13.07.2015 Views

Richtlijn Guillain-Barré syndroom

Richtlijn Guillain-Barré syndroom

Richtlijn Guillain-Barré syndroom

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

BeoordelingsschalenBijlage 7Beoordelingsschalen1. ‘GBS disability scale’Schaal ter beoordeling van het therapie-effect (Hughes 1978, 2007). Zie ookhoofdstuk 4.Graad 0Graad 1Graad 2Graad 3Graad 4Graad 5Graad 6= gezond= geringe symptomen, in staat te rennen= in staat om vijf tot tien meter te lopen zonder steun= in staat om vijf tot tien meter te lopen met steun= gebonden aan stoel of bed (niet in staat vijf tot tien meter te lopen metsteun)= beademing noodzakelijk (gedurende ten minste een gedeelte van dedag)= overleden2. MRC-sumscoreDe MRC-sumscore is een maat voor de spierkracht. Het is een summatie van despierkracht (in MRC-graad variërend van 0-5) van zes spiergroepen aanweerszijden van het lichaam. De spiergroepen die volgens de MRC-gradering zijngetest zijn de m. deltoïdeus, m. biceps brachi, de polsextensoren, m. iliopsoas, m.quadriceps en de voetheffers. In totaal 12 spiergroepen, score 0-5 per spiergroep.De sumscore varieert van 0 (paralyse) tot 60 (maximale spierkracht). Zie ookhoofdstuk 18.3. Erasmus GBS Outcome Score (EGOS)Deze schaal voorspelt de kans op zelfstandig lopen na zes maanden.De formule werd ontwikkeld in een cohort van 388 patiënten met GBS, diedeelnamen aan twee RCT‟s en een pilotstudie. De formule werd vervolgensgetest op validiteit in een cohort van 374 patiënten met GBS uit een andere RCT.Met het finale model, waarin leeftijd, voorafgaande diarree en „GBS disabilityscore‟ na twee weken waren opgenomen, kon de uitkomst na zes maandenvoorspeld worden. Het model had een goed onderscheidend vermogen met een'area under the curve' (AUC) van 0,85 (Van Koningsveld, 2007). De opbouw vande score is weergegeven in onderstaande tabel. Bij een score van 4 is 10% vande patiënten niet in staat tot zelfstandig lopen na zes maanden, bij een score van6 is dat circa 55% (zie tabel en figuur hieronder). De auteurs geven aan dat degeneraliseerbaarheid beperkt zou kunnen worden door het feit dat de score isontwikkeld bij uitsluitend ernstig aangedane volwassen patiënten. Zie ookhoofdstuk 5.263

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!