You also want an ePaper? Increase the reach of your titles
YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.
W/OND N/N Hyperoniem/Hyponiem 1_1<br />
Welke woorden horen bij elkaar? voorbeeld: meubelen<br />
baard<br />
kast<br />
weide<br />
stoel<br />
fruit<br />
banaan<br />
bed<br />
appel<br />
motor<br />
kleding<br />
tulp<br />
broek<br />
jas<br />
aal<br />
dieren<br />
hond<br />
kan<br />
radio<br />
leeuw<br />
vissen<br />
stoel<br />
forel<br />
haring<br />
klok<br />
gereedschap<br />
hamer<br />
zaag<br />
bal<br />
melk<br />
groente<br />
erwt<br />
viool<br />
spijker<br />
spinazie<br />
bloemen<br />
radio<br />
tand<br />
roos<br />
tulp<br />
granen<br />
tarwe<br />
slot<br />
haver<br />
lamp<br />
vogels<br />
mus<br />
tractor<br />
telefoon<br />
merel<br />
voertuigen<br />
berk<br />
bus<br />
overhemd<br />
auto<br />
dranken<br />
melk<br />
boek<br />
slee<br />
thee<br />
servies<br />
kopje<br />
schotel<br />
wol<br />
voet<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/OND N/N Hyperoniem/Hyponiem 1_2<br />
Welke woorden horen bij elkaar? voorbeeld: speelgoed<br />
bal<br />
vlecht<br />
liniaal<br />
pop<br />
fruit<br />
banaan<br />
augurk<br />
appel<br />
schil<br />
kleding<br />
bril<br />
broek<br />
jas<br />
knoop<br />
dieren<br />
hond<br />
mand<br />
bek<br />
leeuw<br />
vissen<br />
schubben<br />
forel<br />
haring<br />
mossel<br />
gereedschap<br />
hamer<br />
zaag<br />
steel<br />
slot<br />
groente<br />
erwt<br />
peer<br />
stengel<br />
spinazie<br />
bloemen<br />
paddestoel<br />
steel<br />
roos<br />
tulp<br />
granen<br />
tarwe<br />
aren<br />
haver<br />
aardappel<br />
vogels<br />
mus<br />
vleugels<br />
vlinder<br />
merel<br />
voertuigen<br />
lift<br />
bus<br />
claxon<br />
auto<br />
dranken<br />
melk<br />
soep<br />
kan<br />
thee<br />
servies<br />
kopje<br />
schotel<br />
mes<br />
tafel<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/OND N/N Hyperoniem/Hyponiem 1_3<br />
Wat is de naam van de categorie? voorbeeld: kerk<br />
gebouw<br />
huis<br />
kasteel<br />
villa<br />
kast<br />
bank<br />
meubel<br />
tafel<br />
bed<br />
been<br />
arm<br />
lichaamsdeel<br />
knie<br />
hand<br />
selderij<br />
boon<br />
zuurkool<br />
groente<br />
erwt<br />
melk<br />
koffie<br />
drank<br />
sap<br />
bier<br />
hommel<br />
vlieg<br />
insect<br />
vlinder<br />
mug<br />
muis<br />
dier<br />
schaap<br />
leeuw<br />
haas<br />
trein<br />
motor<br />
auto<br />
tractor<br />
voertuig<br />
kleding<br />
jas<br />
overhemd<br />
kous<br />
trui<br />
jaargetijde<br />
zomer<br />
lente<br />
winter<br />
herfst<br />
bord<br />
kopje<br />
schotel<br />
kan<br />
servies<br />
pruim<br />
aardbei<br />
appel<br />
fruit<br />
banaan<br />
hamer<br />
gereedschap<br />
beitel<br />
bijl<br />
boor<br />
pop<br />
speelgoed<br />
driewieler<br />
bal<br />
blokken<br />
slager<br />
postbode<br />
beroep<br />
tandarts<br />
kleermaker<br />
anjer<br />
bloem<br />
tulp<br />
roos<br />
margriet<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/OND N/N Deel-geheel 3_1<br />
Welk woord hoort er niet bij? voorbeeld: auto<br />
motor<br />
banden<br />
vleugels<br />
claxon<br />
paard<br />
manen<br />
staart<br />
gewei<br />
hoeven<br />
kamer<br />
muren<br />
plafond<br />
vloer<br />
dak<br />
schoen<br />
veter<br />
hak<br />
manchet<br />
zool<br />
roos<br />
doorns<br />
steel<br />
bloesem<br />
tak<br />
lamp<br />
gloeilamp<br />
snoer<br />
stekker<br />
scherm<br />
den<br />
stam<br />
takken<br />
naalden<br />
bladeren<br />
schip<br />
romp<br />
vleugels<br />
patrijspoort<br />
mast<br />
koekepan<br />
steel<br />
deksel<br />
hengsel<br />
bodem<br />
tafel<br />
blad<br />
leuning<br />
poten<br />
zijden<br />
koffer<br />
handvat<br />
rits<br />
slot<br />
la<br />
televisie<br />
beeldscherm<br />
kiesschijf<br />
antenne<br />
kabel<br />
gezicht<br />
ogen<br />
mond<br />
neus<br />
vingers<br />
leeuw<br />
klauwen<br />
slurf<br />
vacht<br />
manen<br />
trein<br />
locomotieven<br />
wagons<br />
boeg<br />
restauratiewagen<br />
deur<br />
klink<br />
slot<br />
plank<br />
scharnier<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/CON N/N Deel-geheel 3_2<br />
Wat heeft...<br />
vinnen, schubben, kieuwen vis<br />
dak, deuren, ramen<br />
vleugels, veren, snavel<br />
takken, stam, bladeren<br />
manen, hoeven, staart<br />
goot, schoorsteen, nok<br />
knopen, kraag, manchetten<br />
bloesem, steel, doorns<br />
orgel, altaar, toren<br />
bel, zadel, stuur<br />
neus, zool, hak<br />
tanden, lippen, tong<br />
claxon, motor, kofferbak<br />
steel, klokhuis, vruchtvlees<br />
neus, ogen, mond<br />
patrijspoort, mast, romp<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/CON N/N Deel-geheel 3_3<br />
Waarbij hoort een....<br />
oor kopje antenne<br />
schakelaar manen<br />
steel tak<br />
wimper toets<br />
zool bladzijde<br />
gewei claxon<br />
handvat dak<br />
deksel kussen<br />
filter bladeren<br />
bel snuit<br />
leuning zeil<br />
duim hoef<br />
la vleugels<br />
snavel klink<br />
kraag slurf<br />
wijzerplaat rits<br />
gesp vacht<br />
gloeidraad haak<br />
snaar tand<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/OND N/A Predicatieve relaties 7_2<br />
Welke woorden passen erbij?<br />
fruitsalade fris gezond bitter zoet<br />
huisdeur zwaar gesloten bewaakt sterk<br />
zonnebril donker praktisch mooi schel<br />
tuinkabouter vrolijk leuk kitscherig klein<br />
schoudertas nuttig belangrijk modern bruin<br />
kerktoren gotisch hoog lelijk ver<br />
winterjas koel gevoerd lang warm<br />
snelweg druk vrij bezet breed<br />
circustent bont omvangrijk donker groot<br />
wijnglas versierd breekbaar lenig dun<br />
kinderwagen bouwvallig geveerd comfortabel hobbelend<br />
regenlaarzen vochtig nors vuil hoog<br />
bloemenweide geurig zomers luchtig bont<br />
stadsmuur bezienswaardig begroeid verweerd broos<br />
lippenstift opzichtig lawaaiig rood dof<br />
heggeschaar veroest praktisch scherp vlijtig<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/OND N/V Predicatieve relaties 7_3<br />
Welke woorden passen erbij?<br />
water stromen lachen druppelen ruisen<br />
hond blaffen grommen bijten zingen<br />
auto huilen rijden stoppen slingeren<br />
gebak ruiken kruimelen druppelen smaken<br />
regen vallen kletteren miezeren waaien<br />
trui huilen kriebelen passen drogen<br />
vogel vliegen rollen zingen kwetteren<br />
wind ruisen vliegen huilen fluiten<br />
bier druppelen kruimelen smaken schuimen<br />
baby huilen trappelen kirren draven<br />
boom dreunen bloeien groeien ruisen<br />
sigaar branden roken blaffen gloeien<br />
roos bloeien knallen steken verwelken<br />
schoenen glimmen knellen passen rollen<br />
paard draven vliegen grazen briesen<br />
kaars branden schijnen piepen flakkeren<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/SEL N/A Predicatieve relaties 7_4<br />
Zet de woorden op de juiste plaats:<br />
heet, scherp, vriendelijk,<br />
vals, snel<br />
paprika: boek:<br />
meisje: lucht:<br />
vuur: baby:<br />
ijverig, giftig, zuiver,<br />
spannend, lief<br />
hond: paddestoel:<br />
auto: bij:<br />
arm, zuur, bont,<br />
koud, fel<br />
citroen: leraar:<br />
ijs: suiker:<br />
bedelaar: egel:<br />
papegaai: machine:<br />
licht: gras:<br />
traag, rood, statig,<br />
helder, zwaar,<br />
koffer: bal:<br />
streng, groen, stekelig,<br />
zoet, lawaaierig<br />
lang, zoet, aardig,<br />
rond, bewolkt<br />
roos: buurman:<br />
dame: hemel:<br />
schildpad: pudding:<br />
water: slang:<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/OND N/V Objectrelaties 8_1<br />
Welke woorden passen erbij?<br />
bloemen gieten bemesten schenken koken<br />
soep koken eten aanscherpen kruiden<br />
koffer dragen roken pakken openen<br />
brief schrijven sabbelen krijgen lezen<br />
raam openen sluiten eten lappen<br />
hond voeren borstelen aaien bouwen<br />
haren zingen knippen wassen kammen<br />
auto wassen planten repareren rijden<br />
vest breien dichtritsen uittrekken zaaien<br />
tafel afnemen dekken afruimen binden<br />
koffie zetten schrijven inschenken drinken<br />
schoen vastknopen aantrekken poetsen braden<br />
broek lezen aantrekken naaien stomen<br />
bord opruimen afdrogen dresseren afwassen<br />
schilderij ophangen braden bekijken schilderen<br />
water schelden drinken morsen koken<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995
W/OND N/V Objectrelaties 8_2<br />
Welke woorden passen erbij?<br />
bloemen gieten bemesten schenken voeren<br />
soep koken eten snijden kruiden<br />
koffer dragen vastbinden pakken openen<br />
brief schrijven spelen krijgen lezen<br />
raam openen sluiten vegen lappen<br />
hond voeren borstelen aaien zadelen<br />
haren poetsen knippen wassen kammen<br />
auto wassen vliegen repareren rijden<br />
vest breien dichtritsen uittrekken opzetten<br />
tafel afnemen dekken afruimen openen<br />
koffie zetten eten inschenken drinken<br />
schoen vastknopen poetsen wassen aantrekken<br />
broek vastbinden aantrekken naaien stomen<br />
bord opruimen vegen afwassen afdrogen<br />
schilderij ophangen bekijken schilderen schrijven<br />
water bakken drinken morsen koken<br />
© <strong>NAT</strong> Hofheim 1995