13.07.2015 Views

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

Nummer 3/2011 (.pdf) - FOD Sociale Zekerheid

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

DE HERVORMINGEN VAN DE WERKLOOSHEIDSUITKERING IN CONTINENTAAL EUROPA4. DISCUSSIE: EEN GELEIDELIJKE, INCREMENTELE TRANSFORMATIE DIE AANSLUITBIJ DE LOGICA VAN HET SYSTEEM, MAAR VOOR DE OUTSIDERS EEN BRON IS VANINGRIJPENDE VERANDERINGENOf nu de klemtoon wordt gelegd op de ‘algemene bevriezing’ of de ‘divergerendedynamiek’, de conventionele vooruitzichten op de socialebeschermingsstelsels inContinentaal Europa beklemtonen alle onderliggende tendensen voor zelfreproductievan de bismarckiaanse sociale instellingen. Wat onze analyse echter aantoont, isdat een dergelijke institutionele zelfreproductie absoluut niet zo vijandig tegenoverbeleidsverandering staat als werd gesuggereerd, althans niet op het domein van hetbeleid inzake bescherming tegen werkloosheid. Veel van de hierboven besprokenbeleidswijzigingen hebben er daarentegen toe bijgedragen dat de integriteitbehouden blijft van de voorzieningen inzake bescherming tegen werkloosheid –voorzieningen gebaseerd op het verzekeringsprincipe, gefinancierd door bijdragenen autonoom op het vlak van beheer – door geen rekening te houden met de drukvan een radicalere institutionele verandering. De matige beperking van de kosten ende reactionaire herijking werden ook gecombineerd om een selectieve expansie vande rechten compatibel te maken met de inperking van de tekorten (conditio sinequa non van de haalbaarheid en autonomie van de instellingen voor werkloosheidsverzekeringen).Door de activering af te bakenen tot aan de marges van het systeemen zijn gerechtigden, konden de verzekeringsvoorzieningen de facto afstand nemenvan hun verantwoordelijkheid ten overstaan van de ‘slechte risico’s’ en de superioriteitvan de door werk verworven sociale rechten redden, waarvan hetvoortbestaan van de bismarckiaanse sociale verzekeringen afhangt (zie Clegg, 2002).De beleidsinitiatieven inzake bescherming van de werklozen in Continentaal Europazijn dus geëvolueerd, niet dankzij de pogingen om het status-quo te bewaren, maareerder door toedoen van deze pogingen.De zelfreproducerende dynamiek die door vergelijkbare institutionele kaders voorhet beleid inzake bescherming tegen werkloosheid wordt beïnvloed, verklaartwaarom de veranderingen die in de loop van de voorbije kwarteeuw werdenwaargenomen in onze vier landen in Continentaal Europa, tegelijkertijd analoog enduidelijk niet-orthodox zijn in het beleid voor steun aan werklozen. Logischerwijzemoeten de afwijkingen ten opzichte van dit voor de landen van Continentaal Europagemeenschappelijke traject worden verklaard door kleine verschillen in het institutionelekader. In België bijvoorbeeld kreeg niet een reactionaire herijking van dewerkloosheidsverzekering, maar wel de basisbescherming voor nagenoeg alle werklozenvoorrang; toch zouden we kunnen denken dat dat verband houdt met deongebruikelijke kenmerken van het beheersmodel voor de Belgische werkloosheidsverzekering,waar – in een variant van het ‘Systeem van Gent’ – de vakbonden deenige zijn die de uitkeringen beheren en voor elke begunstigde federaal geld ontvangen(Vandaele, 2006). Dit geeft de vakbonden een sterke, tegelijkertijd financiële enorganisatorische prikkel om zo veel mogelijk werklozen ‘binnen’ het systeem tehouden door de uitkeringen onbeperkt te houden, en om de institutionele repro-497

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!