POSTOPERATIEVE PIJNBEHANDELINGEPIDURALE PIJNBEHANDELINGMisselijkheid en brakenDit wordt veroorzaakt door opioïdgeïnduceerde stimulatie van de chemoreceptor triggerzone.De incidentie varieert van 10-29%. 27 De behandeling hiervan is symptomatisch. Heeft ditgeen resultaat, dan is het te overwegen om het opioïd te verminderen of te staken.3.3.4 Combinatie van lokaal anesthetica en opioïdenWetenschappelijke onderbouwingGezien het bijwerkingenprofiel van lokaal anesthetica en opioïden lijkt het een logische stapom beide medicamenten te combineren waarbij lagere doseringen van ieder afzonderlijkmedicament gebruikt kunnen worden, de zogenaamde ‘gebalanceerde pijnbehandeling’. Uitstudies is gebleken dat opioïden en lokaal anesthetica elkaars effect versterken. 1,2 Daardoorverbetert de pijnbehandeling en kan de dosis van de afzonderlijke middelen verlaagd worden,waardoor de dosisafhankelijke bijwerkingen verminderen. 2,32,33 Behalve een goede pijnbehandelingin rust is met name de pijn tijdens hoesten en bewegen aanzienlijk minder bij de combinatie. 2,34,35Recente vergelijkende RCT’s tussen de combinatie lokaal anestheticum/opioïd met alleenlokaal anestheticum toonden een significant betere pijnbehandeling <strong>voor</strong> de combinatiegroep.36-39 De dosering van opioïden en lokaal anesthetica variëren sterk in de diverse studies.De vraag wat de optimale combinatie is van een opioïd en een lokaal anestheticum <strong>voor</strong> optimaleepidurale pijnbehandeling, is nog niet te beantwoorden. Het is echter duidelijk dat de combinatievan een opioïd en een lokaal anestheticum de opioïdbehoefte van alle opioïden die totnu toe zijn bestudeerd, reduceert. Er zijn geen RCT’s die (met als uitgangspunt pijn bij bewegenen hoesten) de effectiviteit van verschillende combinaties opioïd en lokaal anestheticum hebbenvergeleken.ConclusieNiveau 1Epiduraal toegediende opioïden zijn effectiever als ze gecombineerd wordenmet lokaal anesthetica, omdat ze een synergistisch analgetisch effectbewerkstelligen. Daardoor kan de dosis van de afzonderlijke middelen wordenverlaagd waardoor de dosisafhankelijke bijwerkingen verminderen.A2 Brodner 2000 36 ; Scott 1999 37B Wiebalck 1997 38 ; Crews 1999 39AanbevelingBij postoperatieve epidurale pijnbehandeling heeft de combinatie van een lokaalanestheticum met een opioïd de <strong>voor</strong>keur boven ieder middel afzonderlijk.In de literatuur zijn grote verschillen in de epidurale medicatie terug te vinden en met namede doseringen lopen ver uiteen. Er zijn onvoldoende ‘dose finding’-studies om aanbevelingente kunnen geven met betrekking tot de ideale samenstelling van de epidurale continue infusieen de daaraan gekoppelde doseringsrichtlijn (= infusiesnelheid). Ook zijn te weinig studiesverricht om te kunnen adviseren of gekozen moet worden <strong>voor</strong> lage infusiesnelheid/hogeconcentratie of <strong>voor</strong> hoge infusiesnelheid/lage concentratie. 20,40 Uit een aantal studies kunnende volgende doseringen afgeleid worden (de doseringen zullen gezien het <strong>voor</strong>afgaande wordenaangegeven in (g of mg).Tabel 7 Voorbeeld doseringen opioïd in combinatie met een lokaal anestheticumMiddel Dosering In combinatie met Doseringmorfine 23,31,41 0,2-0,5mg/uur bupivacaïne 23,24 of ropivacaïne 37 10-20mg/uurfentanyl 18,29,37 25-50g/uur bupivacaïne 23,24 of ropivacaïne 37 10-20mg/uursufentanil 30,42 5-15g/uur bupivacaïne2 3,24 of ropivacaïne 37 10-20mg/uur3.3.5 Adjuvante epidurale medicatieWetenschappelijke onderbouwingIndien met lokaal anesthetica gecombineerd met opioïden onvoldoende pijnbehandelingwordt verkregen en/of de bijwerkingen te ernstig zijn, kan men overwegen om adjuvanteanalgetica toe te voegen aan de epidurale oplossing. Het concept van deze ‘gebalanceerdepijnbehandeling’ is gebaseerd op het combineren van stoffen met een verschillend werkingsmechanisme.Voorbeelden van dergelijke adjuvante analgetica zijn clonidine, ketamine enepinefrine (adrenaline).Clonidine, een 2-receptoragonist heeft behalve een antihypertensieve werking ook een antinociceptievewerking. Verscheidene studies laten een additief effect zien. 43-46 Uit recentegegevens blijkt dat een meta-analyse niet mogelijk is omdat de studies onderling niet vergelijkbaarzijn. 47 Bijwerkingen van epidurale toediening van clonidine zijn hypotensie en sedatie.Clonidine is niet geregistreerd <strong>voor</strong> epiduraal gebruik.Ketamine, een N-methyl-D-aspartaat(NMDA)-receptorantagonist heeft anti-nociceptieveeigenschappen. Een recente RCT toont aan dat epidurale toevoeging van ketamine aan eenepidurale oplossing met morfine een betere pijnbehandeling geeft dan epiduraal morfinealleen. 48,49 Er zijn aanwijzingen dat ketamine mogelijk neurotoxische eigenschappen heeft. 50Ketamine is niet geregistreerd <strong>voor</strong> epidurale toediening.Toevoeging van epinefrine aan een de combinatie van een lokaal anestheticum en een opioïdtoonde een betere pijnbehandeling met name bij hoesten. 51 Omtrent de veiligheid van continuetoediening van een vasoconstrictor in de epidurale ruimte bestaat nog discussie.Zowel clonidine als ketamine zijn geen middelen van eerste keuze. Andere medicamentenzoals midazolam en neostigmine worden ook vermeld als een mogelijk adjuvant, doch goedestudies hierbij ontbreken momenteel nog zodat hierop niet verder wordt ingegaan.9495
POSTOPERATIEVE PIJNBEHANDELINGEPIDURALE PIJNBEHANDELINGConclusiesNiveau 1Niveau 2Toevoeging van clonidine aan een combinatie lokaal anestheticum/opioïd,heeft een additief analgetisch effect bij postoperatieve epidurale pijnbehandeling.A2 Mogensen 1992 43 ; Paech 1997 44B De Kock 1999 45 ; Milligan 2000 46Het is aannemelijk dat toevoeging van ketamine een additief analgetischeffect heeft bij postoperatieve epidurale pijnbehandeling met opioïden,doch er zijn aanwijzingen dat ketamine neurotoxische eigenschappen heeft.B Subramaniam 2001 48 ; Chia 1998 49Overige overwegingenHoewel uit studies blijkt dat toevoeging van zowel clonidine als ketamine een additief analgetischeffect heeft, is het in Nederland niet geregistreerd <strong>voor</strong> epiduraal gebruik. De werkgroep geeftderhalve geen aanbeveling over epidurale toepassing.3.3.6 ‘Gebalanceerde pijnbehandeling’: Epidurale medicatie in combinatiemet paracetamol en/of NSAIDWetenschappelijke onderbouwingGelijktijdige toediening van paracetamol en/of NSAID’s als een component van ‘gebalanceerdepijnbehandeling’ is bewezen (zie paragraaf 2.6.5), doch niet <strong>voor</strong> postoperatieve epiduralepijnbehandeling. Hoewel er studies zijn die de NSAID’s of paracetamol continueren bij postoperatieveepidurale pijnbehandeling, heeft geen van deze studies tot doel gehad om het‘dosissparende’ effect van de epidurale medicatie te meten. 37,39Op dit moment zijn er geen studies die aantonen dat toevoeging van paracetamol of NSAID’seen dosissparend effect hebben bij postoperatieve epidurale pijnbehandeling.Overige overwegingenDaar patiënten nogal eens andere soorten pijn erbij hebben na de operatie (rugpijn en hoofdpijnen dergelijke), is het toedienen van paracetamol en/of NSAID’s zeker aan te bevelen. Ookindien epidurale pijnbehandeling onvoldoende effectief is, ondanks het ophogen van de dosis,is het te overwegen om paracetamol en/of een NSAID toe te dienen.AanbevelingDe werkgroep is van mening dat toevoeging van NSAID’s en/of paracetamol bij depostoperatieve epidurale pijnbehandeling te overwegen valt met name bij niet-chirurgischepijn.3.3.7 Invloed van de epidurale punctieplaatsWetenschappelijke onderbouwingIndien alleen opioïden worden gebruikt <strong>voor</strong> epidurale pijnbehandeling blijkt uit een metaanalysedat er geen verschil aantoonbaar is tussen lumbale versus thoracale punctieplaats. 52Helaas is er geen RCT die lumbaal versus thoracaal vergelijkt met de combinatie lokaal anestheticummet een opioïd. Er zijn echter wel veel studies die aantonen dat, bij een combinatievan een lokaal anestheticum met een opioïd, een thoracaal geplaatste katheter een beteredynamische pijnbehandeling geeft. 4Het is belangrijk om de juiste punctieplaats te kiezen <strong>voor</strong> een optimaal sensorische blokkadebij het gebruik van zowel lokaal anesthetica als lipofiele opioïden. Thoracaal geplaatste kathetersbij abdominale of thoracale chirurgie hebben als <strong>voor</strong>deel een minimale motore blokkade wathet mobiliseren van de patiënt vergemakkelijkt. 2,39 Een ander <strong>voor</strong>deel van thoracaal geplaatstekatheters zou kunnen zijn dat het risico van blaasretentie kleiner is, maar dit behoeft naderonderzoek. 53ConclusieNiveau 1Voor optimale epidurale pijnbehandeling is het belangrijk de epiduralepunctieplaats te kiezen op een niveau behorend bij de innervatie van dechirurgische incisie, met name als lokaal anesthetica worden toegepast (aldan niet in combinatie met opioïden).A1 Wheatley 2001 4 ; Ballentyne 1998 52AanbevelingBij postoperatieve epidurale pijnbehandeling met de combinatie lokaal anestheticumen een opioïd, dient de epidurale punctieplaats gekozen te worden op een niveaubehorende bij de innervatie van de chirurgische incisie.Literatuur1. Schug SA, Fry RA. Continuous regional analgesia in comparison with intravenous opioid administration for routinepostoperative pain control. Anaesthesia 1994;49(6):528-32.2. Rawal N. Epidural and spinal agents for postoperative analgesia. Surg Clin North Am 1999;79(2):313-44.9697