van Midden-Limburgsegemeenten die de nota nu gaat vaststellen. De nota is gebaseerd op een aantal uitgangspunten,die in het stuk zijn beschreven. Het accent wordt met name gelegd op de werkgeversbenadering:wat is de vraag van de werkgevers? Dat lijkt weliswaar haaks te staan op de mensgerichtebenadering, zoals mevrouw Beeren en de heer Daamen aangaven, maar ik denk dat hettegendeel het geval is. We kijken juist extra naar de kwaliteiten, competenties en mogelijkhedenvan de persoon en proberen iemand een steun in de rug te geven, om hem of haar op de arbeidsmarktgeplaatst te krijgen en te houden.Dat als gevolg van de economische ontwikkeling de arbeidsmarkt onder druk staat, is duidelijk.De ambitie die <strong>Roermond</strong> had is inderdaad, zoals de heer Lomans zei, in het verleden door deopvolgende colleges waargemaakt, met als gevolg een geweldige teruggang van de werkloosheid.Het streven is erop gericht om dit in het belang van de stad op niveau te houden. Het belangvan de stad staat voorop, de stad in de regio, want iedere gemeente heeft haar grenzen,maar de arbeidsmarkt trekt zich daar in heel veel gevallen niets van aan. Door de gemeenten


426Weert en Nederweert is inderdaad een oplegnotitie gekoppeld aan het vaststellen van de visienotaWerken naar vermogen. In de uitvoering doen zich een aantal vraagpunten voor en ééndaarvan is: hoe geef je gestalte aan het servicepunt? Bij de uitvoeringsnota arbeidsmarktbeleidzullen we daarop in de stuurgroep terugkomen en zal ik ook het punt dat de heer Lomans heeftingebracht, aan de orde stellen.Mevrouw Faber heeft het plan van aanpak aangeroerd en de vraag gesteld of de mensen wel instaat zijn een plan van aanpak op te stellen. De mensen die daartoe niet in staat zijn, zullen begeleidmoeten worden. De vraag is hoe zwaar een plan van aanpak in elkaar zit. Naar mijn meningis het heel goed dat mensen over zichzelf kunnen nadenken en als eerste op basis vanhun eigen verantwoordelijkheid bepalen wat ze willen en wat ze kunnen. Waar zich belemmeringenvoordoen, kan daaraan in gezamenlijkheid gewerkt worden.Via loonsuppletie pogen wij mensen op de arbeidsmarkt te plaatsen en op een gegeven momentin het reguliere werktraject terecht te laten komen. Van de werkgever verwachten wij dathij vooral zal kijken naar de kracht en de mogelijkheden van de werknemer en niet zozeer naarde beperkingen, om zo iedereen geschikt te maken voor een plaats in het reguliere proces.In het kort meen ik hiermee de verschillende vragen beantwoord te hebben….De heer Lomans: Ik heb nog niets gehoord over het Groene Bol-project.Wethouder Kemp: Jawel, daarvan heb ik zojuist aangegeven dat ik het nader aan de orde wilstellen in de stuurgroep die in januari over de uitvoering gaat spreken.De heer Lomans: Maar die oplegnotitie is al aangenomen!Wethouder Kemp: Dat klopt.De heer Lomans: En we hebben het hier over uniformiteit. Wat betekent dat dan?Wethouder Kemp: Ik zal de opmerkingen van Weert en Nederweert meenemen in het overlegin de stuurgroep.De voorzitter: Het woord is in tweede termijn aan de raad.De heer Lomans: Mijnheer de voorzitter. Ik blijf worstelen met de uniformiteit die wordt nagestreefd.In vijf gemeenten is de visienota inmiddels aangenomen, met een enkele kritische opmerking,maar niet meer dan dat, en de zesde gemeente, Weert/Nederweert, is al met eenvoorloper van dit traject gestart. De Risse is daar een volwaardig partner in het Groene Bolproject,en op mijn vraag hoe het daarmee zit, heb ik nog geen antwoord gekregen. Volgens devisienota zou er één regionaal servicecentrum ingericht moeten worden, maar in de oplegnotitievan Weert/Nederweert staat heel duidelijk dat gestreefd moet worden naar twee regionale servicepunten.Als Weert/Nederweert meent op deze manier te kunnen handelen in het belang vanhun stad – want zo zie ik het dan en niet als een regionaal samenwerkingsverband –, laten wijdan ambitieus zijn en als stip op de horizon kiezen dat de Risse en de Westrom samen gaanwerken als één partner, waarbij ze zich dan volgens mij zouden moeten vestigen in <strong>Roermond</strong>,als centrumgemeente in het Midden-Limburgse.Mevrouw Faber-Doornebosch: Mijnheer de voorzitter. De wethouder zeg ik dank voor zijn beantwoording.Heel kort wil ik nog het volgende aanstippen. Het verheugt mij te horen dat wat deomgekeerde bewijslast en het plan van aanpak betreft, toch een grote mate van begeleiding zalblijven bestaan voor de mensen die dat nodig hebben, zodat de mensen die het zelf echt nietkunnen, niet in de kou zullen komen te staan.


427Sprekend over de loonsuppletie, zei de wethouder te verwachten dat de werkgever in feite indiens personeel zal investeren, zodat dat langer bij hem kan blijven. Toch schuilt daarin ookeen risico. Zeker in deze economische tijd, waarin het helaas toch veel om geld draait, zal eenwerkgever wellicht toch geneigd zijn weer voor een goedkopere kracht te kiezen in plaats vande duurdere die de eerder in dienst getreden werknemer is geworden.De heer Daamen: Mijnheer de voorzitter. De heer Lomans heeft het Groene Bol-project aangehaalden verwezen naar de oplegnotitie van Weert en Nederweert, mede in relatie tot de Risse.Het zou misschien handig zijn als de wethouder die ook ons ter hand zou stellen, gewoon terinformatie, zodat wij allemaal weten waar het precies over gaat.Wethouder Kemp: Mijnheer de voorzitter. De oplegnotitie heb ik voor me liggen en kan ik zondermeer ter beschikking stellen. We moeten wat dit betreft wel onderscheid maken tussen devisienota, de geformuleerde uitgangspunten en de uitwerking. De visienota die we gezamenlijkvaststellen, biedt voldoende basis om te komen tot een uitvoering, waarbij overigens nog overeen aantal punten – en niet alleen het punt dat de heer Lomans aanhaalde – overleg zal moetenplaatsvinden. Dat alles komt in januari aan de orde en dan zal ik ook dit punt meenemen.De voorzitter: Aan de orde is thans de besluitvorming….De heer Lomans: Maar, voorzitter….De voorzitter: Heel kort dan, want u hebt al twee termijnen gehad.De heer Lomans: Dat kan wel zijn, maar mijn vraag is nog altijd niet beantwoord. De hele visienotais opgesteld om één werkgeversbenadering te krijgen, uniformiteit voor deze regio, opdatdeze regio krachtiger wordt. In Weert/Nederweert is deze nota echter aangenomen met een oplegnotitie,waarin totaal andere zaken staan dan wij in de visienota voor ogen hebben. Dat getuigtniet van uniformiteit en van kracht.Wethouder Kemp: Dat moet ik toch bestrijden. De visienota is in Weert namelijk aangenomenen dat is dezelfde visienota die hier voorligt; punt uit. Weert kan wel een bepaalde gedachtehebben voor de uitwerking, maar de stuurgroep is de plaats om daarover te praten. Deze visienotais door alle gemeenten aangenomen.De heer Lomans: U bent voorzitter van die stuurgroep en ik hoop dat bij u het belang van<strong>Roermond</strong>, namelijk uniformiteit in de regio, voorop staat en dat u zich daarvoor hard zult maken.Wethouder Kemp: Ik zie dit als een steun in de rug voor de eerstvolgende vergadering van destuurgroep.Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkomstig het voorstel en het daarbijbehorende ontwerpbesluit.18. Voorstel van het college om het bestemmingsplan Asseltsestraat 40 vast te stellen(raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/092/1).De heer Daamen: Mijnheer de voorzitter. In de commissie heeft mijn collega Geerlings over ditonderwerp een aantal vragen gesteld en opmerkingen gemaakt. De belangrijkste wens die hijbij die gelegenheid naar voren bracht, was dat van tevoren nog even contact zou worden opgenomenmet de indieners van de zienswijzen en dat zij op de hoogte zouden worden gebrachtvan wat wij hier vanavond bespreken. In reactie daarop liet de portefeuillehouder weten dat dat


428eigenlijk niet de juiste manier van werken was en dat er eerst een besluit genomen diende teworden. Hij zegde toe daarna in overleg te zullen gaan met de desbetreffende mensen. Inmiddelsheb ik begrepen dat de portefeuillehouder er nog eens over heeft nagedacht en toch contactheeft opgenomen met de indieners van de zienswijzen, waarmee hij dus eigenlijk heeft voldaanaan de wens die collega Geerlings in de commissie Ruimte naar voren had gebracht.Daarvoor zeg ik hem dank. Wij kunnen thans instemmen met het voorstel.De heer Lucas: Mijnheer de voorzitter. Ik had min of meer hetzelfde naar voren willen brengen,maar het laatste wat de heer Daamen zei, namelijk dat de wethouder al contact met de indienersvan de zienswijzen heeft opgenomen, is nieuw voor mij. Ik hoor het graag van de wethouderzelf.Mevrouw Thissen-Heynen: Mijnheer de voorzitter. Een leuk kleinschalig plan in het Asseltsegebied, dat een extra toeristische impuls geeft. Alleen de buren waren er niet zo heel blij mee,en dat kan ik me wel enigszins voorstellen. Ze zijn natuurlijk bang dat hun mooie leefomgevingwordt aangetast en daarom hebben ze een aantal zienswijzen ingediend. Ik heb begrepen datnaar aanleiding van die zienswijzen overleg is gevoerd en dat het plan sindsdien op een aantalonderdelen is aangepast. Wat ons betreft prima. Wij zijn voor het voorstel, maar wij willen welbenadrukken dat het ook na het vaststellen van het bestemmingsplan heel belangrijk is dat deinitiatiefnemer en de buren met elkaar in contact blijven, zodat iedereen daar in pais en vreekan blijven wonen.Wethouder IJff: Mijnheer de voorzitter. In de commissie is de vraag gesteld wanneer met de directbetrokkenen – het betreft een drietal woningen – in contact zou moeten worden getreden.Ik heb daarop aangegeven dat het altijd goed is vooraf overleg te hebben – daarop is het planook aangepast –, maar dat vervolgens ook een keuze moet worden gemaakt en een besluit genomen.Daarna heb ik, zoals de heer Daamen al zei, nog eens nagedacht, met name over devraag of het niet goed zou zijn in informerende zin met de mensen contact op te nemen, vooralomdat het hier wat oudere mensen betreft. Ik heb zelf met één betrokkene contact opgenomenen mijn medewerkster met de andere. Dat heeft ertoe geleid dat zij het stuk hebben gekregendat vanavond voorligt. Met alle drie betrokkenen heb ik voorts afgesproken dat ik, nadat de raadhet besluit heeft genomen, nog eens met de drie partijen om de tafel zal gaan zitten, zodat wezoveel mogelijk rekening kunnen houden met elkaars wensen. Ik neem aan dat dat ergens injanuari zal gebeuren, een beetje afhankelijk van de agenda’s. In die zin heb ik goed geluisterdnaar de commissie en getracht tot een goede oplossing te komen, met respect voor de positievan de raad in het hele verhaal.De heer Lucas: Mijnheer de voorzitter. In de commissie hebben wij een debatje gevoerd overhet feit dat mensen in bezwaar gaan tegen een voorgenomen besluit, dat dat bezwaar vervolgensdoor het college wordt afgewezen en dat het stuk daarna aan de gemeenteraad wordtvoorgelegd zonder dat nog gecommuniceerd wordt met de burgers die bezwaar hadden gemaakt.Ik proef nu toch dat dat tot op heden nog niet is gebeurd en dat de buren van het perceelnr. 40 officieel nog niet weten wat wij hier vanavond aan het doen zijn. Wij willen zuiver entransparant zijn, maar hier doen we dat kennelijk niet, of begrijp ik het niet?Wethouder IJff: Mijnheer de voorzitter. De huisnummers ken ik niet uit mijn hoofd, maar de primairebezwaarmaker op wie Demokraten Swalmen doelde heb ik persoonlijk aan de telefoongehad. Officiëler kan het bijna niet, zo ik bijna zeggen. Daarbij is afgesproken dat zij het stuktoegestuurd zal krijgen. Dezelfde afspraak is gemaakt met de buurman van die mevrouw. Ookmet de initiatiefnemer hebben wij contact gezocht, maar die was een aantal dagen buitenSwalmen, zodat met hem uiteindelijk e-mails zijn gewisseld. Alle betrokkenen beschikten op diemanier over dezelfde informatie. Op basis van de besluitvorming van de raad zal ik met alle drie


429mensen gaan praten; dat weten ze en daar waren ze ook erg blij mee. Wij publiceren het, wezetten het op internet, maar goed, er is altijd een groep mensen die dat niet meekrijgt en daaromis het goed dat aan de suggestie van Demokraten Swalmen, maar overigens van meerderecommissieleden, invulling is gegeven. Het betekent niet dat ik in het vervolg over elk raadsvoorstelpersoonlijk ga bellen met iedereen die daarbij betrokken is. Wij hebben afspraken gemaaktover de manier waarop wij tewerk gaan, maar de uitzondering bevestigt de regel.Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkomstig het voorstel en het daarbijbehorende ontwerpbesluit.19. Voorstel van het college om een gedeelte van de Molenweg aan het openbaar verkeerte onttrekken in verband met de ontwikkeling Roerdelta (raadsvoorstel no.<strong>20</strong>12/090/1).De heer Guffens: Mijnheer de voorzitter. Voorligt een voorstel tot onttrekking aan het openbaarverkeer van een gedeelte van de Molenweg in Roerdelta; ik zeg erbij dat we meer Molenwegenin onze stad kennen. In de commissie Ruimte hebben wij geconstateerd dat de ontsluiting aande achterzijde van een aantal percelen een probleem oplevert, omdat ze daardoor minder goedbereikbaar worden dan gewenst is. Onder andere de CDA-fractie heeft de portefeuillehouderdaarom gevraagd na te gaan of de ontsluiting aan de achterzijde van die belendende percelengeoptimaliseerd zou kunnen worden. Afgesproken was dat wij daarover vóór afgelopen maandag,17 <strong>december</strong>, meer informatie zouden ontvangen, maar bij mijn weten is dat nog niet gebeurd.Mijn enige vraag luidt dan ook: kunt u nu wat meer duidelijkheid verschaffen over de gesprekkendie u de afgelopen tijd hebt gevoerd met betrokkenen?Mevrouw Faber-Doornebosch: Mijnheer de voorzitter. Bij de vraag van de heer Guffens sluit ikme aan. Ook wij zijn benieuwd of dat gesprek inmiddels is gehouden en of daaruit iets is voortgevloeid.Daarnaast hadden wij in de commissie gevraagd ons op de hoogte te stellen van deredenering van de commissie van bezwaar. In de groene flap is vermeld dat het voorliggendevoorstel verbonden is met de vaststelling van het bestemmingsplan Roerdelta fase 1. Zoals wijweten, is dit bestemmingsplan bij uitspraak van de Raad van State onherroepelijk geworden.Volgens het gestelde in de groene flap zou de onttrekking aan het openbaar verkeer gezienkunnen worden als een administratieve handeling. Als dat zo zou zijn, hoeft de raad daarovernu geen besluit te nemen. Hoe zit dat precies?De heer Moison: Mijnheer de voorzitter. Mij staat bij dat wij wel een reactie hebben gekregenop de kwestie van de bereikbaarheid van de parkeerplaatsen en de ontsluiting daarvan, maarna de woorden van de heer Guffens begin ik er weer enigszins aan te twijfelen. De wethouderzal hierover direct ongetwijfeld uitsluitsel kunnen geven. Het is lovenswaardig dat de wethouderer op aanraden van de commissie nog eens is ingedoken, om te proberen de problemen diehierdoor bij de bewoners kunnen ontstaan alsnog op te lossen. Wat dat betreft sporen wij dewethouder aan vooral door te gaan in die richting. Succes ermee.De heer Lucas: Mijnheer de voorzitter. Ik heb een kaartje langs zien komen waar een aantalzaken op stonden die mij niet helemaal helder waren. Als dát het is wat de wethouder ons terinformatie heeft toegestuurd, verzoek ik hem daarover wat meer uitleg te geven. Voorts heeftmevrouw Faber mijns inziens een goed punt aangeroerd met haar vraag of we dit besluit nogwel moeten nemen, als dat toch al genomen zou zijn. Het heeft ons sowieso al verwonderd dater slechts één inspraakreactie is geweest. Wij hebben ons ook afgevraagd of dit überhaupt welin de inspraak is gekomen. Als het is meegelopen in het hele verhaal van Roerdelta, kan ik meheel goed voorstellen dat onze burgers dit deel wellicht gemist hebben. Ik wacht met belangstellingde reactie van de wethouder af.


430De heer Daamen: Mijnheer de voorzitter. Op Google Maps heb ik eens nagegaan hoe de situatiebij nr. 22a precies in elkaar zit. Wat ik me afvraag is of bij de vaststelling van de wegonttrekkingniet meteen rekening gehouden had kunnen worden met een zodanige breedte dat de meneerdie hier achterom wil kunnen komen met zijn auto daartoe de mogelijkheid was geboden,desnoods door daarvoor een klein stuk aan de andere kant van zijn tuin af te staan. Ik vind hetmerkwaardig dat de streep getrokken is op de manier waarop dat is gebeurd, terwijl er naar mijnidee andere mogelijkheden waren geweest. Zoals mijn buurman al zei, heeft men zich bij devaststelling van het plan in zijn totaliteit deze kleine zaken waarschijnlijk niet gerealiseerd.De heer Franssen: Mijnheer de voorzitter. Volgens mij is een wegonttrekking een bevoegdheidvan deze raad. Ik kan me voorstellen dat in verband met de administratieve handeling waarvande groene flap gewag maakt, nu de vraag wordt gesteld of we dit nog wel moeten doen, maarvoor zover ik geïnformeerd ben, is het onttrekken van een deel van een weg, of het onttrekkenvan een weg aan de bestemming verkeer, een bevoegdheid van de raad…Mevrouw Faber-Doornebosch: Ik ben mij daarvan bewust, maar de groene flap doet het voorkomenalsof dit alleen een administratieve handeling is, vandaar mijn vraag.De heer Franssen: Dat begrijp ik, en dat ik heb ook gezegd, ik geef alleen aan dat in mijn perceptie,en die van de VVD, een wegonttrekking een raadsbesluit moet zijn.Bij de vraag die de heer Guffens heeft gesteld, sluit ik me aan. Ons zou de uitkomst van eengesprek worden medegedeeld, maar dat heb ik niet gezien. Wat wij wel gezien hebben, is hetkaartje en het doet de VVD-fractie deugd dat dat wat het aantal parkeerplaatsen betreft veelduidelijker is dan dat wat in de commissie is vertoond. Het blijkt nu dat het parkeren aan devoorzijde van woningen veel verder is doorgetrokken en dat aan de zijkant zelfs nog 16 parkeerplaatsenextra komen. Dat stemt ons tevreden, maar wij blijven ook benieuwd naar het verslagvan het gesprek dat vóór 17 <strong>december</strong> bekend zou worden gemaakt.Wethouder IJff: Mijnheer de voorzitter. Ik vraag me langzamerhand af waar die datum van 17<strong>december</strong> vandaan komt. Dat moet een misverstand zijn, want het gesprek heeft vanmorgenplaatsgevonden en het was ook altijd de bedoeling dat dat vanmorgen zou gebeuren. Ik kanheel veel, maar niet iets verslaan wat nog moet plaatsvinden. Kennelijk is er met die data ietsmisgegaan, maar hoe dan ook: het gesprek heeft vanmorgen plaatsgevonden en ik kan eraantoevoegen dat het een intensief én goed overleg is geweest. In het gesprek is teruggekekennaar de manier waarop de procedure gelopen is, tot aan de dag van vandaag, en welke attitudesdaarbij waren, zowel bestuurlijk als ambtelijk. Mensen hadden daar bepaalde ideeën bij; ofdie waar zijn of niet, laat ik verder in het midden, en daarover heb ik ook geen oordeel uitgesproken.Ik heb erop gewezen dat, wat er ook gebeurd is en hoe het ook gelopen is, nu in iedergeval een onherroepelijk bestemmingsplan voorligt. De bezwaren die daartegen zijn ingediend,zijn afgewezen. Dat proces heeft alle juridische zorgvuldigheid gekend die daarvoor in Nederlandgangbaar is. Voorts heb ik aangegeven dat ik kennis had genomen van een voorstel datinmiddels is gedaan om tot een zekere grondruil te komen. De grens is namelijk nog onlogischerdan de heer Daamen op Google Maps heeft gezien: ze loopt vanaf de voorkant van hetpand schuin naar rechts weg. Daarom is voorgesteld het driehoekje van de één naar het driehoekjevan de ander te brengen, zodat het weer een logische, loodrechte situatie wordt. Ik hebde mensen gezegd dat het mij goed lijkt, vanuit de juridische basis die er nu ligt en die voor iedereengeldt, in rechten en in plichten, begin januari op mijn kamer en onder mijn regie een gesprekte hebben tussen Roerdelta BV en de betrokkenen, en dan niet zozeer over het bestemmingsplan,want dat ligt er nu, als wel over een manier om er voor iedereen zo goed mogelijk uitte komen. Niet iedereen zal dan misschien voor honderd procent zijn zin krijgen, maar er wordtwel gestreefd naar een oplossing waarmee iedereen zal kunnen leven. Iedereen was het erover


431eens dat dat een goede aanpak is. Over en weer kunnen dan ook alle gevoeligheden uit hetverleden uitgesproken worden, maar wel met de focus om er met z’n allen op een goede manieruit te komen.Een administratieve handeling, zoals in de groene flap aangegeven, klinkt heel mooi. Zelf noemik het wel eens een ‘ja of ja’-voorstel. Als een weg niet meer bestaat op de bestemmingsplankaart,kan ze ook niet openbaar zijn. Dit voorstel is in feite een voorstel dat volgt op het bestemmingsplan.De heer Franssen heeft volledig gelijk dat dit een bevoegdheid is van de raad;als zodanig kan het ook niet aan ons worden gedelegeerd, maar zoals bekend moge zijn uiteerdere voorstellen die we hier behandeld hebben, doen we dit altijd volgend op de inhoud. Deinhoud is in dit geval het bestemmingsplan, waardoor de weg haar functie verliest. Uiteindelijkkomt dan hier een voorstel te liggen, dat volgens mij zelfs nog in twee etappes gepubliceerdmoet worden – een procedure die volgens mij ongeveer een halfjaar duurt –, waarmee de wegformeel is onttrokken aan de openbaarheid. Het is in feite een logisch uitvloeisel van het onherroepelijkgeworden bestemmingsplan.Verder is er nog een andere mogelijkheid die we in het volgende gesprek specifiek kunnen bekijken.Links op het kaartje ligt een aantal garage-ingangen, waar een wat breder pad naartoeleidt, rechts ligt een voet-/fietspad voor de achterontsluiting van de tuinen. Als iemand een keerzijn groenafval moet afvoeren, wat ik toevallig de laatste weken gedaan heb, schijnt dat welmogelijk te zijn. We kunnen er nog naar kijken om voor die functie de achterom volledig geschiktte maken. Na het gesprek van januari zal ik de commissie verslag uitbrengen van de bevindingen.Toen ik de stukken nog eens onder ogen nam, viel het mij op dat bij het raadsvoorstel eenkaartje was gevoegd dat varieert van lichtzwart naar donkerzwart, wat niet meteen de meestheldere beeldvorming oplevert. Het originele kaartje kent kleuren. Dat gekleurde kaartje heb ikde raad nog via de griffie doen toekomen, zodat wat duidelijker zichtbaar is wat woning is, watparkeerplaats en wat tuin.De heer Guffens: Mijnheer de voorzitter. De wethouder heeft een duidelijk antwoord en een secureuitleg gegeven, waarvoor mijn complimenten. Ik wens hem succes met de afronding in januari,waaruit hopelijk alleen winnaars naar voren zullen komen.Mevrouw Faber-Doornebosch: Mijnheer de voorzitter. Ook ik dank de wethouder voor zijn beantwoording.Het verheugt ons dat de wethouder met de mensen al een gesprek is aangegaanen dat dit begin januari zal worden vervolgd. Ik sluit me aan bij de wens van mijn collega dat eralleen maar winnaars uit mogen komen.De heer Moison: Mijnheer de voorzitter. Ik ga niet in herhalingen vervallen met het complimenterenvan de wethouder, maar ik vind overigens wel dat hij het goed doet! In de commissievergaderingheb ik ook geïnformeerd naar het onderzoek met betrekking tot de bevers. Op datmoment kon de wethouder de stand van zaken niet mededelen en ik had verwacht dat daaroveriets meer zou worden vermeld in de groene flap. Als hij in januari toch met Roerdelta aan tafelgaat zitten, kan het resultaat van dat onderzoek daarin mogelijk meegenomen worden. Zoalswe met de bewoners hadden afgesproken, zou in dezen nog voor een terugkoppeling wordengezorgd en ik ga ervan uit dat de wethouder dat nog een keer zal doen.De heer Franssen: Volgens mij is ons via de mail door de griffie een aanvullende notitie verstrektover de bevers.De heer Lucas: Mijnheer de voorzitter. De wethouder toonde zich nogal verbaasd over de datumvan 17 <strong>december</strong>, maar die is vermeld in de groene flap en dat heeft hij volgens mij zelf gedaan.Verder ben ik blij dat de wethouder zijn groenafval afvoert via de Molenweg in Herten,maar ik vind het wel een lange omweg!


432De heer Franssen: Mijnheer de voorzitter. Bij de complimenten van de heer Guffens kan ik meaansluiten. Hoewel het aanvankelijke kaartje veel zwart-grijs bevatte, kon ik toch wel zien waterop stond. Kijk ik dan nu naar het kleurenkaartje, dan maak ik daaruit op dat de meneer op dehoek straks toch op enigerlei wijze met zijn auto kan komen waar hij wil komen. Daarmee is inmijn beleving alles opgelost en is iedereen tevreden.Wethouder IJff: Mijnheer de voorzitter. Ook naar mijn mening is inmiddels met betrekking tot debevers aangegeven dat het rapport er is en nu ambtelijk wordt besproken met Roerdelta. Naaanpassing volgt een eindconcept, dat vanzelf zijn weg vindt naar de raad. Volgens mij is dieinformatie dus wel verstrekt.De heer Moison: Afgesproken was dat we de bewoners in het onderzoek zouden betrekken;dat is veel belangrijker. Ik roep u dan ook op dit rapportje nog voor de Kerst naar de mensen testuren, dan zijn ze hartstikke blij.Wethouder IJff: Nee, we gaan er ambtelijk eerst voor zorgen dat er een rapport komt dat iedereenkan onderschrijven. Als we eerst de bewoners zouden informeren en daarna de raad, weetik zeker dat in het eerstvolgende vragenuurtje een discussie zal ontstaan over de vraag waaromde raad niet als eerste is geïnformeerd.De heer Moison: Daar kan ik mee instemmen.De voorzitter: Bovendien horen bij Kerst andere dieren dan bevers.Zonder hoofdelijke stemming wordt hierna besloten overeenkomstig het voorstel en het daarbijbehorende ontwerpbesluit.<strong>20</strong>. Verzoek van het college om een aanvullend budget beschikbaar te stellen voor startersleningen(raadsvoorstel no. <strong>20</strong>12/1001).Mevrouw Pilz-van Elven: Mijnheer de voorzitter. In eerste instantie hadden wij dit als bespreekstukaangemeld, maar na de duidelijke uitleg die ik van de ambtenaren heb gekregen,kunnen wij helemaal met het voorstel akkoord gaan. Ik zou me zelfs hebben kunnen voorstellendat het bedrag was verhoogd van € 80.000,- naar € 90.000,-, waarmee we op jaarbasis nog eenpaar mensen meer hadden kunnen helpen, want het schijnt een heel goede actie te zijn, dieveel effect heeft.Mevrouw Beeren-Adriaans: Mijnheer de voorzitter. Ik kan het kort maken. Wij stemmen volledigin met het toekennen van startersleningen.Mevrouw Faber-Doornebosch: Mijnheer de voorzitter. In deze raad heb ik al vaker een pleidooigehouden voor startersleningen. Zeker vandaag de dag, waarin we steeds in de krantmoeten lezen dat de woningmarkt nog steeds op slot zit, is het heel belangrijk dat starters zicheen plekje op die woningmarkt kunnen verwerven. Deze regeling biedt hen daarvoor een kansen dat vinden wij heel goed. Dat is ook de reden waarom wij hierover in het verleden een motiehebben ingediend, omdat de bestaande regeling ten einde zou lopen. Ook met het oog op devergrijzing is het natuurlijk heel belangrijk om de starters te binden aan onze stad en regio, wantstarters zijn veelal jonge mensen en die willen we natuurlijk graag in ons eigen <strong>Roermond</strong> enLimburg houden. Een ander, bijkomend voordeel is dat de regeling de doorstroming op de woningmarktbevordert, en dat is goed voor iedereen. Verder is uit het aantal aanvragen geblekendat de regeling nog steeds in een behoefte voorziet. Ook in het laatste kwartaal van <strong>20</strong>12 zijnweer heel veel aanvragen binnengekomen. De regeling heeft al veel mensen geholpen om alsstarter op de woningmarkt een eigen huis te verkrijgen en daar zijn wij heel blij mee.


433Het besluit dat nu voorligt is eigenlijk een formeel besluit. Het gaat erom dat het geld dat is teruggevloeidopnieuw gebruikt kan worden om leningen te verstrekken. Het is, zoals bekend,een revolverend fonds, wat betekent dat het geld aan rente dat de mensen betalen weer terugvloeitin het fonds. Het kost de gemeente zelf dus niet veel geld. Het geld dat teruggevloeid iskan weer gebruikt worden om nieuwe leningen te verstrekken en ook daarover kunnen we alleenmaar positief zijn. Daarbij komt dat ook de provincie en het rijk hebben ingezien dat de regelingheel belangrijk is. Ook zij hebben daarom weer geld beschikbaar gesteld. Al met al is dePvdA heel blij dat dankzij haar motie heel veel mensen geholpen zijn en ook in de toekomst geholpenzullen blijven worden.De heer Franssen: Mijnheer de voorzitter. Mevrouw Faber moet ik meteen een complimentmaken voor het complete verhaal dat zij heeft geschetst. Completer dan dat kan de VVD nietzijn. Wel wil ik graag benadrukken dat ook de VVD er met het oog op het belang van de doorstromingop de woningmarkt voorstander van is dat ook de starters op de woningmarkt actiefkunnen worden. De regeling helpt daarbij misschien maar een beetje, maar heel veel kleinebeetjes is ook veel. Met deze bedragen in ieder geval kunnen weer 18 nieuwe gezinnen aaneen lening worden geholpen, om zo de woningmarkt te vlotten. Daarom heeft de VVD-fractiehiervoor alleen maar complimenten.Gelet op eerdere besluitvormingen in het verleden in deze raad, waarbij heel veel fracties dit,net als de PvdA-fractie, altijd in positieve zin hebben omarmd, hecht de VVD eraan ook hetstandpunt van de fractie van D66 in dezen te vernemen. De beoogde samenstelling van hetnieuwe college, als gevolg waarvan nu ook anderen tot het college zullen toetreden, lijkt namelijkte leiden tot een portefeuille waarover D66 in het verleden niet zo'n positieve gedachte heeftgehad. Wij vragen ons dan ook af wat dit in de toekomst gaat betekenen.De heer Pleyte: Mijnheer de voorzitter. Deze netjes gestelde vraag wil ik ook netjes beantwoorden.Inderdaad zou D66 liever andere oplossingen zien voor dit soort problemen dan door mensenin grotere schulden te storten en meer risico’s te nemen bij de diverse financieringen. Wijzouden liever zien dat er gebouwd werd tegen een lagere prijs, waardoor starters dit soort financieringsconstructiesniet nodig hadden. Het is waar dat wij dat een aantal keren hebben betoogd,maar ik moet erbij zeggen, dat wij daarin vrijwel alleen stonden en dat deze raad in overgrotemeerderheid voor deze constructie van startersleningen heeft gekozen, bij herhaling indeze raadsperiode, en dat betekent uiteraard dat dat ook voor ons een gegeven is. Het voorsteldat nu voorligt, is in feite een technische correctie op die voorstellen. Wij gaan uit van eenmaalgenomen besluiten in deze raad en hebben geen moeite met de technische correctie die nuwordt doorgevoerd.Wethouder IJff: Mijnheer de voorzitter. De raad zeg ik dank voor de brede steun die is betuigdmet de inzet van dit toch zeer effectieve middel in het kader van de volkshuisvesting in deze tijden.Het is in die zin ook wat lastig schakelen, zoals u zult hebben gemerkt aan het nagekomenstuk dat is binnengekomen, want we zijn afhankelijk van rijkspartijen en provinciale partijen die,met de jaarwisseling in zicht, andere posities innamen. In de woordvoering van alle fracties hebik geproefd dat ze willen dat het instrumentarium zo effectief mogelijk wordt ingezet en dat bijvragen die binnenkomen, geprobeerd moet worden daaraan zoveel mogelijk tegemoet te komen.Wij zullen dat in de toekomst zeker blijven doen en actief blijven anticiperen op veranderendeomgevingen als die zich weer zouden voordoen. Uiteraard zullen we de raad van die veranderingenaltijd op de hoogte stellen. De regeling is in ieder geval een effectief middel om eenaantal stappen vooruit te zetten in deze zeer moeilijke tijd voor de woningmarkt. Het is weliswaarslechts een druppeltje op een gloeiende plaat, maar een niet onbelangrijk druppeltje enuiteindelijk kunnen heel veel druppeltjes er misschien voor zorgen dat de plaat wat mindergloeiend wordt.


434De heer Franssen: Mijnheer de voorzitter. De vraag die ik in eerste termijn heb gesteld aan defractie van D66 is door de heer Pleyte uitvoerig en zorgvuldig beantwoord. Gezien deze positievereactie van de heer Pleyte, gaan wij ervan uit dat dit beleid straks ook zal worden voortgezet.De voorzitter: U kunt dat te zijner tijd checken, zoals dat heet. Aan de orde is thans de besluitvorming.De heer Franssen: Ik wens hoofdelijke stemming, voorzitter.De voorzitter: Akkoord.Het voorstel van burgemeester en wethouders wordt hierop in stemming gebracht en met algemenestemmen aanvaard.Voor hebben gestemd de heren Achten, Puper, Peters, Franssen, Lomans, Jennekens, Hutjens,Dohmen en Oele, mevrouw Moussaoui, de heren Pleyte en Ramdani, mevrouw Smitsmans-Burhenne,de heer Moison, de dames Van Beers en Beeren, de heer Coenen, mevrouwPilz-van Elven, de heren Daamen, Lucas en Heijnen, mevrouw Waajen-Crins, de heren Breugelmans,Jacobs, Guffens en Bayrak, de dames Thissen-Heynen en Faber-Doornebosch en deheer Huurdeman.21. Motie van de SP inzake Zorg voor elkaar (Zorg zonder poen).Mevrouw Beeren-Adriaans: Mijnheer de voorzitter. De motie draagt de titel “Zorg voor elkaar”,met als ondertitel “Zorg zonder poen”. Waarom die ondertitel? Heel simpel: de komende jarenkrijgt de gemeente fors minder geld om allerlei taken in de zorg, de huishoudelijke verzorgingen de persoonlijke verzorging, uit te voeren en toch worden wij geacht goed voor onze burgerste zorgen. In onze optiek wordt het dan zorg zonder poen, want veel zal overgenomen moetenworden door mantelzorgers en vrijwilligers.Een ander probleem dat mogelijk zal voortvloeien uit de mindere geldstroom is dat landelijknaar schatting zo’n kleine honderdduizend thuiszorgmedewerkers op straat zullen komen testaan. Hoeveel dat er in onze stad zijn, weet ik niet, maar na een tijdje, als de WW afgelopen is,zullen wij ook voor hen moeten opdraaien. Moeten ze dan verplicht vrijwilligerswerk gaan doen,dan lijkt me dat verdringing op de arbeidsmarkt. De bezuinigingen zullen volgens mij voor eenkettingreactie zorgen die onze gemeente nog meer geld zal kosten dan wij nu kunnen becijferen.De hele motie ga ik nu niet voorlezen; dat laat ik graag aan de voorzitter over, dan heeft hij ookwat te doen! Intussen hebben wij hierover onderling contact gehad, omdat het gestelde onderpunt 1 achter de woorden “stelt de raad voor om te besluiten” naar de mening van sommigen tezwaar was aangezet. Daarom wil ik die zin nu al meteen wijzigen als volgt: “een brief met destrekking van deze motie te sturen aan het ministerie van VWS waarin wij onze zorgen uitsprekenover deze bezuiniging die grote gevolgen kan hebben voor meerdere inwoners uit onzegemeente”.De voorzitter: Dames en heren. De motie luidt als volgt:Motie 12M27De raad van de gemeente <strong>Roermond</strong>,in vergadering bijeen op <strong>20</strong> <strong>december</strong> <strong>20</strong>12;constaterende, dat;• in <strong>20</strong>14 er geen nieuwe aanvragen voor huishoudelijke verzorging meer mogelijk zijn en per <strong>20</strong>15 dezetaak voor de gemeente vervalt;• de functie 'begeleiding' uit de AWBZ naar de gemeente gaat;


435• persoonlijke verzorging uit de AWBZ naar de gemeente gaat. Dit is het wassen, aankleden, helpen meteten. Je krijgt het alleen als:– je het langer nodig hebt dan een halfjaar (benodigde persoonlijke verzorging korter dan een halfjaarvervalt);– een eventuele mantelzorger een halfuur extra inzet doet, bovenop het uur dat al vaststond, perweek.• verpleging thuis uit de AWBZ naar de zorgverzekeraars gaat. Daarmee komt er een onwenselijke kniptussen verzorging, begeleiding en ondersteuning enerzijds en verpleging anderzijds;• mensen die zorg nodig hebben volgens de zorgzwaartepakketten 1, 2, 3, en 4 worden verondersteld‘thuis te wonen'. Ze moeten huur gaan betalen en hun zorg wordt overgeheveld naar de gemeente (endeels naar de zorgverzekeraar);van mening zijnde dat:• vereenzaming, verwaarlozing en vervuiling veel vaker voor zullen gaan komen. Ook zal het aantalzorgmijders stijgen;• uitgestelde zorgt veelal duurdere zorg is;• het beroep dat gedaan wordt op mantelzorgers zal groeien. Mantelzorg doen zij vrijwillig, maar in detoekomst zal er sprake zijn van gedwongen mantelzorg omdat er niets anders voorhanden is. Dit zetfamiliebanden onder druk en dwingt ook minderjarige kinderen zorgtaken te doen voor hun ouders;• daarnaast stelt het regeerakkoord dat er meer eigen betalingen zullen komen, maar de grootste groepmensen heeft een laag inkomen en een gemiddelde zorgvraag van ongeveer 10 uur in de week;stelt de raad voor om te besluiten:1. een brief met de strekking van deze motie te sturen aan het ministerie van VWS waarin wij onze zorgenuitspreken over deze bezuiniging die grote gevolgen kan hebben voor meerdere inwoners uit onzegemeente;2. het college opdracht te geven een inschatting te maken wat de gevolgen van het grotendeels afschaffenvan de huishoudelijke verzorging, de begeleiding, dagbesteding en persoonlijke verzorging zullen zijnen de raad hierover te informeren.Mevrouw Waajen-Crins: Mijnheer de voorzitter. Op zichzelf is dit een motie waar veel waarheidin zit. Ik nodig de wethouder nadrukkelijk uit met name te reageren op het onder punt 1 gestelde.Ik ben heel benieuwd hoe hij aankijkt tegen het sturen van een brief aan het ministerie vanVWS.Mevrouw Thissen-Heynen: Mijnheer de voorzitter. Het is eigenlijk jammer dat een motie alsdeze moet worden ingediend, omdat in deze tijd van bezuinigingen de partijen op rijksniveaugedwongen zijn een aantal maatregelen te nemen. Wij vinden het heel belangrijk dat zorgvuldiggekeken wordt naar de wijze waarop deze maatregelen uitpakken en of deze toch niet op deeen of andere manier verzacht kunnen worden. Dat is de reden waarom wij met de inmiddelsgeamendeerde motie kunnen instemmen.De heer Lomans: Mijnheer de voorzitter. De VVD-fractie heeft kennis genomen van deze landelijkemotie. Wij hebben veel begrip voor het potentiële probleem dat in de motie wordt aangehaald,maar zijn van mening dat, wellicht op een enkel exces na, de huishoudelijke verzorgingin Nederland voldoende gewaarborgd is. Uiteraard streeft ook de VVD naar verbeteringen, maarniet op de manier die de SP voorstaat. Daarom kunnen wij niet instemmen met deze motie. Wijroepen de SP, maar ook andere partijen, op samen met de VVD te kijken naar andere oplossingen,bijvoorbeeld, en wellicht heel erg actueel, aan de hand van de nieuwe visienota Werkennaar vermogen, volgens welke meer maatschappelijk geparticipeerd moet worden door onderanderen bijstandsgerechtigden, met name de twee onderste categorieën.Mevrouw Smitsmans-Burhenne: U zegt het niet eens te zijn met de oplossing die de SP in demotie voorstelt, maar ik zie in de motie helemaal geen oplossing staan.


436De heer Lomans: De motie is een landelijke motie, zoals ik al zei. Je hoeft de SP-website, ofhet verkiezingsprogramma van de SP er maar op na te slaan, om te zien wat de denkbeeldenvan de SP zijn.Mevrouw Smitsmans-Burhenne: Ik lees in de motie alleen maar een heleboel zorgen en hetzal u niet verbazen als ik zeg dat die zorgen door GroenLinks worden gedeeld. Verder wordt hetcollege in de motie alleen opgeroepen te onderzoeken welke consequenties dit heeft. Als dieconsequenties eenmaal in beeld zijn gebracht, kunnen we in deze raad met z’n allen op zoekgaan naar een oplossing. Met het gestelde onder punt 2 kunnen wij dan ook helemaal akkoordgaan. De gewijzigde tekst onder punt 1 wil ik nog eens goed lezen en ik wil er dolgraag de reactievan de wethouder op horen.Mevrouw Van Beers: Mijnheer de voorzitter. De zorgen die de SP in de motie uitspreekt, zijnnaar mijn mening volledig terecht. Wij delen die dan ook en vinden dat daarnaar goed gekekenzal moeten worden.De heer Heijnen: Mijnheer de voorzitter. Ook wij zien hierin een landelijke motie van de SP. Dezorgen die erin worden uitgesproken, kunnen wij delen, maar wij zouden er de voorkeur aangeven wanneer de motie nog even wordt aangehouden totdat er meer bekend is over het werkenz., ook in deze gemeente. Mocht de motie nu in stemming worden gebracht, dan zullen wij inieder geval tegen stemmen.De heer Coenen: Mijnheer de voorzitter. Het is terecht dat we heel zorgvuldig kijken naar aangekondigdebezuinigingen waar we niet onderuit komen, zoals we eerder dit jaar en ook het vorigjaar hebben gedaan. Tijdens de algemene beschouwingen over de begroting <strong>20</strong>12 hebbenwij als lokale fractie aandacht gevraagd voor een aantal wetswijzigingen die aanstaande waren,bijna gelijkluidend aan de aandacht die de SP nu vraagt. Er kan mijns inziens niets op tegen zijnom te proberen daarmee voor een gedeelte van onze inwoners zorgvuldig om te gaan. De problematiekzal door het college in kaart moeten worden gebracht, waarbij vooral zal moeten wordennagegaan of die slechts een enkeling raakt, of meer mensen en, nog belangrijker, hoedaarvoor maatwerk kan worden geleverd. Het is terecht ons zorgen te maken over de mensendie behoefte hebben aan dagbegeleiding, huishoudelijke verzorging, enz., maar ook om dewerkgelegenheid die mensen kwijt dreigen te raken. Ik kan er nog een heel lang en gedrevenverhaal over houden, maar dat heb ik in november <strong>20</strong>11 ook al gedaan. U zult begrijpen dat wijdeze motie volledig omarmen.Wethouder Kemp: Mijnheer de voorzitter. Tijdens de algemene beschouwingen hebben wij uitgebreidstilgestaan bij de komende decentralisatieoperaties, die omvangrijk zijn en zich op talvan fronten zullen voordoen. Afgesproken is dat we die decentralisatieoperaties in samenhangzullen bekijken. Volgens mij is ook een motie aangenomen van GroenLinks om de decentralisatiesin samenhang te beschouwen. Logischerwijze gaat daaraan een inventarisatie vooraf vande gevolgen van een en ander in <strong>Roermond</strong>, sectoraal, maar ook integraal: de stapeling vanmaatregelen die tot ernstige consequenties kan leiden. Als hier een motie had voorgelegenwaarin was opgeroepen een bepaalde oplossing te kiezen, dan zou ik het helemaal met de heerLomans eens zijn dat dat in dit stadium niet kan. Een motie echter die oproept om een onderzoekin te stellen kan ik overnemen. Het eerste deel van de motie zou wat mij betreft overbodigzijn, want de VNG heeft inmiddels gereageerd op het regeerakkoord en haar zorgen kenbaargemaakt aan het ministerie – dat signaal ligt er dus al en is duidelijk –, maar ik laat het overigensaan de raad over om daarover een beslissing te nemen.De heer Lomans: Mijnheer de voorzitter. Er zijn twee zaken die de VVD opvallen. Een onderzoekdoen is natuurlijk altijd goed, dat zij vooropgesteld, maar we kunnen ook té veel onderzoe-


437ken. Zet het zoden aan de dijk om in tijden waarin we voorzichtig om moeten gaan met geld elkekeer weer onderzoeken te verrichten? Helpen we daarmee de burgers van <strong>Roermond</strong>?Voorts heb ik de wethouder horen zeggen dat hij het effect wil onderzoeken. Daarmee zegt hijvolgens mij ook dat het schrijven van een brandbrief, zoals gevraagd onder punt 1, veel tevoorbarig is. Interpreteer ik zijn woorden zo goed?Mevrouw Beeren-Adriaans: U hebt kennelijk de gewijzigde tekst niet gelezen…De heer Lomans: Ja hoor, er staat nog steeds dat er een brief naar het ministerie van WVS zoumoeten worden gestuurd.Mevrouw Beeren-Adriaans: Maar u had het over een brandbrief en het woordje brand is weg.De voorzitter: De terminologie is enigszins afgezwakt, ja.Wethouder Kemp: Mijnheer de voorzitter. Een onderzoek is absoluut noodzakelijk en daaraanheeft de raad in het voorjaar ook volop meegedaan, toen de decentralisatie van de AWBZ aande orde was. Meerdere keren is in die tijd van zes tot zeven een informatieronde belegd waarinde stand van zaken werd besproken van onderzoeken naar de overheveling van de ondersteunendebegeleiding AWBZ. Ik hoef niemand te vertellen hoe uitgebreid de maatregelen zijnwaarmee we straks geconfronteerd zullen worden, collectief en individueel. Onderzoek is dusnoodzakelijk en het betreft niet alleen de decentralisatie van de AWBZ, maar ook de overhevelingvan de huishoudelijke verzorging, de bezuiniging op de hulp bij het huishouden en de transitievan de jeugdzorg. Het is goed daarnaar een gedegen onderzoek in te stellen, om de juistekeuzes te kunnen maken. Over de oplossingen komen we later nog te spreken.De heer Lomans: Ik heb nog steeds geen antwoord gekregen op de vraag die ik heb gesteldover de brief. Bovendien zijn momenteel al onderzoeken gaande – u gaf zelf het voorbeeld vande decentralisatie van de jeugdzorg – en daarom vragen wij ons af of hiervoor nog een extramotie nodig is.Wethouder Kemp: De motie roept het college op de gevolgen van die maatregelen inzichtelijkte maken.De heer Lomans: Maar die worden toch standaard inzichtelijk gemaakt?Wethouder Kemp: Nee, we moeten de regionale situatie in beeld brengen. Voor deze decentralisatieoperatiesgeldt dat de gemeentegrens in heel veel gevallen niet absoluut is…De heer Lomans: Zegt u nu dat u dat niet zou hebben gedaan als deze motie er niet had gelegen!?Wethouder Kemp: Dat heb ik niet gezegd. Ik heb gezegd dat het noodzakelijk is om dit onderzoekte doen, vergelijkbaar met dat inzake de decentralisatie van de AWBZ, de overheveling vanondersteunende begeleiding. Daarvoor hebben we onderzoek gedaan en doen we onderzoek,en daarover hebben wij de raad geïnformeerd.De heer Lomans: Daarmee zegt u in feite toch dat deze motie overbodig is.Wethouder Kemp: Het is een extra oproep om de gevolgen in kaart te brengen. Die gevolgenzullen sowieso in beeld gebracht moeten worden.Mevrouw Beeren-Adriaans: In mijn woordvoering heb ik ook gewag gemaakt van de mogelijkheiddat er minder personeel zal komen. Als wij namelijk 75% minder inkomsten krijgen, heeft


438dat ook gevolgen voor de mensen die werken in de zorg. Dat aspect wil ik ook meegenomenhebben.De voorzitter: Hiermee sluit ik de beraadslagingen. Aan de orde is de besluitvorming over demotie.De heer Lucas: Mijnheer de voorzitter. De fractie BBR vindt punt 1 van de motie sowieso overbodigen zoals de wethouder zojuist heeft aangegeven, is ook punt 2 overbodig geworden. Datmaakt de hele motie overbodig.De heer Lomans: Helderder dan de heer Lucas kan ik het niet zeggen. De VVD sluit zich geheelbij zijn woorden aan.De motie wordt hierop bij handopsteken in stemming gebracht en met de stemmen van de fractiesvan VVD en Burger Belangen <strong>Roermond</strong> tegen aanvaard.22. Motie van de SP inzake wietteelt.Vervallen.23. Vragen van raadsleden.De voorzitter: Dames en heren. Voor alle duidelijkheid zet ik de procedure nog eens uiteen dieop grond van het reglement van orde bij een vragenuur in acht moet worden genomen. Hetwoord is allereerst aan de vragensteller. Daarop krijgt hij een antwoord van het college en vervolgenskrijgen de overige leden van de raad de mogelijkheid vragen te stellen, die door devragensteller kunnen worden beantwoord. Tenslotte kan ook door het college nog een enkeleopmerking worden gemaakt. Er kunnen enkel en alleen vragen worden gesteld. Moties en interruptieszijn niet toegestaan.Het woord is allereerst aan de heer Lucas, die vragen wil stellen over de milieupas.De heer Lucas: Mijnheer de voorzitter. De aanleiding voor onze vragen is gelegen in de publicatiein de Trompetter van afgelopen dinsdag op onze gemeentepagina, waarin we kunnen lezendat de milieupas per 1 januari <strong>20</strong>13 komt te vervallen. In raadsinformatiebrief nr. 50 van <strong>20</strong>12worden een aantal punten genoemd die in die publicatie niet zijn meegenomen. Derhalve hebbenwij hierover de volgende vragen te stellen.1. Het nieuwe systeem wordt ingevoerd voordat de gemeenteraad daarover een besluit heeftgenomen. Kunt u dat uitleggen?2. Er zou een overgangsregeling komen voor de milieupas. Hiervan wordt geen melding gemaakt.Kunt u ook dat uitleggen?3. Niet iedereen leest de Trompetter, c.q. de publicaties hierover. Hoe wilt u <strong>Roermond</strong> kennislaten nemen van dit besluit, dat in onze ogen nog genomen moet worden? Bovendien zijnwe vandaag niet “in de lucht”, zodat dit nog meer dan anders in de lucht dreigt te blijvenhangen.4. Waarom wordt geen melding gemaakt van de mogelijkheid om een ontheffing, c.q. machtigingte verkrijgen voor het aanleveren van het afval van iemand anders? Hoe kan de burgerdeze verkrijgen, waar kan hij dat lezen?Kortom, er is naar onze mening nog veel onduidelijkheid. Hierover had pas gecommuniceerdmogen worden nadat de gemeenteraad hierover een beslissing had genomen. Bent u dat metons eens? Ik heb nog een 14-tal vragen voor u in petto, maar die ga ik nu niet stellen. Ze zulleneventueel aan bod komen als artikel 43-vragen wanneer het antwoord op de voorgaande vragenmij niet bevredigt.


439Wethouder IJff: Mijnheer de voorzitter. Laat ik voorop stellen dat wij ernaar streven de afvalverwijderingzo klantvriendelijk en klantgericht mogelijk te organiseren, met name voor de inwonersvan onze gemeente. Een tweede belangrijk criterium is dat wij dat tegen zo laag mogelijkekosten proberen te realiseren, want alleen een systeem in stand houden om een systeem tehebben, is niet erg effectief. Uiteraard is het aan de raad te bepalen wat wij precies doen rondde afvalinzameling en hoe dat georganiseerd moet worden, waarna het in het kader van hetdualisme aan het college is om dat op een bepaalde wijze in te vullen. Vanaf vorig jaar wordtvan allerlei automatiseringsmiddelen gebruik gemaakt, zoals de afval-app en de internetsite, omde burgers zo effectief mogelijk te informeren over het inzamelen van KCA, het milieupark, specifiekeafvalstromen enz. Kan het nog beter? Ja, natuurlijk, maar we proberen het voor de burgersin ieder geval zo goed mogelijk in te richten en daarover zo goed mogelijk informatie teverstrekken.Dat de gemeenteraad nog geen besluit heeft genomen over het omzetten van de milieupasnaar het nieuwe systeem is juist, en ik zal dat uitleggen. De raad heeft besloten een registratieplichtin te voeren. In het verleden hebben wij dat ingevuld via de milieupas, maar gebleken isdat, tegen dat de tijd dat men het afval te bestemder plekke wil brengen, zeg maar even: éénkeer per jaar, vaak het pasje zoek is, zodat er een nieuw pasje moet worden besteld. Het afvalstaat dan vaak al in de auto, maar het pasje is er nog niet, of de mensen komen bij de poort aanen hebben dan geen pasje. Kortom, allerlei gehannes. Bovendien bleek het ook niet meer nodigte zijn, omdat er een nieuw systeem is, waarmee we koppelen aan het GBA en via paspoort, rijbewijsof ID-kaart dezelfde betrouwbaarheid gerealiseerd kan worden, en misschien nog welmeer dan dat. Met dat middel kunnen we het op een goedkopere manier invoeren, en ookklantgerichter, omdat iedereen zoiets altijd bij zich heeft en dus niet een keer per jaar op zoekhoeft te gaan naar het pasje in het kistje op de schoorsteenmantel.Van de overgangsregeling hebben we geen melding gemaakt, omdat er een onderscheid istussen de informatiestroom van ons naar de raad, zijnde het controlerende orgaan, en de informatieaan de burger. Voor de burger is het evident dat er een nieuw systeem is, volgenshetwelk hij met zijn ID-kaart gewoon terecht kan. In de overgangssituatie zal het afval ook afgehandeldworden als mensen onverhoeds toch met een milieupas aankomen en niet met een IDkaart,zodat men nooit terug hoeft naar huis om iets op te halen. Voor de burger is het echterhelemaal niet interessant te weten of hij in een overgangsregeling zit of in een permanente regeling.Dat maakt voor hem niets uit. Hij wordt gewoon geholpen op de manier die hij graag wil.Voor de raad is dat anders: met hem hebben we een informatiestroom waarin we dat met elkaarhebben afgesproken.De heer Lucas heeft vervolgens vastgesteld dat niet iedereen de Trompetter leest en de vraaggesteld hoe wij ervoor willen zorgen dat iedereen hiervan kennis kan nemen. Het staat op onzegemeentelijke internetsite, het heeft in onze gemeentelijke nieuwsbrief gestaan en er is eenpersbericht over gepubliceerd. Er zijn dus heel wat mogelijkheden voor burgers om dit te wetente komen. Uit eigen ervaring weet ik dat, als je bij het milieuparkje komt, je een kaartje krijgtwaarop de wijziging is vermeld. Kortom, de burger wordt er op vele manieren over geïnformeerd,en als hij op de “verkeerde’ manier binnenkomt, wordt hij toch afgehandeld in het kadervan het overgangssysteem.De machtiging om bij wijze van spreken de tuinman het afval te laten afvoeren – hovenier, heetdat tegenwoordig – bestaat vanaf 1 januari en wordt op dat moment ook kenbaar gemaakt opde internetsite. Op de internetsite komt dan ook een formulier dat gedownload en ingevuld kanworden, maar het kan ook worden ingevuld bij het milieupark.De heer Lucas sloot zijn verhaal af met de conclusie dat veel nog onduidelijk is. Zojuist heb ikgeprobeerd aan te geven dat dat niét zo is. Het is juist heel duidelijk, met name voor de klant,maar volgens mij ook voor de raad, zij het op een andere wijze, omdat hij er meer van moet weten.Al met al past de wijziging die wij hebben doorgevoerd geheel in de opdracht die wij hebbenom juist in deze tijd als een goed huisvader zo goed mogelijk op de centen te passen. Als


440het goedkoper kan, wat in deze situatie het geval is, wordt dat zo snel mogelijk doorgevoerd, enzeker als het ook nog klantvriendelijker is.Ik dank de heer Lucas voor zijn vragen, omdat die mij de gelegenheid hebben geboden dit nogeens duidelijk uit te leggen en ik neem aan dat hij daarmee heel tevreden zal zijn!De voorzitter: Desgewenst kan de vragensteller nu nog een aanvullende vraag stellen.De heer Lucas: Zo kan ik er nog wel veertien bedenken, voorzitter! De wethouder is nogal gemakkelijkover een aantal dingen heen gegaan. Een overgangsregeling waarvan niet bekend ishoe lang die duurt, maar de klant wordt geholpen, zodat iedereen er over drie jaar nog met zijnpasje terecht kan. Ik kan er eerlijk gezegd geen chocola van maken. Verder heeft hij gezegd dater veel gecommuniceerd is; dat heb ik nergens gezien, maar dat zal mij dan wel ontgaan zijn…De voorzitter: Wilt u zich wel een beetje tot vragen beperken? Dat is namelijk de bedoeling vandit agendapunt.De heer Lucas: Goed. Van de wethouder wil ik graag weten waar hij dit heeft gecommuniceerd.Verder had de wethouder het over het invullen van een formulier. Is hij zich ervan bewust datniet iedere burger toegang heeft tot internet en dat niet iedere burger een formulier kan invullenvoor iemand die de afvoer verzorgt van zijn goederen, omdat hij misschien niet meer op dezeaarde is? Hoe gaat hij dat oplossen?In raadsinformatiebrief nr. 50 heeft de wethouder ons een aantal feiten voorgelegd die naar onzemening meer recht doen aan de informatiebehoefte dan de publicatie die afgelopen dinsdagin de Trompetter stond. Is de wethouder dat met ons eens en gaat hij dat nog aanpassen?Wethouder IJff: Mijnheer de voorzitter. Of ergens in de stukken staat hoe lang de overgangsregelingduurt, weet ik niet zeker, maar ik meen dat we iets van een halfjaar hebben aangegeven.Als echter blijkt dat nog heel veel mensen met de verkeerde kaart aankomen, is er niets op tegenom het wat te verlengen. Er worden geen nieuwe pasjes meer uitgegeven, maar zo langiemand met een pasje komt, zal dat gewoon worden afgehandeld, neem ik aan. Ik kan me danook niet voorstellen dat dat een knelpunt is. Op een gegeven moment sterft het systeem met depasjes vanzelf een keer uit. De nieuwe manier van werken past veel meer in de tijd en zal ongetwijfeldheel snel bij de mensen bekend worden.De heer Lucas heeft vervolgens opgemerkt dat er mensen zijn die geen toegang hebben tot interneten ook bij de balie het formulier niet kunnen invullen. Ik vraag me af of er dan niet iemandmee kan gaan die hen daarbij kan helpen. We kunnen wel proberen alles vanuit het gemeentehuisop te lossen, maar op een gegeven moment moeten we toch uitgaan van een aantal gangbareregels. Het invullen van een formulier dat je door iemand gemachtigd bent, moet daarmijns inziens toch wel onder vallen.De exacte tekst van de publicatie in de Trompetter heb ik niet bij me, zodat ik moeilijk kan beoordelenof die beter of minder goed is dan de inhoud van de raadsinformatiebrief. Ik constateerwel – en dat heb ik in eerste termijn ook geprobeerd aan te geven – dat de raadsinformatiebriefbedoeld is om de raad te informeren. Wat in de Trompetter staat, is informatie naar de burgertoe en dat hoeft niet altijd precies hetzelfde te zijn. Het belangrijkste is dat de burger, als hijvanuit milieuoogpunt goed wil handelen met zijn afval, daarbij adequaat wordt ondersteund doorons en volgens mij zal dat met dit voorstel alleen maar beter worden.De heer Lucas: Eén vraag van mij is nog niet beantwoord, voorzitter.De voorzitter: Dan mag u die nog stellen.


441De heer Lucas: Het betreft de vraag over de mensen die het formulier niet kunnen invullen omdatze niet meer onder ons zijn. De zoon van zo iemand kan bijvoorbeeld in Venlo wonen enmoet toch dat afval in <strong>Roermond</strong> kwijt.Wethouder IJff: In zo’n situatie zal ongetwijfeld maatwerk worden geleverd.De voorzitter: Desgewenst kunnen de overige leden van de raad nu vragen stellen aan de heerLucas of aan de wethouder.De heer Huurdeman: Mijnheer de voorzitter. Klopt het dat het nieuwe systeem minder fraudegevoeligis? De oude pasjes konden namelijk gemakkelijker aan derden worden overhandigddan je legitimatiebewijs. Als dat zo is, zal wel heel duidelijk moeten worden gemaakt wanneerde pasjes niet meer gangbaar zijn. De wethouder had het zojuist over ongeveer een halfjaar,maar we zullen een concrete datum moeten hebben en die ook moeten publiceren.Wethouder IJff: Mijnheer de voorzitter. In de eerstvolgende mededelingen aan de commissiezal ik aangeven wanneer wij voornemens zijn de pasjes buiten gebruik te stellen. Er is een bepaaldetermijn voor overeengekomen met het bureau dat een en ander beheert en dat zullenwe in de mededelingen vermelden.De heer Huurdeman: En is het nieuwe systeem inderdaad ook minder fraudegevoelig?Wethouder IJff: Het is gekoppeld aan het GBA, met rijbewijs, paspoort en ID-kaart, documentendie in de state of art van dit moment zeker voldoen. Wat met het milieupasje kon, kan overigensook op de nieuwe manier, want je kunt ook iemand machtigen. Het is dus mogelijk dat iemanduit Melick, met een moeder of vader in <strong>Roermond</strong> woonachtig, het op die manier bij ons aanbiedt.Ik weet dat er in Roerdalen aan werd gedacht om het in dat gebied ook voor ons toe testaan, maar momenteel kiest men daarvoor veel meer de samenwerking met Maasbracht, zodatdat idee op een wat lager pitje is komen te staan. Als de mogelijkheid zich voordoet, is bijons de bereidheid daartoe altijd aanwezig. Zoals u weet, hebben we ook fraudegevallen gekendmet mensen die heel vaak komen, de professionele klussers zeg maar. Met dit systeem kunnenwe dat niet veranderen. Daarmee zullen we op een andere manier aan de slag moeten.De voorzitter: Het woord is thans aan de heer Peters, die vragen wil stellen over de StichtingSwalm en Roer. Ten overvloede wijs ik er nog eens op dat in dit vragenuur alleen vragen kunnenworden gesteld en dat conform artikel 44 sub 9 van het reglement van orde tijdens het vragenuurgeen moties kunnen worden ingediend.De heer Peters: Het moet mij van het hart dat u de regels de ene keer anders interpreteert dande andere keer. De vragen van de heer Lucas zijn zojuist niet behandeld op de manier die inhet reglement van orde is voorgeschreven. Dat zult u dus nog een keer moeten bestuderen,want u geeft de vragensteller nu twee keer een ronde, terwijl het de bedoeling is dat in de tweederonde de vragensteller samen met de rest van de raad aan bod komt. De heer IJff is geloofik wel vier keer aan het woord geweest.De voorzitter: Ik houd me stipt aan hetgeen ik voor me heb liggen.De heer Peters: U kent de regels, maar u interpreteert ze zoals het u uitkomt.De voorzitter: Jammer. Ik geef u nu het woord om uw vragen te stellen en ik wens u veel succes.


442De heer Peters: Om te beginnen merk ik op dat de raad op ieder moment een motie kan indienen.Anders moet u het de heer Pleyte maar eens vragen, want die is er al jaren mee bezig.De voorzitter: Nu wordt het vervelend…De heer Peters: Ik wil er helemaal niet met u over in discussie gaan…De voorzitter: Ik lees letterlijk artikel 38 sub 4 van het reglement van orde voor: “Een motie overeen niet op de agenda opgenomen onderwerp moet worden ingediend bij aanvang van de raad,bij de discussie over het vaststellen van de agenda.”De heer Peters: Staat dit niet op de agenda?De voorzitter: Dit staat niet op de agenda, dus…De heer Peters: Wij hebben de agenda goedgekeurd, waaronder ook dit agendapunt. Het staatdus op de agenda.De voorzitter: U mag het interpreteren zoals u wilt, maar ik stel vast dat op basis van artikel 44sub 9 geen moties mogen worden ingediend tijdens het vragenuurtje. Daarnaast verwijs ik naarartikel 38 sub 4 van het reglement van orde, dat ik zojuist heb geciteerd. Het kan dus niet, hetspijt mij.De heer Peters: Wij bewaren de motie wel tot 17 januari, maar ik kondig haar nu al aan.De voorzitter: Ik geef u nu de kans mondelinge vragen te stellen. Ga uw gang.De heer Peters: Mijnheer de voorzitter. Ik wil het hebben over het feit dat bij de Stichting Swalmen Roer het vertrouwen in de raad van bestuur is opgezegd. Je zou je misschien kunnen afvragen:waarom moeten wij het daarover hebben, terwijl wij er niet zoveel over te vertellen hebben?Aan de andere kant spelen wij echter met die zelfde organisatie onder één hoedje als hetgaat om onderwijs. Eerder is door iedereen een raadsvoorstel goedgekeurd om de Alfonsusschooluit het schoolgebouw te laten verdwijnen. Nu maakt de wethouder zich er sterk voor omdat overeind te houden, en daar staan wij natuurlijk allemaal achter, als het enigszins mogelijkis. De Alfonsusschool is juridisch en economisch eigendom van de Stichting Swalm en Roer,terwijl die zelfde stichting aan de andere kant het geld met een schop over de schutting gooit.Daarom wil ik de wethouder allereerst vragen te onderzoeken in hoeverre de gemeente <strong>Roermond</strong>in gevaar zou kunnen komen als deze stichting straks zou dreigen om te vallen. De mensenmaken zich nu al ongerust en ik heb begrepen dat het bestuur vandaag zelfs al is opgestapt.Het zou daarom wel eens kunnen gebeuren dat we straks vier, vijf ton in de Alfonsusschoolsteken, terwijl die school niet ons eigendom is. Daarom pleit ik er sowieso voor om ervoorte zorgen dat de eigendomsrechten bij ons komen te liggen als u ooit met een voorstelkomt.Ik ben zo sportief geweest om u onze vragen in alle vroegte toe te sturen. Ik zal ze nu niet allemaalgaan stellen, maar wat ik u wel wil vragen is het volgende. Is er sprake van mismanagementbij de Stichting Swalm en Roer, waardoor zij nu in financiële problemen is gekomen? Wieis hiervoor verantwoordelijk: de raad van toezicht, directie en/of bestuur? Wordt een exbestuurdernog doorbetaald tot september <strong>20</strong>13 en wat is de reden? Is de laatste vier jaar voorruim een half miljoen euro aan externen ingehuurd? Is van één bestuurder afscheid genomenmet een vertrekpremie van € 650.000,-? Is het peperdure kantoor van de stichting voor bijna € 1miljoen gerenoveerd? Heeft de raad van toezicht niet aan de gestelde verwachtingen voldaan?Is de secretaris van de raad van toezicht ook een van de directeuren/bestuurders? Wat betekenthet negatieve advies van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad voor het on-


443derwijs? Klopt het dat het aangekondigde reorganisatieplan voor Kerst niet gereed is, en wanneerdan wel?Ik begrijp best dat u op al deze vragen nu geen antwoord kunt geven, want in reactie op eerderevragen hebt u al aangegeven dat u die pas op 31 januari kunt beantwoorden. Gegeven echterde drive die u zelf hebt om iets te betekenen voor de school in Maasniel en aan de Kapel,zou ik wel willen weten met wie wij eigenlijk zaken doen, welke risico’s de gemeente <strong>Roermond</strong>loopt en, het allerbelangrijkste: welk risico de schoolgaande kinderen lopen dat ze straks metminder onderwijzers en grotere klassen te maken krijgen.Wethouder Kemp: Mijnheer de voorzitter. De zorgen die de heer Peters heeft geuit, deel ik, enik denk dat we dat allemaal doen. Die zorgen worden ook gedeeld door het personeel en doorde ouders. Ik zal proberen de mondelinge vragen die de heer Peters heeft gesteld zo goed mogelijkte beantwoorden, al denk ik niet dat dat op alle punten zal lukken. Ik wil graag de gelegenheidkrijgen om een aantal zaken nog nader te bekijken, zoals bijvoorbeeld de huisvestingen de consequenties voor die huisvesting. Daarbij is de zekerheidsstelling van panden inderdaadvan groot belang. Wij streven ernaar, ook met de Alfonsusschool, om dat in de reguliereverhouding te brengen, d.w.z. de juridische en economische eigendom bij het schoolbestuur/degemeente. Nu zit het bij de school en zit er nog een lijn naar de Paters; dat moet in de goedeorde gezet worden.De heer Peters heeft terecht aangegeven dat onze bevoegdheden beperkt zijn. Het onderwijs isop afstand gezet; dat geldt voor het primair onderwijs, voor het voortgezet onderwijs en voorMBO/HBO. De democratische legitimatie is ver te zoeken. Het primair onderwijs is ook nog opafstand gezet toen het openbaar onderwijs onder het schoolbestuur kwam, voorheen van St.Christoffel en SPOR, later van Swalm en Roer. Blijkens de statuten die hier het vorig jaar zijnvastgesteld, ligt er een heel sterke bevoegdheid bij de raad van toezicht en bij de Inspectie onderwijsvoor wat betreft financiën en onderwijskundige zaken. De bevoegdheden van de gemeente<strong>Roermond</strong> liggen met name op het vlak van huisvesting, onderwijsachterstandsbestrijding,leerplicht en voortijdig schoolverlaten. Wij hebben bijna niets te zeggen over de organisatieen over de financiën. In de statuten is opgenomen dat voorafgaande aan de vaststelling vande begroting en de rekening de Stichting Swalm en Roer met de gemeente in overleg treedt.Het vorig jaar hebben wij uitgebreid gediscussieerd over de manier waarop dat vorm zou moetenkrijgen. Zou de Stichting Swalm en Roer met de gemeenteraad in overleg moeten? Nee, istoen unaniem door de raad vastgesteld, niet met de hele gemeenteraad. Voorgesteld werd destichting een keer per jaar uit te nodigen in de commissie Burgers en samenleving. De commissievergaderingvan <strong>december</strong> was gepland om dat overleg te voeren en de stichting is daarinook aanwezig geweest. We zitten dus op afstand, maar we proberen wel, door voortdurend elkaarte informeren, elkaar op de hoogte te houden aangaande het jeugdbeleid van de gemeenteenerzijds en het beleid wat Swalm en Roer betreft aan de andere kant.Voor 19 <strong>december</strong>, gisteren, was al een paar weken geleden een overleg gepland om over het(re)organisatieplan geïnformeerd te worden, maar de voorzitter van het college van bestuur wasgisteren niet aanwezig. Vanmiddag heb ik hem wel gesproken en hij is dus niet opgestapt, zoalsde heer Peters opperde.Ik stap nu meteen over op de beantwoording van de vragen.Is er sprake van mismanagement bij Swalm en Roer, waardoor zij nu in financiële problemen isgekomen? Het is niet aan mij om dat te beoordelen. De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij deraad van toezicht, zowel wat betreft het functioneren van het college van bestuur alsook hetaanwenden van de middelen, en bij de Inspectie, die de financiën toetst. De Wet op het onderwijstoezichtbepaalt op welke wijze – aan de hand van financiële gegevens, rekeningen en begrotingen– het toezicht plaatsvindt en hoeveel toezicht wordt uitgeoefend, waarbij is aangegevendat het van belang is dat bestuur en instellingen financieel gezond zijn. Voor wat betreft het


444jaar <strong>20</strong>10 is geconcludeerd dat de school financieel gezond is en dat het onderwijskundige niveauvan de scholen die onder Swalm en Roer vallen aan de maat is.Wie is hier verantwoordelijk voor, raad van toezicht, directie of bestuur? Zoals ik zojuist hebaangegeven, is de raad van toezicht verantwoordelijk voor de interne organisatie, voor de aanwendingvan middelen en voor begroting en rekening, waarbij het toezicht berust bij de Inspectie.Wordt een ex-bestuurder nog doorbetaald tot september <strong>20</strong>13? De bestuurder die recent afscheidheeft genomen maakt nog tot september <strong>20</strong>13 gebruik van opgebouwde rechten, conformzijn aanstellingscontract. Dit is een punt waarnaar ik nader navraag zal doen, omdat ernog enige onduidelijkheden zijn. Zo weet ik niet wat de opgebouwde rechten zijn en als ik watmag weten van het aanstellingscontract, ben ik daar zeer nieuwsgierig naar.Is er in de laatste vier jaar voor ruim een half miljoen aan externen ingehuurd? Het antwoord datik daarop heb gekregen luidt als volgt. In de afgelopen jaren is in een aantal situaties interimmanagementaangetrokken om knelpunten binnen de leiding verantwoord op te lossen. Hierbijmoet gedacht worden aan langdurige afwezigheid van een directeur of een noodzakelijke, kwalitatievemanagementinterventie. De hoogte van het bedrag is ons niet bekend, maar ook dat iseen vraag die ik nog zal terugkoppelen, want daar zit nog wel wat achter en daar ben ik ooknieuwsgierig naar.Is van een bestuurder afscheid genomen met een vertrekpremie van € 650.000,-? Binnen Swalmen Roer is geen afscheid genomen van een bestuurder met een vertrekpremie van € 650.000,-.Dat is het antwoord dat ik heb gekregen. Ik zal dit overigens nog checken in een gesprek dat ikmet de mensen zal hebben.Is het peperdure kantoor van de stichting voor bijna € 1 miljoen gerenoveerd? De totale renovatievan het kantoor heeft € 324.000,- gekost.Heeft de raad van toezicht niet aan de gestelde verwachtingen voldaan? Ook dat is niet aan mijom te beoordelen. De raad van toezicht opereert vanuit de taken die in de statuten zijn neergelegden zoals ik heb aangegeven, hangt daar de Inspectie onderwijs boven.Is de secretaris van de raad van toezicht ook een van de directeuren/bestuurders? In de beginfasevan Swalm en Roer was een bestuurder secretaris, maar deze situatie is nu niet meer aande orde.Wat betekent het negatief advies van de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad voor hetonderwijs en klopt het dat het aangekondigde reorganisatieplan voor Kerst niet gereed is, wanneerwel? Het negatief advies van de GMR heeft geen gevolgen voor het onderwijs. De reorganisatieplanningbevindt zich thans in een eindfase en zal begin <strong>20</strong>13 het formele traject vanvaststelling, goedkeuring en medezeggenschap ondergaan. Een paar weken geleden heeft devoorzitter van het college van bestuur mij gezegd dat het reorganisatieplan voor de Kerst klaarzou zijn. Vorige week heeft hij mij gezegd dat dat niet haalbaar bleek. Toen was de afspraakvoor gisteren tussen hem en mij al belegd. Door deze omstandigheden is het sowieso niethaalbaar. Ik heb een aantal punten aan hem meegegeven en ook aan de vicevoorzitter van deraad van toezicht, die ik gisteren heb gesproken, en die betreffen communicatie: communicatienaar personeel, naar ouders en oudergeledingen en zorgen dat in de opbouw van het reorganisatieplandraagvlak gecreëerd wordt. Dit zijn ook de punten waarop ik in de komende afsprakendie ik heb ofwel de voorzitter van het college van bestuur, ofwel de vicevoorzitter van de raadvan toezicht zal aanspreken.De voorzitter: Desgewenst krijgt de heer Peters de mogelijkheid aanvullende vragen te stellen.De heer Peters: Mijnheer de voorzitter. Om met het laatste te beginnen: alle correspondentiedie ik heb gezien is met de vicevoorzitter. De voorzitter, de heer Tof Thissen, blijft maar buitenbeeld. Hij is weliswaar een paar maanden ziek geweest, maar uit twee pagina’s in de Volkskrantbegrijp ik dat hij weer volop actief is. Wij maken ons zorgen en ik zou graag zien dat dievanuit de gemeenteraad en vanuit het college bij de Inspectie bekend worden gemaakt. Een


445paar maanden geleden zijn wij in de Tuinzaal door de bewoners aan de Kapel, door de ouders,enz., teruggefloten, we zijn bij wijze van spreken allemaal op onze bek gegaan en we moetenwaarschijnlijk een besluit terugnemen. Als je op een tandem zit, waarop aan de voorkant degenezit die voor het onderwijs moet zorgen en aan de achterkant degene die voor de huisvestingmoet zorgen, moet het wel met elkaar sporen. Als het niet met elkaar spoort, en we vinden dathet voldoende is om elkaar één keer per jaar op de hoogte te houden, denk ik dat we constantachter de feiten aan hollen. Ik vraag nogmaals om een onderzoek, opdat wij zo snel mogelijkweten of wij straks niet zelf in het gedrang zullen komen. Verder vragen wij om de Alfonsusschooljuridisch en economisch in eigendom te verwerven. Zo niet, dan zal de VVD nooit ookmaar één euro besteden aan een gebouw dat mogelijk straks als gevolg van een faillissementverloren gaat. Ik doe een dringend beroep op u om de Inspectie te informeren over onze zorgenen tevens even te vragen wat die raad van toezicht is, waarom wij allemaal brieven krijgen vande vicevoorzitter en waarom de voorzitter in de anonimiteit duikt. Wij hebben daar heel veelproblemen mee.Wethouder Kemp: Mijnheer de voorzitter. Hoe het zit met de personen, de voorzitter en de vicevoorzitter,zal ik nagaan. Het is mij niet bekend, maar ik heb in ieder geval gesproken met devicevoorzitter.De Inspectie onderwijs kan op basis van signalen en meldingen onderzoek doen. Het lijkt mijgoed dat wij – en dat moet ik natuurlijk ook in overleg met Swalm en Roer doen – een meldingdoen en een signaal afgeven. De Inspectie heeft aangegeven dat de stichting kan voldoen aande verplichtingen op korte termijn, voor wat betreft liquiditeit, en de lange termijn, voor wat betreftsolvabiliteit. Het is dus niet zo dat het morgen omkiept, maar zorgvuldigheid in dezen is zekerwenselijk.De voorzitter: Ik bied thans de overige leden van de raad de gelegenheid eventueel vragen testellen aan de heer Peters, of aan de vertegenwoordiger van het college.De heer Achten: Mijnheer de voorzitter. De wethouder heeft gezegd dat hij met de Inspectieonderwijs zal gaan praten en dat hij dat met de Stichting Swalm en Roer zal afstemmen. Waarommoet hij dat met Swalm en Roer afstemmen? Hij kan toch ook onafhankelijk naar de Inspectiegaan?Bij de ouders, leerlingen en onderwijzers bestaat buitengewoon veel onrust. Er ligt een negatiefadvies. Wat kan de gemeente zelf doen om voor een goede communicatie te zorgen? Straksgaan de mensen de Kerstvakantie in met het beeld voor ogen dat hun kinderen op een schoolzitten waarmee het financieel niet goed gaat.Gisteren zou de wethouder een overleg hebben met de voorzitter, maar dat is niet doorgegaan.Kunt u aangeven waarom dat niet is doorgegaan? Met andere woorden: wordt hij buiten schotgehouden?De heer Jacobs: Mijnheer de voorzitter. Ik neem aan dat de wethouder het met ons eens is datniet alleen de financiële situatie van de stichting voor ons essentieel is als wij straks voor devraag komen te staan of wij voor de scholen voorzieningen willen treffen, maar dat ook de stichtingen de organisatie een goede, stabiele factor moeten zijn. Als dat niet het geval is, zal datvolgens ons moeilijk kunnen leiden tot een goede afwikkeling van de stand van zaken met betrekkingtot verbouwing, nieuwbouw, aanbouw en noem maar op. Is de wethouder dat met onseens?De heer Lucas: Mijnheer de voorzitter. Ik heb drie vragen te stellen.1. Deelt de wethouder met ons de verbazing over het feit dat wij hier veertien dagen geledenmet de heer Timmermans hebben gezeten, toen alles nog pais en vree was bij zijn organisatie,en dat er nu ineens hommeles in de tent is?


4462. Gaat de wethouder ook nog een keer met de gezamenlijke medezeggenschapsraad praten?Zo ja, wanneer, en zo nee, waarom niet?3. Het vorig jaar zijn alle fractievoorzitters bij mijn weten op bezoek geweest bij de stichting. Isde wethouder daarvan op de hoogte en ook van de inhoud daarvan? Het ging toen voornamelijkover de financiën.De heer Coenen: Mijnheer de voorzitter. Sinds wanneer bent u op de hoogte van het tekort van€ 1,6 miljoen, zoals dat op 4 <strong>december</strong> door de heer Timmermans hier kenbaar werd gemaakt?Kunt u aangeven of landelijke bezuinigingen, krimp of mismanagement aanleiding zijn voor dittekort van € 1,6 miljoen? Weet u dat er 30 directeuren betaald worden op een post, terwijl ervolgens mij 23 of 24 scholen zijn? De andere vragen zullen aan bod komen in februari, bij debehandeling van de motie van de VVD.De heer Achten: 17 januari!De heer Coenen: Ik zal het noteren.Wethouder Kemp: Mijnheer de voorzitter. Allereerst de vragen van de heer Coenen. In hetweekeinde voorafgaande aan de vergadering van de commissie BS heb ik een brief ontvangendie aan het personeel gericht was. Het werd mij toen duidelijk dat sprake was van een fors tekortin de rekening. Voorafgaande aan de commissievergadering heb ik daarover met de voorzittergesproken. Misschien was het toen nog pais en vree in de verhouding tussen college vanbestuur en gemeenschappelijke medezeggenschapsraad, maar wat daar precies gespeeldheeft, is mij niet bekend. In ieder geval heeft deze week een overleg plaatsgevonden tussenGMR en raad van toezicht en tijdens die vergadering is kenbaar gemaakt dat er geen vertrouwenmeer was.Het is mij niet bekend dat de fractievoorzitters bij de stichting op bezoek zijn geweest.Dat er 23 of 24 scholen zijn, terwijl er 30 directeuren op de loonlijst staan, zoals de heer Coenenzei, zou te maken kunnen hebben met de locatiemanager en bovenschoolse directeuren. Ikweet het niet, maar ik ga er wel van uit, omdat bijna iedere school tegenwoordig een locatiemanagerheeft en daarboven een bovenschools directeur.De heer Coenen: Het heeft te maken met de suggestie dat er tussentijds ook nog extra interimmanagementis toegevoegd tegen hoge kosten.Wethouder Kemp: Inderdaad is dat bij schooluitval – ik heb zelf een paar keer met een interimlocatiemanagercontacten gehad – een aantal keren het geval geweest, maar ik ken de loonlijstniet en de vraag is of wij die loonlijst wel onder ogen mogen krijgen. Het is intern, zoals ik netheb aangegeven.De heer Jacobs informeerde naar de consequenties van deze situatie. Naar mijn mening zal datdeel van het onderzoek moeten uitmaken. We zullen eerst duidelijkheid moeten krijgen overdeze situatie en of dat consequenties zou hebben voor de huisvesting. Of heb ik die vraag verkeerdbegrepen?De heer Jacobs: Nee u hebt de vraag niet verkeerd begrepen, maar de stelling is heel eenvoudig:als je het financieel in orde hebt, maar er is geen vertrouwen over en weer, dan gaan wedaarmee niet in zee.Wethouder Kemp: Wij hebben de opdracht om op een goede manier in huisvesting te voorzien.Daarbij moeten we ons baseren op de verordening en op de Wet op het primair onderwijs. Devraag is zelfs of wij kunnen weigeren als er een aanvrage wordt ingediend.


447De heer Achten wil ik graag even uitleggen wat ik heb bedoeld met de afstemming waarover iksprak met de Stichting Swalm en Roer. Als wij ons tot de Inspectie richten, zullen we de StichtingSwalm en Roer daar in ieder geval van in kennis moeten stellen.Een goede communicatie is inderdaad van wezenlijk belang; dat is de basis voor het creërenvan draagvlak, zeker als je een complex proces in gaat.De voorzitter van het college van bestuur had gisteren een dag time out, laat ik het zo maarnoemen.De heer Achten: U had het over communicatie, ook naar de raad. Wij zouden pas op 30 januariantwoord krijgen op de vragen. De heer Peters heeft vandaag mondelinge vragen gesteld enzal nog aanvullende schriftelijke vragen indienen bij de griffier. Wanneer kunnen wij daarop eenantwoord verwachten? Kunnen we ervan uitgaan dat we bij wijze van spreken op 10 januari opalle vragen antwoord krijgen?Wethouder Kemp: Dat zal lastig zijn, want de vraagstelling en de problematiek zijn complex.Zelf wil ik ook nog een aantal vragen stellen naar aanleiding van de beantwoording die ik hebgekregen. Mijn streven is erop gericht zo snel mogelijk antwoord te geven, in januari, en dathoeft niet te wachten tot eind januari, maar u moet ook beseffen dat het de komende anderhalveweek erg moeilijk zal zijn om mensen te pakken te krijgen.De heer Achten: Dan verzoek ik u, daar waar mogelijk, dat vóór 17 januari te doen.Wethouder Kemp: Ik kan het niet toezeggen, maar ik zal het proberen.De voorzitter: Het woord is thans aan de heer Coenen, die een vraag wil stellen over de buurtverenigingVrijveld.De heer Coenen: Mijnheer de voorzitter. Ik heb deze vraag gesteld, omdat ik er zeker van wilzijn dat de raad – want de raad wordt aangesproken in de brief van de buurtvereniging – dekans krijgt om in brede zin in de commissie deze situatie te bespreken. Dat is me toegezegd endaarom twijfel ik even of ik daarover nog apart vragen moet gaan stellen.De voorzitter: Het lijkt mij het beste die vragen te bewaren tot de commissievergadering. Ik benervan overtuigd dat iedereen dan volledig aan zijn trekken zal komen.De heer Coenen: Dat wordt in de notulen opgenomen en daar zal ik u aan houden.De voorzitter: Akkoord. Tenslotte is wederom het woord aan de heer Coenen over de Wet terugvorderingen verhaal in relatie tot de aangekondigde Fraudewet per 1-1-<strong>20</strong>13.De heer Coenen: Mijnheer de voorzitter. Aan het begin van deze avond hebben we een aantalsituaties besproken waarin mensen steeds meer zelfredzaam, zelfsturend en zelf verantwoordelijkmoeten zijn, ook bijstandscliënten. De afgelopen weken ben ik een paar keer aangeklamptdoor mensen met mentale of psychische problemen, die begeleid worden door onderandere het RIAGG en ernstig in de problemen komen, omdat ze ergens een keer een administratieveregel niet goed hebben gelezen, of omdat ze bij voorbaat vanuit een soort gestoldwantrouwen – woorden die ooit door Tof Thissen zijn gebruikt – worden bekeken. Die mensenkomen stevig in de problemen en dat zal na de inwerkingtreding van de Fraudewet per 1 januarinog veel erger worden, omdat er nog een boete bovenop komt. Is dat laatste waar en hoe gaatu dat straks aanpakken? Van één situatie wil ik graag weten of u daarvoor een verbetervoorstelgaat indienen. Een mevrouw krijgt op een periodieke verklaring te lezen: heb je bepaalde inkomsten,bijvoorbeeld belastingteruggaaf? Een mevrouw met psychische problemen moet dankunnen lezen dat er bijvoorbeeld ook een alleenstaande ouderkorting bijhoort. Die komt op enig


448moment en wordt ergens vergeten, waarna het meteen kassa is als dat enige tijd later wordtontdekt. Kunt u met de Belastingdienst niet een soort afspraak maken, inhoudend dat organisatiesdie administratief heel goed zijn ingericht dat soort zaken met elkaar uitwisselen, zodat dezemensen niet in de problemen komen en ook nog eens met een boete van 10% worden geconfronteerd,€ 80,- voor een alleenstaande en € 100,- voor een alleenstaande met kind?Wethouder Kemp: Mijnheer de voorzitter. Wij hebben in deze gemeente de Handhavingsverordeningen bij incasso houden wij rekening met de belastingvrije voet, zijnde de 10% die maximaalmag worden ingehouden. Wij willen daarmee niet rigide omgaan, maar het komt inderdaadvoor dat er fouten worden gemaakt, bewust of onbewust, maar ook onbewuste foutenmoeten hersteld worden. Het is niet zo dat in alle gevallen mensen proberen fraude te plegen,maar door de ingewikkeldheid van aanvragen en gegevensuitwisseling kan er wel eens iets foutgaan. Wij proberen in ieder geval aan het begin van het traject mensen op een goede manierinformatie te geven en bij mensen die kwetsbaar zijn, sturend en begeleidend op te treden. Devraag is in welke mate het iemand is aan te rekenen wanneer hij ten onrechte een uitkeringheeft gekregen. Als hem dat niet, of in beperkte mate is aan te rekenen, kan kwijtschelding vande verordening plaatsvinden. De zaken zijn heel casuïstiek bepaald en we moeten het ook casuïstiekbekijken, maar de algemene lijn is dat we willen voorkomen dat er rigide gehandhaafdwordt. De 10%-terugvordering kan ook lager worden vastgesteld als de omstandigheden daartoeaanleiding geven. Op de Fraudewet die per 1 januari in werking treedt, heeft het collegeweinig invloed.De heer Coenen: Kunt u in de eerstvolgende commissievergadering aangeven hoe vaak u inhet afgelopen jaar aanleiding hebt gehad om ruimhartiger of positiever te kijken naar cliënten enbijvoorbeeld een korting van 5% toe te passen in plaats van 10%?Wethouder Kemp: Ik zal een totaaloverzicht verstrekken van alles wat wij aan handhaving gedaanhebben.De voorzitter: De andere leden van de raad kunnen nu desgewenst vragen stellen.De heer Peters: Mijnheer de voorzitter. Als ik de motie van de SP ‘Zorg voor elkaar’ lees en deeerdere woordvoeringen over dit onderwerp nog eens terughaal, waarin sprake was van onderzoeken,enz., moet ik vaststellen dat we in <strong>Roermond</strong> nog heel veel schrijnende gevallen kennen.Ik ga geen namen noemen, maar ik weet dat er zelfs iemand is die gegijzeld wordt omdateen bepaalde boete niet betaald wordt. Het zijn mensen die met vijftig euro per week uit moetenkomen. Als u dan maatwerk wilt leveren, hebt u nog heel veel te doen in dit huis. Wat de heerCoenen heeft gezegd, kan ik heel goed volgen. Het klinkt misschien wat raar uit een VVD-mond,maar ik krijg heel veel schrijnende gevallen bij mij op bezoek en ik wil u dan ook vragen toch datmaatwerk te leveren, zeker in deze tijd waarin het voor de mensen steeds moeilijker wordt. Uiteindelijkraken ze anders van de regen in de drup en dat kan nooit de bedoeling zijn.De heer Puper: Mijnheer de voorzitter. Ik heb een vraag te stellen die te maken heeft met deuitvoering. Eerder dit jaar hebben we besloten de heer Stevens aan te wijzen als iemand diezou kunnen bemiddelen in de zaken waarop de heer Coenen en de heer Peters hebben geduid.Is deze persoon al een keer ingeschakeld om voor echt schrijnende gevallen naar een oplossingte zoeken?Wethouder Kemp: Mijnheer de voorzitter. Ik neem kennis van de stelling van de heer Peters datin schrijnende gevallen waar mogelijk maatwerk geleverd zal moeten worden. Op de punten diede heer Coenen heeft aangeroerd, kom ik in de volgende vergadering terug met een notitie.


449De voorzitter: Tenslotte kan ik de heer Puper mededelen dat de heer Stevens nog geen aanstellingheeft en dus ook dit soort werk nog niet kan doen. Overigens wijs ik erop dat ook deraad een belangrijke functie heeft in dezen. Er zijn raadsleden die mij of de wethouder aan dejas trekken als ze geconfronteerd worden met dit soort zaken. Die ombudsfunctie heeft eenraadslid ook. Op de genoemde persoon komen we zeker terug.De heer Puper: Ik wil daarop graag even reageren, want dat voorstel is uit onze koker gekomenen indertijd in het fractievoorzittersoverleg besproken. Omdat in het fractievoorzittersoverleg hetprincipe ‘one man one vote’ geldt, is niet gerealiseerd wat door ons was gevraagd.De voorzitter: Dan is het nu helder.De heer Coenen: Dus ik moet me in de tussentijd richten tot de Nationale Ombudsman?De voorzitter: Dat kunt u altijd doen, maar u kent ook de procedure die dan wordt gevolgd: diekomt toch eerst bij ons te rade, om vervolgens in overleg met ons een antwoord te dichten, watoverigens wel recht doet aan de realiteitswaarde.Dames en heren. Aan het eind van deze vergadering stel ik vast dat we binnenkort met drie zakente maken krijgen: Kerstmis, einde van het jaar en een nieuw begin. Waar u het meest blijmee bent, weet ik niet, maar als ik terugkijk naar het afgelopen jaar, kan ik alleen maar zeggendat het voor zeer velen van ons een buitengewoon moeilijk jaar is geweest. Ik gun u dat in detoekomst zeker niet. We hebben steeds met elkaar geprobeerd naar eer en geweten te handelen.Indachtig dat gegeven, zeg ik iedereen dank voor de inzet die het afgelopen jaar aan dedag is gelegd.Ik wens u allen momenten van reflectie rondom het hele Kerstgebeuren, hoe u daar ook in zit,maar ook behoorlijk wat gezelligheid. Laten we niet versagen en daarna op weg gaan naar hetnieuwe. Straks krijgen we weer 365 dagen om het met elkaar samen waar te maken.Hartelijk dank, wel thuis en een schitterend aantal dagen, opdat u ook een beetje tot rust mogekomen.24. Sluiting.De voorzitter sluit te 21.39 uur de vergadering.Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 21 februari <strong>20</strong>13.De raad der gemeente <strong>Roermond</strong>,De griffier,De voorzitter

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!