13.07.2015 Views

Milieubeleid - Oapen

Milieubeleid - Oapen

Milieubeleid - Oapen

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

ijke doelgroep. De te verwachten energiebesparing blijft ver bij de doelstellingachter. Het electriciteitsgebruik in woningen zal naar venvachting in dekomende 10 jaar toenemen met 1 procent per jaar. Hierdoor wordt een eficiencyverbeteringvan 15 procent ten opzichte van 1989 bereikt, tenvijl de doelstellingmeer dan 25 procent is.4.2.3 Tot slotIn deze paragraaf is gekeken naar de bijdrage van de verschillende doelgroepenaan de voor Nederland belangrijkste milieuproblemen. De doelgroepenverkeer en vervoer, landbouw, huishoudens en industrie dragen inhoge mate bij aan belangrijke problemen zoals het energiegebruik - met deemissieproblemen die ermee gepaard gaan -, verzuring, vermesting en deafvalproblematiek. De ontwikkelingen hier wijzen op een tekortschieten vanhet ingezette beleid, waardoor de doelstellingen voor 2000 buiten bereik lijkente komen. De vraag over de aard van de in te zetten instrumenten dringt zichdan ook hier. het meest indringend op. Wellicht dat andere instrumenten, inplaats van of additioneel aan de reeds gehanteerde, beter in staat zijn tot realisatievan de overeengekomen doelstellingen op deze gebieden. Overigensmogen de andere doelgroepen en milieuproblemen niet uit het oog verlorenworden. Ook a1 blijken daar betere resultaten te worden geboekt, niet denkbeeldigis dat ook daar effectiviteits- en efficiencywinst is te behalen. Het functionerenvan het gehele milieubeleid zou daarmee zeer zijn gebaat. In dehierna volgende paragrafen wordt daarom een methode ontwikkeld om tot eenbetere instrumentkeuze voor dat beleid te kunnen komen.4.3 Situatiekenmerken afzonderlijk beschouwd4.3.1 InleidingIn paragraaf 4.2 is gebleken dat uit het oogpunt van milieudoelstellingenwenselijke gedragsveranderingen zeer aanzienlijk zijn en dat zij in veel gevallenslechts met een grote beleidsinspanning zullen kunnen worden bereikt.Het is dan ook van groot belang tot een optimale instrumentkeuze te komen.Deze paragraaf beoogt een systematisch kader aan te bieden dat ten grondslagkan liggen aan de keuze van instrumenten.De inzet van het Nederlandse milieubeleid is het veranderen van gedrag vande verschillende doelgroepen van dat milieubeleid. In paragraaf 4.2 is gebleken,dat in veel gevallen verschillende doelgroepen samen bijdragen aanhetzelfde milieuprobleem. Specifieke kenmerken van deze doelgroepen makenonderdeel uit van de concrete situatie waar het beleid op in moet spelen. Ditkan er toe leiden dat, ter bestrijding van dezelfde milieuproblemen, bijverschillende doelgroepen verschillende instrumenten moeten worden ingezet.De instrumentkeuze wordt dan ook op doelgroepniveau geanalyseerd.In deze paragraaf wordt verduidelijkt welke situatiekenmerken van belang zijnvoor de keuze van instrumenten. <strong>Milieubeleid</strong>ssituaties worden opgevat alscombinaties van kenmerken. Zoals reeds in hoofdstuk 2 werd gesteld, kunnenmilieubeleidssituaties worden beschreven aan de hand van drie soortenkenmerken:1. kenrnerken die verband houden met de kenbaarheid van emissies en effecten. Hetbetreft de kenbaarheid op individueel niveau van gedrag dat het milieu aantast,van de causale relaties tussen aantasting en schade en van de schade zelf.2. kenmerken die betrekking hebben op de structuur van de doelgroep. Hierbijgaat het om het aantal bronnen (plaatsen waar het gedrag plaatsvindt), hetaantal beleidssubjecten (actoren waarop het beleid moet inspelen), de relatievemachtspositie van de doelgroep ten opzichte van de overheid en het schaalniveauvan gedrag en effecten.WETENSCHAPPELIJKE RAAD VOOR HET RECERINGSBELEID

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!