De Vlaamse open economie - Vlaanderen.be
De Vlaamse open economie - Vlaanderen.be De Vlaamse open economie - Vlaanderen.be
HOOFDSTUKSituering van de Vlaamse uitvoer en invoervan goederen4Thierry Vergeynst*Inleiding _______________________________________________________________ 841. Bronnenmateriaal ___________________________________________________ 842. Algemene situering naar product ______________________________________ 852.1. Uitvoer _______________________________________________________ 872.2. Invoer ________________________________________________________ 923. Algemene situering naar handelspartner ________________________________ 933.1. Uitvoer _______________________________________________________ 933.2. Invoer ________________________________________________________ 954. Comparatieve voordelen _____________________________________________ 965. De uitvoer als weerspiegeling van een competitieve economie ______________ 1036. Is de samenstelling van de uitvoer afgestemd op de wereldvraag? ___________ 1086.1. Naar product __________________________________________________ 1086.2. Naar geografisch niveau _________________________________________ 113Uitleiding ______________________________________________________________ 117Bibliografie _____________________________________________________________ 119* thierry.vergeynst@dar.vlaanderen.be83
SVR-studie • De Vlaamse open economieInleidingHet Vlaamse Gewest is een kleine regio, centraal gelegen in West-Europa enomringd door enkele belangrijke economieën. Bijgevolg zijn uitvoer en invoerzeer belangrijk voor de Vlaamse economie. De toenemende handelsrelaties tussen landen,het opzetten van buitenlandse vestigingen en de internationalisatie van de productieketenzijn uitingen van een groeiende mondialisering. Dit zorgt voor wijzigingenin de structuur van de buitenlandse handel. In welke mate heeft dat invloed oponze welvaart, of beter: op onze capaciteit om welvaart te genereren? Dat is belangrijk,want exportprestaties worden veelal gezien als een vinger aan de pols voor onze competitiviteit.Eerst beschrijven we kort de gebruikte bronnen in deel 1. De eigenlijke analyse begintmet een algemene situering van de Vlaamse buitenlandse handel. Het accent ligt hierbijmeer op de uitvoer dan op de invoer. De analyse gebeurt voor de verschillende productgroepen(deel 2) en voor de partnerlanden van het Vlaamse Gewest (deel 3). Despecialisatie in export van bepaalde producten laat toe om comparatieve voordelen tedefiniëren (deel 4). Op basis van deze kennis worden bepaalde producten gegroepeerdnaar productiefactor. Deze kunnen als maat gelden voor de Vlaamse competitiviteit(deel 5). Ten slotte wordt onderzocht of de uitvoer afgestemd is op de daadwerkelijkevraag (deel 6).Niet alle aspecten en vragen komen aan bod in dit hoofdstuk, deels omdat er onvoldoendebronnenmateriaal is (bijvoorbeeld uitvoer in reële termen en in- en uitvoernaar bedrijfstak), deels omwille van de beknoptheid van deze publicatie. Dat biedtmeteen aanknopingspunten voor een vervolgstudie. Een analyse van de martkaandelenwordt in hoofdstuk 5 besproken.1. BronnenmateriaalEen aantal punten verdienen aandacht. Zo wordt in dit hoofdstuk het communautaireconcept van de buitenlandse handel gehanteerd. Dit concept stelt de beweging vanhet handelsgoed centraal, waardoor doorvoer 1 in de cijfers begrepen zit. Dit conceptis omwille van het internationale gebruik verkozen boven het nationale concept. Indat laatste is doorvoer niet begrepen.De Vlaamse data zijn pas vanaf 2002 beschikbaar. Dit is meteen het vertrekjaar voorde tijdreeksen. De detailanalyses werden uitgevoerd op de gegevens tot en met 2010.De algemene tijdreeks van de Vlaamse uit- en invoer loopt tot en met 2011.1 Bij doorvoer komt een handelsgoed het land binnen, volgt het een traject doorheen het land in kwestie, maarde eindbestemming ligt in het buitenland.84
- Page 33 and 34: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 35 and 36: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 37 and 38: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 39 and 40: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 41 and 42: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 43 and 44: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 45 and 46: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 47 and 48: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 49 and 50: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 51 and 52: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 53 and 54: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 55 and 56: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 57 and 58: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 59 and 60: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 61 and 62: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 63 and 64: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 65 and 66: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 67 and 68: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 69 and 70: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 71 and 72: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 73 and 74: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 75 and 76: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 77 and 78: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 79 and 80: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 81 and 82: SVR-studie • De Vlaamse open econ
- Page 86 and 87: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 88 and 89: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 90 and 91: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 92 and 93: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 94 and 95: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 96 and 97: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 98 and 99: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 100 and 101: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 102 and 103: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 104 and 105: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 106 and 107: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 108 and 109: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 110 and 111: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 112 and 113: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 114 and 115: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 116 and 117: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 118 and 119: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 120 and 121: Hoofdstuk 4Situering van de Vlaamse
- Page 122 and 123: HOOFDSTUKVlaamse marktaandelen in i
- Page 124 and 125: Hoofdstuk 5Vlaamse marktaandelen in
- Page 126 and 127: Hoofdstuk 5Vlaamse marktaandelen in
- Page 128 and 129: Hoofdstuk 5Vlaamse marktaandelen in
- Page 130 and 131: Hoofdstuk 5Vlaamse marktaandelen in
- Page 132 and 133: Hoofdstuk 5Vlaamse marktaandelen in
SVR-studie • <strong>De</strong> <strong>Vlaamse</strong> <strong>open</strong> <strong>economie</strong>InleidingHet <strong>Vlaamse</strong> Gewest is een kleine regio, centraal gelegen in West-Europa enomringd door enkele <strong>be</strong>langrijke <strong>economie</strong>ën. Bijgevolg zijn uitvoer en invoerzeer <strong>be</strong>langrijk voor de <strong>Vlaamse</strong> <strong>economie</strong>. <strong>De</strong> toenemende handelsrelaties tussen landen,het opzetten van buitenlandse vestigingen en de internationalisatie van de productieketenzijn uitingen van een groeiende mondialisering. Dit zorgt voor wijzigingenin de structuur van de buitenlandse handel. In welke mate heeft dat invloed oponze welvaart, of <strong>be</strong>ter: op onze capaciteit om welvaart te genereren? Dat is <strong>be</strong>langrijk,want exportprestaties worden veelal gezien als een vinger aan de pols voor onze competitiviteit.Eerst <strong>be</strong>schrijven we kort de gebruikte bronnen in deel 1. <strong>De</strong> eigenlijke analyse <strong>be</strong>gintmet een algemene situering van de <strong>Vlaamse</strong> buitenlandse handel. Het accent ligt hierbijmeer op de uitvoer dan op de invoer. <strong>De</strong> analyse ge<strong>be</strong>urt voor de verschillende productgroepen(deel 2) en voor de partnerlanden van het <strong>Vlaamse</strong> Gewest (deel 3). <strong>De</strong>specialisatie in export van <strong>be</strong>paalde producten laat toe om comparatieve voordelen tedefiniëren (deel 4). Op basis van deze kennis worden <strong>be</strong>paalde producten gegroepeerdnaar productiefactor. <strong>De</strong>ze kunnen als maat gelden voor de <strong>Vlaamse</strong> competitiviteit(deel 5). Ten slotte wordt onderzocht of de uitvoer afgestemd is op de daadwerkelijkevraag (deel 6).Niet alle aspecten en vragen komen aan bod in dit hoofdstuk, deels omdat er onvoldoendebronnenmateriaal is (bijvoor<strong>be</strong>eld uitvoer in reële termen en in- en uitvoernaar <strong>be</strong>drijfstak), deels omwille van de <strong>be</strong>knoptheid van deze publicatie. Dat biedtmeteen aanknopingspunten voor een vervolgstudie. Een analyse van de martkaandelenwordt in hoofdstuk 5 <strong>be</strong>sproken.1. BronnenmateriaalEen aantal punten verdienen aandacht. Zo wordt in dit hoofdstuk het communautaireconcept van de buitenlandse handel gehanteerd. Dit concept stelt de <strong>be</strong>weging vanhet handelsgoed centraal, waardoor doorvoer 1 in de cijfers <strong>be</strong>grepen zit. Dit conceptis omwille van het internationale gebruik verkozen boven het nationale concept. Indat laatste is doorvoer niet <strong>be</strong>grepen.<strong>De</strong> <strong>Vlaamse</strong> data zijn pas vanaf 2002 <strong>be</strong>schikbaar. Dit is meteen het vertrekjaar voorde tijdreeksen. <strong>De</strong> detailanalyses werden uitgevoerd op de gegevens tot en met 2010.<strong>De</strong> algemene tijdreeks van de <strong>Vlaamse</strong> uit- en invoer loopt tot en met 2011.1 Bij doorvoer komt een handelsgoed het land binnen, volgt het een traject doorheen het land in kwestie, maarde eind<strong>be</strong>stemming ligt in het buitenland.84