13.07.2015 Views

Milieubeleid - Oapen

Milieubeleid - Oapen

Milieubeleid - Oapen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

lijk om op andere wijze te voldoen. Het voordeel van een dergelijke wettelijkeregel is dat daarin ook de status van de beleidsconvenanten met de overheidduidelijker kan worden geregeld.Men kan erover twisten in welke fase dergelijke algemene plichten zouden moetenworden ingevoerd. In de huidige fase waarin de bestaande, onnodige milieuverontreinigingnog moet worden teruggedrongen, zullen de economische consequentiesmogelijk aanzienlijk zijn. Dat laat onverlet dat met deze en anderealgemene regels een duurzame ontwikkeling in de structuur van het maatschappelijkverkeer kan worden ingebouwd, waarbij het toezicht op de nalevingin niet geringe mate mede door belangenorganisaties kan plaatsvinden. Naderonderzoek naar mogelijkheden hienroor is volgens de raad dan ook gewenst.3.4 lnstrumenten gericht op transacties3.4.1 Welvaartstheoretische, fiscale en macro-economische aspectenHet doelbewust aanwenden van (para)fiscale prikkels ter sturing van het individuelegedrag is een betrekkelijke noviteit tegen de achtergrond van eenlange fiscale traditie. De traditionele welvaartstheorie hanteert een simpelenorm voor de toetsing van de economische gevolgen van het gebruik van fiscaleinstrumenten: neutraliteit. Het fiscale stelsel moet in deze gedachtengang dekeuzeparameters in de economie zo min mogelijk bei'nvloeden. Bij belastingenop bestedingen moeten de maatschappelijke kosten van welvaartsverliezen uithoofde van het inkomenseffect aanvaard worden (het geld moet ergens vandaankomen), in de hoop dat de baten van de te financieren uitgaven daar tegenopwegen. Maar als heffingen niet generiek op de totale bestedingen gelegdworden (zoals in de we1 bepleite algemene bestedingsbelasting 37), doch tussenverschillende bestedingen discrimineren doordat zij relatieve prijzen veranderen,legt het daaruit voortvloeiende substitutie-effect een additioneelwelvaartsverlies (excess burden) van gefrustreerde keuzes op aan het allocatieproces.De traditionele belastingtheorie combineert de opvatting dat dit additionelewelvaartsverlies dient te worden geminimaliseerd met die van fiscalisten,dat de legaliteit van de belastingheffing gediend is met een (ogenschijnlijk)eenvoudig rechtsbeginsel als 'neutrale' belastingheffhg 38.In de fiscale praktijk blijkt echter dat vrijwel alle belastingen en inkomensoverdrachtenaangrijpen bij gedragsvariabelen, en daardoor naast inkomenseffectenonvermijdelijk ook substitutie-effecten oproepen. Dat geldt niet alleenvoor bestedingsbelastingen (die in hun meest algemene vorrn nog discriminerentussen besteden en besparen), maar ook voor belastingen op inkomen ofvermogen, die substitutie-effecten oproepen in het factoraanbod 39. De tradi-"1 S. Cnossen. De belasting van de toekomst?; Deventec Kluwer, 1978."1 Deze benadering laat zich demonstreren aan fig. 2.1, met de casus van de door een heffing gewijzigde prijslkwaliteitsverhoudingtussen auto en trein. Als we. terwille van de argumentatie, even afzien van de rnilieudimensie, en uitgaan vande gelijkwaardigheidvan auto en trein als vervoersalternatieven, zien we daar hoe de verhoogde benzine-accijns een substitutie-effect ter grootte vanx,x3 afdwingt, omdat K langs de budgetlijn DE, die het inkomenseffect (het welvaartsverlies x,x,) van de accijnsverhoging aangeeft,van P, naar P3 schuift, en daarmee op I, terecht kornt. I, is een lager, links van I, gelegen indifferentiecurve, en het substitutie-effectrepresenteert dan ook het additionele welvaartsverlies dat K te dragen krijgt als gevolg van de accijnsverhoging. Hetbezwaar van de traditionele theorie is dat dit additionele welvaartsverlies een extra belastingdruk oplegt, zonder dat daar eenbelastingschuld, laat staan een belastingopbrengst tegenover staat. In deze geest bijvoorbeeld C. Goedhart. Hoofdlijnen van de leerder openbore financien; Leiden. Stenfert Kroese. derde druk, 1975, blz. 159."1 De enige uitzondering zijn de zogenoemde lump sums, belastingen of overdrachten waarvan de contribuabelen de grondslag nietkunnen of willen beinvloeden door hun gedrag, zoals belastingen op overwinsten (winsten die uitgaan boven het voor de continui'teitnoodzakelijke rendement) en overdrachten uit hoofde van de AOW, die aan postactieven toevallen en derhalve geachtworden het arbeidsaanbod niet meer te beinvloeden.MILIEUBELEID

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!