▼Een afbeelding van de ontspoorde goederentrein nabij <strong>station</strong> <strong>Dalfsen</strong> uit “De Katholieke Illustratie” van 28 februari 1918. Coll. Historische Kring.schuwde men het niet om met mankrachteen wagon tussen een locomotiefen een trein te rangeren om tijd tewinnen en geld te besparen voor deontvangers. Het spoorboekje liet datin die tijd toe. Er reden maximaaltwee personentreinen per uur. Tweebekende Dalfser machinisten, TinusAppelo en Appie Appelo waren ookaltijd zeer gedreven als er geïmproviseerdmoest worden tijdens het rangeren.Op 27 augustus 1970 werd delosplaatst gesloten. In de jaren 1975en 1980 werden in verband met despoorverdubbeling alle zijsporen ende losweg opgebroken en kwam dehuidige sporensituatie tot stand. In1978 werden nog wel een wissel eneen tweetal hoge zijperrons aangelegdten behoeve van genoemdespoorverdubbeling. Wat ooit één vande meest bedrijvige plekken nabij het<strong>station</strong> was, is in de loop der jaren getransformeerdtot groenland en parkeerplaats.BeveiligingOm het investeren in het spoorwegnette bevorderen had de regeringrond 1860 een pakket maatregelenaangekondigd, waaronder ook eenminder streng eisenpakket voor deaanleg en beveiliging van lokaalspoorlijnen.Zowel de constructie- alsalgemene veiligheidseisen warenveel gematigder dan voor de Staatsspoorwegen.Het traject <strong>Dalfsen</strong> -Zwolle had vanaf het begin een beterebeveiliging dan de rest van delijn. De lijn kruiste bij de seinpostHerfte het landelijke spoorwegnet enhet traject viel daardoor dus onderhet strengere veiligheidsregime. Hetzou tot ca. 1960 duren voordat hettraject <strong>Dalfsen</strong> - Ommen van een beterebeveiliging werd voorzien. Blokbeveiligingwil zeggen, dat het bijjuiste toepassing van de voorschriftenen juist gebruik van de technischehulpmiddelen niet mogelijk is dattwee treinen elkaar raken. Eenvoudiggezegd, als een machinist de treinstopt voor een sein dat op onveiligstaat en de <strong>station</strong>sbeambte geen bedieningsfoutmaakt, kan er geen aanrijdingof ontsporing plaatsvinden.In <strong>Dalfsen</strong> hebben overigens enkeleongevallen plaats gevonden.Spoorwegongevallen1918“Van het spoorwegongeluk te <strong>Dalfsen</strong>”.Zo kopte op 28 februari 1918“De Katholieke Illustratie” over eenspoorwegongeval nabij het <strong>station</strong>.Goederentrein 2472, een stoomtreinmet goederenwagons, zou op eenmaandagavond via een wissel vanbaan veranderen, maar ontspoordedaarbij door onbekende oorzaak. Zesof zeven wagons ontspoorden volledig,waardoor aanzienlijke schadeontstond. Twee goederenwagons blekengeheel in elkaar geschoven tezijn en moesten ter plekke wordengesloopt. Persoonlijke ongelukkendeden zich gelukkig niet voor. Destoker en machinist kwamen met deschrik vrij. Als oorzaak is later de970 RONDOM DALFSEN 46slechte ligging van het spoor genoemd.1949 - 1950Op een vrijdagochtend omstreeks07.30 uur in 1949 of 1950 is een binnenlopendepersonentrein uit Ommenop bezet spoor met een stilstaandekruisende personentrein uitde richting Zwolle in aanraking gekomen.De materiele schade was vrijgering, twee buffers van de locomotievenwerden weggeslingerd. Deconsternatie was echter groot. Er bestondeen verschil van inzicht over deprioriteiten tussen de dienstdoendehuisarts dokter Plate en de spoorwegautoriteitenover het gebruik van eentelefoon. De voornaamste mogelijkheidtot communiceren was immersde telegraaf en het intra<strong>station</strong>stelefoonnet.Dokter Plate wenste een ambulancete bestellen, echter de spoorwegautoriteitengaven geen toestemming tothet gebruik van de telefoon voor anderedan dienstmededelingen. Eencalamiteitenplan bestond in die tijdnog niet en een openbare telefoonwas een rariteit. De ambulance verscheenniet. Er was een licht gewondmeisje dat door de Dalfser garagehouder/taxiondernemerGeert Huttennaar Zwolle vervoerd is.1956“Treinbotsing bij <strong>Dalfsen</strong>: twee doden”.Een ernstig ongeluk vondplaats op dinsdag 20 november 1956.Omstreeks 19.40 uur reed een combi-
natie van 2 diesellocomotieven netvoorbij de overweg bij “het konijnenbosje”in volle vaart op de aankomendepersonentrein ( blauwe engel)uit de richting Ommen. De 2 Zwolsemachinisten kwamen daarbij om hetleven en 20 passagiers raakten gewond,waaronder 4 ernstig. Het mageen wonder heten dat er niet meerslachtoffers zijn gevallen. Volgens deroutine hadden de locomotieven te<strong>Dalfsen</strong> moeten stoppen om met depersonentrein te kruisen.Als gevolg van de ongelukken enbijna-ongevallen is de hele lijn nugoed beveiligd en wordt het railverkeervanuit Zwolle centraal geregeld.In 1978 zijn de armseinpalen vervangenen op de perrons is een vertreksignaalte zien wanneer de conducteurde trein mag laten vertrekken.De machinisten en conducteurs staanin directe verbinding met de CentraleVerkeersleiding Post Zwolle.Van overwegbeveiliging had men tot1950 in <strong>Dalfsen</strong> en omgeving met betrekkingtot de lijn Zwolle-Emmennog nooit gehoord. Omstreeks 1950/1951 werden de overwegen in de Heinoseweg en bij “de Vidal” bewaakt.De Heinose weg moest vanaf het<strong>station</strong> bediend worden d.m.v. trekdraden.De hendels stonden in debuitenlucht. Bij laatstgenoemde overwegwerd op maandag 4 juni 1951een AHOB (automatische halve overwegboom) in bedrijf gesteld, onderde schooljeugd in die tijd bekend alsde “tingelingbomen”. Deze moestenechter nog wel vanuit het <strong>station</strong>skantoorgeopend en gesloten worden.De bediening was eenvoudig, namelijkhet overhalen van een schakelaar.Het was dus eigenlijk een semiautomatischbeveiligde overweg.Niet iedereen was echter gelukkigmet deze beveiligde overweg. Hetverhaal gaat, dat de toenmalige bewoonstervan huize “Vechtkamp”freule de Vidal de Saint Germain,haar beklag deed bij de dienstdoendechef Jan Duin over het hinderlijkegeklingel van de “bellen”. Jan Duinzou hebben voorgesteld “rubberenbellen” te laten monteren, waaropmevrouw geantwoord zou hebben:“meneer Duin, als u dat zou kunnenregelen ….”.Nadat op de overweg bij kasteelRechteren een auto onder de trein gekomenwas en een paar keer eenbijna-aanrijding had plaatsgevonden,is omstreeks 1961 die overweg vaneen AKI (automatische knipperlichtinstallatie)voorzien. Heden zijn nagenoegalle verharde overwegen meteen beveiliging anders dan alleen hetAndreaskruis uitgerust. De onbewaakteprivé overweg bij het Nierveeris om veiligheidsredenen doorde eigenaren (van de Aalshorst) buitenbedrijf gesteld.De passagiers en hun anekdotesVanaf de oprichting tot heden heefteen bonte verzameling mensen metde trein gereisd. De lijn Zwolle-Emmenging over het algemeen door eendunbevolkt gebied en industrie waser niet veel. Van de passagiers tot 1940is niet zo erg veel bekend, behalve dathet reizigersaanbod zodanig was, datde haltes Herfte en Marshoek en ookde halte Rechteren al in die tijd werdenopgeheven. Landbouwers enveehandelaren en andere handelsliedenreisden niet dagelijks per trein.De forensen werden pas na detweede wereldoorlog een belangrijkedoelgroep. Het volgen van middelbaaronderwijs was in die tijd ook noggeen gewoonte, dus ook scholierenwaren er niet veel.Als vermaak werd de halte Marshoekdoor de jeugd uit die buurtschap gebruiktals opstapplaats voor een retourtjeZwolle. Johannes Bekedamherinnerde zich, dat de jeugd zichdestijds volmaakt gelukkig voeldemet zo’n ritje naar de stad, ondankshet feit dat de ouders hun kroost verbodenhadden de stad in te gaan.In de oorlog was het passagiersaanbodvrij beperkt maar wel gemêleerd.Passagiers uit het westen van het landwerden vaker gesignaleerd, voornamelijkvoor het ophalen van landbouwproducten,die aldaar schaarswaren. In die tijd reed er vaak eenwachtman van “kamp Ommen” metde trein mee, die dan tegelijkertijd defietsen en bagage van passagiers vorderde.Henk uut de Zandbak (Henk van ´tZand) rapporteerde, dat hij ´s wintersin de oorlog een keer een verplichtesprint moest trekken om met eensprong nog een wagon van de vertrekkendetrein te halen, teneinde optijd op school te arriveren. Door verserook en dampen heen slaagde desprong naar het achterbalkon, maarhelaas was de deur van de Deensewagon naar de verwarmde coupéonwrikbaar vast gevroren. Door deneerslaande dampen veranderdeHenk in een ijspegel en in Zwollestrompelde hij van het balkon naarhet perron en kwam na elke staplangzaam, spier na spier weer los.De passagiers uit de jaren 1945-1960waren de forensen (Stork, Lijnwerkplaats,de dienstplichtige militairenen schooljeugd naar Zwolle). In <strong>Dalfsen</strong>waren alleen de landbouwschoolen de huishoudschool. Voor alle anderesoorten onderwijs moest mennaar Zwolle. Vanuit Lemelerveld (DinieExel), uit Vilsteren (Tanja deConne) kwamen scholieren op defiets naar <strong>Dalfsen</strong> en gingen verdermet scholieren uit het dorp (gebroedersFrijling, bakkers in spe, damesEshuis, dames van de Stadt, Nellekete Rae, kinderen Cazemier, JanniePlatje, Klaasje Wesseling en anderen)met de trein naar Zwolle. Sommigevan de scholieren hadden voortreffelijkewielrenners kunnen worden, geletop de snelheid die ontwikkeldwerd om de op vertrek staande treinnog te halen. Liedeke van de Stadtwas sneller dan Leontien van Moorselnu. De service van de NS wasgroots en menigmaal vertrok de treinlater dan op de dienstregeling stondvermeld, maar wel met alle betalendepassagiers aan boord.De oude kruising Stationsweg/Rechterensedijkwerd door de toenamevan het wegverkeer een voorrangskruisingmet stopbord voor het verkeervan en naar het <strong>station</strong>. SomsRONDOM DALFSEN 46 971