Handleiding AMI 300 zorgtelefoon - Brink Techniek

AMI 300Mantelzorg handleiding

AMI 300Mantelzorg handleidingVersie 10Note: Wijzigingen voorbehoudenAuteur: kvds/PrkomIsolectra b.v.Update : 14-01-97File: AMI300\MANhandl.docDoc:3

1 VoorwoordDeze instructies zijn bedoeld voor de vakman, welke de AMI 300 gaat installeren en in bedrijf stellen.Hiervoor is het noodzakelijk dat deze instructies in zijn geheel worden gelezen en begrepen. Wanneer datniet het geval is kan dat leiden tot het niet goed functioneren van de AMI 300.Veel vitale programmeer-instellingen zijn tegen abusievelijk wijzigen beschermd door een toegangscode. Hetis niet de bedoeling dat de eindgebruiker van het toestel deze code kent, daar deze dan wijzigingen aan deinstellingen zou kunnen doen, welke de juiste werking in het geding kan brengen. Daarom verdient het devoorkeur dat de leverancier van de AMI 300 deze instructies niet aan de eindgebruiker afgeeft.3

2 Inhoudsopgave1 VOORWOORD.............................................................................................................................................................. 32 INHOUDSOPGAVE...................................................................................................................................................... 43 ALGEMENE BESCHRIJVING................................................................................................................................ 64 INSTALLATIE............................................................................................................................................................... 74.1 BIJ GEBRUIK VAN MANTELZORGNUMMERS:..........................................................................................................75 MANTELZORG............................................................................................................................................................. 86 PROGRAMMEER INSTRUCTIES ......................................................................................................................... 96.1 ALGEMEEN ................................................................................................................................................................96.2 BEL FREQUENTIE.......................................................................................................................................................96.3 VERKORT KIESNUMMERS.......................................................................................................................................106.4 INTERNE KLOK ........................................................................................................................................................116.5 HERINNERINGS ALARM ..........................................................................................................................................116.6 WELZIJNSALARM ....................................................................................................................................................126.7 MODE INSTELLING..................................................................................................................................................126.8 ALARMBRONNEN INLEREN ....................................................................................................................................126.9 PROGRAMMEREN MANTELZORGNUMMERS.........................................................................................................146.10 WIJZIG PASWOORD...............................................................................................................................................146.11 RESETTEN..............................................................................................................................................................146.11.1 Resetten van het paswoord.........................................................................................................................146.11.2 Resetten van de AMI 300............................................................................................................................156.12 VOORALARMTIJD..................................................................................................................................................156.12.1 Stil alarm.......................................................................................................................................................156.13 BELSIGNAAL AAN/UIT..........................................................................................................................................166.14 **01 RESETTEN OP AFSTAND .............................................................................................................................164

4 InstallatieDe AMI 300 wordt geleverd in een kartonnen verpakking. Hierin bevinden zich:• AMI zorgtoestel• Telefoonhoorn• Telefoonhoornsnoer• PTT-snoer• PTT-steker• 220V net-adapter• Hals- of clipzender• Nederlandstalige handleiding voor de eindgebruiker• Labels t.b.v. het toestel• Afdekplaatjes t.b.v. de labels• Vier alarmrespons kaartenInstalleer de AMI 300 volgens de instructies zoals deze beschreven staan in de bijgeleverdegebruiksaanwijzing.Alvorens er geprogrammeerd gaat worden dienen de volgende gegevens bekend te zijn:4.1 Bij gebruik van mantelzorgnummers:De mantelzorgnummers; dit zijn de telefoonnummers van buren, familie, bekenden enz, die ingeval van eenalarm gewaarschuwd dienen te worden. Men dient hierbij niet te vergeten de desbetreffende personenhierover in te lichten en hen de te verrichten handelingen uit te leggen. (E.v.t. met gebruik van demeegeleverde alarmrespons kaart)7

5 MantelzorgDe alarmering geschiedt, zoals eerder vermeld, middels een alarmknop. De AMI 300 kan elk gewensttelefoonnummer bellen; bijvoorbeeld naar privénummers van buren, familie, vrienden, etc. Zij kunnen deoproep beantwoorden en een spreek-luisterverbinding openen, zodat er gesproken kan worden met dehulpbehoevende. Doordat de AMI 300 in de zogenaamde handenvrije mode komt (nadat de gealarmeerde opde toets “5” heeft gedrukt), kan de hulpbehoevende gewoon spreken zonder zich naar het toestel te begeven.Tijdens het gesprek zal na ca. een minuut de gealarmeerde opnieuw een alarmtoon horen. Opnieuw moet danop de toets “5” gedrukt worden om het gesprek te vervolgen. Indien niet op toets “5” gedrukt wordt zal hetgesprek verbroken worden. De AMI 300 blijft echter dan wel in de alarmtoestand.Om de oproep ten tijde of na het gesprek correct af te sluiten, dient men de toets “0” in te drukken ( bijv. ommedische hulp, arts etc. te waarschuwen). Indien de toets ”0” niet wordt ingedrukt en de verbinding wordtverbroken zal de AMI 300 in de alarmtoestand blijven.Figuur 1 AMI 300 alarmeert naar een privé nummer8

6 Programmeer instructies6.1 AlgemeenIn Figuur 2 is weergegeven hoe de toetsen van de AMI 300 in deze handleiding worden genoemd.Figuur 2 Benoeming van de toetsen6.2 Bel frequentieZowel in de onbeveiligde- als in de beveiligde programmeer-mode kan de toonhoogte van het belsignaalworden gewijzigd. Het kan van groot belang zijn de juiste toonhoogte te kiezen, omdat vooral oudere mensen9

dikwijls bepaalde frequenties beter horen dan andere. Het kiezen hiervan gaat als volgt:Opties #1234 *3 [Geh1/2/3/4] *) opties opties*) Geh1 is de hoogste toon, Geh4 de laagste. U kunt ze om en om proberen totdat U de gewenste toonhoogteheeft. De laatst gehoorde toon, voor U de opties-toets indrukt ter bevestiging, zal in het geheugenopgeslagen worden.6.3 Verkort kiesnummersDe AMI 300 heeft de mogelijkheid om 4 telefoonnummers op te slaan en onder de 4 geheugen toetsen (deverkortkies toetsen ) Geh1/2/3/4 te programmeren.Het programmeren gaat als volgt:Opties [Geh1/2/3/4] *) opties opties*) Geh1 = Bovenste voorkeuzetoetsGeh4 = Onderste voorkeuzetoets10

6.4 Interne klokDe AMI 300 bevat een “interne klok” . Dit biedt de mogelijkheid voor het invoeren van een tijd.Deze tijd is vooral van belang t.b.v. volgende funktie(s):- HerinneringsalarmDe interne klok wordt als volgt geprogrammeerd:Opties [herstel] opties optiesUU = Uren (00-24)MM = Minuten (00-99)De tijd moet worden ingegeven in de 24-uurs tijdweergave bijv. 15.30 uur toets 1-5-3-06.5 Herinnerings alarmDe AMI 300 bevat een “interne klok”. Deze “interne klok” dient u eerst te programmeren alvorens men hetherinnerings alarm gaat programmeren.Het herinnerings alarm biedt de mogelijkheid voor het invoeren van maximaal 4 tijdstippen, waarop hettoestel een alarmtoon zal laten horen.Zodoende is het mogelijk geattendeerd te worden op het innemen van medicijnen, maar bijvoorbeeld ook opgemaakte afspraken.Een herinnerings alarm wordt als volgt geprogrammeerd:Opties [herinneren] [Geh1/2/3/4] *) opties opties11

De tijd moet worden ingegeven in de 24-uurs tijdweergave bijv. 15.30 uur toets 1-5-3-0*) Geh1 = Bovenste voorkeuzetoetsGeh4 = Onderste voorkeuzetoets6.6 WelzijnsalarmDe AMI 300 heeft de mogelijkheid een welzijnsalarm af te geven, indien er gedurende een bepaalde tijd geengebruik is gemaakt van het toestel. De AMI 300 zal dan automatisch een alarm maken.Voor de in te stellen tijdsduur kunt u kiezen uit 12, 18 of 24 uur.Indien de woning voor langere tijd wordt verlaten, kunt u het welzijnsalarm uitschakelen door op de afwezigtoets te drukken. Deze zal dan oplichten.De tijdsduur van het welzijnsalarm kan als volgt worden geprogrammeerd:Opties [afwezig] [Geh1/2/3/4] *) opties*)Geh1 = UitgeschakeldGeh2 = 12 uurGeh3 = 18 uurGeh4 = 24 uur.6.7 Mode instelling1. MantelzorgDe AMI 300 belt naar particuliere telefoonnummers, bijvoorbeeld buren, vrienden of bekenden. Zijkunnen een spreek-luisterverbinding openen zodat er een gesprek met de hulpbehoevende plaats kanvinden.Programmeren: Opties #1234 *1 [Geh2] opties opties2. Mode instellingModeMantelzorgTabel 1 Mode instelling van de AMI 300ProgrammeringOpties #1234 *1 [Geh2] opties opties6.8 Alarmbronnen inlerenNaast het maken van een alarm met de grote alarm-knop op het toestel kunnen er ook met verschillendesoorten zenders alarm gemaakt worden. Deze zenders kunnen draadloze clip-, hals-, trek- en universelezenders zijn. (Let op: alleen de melders (zenders) welke geleverd worden door Isolectra kunnen wordengebruikt!) Alle zenders zenden met dezelfde frequentie (±150MHz), maar hebben ieder een unieke code dieverzonden wordt, waardoor ze van elkaar te onderscheiden zijn. Op deze manier kan de AMI 300 herkennenwelke zender er alarm heeft geslagen.12

Om de AMI 300 te laten reageren op een specifieke zender, zal deze zender(s) “ingeleerd” moeten worden inhet toestel. Bij dit zogenaamde ‘inleren’ slaat de AMI 300 de unieke code van de desbetreffende zender op inzijn geheugen. Bij het ontvangen van een alarm van een zender vergelijkt de AMI 300 de ontvangen codemet de code in zijn geheugen. Zijn deze gelijk aan elkaar, dan zal de AMI 300 het eerste alarmnummer gaankiezen. De AMI 300 wordt standaard geleverd met één hals- of clipzender. Deze is reeds door de fabriek‘ingeleerd’ in het toestel.Het inleren van de zenders gaat via het toetsenbord van het toestel zonder schakelaars om te zetten of dradente solderen. Per zendersoort, hals-/ clip-, trekzender-, brand-, infrarood- en een universele melder, kunnen ervijf stuks ‘ingeleerd’ worden, in totaal dus 25 zenders.Programmering:modeHals- of clipzenderTrekzenderBrandmelderInfrarood melderUniversele melderprogrammeringOpties #1234 *2 [Alarm] [Geh1/2/3/4/R] *) K optiesoptiesOpties #1234 *2 [Herstel] [Geh1/2/3/4/R] *) Kopties optiesOpties #1234 *2 [Herinnering] [Geh1/2/3/4/R] *) Kopties optiesOpties #1234 *2 [Afwezig] [Geh1/2/3/4/R] *) Kopties optiesOpties #1234 *2 [Ldspr] [Geh1/2/3/4/R] *) K optiesopties*) Afhankelijk van de hoeveelste zender er van een bepaalde soort ingeleerd wordt, moet geh1, geh2, geh3,geh4 of Redial.ingetoetst worden. K betekent wachten op pieptoon.• Tabel 2 Inleren van de zenders13

6.9 Programmeren mantelzorgnummersHet toestel belt in een alarmsituatie naar buren, vrienden, familie ed.Er kunnen maximaal vier mantelzorgnummers geprogrammeerd worden, met een maximale totale lengte van16 karakters/cijfers (inclusief # en *).P.S. De mantelzorgnummers die u invoert voor de alarmering, vervangen niet de telefoonnummers die uheeft ingevoerd onder de verkortkies-toetsen!Het programmeren van de alarmnummers gaat als volgt:1e alarmnummer: Opties [Geh1] < alarmnummer> opties opties2e alarmnummer: Opties [Geh2] < alarmnummer> opties opties3e alarmnummer: Opties [Geh3] < alarmnummer> opties opties4e alarmnummer: Opties [Geh4] < alarmnummer> opties optiesOnder wordt verstaan de alarmtoets op de AMI 300.Indien u bijvoorbeeld alleen maar één mantelzorgnummer wilt programmeren, dan behoeft men degeheugenplaatsen 2, 3 en 4 (Geh 2/3/4) niet te programmeren.Let op: Indien de AMI 300 op een eigen (huis)telefooncentrale is aangesloten kan het noodzakelijk zijn omeerst een “0” voor het verkrijgen van een buitenlijn te kiezen. Deze “0” komt voor het te kiezenmantelzorgnummer gevolgd door een #.6.10 Wijzig paswoordOm de belangrijkste gegevens in de AMI 300 te beschermen tegen onbedoeld (om)programmeren, zijn dezebeveiligd door een toegangscode. Deze code kunt U wijzigen. Wanneer U dit doet, dient U de nieuwe codegoed te onthouden of op te schrijven! U kunt deze code namelijk niet meer teruglezen uit het toestel. Wel ishet mogelijk de toegangscode terug te zetten in de fabriekscode (#1234) m.b.v. *8.Alle andere geprogrammeerde gegevens blijven bewaard, zodat deze niet opnieuw moeten wordeningegeven.Programmering:Opties #1234 *7 opties6.11 Resetten6.11.1 Resetten van het paswoordIndien er een nieuw paswoord is ingevoerd m.b.v. *7, maar deze is men kwijt, dan kan het paswoord geresetworden. Het huidige paswoord zal dan verdwijnen en de standaard fabriekscode zal weer het nieuwepaswoord zijn (#1234). Voor deze programmeer-instructie hoeft uiteraard de toegangscode niet ingetoetst teworden na Opties...Programmering:Opties *8 314159 [Geh1] opties opties14

6.11.2 Resetten van de AMI 300Het kan soms gewenst zijn de gehele AMI 300 te resetten. Bijvoorbeeld als U niet meer precies weet wat Uwel en niet al heeft geprogrammeerd en U de “programmeerdraad” kwijt bent. Alle instellingen worden bijhet resetten teruggezet in de fabriekswaarden. Let erop dat de mode-instelling, alle ingeleerde zenders,mantelzorgnummers ed. ook uit het geheugen van de AMI 300 verdwenen zijn! Deze dienen dus na hetresetten opnieuw ingeleerd te worden. (Zie paragraaf 5.8 en 5.9).Waarschuwing:ALLE instellingen worden gereset, dus ook de “ingeleerde” zenders.Het verdient dus de aanbeveling slechts in uiterste gevallen de AMI 300 geheel te resetten.Programmering:Opties *8 314159 [Geh2] K K = wachten op pieptoon.6.12 VooralarmtijdWanneer een alarm per abuis via een hals-/clipzender gemaakt is, doordat U bijvoorbeeld per ongeluk detoets op de draadloze zender activeert, of de brandmelder reageert op een opgestoken sigaar, dan heeft degebruiker nog de gelegenheid te voorkomen dat hierdoor de AMI 300 onnodig het alarmnummer kiest. Dat eralarm geslagen is, is gedurende de vooralarmtijd te horen aan de luide, achtereenvolgens hoge- en lage tonenop de AMI 300. Na deze vooralarmtijd stopt het alarmsignaal en zal de AMI 300 gaan kiezen. Door tijdensde vooralarmtijd op de herstel-toets te drukken, zal het alarm gestopt worden en zal de AMI 300 naar deruststand terugkeren, zonder een alarmnummer te hebben gekozen.Programmering:Opties #1234 *9 tt optiestt is het aantal seconden tussen 01 en 99. De standaard instelling van de vooralarmtijd bedraagt ca 20seconden.De vooralarmtijd van de alarmknop op het toestel is niet programmeerbaar en bedraagt ca. 5 seconden.6.12.1 Stil alarmHet is ook mogelijk om een stil alarm te maken. Bij een stil alarm is het op de AMI 300 absoluut niet te zienof te horen dat er een alarm gemaakt is. Dit is o.a. te gebruiken voor beveiligingsdoeleinden in bijvoorbeeldbenzinestations. Om de AMI 300 in stil alarm te programmeren moet voor tt 00 seconden gekozen worden.Per alarmsoort kan men nu bepalen of deze stil of niet stil dient te zijn.Programmering:Opties #1234 *9 00 [toets] opties optiesVoor [toets] dient de toets van het alarmsoort dat niet stil moet alarmeren in gedrukt te worden bijv dealarm-, herstel-, herinnering-, afwezig- en/of de luidsprekertoets(en)(zie tabel). De ingedrukte toets zal gaan knipperen, hetgeen betekent dat deze een stil alarm zal genereren.Wanneer nogmaals de toets wordt ingedrukt zal hij continu gaan branden en de bijbehorende alarmbron zalweer luid alarm slaan.Men kan net zolang bepalen welke alarmen stil moeten zijn totdat de opties -toets wordt ingedrukt, echterwanneer binnen ca 30 seconden geen enkele toets meer wordt ingedrukt zal de AMI 300 zelf de15

programmering beëindigen.Toetsen en hun bijbehorende alarmbronnen:• Alarm-toets: hals-/clipzenders (incl. lage batterijspanning) en Alarmtoets• Herstel-toets : trekkoorden (incl. lage batterijspanning)• Herinnering-toets : brandmelders (incl. lage batterijspanning)• Afwezig-toets : infrarood melders (incl. lage batterijspanning)• Ldspr-toets: alle andere alarm meldingen6.13 Belsignaal aan/uitOm diverse redenen kan het gewenst zijn de AMI 300 niet hoorbaar over te laten gaan wanneer deze gebeldwordt. De verlichting van het toetsenbord zal wel gaan knipperen als de AMI 300 gebeld wordt en hetbelsignaal is uitgezet.Programmering:Opties #1234 *0 [Geh1,2] *) opties opties*)Geh1 = Belsignaal AANGeh2 = Belsignaal UIT6.14 **01 Resetten op afstandWanneer een alarm gemaakt wordt, kan de AMI 300 standaard alleen op het toestel zelf of vanaf eenmeldbank hersteld worden. Vooral in de mantelzorg-mode is het meestal niet gewenst dat een alarm vanaf deontvangst-zijde hersteld kan worden. Dit zal in de regel op het toestel zelf moeten gebeuren m.b.v. deherstel-toets. Dit is om te voorkomen dat een alarm zonder echt afgehandeld te zijn wordt uitgezet. Hierdoorgaat een bepaalde veiligheid verloren. Wanneer het echter toch wenselijk is de AMI 300 op afstand teherstellen door de ontvanger van het alarm, dient deze faciliteit vrij gegeven te worden. Het herstellen vanhet alarm kan dan geschieden, nadat de spreekverbinding middels het kiezen van de DTMF ‘5’ is geopend,door het intoetsen van het DTMF ‘8’. De AMI 300 zal dan de verbinding verbreken en in rusttoestandterugkeren. Een herstel met DTMF ‘8” is onherroepelijk d.w.z. de AMI 300 zal pas opnieuw alarm slaannadat men de alarmknop weer geaktiveerd heeft.Programmering:Opties #1234 **01 [Geh1,2] *) opties opties*)Geh1 = geen herstel tijdens gesprek mogelijkGeh2 = wel herstel tijdens gesprek mogelijk6.15 Programmeren op afstandHet is mogelijk de AMI 300 op afstand te programmeren. Dit is mogelijk met ieder willekeurige (externe)DTMF telefoontoestel.16

Nadat een normale telefoon verbinding tot stand is gebracht, zal de AMI 300 in handenvrij mode gezetmoeten worden.M.b.v. combinaties van toetsen, kunnen alle programmeerhandelingen verricht worden met het externeDTMF telefoontoestel.Door de toetsen * en # in te toetsen komt de AMI 300 in de programmeerstand.In onderstaande tabel staan de programmeercodes vermeld zoals die op het externe DTMF-toestel ingegevendienen te worden. Voorbeeld: Programmeren van de mantelzorg-mode gaat als volgt:Openen : * #Paswoord : # # 1 2 3 4*1 : * 1Mantelzorg : # 2Opties : # 0Programmeren van twee alarmnummers1e nummer : #* #1 #02e nummer : #* #2 #0einde programmering : #017

Toets op AMI 300Toets op tweedetelefoontoestelOpen programmeren * #1 12 23 34 45 56 67 78 89 90 0* *# # #Geh 1 # 1Geh 2 # 2Geh 3 # 3Geh 4 # 4R # 5Ldspr # 6Herstel # 7Herinnering # 8Afwezig # 9Opties # 0Alarm # *18

7 Samenvatting7.1 Mode instellingModeMantelzorgTabel 3 Mode instelling van de AMI 300ProgrammeringOpties #1234 *1 [Geh2] opties opties7.2 Alarmbronnen inlerenmodeHals- of clipzenderTrekzenderBrandmelderInfrarood melderUniversele melderprogrammeringOpties #1234 *2 [Alarm] [Geh1/2/3/4/R] *) K optiesoptiesOpties #1234 *2 [Herstel] [Geh1/2/3/4/R] *) K optiesoptiesOpties #1234 *2 [Herinnering] [Geh1/2/3/4/R] *) Kopties optiesOpties #1234 *2 [Afwezig] [Geh1/2/3/4/R] *) K optiesoptiesOpties #1234 *2 [Ldspr] [Geh1/2/3/4/R] *) K optiesopties*) Afhankelijk van de hoeveelste zender er van een bepaalde soort ingeleerd wordt, moet Geh1, Geh2, Geh3,Geh4 of Redial.ingetoetst worden. K betekent wachten op pieptoon.Tabel 4 Inleren van de zenders19

7.3 Bel frequentieOpties #1234 *3 [Geh1/2/3/4] *) opties opties*)Geh1 = Hoogste frequentieGeh4 = Laagste frequentie7.4 Belsignaal aan/uitOpties #1234 *0 [Geh1/2] *) opties opties*)Geh1: Belsignaal aanGeh2: Belsignaal uit7.5 Mantelzorg nummersMantelzorg nummers:• 1e mantelzorg nummer:Opties< alarmtoets> [Geh1] opties opties• 2e mantelzorg nummer:Opties [Geh2] opties opties• 3e mantelzorg nummer:Opties [Geh3] opties opties• 4e mantelzorg nummerOpties [Geh4] opties opties7.6 Wijzigen paswoordOpties #1234 *7 opties20

7.7 Resetten7.7.1 • Reset naar standaard paswoord:Reset naar standaard paswoord (#1234):Opties *8 314159 [Geh1] (wachten op pieptoon) opties opties7.7.2 • Algehele reset naar standaard fabrieks instellingen:Opties *8 314159 [Geh2] K

7.8.1 StilalarmOpties #1234 *9 tt opties opties• tt= 00 : stil alarm; hierbij is er zelfs geen data overdracht hoorbaarStil alarm geldt voor de volgende alarmbronnen bij continu brandende toetsen:Alarmtoets : Hals-/clipzenders (incl. lage batterijspanning) en alarmtoetsHersteltoets : Trekkoorden (incl. lage batterijspanning)Herinneringstoets : Brandmelders (incl. lage batterijspanning)Afwezig-toets : Infrarood melders (incl. lage batterijspanning)Luidsprekertoets : Alle andere alarmmeldingen7.9 **01 Resetten op afstandOpties #1234 **01 [Geh1/2] opties optiesGeh1 : resetten met DTMF ‘8’ niet mogelijkGeh2 : resetten met DTMF ‘8’ mogelijk22

7.10 Programmeren op afstandToets op AMI 300Toets op tweedetelefoontoestelOpen programmeren * #1 12 23 34 45 56 67 78 89 90 0* *# # #Geh 1 # 1Geh 2 # 2Geh 3 # 3Geh 4 # 4R # 5Ldspr # 6Herstel # 7Herinnering # 8Afwezig # 9Opties # 0Alarm # *23