Inhoud 1 Inleiding 2 Programmeren 3 Parameterbeschrijving

Inhoud 1 Inleiding 2 Programmeren 3 Parameterbeschrijving Inhoud 1 Inleiding 2 Programmeren 3 Parameterbeschrijving

download.solarelektro.nl
from download.solarelektro.nl More from this publisher
12.07.2015 Views

InleidingFC 300 Programmeerhandleiding1Smart Logic Control (SLC)De SLC is een reeks van gebruikersgedefinieerde acties dieworden uitgevoerd als de bijbehorende gebruikersgedefinieerdegebeurtenis door de Smart Logic Controller wordtgeëvalueerd als TRUE. (Parametergroep 13-** Smart LogicControl (SLC).)STWStatuswoordFC-busOmvat RS 485-bus met FC-protocol of MC-protocol. Zie8-30 Protocol.Thermistor:Een temperatuurafhankelijke weerstand die geplaatst wordtop plaatsen waar de temperatuur bewaakt moet worden(frequentieomvormer of motor).Uitschakeling (trip)Een toestand die zich voordoet in foutsituaties, bijv. als defrequentieomvormer wordt blootgesteld aan een overtemperatuurof wanneer de frequentieomvormer de motor, hetproces of het mechanisme beschermt. Een herstart is nietmogelijk totdat de oorzaak van de fout is verdwenen en deuitschakelingsstatus is opgeheven door het activeren van dereset of, in sommige gevallen, doordat een automatischereset is geprogrammeerd. Een uitschakeling (trip) mag nietworden gebruikt voor persoonlijke veiligheid.Uitschakeling met blokkeringEen toestand die zich voordoet in foutsituaties waarbij defrequentieomvormer zichzelf beschermt en fysiek ingrijpennoodzakelijk is, bijv. als de frequentieomvormer onderhevigis aan een kortsluiting op de uitgang. Een uitschakeling metblokkering kan alleen worden opgeheven door denetvoeding af te schakelen, de oorzaak van de fout weg tenemen en de frequentieomvormer opnieuw aan te sluitenop het net. Een herstart is niet mogelijk totdat de uitschakelingsstatusis opgeheven door het activeren van de reset of,in sommige gevallen, doordat een automatische reset isgeprogrammeerd. Een uitschakeling (trip) mag niet wordengebruikt voor persoonlijke veiligheid.VT-karakteristiekenVariabel-koppelkarakteristieken die worden gebruikt voorpompen en ventilatoren.VVC+In vergelijking met een standaardregeling van de spanningfrequentieverhoudingzorgt Voltage Vector Control (VVC plus )voor betere dynamische prestaties en stabiliteit, zowel bijeen wijziging van de snelheidsreferentie als met betrekkingtot het belastingskoppel.60° AVMSchakelpatroon genaamd 60° Asynchronous VectorModulation (14-00 Schakelpatroon).ArbeidsfactorDe arbeidsfactor is de verhouding tussen I1 en IRMS.Arbeidsfactor =3 x U x I 1cosϕ3 x U x I RMSDe arbeidsfactor voor 3-fasebesturing:= I 1 x cosϕ1I RMS=I 1I RMSaangezien cosϕ1 = 1De arbeidsfactor geeft aan in hoeverre een frequentieomvormerde netvoeding belast.Hoe lager de arbeidsfactor, des te hoger IRMS voor dezelfdekW-prestatie.I RMS= I 12 + I52 +I72 + .. + In2Bovendien betekent een hoge arbeidsfactor dat deverschillende harmonische stromen zwak zijn.De ingebouwde DC-spoelen van de frequentieomvormerszorgen voor een hoge arbeidsfactor, waardoor de belastingop de netvoeding geminimaliseerd wordt.WAARSCHUWINGDe spanning van de frequentieomvormer is gevaarlijkwanneer de frequentieomvormer op het net is aangesloten.Onjuiste aansluiting van de motor, frequentieomvormer ofveldbus kan leiden tot ernstig of dodelijk letsel of deapparatuur beschadigen. Volg daarom de aanwijzingen indeze handleiding alsmede de lokale en nationale veiligheidsvoorschriftenop.Veiligheidsvoorschriften1. De frequentieomvormer moet tijdens het uitvoerenvan reparaties van de netvoeding zijnafgeschakeld. Controleer of de netvoeding isafgeschakeld en er genoeg tijd is verstrekenalvorens de motor- en netstekkers te verwijderen.2. De [Off]-toets op het bedieningspaneel van defrequentieomvormer onderbreekt de netvoedingniet en mag daarom niet als veiligheidsschakelaarworden gebruikt.3. De apparatuur moet correct geaard zijn, degebruiker moet beschermd zijn tegen voedingsspanningen de motor moet beveiligd zijn tegenoverbelasting overeenkomstig de geldendenationale en lokale voorschriften.4. De aardlekstroom is groter dan 3,5 mA.5. Beveiliging tegen overbelasting van de motormaakt geen deel uit van de fabrieksinstellingen. Alsdeze functie gewenst is, stelt u 1-90 Therm.motorbeveiliging in op ETR-uitsch. 1 [4] of ETRwaarsch.1 [3].6. Verwijder in geen geval de stekkers naar motor ennetvoeding terwijl de frequentieomvormer isaangesloten op het net. Controleer of de6 MG.33.MA.10 – VLT ® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss

InleidingFC 300 Programmeerhandleidingnetvoeding is afgeschakeld en of er genoeg tijd isverstreken voordat u de motor- en netstekkersverwijdert.7. Denk eraan dat de frequentieomvormer meerspanningsbronnen heeft dan enkel L1, L2 en L3wanneer loadsharing (koppeling van de DCtussenkring)of een externe 24 V DC isgeïnstalleerd. Controleer of alle spanningsbronnenzijn afgeschakeld en de vereiste tijd is verstrekenvoordat wordt begonnen met de reparatiewerkzaamheden.Waarschuwing tegen onbedoelde start1. Wanneer de frequentieomvormer op het net isaangesloten, kan de motor worden gestopt viadigitale commando's, buscommando's, referentiesof een lokale stop. Deze stopfuncties zijn niettoereikend als een onbedoelde start moetvoorkomen worden in verband met depersoonlijke veiligheid (bijv. gevaar voorpersoonlijk letsel wegens contact met bewegendemachineonderdelen na een onbedoelde start). Indergelijke gevallen moet de netvoeding wordenafgeschakeld of de functie Veilige stop zijngeactiveerd.2. De motor kan starten terwijl de parametersingesteld worden. Wanneer dit betekent dat depersoonlijke veiligheid mogelijk in het geding is(bijv. wanneer er gevaar bestaat voor persoonlijkletsel wegens contact met bewegende machineonderdelen),dan moet het starten van de motorworden verhinderd, bijvoorbeeld door gebruik temaken van de functie Veilige stop of door eenveilige afschakeling van de motoraansluiting.3. Een gestopte motor die op de netvoeding isaangesloten, kan starten wanneer een storingoptreedt in de elektronica van de frequentieomvormer,bij een tijdelijke overbelasting, bij herstelvan een storing op het net of wanneer de motorweer wordt aangesloten. Als een onbedoelde startmoet worden voorkomen in verband met depersoonlijke veiligheid (bijv. gevaar voorpersoonlijk letsel wegens contact met bewegendemachineonderdelen) zijn de normale stopfunctiesvan de frequentieomvormer niet toereikend. Indergelijke gevallen moet de netvoeding wordenafgeschakeld of de functie Veilige stop zijngeactiveerd.NBVolg bij het gebruiken van de functie Veilige stop altijd deinstructies in de sectie Veilige stop in de VLTAutomationDrive FC 300 Design Guide op.4. Stuursignalen van, of intern in, de frequentieomvormerkunnen in uitzonderlijke gevallen perongeluk worden geactiveerd of vertraagd, ofhelemaal uitblijven. Wanneer de frequentieomvormerwordt gebruikt in situaties waarbijveiligheid essentieel is, bijv. bij het besturen van deelektromagnetische remfunctie van een hijstoepassing,mag niet enkel op deze stuursignalenworden vertrouwd.WAARSCHUWINGHoogspanningHet aanraken van elektrische onderdelen kan fataal zijn –zelfs nadat de apparatuur is afgeschakeld van het net:Verzeker u er ook van dat de andere spanningsingangen,zoals de externe 24 V DC, loadsharing (koppeling van de DCtussenkring)en de motoraansluiting voor kinetische backupzijn afgeschakeld.Systemen waarin frequentieomvormers geïnstalleerd zijn,moeten zo nodig uitgerust worden met aanvullendebewaking en beveiligingsapparatuur conform de geldendeveiligheidsvoorschriften, zoals wetgeving met betrekking totmechanische werktuigen, regelgeving ter voorkoming vanongelukken, enz. Modificatie van de frequentieomvormerdoor middel van bedieningssoftware is toegestaan.NBDe machinebouwer/integrator moet gevaarlijke situatiesidentificeren en beoordelen welke voorzorgsmaatregelennoodzakelijk zijn. Het kan hierbij gaan om aanvullendebewaking en beveiligingsapparatuur conform de geldendenationale veiligheidsvoorschriften, zoals wetgeving metbetrekking tot mechanische werktuigen en regelgeving tervoorkoming van ongelukken.NBLiften, hef- en hijswerktuigen:De besturing van externe remmen moet altijd redundantworden uitgevoerd. De frequentieomvormer mag ondergeen enkele voorwaarde het primaire veiligheidscircuit zijn.Zorg dat er wordt voldaan aan de relevante normen, zoalsHef- en hijswerktuigen: IEC 60204-32Liften: EN 81BeschermingsmodusZodra een hardwarematige begrenzing van de motorstroomof DC-tussenkringspanning wordt overschreden, zal deomvormer in de 'Beschermingsmodus' gaan werken.'Beschermingsmodus' betekent een wijziging van de PWMmodulatiestrategieen een lagere schakelfrequentie omverliezen tot een minimum te beperken. Dit houdt aan tot 10s na de laatste fout en verhoogt de betrouwbaarheid endegelijkheid van de frequentieomvormer terwijl deze demotor weer volledig onder controle krijgt.In hijstoepassingen kan de 'Beschermingsmodus' nietworden gebruikt omdat de frequentieomvormer over hetalgemeen niet in staat is om deze modus weer te verlaten,1 1MG.33.MA.10 – VLT ® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 7

<strong>Inleiding</strong>FC 300 Programmeerhandleidingnetvoeding is afgeschakeld en of er genoeg tijd isverstreken voordat u de motor- en netstekkersverwijdert.7. Denk eraan dat de frequentieomvormer meerspanningsbronnen heeft dan enkel L1, L2 en L3wanneer loadsharing (koppeling van de DCtussenkring)of een externe 24 V DC isgeïnstalleerd. Controleer of alle spanningsbronnenzijn afgeschakeld en de vereiste tijd is verstrekenvoordat wordt begonnen met de reparatiewerkzaamheden.Waarschuwing tegen onbedoelde start1. Wanneer de frequentieomvormer op het net isaangesloten, kan de motor worden gestopt viadigitale commando's, buscommando's, referentiesof een lokale stop. Deze stopfuncties zijn niettoereikend als een onbedoelde start moetvoorkomen worden in verband met depersoonlijke veiligheid (bijv. gevaar voorpersoonlijk letsel wegens contact met bewegendemachineonderdelen na een onbedoelde start). Indergelijke gevallen moet de netvoeding wordenafgeschakeld of de functie Veilige stop zijngeactiveerd.2. De motor kan starten terwijl de parametersingesteld worden. Wanneer dit betekent dat depersoonlijke veiligheid mogelijk in het geding is(bijv. wanneer er gevaar bestaat voor persoonlijkletsel wegens contact met bewegende machineonderdelen),dan moet het starten van de motorworden verhinderd, bijvoorbeeld door gebruik temaken van de functie Veilige stop of door eenveilige afschakeling van de motoraansluiting.3. Een gestopte motor die op de netvoeding isaangesloten, kan starten wanneer een storingoptreedt in de elektronica van de frequentieomvormer,bij een tijdelijke overbelasting, bij herstelvan een storing op het net of wanneer de motorweer wordt aangesloten. Als een onbedoelde startmoet worden voorkomen in verband met depersoonlijke veiligheid (bijv. gevaar voorpersoonlijk letsel wegens contact met bewegendemachineonderdelen) zijn de normale stopfunctiesvan de frequentieomvormer niet toereikend. Indergelijke gevallen moet de netvoeding wordenafgeschakeld of de functie Veilige stop zijngeactiveerd.NBVolg bij het gebruiken van de functie Veilige stop altijd deinstructies in de sectie Veilige stop in de VLTAutomationDrive FC 300 Design Guide op.4. Stuursignalen van, of intern in, de frequentieomvormerkunnen in uitzonderlijke gevallen perongeluk worden geactiveerd of vertraagd, ofhelemaal uitblijven. Wanneer de frequentieomvormerwordt gebruikt in situaties waarbijveiligheid essentieel is, bijv. bij het besturen van deelektromagnetische remfunctie van een hijstoepassing,mag niet enkel op deze stuursignalenworden vertrouwd.WAARSCHUWINGHoogspanningHet aanraken van elektrische onderdelen kan fataal zijn –zelfs nadat de apparatuur is afgeschakeld van het net:Verzeker u er ook van dat de andere spanningsingangen,zoals de externe 24 V DC, loadsharing (koppeling van de DCtussenkring)en de motoraansluiting voor kinetische backupzijn afgeschakeld.Systemen waarin frequentieomvormers geïnstalleerd zijn,moeten zo nodig uitgerust worden met aanvullendebewaking en beveiligingsapparatuur conform de geldendeveiligheidsvoorschriften, zoals wetgeving met betrekking totmechanische werktuigen, regelgeving ter voorkoming vanongelukken, enz. Modificatie van de frequentieomvormerdoor middel van bedieningssoftware is toegestaan.NBDe machinebouwer/integrator moet gevaarlijke situatiesidentificeren en beoordelen welke voorzorgsmaatregelennoodzakelijk zijn. Het kan hierbij gaan om aanvullendebewaking en beveiligingsapparatuur conform de geldendenationale veiligheidsvoorschriften, zoals wetgeving metbetrekking tot mechanische werktuigen en regelgeving tervoorkoming van ongelukken.NBLiften, hef- en hijswerktuigen:De besturing van externe remmen moet altijd redundantworden uitgevoerd. De frequentieomvormer mag ondergeen enkele voorwaarde het primaire veiligheidscircuit zijn.Zorg dat er wordt voldaan aan de relevante normen, zoalsHef- en hijswerktuigen: IEC 60204-32Liften: EN 81BeschermingsmodusZodra een hardwarematige begrenzing van de motorstroomof DC-tussenkringspanning wordt overschreden, zal deomvormer in de 'Beschermingsmodus' gaan werken.'Beschermingsmodus' betekent een wijziging van de PWMmodulatiestrategieen een lagere schakelfrequentie omverliezen tot een minimum te beperken. Dit houdt aan tot 10s na de laatste fout en verhoogt de betrouwbaarheid endegelijkheid van de frequentieomvormer terwijl deze demotor weer volledig onder controle krijgt.In hijstoepassingen kan de 'Beschermingsmodus' nietworden gebruikt omdat de frequentieomvormer over hetalgemeen niet in staat is om deze modus weer te verlaten,1 1MG.33.MA.10 – VLT ® is een gedeponeerd handelsmerk van Danfoss 7

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!