Milieubeleid - Oapen
Milieubeleid - Oapen Milieubeleid - Oapen
WETENSCHAPPELIJKE RAAD VOOR HET REGERINGSBELEID
Instrumenten van milieubeleid3.1 InleidingMilieuproblemen komen voort uit het gedrag van instituties en individuen.Milieubeleid beoogt dit gedrag zodanig te veranderen, dat de effecten voor hetmilieu aanvaardbaar zijn. In hoofdstuk 1 is beschreven, welke aanpassingennodig zijn. In hoofdstuk 2 zijn de mechanismen beschouwd die een rol spelen bijkeuzes van rnaatschappelijke actoren. In dit hoofdstuk wordt nader ingegaanop de instrumenten, die de overheid ter beschikking staan om de uitkomstenvan rnaatschappelijke keuzeprocessen te belnvloeden.Gedragsaanpassing hangt af van de wijze waarop en de mate waarin degemeenschap voorkeuren en keuzeparameters van individuele actoren kan enwil doorkruisen met (1) directe ingrepen ('bevel'), danwel meer indirect belnvloedendoor (2) verandering van transactievoorwaarden of (3) overleg en overreding.Deze driedeling van rnaatschappelijke interactiemechanismenbeschrijft de primaire processen waarmee het keuzegedrag wordt gestuurd.Ten behoeve van de aangekondigde verkenning van de grenzen en mogelijkhedenvan de overheid als actor in het milieubeleid zijn deze drie ordeningsmechanismenhieronder in figuur 3.1 afgezet tegen drie vormen van overheidsoptreden,die de rnaatschappelijke interacties aansturen: publiekrechtelijkeregulering, privaatrechtelijke regulering en vormen van overheidsoptreden,waarbij de overheid gebruik maakt van mogelijkheden die ook voor 'gewone'rnaatschappelijke participanten openstaan. Deze indeling weerspiegelt eenafnemende reeks van verantwoordelijkheden voor de overheid. Als publiekrechtwordt ingezet heeft de overheid niet alleen een rol als wetgever en handhaver,maar ook als uitvoerder. Bij privaatrechtelijke regels is de overheidsrolbeperkt tot wet- en regelgever en facilitator van een civiel uitvoeringsproces.Waar de overheid als participant optreedt, voegt zij zich als quasi-civiele partijin de bestaande wetgeving en rechtshandhaving. Met behulp van deze dubbeledriedeling wordt onderscheid gemaakt tussen input (overheidsoptreden) enoutput (maatschappelijke interactiemechanismen). De drie kolommen van dematrix geven aan hoe gedragsbelnvloeding kan worden ontleed naar de rol vande overheid. De regels of rijen kenschetsen het type rnaatschappelijke interactiedat als gevolg van het overheidsoptredenontstaat of waarop wordt ingespeeld.Daarbij blijkt dat instrumenten op meerdere velden of types interactiekunnen inspelen. Overheidssubsidies bijvoorbeeld, vormen een instrumentdat in de tweede regel valt voorzover zij aan vervuilers worden verstrekt tenbehoeve van emissiebeperkingen, omdat daarmee een transactie tussen overheiden vervuiler ontstaat '. Begripsmatig is er sprake van een contract, meteen gelijk oversteken van prestatie en tegenprestatie: zoveel subsidie voor zusen-zoveelemissiebeperking. Subsidies aan milieu-organisaties vallen evenwelin de derde regel, omdat de overheid hiermee ondersteunend inspeelt op deoverreding - door die organisaties - van derden. Het contract is nu onvolledig:er is slechts sprake van een inspanningsverplichting, aangegaan door demilieuorganisatie om te proberen een derde over te halen iets na te laten. Eenander voorbeeld leveren verhandelbare vergunningen, die niet alleen in tweeregels maar ook in twee kolommen vallen, omdat er sprake is van een publiekrechtelijkafgedwongen beperking van de totale uitstoot (de door de overheideenzijdig bepaalde hoeveelheid vergunningen) en van privaatrechtelijke regelsten aanzien van de handel in vergunningen. De doelgroep wordt geconfronteerdmet zowel dwang (om de toegestane hoeveelheid niet te overschrijden) als'1 In de figuur zijn subsidies in de eerste kolom geplaatst, orndat de betreffende uitgaven deel uitmaken van een begrotingswet.
- Page 1: Rapporten aan de RegeringMilieubele
- Page 4 and 5: Op overreding gerichte instrumenten
- Page 6 and 7: Het milieuvraagstuk wordt zo gesche
- Page 8 and 9: evoegdheden naar vertegenwoordigend
- Page 10 and 11: Zo beschouwd is milieubeleid geen k
- Page 12 and 13: instrumentarium en anderzijds van d
- Page 14 and 15: 'Ibch is het vooral in de twintigst
- Page 16: milieuproblemen waar vroegere gener
- Page 19 and 20: 13 kiloton in 1986 tot ongeveer 9,3
- Page 21 and 22: Nota Waterhuishouding lg. De nitraa
- Page 23 and 24: heden, maar vervolgens ook in veran
- Page 25 and 26: Fase I12. Het, in samenwerking met
- Page 27 and 28: Analyse van de milieuproblematiek2.
- Page 29 and 30: Deze 'verstatelijking' heeft niet a
- Page 31 and 32: Zoals in paragraaf 3.5 nader zal wo
- Page 33 and 34: van treinkilometers voor autokilome
- Page 35 and 36: domein van de efficiency. De ervari
- Page 37 and 38: 2.3.4 Rol van de overheidWanneer de
- Page 39: ?bt welke prijs willen we het belei
- Page 43 and 44: complementaire voorzieningen geldt
- Page 45 and 46: door bedrijven te beperken. De toen
- Page 47 and 48: nale voorschriften vlot te kunnen i
- Page 49 and 50: ing van doelstellingen en voorschri
- Page 51 and 52: Naast allocatieve gronden zijn er v
- Page 53 and 54: de verschillende maatschappelijke g
- Page 55 and 56: opkomen. Langs die weg kunnen de ko
- Page 57 and 58: 3.3.5 Mogelijkheden en beperkingenI
- Page 59 and 60: PrivaatrechtelGk beheer van milieuw
- Page 61 and 62: individuele belangen. Een vraag die
- Page 63 and 64: het voordeel van de snelheid en de
- Page 65 and 66: lijke betrekking tussen de controle
- Page 67 and 68: Een spectaculair voorbeeld hiervan
- Page 69 and 70: lijk om op andere wijze te voldoen.
- Page 71 and 72: van het fiscale instrument 44. Best
- Page 73 and 74: zijn regulerende energieheffingen,
- Page 75 and 76: Oormerking van heffingen en eenheid
- Page 77 and 78: egulering, niet alleen de handhavin
- Page 79 and 80: Verhandelbare vergunningenDe privaa
- Page 81 and 82: kunnen de transactiekosten hoog zij
- Page 83 and 84: Verder wordt hiermee geen recht ged
- Page 85 and 86: egulering in de vorm van technologi
- Page 87 and 88: elementen in de attitudes of voorke
- Page 89 and 90: werking wordt gedaan. Zij is echter
WETENSCHAPPELIJKE RAAD VOOR HET REGERINGSBELEID