13.07.2015 Views

Bijlage Natuur - Maasvlakte 2

Bijlage Natuur - Maasvlakte 2

Bijlage Natuur - Maasvlakte 2

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

verstoring, zullen in het MER nader worden onderzocht.’ Verstoring is in dit kader‘breed’ opgevat en omvat zulke uiteenlopende effecten als aanwezigheid (zichtbaarheid)als gevolg van van gebruik als haven en industriegebied en recreatief medegebruik,geluidhinder en lichthinder.Uit de te onderzoeken andere milieuthema’s uit de Startnotitie volgen in sommigegevallen ook onderzoeken in het kader van het thema natuur. Onder het thema‘duurzaam bedrijventerrein’ wordt gemeld dat herplaatsing van het windturbinepark opde huidige <strong>Maasvlakte</strong> onderzocht dient te worden. Daarmee dienen ook de eventuelegevolgen op het thema natuur in beeld te worden gebracht (echter niet expliciet vermeldin de startnotitie). Onder het thema water en bodem wordt gemeld dat verplaatsing vande koelwaterleiding van E.on-centrale onderzocht dient te worden en – niet expliciet inde startnotitie vermeld – daarmee ook de eventuele natuurgevolgen.In de definitieve richtlijnen voor het MER (DCMR, 2004) is ten aanzien van het themanatuur het volgende daaraan toegevoegd:“Bij de effectbeschrijving moet aandacht worden besteed aan de invloed van detoename van NO X emissie op natuur. Geef in het MER ook informatie over de mogelijkegevolgen (van plaatsing van windturbines op de buitencontour) voor vogels(barrièrewerking, verstoring en aanvliegrisico)”.Onder het thema ‘infrastructuur, capaciteit en veiligheid’ wordt in de definitieve richtlijnengemeld: ‘beschrijf de kwetsbaarheid van het systeem bij calamiteiten enonderhoudswerkzaamheden’. In deze deelstudie is dat geïnterpreteerd als: breng deeventuele effecten van optredende calamiteiten op het (natuurlijk) systeem in beeld.6.2.1 Nadere uitwerking onderzoeksthema’sOm de effecten op een heldere en efficiënte wijze te bepalen, moet eerst een (redelijk)overzicht bestaan over de aard en reikwijdte van de te verwachten relevante effecten.Dit overzicht kan worden verkregen met zogenaamde ingreep-effectketens, waarintussenvariabelen en eventuele interacties tussen effecten beter in beeld wordengebracht. Opstellen van ingreep-effectketens is in feite een analyse van causaleverbanden.Startpunt van de keten en daarmee de oorzaak of ‘bron’ van effecten zijn ‘ingrepen’:activiteiten die uitmaken van het voornemen en/of de alternatieven hiervoor. Dezekunnen uiteraard in verschillende mate van detail worden uitgesplitst. Voor de eersteglobale duiding wordt steeds de term ‘activiteit’ gebruikt, voor verdere detailleringen determ ’beïnvloedingsbron’. De initiële activiteiten en ingrepen kunnen vervolgens viameer of minder tussenstappen leiden tot effecten. Het aantal tussenstappen kanverschillen. Soms zijn er geen tussenstappen (directe effecten) en soms zijn er veeltussenstappen die ook interactie kunnen vertonen met andere effectketens (indirecteeffecten). De laatste stap zijn de effecten die volgens het volgens het vergelijkingskadervan belang zijn.MER B - <strong>Bijlage</strong> <strong>Natuur</strong>9P7008.K4/R008/CEL/Nijm- 110 - 5 april 2007

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!