Handboek Handhaving Openbare Ruimte Stadsdeel Oost ...

1.1.2. Huishoudelijk afval niet op de aangewezen plaatsBeleidHet afval wordt op de verkeerde manier/plaats of op een verkeerd tijdstipaangeboden. Deze overtredingen moeten genuanceerd worden benaderd metname het op de verkeerde plaats aanbieden. Het kan bijvoorbeeld voorkomen dateen zak met afval wordt aangetroffen vlak naast een woning. De eigenaar heeftdeze tijdelijk neergezet in verband met het schoonmaken van de woning en isvoornemens deze op een later tijdstip weer binnen te zetten. Duidelijk is dat hierniet tegen opgetreden moet worden omdat de eigenaar in alle redelijkheid demogelijkheid heeft om de overtreding binnen een redelijke termijn ongedaan temaken.Belangrijk is dat onderzocht wordt wat de reden is voor het op de verkeerde plaatsaanbieden. Het is mogelijk dat er een vergissing in het spel is (onwetendheid). Ditkan slechts een uitzondering zijn. Immers iedere Nederlander wordt geacht de wette kennen. Afhankelijk van de verklaring van de overtreder wordt overgegaan totverbalisering. Kan door wat voor oorzaak de overtreder niet worden gehoord, danvolgt altijd een verbalisering.Juridische grondslagArtikel 29 lid 2, jo.art. 6 lid 1 Afvalstoffenverordening Oost-WatergraafsmeerArtikel 8.2 lid 1 Algemene Plaatselijke Verordening 1994Stappenplanstap omschrijving wie min.1 Meldingen van overtreding vinden plaats door derden. Dit Administratief 5kan zijn in de vorm van het indienen van een klacht, eenmelding of een verzoek om op te treden tegen de overtrederdoor een burger, collega of anderszins. De klacht leidt tot hetgenereren van een werkopdracht en wordt vastgelegd in hetklachtenregister. De klager krijgt een ontvangstbevestiging.Wordt de klacht mondeling ingediend, wordt geen schriftelijkeontvangstbevestiging verzonden.medewerk(st)er1 a De werkopdracht wordt doorgegeven aan het hoofdAdministratief 2handhaving.1 b Het hoofd handhaving stelt de werkopdracht in handen vande twee toezichthouders, die zorgdragen voor de afhandelingvan de klacht.2 Uit eigen waarneming constateren de toezichthouders eenovertreding. De toezichthouders vullen een werkopdracht in.3 De gevonden vuilniszak wordt ter plaatse geopend enonderzocht op bewijsmateriaal.4 Indien een adresdrager wordt aangetroffen wordt eenoproepkaart in de bus gedaan bij het aangetroffen adres.5 Het aangetroffen bewijsmateriaal wordt gevoegd bij dewerkopdracht.5 a Wordt geen bewijs aangetroffen, dan wordt de werkopdracht,onder vermelding van de gepleegde acties, overhandigd aande administratief medewerkster.5 b De administratief medewerkster registreert de gegevens inhet opdrachten register.6 Het aangetroffen bewijs en de werkopdracht wordenoverhandigd aan de medewerker met buitengewoneopsporingsbevoegdheid.mwHoofdhandhaving3Toezichthouders 5Toezichthouders 10Toezichthouders 3Toezichthouders 3Toezichthouders 3Adm.5medewerkerToezichthouders 36