TraceNet Rescue 2113 Install. KL5.pdf - CLIFFORD Electronics ...

Rescue klasse 5Het is mogelijk om de Rescue aan te passen, zodat deze als klasse 5 systeem aan te sluiten is.Klasse 5 betekent, dat er een alarmmelding naar de meldkamer verstuurd wordt, als het klasse 3alarm afgaat. Zodra deze koppeling tussen voertuig volgsysteem en sirene aanwezig is, is het eenklasse 5 voertuig volgsysteem. Dit staat dus los van de DriverCard (bestuurder identificatie).Wat is er geleverd:• Rescue klasse 4 voertuig volgsysteem• Losse draad met connector• Losse status/diagnose LED• Koppelkastje voor aansluiting op de sirene• Een 10K ? “pullup” weerstandHet aansluiten van de status/diagnose LED:De status/diagnose LED moet worden aangesloten om de werking van de klasse 5 koppeling tekunnen testen. Dit kan niet op een andere manier getest worden. Na het testen kan de LEDlosgekoppeld worden, en bij een volgende installatie opnieuw gebruikt worden.Sluit de los bijgeleverde LED aan op de vierkanteconnector links naast de hoofdconnector.Links boven: massa zwarte draad.Links onder: plus rode draad.MASSAPLUSVierkante connectornaast hoofd connectorSluit de los bijgeleverde draad aan op positie J18 van de hoofd connector op de Rescue module.Monteer in deze draad de 10K ? “pullup” weerstand zoals schema 2 aangeeft. Aan de ene kant eenconstante plus (+30), en de andere kant aan de draad positie J18 en koppelkastje.LET OP: afzekeren met 5 Amp.CLIFFORD Electronics Benelux B.V.Aansluiten TraceNet Rescue Klasse 51

Installatiehandleiding alarmkoppeling universeel t.b.v. klasse 5 voertuigvolgsysteem;De Alarmkoppeling word aangesloten op de constante plus van de sirene van een klasse 3alarmsysteem (origineel of achteraf ingebouwd).De Alarmkoppeling geeft als het alarm afgaat een massapuls naar het voertuigvolgsysteem, zolang desirene afgaat. De unit geeft ook een alarmmelding naar het voertuigvolgsysteem als de bedradingnaar de sirene, of van de sirene zelf doorgeknipt wordt. Het signaal is ~2 seconden vertraagd, als eenlangere vertraging gewenst is, moet deze softwarematig ingesteld worden in de configuratie van hetvoertuigvolgsysteem.De unit moet in het interieur van de auto geplaatst worden. Leg de twee lange zwarte draden met WITen GEEL label naar de kabelboom van de sirene, zoek hier de constante plus van de sirene op, enknip deze door. Sluit de zwarte draad met WIT label aan op de doorgeknipte plusdraad richtingzekeringkast, en de zwarte draad met GEEL label richting sirene.Indien mogelijk moet deze aansluiting in het interieur van de auto gemaakt worden (i.v.m. SCM):Let op , de maximale stroom door de konstante plusdraad naar de sirene mag niet hoger zijndan 2 Amp. !!Aansluiten overige bedrading met labelkleur:ROOD+30 konstant plus t.b.v sabotagebeveiliging (aansluiten niet noodzakelijk)ZWARTMassa (chassis)BLAUWUitgang naar voertuigvolgsysteem (massapuls)Technische gegevens:Voedingsspanning9- 30 VDCVerbruik (rust)2 mAWerkingstemperatuur - 30 / + 85 °CBelastbaarheid ingang (geel + wit vanaf sirene)2 ABelastbaarheid uitgang (blauw naar voertuigvolgsysteem)0,5 ADe fabrikant acht zich niet verantwoordelijk voor enige schade aan personen of goederen of de elektrischeinstallatie van de auto als gevolg van een niet juiste installatie.CLIFFORD Electronics Benelux B.V.Aansluiten TraceNet Rescue Klasse 52