13.07.2015 Views

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

DE HERVORMINGEN VAN DE VERZORGINGSSTAAT IN DUITSLANDvankelijkheidscriteria gelden, steeg het aantal werkloze aanvragers die slechts rechthebben op basiszekerheid. Onder hen veel meer personen die verlies leden bij deveranderingen, dan personen die er voordeel uit haalden (Goebel en Richter, 2007).In het socialezekerheidsstelsel voor ouderen werd het behoefteprincipe niet rechtstreeksversterkt, behalve dan voor het overlevingspensioen, dat nu wordt getoetstop het volledige inkomen van de overlevende partner dat boven een bepaalde drempelligt. De invoering van het speciale basisstelsel voor sociale zekerheid voor ouderenen gehandicapten had een hogere benuttingsgraad (zoals gepland). In 2007ontving 2,4% van de bevolking van 65 of ouder dit type van uitkeringen.De toekomstige gepensioneerden zouden door de gecombineerde impact van de pensioenhervormingenen de veranderingen op de arbeidsmarkt echter wel eens degrootste verliezers kunnen zijn, wat hierop neerkomt dat meer ouderen afhankelijkzullen zijn van sociale zekerheid op basis van een middelenonderzoek (Hinrichs,2008). De achteruitgang zal voortvloeien uit de dalende standaardvervangingsratio, deafschaffing van elementen in de uitkeringsformule die ooit sociaal gepaste pensioenenverzekerde, en de nu reeds haast volledig van kracht zijnde, permanente pensioeninhoudingenin geval van vervroegde pensionering. Bijgevolg worden beperkteinkomstenongelijkheid en stabiele beroepsloopbanen – noodzakelijke voorwaardenvoor de werking van de socialeverzekeringsstelsels – relevanter dan ooit (3). Door hetfeit dat de inkomensongelijkheid toeneemt, wordt de middenklasse echter uitgedund(Grabka en Frick, 2008) en zelfs een voltijdse baan is niet langer een garantie tegenarmoede. In 2006 verdiende 14,3% van de voltijdse en 23,4% van de (gedekte) deeltijdsewerknemers een uurloon van minder dan twee derde van de mediaan (Bosch etal., 2008). De toename van de werkende armen is slechts één aspect van de steedsgrotere flexibiliteit op de arbeidsmarkt. Verder komen minder beroepsloopbanen diemet het standaardmodel overeenstemmen, voort uit frequenter voorkomende periodesvan (langdurige) werkloosheid, (marginaal) deeltijds werk of periodes van nietgedekte,anders dan in loondienst verrichte arbeid. Heel vaak ontbreekt het werknemersin slechtbetaalde of onzekere banen aan middelen om bovendien nog eens tesparen voor een Riester-Rente, die onmisbaar wordt, wil men na de pensionering eenbescheiden levensstandaard aanhouden.Voorlopig is de armoede bij de oudere bevolking echter slechts een relatief kleinprobleem in vergelijking met het grotere aantal arme kinderen (BMFSFJ, 2008). Dewerkloosheid van hun ouders en eenouderschap zijn hiervan de voornaamste oorzaken.In januari 2008, drie jaar na de tenuitvoerlegging van de wet-Hartz IV, leefdenongeveer 1,9 miljoen kinderen jonger dan 15 in een gezin van ALG II-ontvangers(Bedarfsgemeinschaften), dat wil zegegen, voor één kind op zes werden midde-(3) Momenteel moet iemand 25 jaar lang verzekeringsbijdragen betalen en steeds het gemiddeldeloon verdienen om een overheidspensioen te bekomen dat even hoog is als het basisniveau van desociale zekerheid wanneer hij op standaardleeftijd met pensioen gaat (proportioneel meer jaren bijeen lager gedekt loon). In 2030 zal een alleenstaande werknemer ongeveer 30 jaar moeten hebben gewerktwil hij niet afhangen van inkomensgetoetste uitkeringen (Sachverständigenrat, pp. 192-195, 2007).359

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!