13.07.2015 Views

Afstemmingsverordening Wet investeren in ... - Gemeente Boxtel

Afstemmingsverordening Wet investeren in ... - Gemeente Boxtel

Afstemmingsverordening Wet investeren in ... - Gemeente Boxtel

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Raadsvoorstel Reg. nr : 0910567Ag nr. : 13Datum :15-12-09Onderwerp<strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> <strong>Wet</strong> <strong><strong>in</strong>vesteren</strong> <strong>in</strong> jongeren (WIJ)StatusbesluitvormendVoorstel1. De <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WIJ vast te stellen.Inleid<strong>in</strong>gMet <strong>in</strong>gang van 1 oktober 2009 is de <strong>Wet</strong> <strong><strong>in</strong>vesteren</strong> <strong>in</strong> jongeren (WIJ) van kracht. Naast een werkleeraanbodkan de jongere ook een <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g ontvangen. In artikel 12, eerste lid, onderdeel b geeft de wetgeverde opdracht aan de raad om een verorden<strong>in</strong>g vast te stellen met betrekk<strong>in</strong>g tot het verlagen van de<strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g zoals bedoeld <strong>in</strong> artikel 41, eerste lid WIJ. Het betreft dan het toepassen van een maatregel<strong>in</strong>dien het gedrag van ene jongere daartoe aanleid<strong>in</strong>g geeft.Deze verorden<strong>in</strong>g is vergelijkbaar met de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WWB. Stimulansz en VNG adviseren omde bestaande verorden<strong>in</strong>g <strong>in</strong> het kader van de WWB niet aan te passen aan de WIJ, maar om voor dit onderwerpeen aparte WIJ-verorden<strong>in</strong>g vast te stellen.Beoogd effectMiddels het vaststellen van deze verorden<strong>in</strong>g kan een maatregel opgelegd worden <strong>in</strong>dien gedrag<strong>in</strong>gen vaneen jongere daartoe aanleid<strong>in</strong>g geven.Argumenten1.1. Met het vaststellen van deze verorden<strong>in</strong>g voldoet de raad aan een wettelijk voorschrift.In artikel 12, eerste lid, onderdeel b van de WIJ krijgt de gemeenteraad de opdracht per verorden<strong>in</strong>g regels testellen om een <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g te kunnen verlagen, zoals <strong>in</strong> artikel 41 wordt beschreven. Met het vaststellenvan de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WIJ wordt aan dit wettelijk voorschrift voldaan.1.2. De verorden<strong>in</strong>g sluit waar mogelijk aan op de vergelijkbare WWB-verorden<strong>in</strong>g.Voor zover mogelijk wordt dezelfde systematiek aangehouden als bij de WWB en wordt ook reken<strong>in</strong>g gehoudenmet de mogelijkheid, dat bij echtparen sprake kan zijn van samenloop van uitker<strong>in</strong>gen WIJ en WWB.Kantteken<strong>in</strong>genGeen.Uitvoer<strong>in</strong>g en plann<strong>in</strong>gDe verorden<strong>in</strong>g werkt na vaststell<strong>in</strong>g en publicatie terug tot 1-10-2009, de <strong>in</strong>gangsdatum van de WIJ. De Wijis pas 1-7-2009 gepubliceerd en gezien de vakantieperiode en de eigen agenda van de raad is het niet mogelijkom de verorden<strong>in</strong>g eerder vast te stellen.Pag<strong>in</strong>a 1


Raadsvoorstel Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09CommunicatieDe verorden<strong>in</strong>g zal op de gebruikelijke wijze gepubliceerd worden.<strong>Boxtel</strong>, 13-10-09BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN BOXTELde secretaris,de burgemeester,drs. J.K. FraanjeF.H.J.M van BeersBijlagenGeen.Ter <strong>in</strong>zageDe verorden<strong>in</strong>g zal na vaststell<strong>in</strong>g en publicatie 6 weken ter <strong>in</strong>zage worden gelegd bij Voorlicht<strong>in</strong>g.ContactpersoonAfdel<strong>in</strong>gshoofd Sociale Zaken, de heer G. Schönfeld gsc@boxtel.nl, tel: 0411-655 379Pag<strong>in</strong>a 2


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09AanhefDe raad van de gemeente <strong>Boxtel</strong>;gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13-10-09;gehoord de commissie Maatschappelijke Zaken van 30-11-09;gelet op artikel 147, eerste lid <strong>Gemeente</strong>wet, en de artikelen 12, eerste lid, onderdeel b en 41, eerste lid, vande <strong>Wet</strong> <strong><strong>in</strong>vesteren</strong> <strong>in</strong> jongeren;overwegende dat het noodzakelijk is het verlagen van uitker<strong>in</strong>gen van jongeren van 18 jaar of ouder dochjonger dan 27 jaar bij wijze van sanctie bij verorden<strong>in</strong>g te regelen;BesluitDe <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WIJ vast te stellen.Tekst en toelicht<strong>in</strong>g <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WIJHOOFDSTUK 1. Algemene bepal<strong>in</strong>genArtikel 1. Begripsomschrijv<strong>in</strong>g1. In deze verorden<strong>in</strong>g wordt verstaan onder:a. wet: de <strong>Wet</strong> <strong><strong>in</strong>vesteren</strong> <strong>in</strong> jongeren (WIJ);b. WIJ-norm: de op grond van hoofdstuk 4 van de wet op de jongere van toepass<strong>in</strong>g zijnde norm,vermeerderd of verm<strong>in</strong>derd met de op grond van dat hoofdstuk door het college vastgesteldeverhog<strong>in</strong>g of verlag<strong>in</strong>g;c. maatregel: de verlag<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g op grond van artikel 41, eerste lid WIJ;d. benadel<strong>in</strong>gsbedrag: het bruto bedrag dat als gevolg van het niet of niet behoorlijk nakomen vaneen <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genverplicht<strong>in</strong>g ten onrechte is verleend als <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g of de kosten vanhet werkleeraanbod op grond van de wet;e. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente <strong>Boxtel</strong>.Artikel 2. Afstemm<strong>in</strong>g1. Onverm<strong>in</strong>derd artikel 42 van de wet, verlaagt het college, overeenkomstig deze verorden<strong>in</strong>g, het bedragvan de aan de jongere toegekende <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g, <strong>in</strong>dien de jongere naar het oordeel van het collegede op hem rustende verplicht<strong>in</strong>gen, bedoeld <strong>in</strong> hoofdstuk 5 van de wet, of de uit artikel 30c, tweedelid of derde lid, van de <strong>Wet</strong> structuur uitvoer<strong>in</strong>gsorganisatie werk en <strong>in</strong>komen voortvloeiende verplicht<strong>in</strong>gen,niet of onvoldoende nakomt, dan wel zich jegens het college zeer ernstig misdraagt.2. Een maatregel wordt afgestemd op de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g, de mate van verwijtbaarheid en de omstandighedenvan de jongere en kan daarom afwijken van de <strong>in</strong> deze verorden<strong>in</strong>g genormeerde maatregelen.Pag<strong>in</strong>a 1


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09Artikel 3. Bereken<strong>in</strong>gsgrondslagDe maatregel wordt toegepast op de voor de jongere van toepass<strong>in</strong>g zijnde WIJ-norm.Artikel 4. Het besluit tot opleggen van een maatregelIn het besluit tot opleggen van een maatregel worden <strong>in</strong> ieder geval vermeld: de reden van de maatregel, deduur van de maatregel, het bedrag waarmee de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g wordt verlaagd en, <strong>in</strong>dien van toepass<strong>in</strong>g,de reden om af te wijken van een standaardmaatregel.Artikel 5. Horen van belanghebbende1. Voordat een maatregel wordt opgelegd, wordt de jongere <strong>in</strong> de gelegenheid gesteld zijn zienswijze naarvoren te brengen.2. Het horen van de jongere kan achterwege worden gelaten <strong>in</strong>dien:a. de vereiste spoed zich daartegen verzet;b. de jongere reeds eerder <strong>in</strong> de gelegenheid is gesteld zijn zienswijze naar voren te brengen enzich s<strong>in</strong>dsdien geen nieuwe feiten of omstandigheden hebben voorgedaan;c. de jongere niet heeft voldaan aan een verzoek van het college of van een derde aan wie het collegemet toepass<strong>in</strong>g van artikel 11, vierde lid, van de wet, werkzaamheden <strong>in</strong> het kader van dewet heeft uitbesteed, om b<strong>in</strong>nen een gestelde termijn <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>gen te verstrekken als bedoeld <strong>in</strong>artikel 44 van de wet; ofd. het college het horen niet nodig acht voor het vaststellen van de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g of demate van verwijtbaarheid.e. er sprake is van zeer ernstige gedrag<strong>in</strong>gen als bedoeld <strong>in</strong> artikel 13 van deze verorden<strong>in</strong>g.Artikel 6. Afzien van het opleggen van een maatregel1. Onverm<strong>in</strong>derd artikel 41, tweede lid, van de wet, ziet het college af van het opleggen van een maatregel<strong>in</strong>dien:a. de gedrag<strong>in</strong>g meer dan één jaar vóór constater<strong>in</strong>g van die gedrag<strong>in</strong>g door het college heeftplaatsgevonden, tenzij de gedrag<strong>in</strong>g een schend<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht <strong>in</strong>houdt en als gevolgvan die gedrag<strong>in</strong>g ten onrechte <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g is verleend. Een maatregel wegensschend<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht wordt niet opgelegd na verloop van vijf jaren nadat de betreffendegedrag<strong>in</strong>g heeft plaatsgevonden;b. het college dr<strong>in</strong>gende redenen aanwezig acht.2. Indien het college afziet van het opleggen van een maatregel op grond van dr<strong>in</strong>gende redenen, wordt dejongere daarvan schriftelijk mededel<strong>in</strong>g gedaan.Artikel 7. Ingangsdatum1. De maatregel wordt opgelegd met <strong>in</strong>gang van de kalendermaand volgend op de datum waarop het besluittot het opleggen van de maatregel aan de jongere is bekendgemaakt.2. In afwijk<strong>in</strong>g van het eerste lid kan de maatregel met terugwerkende kracht worden opgelegd, voor zoverde <strong>in</strong>gangsdatum daardoor niet voor de datum van de gesanctioneerde gedrag<strong>in</strong>g komt te liggen.Pag<strong>in</strong>a 2


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-093. Indien de jongere jegens wie een maatregel moet worden toegepast niet langer een <strong>in</strong>komens-voorzien<strong>in</strong>g ontvangt van de gemeente die de verlag<strong>in</strong>g moet toepassen, dan heeft het college de bevoegdheidom bij een volgende <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g b<strong>in</strong>nen 6 maanden na de beë<strong>in</strong>dig<strong>in</strong>gsdatum vande eerdere <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g alsnog reken<strong>in</strong>g te houden met de eerdere maatregelwaardige gedrag<strong>in</strong>g.Artikel 8. Samenloop1. Indien sprake is van een gedrag<strong>in</strong>g die schend<strong>in</strong>g oplevert van meerdere <strong>in</strong> de wet genoemde verplicht<strong>in</strong>gen,wordt één maatregel opgelegd. Indien voor schend<strong>in</strong>g van die verplicht<strong>in</strong>gen maatregelen vanverschillende hoogten gelden, wordt de hoogste maatregel opgelegd.2. Indien een jongere zich schuldig maakt aan verschillende gelijksoortige dan wel ongelijksoortige, verwijtbaregedrag<strong>in</strong>gen zoals genoemd <strong>in</strong> artikel 2 eerste lid van deze verorden<strong>in</strong>g en die tegelijkertijd of b<strong>in</strong>neneen korte periode van maximaal 2 maanden plaatsv<strong>in</strong>den, kan het college al <strong>in</strong>dividualiserend dehoogte en de duur van de op te leggen maatregel vaststellen.HOOFDSTUK 2. HET NIET NAKOMEN VAN DE VERPLICHTINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 45 VAN DEWETArtikel 9. Indel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> categorieënGedrag<strong>in</strong>gen van de jongere <strong>in</strong>houdende het niet of onvoldoende nakomen van de verplicht<strong>in</strong>gen bedoeld <strong>in</strong>artikel 45 van de wet, worden onderscheiden <strong>in</strong> de volgende categorieën:1. Eerste categorie:a. het onvoldoende meewerken aan het opstellen van een plan met betrekk<strong>in</strong>g tot de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g,waaronder begrepen het onvoldoende meewerken aan een onderzoek naar de mogelijkhedentot arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g;b. het zich niet onderwerpen aan een noodzakelijke behandel<strong>in</strong>g van medische aard.2. Tweede categorie:a. het stellen van onredelijke eisen <strong>in</strong> verband met door de jongere te verrichten algemeen geaccepteerdearbeid, die het aanvaarden of verkrijgen van algemeen geaccepteerde arbeid belemmeren;b. het niet of onvoldoende meewerken aan het behoud of bevorderen van de arbeidsbekwaamheid;c. het niet of onvoldoende meewerken aan activiteiten of werkzaamheden, gericht op de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g;d. het nalaten de opgedragen werkzaamheden of activiteiten naar beste vermogen te verrichten.Artikel 10. De hoogte en duur van de maatregel1. De maatregel wordt vastgesteld op:a. 10 % van de WIJ-norm bij gedrag<strong>in</strong>gen van de eerste categorie;b. 20 % van de WIJ-norm bij gedrag<strong>in</strong>gen van de tweede categorie.2. De duur van de maatregel bedoeld <strong>in</strong> het eerste lid wordt vastgesteld op één maand.3. In afwijk<strong>in</strong>g van het vorige lid kan de duur van de maatregel worden verdubbeld, <strong>in</strong>dien de jongere zichb<strong>in</strong>nen 12 maanden na bekendmak<strong>in</strong>g van een besluit waarbij een maatregel is opgelegd, opnieuwschuldig maakt aan een verwijtbare gedrag<strong>in</strong>g van dezelfde of hogere categorie. Met een besluit waar-Pag<strong>in</strong>a 3


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09mee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dr<strong>in</strong>genderedenen, bedoeld <strong>in</strong> artikel 6, tweede lid.4. Indien een belanghebbende zich, na een besluit als bedoeld <strong>in</strong> het derde lid, wederom schuldig maaktaan verwijtbare gedrag<strong>in</strong>gen van dezelfde of een hogere categorie, én die plaatsv<strong>in</strong>den b<strong>in</strong>nen een periodevan 12 maanden na het laatste besluit waarbij een maatregel is opgelegd, kan het college al <strong>in</strong>dividualiserendde hoogte en de duur van de op te leggen maatregel vaststellen.Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zienop grond van dr<strong>in</strong>gende redenen, bedoeld <strong>in</strong> artikel 6, tweede lid.HOOFDSTUK 3. HET NIET NAKOMEN VAN DE VERPLICHTINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 44 VAN DEWETArtikel 11. Schend<strong>in</strong>g <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht zonder benadel<strong>in</strong>g gemeente1. Indien het niet, niet tijdig of niet behoorlijk nakomen van de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht, bedoeld <strong>in</strong> artikel 44, eerstelid, van de wet, niet heeft geleid tot het ten onrechte toekennen of uitvoeren van het werkleeraanbod oftot het ten onrechte of tot een te hoog bedrag verlenen van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g, wordt een maatregelopgelegd van 10 % van de WIJ-norm,2. De duur van de maatregel bedoeld <strong>in</strong> het eerste lid wordt vastgesteld op één maand.3. In afwijk<strong>in</strong>g van het tweede lid kan de duur van de maatregel worden verdubbeld, <strong>in</strong>dien de jongere zichb<strong>in</strong>nen twaalf maanden na bekendmak<strong>in</strong>g van een besluit waarbij een maatregel wordt opgelegd opnieuwschuldig maakt aan dezelfde als verwijtbare aan te merken gedrag<strong>in</strong>g. Met een besluit waarmeeeen maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dr<strong>in</strong>genderedenen, bedoeld <strong>in</strong> artikel 6, tweede lid.4. Indien een belanghebbende zich, na een besluit als bedoeld <strong>in</strong> het derde lid, wederom schuldig maaktaan verwijtbare gedrag<strong>in</strong>gen van dezelfde of een hogere categorie, én die plaatsv<strong>in</strong>den b<strong>in</strong>nen een periodevan 12 maanden na het laatste besluit waarbij een maatregel is opgelegd, kan het college al <strong>in</strong>dividualiserendde hoogte en de duur van de op te leggen maatregel vaststellen.Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zienop grond van dr<strong>in</strong>gende redenen, bedoeld <strong>in</strong> artikel 6, tweede lid.Artikel 12. Schend<strong>in</strong>g <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht met benadel<strong>in</strong>g gemeente1. Indien het niet of niet behoorlijk nakomen van de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht, bedoeld <strong>in</strong> artikel 44, eerste lid, vande wet heeft geleid tot het ten onrechte toekennen of uitvoeren van het werkleeraanbod of tot het ten onrechteof tot een te hoog bedrag verlenen van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g, wordt de maatregel afgestemdop de hoogte van het benadel<strong>in</strong>gsbedrag.2. De maatregel bedoeld <strong>in</strong> het eerste lid wordt op de volgende wijze vastgesteld:bij een benadel<strong>in</strong>gsbedrag tot € 1000,-: 10 % van de WIJ-norm;bij een benadel<strong>in</strong>gsbedrag van € 1000,- tot € 2000,-: 20 % van de WIJ-norm;bij een benadel<strong>in</strong>gsbedrag van € 2000,- tot € 4000,-: 40 % van de WIJ-norm;bij een benadel<strong>in</strong>gsbedrag van € 4000,- of meer: 100 % van de WIJ-norm.3. De duur van de maatregel, bedoeld <strong>in</strong> het eerste lid, wordt vastgesteld op één maand.4. De hoogte van het maatregelbedrag van lid 2 sub a is maximaal het benadel<strong>in</strong>gsbedragPag<strong>in</strong>a 4


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-095. In afwijk<strong>in</strong>g van het derde lid kan de duur van de maatregel worden verdubbeld, <strong>in</strong>dien de jongere zichb<strong>in</strong>nen twaalf maanden na bekendmak<strong>in</strong>g van een besluit waarbij een maatregel wordt opgelegd opnieuwschuldig maakt aan dezelfde als verwijtbare aan te merken gedrag<strong>in</strong>g. Met een besluit waarmeeeen maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond van dr<strong>in</strong>genderedenen, bedoeld <strong>in</strong> artikel 6, tweede lid.6. Indien een belanghebbende zich, na een besluit als bedoeld <strong>in</strong> het vijfde lid, wederom schuldig maaktaan verwijtbare gedrag<strong>in</strong>gen van dezelfde of een hogere categorie, én die plaatsv<strong>in</strong>den b<strong>in</strong>nen een periodevan 12 maanden na het laatste besluit waarbij een maatregel is opgelegd, kan het college al <strong>in</strong>dividualiserendde hoogte en de duur van de op te leggen maatregel vaststellen.Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zienop grond van dr<strong>in</strong>gende redenen, bedoeld <strong>in</strong> artikel 6, tweede lid.7. Van een maatregel wordt ook afgezien:a. zodra ter zake van de gedrag<strong>in</strong>g strafvervolg<strong>in</strong>g is <strong>in</strong>gesteld en het onderzoek ter terechtzitt<strong>in</strong>g eenaanvang heeft genomen;b. zodra het recht tot strafvervolg<strong>in</strong>g is vervallen, doordat het Openbaar M<strong>in</strong>isterie een schikk<strong>in</strong>g metbelanghebbende heeft getroffen.HOOFDSTUK 4. ZEER ERNSTIGE MISDRAGINGENArtikel 13. Vormen van agressie1. Indien de jongere zich tegenover het college of zijn ambtenaren zeer ernstig misdraagt als bedoeld <strong>in</strong>artikel 41, eerste lid van de wet, wordt een maatregel opgelegd.2. Bij zeer ernstige misdrag<strong>in</strong>gen kan onderscheid gemaakt worden <strong>in</strong>:a. Het toebrengen van letsel aan personen en / of schade aan goederen of een pog<strong>in</strong>g daartoe middelsfysiek geweld <strong>in</strong> de vorm van duwen, trekken, schoppen, slaan, gooien met voorwerpen, spugen.b. Het bedreigen van een medewerker met fysiek geweld, waaronder begrepen het hiertoe aanstaltenmakenc. Het uitschelden van een medewerkerArtikel 14. Hoogte en duur van de maatregel bij zeer ernstige misdrag<strong>in</strong>gen1. De hoogte van de maatregel bij art. 13, tweede lid, onderdeel a bedraagt 100 % van de toepasselijke Wijnormgedurende één maand.2. De hoogte van de maatregel bij art. 13, tweede lid, onderdeel b bedraagt 50 % van de toepasselijke Wijnormgedurende één maand.3. De hoogte van de maatregel bij art. 13, tweede lid, onderdeel c bedraagt 20 % van de toepasselijke Wijnormgedurende één maand.4. In afwijk<strong>in</strong>g van het eerste tot en met derde lid kan de duur van de maatregel worden verdubbeld, <strong>in</strong>diende jongere zich b<strong>in</strong>nen twaalf maanden na bekendmak<strong>in</strong>g van een besluit waarbij een maatregel wordtopgelegd opnieuw schuldig maakt aan dezelfde als verwijtbare aan te merken gedrag<strong>in</strong>g. Met een besluitwaarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zien op grond vandr<strong>in</strong>gende redenen, bedoeld <strong>in</strong> artikel 6, tweede lid.5. Indien een belanghebbende zich, na een besluit als bedoeld <strong>in</strong> het vierde lid, wederom schuldig maaktaan verwijtbare gedrag<strong>in</strong>gen van dezelfde of een hogere categorie, én die plaatsv<strong>in</strong>den b<strong>in</strong>nen een peri-Pag<strong>in</strong>a 5


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09ode van 12 maanden na het laatste besluit waarbij een maatregel is opgelegd, kan het college al <strong>in</strong>dividualiserendde hoogte en de duur van de op te leggen maatregel vaststellen.Met een besluit waarmee een maatregel is opgelegd wordt gelijkgesteld het besluit om daarvan af te zienop grond van dr<strong>in</strong>gende redenen, bedoeld <strong>in</strong> artikel 6, tweede lid.Artikel 15. AgressieprotocolBij zeer ernstige misdrag<strong>in</strong>gen door cliënten van de afdel<strong>in</strong>g Sociale Zaken worden eveneens de richtlijnenvoor agressie gevolgd zoals verwoord <strong>in</strong> het “Handboek veiligheid”, onderdeel “Het omgaan met agressie”.HOOFDSTUK 5. SLOTBEPALINGENArtikel 16. Inwerk<strong>in</strong>gtred<strong>in</strong>gDeze verorden<strong>in</strong>g treedt <strong>in</strong> werk<strong>in</strong>g met <strong>in</strong>gang van de dag na publicatie en werkt terug tot 1 oktober 2009.Artikel 17. CiteertitelDeze verorden<strong>in</strong>g wordt aangehaald als: de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WIJ.TOELICHTING OP DE AFSTEMMINGSVERORDENING WIJALGEMENE TOELICHTING:De <strong>Wet</strong> <strong><strong>in</strong>vesteren</strong> <strong>in</strong> jongeren en de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gOp 1 oktober 2009 treedt de <strong>Wet</strong> <strong><strong>in</strong>vesteren</strong> <strong>in</strong> jongeren (WIJ) <strong>in</strong> werk<strong>in</strong>g. Doelstell<strong>in</strong>g van deze wet is deduurzame arbeidsparticipatie <strong>in</strong> regulier werk van jongeren tot 27 jaar. Om dit te bereiken is <strong>in</strong> de wet eenrecht op een zogenaamd werkleeraanbod vastgelegd. Het werkleerrecht berust op het uitgangspunt dat jongerendie goed geschoold zijn en over voldoende kwalificaties beschikken gemakkelijker aan het werk zullenkomen en daardoor zelfstandig <strong>in</strong> hun levensonderhoud kunnen voorzien.De WIJ verplicht gemeenten om te <strong><strong>in</strong>vesteren</strong> <strong>in</strong> de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g van alle jongeren, ook bij een groteafstand tot de arbeidsmarkt. Daartoe moeten gemeenten jongeren <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel een werkleeraanbod doen.Afgeleide van het werkleeraanbod is een <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g voor jongeren vanaf 18 jaar als de jongereonvoldoende <strong>in</strong>komsten heeft. Deze <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g is alleen beschikbaar als het werkleeraanbod wegens<strong>in</strong> de persoon van de jongere gelegen of niet verwijtbare omstandigheden zijnerzijds geen optie is, alshet werkleeraanbod onvoldoende <strong>in</strong>komsten genereert of er nog geen werkleeraanbod kan worden gedaan.De samenhang tussen het werkleeraanbod enerzijds en de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g anderzijds is een bepalendelement <strong>in</strong> de WIJ.De relatie tussen werken/leren en een uitker<strong>in</strong>g is fundamenteel anders dan de WWB, waarbij het recht opbijstand vooropstaat met als afgeleide de plicht tot arbeidsparticipatie. Met de WIJ wordt een ‘paradigmawissel<strong>in</strong>g’beoogd: is het uitgangspunt <strong>in</strong> de WWB ‘een uitker<strong>in</strong>g, mits’ <strong>in</strong> de WIJ is dit omgedraaid en geldt alsuitgangpunt ‘geen uitker<strong>in</strong>g, tenzij’.Pag<strong>in</strong>a 6


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09Aanvaardt de jongere het werkleeraanbod en is het <strong>in</strong>komen ontoereikend, dan bestaat <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel recht opeen <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g. Deze <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g volgt <strong>in</strong> grote lijnen de WWB voor wat betreft de voorwaardendie aan het recht zijn verbonden en de normer<strong>in</strong>g die geldt voor de hoogte van deze voorzien<strong>in</strong>g.Evenals <strong>in</strong> de WWB geldt b<strong>in</strong>nen de WIJ een stelsel van rechten en plichten. De gemeente is verplicht eenwerkleeraanbod en eventueel een <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g aan te bieden, de jongere is daartegenover verplichtzich te houden aan diverse verplicht<strong>in</strong>gen. Worden deze verplicht<strong>in</strong>gen geschonden, dan dient de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gverlaagd te worden (artikel 41, eerste lid, WIJ). Die verlag<strong>in</strong>g geschiedt conform de regels die <strong>in</strong>een gemeentelijke verorden<strong>in</strong>g moeten zijn vastgelegd (artikel 12, eerste lid, onderdeel b, WIJ). Dat is de<strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong>.Reikwijdte <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WIJIn afwijk<strong>in</strong>g van het uitgangspunt van de wetgever om de WIJ zoveel mogelijk WWB-conform <strong>in</strong> te richten, isde <strong>in</strong> de WIJ vastgelegde reikwijdte van de gemeentelijke <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> beperkter van aard dandie <strong>in</strong> de WWB. Aan het werkleeraanbod en de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g kunnen m<strong>in</strong>der uiteenlopende verplicht<strong>in</strong>genverbonden worden dan aan de bijstand. Het scala is beperkter van aard. De verplicht<strong>in</strong>gen die opgrond van artikel 41 WIJ kunnen worden gesanctioneerd betreffen de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>gen-, medewerk<strong>in</strong>gs- en identificatieplicht(artikel 44 WIJ), alsmede een aantal concreet benoemde verplicht<strong>in</strong>gen m.b.t. de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>gen de totstandkom<strong>in</strong>g en tenuitvoerlegg<strong>in</strong>g van een werkleeraanbod (artikel 45 WIJ).Een ander verschil tussen de WIJ en de WWB is dat de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g niet verlaagd kan worden alsde jongere zich schuldig maakt aan tekortschietend besef van verantwoordelijkheid <strong>in</strong> de voorzien<strong>in</strong>g <strong>in</strong> hetbestaan, anders dan <strong>in</strong> de vorm van schend<strong>in</strong>g van één van de <strong>in</strong> artikel 41 WIJ genoemde verplicht<strong>in</strong>gen.Dat heeft tot gevolg dat de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g niet verlaagd kan worden <strong>in</strong> geval van het onverantwoord<strong>in</strong>teren van vermogen en bij verwijtbare werkloosheid, als deze gedrag<strong>in</strong>gen leiden tot het <strong>in</strong>dienen van eenaanvraag voor een werkleeraanbod. Het belang van duurzame arbeidsparticipatie van de jongere heeft <strong>in</strong>deze geprevaleerd boven het als maatregelwaardig aanmerken van de bovengenoemde gedrag<strong>in</strong>gen.De <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WIJ heeft al met al dus een beperkter strekk<strong>in</strong>g en reikwijdte dan de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong>WWB en wijkt daarom af waar het de omschreven maatregelwaardige gedrag<strong>in</strong>gen betreft.Verlagen is maatwerkHoewel de gemeenteraad de regels stelt over het verlagen van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g, is het verlagen vande <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g een vorm van maatwerk, waarmee het college is belast (zie ook Kamerstukken II2008-2009, 31 775, nr. 7, p. 27). Evenals dat b<strong>in</strong>nen de kaders van de WWB het geval is, dient de maatregelafgestemd te worden op de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g, de mate van verwijtbaarheid en de omstandigheden vande jongere. Het uitgangspunt wordt gevormd door de regels die ter zake door de gemeenteraad zijn gesteld.In de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> zijn de gedrag<strong>in</strong>gen die een schend<strong>in</strong>g van de verplicht<strong>in</strong>gen opleveren genormeerd.Die normer<strong>in</strong>g is echter niet absoluut. Zowel <strong>in</strong> de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g als de mate van verwijtbaarheidof de omstandigheden van de jongere kan aanleid<strong>in</strong>g worden gevonden om van de standaardmaatregelaf te wijken. Ontbreekt elke vorm van verwijtbaarheid, dan is het college echter zonder meer verplichtom van verlag<strong>in</strong>g af te zien (artikel 41, tweede lid, WIJ). Vanwege het karakter van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gals m<strong>in</strong>imum<strong>in</strong>komen is tevens bepaald dat b<strong>in</strong>nen drie maanden heroverweg<strong>in</strong>g van de verlag<strong>in</strong>g plaats-Pag<strong>in</strong>a 7


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09v<strong>in</strong>dt. Daarmee wordt gewaarborgd dat de verlag<strong>in</strong>g ook afgestemd blijft op de omstandigheden van de jongereen deze niet onaanvaardbaar lang over een te laag <strong>in</strong>komen blijft beschikken.Bereken<strong>in</strong>gsgrondslag en duur van de maatregelDe maatregel wordt <strong>in</strong> deze verorden<strong>in</strong>g toegepast op de toepasselijke WIJ-norm. Ingegeven door overweg<strong>in</strong>genvan uitvoerbaarheid, zou de gedachte kunnen rijzen dat het noemen van vaste bedragen <strong>in</strong> de verorden<strong>in</strong>gwellicht handiger zou zijn. Daar tegenover staat echter dat dit spoedig tot vormen van rechtsongelijkheiden disproportionaliteit kan leiden. Een maatregel van € 250,- betekent voor een 20-jarige een verliesvan vrijwel de volledige <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g, terwijl dit voor een 21-jarige verhoud<strong>in</strong>gsgewijs een veel m<strong>in</strong>dergroot aandeel betreft. Bovendien roept het verlagen van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g met een vast bedragook het beeld op van een boete. Mede om die redenen is de maatregel <strong>in</strong> deze verorden<strong>in</strong>g gerelateerd aande toepasselijke WIJ-norm.In deze verorden<strong>in</strong>g wordt gekozen voor een maand als de reguliere duur van de maatregel. Dit is echter bijde verschillende sanctioneerbare gedrag<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> een afzonderlijke bepal<strong>in</strong>g benoemd, zodat ter zake ookandere keuzes gemaakt kunnen worden.De term 'maatregel'Het verlagen van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g op grond van het feit dat de belanghebbende zijn verplicht<strong>in</strong>genniet of <strong>in</strong> onvoldoende mate is nagekomen, wordt <strong>in</strong> de WIJ aangeduid als het verlagen van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g.Gebruikelijk onder gemeenten is echter de term ‘maatregel’. Daarmee wordt niet alleen aangeslotenbij het spraakgebruik dat ook b<strong>in</strong>nen de bijstandspraktijk gangbaar is, maar wordt ook het corrigerendekarakter ervan benadrukt.Een waarschuw<strong>in</strong>g <strong>in</strong> plaats van een maatregel?<strong>Gemeente</strong>n kunnen <strong>in</strong> hun verorden<strong>in</strong>g regelen dat <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel eerst altijd een waarschuw<strong>in</strong>g wordt gegevenvoordat een maatregel wordt opgelegd.In deze verorden<strong>in</strong>g is hiervoor niet gekozen. Hiervoor zijn twee redenen. De eerste reden is dat een waarschuw<strong>in</strong>ger van uit gaat dat jongeren (nogmaals) op de hoogte gesteld moeten worden van hun verplicht<strong>in</strong>gen.<strong>Gemeente</strong>n hebben de opdracht hun klanten zo goed mogelijk te <strong>in</strong>formeren over de verplicht<strong>in</strong>gen dieaan de WIJ verbonden zijn. Klanten dienen op maat geïnformeerd te worden en ook de dienstverlen<strong>in</strong>g zalop maat verzorgd moeten worden. Deze werkwijze maakt deel uit van hoogwaardig handhaven, waarbijhandhaven <strong>in</strong> de bedrijfsvoer<strong>in</strong>g is geïntegreerd. Hierdoor zal waarschijnlijk ook de nalev<strong>in</strong>g van de verplicht<strong>in</strong>gengroter worden en maatregelen die worden opgelegd beter worden geaccepteerd. De <strong>in</strong>formatie overde maatregelen moet goed toegankelijk zijn en <strong>in</strong> begrijpelijke taal geschreven zijn. Een waarschuw<strong>in</strong>g richt<strong>in</strong>gklanten kan bij zo'n beleid achterwege blijven.De tweede reden om niet te kiezen voor een waarschuw<strong>in</strong>g heeft te maken met het feit dat een waarschuw<strong>in</strong>ger van uit gaat dat herstel van de oude situatie mogelijk is. Dat is echter niet per def<strong>in</strong>itie het geval.Pag<strong>in</strong>a 8


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09Uitgezonderd het niet of niet op tijd voldoen aan bepaalde adm<strong>in</strong>istratieve verplicht<strong>in</strong>gen, waarbij het verzuimgeen gevolgen heeft voor de hoogte van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g, hebben alle andere gedrag<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> meerof m<strong>in</strong>dere mate gevolgen (gehad) voor het werkleeraanbod of de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g.Verlag<strong>in</strong>g of <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g?Aan het werkleeraanbod en de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g zijn voor de jongere verplicht<strong>in</strong>gen verbonden. Tegenoverhet recht op een werkleeraanbod en evt. <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g staat de verplicht<strong>in</strong>g van de jongere ommee te werken aan de totstandkom<strong>in</strong>g daarvan, bijv. door mee te werken aan een onderzoek naar de arbeidsmogelijkheden.Ook dient de jongere naar beste vermogen mee te werken aan het werkleeraanbodzodra dat vastgesteld is. Daarnaast geldt een <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>gen-, medewerk<strong>in</strong>gs- en identificatieplicht. Deze verplicht<strong>in</strong>genzijn vastgelegd <strong>in</strong> artikel 44, respectievelijk 45 van de WIJ.Komt de jongere een aan het werkleeraanbod verbonden verplicht<strong>in</strong>g verwijtbaar niet na, dan staat de gemeentediverse <strong>in</strong>strumenten ter beschikk<strong>in</strong>g. Onderscheid kan worden gemaakt tussen de verschillendefasen waarop de verplicht<strong>in</strong>gen betrekk<strong>in</strong>g hebben.AanvraagfaseBetreft het een schend<strong>in</strong>g van verplicht<strong>in</strong>gen die betrekk<strong>in</strong>g hebben op de aanvraagbehandel<strong>in</strong>g, dan geldthet volgende: als de jongere <strong>in</strong> het geheel niet meewerkt aan het opstellen van een plan voor zijn arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>gen zo zijn arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g belemmert, dan doet het college de jongere geen werkleeraanbod(artikel 17, vijfde lid, WIJ). Bijgevolg heeft de jongere, zolang hij niet wenst te voldoen aan die verplicht<strong>in</strong>g,geen recht op <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g. Uit artikel 42, eerste lid, onderdeel c, WIJ vloeit immers voort dat voorzover uit houd<strong>in</strong>g en gedrag<strong>in</strong>gen van de jongere ondubbelz<strong>in</strong>nig blijkt dat hij de verplicht<strong>in</strong>gen, bedoeld <strong>in</strong>hoofdstuk 5 niet wil nakomen, geen recht op <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g bestaat (Kamerstukken II 2008-2009,31 775, nr. 3, p. 39 en 40). Dit geldt <strong>in</strong> bredere z<strong>in</strong> ook voor andere gedrag<strong>in</strong>gen van de jongere waaruit kanworden afgeleid dat deze de aan het werkleeraanbod verbonden verplicht<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> het geheel niet wil nakomen.Is sprake van een m<strong>in</strong>der ernstige schend<strong>in</strong>g van de verplicht<strong>in</strong>gen m.b.t. de totstandkom<strong>in</strong>g van hetwerkleeraanbod, dan kan na toekenn<strong>in</strong>g van een werkleeraanbod de eventuele <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g verlaagdworden conform de gemeentelijke <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> (artikel 41, eerste lid, WIJ). Zo is het denkbaardat de jongere wel wil meewerken, maar dat de medewerk<strong>in</strong>g onvoldoende is. In dat geval zou eenmaatregel aan de orde kunnen komen.Van toekenn<strong>in</strong>g tot tenuitvoerlegg<strong>in</strong>gWerkt de jongere wel mee aan de totstandkom<strong>in</strong>g van een werkleeraanbod maar weigert hij dit aanbod naontvangst van de toekenn<strong>in</strong>gbeschikk<strong>in</strong>g, dan kan het werkleeraanbod worden <strong>in</strong>getrokken (art. 21, onderdeelb WIJ). Door de weiger<strong>in</strong>g bestaat geen recht op een <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g (art. 42, eerste lid, onderdeela WIJ). Zoals reeds aangegeven bestaat dat recht evenm<strong>in</strong> als uit houd<strong>in</strong>g en gedrag van de jongere ondubbelz<strong>in</strong>nigkan worden afgeleid dat hij de verplicht<strong>in</strong>gen die verbonden zijn aan het werkleeraanbod <strong>in</strong> hetgeheel niet wil nakomen (artikel 42, eerste lid, onderdeel c ,WIJ). Het werkleeraanbod kan daarnaast ookworden herzien of <strong>in</strong>getrokken als de jongere één of meerdere verplicht<strong>in</strong>gen schendt die specifiek betrekk<strong>in</strong>ghebben op de voorbereid<strong>in</strong>g op en uitvoer<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod (artikel 21, onderdeel b, WIJ). Het kandan bijvoorbeeld gaan om het nalaten een behandel<strong>in</strong>g van medische aard te ondergaan, of het stellen vanonredelijke eisen m.b.t. de te verrichten werkzaamheden. Met de <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod vervaltPag<strong>in</strong>a 9


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09automatisch het recht op <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g (artikel 42, eerste lid, onderdeel f, WIJ). Bij een herzien<strong>in</strong>gblijft de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g <strong>in</strong> stand.Een andere sanctie op dergelijk gedrag is dat het werkleeraanbod wel <strong>in</strong> stand blijft maar de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gverlaagd wordt, conform de gemeentelijke <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> (artikel 41, eerste lid,WIJ). Het college dient te kiezen welke weg bewandeld wordt, hetzij de <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van werkleeraanbod en<strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g, hetzij het handhaven van het werkleeraanbod en verlag<strong>in</strong>g van die voorzien<strong>in</strong>g. Hetpast evenwel <strong>in</strong> het systeem van de WIJ om bij m<strong>in</strong>der ernstige gedrag<strong>in</strong>gen tot verlag<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gte besluiten en bij ernstiger gedrag, bijvoorbeeld waar sprake is van schend<strong>in</strong>g van meerdereverplicht<strong>in</strong>gen of van herhaald gedrag, het werkleeraanbod <strong>in</strong> te trekken. Het is immers <strong>in</strong> de geest van deregel<strong>in</strong>g om, met het oog op duurzame arbeidsparticipatie, een werkleeraanbod niet te snel <strong>in</strong> te trekken. Ditis <strong>in</strong> de wetgev<strong>in</strong>g tot uitdrukk<strong>in</strong>g gebracht doordat verlag<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g bij schend<strong>in</strong>g vande verplicht<strong>in</strong>gen imperatief is voorgeschreven, waar <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod (artikel 21 WIJ) eenbevoegdheid is, juist vanwege de verstrekkende gevolgen daarvan. Bedacht moet daarbij immers worden dat<strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod tevens <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g tot gevolg heeft (<strong>in</strong>dientoegekend) en dus het effect van ‘dubbele’ bestraff<strong>in</strong>g kan hebben. Het is daarom raadzaam om niet lichtvaardigtot <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod over te gaan. Een beleid waarbij slechts <strong>in</strong> uitzonder<strong>in</strong>gsgevallentot <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod wordt overgegaan, mag daarom <strong>in</strong> lijn met de bedoel<strong>in</strong>gen van dewetgever worden geacht. Een dergelijke uitzonder<strong>in</strong>gssituatie zal zich <strong>in</strong> de aanloop naar de feitelijke tenuitvoerlegg<strong>in</strong>gvan het werkleeraanbod niet spoedig voordoen. Daarvan kan sprake zijn als van de gemeenteniet meer gevergd kan worden dat uitvoer<strong>in</strong>g wordt gegeven aan het werkleeraanbod. In de verorden<strong>in</strong>gWerkleeraanbod kan worden vastgelegd wanneer de gedrag<strong>in</strong>gen van de jongere ernstig genoeg zijn om een<strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod te rechtvaardigen. Het is ook denkbaar dat dit <strong>in</strong> beleidsregels nader wordtuitgewerkt.Vanaf de tenuitvoerlegg<strong>in</strong>gWerkt de jongere onvoldoende mee aan de feitelijke uitvoer<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod, dan kan de evt. <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gworden verlaagd, conform de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> (art. 41, eerste lid WIJ). Daarnaastvervalt het recht op <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g als uit de houd<strong>in</strong>g en gedrag<strong>in</strong>gen van de jongere ondubbelz<strong>in</strong>nigkan worden afgeleid dat deze de verplicht<strong>in</strong>gen die aan het werkleeraanbod zijn verbonden <strong>in</strong> hetgeheel niet wil nakomen (artikel 42, eerste lid, onderdeel c, WIJ). Voorts kan het werkleeraanbod wordenherzien of <strong>in</strong>getrokken als de jongere één van die verplicht<strong>in</strong>gen niet nakomt (artikel 21, onderdeel b, WIJ).V<strong>in</strong>dt <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g plaats dan vervalt daarmee, zoals gezegd, tevens het recht op <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g (artikel42, eerste lid, onderdeel f, WIJ). Hetgeen hierboven over de keuze tussen verlag<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gen <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod is gezegd geldt mutatis mutandis ook voor deze fase.Factoren die betrokken kunnen worden bij het formuleren van beleid m.b.t. de keus tussen <strong>in</strong>trekken van hetwerkleeraanbod of verlagen van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g zouden kunnen zijn:• is er sprake van herhaald gedrag?• wat is de kans op herhal<strong>in</strong>g?• wat is het belang voor de jongere bij dit werkleeraanbod?• wat zijn de kansen op arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g bij voortzett<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod?• heeft het gedrag de belangen van derden geschaad?Pag<strong>in</strong>a 10


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09• kan van de <strong>in</strong>stell<strong>in</strong>g/bedrijf waar het werkleeraanbod feitelijk wordt uitgevoerd nogworden gevergd dat de jongere het werkleeraanbod daar voortzet?Relatie met Verorden<strong>in</strong>g WerkleeraanbodDe verorden<strong>in</strong>g Werkleeraanbod en de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> vormen twee kanten van dezelfde medaille.Immers, de WIJ legt het college plicht op om jongeren een werkleeraanbod te doen. Het werkleeraanbodwordt door de verorden<strong>in</strong>g Werkleeraanbod gefaciliteerd. Anderzijds staat daar wel tegenover dat de jongereverplicht is het aanbod te aanvaarden en de verplicht<strong>in</strong>gen die aan het werkleeraanbod zijn gekoppeld na televen. Komt de jongere die verplicht<strong>in</strong>gen niet na, dan vormt de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> het kader voorverlag<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g. Beide verorden<strong>in</strong>gen sluiten dus op elkaar aan. In de verorden<strong>in</strong>gWerkleeraanbod kan ook worden vastgelegd onder welke voorwaarden en omstandigheden tot <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g vanhet werkleeraanbod (en daarmee de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g) kan worden overgegaan. Dit is <strong>in</strong> de verorden<strong>in</strong>gWerkleeraanbod vastgelegd <strong>in</strong> artikel 5. Daarmee wordt dan tevens de grens afgebakend met het verlagenvan de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g bij wijze van maatregel. Zoals gezegd is het <strong>in</strong> lijn met de wetgever als slechts<strong>in</strong> bijzondere omstandigheden tot <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod wordt overgegaan.DE VERPLICHTINGEN DIE TOT EEN MAATREGEL KUNNEN LEIDENDe verplicht<strong>in</strong>gen die aan het werkleerrecht en de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g jegens het college zijn verbondenzijn de volgende:• de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht (artikel 44, eerste lid, WIJ)• de medewerk<strong>in</strong>gsplicht (artikel 44, tweede lid, WIJ)• de identificatieplicht (artikel 44, derde lid, WIJ)• verplicht<strong>in</strong>gen m.b.t. de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g en het werkleeraanbodDaarnaast heeft de jongere bij zijn aanvraag om een werkleeraanbod ook een <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht jegens UWVWERKbedrijf, die bij schend<strong>in</strong>g ook tot het opleggen van een maatregel kan leiden (artikel 41, eerste lid,WIJ).Schend<strong>in</strong>g <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>gen- medewerk<strong>in</strong>gs- en identificatieplichtSchend<strong>in</strong>g van de verplicht<strong>in</strong>gen genoemd <strong>in</strong> artikel 44 WIJ verplicht <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel tot verlag<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g.De hier genoemde verplicht<strong>in</strong>gen betreffen de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>gen- medewerk<strong>in</strong>gs- en identificatieplicht.Voor de twee laatstgenoemde verplicht<strong>in</strong>gen geldt dat schend<strong>in</strong>g van deze verplicht<strong>in</strong>gen er <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>seltoe leidt dat het recht op werkleeraanbod en op <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g niet kan worden vastgesteld endaarom afgewezen, beë<strong>in</strong>digd of <strong>in</strong>getrokken kan worden, conform de WWB. Om die reden zijn ze <strong>in</strong> hetkader van deze verorden<strong>in</strong>g niet als ‘maatregelwaardige’ gedrag<strong>in</strong>gen aangemerkt, naar analogie van hetVNG-model van de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WWB. In de praktijk blijkt dat dit niet als een gemis wordt ervaren.Schend<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht heeft zowel betrekk<strong>in</strong>g op de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g als het werkleeraanboden ziet niet alleen op de <strong>in</strong>formatieplicht van de jongere jegens het college maar ook UWVWERKbedrijf. In deze verorden<strong>in</strong>g is ervoor gekozen om de hoogte van de maatregel te relateren aan dePag<strong>in</strong>a 11


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09mate van benadel<strong>in</strong>g van de gemeente. Hoe hoger de benadel<strong>in</strong>g, hoe zwaarder de maatregel. Dit is conformhet VNG-model van de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WWB.Schend<strong>in</strong>g van de verplicht<strong>in</strong>gen m.b.t. de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g en het werkleeraanbodIn artikel 45 WIJ zijn tamelijk gedetailleerd de verplicht<strong>in</strong>gen omschreven die betrekk<strong>in</strong>g hebben op de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>gen de totstandkom<strong>in</strong>g en de tenuitvoerlegg<strong>in</strong>g van het werkleeraanbod. Deze verplicht<strong>in</strong>gengelden van rechtswege vanaf het moment dat de aanvraag voor een werkleeraanbod wordt <strong>in</strong>gediend.Schend<strong>in</strong>g van één van deze verplicht<strong>in</strong>gen dient <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel te leiden tot verlag<strong>in</strong>g van de eventuele <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g.Voor het categoriseren van de gedrag<strong>in</strong>gen die tot een verlag<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gleiden bij schend<strong>in</strong>g van de verplicht<strong>in</strong>gen m.b.t. de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g en het werkleeraanbod als bedoeld<strong>in</strong> artikel 45 WIJ zijn verschillende mogelijkheden denkbaar. In deze verorden<strong>in</strong>g is gekozen voor dezogenaamde meervoudige variant, die ook aansluit bij de WWB.Aansluit<strong>in</strong>g bij WWBEr worden uiteenlopende maatregelpercentages gehanteerd voor schend<strong>in</strong>g van de verschillende verplicht<strong>in</strong>gen,<strong>in</strong> aansluit<strong>in</strong>g op de huidige bijstandspraktijk. Er wordt daarom gedifferentieerd tussen de verschillendeverplicht<strong>in</strong>gen. Dat kan op verschillende manieren gebeuren. In deze verorden<strong>in</strong>g is gekozen voor debenader<strong>in</strong>g waarbij zoveel mogelijk aansluit<strong>in</strong>g wordt gezocht met het VNG-model van de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong>WWB. In die verorden<strong>in</strong>g zijn aan schend<strong>in</strong>g van die verplicht<strong>in</strong>gen maatregelen van uiteenlopendehoogte verbonden. Gehandeld wordt <strong>in</strong> overeenstemm<strong>in</strong>g met de wens om bijstandsgerechtigden en jongerenzoveel mogelijk gelijk te behandelen, als bij het <strong>in</strong>richten van de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WIJ een categorie-<strong>in</strong>del<strong>in</strong>gwordt gemaakt van gedrag<strong>in</strong>gen die een schend<strong>in</strong>g van de verplicht<strong>in</strong>gen opleveren en daarbijeen opbouw plaatsv<strong>in</strong>dt <strong>in</strong> de hoogte van de maatregelen, die zoveel mogelijk <strong>in</strong> overeenstemm<strong>in</strong>g met de<strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WWB is.De verplicht<strong>in</strong>gen, genoemd <strong>in</strong> de onderdelen a en f van artikel 45 WIJ kunnen ook worden gerangschiktonder de verplicht<strong>in</strong>g ‘mee te werken aan een onderzoek naar de mogelijkheden voor arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g’.Voor de verplicht<strong>in</strong>g om mee te werken aan het opstellen van een plan m.b.t. de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g (eerstez<strong>in</strong>snede onderdeel a) wordt verwezen naar o.a. CRvB 4 september 2007, LJN: BB3443. Voor onderdeel fzijn daarvoor aanknop<strong>in</strong>gspunten te v<strong>in</strong>den <strong>in</strong> CRvB 25 maart 2008, LJN: BC7877. Voor schend<strong>in</strong>g van dezeverplicht<strong>in</strong>g geldt een maatregelpercentage van 10%, omdat dit als een wat lichtere gedrag<strong>in</strong>g wordt aangemerkt.Ten aanzien van de verplicht<strong>in</strong>g genoemd <strong>in</strong> onderdeel b wordt <strong>in</strong> de memorie van toelicht<strong>in</strong>g als voorbeeldvan een schend<strong>in</strong>g van deze verplicht<strong>in</strong>g genoemd: het belemmeren van een bemiddel<strong>in</strong>gspog<strong>in</strong>g door afwijkendgedrag, het stellen van irreële eisen of ongebruikelijke werktijden (Kamerstukken II 2008-2009, 31 775,nr. 3, p. 48). Dat correspondeert <strong>in</strong> sterke mate met ‘gedrag<strong>in</strong>gen die de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g belemmeren’,waarover de CRvB 4 juli 2006, LJN: AY2200 heeft overwogen dat daarvan kan worden gesproken als blijktdat als gevolg van de gedrag<strong>in</strong>g kansen op werk of uitzicht op werk is verspeeld. Schend<strong>in</strong>g van deze verplicht<strong>in</strong>glevert een maatregelpercentage van 20% op.Pag<strong>in</strong>a 12


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09De verplicht<strong>in</strong>gen, genoemd <strong>in</strong> de onderdelen c, d en e kunnen worden gerangschikt onder de verplicht<strong>in</strong>g‘gebruik te maken van een door het college aangeboden voorzien<strong>in</strong>g gericht op arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g’. Daarvoorgeldt evenzeer een maatregelpercentage van 20%.Schematisch overzicht vergelijk<strong>in</strong>g verplicht<strong>in</strong>gen uit artikel 45 WIJ en de verplicht<strong>in</strong>gen, opgenomen <strong>in</strong> hetVNG-model <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WWB.Verplicht<strong>in</strong>gen artikel 45 WIJa. Meewerken aan het opstellen van eenplan m.b.t. de arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g,waaronder begrepen het meewerkenaan een onderzoek naar de mogelijkhedentot arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>gb. Geen onredelijke eisen stellen <strong>in</strong> verbandmet de te verrichten algemeengeaccepteerde arbeid, die het aanvaardenof verkrijgen van algemeen geaccepteerdearbeid belemmerenc. Meewerken aan het behoud of bevorderenvan de arbeidsbekwaamheidd. Meewerken aan activiteiten of werkzaamheden,gericht op arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>ge. Opgedragen werkzaamheden of activiteitennaar beste vermogen verrichtenf. Op advies van een arts zich onderwerpenaan een noodzakelijke behandel<strong>in</strong>gvan medische aardVerplicht<strong>in</strong>gen Artikel 9 <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong>WWBMeewerken aan een onderzoek naar demogelijkheden tot arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>gGedrag<strong>in</strong>gen die de <strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de arbeidbelemmerenGebruikmaken van een door het collegeaangeboden voorzien<strong>in</strong>g gericht op arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>g,waaronder begrepen socialeactiver<strong>in</strong>gIdemIdemMeewerken aan een onderzoek naar demogelijkheden tot arbeids<strong>in</strong>schakel<strong>in</strong>glid 2 onderb10%Lid 3 ondera20%Lid 3 onderb20%Idem20%Idem20%lid 2 onderb10%Zeer ernstige misdrag<strong>in</strong>genAfzonderlijke aandacht verdient de verplicht<strong>in</strong>g om de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g te verlagen als de jongere zichzeer ernstig misdraagt (artikel 41, eerste lid, WIJ). Het betreft gedrag<strong>in</strong>gen die <strong>in</strong> het maatschappelijk verkeer<strong>in</strong> alle gevallen als onacceptabel worden beschouwd (conform artikel 18, tweede lid, WWB). De redactie vanartikel 41, eerste lid, WIJ wijkt af van die van artikel 18, tweede lid, WWB en laat ruimte open voor de gedachtedat een zeer ernstige misdrag<strong>in</strong>g niet afhankelijk zou zijn van de context waar<strong>in</strong> deze zich afspeelt,zolang deze zich maar tot het college of diens ambtenaren richt. Hiermee is echter niet beoogd afstand tenemen van de jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep <strong>in</strong>zake zeer ernstige misdrag<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> hetkader van bijstandverlen<strong>in</strong>g (zie ook Kamerstukken II 2008-2009, 31 775, nr. 7, p. 46).Pag<strong>in</strong>a 13


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09Zoals de CRvB onder meer <strong>in</strong> zijn uitspraak van 29 juli 2008, LJN BD7970, heeft overwogen, is aan de toepass<strong>in</strong>gsvoorwaardenvan artikel 18, tweede lid, WWB voldaan <strong>in</strong>dien sprake is van het niet of onvoldoendenakomen van een of meer van de <strong>in</strong> dat artikellid bedoelde verplicht<strong>in</strong>gen met als verzwarende omstandigheiddat sprake is van agressief, aan de belanghebbende toe te rekenen gedrag jegens het college en bij deuitvoer<strong>in</strong>g van de WWB betrokken personen dat <strong>in</strong> het normale menselijke verkeer <strong>in</strong> alle gevallen als onacceptabelkan worden beschouwd. Een wegens dergelijk gedrag opgelegde verlag<strong>in</strong>g van de bijstand c.q.<strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g dient te worden aangemerkt als punitieve (bestraffende) sanctie en op het college rustde bewijslast om voldoende aannemelijk te maken dat van agressie <strong>in</strong> de z<strong>in</strong> van de genoemde bepal<strong>in</strong>gsprake is geweest (zie ook de uitspraak van 31 december 2007, LJN BC1811).Bezondigt de jongere zich herhaaldelijk een zeer ernstige misdrag<strong>in</strong>gen, dan kan het college de jongere tijdelijkuitsluiten van het recht op een werkleeraanbod (artikel 22, eerste lid, WIJ). Een dergelijk besluit moetuiterlijk b<strong>in</strong>nen een maand heroverwogen worden. Anders dan de memorie van toelicht<strong>in</strong>g suggereert, betekentdit niet per def<strong>in</strong>itie uitsluit<strong>in</strong>g van het recht op een <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g (zie Kamerstukken II 2008-2009, 31 775, nr. 3, p. 46/47 voor het standpunt van de reger<strong>in</strong>g ter zake). Artikel 42 WIJ, dat daarvoor degrondslag zou moeten bieden, kent ‘ (tijdelijke) uitsluit<strong>in</strong>g van het recht op een werkleeraanbod bij zeer ernstigemisdrag<strong>in</strong>gen’ niet als afzonderlijke uitsluit<strong>in</strong>ggrond voor de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g. Het is wel denkbaardat het bij herhal<strong>in</strong>g zeer ernstig misdragen kan worden aangemerkt als houd<strong>in</strong>g en gedrag<strong>in</strong>gen van dejongere waaruit ondubbelz<strong>in</strong>nig blijkt dat deze de verplicht<strong>in</strong>gen, bedoeld <strong>in</strong> hoofdstuk 5, niet wil nakomen.Om onzekerheid op dit punt uit te sluiten, wordt <strong>in</strong> deze verorden<strong>in</strong>g gekozen voor het (verder) verlagen vande <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g op grond van artikel 41, eerste lid, WIJ, zodat feitelijk een tijdelijke uitsluit<strong>in</strong>g ontstaat.Pag<strong>in</strong>a 14


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09ARTIKELGEWIJZE TOELICHTINGHOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGENArtikel 1. Begripsomschrijv<strong>in</strong>gDe begrippen die <strong>in</strong> de verorden<strong>in</strong>g worden gebruikt hebben een gelijkluidende betekenis als <strong>in</strong> de WIJ.De term ‘WIJ-norm’ wordt <strong>in</strong> deze verorden<strong>in</strong>g gebruikt. Daarmee wordt bedoeld de van toepass<strong>in</strong>g zijndenorm, <strong>in</strong>clusief toeslag/verlag<strong>in</strong>g. Het equivalent <strong>in</strong> de WWB, de bijstandsnorm (artikel 5, onderdeel c, WWB)is <strong>in</strong> de WIJ zelf niet opgenomen en gedef<strong>in</strong>ieerd. Wel wordt <strong>in</strong> de memorie van toelicht<strong>in</strong>g tweemaal gesprokenvan ‘<strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gsnorm’, waarmee kennelijk hetzelfde begrip wordt bedoeld. In artikel 41 WIJ isopgenomen dat het bedrag van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g wordt verlaagd; bedoeld is echter de norm. Omdathanter<strong>in</strong>g van het begrip ‘<strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gsnorm’ of ‘bedrag van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g’ de leesbaarheidniet ten goede komt, is het begrip ‘WIJ-norm’ geïntroduceerd.Er is een omschrijv<strong>in</strong>g van het begrip ‘benadel<strong>in</strong>gsbedrag’ gegeven, omdat dit begrip uitgangspunt is bij hetbepalen van de hoogte van de maatregel die verbonden is aan schend<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht (zie artikel12). Aangesloten is bij de omschrijv<strong>in</strong>g van dit begrip <strong>in</strong> het Boetebesluit sociale zekerheidswetten. In artikel1, onderdeel s van dit Besluit is het begrip ‘benadel<strong>in</strong>gsbedrag’ gedef<strong>in</strong>ieerd voor het opleggen van boetes opgrond van een vijftiental socialezekerheidswetten, waaronder de IOAW en IOAZ, <strong>in</strong> verband met schend<strong>in</strong>gvan de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht. Gegeven de toelicht<strong>in</strong>g op dit artikel wordt onder bruto benadel<strong>in</strong>gsbedrag tevensverstaan de (<strong>in</strong>middels) afgedragen loonbelast<strong>in</strong>g, premies volksverzeker<strong>in</strong>gen en de vergoed<strong>in</strong>g bedoeld <strong>in</strong>de Zorgverzeker<strong>in</strong>gswet, als bedoeld <strong>in</strong> artikel 54, vierde lid WIJ. Voor zover er ten tijde van het maatregelbesluitnog geen sprake is geweest van afdracht aan belast<strong>in</strong>gen etc., bijvoorbeeld omdat de teveel verstrekte<strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g reeds is terugbetaald <strong>in</strong> hetzelfde kalenderjaar als waar<strong>in</strong> de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gten onrechte is verstrekt, blijft het benadel<strong>in</strong>gsbedrag uiteraard beperkt tot een netto bedrag.Onder benadel<strong>in</strong>gsbedrag wordt niet slechts verstaan de ten onrechte verstrekte uitker<strong>in</strong>g (<strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g)maar ook het werkleeraanbod, eveneens conform artikel 1, onderdeel s van het Boetebesluit. Analoogaan het Boetebesluit is daarnaast <strong>in</strong> het tweede lid nog expliciet bepaald dat onder benadel<strong>in</strong>gsbedrag <strong>in</strong>deze verorden<strong>in</strong>g mede wordt verstaan de kosten die de gemeente maakt voor het ten onrechte toegekendeen/of uitgevoerde werkleeraanbod. Die kosten zullen niet altijd eenvoudig zijn vast te stellen, maar als heteen voorzien<strong>in</strong>g betreft die de jongere ten onrechte heeft benut, is het meestal wel mogelijk om een ram<strong>in</strong>g temaken van de daaraan verbonden kosten. Deze kosten tellen mee voor het bepalen van de hoogte van demaatregel bij schend<strong>in</strong>g <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht. Dit kan verder worden uitgewerkt <strong>in</strong> een beleidsregel. Het staatgemeenten uiteraard vrij om te bepalen of het gewenst wordt geacht de kosten van het werkleeraanbod tebetrekken bij het benadel<strong>in</strong>gsbedrag. Als dit niet gewenst wordt, kan deze bepal<strong>in</strong>g uiteraard geschrapt worden.Artikel 2. Afstemm<strong>in</strong>gEerste lidHerhaald is de wettelijke grondslag voor het opleggen van een maatregel (artikel 41, eerste lid, WIJ). In deAanwijz<strong>in</strong>gen voor de decentrale regelgev<strong>in</strong>g wordt dit afgeraden, niettem<strong>in</strong> is deze grondslag omwille van dePag<strong>in</strong>a 15


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09leesbaarheid, duidelijkheid en consistentie, evenals <strong>in</strong> het VNG-model van de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong>WWB, hier herhaald. Verwezen wordt naar artikel 42 WIJ om aan te geven dat de imperatief voorgeschrevenverlag<strong>in</strong>g middels een maatregel niets afdoet aan <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g vanwege <strong>in</strong>trekk<strong>in</strong>gvan het werkleeraanbod. Als daartoe wordt besloten, dan komt verlag<strong>in</strong>g veelal niet meer aan de orde.Tweede lidIn het tweede lid is de hoofdregel neergelegd: het college dient een op te leggen maatregel af te stemmen opde <strong>in</strong>dividuele omstandigheden van de jongere en de mate van verwijtbaarheid. Deze bepal<strong>in</strong>g brengt metzich mee dat het college bij elke op te leggen maatregel zal moeten nagaan of gelet op de <strong>in</strong>dividuele omstandighedenvan de betrokken jongere afwijk<strong>in</strong>g van de hoogte en de duur van de voorgeschreven standaardmaatregelgeboden is. Afwijk<strong>in</strong>g van de standaardmaatregel kan zowel een verzwar<strong>in</strong>g als een matig<strong>in</strong>gbetekenen en kan zowel zijn gebaseerd op de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g als de mate van verwijtbaarheid of deomstandigheden van de jongere afzonderlijk. Waar verderop <strong>in</strong> de verorden<strong>in</strong>g gedrag<strong>in</strong>gen worden genormeerd,kan daarvan dus worden afgeweken op de genoemde gronden. Dat is om redactionele redenen explicietverwoord, zodat bij de normer<strong>in</strong>g van de maatregelen <strong>in</strong> het vervolg van de verorden<strong>in</strong>g niet steedshoeft te worden gesteld dat de maatregel een x-percentage bedraagt ‘onverm<strong>in</strong>derd artikel 2, tweede lid’,m.a.w. met de mogelijkheid af te wijken.Dit betekent dat het college bij het beoordelen of een maatregel moet worden opgelegd, en zo ja welke, telkensde volgende drie stappen moet doorlopen:Stap 1: vaststellen van de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g.Stap 2: vaststellen van de verwijtbaarheid.Stap 3: vaststellen van de omstandigheden van de jongere.De ernst van de gedrag<strong>in</strong>g komt tot uitdrukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> het standaardpercentage waarmee de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gwordt verlaagd. Wat betreft de beoordel<strong>in</strong>g van de mate van verwijtbaarheid wordt verwezennaar de toelicht<strong>in</strong>g bij artikel 6.Matig<strong>in</strong>g van de opgelegde maatregel wegens persoonlijke omstandigheden kan bijvoorbeeld <strong>in</strong> de volgendegevallen aan de orde zijn:• bijzondere f<strong>in</strong>anciële omstandigheden van de jongere, zoals bijvoorbeeld hoge woonlasten ofandere vaste lasten of uitgaven van bijzondere aard waarvoor geen f<strong>in</strong>anciële tegemoet-kom<strong>in</strong>g mogelijk is;• sociale omstandigheden, gez<strong>in</strong>nen met k<strong>in</strong>deren bijvoorbeeld;• bij een opeenstapel<strong>in</strong>g van maatregelen: de zwaarte van het geheel van maatregelen is niet evenredigaan de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g en de mate van verwijtbaarheidArtikel 3. De bereken<strong>in</strong>gsgrondslagIn dit artikel is het uitgangspunt vastgelegd dat een maatregel wordt opgelegd over de toepasselijke WIJnorm.Zie artikel 1 voor een begripsomschrijv<strong>in</strong>g.Artikel 4. Het besluit tot opleggen van een maatregelHet verlagen van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g omdat een maatregel wordt opgelegd, v<strong>in</strong>dt plaats door middel vaneen besluit. In dit artikel wordt aangegeven wat <strong>in</strong> het besluit <strong>in</strong> ieder geval moet worden vermeld. Deze eisenPag<strong>in</strong>a 16


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09vloeien rechtstreeks voort uit de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en dan met name het motiver<strong>in</strong>gsbeg<strong>in</strong>sel.Het motiver<strong>in</strong>gsbeg<strong>in</strong>sel houdt onder andere <strong>in</strong> dat een besluit aan betrokkene kenbaar is gemaakten deugdelijk is gemotiveerd (afdel<strong>in</strong>g 3.7 Awb ).Artikel 5. Horen van belanghebbendeOp grond van afdel<strong>in</strong>g 4.1.2. van de Awb is <strong>in</strong> een aantal gevallen het horen van de belanghebbende verplichtbij de voorbereid<strong>in</strong>g van beschikk<strong>in</strong>gen. Deze hoorplicht geldt echter niet bij de voorbereid<strong>in</strong>g van beschikk<strong>in</strong>gendie betrekk<strong>in</strong>g hebben op een f<strong>in</strong>anciële aanspraak (artikel 4:12), behalve bij subsidies.In dit artikel wordt het horen van de belanghebbende voordat een maatregel wordt opgelegd <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>selvoorgeschreven.Het tweede lid bevat een aantal uitzonder<strong>in</strong>gen op deze hoorplicht. De onderdelen a en b. staan ook genoemd<strong>in</strong> artikel 4:11 van de Algemene wet bestuursrecht.Voor de goede orde: het opnemen van een regel<strong>in</strong>g voor het horen van belanghebbenden <strong>in</strong> deze verorden<strong>in</strong>gis facultatief. <strong>Gemeente</strong>n kunnen zo'n regel<strong>in</strong>g ook achterwege laten.Artikel 6. Afzien van het opleggen van een maatregelNaast de redenen genoemd <strong>in</strong> dit artikel waar<strong>in</strong> afgezien kan worden van het opleggen van een maatregelwordt verwezen naar artikel 41, tweede lid, WIJ waar<strong>in</strong> is vastgelegd dat van een maatregel wordt afgezienals iedere vorm van verwijtbaarheid ontbreekt. Daarnaast is het denkbaar dat <strong>in</strong> plaats van het opleggen vaneen maatregel eerst een waarschuw<strong>in</strong>g wordt gegeven. Dit kan bij diverse bepal<strong>in</strong>gen <strong>in</strong> deze verorden<strong>in</strong>gworden <strong>in</strong>geregeld.Eerste lidEen reden om af te zien van het opleggen van een maatregel is dat de gedrag<strong>in</strong>g te lang geleden heeftplaatsgevonden (verjar<strong>in</strong>g). Omwille van de effectiviteit is het nodig dat een maatregel spoedig nadat de gedrag<strong>in</strong>gheeft plaatsgehad, wordt opgelegd. Om deze reden wordt onder a. geregeld dat het college geenmaatregelen oplegt voor gedrag<strong>in</strong>gen die langer dan één jaar geleden hebben plaatsgevonden. <strong>Gemeente</strong>nkunnen uiteraard voor een kortere of langere periode kiezen.Voor gedrag<strong>in</strong>gen die een schend<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>formatieplicht <strong>in</strong>houden en als gevolg waarvan ten onrechte<strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g is verleend of een te hoog bedrag aan <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g is verleend, geldt <strong>in</strong> deverorden<strong>in</strong>g een verjar<strong>in</strong>gstermijn van vijf jaar. Met deze termijn wordt aangesloten bij de termijn die gelet opartikel 14e van de Algemene bijstandswet gold <strong>in</strong> verband met het opleggen van een boete wegens nietnakom<strong>in</strong>gvan de <strong>in</strong>formatieplicht. Een termijn van vijf jaar ligt voor de hand gelet op de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g(fraude) en gelet op het feit dat de gemeente vaak tijd nodig zal hebben om de omvang van de fraude(het benadel<strong>in</strong>gsbedrag) vast te stellen.Ten slotte kan <strong>in</strong> <strong>in</strong>dividuele omstandigheden wegens dr<strong>in</strong>gende redenen worden afgezien van het opleggenvan een maatregel. Van dr<strong>in</strong>gende redenen is sprake als de gevolgen van het opleggen van een maatregelonaanvaardbaar zijn. Dat vergt een beoordel<strong>in</strong>g van de situatie van de jongere maar daarvan zal niet spoedigsprake zijn.Pag<strong>in</strong>a 17


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09Tweede lidHet doen van een schriftelijke mededel<strong>in</strong>g dat het college afziet van het opleggen van een maatregel wegensdr<strong>in</strong>gende redenen is van belang <strong>in</strong> verband met eventuele recidive.Artikel 7. IngangsdatumEerste lidHet opleggen van een maatregel v<strong>in</strong>dt plaats door het verlagen van de WIJ-norm. Verlag<strong>in</strong>g van de WIJ-normkan <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel op twee manieren:1. met terugwerkende kracht, door middel van een herzien<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g; of2. door middel van verlag<strong>in</strong>g van de WIJ-norm <strong>in</strong> de eerstvolgende maand(en).Het verlagen van de WIJ-norm die <strong>in</strong> de nabije toekomst wordt verstrekt, is de gemakkelijkste methode. <strong>Gemeente</strong>nhoeven <strong>in</strong> dat geval niet over te gaan tot herzien<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g en het te veelbetaalde bedrag aan <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g terug te vorderen. Om die reden is <strong>in</strong> dit lid vastgelegd dat eenmaatregel wordt opgelegd met <strong>in</strong>gang van de eerstvolgende kalendermaand, waarbij wordt uitgegaan van devoor die maand geldende WIJ-norm.Tweede lidIs toepass<strong>in</strong>g van lid 1 niet aan de orde, omdat de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g reeds beë<strong>in</strong>digd is, dan biedt hettweede lid de mogelijkheid dat met terugwerkende kracht een maatregel worden opgelegd. Wanneer eenuitker<strong>in</strong>gsbedrag nog niet (volledig) aan de jongere is uitbetaald, is het praktisch om de verlag<strong>in</strong>g van de uitker<strong>in</strong>gte verrekenen met het bedrag dat nog moet worden uitbetaald. In dat geval moet de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gwel worden herzien en teruggevorderd. Dat is ook nog mogelijk <strong>in</strong>dien de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g reeds isuitbetaald. Uit de jurisprudentie van de CRvB blijkt dat de uiterste begrenz<strong>in</strong>g ligt op het moment waarop degedrag<strong>in</strong>g plaatsgevonden heeft. Wordt een dergelijke maatregel opgelegd, dan moet een tevens besluit totherzien<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g op grond van artikel 40, derde lid, WIJ worden genomen.Derde lidHet is denkbaar dat een jongere maatregelwaardig gedrag heeft getoond, maar een maatregel niet meergeëffectueerd kan worden omdat de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g al is beë<strong>in</strong>digd om andere reden. Met deze bepal<strong>in</strong>gwordt het mogelijk dat die maatregel alsnog geëffectueerd wordt als de jongere b<strong>in</strong>nen 6 maanden nabeë<strong>in</strong>dig<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g opnieuw voor een <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g komt. Demaatregel kan dan met toepass<strong>in</strong>g van het tweede lid toegepast worden vanaf de <strong>in</strong>gangsdatum van denieuwe <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g.Artikel 8. SamenloopEerste lidDe regel<strong>in</strong>g voor de samenloop heeft betrekk<strong>in</strong>g op de schend<strong>in</strong>g van de verplicht<strong>in</strong>gen genoemd <strong>in</strong> de wet(artikelen 44 en 45 WIJ). Indien sprake is van één gedrag<strong>in</strong>g die als een schend<strong>in</strong>g van meerdere verplicht<strong>in</strong>genkan worden aangemerkt, dan dient voor het toepassen van de maatregel te worden uitgegaan van deverplicht<strong>in</strong>g waarop de zwaarste maatregel van toepass<strong>in</strong>g is.Pag<strong>in</strong>a 18


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09Tweede lidDeze bepal<strong>in</strong>g is overgenomen uit de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WWB vanwege de uniformiteit. In de modelverorden<strong>in</strong>gvan VNG was een andere bepal<strong>in</strong>g opgenomen voor situaties warbij sprake was van samenloopvan meerdere gedrag<strong>in</strong>gen. De gemeente is vrij om hier zelf <strong>in</strong>vull<strong>in</strong>g aan te geven en kiest voor uniformiteitmet de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WWB.HOOFDSTUK 2. HET NIET NAKOMEN VAN DE VERPLICHTINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 45 VAN DEWET.Artikel 9. De hoogte van de maatregelZoals reeds <strong>in</strong> de Algemene toelicht<strong>in</strong>g gesteld, wordt <strong>in</strong> deze variant gedifferentieerd <strong>in</strong> categorieën. Gekozenis voor zoveel mogelijk aansluit<strong>in</strong>g bij de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WWB, waar ook sprake is van eencategorie-<strong>in</strong>del<strong>in</strong>g.Artikel 10. De duur van de maatregelEerste lidIn aansluit<strong>in</strong>g op het vorige artikel worden verschillende percentages genoemd bij de verschillende categorieën.Conform de aanbevel<strong>in</strong>gen van het genootschap ‘onze taal’ worden de percentages <strong>in</strong> cijfers aangeduid.Tweede lid.De maatregel wordt op één maand bepaald.Derde lidIndien b<strong>in</strong>nen één jaar na bekendmak<strong>in</strong>g van het besluit waarmee een eerdere maatregel is opgelegd sprakeis van een herhal<strong>in</strong>g van de verwijtbare gedrag<strong>in</strong>g, wordt de grotere mate van verwijtbaarheid tot uitdrukk<strong>in</strong>ggebracht <strong>in</strong> een verdubbel<strong>in</strong>g van de duur van de maatregel.Vierde lidIndien de jongere na een tweede verwijtbare gedrag<strong>in</strong>g wederom hetzelfde verwijtbaar gedrag vertoont, zalde hoogte en de duur van de maatregel <strong>in</strong>dividueel moeten worden vastgesteld, waarbij gekeken zal moetenworden naar de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g, de mate van verwijtbaarheid en de <strong>in</strong>dividuele omstandigheden vande jongere. Een zwaardere maatregel dan <strong>in</strong> geval van recidive is dan doorgaans verdedigbaar. Deze bepal<strong>in</strong>gis overgenomen van de <strong>Afstemm<strong>in</strong>gsverorden<strong>in</strong>g</strong> WWB.HOOFDSTUK 3. HET NIET NAKOMEN VAN DE VERPLICHTINGEN BEDOELD IN ARTIKEL 44 VAN DEWETIn dit hoofdstuk worden twee vormen van het niet nakomen van de <strong>in</strong>formatieplicht onderscheiden:1. het niet tijdig verstrekken van <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>gen aan de gemeente. In deze situatie is artikel 40, eerste lid WIJvan toepass<strong>in</strong>g. Het college kan <strong>in</strong> dat geval het recht op <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g opschorten en de jongere<strong>in</strong> de gelegenheid stellen b<strong>in</strong>nen een door hem te stellen termijn het verzuim te herstellen. In dat gevalkan ook een maatregel aan de orde zijn.Pag<strong>in</strong>a 19


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-092. Artikel 44 WIJ: het verstrekken van onjuiste of onvolledige <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>gen aan de gemeente. Daardoor is hetmogelijk dat er ten onrechte of een te hoog bedrag aan <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g is verstrekt of ten onrechteeen werkleeraanbod is toegekend. Het is ook denkbaar dat het <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genverzuim niet tot benadel<strong>in</strong>gheeft geleid. In beide gevallen kan een maatregel aan de orde zijn.Het kan ook voorkomen dat bepaalde gevraagde gegevens bij een aanvraag niet aan de gemeente wordenverstrekt. In dat geval kan het college de rechtmatigheid van het werkleeraanbod en de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gniet vaststellen. De aanvraag moet dan worden afgewezen. Het opleggen van een maatregel is <strong>in</strong> dergelijkegevallen niet aan de orde.Artikel 11. Schend<strong>in</strong>g <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht zonder benadel<strong>in</strong>g gemeenteEerste lidIndien een jongere de voor het werkleeraanbod of de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g van belang zijnde gegevens ofgevorderde bewijsstukken niet op tijd verstrekt, kan het college het recht op <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g opschorten(artikel 40, eerste lid, WIJ). Het college geeft de jongere vervolgens een termijn waarb<strong>in</strong>nen hij zijn verzuimkan herstellen (de hersteltermijn). Wordt de gevraagde <strong>in</strong>formatie niet b<strong>in</strong>nen de gestelde termijn aan degemeente verstrekt, dan kan het college de het besluit tot vaststell<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g <strong>in</strong>trekken(artikel 40, vierde lid, tweede volz<strong>in</strong>, WIJ). Worden de gevraagde gegevens wél b<strong>in</strong>nen de hersteltermijn verstrekt,wordt de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g voortgezet, maar wordt tevens een maatregel opgelegd.Dit lid regelt de hoogte van de maatregel. Tevens wordt daar<strong>in</strong> de zogeheten 'nulfraude' geregeld: het verstrekkenvan onjuiste of onvolledige <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>gen, zonder dat deze gedrag<strong>in</strong>g gevolgen heeft voor het werkleeraanbodof de <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g. Een voorbeeld van nulfraude kan zijn het niet melden van een nietrechthebbendepartner.Tweede lidDe maatregel wordt op één maand bepaald.Derde en vierde lidDit zijn dezelfde recidivebepal<strong>in</strong>gen (eerste en tweede recidive) als bij artikel 10 derde en vierde lid.Artikel 12. Schend<strong>in</strong>g <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht met benadel<strong>in</strong>g gemeenteEerste lidIn artikel 44, eerste lid, WIJ is bepaald dat de jongere op verzoek of onverwijld uit eigen beweg<strong>in</strong>g mededel<strong>in</strong>gdoet van alle feiten en omstandigheden waarvan hem redelijkerwijs duidelijk moet zijn dat zij van <strong>in</strong>vloedkunnen zijn op zijn werkleeraanbod of het recht op <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g. Het college zal moeten vaststellenwat het onder 'onverwijld' verstaat.De ernst van de gedrag<strong>in</strong>g komt tot uitdrukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> de hoogte van het benadel<strong>in</strong>gsbedrag. Dat is het door degemeente te veel betaalde bedrag aan <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g alsmede de kosten van het werkleeraanbod.Hoewel dit niet met zoveel woorden <strong>in</strong> de tekst van de verorden<strong>in</strong>g tot uitdrukk<strong>in</strong>g is gebracht, kan uiteraardook de keus gemaakt worden om het werkleeraanbod niet te betrekken bij de vaststell<strong>in</strong>g van het benadel<strong>in</strong>gsbedrag.Pag<strong>in</strong>a 20


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09Uit een oogpunt van uitvoerbaarheid is daar wel iets voor te zeggen. Daar staat tegenover dat het ook denkbaaris dat een jongere wel gebruik heeft gemaakt van een werkleeraanbod, maar geen <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>gheeft ontvangen, omdat het aanbod voldoende <strong>in</strong>komsten genereert. In dat geval kan het gewenst zijn om bijschend<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht toch een maatregel te kunnen opleggen, die wordt afgestemd op de kostenvan het werkleeraanbod.Tweede lidDe maatregel wegens het niet of niet behoorlijk nakomen van de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht wordt afhankelijk gesteldvan de hoogte van het bedrag aan <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g dat als gevolg van de schend<strong>in</strong>g van die verplicht<strong>in</strong>gten onrechte of te veel aan de jongere is betaald.De maatregel wordt <strong>in</strong> de regel toegepast op de toekomstige <strong>in</strong>komensvoorzien<strong>in</strong>g van de jongere maar kanook met terugwerkende kracht worden opgelegd, zie artikel 7, tweede lid.Derde lidDe maatregel wordt op één maand bepaald.Vierde lidBij ger<strong>in</strong>ge bedragen staat de maatregel van 10 % niet <strong>in</strong> verhoud<strong>in</strong>g met het benadel<strong>in</strong>gsbedrag. Vandaardat bij deze categorie 10 % wel het uitgangspunt is, maar de maatregel beperkt wordt tot maximaal het benadel<strong>in</strong>gsbedrag.Vijfde en zesde lidDit zijn dezelfde recidivebepal<strong>in</strong>gen (eerste en tweede recidive) als bij artikel 10 derde en vierde lid.Zevende lidHet opleggen van een sanctie <strong>in</strong> reactie op schend<strong>in</strong>g van de <strong>in</strong>licht<strong>in</strong>genplicht is <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel eenverantwoordelijkheid van de gemeente zelf. In de Aanwijz<strong>in</strong>g sociale zekerheidsfraude hebben de Procureurs-generaalechter richtlijnen gegeven onder welke omstandigheden ter zake van de aan de schend<strong>in</strong>gklevende strafrechtelijke delicten (veelal oplicht<strong>in</strong>g en valsheid <strong>in</strong> geschrifte) vervolg<strong>in</strong>g door het OM moetplaatsv<strong>in</strong>den.Per 1 januari 2009 is de bestaande Aanwijz<strong>in</strong>g sociale zekerheidsfraude gewijzigd (zie Stcrt. 2008/187).Uitgangspunt is het zogenaamde ‘una via’-beg<strong>in</strong>sel. De jongere wordt hetzij door de gemeente, hetzij doorde strafrechter gesanctioneerd. Niet door beide.In grote lijnen komt het erop neer dat als er een redelijk vermoeden bestaat dat het benadel<strong>in</strong>gsbedrag (bruto)€ 10.000 of hoger is, er aangifte en vervolg<strong>in</strong>g door het OM dient plaats te v<strong>in</strong>den. Is er echter sprake van‘witte’ fraude (door koppel<strong>in</strong>g van bestanden etc. aan het licht gebracht), dan is de gemeente primair verantwoordelijktot een benadel<strong>in</strong>gsbedrag van € 35.000. Is de benadel<strong>in</strong>g groter dan is altijd het OM aan zet. Datgeldt ook voor gevallen waar<strong>in</strong> er met de jongere geen uitker<strong>in</strong>gsrelatie meer bestaat en dus geen maatregelmeer kan worden toegepast.Pag<strong>in</strong>a 21


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09In het derde lid is vastgelegd dat van een maatregel wordt afgezien als <strong>in</strong>middels vervolg<strong>in</strong>g is <strong>in</strong>gesteld doorhet OM of als een schikk<strong>in</strong>g is getroffen. In dergelijke situaties is een maatregel niet meer opportuun.HOOFDSTUK 4. ZEER ERNSTIGE MISDRAGINGENArtikel 13. Vormen van agressieEerste en tweede lidIndien er sprake is van een zeer ernstige gedrag<strong>in</strong>g wordt een maatregel opgelegd.Onder de term 'zeer ernstige misdrag<strong>in</strong>gen' kunnen diverse vormen van agressie worden verstaan, zij het dater sprake moet zijn van verwijtbaarheid en van gedrag dat <strong>in</strong> het normale menselijke verkeer <strong>in</strong> alle gevallenals onacceptabel wordt beschouwd.Bij het vaststellen van de maatregel <strong>in</strong> de situatie dat een jongere zich ernstig heeft misdragen, zal evenzeergekeken moeten worden naar de ernst van de gedrag<strong>in</strong>g, de mate van verwijtbaarheid en de persoonlijkeomstandigheden van de jongere.In het tweede lid worden 3 vormen van agressie beschreven, zoals dat ook is gebeurd bij de WWB <strong>in</strong> de “beleidsregelszeer ernstige gedrag<strong>in</strong>gen”. In onderdeel a wordt de meest ernstige vorm beschreven, <strong>in</strong> onderdeelc de m<strong>in</strong>st ernstige vorm.Voor het bepalen van verwijtbaarheid van de misdrag<strong>in</strong>g zal gekeken moeten worden naar de omstandighedenwaaronder de misdrag<strong>in</strong>g heeft plaatsgehad.In dit verband is het relevant een onderscheid te maken tussen <strong>in</strong>strumenteel geweld en frustratiegeweld.Van <strong>in</strong>strumenteel geweld is sprake als iemand het toepassen van geweld bewust gebruikt om een bepaalddoel te bereiken (bijvoorbeeld het verkrijgen van een uitker<strong>in</strong>g). Agressie die ontstaat door onmacht, ontevredenheid,onduidelijkheid en dergelijke kan worden aangeduid met frustratieagressie. Het zal duidelijk zijn datde mate van verwijtbaarheid bij <strong>in</strong>strumenteel geweld <strong>in</strong> beg<strong>in</strong>sel groter is dan bij frustratiegeweld.Het opleggen van een maatregel staat geheel los van het doen van aangifte bij de politie. Het college legteen maatregel op, terwijl de functionaris tegen wie de agressie zich richtte aangifte kan doen bij de politie.Artikel 14. Hoogte en duur van de maatregel bij zeer ernstige gedrag<strong>in</strong>genEerste tot en met derde lidAfhankelijk van de vorm van de ernstige gedrag<strong>in</strong>g wordt de hoogte en de duur van de maatregel <strong>in</strong> lid 1 toten met 3 vastgesteld.Vierde en vijfde lidDit zijn dezelfde recidivebepal<strong>in</strong>gen (eerste en tweede recidive) als bij artikel 10 derde en vierde lid.Pag<strong>in</strong>a 22


Raadsbesluit Reg. nr : 0910567Ag. nr : 13Datum : 15-12-09Artikel 15. AgressieprotocolHet is aan te bevelen dat een gemeente over een agressieprotocol beschikt waar<strong>in</strong> is aangegeven hoe wordtomgegaan met lastige en agressieve klanten. In zo'n agressieprotocol kan een relatie worden gelegd met hetmaatregelenbeleid ten aanzien van agressieve klanten, <strong>in</strong> de vorm van beleidsregels. Dit is verwoord <strong>in</strong> de“Handboek veiligheid” onderdeel “Het omgaan met agressie” van de gemeente <strong>Boxtel</strong>.HOOFDSTUK 5. SLOTBEPALINGENArtikel 16Gezien de (te) korte voorbereid<strong>in</strong>gsperiode tussen vaststell<strong>in</strong>g en publicatie van de wet (1-7-2009) en de<strong>in</strong>werk<strong>in</strong>gtred<strong>in</strong>g van de wet (1-10-2009), de gemeentelijke plann<strong>in</strong>g (o.a. de begrot<strong>in</strong>g <strong>in</strong> oktober) rondraadsvergader<strong>in</strong>gen en het feit dat de raad eerst geïnformeerd moet worden over de <strong>in</strong>houd van de WIJ alvorensverorden<strong>in</strong>gen vast te stellen (november) wordt deze verorden<strong>in</strong>g ter vaststell<strong>in</strong>g aangeboden <strong>in</strong> december2009. Aangezien de wet voorschrijft verorden<strong>in</strong>gen WIJ per 1-10-2009 vast te stellen, zal na de publicatiedeze verorden<strong>in</strong>g terug moeten werken tot 1-10-2009.Artikel 17Behoeft geen toelicht<strong>in</strong>g.Aldus vastgesteld <strong>in</strong> zijn openbarevergader<strong>in</strong>g van 15-12-09DE GEMEENTERAAD VAN BOXTEL,de griffier,de voorzitter,Ir. V.M.E. van den Broek F.H.J.M van BeersPag<strong>in</strong>a 23

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!