13.07.2015 Views

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

BELGISCH TIJDSCHRIFT VOOR SOCIALE ZEKERHEID - 3e TRIMESTER <strong>2011</strong>Sinds ongeveer het midden van de jaren negentig werden er extra inspanningengeleverd om de instellingen van de verzorgingsstaat te hervormen. Die veranderingengaan drie richtingen uit. Ten eerste worden de vervangingsinkomens, die traditioneelbedoeld zijn om de sociale status te behouden, beetje bij beetje herleid totbasisbeschermingen voor gepensioneerden en werklozen. Met het oog op detoegenomen werkloosheid wordt vervolgens de strategie van vermindering van hetarbeidsaanbod vervangen door activeringsbeleid. De klemtoon ligt niet langer opinkomenssteun, maar wel op een maximale integratie van (langdurig) werklozen,oudere werknemers en moeders in betaalde arbeid. Om de financiering van de verzorgingsstaatwerkgelegenheidsvriendelijker te maken, is er tot slot een geleidelijkeverschuiving van socialeverzekeringsbijdragen naar een hoger aandeel van financieringuit belastingen, voornamelijk uit de federale schatkist.Vooral na de millenniumwissel waren we getuige van structurele hervormingenzonder weerga. Toch werden politieke pogingen om te komen tot een werkgelegenheids-en gezinsvriendelijke “post-Bismarckiaanse” vorm van verzorgingsstaatbelemmerd door een combinatie van ongunstige en onderling verwante factoren diede manoeuvreerruimte deden inkrimpen. De beperkte economische groei in nagenoegelk jaar vanaf 1992 – met pas in 2005 een heropleving – deed het tewerkstellingsniveaunagenoeg stagneren en de “probleemlast” groter worden. Het prijskaartjevoor de hereniging van Duitsland bleef een hinderpaal voor een algemeenevenwichtige overheidsbegroting en beperkte de afbouw van de financiering doorbijdragen. Gezien de politieke structuren in Duitsland ten slotte, is voor drastische(en soms zelfs voor kleine) hervormingen een hoge consensusgraad tussen allebetrokken politieke actoren nodig. Bovendien heeft de strijd tussen de partijen deveranderingen in de verzorgingsstaat afgeremd (zo niet herhaaldelijk tegengewerkt).Ingrij-pende beleidswijzigingen zijn slechts mogelijk wanneer de concurrentietussen de partijen tijdelijk of voor bepaalde kwesties aan de kant wordt gezet, tengunste van een stilzwijgende of feitelijke “Grote Coalitie” van de twee grote politiekepartijen. Dat is ook de manier waarop de wezenlijke heropbouw van de Duitseverzor-gingsstaat plaatsvond.Deze structurele hervormingen sinds 2000 vloeiden voort uit paradigmatischeveranderingen en vormen het laatste stadium van een sequentieel hervormingsprocesdat niet alleen Duitsland, maar ook andere Bismarckiaanse verzorgingsstatenhebben doorlopen (Palier en Martin, pp. 542-550, 2007). Deze reeks van hervormingenwordt hierna geanalyseerd. In deel 2 behandelen we de traditionele kenmerkenvan de Duitse verzorgingsstaat zoals die er in de jaren tachtig uitzag. Bedoeling islater te kunnen beoordelen hoe en in welke mate de kernelementen van dezeregeling veranderden nadat in het midden van de jaren zeventig plots een eindekwam aan de volledige werkgelegenheid toen de lange periode van uitbreiding vande verzorgingsstaat grotendeels tot stilstand was gekomen.338

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!