13.07.2015 Views

OPMAAK Ortho mei 2001/uitdr - NVOS-Orthobanda

OPMAAK Ortho mei 2001/uitdr - NVOS-Orthobanda

OPMAAK Ortho mei 2001/uitdr - NVOS-Orthobanda

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

IN DIT NUMMER O.A.:VAN WOODIESTOT SLEEHAKJAN JANSEN HEEFT IDEEËN GENOEGSVGBTIEN JAAR INTERMEDIAIR TUSSENBRANCHES EN ONDERWIJSMOPD2EEN ZELDZAME VORM VAN DWERGGROEIORTHOPEDISCHEJAARGANG 21 MEI <strong>2001</strong> NO 2


Groothandel in<strong>Ortho</strong>pedische artikelensinds 1893Portsmuiden 17, 1046 AH Amsterdamb.v.AGENTUREN - IMPORT - EXPORTTelefoon 020 - 611 84 55*Telefax 020 - 611 53 88Voorraadhoudend o.a.:Degussa: Degaplast schuim/gietharsenNoba Verbandmittel Danz: Elasta/Noba/Rurhstern TriumphgipszwachtelsF.W. Kraemer: Steunzolen, s.o.s. schoenen, en toebehorenCaroli: Peroneusveren, pasdelen en orthesenBinder: KlittenbandErkodent: Erkoflex plaatmaterialen en silikonenVaupel: Metalen pasdelenBissell: Aluminium LoophulpenDimalo: Houten loop- en hulpmiddelenLanger: PPT plaatmaterialenFreudenberg: ”Luna” plaatmaterialenZotefoams: Plastazote en EvazoteS.P.A.C.: Pulman schoeiselSanova: Schoenen voor diabetici en reumapatiëntenMolinari: S.O.S. SchoeiselMarkell: Dennis Browne schoentjesSaba: LijmenDiverse fabrikaten: KurkplatenDiverse fabrikaten: KunststofplatenDiverse fabrikaten: Thermoplastische plaatmaterialenDiverse fabrikaten: StansmaterialenDiverse fabrikaten: RVS bandstaal en platen


het om elk model van zijn handdraait: een smal uiterlijk en toch eenruime pasvorm. De leesten maakt Jansenaltijd zelf. Hij schuurt net zolangtot hij het gewenste resultaat bereikt.Het tekenen van het ontwerp doet hijvaak in een oogwenk, want zoals hijzelf zegt: "Tijdens het autorijden hebik de meeste inspiratie. Tegenwoordigga ik niet meer, net als vroeger achtereen bureau zitten om te ontwerpen.De ideeën schieten nu gewoon spontaanin mijn hoofd en zijn gewoongoed." Als Jansen een prototype klaarheeft is het tijd om zijn vrouw Tonny,waarmee hij sinds 1964 is getrouwd,erbij te roepen. Zij heeft, volgens Jansen,meer kijk op kleur. "Soms is heteen kleine verandering die ze voorstelt.En ze heeft altijd gelijk," zijnogen krijgen een warme gloed als hijover Tonny praat.Later als ik haar ontmoet, begrijp ikwaarom. Een niet zo’n grote vrouw,donker haar, donkere lange jas eneen gebreid petje op haar donkeresteile haren. Door de nauwe samenwerkingdie deze man en vrouw doorhet werk en hun gezin (ze hebbentwee zoons) ruim 35 jaar verbindtvoel ik mij ietwat overbodig als zijsamen op zoek gaan naar een geschiktefoto voor dit blad. Trots laatTonny het Japanse blad "Mutts" zien,waarin de schoondochter van Jan enTonny een stuk heeft geschreven overschoenenontwerper Jan Jansen. Verbaasdkijken we naar de Japansetekens waar twee keer de naam JanJansen in westerse letters te lezenzijn. "Leuk he?," zegt Jan en dan,"maar wat ze schrijven blijft een verrassing."De foto die bij het artikelstaat toont een lachende Jan die zijnschoondochter, die nogal klein vanstuk is, omarmd. Een gelukkige man,deze Jan Jansen.LOOPBAAN JAN JANSEN1962 Stagiaire bij schoenfabriekNeerlandia, leert patroontekenen.1963 In Rome leert Jansen handgemaakteschoenen maken.1964 Tot 1968 Heeft Jansen atelierin Amsterdam waar alleenhandgemaakte schoenen werdenverkocht.1968 Opent Jansen opent aan deRunstraat in Amsterdam ‘Ja Ja’boetiek, waarin serie gefabriceerdeschoenen werden verkocht.1969 Ontwerpt de inmiddels bekendeschoenontwerper Jansen dewereldberoemde ‘Woodies’,waar meer dan een halfmiljoen exemplaren vanwerden verkocht.1972 Groothandel ‘Jan Jansen’ levertaan detailhandel en eigenboetieks.1973 Eerste deelname aan een buitenlandsebeurs levert Jansenveel internationale publiciteit,waardoor hij als freelancer voorfabrieken in heel Europa kangaan ontwerpen.1983 Opening nieuwe winkel aanhet Rokin 42 te Amsterdam.1986 Opening winkel in Parijs,62 Rue de Saints-Peres in Parijs.1991 Collectie Linea Erotica.1995 Opening winkel in Antwerpen,38 Huidevettersstraat.1995 Verkoopt vanuit Amsterdamnieuwe, beter betaalbare, collectieSense met eigen label‘Jan Jansen Sense’.GEWONNEN PRIJZEN1967 E.M.S. Culture Prijs, Den Haag.1975 Golden Clog, schoenfabriekArthé voor de eerste 100.000paar verkochte ‘Woodies’.1985 Kho Liang Ie prijs, AmsterdamKunst Commissie, industrieelontwerp.1989 Emmy van Leersum prijs, voorgehele werk.1996 Grand Seigneur prijs (Nederlandsbelangrijkste mode prijs),gekregen voor de commerciëleserie Jan Jansen Sense.7


,INTERNETSITESEEINGOok de orthopedisch schoentechnicuskan in deze tijdenwelhaast niet meer zonder hetmoderne medium internet.Veel orthopedische bedrijvenhebben reeds een eigen site.In dit artikel wordt een greep uitinteressante sites voor de orthopedischeschoentechnicus kortbesproken. Hierbij hebben deauteurs niet de illusie volledig tezijn. Bij veel sites is er echter een'aanklikbaar' deel 'links' waarmeeje naar andere verwante interessantesites kunt surfen. Daarnaastzijn een drietal zoekmachinesopgesomd waar specifiek op orthopedischeonderwerpen gezocht kanworden. Op deze manier ben jebinnen de kortste keren op allerleisites en heb je toegang tot zeerdiverse informatie en zelfs mogelijkhedenom te bestellen.Door: Marc van der Zande en John Willems8ALGEMENE INFOEén van de grote voordelenvan internet is het 'surfen':het van de ene site naar de anderespringen. Soms zijn die sprongen eenkwestie van geluk hebben en (ver)-dwaal je een tijdje over het web.Handig is om te starten bij een zogenaamd'portal': letterlijk een soorthoofdingang, en in internetwereldeen verzamelplaats waar een heleboelandere sites op een geordende wijzestaan vermeld; een soort Schiphol duswaar je meteen mogelijkheden hebtom naar alle uithoeken van de Internetwereldte reizen.Voor Schoenenland zijn een aantalgrote portals te vinden, we noemener enkele belangrijke:www.shoeinfonet.com: een sitewaar alle organisaties, producenten,handelaren etc, etc. hun informatiekunnen achterlaten om zo bijvoorbeeldzakenrelaties in het buitenlandte kunnen aanknopen. Een virtueelprikbord in feite, maar wel een heleuitgebreide. Je kan er ook meteen zelfeen blaadje opprikken (de <strong>NVOS</strong> staater nog niet op).Een andere grote portal, vanuit deU.S.A. opgezet, maar met veel linksnaar andere landen (bijvoorbeeld eenNederlandse klompenfabrikant) iswww.shoesonthenet.com.Een Nederlandse portal, vooral gerichtop gewoon schoeisel, iswww.shoes.nl voor consumenten,winkeliers en fabrikanten.BELANGENVERENIGINGENWe beginnen bij de <strong>NVOS</strong>(www.nvos.nl). Natuurlijk informatieover de <strong>NVOS</strong> zelf, een nieuwskatern,een ledenlijst en een zevental linksnaar patiëntenbelangenorganisaties,Belgische collega's en verwante verenigingen.In de opleidingssfeer is de SVGB(www.svgb.nl) vertegenwoordigdmet een site waarin ze nieuwtjesbeschrijven en gegevens te vinden zijnover (bedrijven in) de orthopedischschoentechnische branche. Ook hetbeste leerbedrijf komt aan bod (zieelders in dit blad).In <strong>Ortho</strong>Pro (www.orthopro.nl) hebbenNederlands toonaangevendeorthopedisch schoentechnische bedrijvenhun expertise gebundeld, de sitebeantwoordt vooral de 'wie', 'wat' en'hoe' vragen. Of neem een kijkje opwww.ortholine.de, om iets dergelijksvan uw Duitse collega's te zien.De Duitse branchevereniging is te vindenop www.biv-os.de .Op de homepage van ISPO(www.i-s-p-o.org) is veel informatieaanwezig over opleidingen in dewereld van ortheses en protheses envooral veel 'links' naar diverse verwantesites.SCHOENENHANDELIets anders is www.shoeplaza.nl. Ditis een site voor ondernemers in deNederlandse schoenenbranche, waarje via een aanmelding toegang kankrijgen tot informatie, maar bijvoorbeeldook bestellingen kunt plegen.Het staat allemaal in de demo dievoor iedereen toegankelijk is.Natuurlijk kan je ook rechtstreeksnaar schoenen toeleveranciers gaan.We noemen er enkele:www.durea.nl; www.vanbommel.nl;www.nimco.nl; www.piedro.nl;www.avang.nl.;www.greveschoenen.nl;www.bimakon.nl (hopelijk weer inde lucht).Op de drie zoekmachines(www.orthoguide.com/ortho,owl.orthogate.org enwww.orthosearch.com) kan internationaalgezocht worden op specifiekorthopedische onderwerpen.Als uitsmijter noemen wewww.lowlandshoes. com.Kijk waar een oud collega is beland!


WIN!Met een uniekevakantie impressieBeste lezers,Met de vakantie voor de deur wil de redactie jullie uitnodigen om tijdens hethopelijk langdurige zomer reces te letten op leuke, rare, maffe, unieke situatiesdie je tegen kunt komen omtrent voeten en schoenen.Zo zou het kunnen zijn dat je een paar zeer vreemde schoenen ziet langskomen,of dat je een zeer bijzondere schoenmaker op je netvlies krijgt, vul het zelf maar inen LEG HET VAST!Genoeg leuke dingen te zien en te doen in de vakantie, kijk eens goed rond enkijk of je er wat van mee kan nemen. Stuur het vóór 1 oktober a.s. in.Doe er een kleine beschrijving van het moment bij (indien je dit nodig acht).De redactie stelt een prijs ter beschikking, te weten een boeken- of platenbonter waarde vanfl. 100,- guldenvoor de beste inzending en… niet te vergeten: EEUWIGE ROEM !De foto wordt uiteraard met naam en toenaam van de winnende fotograaf in hetvakblad <strong>Ortho</strong>pedische Schoentechniek geplaatst.Dus al met al wordt uw moeite beloond.We wachten met spanning de inzendingen af.De redactie9


,MOPD2EEN ZELDZAME VORM VAN DWERGGROEITijdens een intercollegiaal werkplaatsoverlegwerd mijn aandachtgetrokken door een paar schoenen.Schoenen van een grootte die jeeerder aan een sleutelhanger danaan voeten zou verwachten. In dedagelijkse schoentechnische praktijkzijn er ziektebeelden of afwijkingendie vrij sporadischvoorkomen; MOPD2 mag eenzeldzame aandoening genoemdworden, wereldwijd zijn er slechts17 kinderen beschreven in demedische tijdschriften.Door: Jaap de Boer10EXTREME DWERGGROEI‘MOPD 2’ staat bekend als‘microcefale osteodysplastischeprimordiale dwerggroei’ (= ‘microcefaal’= te kleine hoofdomvang;‘osteo’ = bot; ‘dysplastisch’ = nietgoed aangelegd; ‘primordiaal’ = oorspronkelijk-– hier: in eerste aanleg).Kinderen met MOPD2 blijven heel kortvan stuk en zij lopen meestal wat achterin hun verstandelijke ontwikkeling.De groei is niet te stimuleren door hetgebruik van groeihormonen. In medischetijdschriften zijn er 17 kinderenmet deze ziekte beschreven. In enkelefamilies waren meerdere kinderenaangedaan en in een aantal familieswaren de ouders familie van elkaar.Vermoedelijk is MOPD2 een autosomaalrecessief erfelijke aandoening; datbetekent dat elk kind van ouders metMOPD2 een kans van 1 op 4 (25%)heeft op deze aandoening. De erfelijkeaanleg voor MOPD2 is nog niet opte sporen. Tijdens de zwangerschapkan de groei van het kind gevolgdworden, maar het is niet zeker dat degroeiachterstand in een heel vroegstadium vastgesteld kan worden. Inenkele zwangerschappen viel vanafde 16e tot 17e week op dat de groeiachterbleef.Kenmerkend zijn een te kleine hoofdomvang,een kleine onderkaak en eenrelatief grote neus. De armen en benenzijn wat kort ten opzichte van deromp. Op röntgenfoto’s werd geziendat de verkorting vooral in de onderarmenen onderbenen zit en dat de handenenkele verkorte botjes hebben.STOERE TIMBERLANDSIn onze casus heeft het zestien maandenoude jongentje een lengte van54,5 centimeter, een gewicht van3700 gram en een voetlengte van 62millimeter. Als maatschoenmaker krabje je even achter de oren; daarna aande slag al betrof het een project inMadurodam. De voetjes werdengegipst met doorgezaagde gipsrollenom enigszins soepel te kunnen rollen;wat op viel was de enorme smallehielpartij. De leesten met supplementenwerden vervaardigd met een echtfingerspitzengefühl. De stofafzuigmondwerd voorzien van een fijnmazigrooster om te voorkomen, dat deleesten door een plotseling opstekendemachinale cycloon, naar het binnenstevan de stofcontainer werdengezogen. Na de pas werden deschachten vervaardigd. Er was gekozenvoor stoere Timberlands uitgevoerdin zandkleurige nubuck. Nadatde steekgrootte was aangepast werdde olympische sport ‘millimeter stikken’herontdekt. Vervolgens werdende schachten om de leest geblazen.De ons vertrouwde kuiplederen contrefortmoest het helaas afleggentegen een ietwat lichtere variant. Hetonderwerk werd rondom voorzienvan een rand en een echte profielzool.Bij het afleveren liep onze jongevriend weg met de schoenen, met inzijn hand een speciaal vervaardigdtasje met pantoffels. Fijn voor ’savonds bij de open haard…


,SVGBTIEN JAAR INTERMEDIAIR TUSSEN BRANCHES EN ONDERWIJSHet had weinig gescheeld of eenflink aantal kleine vakspecialistischeberoepsopleidingen had deonderwijsreorganisaties van hetafgelopen decennium nietoverleefd. Dat zij geen geruislozedood stierven, maar veelal weerblaken van gezondheid, is medede verdienste van de SVGB.Deze ‘broeikas’ onder de LandelijkeOrganen Beroepsonderwijsvierde begin november haar tweedelustrum. De driekoppige directieblikt terug op tien woelige jaren,waarin de organisatie een plekveroverde op de onderwijskaart vanNederland. ‘We zijn uitgegroeidtot een slagvaardige en deskundigeintermediair tussen bedrijfsleven,onderwijs en politiek.’Door: Harals MeijerHet middelbaar beroepsonderwijsis in ons landvooral een zaak van deRegionale Opleidingscentra.Als zo’n ROC, zeg, een nieuweeconomische opleiding aan zijn lesprogrammawil toevoegen, is er financieelgesproken geen vuiltje aan delucht. De leerlingen staan letterlijk inde rij; een paar deskundige docenten,gedegen lesmateriaal, een simpel leslokaalen misschien nog een PC doende rest. Maar wat als diezelfde instellingnu eens een wat minder populaireambachtelijke, maar technologischhoogwaardige beroepsopleiding meteen groot praktijkcomponent onderhaar hoede zou willen nemen? Danmoet er opeens een complete werkplaatsof laboratorium worden ingerichten zijn er dure gereedschappenen instrumenten nodig. Een kostbareinvestering, waar ROC’s zich doorgaansliever niet aan wagen. De extrauitgaven en inspanningen wegenimmers niet op tegen de inkomsten.Geen wonder dat kleinschalige vaktechnischeonderwijstrajecten nogaleens een zieltogend bestaan leiden enzelfs het loodje leggen. Door demacht van de getallen worden zeeenvoudigweg naar het tweede ofderde plan gedrukt…VERPIETERDE POTPLANTJESDe SVGB trekt zich het lot van deze‘zwakke bedreigde broeders’ aan. Inde tien jaar van haar bestaan heeft zezich al over veel kleine, technologischhoogwaardige opleidingen ontfermd.De tandtechniek, de optiek, de pianotechnieken de orthopedische instrumentmakerijzijn voorbeelden vansectoren die van haar diensten gebruikmaken. ‘Het is voorgekomendat een brancheorganisatie de restantenvan haar opleiding hier in eenoude schoenendoos kwam afleveren’,vertelt directeur extern Karel van deLest in het SVGB-gebouw te Nieuwegein.‘Ik vergelijk zulke opleidingendaarom wel met een verpieterd potplantje.Wij zijn er om het in het lichtte zetten, en water en Pokon tegeven. Zo zorgen we ervoor dat hetweer gaat groeien en bloeien. Kijkmaar eens naar de basisleergang vooraudiciens. Het eerste jaar begonnenwe met negentien leerlingen, inmiddelszijn dat er meer dan 200.’Hoe lukt het de SVGB om het kostenplaatjevoor dergelijke relatief prijzigeleertrajecten wél sluitend te krijgen?‘Door convenanten te sluiten met deRegionale Opleidingscentra en branches’,verklaart directeur financiën enfaciliteiten Leon Stevens. ‘We zijnovereengekomen dat wij het onderwijsverzorgen en daarbij voldoen aanhun kwaliteitsnormen, terwijl zij gecontroleerdworden door de inspectieen de accountant van het ministerie.De administratie dragen we dan ookkeurig netjes conform de wettelijkeeisen af. In ruil daarvoor geeft hetROC ons 90% van de subsidie die hetontvangt voor de betreffende opleiding;wat overblijft dekt z’n overheadkosten.Met onze eigen subsidie erbij– plus de enorme inzet van deSVGB-ers – kunnen we onderwijs datsoms jarenlang wegkwijnde in demarge weer opkalefateren. Een primaconstructie kortom, voor alle betrokkenpartijen. Niet in de laatste plaatsnatuurlijk voor de beroepsgroepen diewe bedienen. Zij zijn in de regel reuzeblij dat hun opleiding niet langer hetondergeschoven kindje is.’’LEREN LEREN’Een uitgangspunt van de SVGB is datde branche-organisaties zelf de inrichtingvan het onderwijs bepalen.Ze doet er alles aan om de noden enwensen van de verschillende sectorenin kaart te brengen en past daarophaar lesprogramma’s aan. Zo heeft zeopleidingsadviseurs in dienst, dieoptreden als haar ‘ogen en oren’ inde markt. Direct overleg met vertegenwoordigersvan de afzonderlijkebedrijfstakken vindt plaats in zogenoemdebranche-adviesgroepen11


Dhr. D. QuakernaatDhr. K.G.P. v.d. Lest,directeur-extern SVGBDhr. v.d. Eijnden, directeur BVE(BAG’s). Omdat de SVGB niet enkelde representatieve lichamen een stemwil geven, treedt ze ook direct in contactmet de leden ervan, de vaktechnischespecialisten in het land.Daarvoor is onlangs het project Hamurabigestart, waarbij met behulp vanmoderne, interactieve communicatiemiddelenopen discussies worden gevoerdover gesignaleerde (inter-)nationale trends en innovaties op elkvan de vakgebieden.Op die manier kan de SVGB nietalleen haar opleidingen beter up-todatehouden, maar helpt ze ook debranches hun blik te verruimen. Endat blijkt nodig. ‘Wat je vaak ziet, isdat kleine ambachtelijke sectorennogal conservatief en in zichzelf gekeerdzijn’, stelt Karel van de Lest. ‘Zehebben de neiging te verstoffen. Eengevaarlijke eigenschap, want de technischeontwikkelingen gaan tegenwoordigrazendsnel. Vakmensenlopen gemakkelijk een kennisachterstandop. Onze taak is daarom hun te"leren leren", zodat ze bijblijven ophun vakgebied. Dat doen we bijvoorbeeldin de vorm van her- en bijscholing.In de nabije toekomst willen wenog zwaarder op dergelijke contractcursusseninzetten.’‘Er is ons veel aan gelegen leerlingen zobreed mogelijk op te leiden’, vervolgtJenny Doest. ‘Wie bij ons een diplomahaalt, moet genoeg in z’n mars hebbenom bijvoorbeeld goed met cliënten tekunnen omgaan of zelfs een eigenbedrijf op te zetten. Zo begint in september<strong>2001</strong> de nieuwe studie HEAOMER gezondheidstechniek, waarin ookbedrijfsvoering, automatisering en communicatie– onder meer met zorgverzekeraarsen artsen – een belangrijkerol spelen. Die opleiding moet geenpure vaktechnici afleveren, maar veelzijdigeondernemers, die zo het middenenkleinbedrijf in kunnen.’VEEL SYMPATHIEHet feit dat veel aangesloten beroepsgroepenzo sterk naar binnen zijngericht, dwong de SVGB al vroeg inhaar rol van intermediair richting hetMinisterie van OC&W. Een rol die zegraag en met verve speelt. Karel van deLest: ‘Wij hebben ons het jargon vande diverse sectoren eigengemaakt, watvoor de leek complete abracadabra is.Anderzijds begrijpt de gemiddeldeschoenhersteller, opticien of tandtechnicusweer weinig van de taal die in"Zoetermeer" wordt gebezigd. Wij zijndus voortdurend bezig met "vertalen"tussen departement en branches. En ikmoet zeggen dat de onderwijsambtenarengoed naar ons luisteren. Ze hebbenoor voor de pijnpunten van dekleine opleidingen en onderkennendie. Het is niet zo dat ze meteen klaarstaanmet een financiële bijdrage, maarze zijn altijd bereid om mee te denkenover creatieve oplossingen. Dat is nietaltijd zo geweest.’Leon Stevens kan het beamen. ‘In hetverleden werden we op het ministerieontboden en kregen we een reprimandeals we het budget hadden overschreden.Tegenwoordig worden weelk halfjaar uitgenodigd om in een ontspannensfeer van gedachten te wisselenover onze problemen, waarbij weelkaar prima aanvullen. We worden nukortom serieus genomen door de politieken kunnen op veel sympathie rekenen.Men beseft dat dit hier een clubprofessionele, hardwerkende, betrokkenmensen is, met stuk voor stuk hartvoor het degelijke, eerlijke ambacht. Ennatuurlijk dwingt het respect af, datwe ons als een David tussen deGoliaths weten te handhaven.’BESTAANSRECHT BUITEN KIJFVolgens Jenny Doest is men in ambtelijkekringen bovendien doordrongenvan het maatschappelijk nut van deSVGB. ‘Iedereen weet dat ons land ineen rap tempo vergrijst. Nog even eneen groot deel van de bevolking is ouden hulpbehoevend. Je moet er tochniet aan denken dat er dan te weinigopticiens, orthopedische schoenmakersof audiciens zouden zijn. Maar denkook eens aan het culturele belang vanonze meer kunstzinnige studierichtingen.Onze consulent pianotechniekstemt de vleugels van het Concertgebouw.Stel je voor dat daar geen specialistenmeer voor waren…’Karel van de Lest merkt in dit kaderop dat de SVGB een belangrijke bijdragelevert aan de oplossing van eennijpend arbeidsmarktvraagstuk: hettandartsentekort. ‘Samen met de12


faculteit tandheelkunde van de KatholiekeUniversiteit Nijmegen leidenwij sinds enige tijd klinische prothesetechniciop. Dankzij deze vakmensenkunnen in de tandartsenpraktijk straksheel veel taken op hbo-niveau wordengedelegeerd. Op die manierbespaart een tandarts veel tijd, zodathij per saldo meer patiënten kanbehandelen. Het is natuurlijk prachtigdat we als onderwijsinstelling in zo’nlacune kunnen voorzien en iets voorde samenleving kunnen betekenen.Zo langzamerhand hoeven we op hetministerie niemand meer van onsbestaansrecht te overtuigen.’UITDAGINGENHet afgelopen decennium wist deSVGB diverse opleidingen van deondergang te redden en een plekje teveroveren op de Nederlandse onderwijskaart.Welke uitdagingen wachtende jubilaris in de nabije toekomst?Jenny Doest: ‘Een van onze doelstellingenis om meer allrounders op teleiden. Daarom zijn we begonnen dekwalificatiestructuren van sommigestudierichtingen te inventariseren enmet elkaar te vergelijken. Zo wordtduidelijk in hoeverre er sprake is vanoverlappingen en of bepaalde gediplomeerdenin meerdere sectorenterecht kunnen. Je kunt je voorstellendat bijvoorbeeld een paskamermedewerkerbij de orthopedische schoentechniekheel goed de overstap zoukunnen maken naar de orthopedischinstrumentmakers. De vereiste vaardighedenzijn daar immers voor eengroot deel identiek. Daarmee zou hetberoepsperspectief voor onze leerlingeneen stuk gevarieerder worden, enons onderwijs nóg aantrekkelijker.’Een tweede streven is om op termijnmeer ‘onderwijs op afstand’ aan tebieden. ‘Teleleren is een ontwikkelingwaaraan wij als modern opleidingsinstituutniet voorbij mogen gaan’, zegtLeon Stevens beslist. ‘Bij enkele vanonze studies wordt al les gegeven viainternet, ondersteund door webcams.Heel efficiënt. De komende jaren zalhet aantal initiatieven op dit gebiedzeker toenemen.’Ten slotte staat de SVGB gefaseerdegroei voor ogen. ‘We hebben onzezaakjes prima op orde; de organisatiestaat’, stelt Jenny Doest. ‘Daaromkunnen we ons ook voor andere bedreigdeberoepsopleidingen inzetten.Kom maar op! We willen allemaal hethoofd boven water houden, dus latenwe toch vooral samenwerken. Eendrachtmaakt nog altijd macht.’MUURTJES GESLECHTIn 1990 werd de Wet op het Leerlingwezen van kracht en verdween hetMiddelbaar Middenstands Onderwijs. Deze ingrijpende reorganisatie (lees:bezuinigingsronde) liet veel kleinere beroepsopleidingen geen andere keuzedan te fuseren. Zo werden ook de opticiens, de tandtechnici en de audiciensmin of meer gedwongen om hun krachten te bundelen en op te gaan in deSVGB, de Stichting Vakopleiding Gezondheidstechnische Beroepen. De cultuurverschillenen de aanvankelijke pijn van het verlies van ieders autonomieleidden in het begin nog wel eens tot botsingen. De drie bloedgroepenwaren in naam dan samengevloeid, in de praktijk trachtten ze uit een zekereberoepseer toch ook hun eigen identiteit te behouden. Datzelfde gold voorde elf branches die onder invloed van een instabiele markt in het midden vande jaren negentig toetraden tot de SVGB… Toch is het de organisatie wonderwelgelukt een gevoel van eenheid te creëren. ‘Ons eenwordingsproceswas misschien moeizaam, maar we hebben het volbracht’, zegt adjunctdirecteurJenny Doest. ‘Tijdens het jubileumfeest merkte ik weer eens dat wetegenwoordig echt één club vormen – dat de muurtjes definitief zijngeslecht. Medewerkers voelen zich niet langer alleen verbonden met een vande sectoropleidingen, maar noemen zich met trots SVGB-er.’DE SVGB IN EEN NOTENDOPDe SVGB is een van de 21 Landelijke Organen Beroepsonderwijs (LOB’s) inons land en richt zich in die hoedanigheid op de gezondheidstechnische enambachtelijke beroepen. Dit betekent in eenvoudig Nederlands dat zeoptreedt als intermediair tussen deze bedrijfstakken en de daarvoor aangewezenonderwijsinstellingen, de Regionale Opleidingscentra (ROC’s). Zozorgt ze voor een deugdelijke kwalificatiestructuur, voldoende kwalitatieveopleidingsplaatsen en marktdoelmatigheid (onderwijs dat aansluit op deberoepspraktijk) en adviseert ze de minister over de inrichting van hetberoepsonderwijs. Daarnaast biedt de SVGB sectoren die er niet in slagen omin samenwerking met een ROC een goede onderwijsinfrastructuur op tebouwen of te onderhouden een volledig dienstenpakket, ‘van kwalificatiestructuurtot examinering’.Kortom, de SVGB verdeelt haar aandacht over een breed scala van activiteiten.Dit ontlokte een vertegenwoordiger van VNO-NCW op het jubileumfeestde vraag of de kwaliteit van de dienstverlening daar niet onder te lijdenheeft. Directeur extern Karel van de Lest antwoordde met een volmondig‘nee’. ‘De SVGB werkt momenteel aan een eigen, zeer uitgebreid kwaliteitszorgsysteem.Onze relaties – bedrijfsleven, politiek en onderwijsinstellingen –kunnen daarmee te allen tijde middels audits controleren of wij aan hun normenvoldoen.’Ten slotte enkele cijfers. De SVGB heeft 64 medewerkers in vaste dienst entelt daarnaast 26 medewerkers op contractbasis. Ze vertegenwoordigt 14branches -8100 bedrijven (waarvan 2300 erkende leerbedrijven), met in totaal34.000 werkzame personen. De sectoren haalden vorig jaar een gezamenlijkeomzet van 6,3 miljard gulden. De SVGB werkt voor de adaptatietechniek,audiciens, goud- en zilversmeden, graveurs, juweliers, keramiek, optiek,orthopedische instrumentmakers en bandagisten, orthopedische schoentechniek,pianotechniek, schoen- en lederwarenindustrie, schoenherstellers, tandtechnieken uurwerktechniek.Meer informatie over de organisatie is te vinden op de website www.svgb.nl.13


,OP GROTE VOETDE SCHOONHEID VAN DE ALLEDAAGSE DINGEN VAN HET LEVENVoeten zijn sinds mensenheugeniseen bron van inspiratie geweest alssymbolen van vruchtbaarheid,fetisj, bezit en macht. Ook annonu worden kunstenaars somsgeraakt door ‘de schoonheid van dealledaagse dingen van het leven’zoals voeten nu eenmaal zijn.Kunstenaar Thijs van Tongerenontwierp en creëerde, in het kadervan een ‘Sculpturenproject’,voetje voor voetje een voet, eengrote voet…Door: Jaap de Boer14Net na zijn eindexamen aande A.K.I. te Enschede werdThijs van Tongeren geattendeerdop een uitgeschrevenopdracht door departnergemeenten Nijverdal enIbberbüren. Middels de kunstacademievroegen de organisatoren jongekunstenaars mee te werken aan hun'Sculpturenproject'. Tijdens het evenementmochten de kunstenaars een vrijwerk maken dat op een door hen zelfaangewezen plek, in Nijverdal ofIbbenbüren, geplaatst zou wordenvoor de zomerperiode. Thijs van Tongerenbedacht een reusachtige voet,om in beide gemeenten te exposeren;ze moesten namelijk wel op goedevoet met elkaar staan om samen zo'nproject te organiseren.Om tot een zo goed mogelijk ontwerpte komen en beschikking over goedpresentatiemateriaal te krijgen, werdde hulp ingeroepen van twee bedrijven.Het ene bedrijf, 2morrow, hielpdoor het zoeken naar de juiste verhoudingtot de omgeving en de kleur.Door een voet 3-dimensionaal temodelleren in de computer en die inde eveneens gemodelleerde omgevingvan het gemeentehuis van Nijverdal teplaatsen, was het mogelijk op hetbeeldscherm van een computer virtueelom het beeld heen te wandelen.Zo kon het van alle kanten, van verafen dichtbij, worden bekeken om daarmeede juiste maat en kleur te bepalen.Het andere bedrijf, men@work,maakte twee perfecte montagefoto’svoor de presentatie, één van het raadhuispleinin Duitsland en één van hetraadhuisplein in Nederland.MAG HET EEN MAATJE GROTER ZIJNIn de ontwerpfase worden alle belangrijkekeuzes gemaakt. De maatvoering;klein of groot, manshoog? Watwordt de kleur. Hoe wordt de 'huid',glad of ruw, met of zonder structuur?Moet het hyperrealistisch worden ofniet, moet er bijvoorbeeld haar op devoet? Hierbij spelen een veelheid vanfactoren een rol zoals de omgevingwaar het beeld geplaatst wordt. Ermoet rekening worden gehouden metde vraag of het beeld geen verkeerdeassociaties op bij de beschouwersoproept; komt het idee wel goed over?Het beeld moet ‘hufterproof’ zijn,d.w.z. dat het minimaal twee mokerslagenmoet kunnen hebben. Dankomen er nog vragen als; waar vervaardigje een beeld van drie bij tweebij anderhalve meter dat en passantook nog vervoerbaar moet zijn? Enwaar haal je een emmertje piepschuim;vijf kuub wel te verstaan! Na dit allesonderzocht en geregeld te hebbenwerd het ontwerp goed gekeurd.Nu moest het beeld alleen nog wordengemaakt, tijd voor het handwerk.Allereerst werd er een perfect voetmodelvervaardigd door Toornend <strong>Ortho</strong>pedicServices in Enschede. Dit modelwerd doorgezaagd en door middelvan projectie uitvergroot op plakkenpiepschuim. Deze plakken werden,net als de ons bekende eerste zelfgemaakte‘plakjesleest’, verlijmd en naarelkaar toegeschuurd en vervolgensingepakt in een dikke laag polyester.Het beeld werd binnen een recordtijdvan zes weken gebouwd, zodat hetop tijd was voor de expositie.


WIT VOETJE ZOEKT ONDERKOMENTot voor kort was de sculptuur bij deA.K.I. in Enschede gestald. Vanaf 10maart tot eind oktober staat het in debeeldentuin van Restaurant/GalerieManjefiek te Maastricht. Wellicht zijner talloze vakbroeders die een culturelereis naar het Zuiden zullen aanvaardenom dit meesterwerk teaanschouwen. Mogelijkerwijs is erook nog ruimte in uw bedrijfsbudget‘Kunst’ om deze echte ‘Thijs van Tongeren’aan te kopen want de sculptuurzoekt voor onbepaalde tijd eenpermanent verblijf. Voorwaarde is weldat u regelmatig de teennagels knipten lakt…Voor informatie kunt u terecht bij dekunstenaar; E-mail:thijs@tvant.myweb.nl15


,EEN CURSUS TOEGELICHTPASVORM GESELECTEERD COMFORTSCHOEISELVanaf heden starten we meteen nieuwe serie. Docenten diemomenteel vakgerichte cursussenverzorgen door het hele landworden aan de tand gevoeld. Zijvertellen waarom zij juist dezecursus geven en waarom u zich in(zou) moet(en) schrijven.Cor Rameau bijt de spits af.De 45-jarige orthopedischeschoentechnieker CorRameau heeft de opleidingvoor orthopedisch schoentechnicigevolgd in Den Bosch aan hetKoning Willem I College. Sinds 1984heeft hij een orthopedisch schoentechnischbedrijf in Sneek. Daarvoorwerkte hij twee jaar in een schoenspeciaalzaak,twee jaar bij firma Brediein Gouda en vijf jaar bij firmaKooistra in Leeuwarden. Momenteelis hij actief lid van <strong>NVOS</strong>. Hij is docenten lid van de commissie B-schoenen.En hij is enthousiast over het lesgevenaan vakgenoten.Hoe gaat de nieuwe cursus heten?De nieuwe cursus, die in het najaarvan start gaat, heet Pasvorm GeselecteerdComfortschoeisel. De cursusbestaat uit vijf avonden van elk 2,5uur, waarin mensen met verschillendeachtergronden de lessen verzorgen.De volgende heren zullen elk een deelvan een avond verzorgen: professorDe Vries (revalidatiearts), K. van Drunen(directeur Durea schoenfabriek),J. van Gils (directeur Avang schoenfabriek),H. Stekelenburg (Nord-West-Ring schoeninkoop vereniging),J. Gemmink (schoenspeciaalzaak) encollega’s R. Jansen, J. Wittekamp enJ. Wijnolds. Allen zullen zij hun eigendeel van het geselecteerd comfortschoeiseltoelichten. Een praktijkgerichtecursus waarbij het certificaatPasvorm Geselecteerd Comfortschoeiselwordt verkregen. Wij proberenmet deze avonden duidelijk te makenwat de markt, naast het orthopedischA-schoeisel nog meer te bieden heeft.Hoe is deze cursus ontstaan?Vanuit de branche komt de vraag naaruitbreiding van het B-schoeisel pakketmet een mogelijke aanvulling vangeselecteerd comfortschoeisel. Daarzijn eigenlijk twee redenen voor. Deeerste is dat de branche in moetinspelen op de ontwikkelingen die deconfectie schoenindustrie ons biedt.Daarnaast dwingt de zorgverzekeraar(lees overheid) ons om mee te denkenover de manier waarop wij om willengaan met haar bezuinigingen. Datbetekent voor onze branche dat nietiedere door de specialist doorverwezencliënt in aanmerking komt voor dedoorgaans dure orthopedische maat-Door: Mariska van Vondelen16


schoen (A-schoeisel). Om deze mensenook van dienst te zijn moet debranche de markt van het geselecteerdcomfortschoeisel gaan ontdekken.Professor de Vries, revalidatiearts,is in opdracht van VWS/CVZ bezig meteen onderzoek met de vraag in hoeverrehet aanbod van schoeisel op demarkt geschikt is voor onze branche.En of het aanbod een aanvulling kanzijn op het huidige B-schoeisel. Ditschoeisel moet voldoen aan strengecriteria en gaat mogelijk gebruikt wordenvoor de lichtere voetafwijkingen.Maar het is zeer nadrukkelijk géénorthopedisch schoeisel. Dit onderzoeken de cursus lopen nogal parallel, vandaardat professor De Vries ook eenlesavond voor zijn rekening neemt.Voor wie is deze cursus bedoeld?De paskamermedewerkers en orthopedischschoentechnici kunnen deelnemenaan de cursus. De bedoeling isdat zeker één persoon in een orthopedischtechnisch bedrijf deze cursusgevolgd heeft. Die verantwoordingdient elk bedrijf, dat zichzelf serieusneemt, op zich te nemen. Zodat menaan de vraag naar goed aanpasbaar,modieus comfortschoeisel voor mensenmet lichtere voetafwijkingen kanbeantwoorden.Is er vraag naar modieus comfortschoeisel,geschikt voor lichtevoetafwijkingen?Ja, de cliënt van vandaag is een stukassertiever. Het aanschaffen vanorthopedische maatschoenen wordtvaak als duur en onmodieus beleefddoor de cliënt. Dat is jammer en doorde huidige ontwikkelingen op orthopedischschoengebied ook niet kloppendmet de werkelijkheid. Jongemensen kiezen, mits de mogelijkheidbestaat, liever modern ogend schoeisel.Hier ligt een taak voor de orthopedischeschoentechnici. Wellicht kandeze cursus helpen de orthopedischeschoen een moderner imago te bezorgen.Een aangepaste comfortschoenkan bij een grote groep mensen, dielichtere voetafwijkingen hebben, volstaan.Doordat de prijs lager ligt, kunnenmeer mensen gebruik maken vanaangepast schoeisel. De functionaliteitblijft natuurlijk voorop staan, daar isgeen twijfel over mogelijk. Als deorthopedische schoentechnieker weetwat er mogelijk is dan ligt een nieuwemarkt voor hem open. Dus is hetbelangrijk dat de kennis van anderenwordt overgedragen, want het vakverandert en wordt steeds creatiever.Hoe ziet u de toekomst van hetgeselecteerd comfortschoeisel?Door deze cursus zullen veel orthopedischeschoentechnici in aanrakingkomen met collega's die ervaring hebbenop het gebied van samenwerkingsverbandenmet de detailhandel.Ook zullen zij kennismaken met denieuwe markt van geselecteerd confectieschoeiseldie gebruikt kan wordenin onze branche. Dat geeft eenbredere kijk op de uitvoering van hetorthopedisch schoentechnisch bedrijf.De creativiteit van de schoentechnicizal nog meer worden aangesproken.Kortom, een nieuwe markt ligt voorons open en willen we voorbereid zijnop de allerlaatste ontwikkelingen danzullen we onszelf als branche openmoeten stellen voor nieuwe ideëen.Voor meer informatie:info@rameau.nl of de SVGB,Telefoon: 030-6036756,OFOM JUBILEERT!25 JAARDe stichting OntwikkelingsFonds<strong>Ortho</strong>pedisch Maatschoentechnischbedrijf bestaat dit jaar 25 jaar.Ik wil niet op deze plaats en ookniet op dit moment het ontstaanen de geschiedenis belichten,omdat daar op een andere manieraandacht aan wordt besteed.De bijzondere plaats van hetOFOM in de orthopedischeschoentechnische branche is werkelijkuniek en ik durf te stellen datmede door OFOM het niveau vanhet beroep orthopedisch schoentechnicuszich in die 25 jaar geweldigheeft weten te ontwikkelen.Door: J.F.T. Bredie, voorzitter stichting OFOMHet OFOM zelf heeft dieontwikkeling gestimuleerden die tevens financieelmogelijk gemaakt enwat voor die ontwikkeling in aanmerkingkwam is uitgedacht door de<strong>NVOS</strong> en in plannen aangeboden.Plannen die tot stand gekomen zijndoor middel van medische- en technischedeskundigheid van TNO, BureauLeeuwendaal en van andere instituten.De door het bestuur van de StichtingOFOM beoordeeldeonderzoeksplannen werden zonodigbijgesteld door een aangestelde deskundigecommissie, waarna hetbesluit tot subsidiëring werd genomen.Deze subsidiëring geschieddealtijd op bepaalde voorwaarden t.w.tussentijdse rapportages, de eindrapportageen de publicatie in het vakblad<strong>Ortho</strong>pedische Schoentechniekof in andere tijdschriften.Een zeer belangrijk gegeven voor desubsidiegever OFOM was dat de resultatenvan genoemde onderzoeksplannenom te zetten in praktische toepassingvoor de <strong>Ortho</strong>pedischeSchoentechniek.Hoe geven we nu gestalte aan het 25-jarig jubileum van de stichting OFOM?Ten eerste door het uitgeven van eenjubileumboekje over het ontstaan ende geschiedenis van de stichtingOFOM in de afgelopen 25 jaar.Ten tweede door een jubileumcongreste houden op woensdag 31oktober <strong>2001</strong> in slot Zeist te Zeist. Eenaantal deskundigen uit de medischeentechnische wereld zullen de toekomstvan de orthopedische schoentechniekbelichten en in een bepaaldperspectief stellen.Het bestuur van de OFOM is met dezevoorbereidingen reeds lang bezig.Ongetwijfeld zult U hebben vastgesteldwat het OFOM in die 25 jaarheeft betekend voor de orthopedischeschoentechniek. Ook voor de toekomstblijft het OFOM zich inzetten.17


,DIPLOMA-UITREIKINGORTHOPEDISCHE SCHOENTECHNIEKOp zaterdag 20 januari <strong>2001</strong>vroeg de orthopedische schoentechniekde aandacht voor deuitreiking van diploma’s aan degeslaagde orthopedische schoentechnicien dit gebeuren vondplaats in het opleidingscentrumvan de SVGB te Nieuwegein.De heer L. Stevens, directeur vande SVGB, mocht het aanwezigegezelschap welkom heten, datbestond uit de geslaagden met hunpartners, de ouders, bestuurdersvan de <strong>NVOS</strong>, leraren van deschool en de consulenten en medewerkersvan de SVGB.De heer Stevens benadrukte o.a.de goede samenwerking van deSVGB met de orthopedischeschoentechniek, hetgeenonontbeerlijk is voor een goedeopleiding. Onze organisatie zal eralles aan doen om dit tebestendigen.Door: J.F.T. Bredie, adviseur <strong>NVOS</strong> en SVGB18Voordat hij het woord geeftaan de heer R. Schiedon,die bestuurslid is van de<strong>NVOS</strong> en de portefeuilleOpleidingen in handen heeft, wordter eerst gekeken naar de videofilm‘Voetonderzoek’. De titel van de filmdoet eigenlijk te weinig recht aan deuitstekende wijze waarop beide medici,Dr. Louwerens en Dr. Gorter deinhoud presenteren. Er wordt op eenuitermate instructieve manier weergegevenhoe ‘voetonderzoek’ zou moetenplaatshebben. Bijzonderdeugdelijk en duidelijk voor degeslaagden, die er zeker hun voordeelkunnen uithalen.Dan komt de heer Schiedon aan hetwoord en feliciteert de ‘geslaagden’.Als men na jaren van studie het einddiplomabehaalt, wil dat nog niet zeggendat men het vak onder de knieheeft. De praktijk van elke dag leert,dat men toch voor problemen komtte staan. Door een goed productbereikt men routine en ervaring. Verwijzendnaar de zojuist vertoonde filmis het zaak dat men regelmatig moetbijscholen om op de hoogte te blijvenvan nieuwe methoden en materialenin ons beroep, aldus de heer Schiedon.Hij vervolgt zijn betoog met het aandienenvan bepaalde zaken, zoals hetverkrijgen van een ‘erkenning’ voorbedrijven in de orthopedische schoentechniek.Daar zijn vanzelfsprekenddiploma’s voor nodig, al gelden dieniet meer voor altijd. Men moet kunnenaantonen, dat er nascholingscursussenzijn gevolgd met een daaraanverbonden ‘certificaat’. In ieder gevaldient menhet niveauvan het‘vak’ op tevoeren enzeker oppeil te houden.<strong>Ortho</strong>pedischeschoentechniekis eenmooi maarmoeilijkberoep, zoblijkt uit hetaantalgeslaagdenkandidaten. Een werkelijk gedegenopleiding en ervaring in de praktijkmaakt de cursist pas examenvaardig.De heer Schiedon bedankt vervolgensde docenten, de consulenten en deopleiders van de praktijk voor hunonaflatende inzet, de leerlingen dekneepjes van het vak bij te brengen.Ook voor hen moet het voldoeninggeven de zeven geslaagden een handte drukken. Tijdens het tekenen enhet overhandigen van de diploma’swerd tevens een bos bloemen aan dekandidaten uitgereikt.De zeven geslaagden zijn:- Mevr. Van Laar- Dhr. Ockhuysen- Dhr. Pullens- Dhr. Veld- Dhr. Vendel- Dhr. Vondenhof- Dhr. ZweersDe bijeenkomst werd besloten doorhet uit ca. 40 personen bestaandegezelschap wel thuis toe te wensen.De <strong>NVOS</strong> en de SVGB wensen degeslaagden alsnog een goede toekomsten plezier in het werk toe.


,CLAVUS INTERDIGITALISEEN MINDER BEKENDE AFWIJKINGDe orthopedisch schoentechnicusziet dagelijks afwijkingen aan dehuid van de voeten. Eén van dieafwijkingen is de veel voorkomendelikdoorn (clavus). Deze kanook interdigitaal voorkomen enwordt niet altijd herkend. InPodopost verscheen onlangs eenartikel waarin uitgebreid op deoorzaken en behandeling werdingegaan. Veel van deze informatiekan ook voor de orthopedischschoentechnicus interessant zijn.De voor de orthopedisch schoenmakerbelangrijkste informatie ishier samengevat.Door: P.J.A. ten Hengel20INLEIDINGHet fenomeen van een clavus(likdoorn) is iedere orthopedischschoentechnicus uitgebreid bekendvanuit zijn praktijk. Vaak is een clavuseen reden om naar een orthopedischschoentechnicus te worden verwezen;zeker als ook de voetvorm afwijkendis. De clavus zelf dient uiteraard dooreen voetverzorger, bijvoorbeeld eenpedicure, behandeld te worden. Watbetreft de preventie van het ontwikkelenvan een nieuwe clavus: hier kande orthopedisch schoentechnicus dikwijlseen zinvolle bijdrage leveren.Ook tussen de tenen kan een clavus(interdigitalis) ontstaan. Van belang isdat er bij het onderzoek van de voetook goed tussen de tenen wordtgekeken. De term ‘clavus’ betekent‘spijker’: voor de patiënt voelt het ookzo aan. ‘Interdigitaal’ betekent ‘tussende tenen’ .WAAR ZITTEN ZE EN HOE ZIEN ZEERUIT?Meestal komt de clavus interdigitalisvoor tussen de vierde en vijfde teen,maar hij kan ook voorkomen tussende eerste en tweede teen. Bij de vierdeen vijfde teen betreft het meestalhet laterale vlak van de basis van hetproximale kootje van de vierde teenen het mediale vlak van het proximaleinterfalangeale gewricht van de vijfdeteen. Bij de eerste en tweede teenbetreft het meestal uitstekende delenvan naast elkaar gelegen interfalangealegewrichten.Er bestaan twee vormen van likdoorns:de (meest bekende) harde likdoorn,die vaak voorkomt op delaterale zijde van de vijfde teen, en deweke likdoorn. De clavus interdigitalisbetreft meestal een weke likdoorn.Deze laatste kan eenzijdig voorkomen(op één teen) maar vaak bevindenzich deze likdoorns paarsgewijstegenover elkaar.Vaak zien ze er zacht, wittig en watsponsachtig uit. De oorzaken hiervoorzijn het vet van de ingesloten talgklieren,en het opzwellen van de afgestorvenhuidcellen in een dikwijlsvochtige omgeving.Alhoewel deze vorm van clavus er vanbuiten in eerste instantie zacht uitzietzit er van binnen een hardere kern in.Bij de harde clavus is de kern dikwijlsconisch van vorm; bij de weke likdoornheeft de kern dikwijls een schotelvorm.Dit is met name voor depedicure van belang om te weten inverband met de techniek van het verwijderenvan de clavus.WELKE OORZAKEN ZIJN ERAANWIJSBAAR?De oorzaken van elke eeltvorming -en dus ook van de clavus - zijn aanhoudendedruk- en schuifkrachten. Inhet algemeen zal een clavus interdigitalisveroorzaakt worden door of eenafwijkende voetvorm (met name eenafwijkende stand van de tenen) ofeen niet goed passende schoen.Een andere factor van belang ishyperhidrosis. Tussen de tenen zal erin schoenen - zeker als deze niet vanleer gemaakt zijn - weinig verdampingkunnen optreden. De huid zal verwekenen bij teveel druk zal er een toenameplaatsvinden van de huidcellen;dit is de eeltvorming. Eelt is hygroscopisch(dat wil zeggen: trekt vochtaan). Hierdoor ontstaat de interdigitalelikdoorn. Dezelfde omstandigheden(vocht, weke huid) kunnenleiden tot een schimmelinfectie.AFWIJKENDE VOETEN, SLECHTSCHOEISELBij een spreidvoet is er soms een kantelingvan de vijfde straal. Daardoorliggen de tenen niet mooi op een rijen kan de likdoorn ontstaan. Vaakkruipt de vijfde teen dan onder devierde teen. Ook een niet goed passendeschoen, waarbij er teveel druklateraal op de vijfde teen is, kan bijdragentot de vorming van deze afwijking(alhoewel de te nauwe schoen


vaak aanleiding geeft tot een clavuslateraal op de vijfde teen).Een hallux valgus komt heel veel vooren kan een interdigitale likdoorn veroorzakenzeker als te nauwe schoenenmet een hoge hak gedragenworden.BEHANDELINGBehandeling van deze aandoeningzelf zal niet door de orthopedischschoentechnicus maar door een voetverzorgerbijvoorbeeld een pedicuremoeten plaatsvinden.Een uitgebreide beschrijving hoe datgebeurt kunt U in genoemd artikelvinden. Een aantal belangrijke aspectenzal hier genoemd worden.In eerste instantie is het van belangom goed ruimte tussen te tenen tescheppen om een goed werkveld temaken. Dit kan door de tenen tespreiden, bijvoorbeeld door gebruik temaken van een wattenrolletje (zoalsbij de tandarts) of door een teen tedorsiflecteren en de andere teen naarplantair te buigen. Soms is het makenvan en goed werkveld lastig doordatde patiënt reumatoïde arthritis heeftof een beperkte beweeglijkheid vande gewrichten zoals voorkomt bijarthrose.De pedicure zal bij een harde likdoorneerst de huid ontsmetten en daarnade huid van de teen met de vingersgoed opspannen. Dit is van belangomdat de huid anders bij het gebruikvan de instrumenten (b.v. een mesje )gaat plooien en dan beschadigd kanraken.Met een mesje wordt de eeltlaag verwijderd.Daarna wordt met het mesjede kern verwijderd. Soms wordt bijdeze laatste handeling een trepaanfreesgebruikt. Met een licht scheppendebeweging wordt de kernverwijderd (in Nederland wordt hetgebruik van een frees afgeraden omdatdeze moeilijk is te desinfecteren).Daarna wordt de plaats bedekt meteen zalf en een pleister. Vervolgenswordt de plek ontlast door een halveviltring of een fleecyweb.Bij een weke likdoorn wordt de interdigitaleruimte grondig gereinigd metwaterstofperoxyde. Daarna wordt dehuid ontsmet en verhard met bijvoorbeeldpetroleumether. Het overlappendeeelt wordt verwijderd. Doordat heteelt zacht is kan het beter niet wordenweggesneden, maar beter "weggepeld"worden. Hiervoor wordt dikwijlseen mesje gebruikt dat gevormdis als een golfclub. Vaak is het gemakkelijkhet eelt weg te halen; de kern islastiger. Deze voelt aan als rubber englijdt gemakkelijk weg.Ter controle of de kern is verwijderdwordt met de vinger gevoeld of er nogharde stukken zijn achtergebleven.Soms lukt de behandeling niet in eenkeer, maar dient in fasen uitgevoerdte worden. De plaats wordt dan bedektmet een zalf en een pleister eneen ontlastende halve viltring. Deweek daarna wordt de behandelingvervolgd.Een aantal voetverzorgers gebruikt bijdeze handelingen geen mesje maareen pedicuremotor. De hoornlaagwordt weggeslepen en de kern wordtuitgeboord.COMPLICATIESSoms ontstaat er een bloeding: dezewordt behandeld met een bloedstelpendmiddel.Een vervelender complicatie is eenontsteking. Deze zal door de huisartsbehandeld moet worden.PREVENTIENa de behandeling van de clavus isuiteraard preventie van een recidiefvan het grootste belang.Afhankelijk van de oorzaak kan eenbijvoorbeeld een podotherapeuteingeschakeld worden voor het makenvan een ontlastende orthese. Daarnaastkan een orthopedisch schoentechnicusingeschakeld worden vooreen goed schoenadvies of het aanmetenvan orthopedisch of semi-orthopedischschoeisel.Litt.: J. Westerweele de Jong. Podopostjaargang 13, <strong>mei</strong> 2000, 9-19.21


,FRANCHISE IN DEORTHOPEDISCHE BRANCHEEEN LUCHTBALLON OF REALITEIT?Om deze stelling te kunnenbeantwoorden, is het belangrijkom een beeld te krijgen van debranche en de huidige ontwikkelingen.De orthopedische brancheis van oudsher kleinschalig. Bij dehuidige ca. 120 bedrijven zijnongeveer 900 mensen werkzaam.Er zijn binnen de branche slechtseen beperkt aantal "grotere"bedrijven met meer dan vijftienmedewerkers. De branche wordt delaatste jaren gekenmerkt door eengroot aantal ontwikkelingen, diehet uitoefenen van het vak er nietmakkelijker op maken.Door: Harald Degens,Toornend <strong>Ortho</strong>pedic Services22ONTWIKKELINGEN IN DEBRANCHEDe volgende ontwikkelingenzijn binnen de branche waarneembaar:• Krapte op de arbeidsmarkt.De vraag naar orthopedisch schoeisel,als gevolg van de vergrijzing van deNederlandse bevolking, neemt toe.Het vak schoenmaker heeft in demaatschappij een oubollig karakter.Het is daardoor niet aantrekkelijk voorjonge mensen om zich tot orthopedischschoenmaker te laten opleiden.Dit imago en de gespannen arbeidsmarktheeft het aantrekken vankwantitatief en kwalitatief goed personeelproblematisch gemaakt.• Toename concurrentieDoor de komst van de erkenningsregelingvoor de orthopedisch schoentechnischebedrijven is de concurrentie inde branche toegenomen. Daarnaastzien we dat steeds meer substitutieproductenop de markt wordengebracht. De toegenomen concurrentiekan leiden tot afname van het huidigemarktaandeel.• In werking treden van deNederlandse MededingingswetDoor het in werking treden van dewetgeving volgens de Nederlandsemededingingsautoriteit is gezamenlijkonderhandelen met de zorgverzekeraarsniet langer meer mogelijk. Dezorgverzekeraars moeten contractenmet individuele leveranciers afsluiten.Deze ontwikkeling garandeert dat hetniet meer vanzelfsprekend is dat eenorthopedische schoenmakerij eencontract aangeboden krijgt.• Scheefgroei opbrengsten/kostenDe ontwikkelingen in de laatste jarenzorgen ervoor dat de prijzen voor orthopedischeproducten steeds meeronder druk komen te staan. Daarnaastnemen de kosten, met name de loonkosten,de laatste jaren meer dan evenredig toe. Dit resulteert in een verslechteringvan het uiteindelijke financiëleresultaat en leidt tot een minder snellewaardestijging van de onderneming.FRANCHISEFORMULEBovenstaande ontwikkelingen leidentot veranderingen in de organisaties.Deze veranderingen kunnen grotegevolgen hebben. De bedrijfscontinuïteitkomt steeds meer onder druk testaan. Voor de "kleinere" leverancierswordt het steeds moeilijker om optechnologisch vlak bij te blijven,gezien de enorme investeringen diehieraan verbonden zijn. Oplossingenvoor deze problematiek zijn samenwerking,overnames door grotereondernemingen of een combinatie:de franchiseformule. Door het aanbiedenvan een franchiseformulebehoudt de ondernemer zijn eigenondernemerschap, maar vergroothierdoor zijn eigen bedrijfscontinuïteit.De franchisegever kan garantstaan voor de exploitatie van de dagelijksegang van zaken van de franchisenemer.Tevens kan de ondernemeronder meer meegaan in zaken zoalstechnologische ontwikkelingen, centralePR, centrale inkoop, personeleondersteuning e.d.Toornend <strong>Ortho</strong>pedic Services heeftop grond van bovenstaande ontwikkelingeneen franchiseformule ontwikkeld.De heer Jan Toornend isgrondlegger geweest van Toornend<strong>Ortho</strong>pedic Services. Het bedrijf is inhaar ruim 30-jarig bestaan uitgegroeidtot een onderneming met 13filialen in geheel Nederland. Er werkenmomenteel 122 medewerkers.Toornend <strong>Ortho</strong>pedic Services hoofdvestigingin Amsterdam is sinds <strong>mei</strong>1997 ISO-gecertificeerd. Vervolgenszijn nog twee filialen recent ISOgecertificeerden zijn de overige filialenbezig om de certificering tebehalen.De franchiseformule houdt kort in:1. Het gebruik van de handelsnaam,waarbij beeldmerk (=logo), vorm enkleurstelling van de organisatiegebruikt wordt;2. Het toepassen van de hierop geba-


seerde promotieaanduidingen;3. Het toepassen/invoeren van eenbepaald aanzicht en een bepaaldeinrichting van de onderneming;4. Het invoeren van bepaalde methodenmet betrekking tot inkoop,productie, verkoop en promotie;5. Het verkrijgen van ondersteuningbij dagelijkse gang van zaken enspecifieke projecten.Sinds 1 januari <strong>2001</strong> is de formuleoperationeel met Feller <strong>Ortho</strong>pedicServices als franchisenemer. Feller<strong>Ortho</strong>pedie heeft zich 13 jaar geledenin Goedereede gevestigd. Eind 2000heeft Feller <strong>Ortho</strong>pedic Services eenorthopedische schoenmakerij in Middelburgovergenomen. Bij Feller<strong>Ortho</strong>pedic Services zijn 8 mensenwerkzaam. Het werkgebied bestaatvoornamelijk uit Zuid-Holland en deZeeuwse eilanden.Geconcludeerd kan worden dat franchiseniet langer een luchtballon is.H.S.S.Harrie Snoeren SchoentechniekenGespecialiseerd in het maken van<strong>Ortho</strong>pedische onderwerken.Voor meer informatie:Telefoon 0416 - 27 52 26Mobiel 06 - 50 68 67 39,EvenementenAgendaOrganisatie Naam datum plaats informatieadresPodologie 17th worldcongres 17-20/5 <strong>2001</strong> Parijs tel + 33 140080458ISPO 10th worldcongres 1-6/7 <strong>2001</strong> Glasgow Meeting Markers tel +44 141 434 1500fax +44 141 434 1519ispo@meetingmakers.co.ukISPRM 1st Worldcongres 7-13/7 <strong>2001</strong> Amsterdam tel 020 6793411Organising Committee,drs D. Wever revalidatiearts;Revalidatiecentrum Het Roessinghpostbus 310 Enschedetel : 053 4875875 Fax : 053 4339655;email :wjpeek@isprm.orgInternationales Symposium 21-22/09 <strong>2001</strong> Munster Klinik und Poliklinik fur Technische"Diabetischer Fuss" <strong>2001</strong><strong>Ortho</strong>padie und Rehabilitation der VWU.Robert Koch Strasse 3048149 Munster.Diabetes Fonds Nederlandse 12-13/10 <strong>2001</strong> Jaarbeurs tel 033 4805709Nederland en Diabetesdagen Utrechtleden van deNederlandseDiabetesFederatie ISPOOFOMOFOM25 jarig jubileumcongres 31-10-<strong>2001</strong> Slot ZeistISPO 11th worldcongres 2004 Hongkong23


Huykman & Duyvestein is gespecialiseerd inde vervaardiging van alle soorten orthopedischeschoenen en bijbehorende artikelen.IedereVOETis voor ons eennieuwe UITDAGING!heeft deze uitdagingjouw interesse?Om ons team van gekwalificeerde schoenentechnici te versterken,zoeken wij eenAllround Leesten en Orthesen makerof iemand die hiervoor in opleiding is.Ben jij zo iemand die aanonze vacature kan en wilvoldoen, schrijf of bel naaronderstaand adres,t.a.v. dhr. H.M. DuyvesteinWij vragen■ zelfstandig kunnen vervaardigen van Orthesen, Prothesen ensupplementen.■ Het vervaardigen van voering schoenen als basis voor zwaarorthopedisch schoeisel.■ Werkzaamheden in het kader van (herhalings) opdrachtenvoor Leesten en Supplementen voor A schoeisel.■ Circa 3 jaar werkervaring binnen de branche wordt vereist.Zilverstraat 212524 EJ Den Haagtelefoon (070) 366 18 98telefax (070) 321 45 22e-mail: hduyvestein@hdos.nlWij bieden■ een afwisselende baan■ moderne werkplaats■ goed salaris■ werken met Cad Cam van Shoemasterorthopedische schoentechniek24


,VERSLAGVAN DE VOORJAARSLEDENVERGADERING VAN DE <strong>NVOS</strong>Op 9 april jl. vond in vergadercentrum‘De Soesterduinen’ teSoest de voorjaarsledenvergaderingvan de <strong>NVOS</strong> plaats.De opkomst betrof zo’n 65%van de leden.Door: de heer Mr. G.J. Hesselmans26De voorzitter van de <strong>NVOS</strong>,de heer Toornend, opendede vergadering en heetteiedereen van harte welkom,in het bijzonder de heer Bredie als ereliden de heer van Tuijl van Serooskerken,de voorzitter van <strong>Ortho</strong>banda.Tijdens het openingswoord maakte devoorzitter melding van enkele aspecten,die tijdens de vergadering aan bodzouden komen. Dit waren o.a.:- De opzegging van het contractdoor de <strong>NVOS</strong> met het huidigesecretariaatsbureau;- de vakopleiding, en- de financiën.OPZEGGING CONTRACTHet <strong>NVOS</strong>-bestuur maakte aan deleden kenbaar dat het contract bij hethuidige secretariaatsbureau eind vorigjaar is opgezegd. Hierbij werd alsreden voor opzegging gegeven dat,naar de mening van het bestuur, deafgelopen tijd de samenwerking tussen<strong>NVOS</strong> en het secretariaat nietoptimaal verliep.Daarnaast is de toekomstige nauweresamenwerking tussen <strong>Ortho</strong>banda ende <strong>NVOS</strong> ook een reden voor het<strong>NVOS</strong>-bestuur om het huidige secretariaatsbureaute verlaten.Het huidige secretariaatsbureau zal toten met eind <strong>2001</strong> de secretariaatswerkzaamhedenvoor de <strong>NVOS</strong> blijvenverzorgen.VAKOPLEIDINGMet betrekking tot de vakopleidingmeldde de heer Schiedon o.a. dat per1 <strong>mei</strong> <strong>2001</strong> het SVGB-OSLO (voormaligOSC) is overgegaan naar eennieuwe locatie in Nieuwegein. Het isde bedoeling dat in september <strong>2001</strong>de cursussen op deze nieuwe locatievan start zullen gaan.Ook meldde de heer Schiedon dat ereen nieuwe kwalificatiestructuurnoodzakelijk zal zijn in verband metwettelijke eisen.FINANCIËNVervolgens kwamen de financiën aanbod. De kascommissie heeft de jaarrekening1999 ingezien en heeft dezegoedgekeurd. De kascommissie verleendetijdens deze ledenvergaderingdecharge aan het bestuur met betrekkingtot de jaarrekening 1999. Deheer Van Dijk werd door het bestuurbedankt voor zijn inzet in de kascommissie.De leden stemden in met debenoeming van de heer Linneweeverals lid van de kascommissie <strong>2001</strong>.Met betrekking tot de jaarrekening2000 werd afgesproken, dat deze jaarrekeningin een extra algemene ledenvergaderingzal worden behandeld nueen aantal zaken m.b.t. tot deze jaarrekeningnog niet helemaal afgerondwaren. De extra ledenvergadering zalplaatsvinden op 25 juni om 16.00 uur.VEKTIS-SYMPOSIUMMw. Kooistra-de Vries maakte meldingdat de <strong>NVOS</strong> en <strong>Ortho</strong>bandasamen een Vektis-symposium hebbengeorganiseerd voor hun leden. Hetsymposium heeft plaatsgevonden op14 <strong>mei</strong> <strong>2001</strong> te Doorn, tijdens dezebijeenkomst werd alle praktischeinformatie verstrekt met betrekkingtot het traject implementatie ExterneIntegratie Declaraties Hulpmiddelen.OFOM-PROJECTENTot slot kwamen de lopende OFOMprojectenaan de orde, o.a.- het Lijminnovatieproject;- de Uitgave <strong>NVOS</strong> vakboeken, en- het Schoen Advies Systeem.Hierna sloot de voorzitter de vergaderingen bedankte iedereen voor deaanwezigheid en inbreng. Afsluitendwerd onder het genot van een versnaperingnagepraat.


,DE NEUROPATHISCHE VOET EN DEORTHOPEDISCHE SCHOENTECHNIEKVALKUILEN EN HOE DIE TE VERMIJDENHet beschoeien van patiënten metgevoelloze voeten (bijvoorbeeld bijpatiënten met diabetes mellitus) ismoeilijk. Dikwijls treedt er eenrecidief van het ulcus op.In bijgaand artikel analyserenOnvlee en Bloem systematischwaar het fout kan gaan. Als deoorzaak duidelijk is, is de oplossingdikwijls niet moeilijk. Eén enander wordt geïllusteerd met eenaantal praktijkvoorbeelden.De redactie raadt iedere orthopedischschoentechnicus, die metdeze patiënten te maken heeft aandit artikel te lezen:de informatie is direct in depraktijk te gebruiken.Door: Dr. G.J. Onvlee en Dr. R.M. BloemAfdeling <strong>Ortho</strong>pedie – LUMCINLEIDINGOndanks onze gezamenlijkepogingen om een cliënt metgevoelloze voeten optimaal te verzorgenmet beschermend schoeisel gaathet toch dikwijls weer fout. Depatiënt komt terug met een recidiefulcus op de oude plaats of zelfs meteen nieuwe beschadiging op eenandere plaats. In een eerder verschenenartikel 1 werd de vraag al evenaangeduid. Het lijkt ons zinvol er dieperop in te gaan: waarom ging hettoch weer fout? Die vraag moet vanuitverschillende richtingen gesteldworden. Was het voorschrift van dearts correct en duidelijk? Werd hetontwerp grondig en in details besproken?Werd het technisch goed uitgevoerd?Is het schoeisel zelf nog ingoede staat? Is de voet misschien,nauwelijks merkbaar, veranderd vanvorm of souplesse? Is de oude leestgebruikt terwijl er een nieuwegemaakt had moeten worden? Heeftde patiënt het schoeisel echt gebruiktzoals bedoeld?Laten we met dat laatste beginnen:WAT DEED DE PATIËNT MET HETSCHOEISEL?In het algemeen is het de bedoelingdat de patiënt met gevoelloze voetenhet voorgeschreven beschermendeschoeisel overdag altijd draagt. Geenstap zonder de nodige bescherming!Dat dient uitgelegd en begrepen teworden.Een heel enkele keer komt het echtvoor: de patiënt vindt de schoenen telelijk om er mee in het publiek te verschijnenen zet ze in de kast. Niet zeldenleidt dat tot rampen. Vakergebeurt het dat schoenen na kortetijd ongebruikt blijven omdat ze nietdoen wat ervan verwacht werd enmocht worden. Ook kan het zijn datde schoenen niet gebruikt wordenvoor korte afstanden in huis, bijvoorbeeld‘s nachts voor een bezoekje aande badkamer, of ‘s morgens tijdensdouchen. Dat kan een groot probleemzijn, alleen op te lossen doorde verstrekking van een ‘nachtschoen’en een ‘badschoen’. We komen daarstraks op terug.HET VOORSCHRIFTBlijft het gewenste effect van hetbeschermende schoeisel uit, dan dientde voorschrijver zich allereerst af tevragen of het voorschrift correct was.Was het niet voor tweeërlei uitleg vatbaar?Was het echt goed op de voetpathologieafgestemd? Is er inmiddelsverandering in de situatie opgetreden,waardoor het voorschrift niet meerklopt? Ook dat is namelijk mogelijk,vooral bij een langzaam progressiefCharcot proces. Vervolgens wordtuiteraard beoordeeld of het voorschriftuitgevoerd werd zoals hetbedoeld was.DE TECHNISCHE UITVOERINGLaten we er van uitgaan dat bij afleveringalles in orde leek. De schoen leekaan alle gestelde eisen van beschermendekwaliteit te voldoen. Na enigetijd komt de cliënt toch terug met eenrecidief van het ulcus dat aanleidingwas tot het voorschrijven van juist dittype schoeisel. Dan is er alle aanleidingom, samen met de voorschrijver,de schoen opnieuw aan een nauwgezetonderzoek te onderwerpen. Laatde patiënt altijd de schoenen meebrengenwaarin gelopen werd toenhet fout ging! Er zijn veel lessen uit teleren. Is het voetbed van goede vormgebleven? Het is toch niet te smal,zodat op de rand belast wordt? Is hetonder het gedeelte dat de meestebescherming nodig heeft (litteken,prominerend botstuk) niet toch tedun uitgevallen? Is bij gebruik vanverschillende materialen niet eenharde rand ontstaan onder de verendebovenlaag, zodat nu juist dáárgeconcentreerde belasting optreedt?Passen voetbed en voet samen goedin de schoen, zonder dat bijvoorbeeld27


de tenen in de knel komen? Kortom:er zijn veel vragen te stellen die weaan de hand van het schoeisel zullenmoeten beantwoorden.NACHTSCHOEN EN BADSCHOENDe nachtschoen dient de meestessentiële beschermende eigenschappente hebben van het dagschoeisel.Bovendien moet de cliënt hem extravlot en gemakkelijk kunnen aantrekkenen sluiten. Er moet zo weinigmogelijk belemmering zijn om dezeschoen voor een paar minuten aan tedoen. Een confectie-pantoffel is in hetalgemeen voor deze voeten nietgeschikt.De badschoen moet alleen gebruiktworden voor douche en bad of in hetzwembad. Hij moet bestand zijntegen de inwerking van (eventueelgechloreerd!) water, zeep en shampoo.Hij moet opdrogen zonder tevervormen, te krimpen of te verharden.Ook deze schoen moet de essentiëlebeschermende eigenschappenhebben. Met name moet het voetbedgoed gevormd zijn en de belastingspreiden.Wij vermoeden dat er veel voor tezeggen is om aan iedere patiënt dievoor gevoelloze voeten beschermendschoeisel nodig heeft tegelijk zulknacht- en badschoeisel te verstrekken.ENKELE VOORBEELDEN UIT DEPRAKTIJKDe heer A, diabeet met neuropathie,heeft altijd holvoeten gehad. Onderzijn gevoelloze voorvoeten heeft hijdiepe neuropathische ulcera. Aanvankelijkis er sprake van een diepe infectie.Wanneer de infectie bestreden isen de ulcera een rustig aspect vertonenwordt hij verder behandeld metloopgipsen. Daarin genezen de ulcerabinnen een redelijke termijn. Inmiddelswordt beschermend schoeiselvoorgeschreven en vervaardigd. Daaringaat het slechts korte tijd goed.Binnen enkele weken zijn de littekensweer tot ulceratie overgegaan. Onzepatiënt is intelligent, heeft veel uitleggekregen over voetinspectie, voetverzorging,over het juiste gebruik vanzijn schoenen, enzovoort. De schoenenzijn correct en volgens overeengekomenontwerp uitgevoerd. Nublijkt bij intensief navragen dat hij ’smorgens eerst op sloffen een kop koffiegaat zetten, dan zich staande gaatscheren, om tenslotte uitgebreid, opblote voeten te douchen. Onze conclusieis, achteraf, dat wij deze patiënt28op z’n minst een paar beschermendebadschoenen hadden moeten voorschrijven,misschien ook nachtschoenen.Er is hier dus sprake van eentekortkoming van de voorschrijver.Mevrouw B, diabeet met overgewicht,heeft neuropathie van beidevoeten. Er is sprake van klauwtenen.Mediaal-onder het eindlid van de linkergrote teen heeft zij een recidiverendulcus. Zij gebruikt eenmaatschoen met soepele zool. Daarineen voetbed met koolstof onderlaagje+ licht veerkrachtig maar dun bovenlaagje.Onder de voorvoet is deonderzijde van het voetbed dun afgeslepen,tot in de beschermendebovenlaag! Kennelijk moest er zoruimte gewonnen worden om voet +voetbed in de te modieus gevormdeschoen te laten passen. Die schoenheeft ook duidelijk te weinig ruimtevoor de tenen. Wij menen dat hiersprake is van een fout ontwerp. Eendiepere schoen zodat een correctvoetbed er samen met de voet in zoupassen, een stijve zool en een afwikkelbalkwaren te verkiezen geweest.De heer C heeft een gevoelloze voettengevolge van een traumatischzenuwletsel. Een ulcus onder hetkopje van het eerste metatarsale recidiveertregelmatig, ondanks orthopaedischmaatschoeisel. Bij de laatstecontrole blijkt het voorste gedeeltevan het voetbed zó smal dat het littekenwel op de rand belast moet worden.Dit mag o.i. niet voorkomen: devoet moet, zeker in de regio van devoorvoet tot en met de kopjes rondombinnen de grens van het voetbedblijven, dat a.h.w. als een (ondiep)bakje of schaaltje om de rand van devoet moet reiken. Er is hier sprake vaneen technische fout.Mevrouw D, diabeet, heeft sinds jarenrecidiverende ulcera onder de kopjesvan verschillende metatarsalia gehadin beide voeten. Herhaaldelijk is erinfectie opgetreden, het teenskelet ende kopjes der metatarsalia zijn langzamerhandals necrotische botstukjesvia de diepe ulcera uitgestoten of chirurgischverwijderd. Er is sprake vansterk verkorte voeten met kleine skeletlozeaanhangsels als resten van detenen. De rechtervoet staat bovendienin lichte, niet te corrigeren spitsstand.Bij een laatste onderzoek, in 1999,bestaat er een ulcus onder het restantvan metatarsaleI rechts, dat extradiepstand toont. De schoen heeft eenongeveer normale lengte. Het is eenhalfhoge buitenschoen waarin eenwat stuggere binnenschoen gedragenwordt. Daarin een ‘supplement’ metteenstukprothese. Dit supplement isuit verschillende materialen opgebouwdmet een abrupte materiaalwisselingop de overgang naar deteenstukprothese. Aan de zool van deschoen is te zien dat belasting juistonder het voorste deel van de verkortevoet heeft plaatsgevonden. Hetdeel onder de teenstukprothese is nietof nauwelijks belast geweest! Erwordt dus afgewikkeld over de voorrandvan de voet, juist waar de restantenvan het middenvoetskeletdicht onder de huid liggen. Dat is terplaatse van de materiaalwisseling. Enjuist daar vinden we ook het ulcus.Wij menen dat de verkorte gevoellozevoet bij voorkeur in een korte schoenbeschermd moet worden. Het voetbedmoet daarbij onder de extrabedreigde voorrand van de voet extradik zijn, uitgevoerd in schokdempend,elastisch materiaal. Wordt ter verstevigingachter dit deel een kurklaaggebruikt, dan moeten scherpe overgangenecht vermeden worden. Deverkorte schoen wordt uitgevoerdmet volledig verstijfde zool. Hetafwikkelpunt wordt geplaatst achterhet kwetsbaarste deel van de voet. 2Hier is het schoenontwerp niet afgestemdgeweest op de toestand van devoet: sterk verkort en met littekensvan oude ulcera onder het voorstegedeelte. Geen wonder dat in dezeschoen weer een ulcus ontstond.Mevrouw E heeft niet alleen diabetesmellitus, zij moet ook voor een andereziekte chronisch prednison gebruiken.Gevolg is enige osteoporose en eenzeer kwetsbare huid. Voeten enenkels zijn geheel gevoelloos door deneuropathie. In verband met eenCharcot enkel die in sterke varusgestabiliseerd is, krijgt zij een arthrodesekoker.Daarin een voetbed metonvoldoende dikte onder de lateralevoetrand en zonder laterale opstaandevleugel. De hak en schoen zijn nietuitgeschoord. Lange tijd kampt zijmet ulceratie onder de laterale voetrand.Ook hier gaat het o.i. om eenfout ontwerp. Het voetbed dient omde laterale voetrand heen op te lopen,met 8 – 10 mm dikte aan beschermendmateriaal onder de voetrand.De koker zou tot boven de gedeformeerdeenkel uitgeschoord moetenzijn. Zoals de koker nu is uitgevoerdmoet de voet wel steeds naar lateraalafglijden en is er geen sprake van eenjuist geplaatste belastingslijn.


Mevrouw F heeft gevoelloze voetendoor diabetische neuropathie. Wanneertwee ulcera onder de rechtervoorvoet in een loopgips genezen zijnkrijgt zij een voetbed naar maat, uitgevoerdin plastazote. Gedurende dekoude wintermaanden gaat allesgoed, er treden geen recidieven vande ulcera op. Het voetbed past goedin haar vrij ruime confectieschoen. Inde zomer komt zij met een wondonder de mediale voetrand, met eenaspect als van een snijwond die flinkgeïrriteerd is. Zij blijkt het voetbed ineen ruime sandaal te dragen. Daarinwordt de voet niet voldoende vastgehoudenin de juiste stand op het voetbed.Zo heeft zij op het mediale deelvan het voetgewelf op de wat oplopenderand van het voetbed belast.De snijwond was het gevolg. Eenvoorbeeld van niet bedoeld gebruikvan een op zichzelf goed gemaaktevoorziening. Een verzuim ook van dezijde van de voorschrijver: er hadnadrukkelijk op gewezen moetenworden dat schoen en voetbed opelkaar afgestemd zijn en dat dus hetvoetbed niet zonder meer in eenander type schoeisel gebruikt zoukunnen worden!betrouwbare signalen uit de voetkrijgt wanneer er letsel dreigt te ontstaan.Voorschrijver en technicusmoeten a.h.w. van tevoren bedenkenwat er mis kan gaan bij verkeerdgebruik van het afgeleverde productof bij onvolmaakt voorschrift, ontwerpof constructie. Pas zo kunnenwe hopen op succes bij onze gezamenlijkepogingen dergelijke problemente voorkómen.1 Onvlee GJ, Bloem RM. BeschermendSchoeisel. Orth. Schoen techn. 20;2000, nr 4:16-20.2 Bauman JH, Girling JP, Brand PW. Plantarpressure and trophic ulceration. JBone Joint Surg (Br) 1963;45:652-673.3 Chantelau E, Spraul M (Red). Amputatio?Nein danke! 2e aktualisierte Auflage.München, 1999.TOT BESLUITMisschien krijgt de lezer de indruk datwij de schoentechnicus teveel foutentoeschrijven. Dat is zeker niet onzebedoeling. De verstrekte schoenvoorzieningof schoen is product vansamenwerking. Voorschrijver en technicuszijn samen verantwoordelijkvoor de gang van zaken. De technicusdoet uiteraard zijn best om een goedproduct af te leveren. De voorschrijveris misschien soms te terughoudend inhet suggereren van bepaalde oplossingen.Te gemakkelijk gaan wij er misschienvan uit dat de technicus dedoor ons gewenste oplossingen welbij de hand heeft.Het lijkt ons nuttig om hier de aandachtte vestigen op een in 1999 verschenenboekje: ‘Amputation? Neindanke!’. Redactie: Chantelau enSpraul. 3 Daarin krijgt het schoeisel ernogal eens van langs als veroorzakervan problemen die in principe vermedenkunnen worden. Spraul noemt 30tot 50% eerste voetletsels bij diabetenals voornamelijk uitgelokt doorhet schoeisel. Alle reden om onssamen in te spannen om de schoenvan een dergelijke blaam te zuiveren!Willen we daarin slagen, dan is hetgoed telkens weer te bedenken datiemand met gevoelloze voet geen0570-62217129


De Stichting Prothese- en Orthese Makerij (POM) is een bedrijf gespecialiseerd in hulpmiddelenen voorzieningen voor mensen die problemen ondervinden in hun houdingsen/ofbewegingsapparaat.De dienstverlening richt zich op Nijmegen en omgeving en vindt plaats vanuit drieafdelingen:POM <strong>Ortho</strong>pedie techniek;POM <strong>Ortho</strong>pedie schoentechniek;POM Revalidatie techniek.Voor onze afdeling orthopedische schoentechniek zijn wij wegens uitbreiding van deactiviteiten op zoek naar een<strong>Ortho</strong>pedisch Schoentechnicus m/v36 uren per weekdie voornamelijk belast gaan worden met de voorkomende paskamerwerkzaamheden, hethouden van spreekuren met de specialisten alsmede het uitbouwen van onze activiteiten.Onze functie-eisen:- U beschikt over het diploma orthopedisch schoentechnicus of u behaalt dit diplomabinnenkort;- U beschikt over paskamerervaring;- U beschikt over goede sociale en contactuele vaardigheden.Wij bieden:- Een 4-daagse werkweek;- Een baan in een jong dynamisch team;- Goede primaire en secundaire arbeidsvoorwaarden;- CAO Ziekenhuiswezen;- PGGM pensioenfonds.Informatie en sollicitatie:Voor informatie over deze functie kunt u contact opnemen met de heer F. Lentjes,orthopedisch schoenmaker, ☎ 024-3659210. Uw schriftelijke sollicitatie kunt u richtenaan de heer D. Ruitenbeek, algemeen directeur, Hengstdal 3, 6522 JV Nijmegen.30


,UIT DE LITERATUURINTERESSANTE ARTIKELENIn deze editie worden in derubriek "Uit de Literatuur" enkeleartikelen over de enkel samengevat;een gewricht waar deorthopedisch schoentechnicus veelmee te maken heeft.Indien u zelf een aardig artikelleest - waarvan u de indruk heeftdat het zinvol is dat uw collega'sdit ook lezen - nodigt de redactieu uit dit artikel samen te vattenzodat het in deze rubriekopgenomen kan worden. Ookkunt u het artikel opsturen zodatde redactie het samen kan vatten.Door: P.J.A. ten HengelOVERZICHT OPERATIEVEBEHANDELMOGELIJK-HEDEN OSTEOCHON-DRALE DEFECTENDe orthopedisch schoentechnicusheeft regelmatig te maken met klachtenen afwijkingen van de enkel. Eenvan de oorzaken van deze klachtenkan het osteochondraal defect (OCD)van de enkel zijn. Dit betreft een gelokaliseerdeschade aan het gewrichtskraakbeen.De aandoening kan leidentot invaliderende klachten en progressievearthrose van het gewricht.Kraakbeen zelf heeft geen herstellendvermogen. Indien de aandoeningvoortschrijdt en de subchondrale plaatwordt doorbroken kunnen cellen vanuithet beenmerg zich vormen totfibreus kraakbeen (met veel slechtereeigenschappen dan het normale hyalienekraakbeen).In een artikel in het Nederlands Tijdschriftvoor <strong>Ortho</strong>pedie beschrijven L.Schuman et al de - dikwijls nog experimentele- technieken waarbij ergestreefd wordt naar herstel van hetkraakbeen.In eerste instantie wordt de "klassieke"techniek belicht waarbij de osteochondraleplaat geperforeerd wordtdoor multipele doorboringen (forage).Daarna ontstaat er een soort kraakbeendat een mengeling is van bindweefselcellenen kraakbeencellen.Vervolgens worden de wat nieuwere(dikwijls nog experimentele) techniekenbeschreven:1) het opvullen van defecten in hetkraakbeen met Dacron en Teflon.In een aantal gevallen met eenredelijk resultaat.2) transplantatietechnieken:a) het opvullen van het defect metb.v. periost (beenvlies)b) transplantatie van kraakbeencellenvanuit het niet belaste deelvan een eigen gewricht, nadatdeze cellen buiten het lichaamopgekweekt werden. De opgekweektecellen worden danonder een periostflap in hetdefect geinjecteerd.c) transplantatie van donor kraakbeen.Dit wordt dan met eenschroef gefixeerd in het defect.d) transplantatie van kraakbeenvan het laterale patellafacet ofvan niet belast kniekraakbeen.e) gebruik van celpopulaties diezich buiten het lichaam in eengel tot kraakbeencellen kunnenontwikkelen.3) synthetische vervangers: o.a. wordtonderzocht of een composietmateriaalvan titaniumvezels en polyvinylalcoholbruikbaar is.4) gebruik van groeifactoren in sponsjesgeïmplanteerd in het defect.Samenvatting: een aantal nieuwe(nog experimentele) technieken lijktveelbelovend. Vooralsnog geeft deoude techniek van het gewrichtschoonmaken en de subchondraleplaat doorboren de beste resultaten.L. Schuman et al: Osteochondrale defectenin knie en enkel: een overzicht van deoperatieve behandeltechnieken.Nederlands Tijdschrift voor <strong>Ortho</strong>pedie:Vol 7 september 2000 blz 5-9PIJN IN DE ENKEL BIJ SPORTERSEen aantal atleten, vooral ook voetballers,heeft pijnklachten in de enkelmet name aan de voorzijde van deenkel, en een dorsiflexiebeperking.Deze klachten kunnen berusten ophet in de knel komen van weefsels;weke delen of botweefsel (impingement)aan de voorzijde van de enkel.In een studie door Tol et al. (AMC)werd bekeken welk effect arthroscopischverwijderen van deze wekedelen en bot had op de klachten.Daarbij werd een ruime follow upduur genomen.De patiënten werden in 3 groepeningedeeld naar de mate van arthrose.Graad 0 betekende geen aanwijzingenvoor arthrose.Graad I had enige osteofytvormingmaar geen aanwijzingen voor ge-31


wrichtsspleetversmalling. Bij graad IIwas er sprake van gewrichtsspleetversmallingen osteofytvorming.Bij vervolgonderzoek gemiddeld 6,5jaar na de operatie hadden de patiëntenmet graad 0 (zonder arthrose) uitstekendetot goede resultaten.Van de graad I patiënten had 77%een goed resultaat ondanks eenterugkeer van de osteofyten in 2/3van de gevallen. Ook voor de patiëntenmet graad II was er sprake vaneen duidelijke vermindering van depijn. De gewrichtsspleetversmallingwas niet toegenomen.Geconcludeerd wordt dat met namepatiënten zonder gewrichtsspleetversmallingbaat hebben bij de operatie;alhoewel soms de osteofyten terugkeren.J. L. Tol et al. Journal of Bone and JointSurgery Vol 83-B january <strong>2001</strong> 9-13RISICOFACTOR ENKELLETSEL BIJKINDEREN?Letsel van de enkel komt bij kinderenveel voor. Tabrizi et al. onderzochtenof mogelijk een beperkte dorsiflexievan de enkel een factor kan zijn in hetontstaan van deze blessures.Zij onderzochten de dorsiflexie van deenkels van kinderen met een enkelletsel(uiteraard ook de gezonde enkel)en vergeleken dit met een controlegroepdie bestond uit kinderen meteen letsel van de bovenste extremiteit.Het bleek dat de kinderen met eenletsel van de onderste extremiteit significantminder dorsiflexiemogelijkheidhadden. Bij een geëxtendeerdeknie bedroeg de dorsiflexie in deonderzochte groep gemiddeld 5,7graden; bij de controlegroep 11,7graden. Bij een geflecteerde kniebedroeg dit respectievelijk 11,2 gradenen 21,5 graden.De auteurs trekken de conclusie datde blessures mede veroorzaakt wordendoor een stijfheid van de wekedelen en suggereren een oefenprogrammawaarbij de dorsale sructurenvan het onderbeen opgerekt moetworden. (Noot: hiermee is niet bewezendat het oprekken een preventievewaarde heeft bij het voorkomen vanblessures. In het artikel is niet ingegaanop andere mogelijke oorzakenvan een dorsiflexiebeperking).LANGE TERMIJNEFFECTEN VANEEN ENKELARTHRODESEEen enkelarthrodese (tibiotalair) wordtal sinds 1879 uitgevoerd. Er zijn welonderzoeken naar de effecten op delange termijn gedaan; dikwijls betrofdit evenwel slechts een beperkt aantaljaren. L.M. Coester onderzocht deeffecten op een langere termijn; degemiddelde follow up bedroeg 22jaar! De ingrepen waren alle verrichtin verband met een arthritis als gevolgvan een trauma. De patiënten kregeneen aantal vragenlijsten, er werd eenuitgebreid lichamelijk onderzoek verricht,en er werden röntgenfoto’s vanbeide enkels, voeten en knieëngemaakt.De meerderheid van de patiëntenhadden (na die vele jaren) een aantalklachten van de voet aan de geopereerdezijde. Deze klachten bestondenuit pijn en een beperkte loopafstand.De patiënten waren ondanks dezeklachten tevreden met het resultaatvan de ingreep, en zouden indien zein dezelfde situatie kwamen weerdezelfde operatie laten uitvoeren.Bij röntgenonderzoek bleek aan degeopereerde zijde er meer arthrose tebestaan van een aantal gewrichtenmn het subtalaire-,het talonaviculaire,het calcaneocuboïde-, het naviculocuneiforme-,het tarsometatarsale enhet eerste metatarsofalangealegewricht. In de andere gewrichten(inclusief de gewrichten in de gezondevoet en in de knieën) was er geenaanwijzing voor een toegenomenarthrose.Noot: in het artikel worden wel loophulpmiddelengenoemd, maar geenschoenaanpassingen in de vorm vanbijvoorbeeld een afwikkelvoorziening.Interessant zou het zijn om te zien ofeen dergelijke voorziening een preventiefeffect heeft op het ontstaanvan een arthrose van de genoemdegewrichten.L.M. Coester et al. Long-Term ResultsFollowing Ankle Arthrodesis For Post-TraumaticArthritis Journal of Bone and JointSurgery 83-A No 2 feb <strong>2001</strong> 219-228.P. Tabrizi et al. Journal of Bone and JointSurgery Vol 82-B november 2000 1103-1106.32


,COMPLIANTIE VAN GEBRUIKERS VAN(SEMI-) ORTHOPEDISCH SCHOEISELRUIMTE VOOR VERBETERING?Eenieder die te maken heeft methet voorschrijven, leveren ofcontroleren van het gebruik van(semi-) orthopedisch schoeisel kenthet fenomeen: prachtige schoenenhoor, maar dragen?, ho maar!Eigenlijk is er heel weinig bekendover de compliantie in Nederland.Uit een aantal Engelse onderzoekenbleek dat 20-50 % (!) van depatiënten de schoenen niet of nauwelijksdroeg. De Engelse situatielaat zich echter moeilijk vertalennaar Nederland. In Engeland ishet assortiment relatief klein doorde beperkingen van de NationalHealth Service; anderzijds is ergeen Eigen Bijdrage. Middelsdeze vragenlijst, afgenomen bijAmsterdamse cliënten, is gepoogdeen indruk te krijgen van de matevan compliantie onder diabetes vs.niet-diabetes cliënten. Ook werdgekeken naar de mogelijke oorzakenvan een matige compliantie.Door: F.B. van de Weg, revalidatiearts in hetrevalidatiecentrum AmsterdamO.J.A. Toornend, orthopedisch schoenmaker,Toornend <strong>Ortho</strong>pedic ServicesDe weergegeven cijfersweerspiegelen de resultatenvan een steekproef inde regio Amsterdam enzijn derhalve niet per se representatiefvoor heel Nederland.Voorts is het goed te beseffen dat deresultaten nog vertekend kunnen zijndoor de non-respondenten; wellicht isde compliantie in deze groep nógongunstiger. Al met al is het wenselijkdat zowel voorschrijvers als de schoenenbranchezélf geregeld onderzoekenuitvoeren onder de cliënten,teneinde een optimale compliantie tekunnen bewerkstelligen.Doel van het onderzoek: a) de matevan compliantie m.b.t. orthopedischschoeisel type A en B vergelijken bijdiabetes patiënten vs. controlesb) mogelijke oorzaken van non-compliantieidentificeren.RATIONALEIn Nederland werden in 1998 ca.88,000 paar orthopedische schoenentype A en B geleverd. De kosten hiervoorbedroegen ca 70 miljoen euro’s(inclusief eigen bijdrage). De jaarlijksekosten overstijgen nu die van allediabetes hulpmiddelen, prothesen,loophulpmiddelen en diëten gecombineerd*.Geschat wordt dat ongeveerde helft van alle schoeisel verstrektwordt aan diabeten. Hoewel algemeenaangenomen wordt dat adequaatorthopedisch schoeisel veelcomplicaties kan voorkomen bij diabeten,is weinig bekend over deeigenlijke effectiviteit van deze vormvan primaire en secundaire preventie.Deze is uiteraard geheel afhankelijkvan daadwerkelijk gebruik van deschoenen, ofwel de compliantie.Er is weinig bekend over de compliantieen de mogelijke redenen waaromcliënten de schoenen niet dragen. Uitde praktijk is in ieder geval wel duidelijkdat veel diabeten weinig enthousiasmekunnen opbrengen voororthopedisch schoeisel. Een mogelijkeverklaring hiervoor is dat, in tegenstellingtot de situatie bij bijvoorbeeldreumapatiënten, de voordelen hiervanvoor de cliënt niet direct duidelijkvoelbaar zijn. In enkele onderzoekenin het Verenigd Koninkrijk is geblekendat ca. 20-50% van de patiënten deschoenen niet of nauwelijks droeg.PATIËNTEN EN METHODEN350 patiënten werden schriftelijk benaderd,allen cliënt van Toornend <strong>Ortho</strong>pedicServices of het Centrum voor<strong>Ortho</strong>pedietechniek Amsterdam. Allecliënten hadden 2 jaar of korter geledeneen paar orthopedische schoenentype A of B ontvangen. Een gestructureerdevragenlijst van 2 pagina’s werdgebruikt om data te verwerven oversocio-demografische aspecten, decompliantie en het oordeel van decliënt over cosmetische aspecten en deprijs (c.q. eigen bijdrage).RESULTATENDe respons was 76% (i.e. 247 cliënten),75 met diabetes en 172 controles(met andere diagnoses). 34% vande diabetes patiënten vond de schoenen"te duur" (vs. 20% van de controles,p=0.03). Veertig procent vande diabetes patiënten vond de schoenencosmetisch onvoldoende (vs.26% van de controles, p=0.05).De compliantie onder diabeten wasslechter dan onder de controles, maarniet statistisch significant. Opvallendwas ook dat maar liefst de helft vande diabetes patiënten hun neuropathieniet associeerde met een mogelijkrisico voor de voet.CONCLUSIEDe compliantie onder diabeten isslechter dan onder controles. Mogelijkis de afwezigheid van pijn en anderesymptomen door de sensorische neuropathiehier debet aan. Cliëntenmoeten beter voorgelicht wordendoor alle betrokkenen over het belangvan een goede schoenvoorziening.33


Het zij gewenst de mogelijke noncompiersvooraf te identificeren omaan deze groep extra aandacht tekunnen besteden. Indien cliënten blijkgeven van een zeer gebrekkige motivatie,dan is het wellicht verstandigerze enige bedenktijd te geven. Mochtenze hierna alsnog weinig enthousiastzijn, dan is het rationeler om eenpragmatisch advies te geven aangaandede kenmerken waaraan een goedeconfectieschoen moet voldoen. Overigenswaren de resultaten van ditonderzoek nog relatief gunstig in vergelijkingtot de Engelse cijfers. Mogelijkeverklaringen hiervoor zijn dedrempel van de eigen bijdrage inNederland (waardoor de minst gemotiveerdegroep uitgeselecteerd wordt)en de (cosmetisch) ruimere mogelijkhedenin Nederland t.o.v. het NationalHealth Service systeem.Met dank aan Toornend <strong>Ortho</strong>pedicServices, in het bijzonder Jaap deBoer, en de COTA.* Monitor hulpmiddelen, <strong>mei</strong> 2000,college voor zorgverzekeringen,AmstelveenBent u geïnteresseerdin het plaatsen van eenadvertentie in<strong>Ortho</strong>pedische Schoentechniek?Bel Wissenraet en van Spaendonck: 030 - 28 44 52234

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!