MA 001 CD - AutoService Group

MA 001 CD - AutoService Group MA 001 CD - AutoService Group

autoservice.group.com
from autoservice.group.com More from this publisher
13.07.2015 Views

Cinghia distribuzionePag1RIFMA 001 CDIntervallo di sostituzione raccomandatoOgni 90.000 km - sostituire.Danni al motoreATTENZIONE: Nonostante, in caso di cedimentidella cinghia di distribuzione, sia NORMALEche si siano prodotti danni al motore, eseguirecomunque la prova di compressione per tuttii cilindri prima di togliere la testata.Tempo di lavoro - oreRimozione e installazione 2,00Utensili specialiAttrezzo di bloccaggio dell'albero motore -Mazda N.49-D011-102.Precauzioni specialiStaccare sempre il cavo a massa della batteria.NON girare l'albero motore o l'albero a camme conla cinghia di distribuzione smontata.Togliere le candele di accensione per far girare piùfacilmente il motore.Girare sempre il motore nel senso normale dirotazione (salvo indicazione contraria).NON girare il motore agendo sull'albero a cammeo su altri pignoni.Rispettare tutte le coppie di serraggio indicate.

Cinghia distribuzionePag1RIF<strong>MA</strong> <strong>001</strong> <strong>CD</strong>Intervallo di sostituzione raccomandatoOgni 90.000 km - sostituire.Danni al motoreATTENZIONE: Nonostante, in caso di cedimentidella cinghia di distribuzione, sia NOR<strong>MA</strong>LEche si siano prodotti danni al motore, eseguirecomunque la prova di compressione per tuttii cilindri prima di togliere la testata.Tempo di lavoro - oreRimozione e installazione 2,00Utensili specialiAttrezzo di bloccaggio dell'albero motore -Mazda N.49-D011-102.Precauzioni specialiStaccare sempre il cavo a massa della batteria.NON girare l'albero motore o l'albero a camme conla cinghia di distribuzione smontata.Togliere le candele di accensione per far girare piùfacilmente il motore.Girare sempre il motore nel senso normale dirotazione (salvo indicazione contraria).NON girare il motore agendo sull'albero a cammeo su altri pignoni.Rispettare tutte le coppie di serraggio indicate.


Cinghia distribuzionePag4RIF<strong>MA</strong> <strong>001</strong> <strong>CD</strong>ILA.CamaSLEA.CamPIOTQPG(38 -51 Nm)RM60˚AM(8 - 11 Nm)EDP61,8 mm(8 - 11 Nm)(8 - 11 Nm)FNGA(12-17 Nm)CBH(157 - 166 Nm)


Misurazione tensione cinghiaI costruttori prevedono l'uso di diversi tipi di misuratori ma, premesso che non è possibile misurare direttamentela tensione di una cinghia installata, essi in generale sono di 3 tipi e tendono a misurare uno dei seguenti valori indiretti,espressi in unità o Newtons:a) deflessione che si verifica applicando un carico prefissato;b) carico corrispondente ad una deflessione prefissata;c) attrezzi specifici ( praticamente un braccio di leva ) per caricare il tendicinghia con un certa copia.Seguirà una tabella di conversione che permetterà di utilizzare un unico tipo di misuratore.Tabella comparativaBurroughs( BT33 -73F /BT33 - 86J )Sykes -Pickavant316690SEEMC. TronicG2 105.5SEEMC. Tronic87 ( Pin S )Löwener( Ford 21-113e Opel 510-2 )Peiseler( VAG 210,Volvo 5297 eSeat U.10.028)BMW( 11.2.080 ) eVolvo( 9988500* )Burroughs/Rover -(Km 4088 AR)N ( Newtons )KgUnitàUnitàUnità Unità Unità Unità501310022,51503331.5282004038.511.7351.72504746412.541.52.730053527.413.146.5435061589.613.451540067631113.65364507268.51275007873.57.555086008.56509670Si sono prese tutte le precauzioni ragionevoli per garantire l'esattezza delle informazioni contenute nelle schede tecniche.Tuttavia la società produttrice di questo materiale informativo, non può essere tenuta responsabile delle informazioni incorrette o inesatte o di errori che sipossono verificare inavvertitamente nel corso della preparazione delle suddette schede tecniche


SAMENVATTINGIn opdracht van Waternet is in de Amsterdamse Waterleidingduinen (AWD) in 2014 onderzoek gedaan aan deduinparelmoervlinder en keizersmantel. Het betreft een afstudeeronderzoek in het kader van de opleiding BosenNatuurbeheer aan Hogeschool Van Hall Larenstein.Van de Nederlandse dagvlindersoorten staat meer dan twee derde van de soorten die ons land rijk is op deRode lijst. Een van de soorten die landelijk bedreigd zijn, is de duinparelmoervlinder (Argynnis niobe), eenkenmerkende soort van duingraslanden. Sinds 1992 laat de soort een sterke afname zien en sinds 2004 komtde duinparelmoervlinder alleen nog in de kustduinen voor van Noord-Holland en de Waddeneilanden.Belangrijke knelpunten van de soort zijn de afname van viooltjes en van nectarrijke ruigtes. Vergrassing enverruiging als gevolg van atmosferische depositie, een lage konijnenstand en de afname van dynamiek zijn hierbelangrijke oorzaken van. De belangrijkste populatie in de AWD leeft in het Zeeveld. Met de nauw verwantekeizersmantel (Argynnis paphia) gaat het beter. De soort heeft sinds 1980 de status ‘verdwenen alsstandvlinder’, maar plant zich sinds enkele jaren weer voort op een klein aantal plaatsen in Nederland, onderandere in de AWD. De keizersmantel kan worden gezien als een indicator van structuurrijke open bossen metviooltjes en bloemrijke boszomen.Doel van dit onderzoek is het verhogen van de kennis aangaande het leefgebied van beide soorten in de AWD,met de nadruk op waardplanten, kenmerken van rups- en ovipositielocaties en de belangrijkste nectarbronnen.Getracht is een antwoord te geven op de volgende onderzoeksvragen. Wat is het leefgebied van deduinparelmoervlinder op het Zeeveld, welke eisen stelt de soort ten aanzien van ovipositie, waardplanten ennectarplanten. Welk beheer is noodzakelijk om het leefgebied in stand te houden en verder te verbeteren?Wat is het leefgebied van de keizersmantel in de AWD, zijn er knelpunten voor deze vlindersoort en welkemogelijkheden zijn er om het leefgebied te verbeteren en/of uit te breiden?Door middel van een literatuurstudie is een beschrijving van de ecologie en verspreiding van deduinparelmoervlinder en de keizersmantel opgesteld. Tijdens veldwerk zijn de waardplanten van beide soortengeïnventariseerd en er is gezocht naar rupsen. Locaties waar rupsen zijn gevonden of ovipositie is vastgesteldzijn beschreven op microniveau (1,5x1,5m) en mesoniveau (50x50m). Gedrag, nectarbezoek en de verspreidingvan rupsen en imago’s zijn in kaart gebracht.Op het Zeeveld is duinviooltje (Viola curtisii) de waardplant van de duinparelmoervlinder. Wilde liguster(Ligustrum vulgare) en in mindere mate dauwbraam (Rubus caesius) zijn de belangrijkste nectarbronnen. Rupsenovipositielocaties lijken sterk op elkaar en zijn gevonden in duingraslanden van de Duinpaardenbloemassociatie(Taraxaco-Galieteum) en de Duinsterretjes-associatie (Phleo-Tortuletum). Vooral de moslaag heeft ereen hoge bedekking. Aan de hand van het vastgestelde areaal en de abundantie van waard- en nectarplantenkan worden geconcludeerd dat in de huidige situatie sprake is van een robuuste levensvatbare populatie. Vande keizersmantel zijn geen rupsen gevonden en is geen ovipositie vastgesteld. De populatie van de soort isgroeiende en wordt voor 2014 geschat op 40-50 exemplaren. Duinkruiskruid (Jacobaea vulgaris subsp.dunensis) is de belangrijkste nectarbron, gevolgd door gewone braam (Rubus fruticosus).Een knelpunt in de huidige situatie (keizersmantel) en nabije toekomst (duinparelmoervlinder) van beidesoorten heeft betrekking op de aanbod van nectar. Op het Zeeveld is het nectaraanbod buiten de belangrijkstesoorten wilde liguster en ook dauwbraam beperkt door het ontbreken van vochtige duinvalleien en begrazingvan hoge aantallen damherten. In de nabije toekomst kan de bloei van wilde liguster sterk afnemen als gevolgvan een toename van de graasdruk van damherten, zoals is vastgesteld op het Rozenwaterveld. Monitoring vandit proces, en herstel van kleinschalige dynamiek evenals vochtige duinvalleien en poelen zijn aanbevelingenvoor de duinparelmoervlinder. Damherten hebben een grote invloed op het huidige nectaraanbod voor dekeizersmantel. Geadviseerd wordt om de groei en bloei van nectarplanten te stimuleren in en nabij hetleefgebied van de keizersmantel. Het wordt aangeraden om op korte termijn te beginnen met de uitvoeringvan het ingezette beleid ten aanzien van aantalsreductie van de damherten.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!