13.07.2015 Views

LSN-dutch 771076041 - Pumpenfabrik Ernst Vogel

LSN-dutch 771076041 - Pumpenfabrik Ernst Vogel

LSN-dutch 771076041 - Pumpenfabrik Ernst Vogel

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Inbouw-, bedrijfs- en onderhoudshandleidingBouwserie <strong>LSN</strong>aanbrengen van de fundamentbouten moetendeze met beton in het fundament worden gegoten.Na het doorharden van de gietmassa moet dekoppelingsuitlijning in overeenkomst methoofdstuk 5.3.1 worden gecontroleerd eneventuele verkeerde posities door uitlijnen van hetfundamentraam in de buurt van de aandrijfmotorworden gecompenseerd. De gladheid van hetfundamentraam moet voor het uitgieten resp. voorde bevestiging 0,2 mm/m bedragen. Voor hetuitlijnen kunnen onderlegplaten ofnivelleerschroeven (optioneel, niet in de standaardleveringsomvang aanwezig) worden gebruikt. Deonderlegplaten moeten in onmiddellijke nabijheidvan de verankeringsbouten worden aangebrachten allemaal vlak liggen. Vervolgens deverankeringsbouten gelijkmatig en slechts weinigvastdraaien. Het fundamentraam met zotrillingsvrij mogelijk vulbeton volgieren.Op volgende punten moet worden gelet. Holle ruimten vermijden (bijv. door schudden). Goede binding en uitharding controleren. Op de nabehandeling van beton volgens DIN 1045moet goed worden gelet.Na het uitharden van het vulbeton deverankeringsbouten gelijkmatig en goed vastdraaien.Uitlijning van de koppeling in overeenkomst methoofdstuk 5.3.1 controleren en, indien nodig, bijstellen,alsmede alle verbindingsschroeven van pomp enmotor met het fundamentraam op goed vastzittencontroleren.Hoewel de originele <strong>LSN</strong>-fundamentramen zeerstabiel uitgevoerd zijn, wordt het volgieten van hetuitgelijnde fundamentraam tot aan de raam-bovenranddringend aangeraden. Worden door in de buurt aanwezigeinstallatiecomponenten trillingen naar hetpompfundament overgebracht, moet het doorovereenkomstige trillingsdempende onderleggersworden afgeschermd (externe trillingen kunnenschadelijk voor de lagering zijn). Moet de overdracht van trillingen op in de buurtgelegen installatiecomponenten wordenvermeden, moet het fundament opovereenkomstige trillingsdempende onderleggersworden geïnstalleerd.De dimensionering van deze trillingsisolerendeonderleggers is voor elke toepassingverschillend en moet daarom door een ervarenvakman worden uitgevoerd.5.2 Aansluiting van de leidingen op depompDe pomp mag in geen geval als vast punt voorde leiding worden gebruikt. De toelaatbareleidingkrachten mogen niet wordenoverschreden, zie hoofdstuk 3.55.2.1 Zuig- en drukleiding De leidingen moeten zo gedimensioneerd enuitgevoerd zijn dat een correcte aanstroming vande pomp gewaarborgd is en daarom de functievan de pomp niet nadelig beïnvloed wordt.Bijzondere aandacht moet op de luchtdichtheidvan zuigleidingen en de aanhouding van deNPSH-waarden worden gevestigd. Bij zuigbedrijfde zuigleiding in het horizontale gedeelte naar depomp lichtelijk oplopend monteren, zodat er geenluchtzakken ontstaan. Bij toevoerbedrijf detoevoerleiding lichtelijk afdalend naar de pompmonteren. Geen appendages of bochtstukkenvlak vóór de pompinlaat aanbrengen. Bij het persen vanuit onder vacuüm staande tanksis het aanbrengen van een vacuümcompensatieleidingnuttig. De leiding moet eenminimale nominale doorlaat van 25 mm hebbenen moet boven het hoogste, in de tank toelaatbarevloeistofpeil uitmonden. Een extra, afsluitbare leiding (afb. 3) -pompdrukstomp-compensatieleiding -vereenvoudigt het ontluchten van de pomp vóórhet opstarten.Afb. 3NoodafvoerleidingLet bij het leggen van de leidingen op detoegankelijkheid van de pomp in verband metonderhoud, montage, demontage en leegloop."Toelaatbare stompkrachten en momenten bij depompstompen ..." (hoofdstuk 3.5) aanhoudenAls in de leidingen compensatoren wordengebruikt, moeten deze zo worden ondersteund datde pomp niet door druk in de leiding ontoelaatbaarhoog wordt belast.Vóór aansluiting op de pomp: Beschermendeafdekkingen van de pompstompen verwijderen.Vóór inbedrijfstelling moeten het leidingnet, degeïnstalleerde appendages en apparaten vanlasparels, hamerslag enz. worden gereinigd.Installaties die direct of indirect metdrinkwatersystemen in verband staan moeten voorinbouw en inbedrijfstelling goed van eventueleverontreinigingen worden bevrijd.Ter bescherming van de asafdichting (vooral vanglijringdichtingen) tegen vreemde lichamenaanbevolen bij het opstarten: zeef 800 micron inzuig- / toevoerleiding.Wordt het leidingnet met ingebouwde pompafgeperst, dan: maximaal toelaatbare<strong>LSN</strong> 100-<strong>dutch</strong> Blz. 10 Revisie 01Artikel nr. <strong>771076041</strong> Uitgave 01/2010

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!