12.07.2015 Views

jg 26 jaarboek 6 - Reynaertgenootschap

jg 26 jaarboek 6 - Reynaertgenootschap

jg 26 jaarboek 6 - Reynaertgenootschap

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Tiecelijn <strong>26</strong>Ik heb veel genoeglijke uurtjes doorgebracht met de fabels van La Fontaine.Hoewel ik natuurlijk op de hoogte was van het bestaan van zijn fabels (ook iklas de fabels van de krekel en de mier en de raaf en de vos in een Nederlandsebewerking op de lagere school), had ik me nooit verdiept in zijn werk. De verdienstevan La Fontaine is dat hij de vaak meer dan twee millennia oude fabelsin zijn tijd en tot op de dag van vandaag weer tot leven heeft gewekt. Zijn fabelsbehoren tot het Europese culturele erfgoed, een niet geringe prestatie.* Met dank aan Willem van Bentum en Herman Bruggeling die meelazen en enkelewaardevolle suggesties ter verbetering voorstelden. Theo de Rijk corrigeerde opmijn verzoek de Franse vertalingen.NOTEN1 Macho vertaalde vrij nauwkeurig Steinhöwels teksten. Ook Leeu bleef dicht bij devertalingen van Steinhöwel en Macho. Steinhöwel nam zijn teksten over uit Latijnsebronnen en daardoor komen zij vrijwel overeen met de oorspronkelijke fabels. Zie HansRijns, ‘De fabelverzameling van Gheraert Leeu (1485)’, in: Tiecelijn 24. Jaarboek 4 van het<strong>Reynaertgenootschap</strong>, (2011), p. 230-233.2 Bij de samenstelling van deze biografie maakte ik gebruik van verschillende bronnen: TenKate 1871: p. III-X; Jean-Pierre Collinet 1991: p. CXL-CLXVII; http://versailles4.tripod.com/id45.htm en http://www.la-fontaine-ch-thierry.net/index.htm.3 De Mythologia Aesopica is een bundel van 678 pagina’s met de Æsopi vita, Æsopi fabulae(beide boeken in zowel het Grieks als in het Latijn) en de fabels van Aphthonius vanAntiochië (vierde eeuw na Christus, Gr.-L.), Babrius (Gr./L.), Phaedrus, (L.), Avianus (L.),de bewerking van de eerste drie boeken van Romulus in elegische disticha, de: Fabulæ ÆsopicæAnonymi (L.) – ook wel de Anonymus Neveleti genoemd – en de fabels van Abstemius (L.).Isaac Nevelet gaf deze imposante bundel in 1610 in Frankfurt uit. Rijns 2011, p. 225-230.4 De Franse citaten komen uit de editie van Jean-Pierre Collinet (1991). Bij het vertalen van deFranse fabels maakte ik ter vergelijking gebruik van de vertalingen van Ten Kate (1871) en Janvan den Berg (1990). De Middelnederlandse citaten komen uit de kritische transcriptie van dedruk van Leeu (1485) in de editie Het leven en de fabels van Esopus (Rijns, Van Bentum, Kuiper,Resoort; in voorbereiding). De diplomatische transcriptie van Leeu 1485 is sinds 1 april 2013digitaal te raadplegen via de DBNL: http://www.dbnl.org/tekst/leeu002hyst02_01/. De gravuresvan Gustave Doré komen uit de editie van Ten Kate (1871); de houtsnede is afkomstig uitÆsopus vita et fabulæ van Gheraert Leeu (1486).5 Poggio Bracciolini (1380-1459) was werkzaam als theoloog, grafoloog, linguïst, filosoof,archeoloog, verzamelaar, kopiist, secretaris en etnograaf. Hij liet veel werken na, waaronderde Liber facetiarum (1438-1459), een verzameling van 273 fabliaux. Rijns 2011, p. 230-236.~ 99 ~

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!