Pijnbestrijding, postoperatief - Nederlandse Vereniging voor ...

Pijnbestrijding, postoperatief - Nederlandse Vereniging voor ... Pijnbestrijding, postoperatief - Nederlandse Vereniging voor ...

12.07.2015 Views

POSTOPERATIEVE PIJNBEHANDELINGMEDICATIEAanbevelingVooralsnog kan het gebruik van NSAID’s die sterker Cox-2 remmen niet zonder meerworden geadviseerd bij de postoperatieve pijnbehandeling. Celecoxib, rofecoxib enmeloxicam kunnen worden overwogen bij patiënten met een verhoogde kans op gastrointestinalebijwerkingen.Literatuur1. Toenders WGM, Koopmans RP, Kraan MC. Cox-2-selectieve NSAID’s: even effectief, maar minder bijwerkingen?Geneesm Bull 2001;35(3):25-31.2. Thompson JP, Sharpe P, Kiani S, Owen-Smith O. Effect of meloxicam on postoperative pain after abdominalhysterectomy. Br J Anaesth 2000;84:151-4.3. Reuben SS, Connelly NR. Postoperative analgesic effects of celecoxib or rofecoxib after spinal fusion surgery.Anesth Analg 2000;91:1221-5.4. Koninklijke Nederlandse Maatschappij ter bevordering der Pharmacie. Informatorium Medicamentorum 2001.Den Haag;KNMP:2001.5. Reicin A, Brown J, Jove M, Andrade JR de, Bourne M, Krupa D, et al. Efficacy of single-dose and multidose rofecxibin the treatment of post-orthopedic surgery pain. Am J Orthop 2001;30:40-8.6. Morrisson BW, Daniels SE, Kotey P, Cantu N, Seidenberg B. Rofecoxib, a specific cyclooxygenase inhibitor, in primarydysmenorrhea: a randomized controlled trial. Obstet Gyncol 1999;94:504-8.7. Silverstein FE, Faich G, Goldstein JL, Simon LS, Pincus T, Whelton A, et al. Gastrointestinal toxicity with celecoxibvs. nonsteroidal anti-inflammatory drugs in osteo arthritis and rheumatoid arthritis: the CLASS study: a randomizedcontrolled trial. JAMA 2000;284:1247-55.8. Schoenfeld P. Gastrointestinal safety profile of meloxicam: a meta-analysis and systematic review or randomizedcontrolled trials. Am J Med 1999;107(suppl 6A):S48-54.9. Feldman M, McMahon AT. Do cyclo-oxygenase-2 inhibitors provide benefits similar to those of traditional nonsteroidalantiinflammatory drugs, with less gastrointestinal toxicity. Ann Intern Med 2000;132:134-43.10. Furst DE. Meloxicam-selective cox-2 inhibition in clinical practics. Semin Arthritis Rheum 1997;26(6 Suppl 1):21-7.11. Bombardier C, Laine L, Reicin A, Shapiro D, Burgos-Vargas R, Davis B. Comparison of upper gastrointestinal toxicityof rofecoxib and naproxen in patients with rheumatoid arthritis. New Engl J Med 2000;343(21):1520-8.12. Cleland LG, James MJ, Stamp LK, Penglis PS. Cox-2 inhibitors and thrombotic tendency: a need for surveillance.MJA 2001;175:214-7.13. Konstam MA, Weir MR, Reicin A, Shapiro D, Sperling RS, Barr E, et al. Cardiovasculair thrombotic events in controlledclinical trials of rofecoxib. Circulation 2001;104:2280-8.14. Slappendel R, Dirksen R, Kooijman MAP, Schaaf DB van der, Bloemen GAA, Weber EWG, et al. Cox-2 selectiviteitvan de niet-steroïde anti-inflamatoire medicamenten (NSAID’s) en het peroperatief bloedverlies. Ned Tijdschr Anesth2000;13:93-5.15. Mukherjee D, Nissen SE, Topol EJ. Risk of cardiovascular events associated with selective Cox-2 inhibitors. JAMA2001;286:954-9.2.4 TramadolWetenschappelijke onderbouwingTramadol is een synthetisch centraal werkend analgeticum. Het heeft twee verschillendesynergistische werkingsmechanismen met betrekking tot pijnbehandeling; het is een zwakopioïd agonist voor de -receptor en een remmer van de heropname van norepinefrine enserotonine. De beide werkingsmechanismen worden toegeschreven aan de beide enantiomeren;de (+) enantiomeer heeft een grotere affiniteit voor de -receptor en de (–) enantiomeer werkt meerals een remmer voor de noradrenaline heropname. Tramadol valt niet onder de bepalingenvan de Opiumwet.De wijze van toediening van tramadol is oraal, rectaal of parenteraal. Postoperatief wordt inNederland voornamelijk de orale en rectale toedieningsweg gebruikt. Parenteraal is het indiverse studies toegediend, maar minder effectief gebleken bij ernstige pijn. 1 Hetzelfde geldtvoor gebruik bij PCA; tramadol is minder geschikt bij ernstige pijn. 1,2,3 De equi-analgetischedosering tramadol: morfine is 10:1 bij intraveneuze toediening. Onderzoeken bij gezondevrijwilligers en postoperatieve patiënten laten zien dat de ademhalingsdepressie bij tramadolin de gebruikelijke doseringen klinisch weinig relevant is. Geconcludeerd wordt dat tramadoleen minder dempend effect heeft op het ademhalingscentrum dan morfine. 1,2De doseringen bij volwassenen oraal en rectaal is 50-100mg à 6 uur, met een maximalegeadviseerde dosering van 400mg/dag. Bij kinderen is nog weinig onderzoek verricht, maarhier worden doseringen geadviseerd van 1-2mg/kg 3-4 maal daags. De farmacokinetischeparameters van kinderen ouder dan 1 jaar lijken hetzelfde als die van volwassenen. De doseringparenteraal (intramusculair of intraveneus) is een bolus van 100mg tot maximaal 250mg,daarna 50-100mg à 6 uur tot maximaal 400mg/dag. Echter in sommige studies wordt tot600mg/dag gegeven. 1,2Tramadol heeft een goede pijnstillende werking postoperatief en werkt synergistisch metparacetamol en NSAID’s. 1-4 Tezamen met deze pijnstillers kan het gegeven worden, maar ookals monotherapie bij contra-indicaties voor NSAID’s en/of paracetamol. De werkzaamheidvan tramadol (NNT, zie paragraaf 2.1) is even goed als van de gangbare NSAID’s. Bij ernstigepijn dienen sterkerwerkende opioïden te worden gebruikt. 2-4De bijwerkingen die worden gemeld zijn: misselijkheid, duizeligheid, slaperigheid, moeheid,zweten, braken (1,7-80%) en een droge mond. Al deze bijwerkingen worden door diverseauteurs in wisselende frequentie gemeld. Minder frequent komen voor: sedatie, hoofdpijn,orthostatische hypotensie, flushes en maag-darmbezwaren. Pluijm et al. melden een hogeincidentie van misselijkheid, waardoor voor hen de keuze van tramadol als postoperatievepijnstiller negatief wordt beoordeeld. 6 Bij doseringen boven de 400mg/dag wordt de kans opneurologische toxiciteit vergroot, wat zich met name uit in convulsies. Het risico op convulsiesneemt toe bij het gebruik van MAO-remmers, neuroleptica en patiënten met al bestaandeepilepsie. Voorzichtigheid met tramadol wordt geadviseerd bij gebruik van MAO-remmers,epileptici, zwangerschap en patiënten ouder dan 75 jaar.5051

POSTOPERATIEVE PIJNBEHANDELINGMEDICATIEDe postoperatieve pijnbehandeling met tramadol heeft een werkings- en bijwerkingsprofielals van vele andere opioïden. Omdat de analgetische werking gedeeltelijk berust op non-opioïdemechanismen zijn er minder uitgesproken effecten op de cardiovasculaire en respiratoireparameters. Postoperatief is de meest optredende bijwerking misselijkheid en braken, maarde incidentie verschilt nauwelijks van andere opioïden. Misbruik en afhankelijkheid komtzelden voor. In dagbehandeling blijkt het een goed analgeticum vanwege de lagere incidentievan sedatie en ademdepressie ten opzichte van andere opioïden. 1,2,4ConclusieNiveau 1Tramadol is werkzaam bij matige tot ernstige pijn klinisch en in dagbehandeling.Er zijn weinig klinisch relevante effecten op cardiovasculaire en respiratoireparameters. Tramadol is goed bruikbaar bij patiënten met gestoorde nier- enleverfunctie en bij contra-indicaties voor NSAID’s en/of paracetamol.A1 Radbruch 1996 1 ; Scott 2000 2Overige overwegingenEr is een synergistisch pijnstillende werking met paracetamol en NSAID’s, het kan tezamen metdeze pijnstillers gegeven worden, maar ook bij contra-indicaties voor NSAID’s en/of paracetamol.Uitgebreider onderzoek naar de parenterale toediening van tramadol wordt momenteel verricht.Mogelijk kan deze methode van toediening in de toekomst bij de bestrijding van postoperatievepijn in de klinische setting een grotere rol gaan spelen.Op basis van klinische ervaringen lijkt tramadol minder geschikt voor ernstige pijn.AanbevelingTramadol wordt aanbevolen bij matige pijn in een maximale dosering van 400mg/dag.Tramadol kan in combinatie met NSAID’s en paracetamol gebruikt worden, maar ookals monotherapie bij contra-indicaties voor NSAID’s en/of paracetamol. Aanbevolenwordt tramadol te geven wanneer sterke opioïden (nog) niet of niet meer zijn geïndiceerd.Misselijkheid en braken kan een bijwerking zijn die het gebruik beperkt.Literatuur1. Radbruch L, Grond S, Lehmann KA. A risk-benefit assessment of tramadol in the management of pain. [Review]Drug Safety 1996;15(1):8-29.2. Scott LJ, Perry CM. Tramadol: a review of its use in perioperative pain. Drugs 2000;60(1):139-76.3. Moore RA, McQuay HJ. Single-patient data meta-analysis of 3543 postoperative patients: oral tramadol versusplacebo, codeine and combination analgesics. Pain 1997;69:287-94.4. Bamigbade TA, Langford RM. The clinical use of tramadol hydrochloride. Pain Reviews 1998;5:155-82.5. Peters AAW, Witte EH, Damen ACH, Holm JP, Drogendijk AC, Velde EA van de, et al. Pain relief during and followingoutpatient curettage and hysterosalpingography: a double blind study to compare the efficacy and safety of tramadolversus naproxen. Eur J Obstet Gynecol Reprod Biol 1996;51:51-6.6. Pluim MA. Tramadol suppositories are less suitable for postoperative painrelief than rectal acetominophen/codeine.Eur J Anaesth 1999;16(7):473-8.2.5 BuprenorfineWetenschappelijke onderbouwingBuprenorfine is een synthetisch opioïd met grote affiniteit voor de -receptor. Het wordtgekenmerkt door agonistische en antagonistische eigenschapen en wordt daarom als een partiëleagonist beschouwd. De agonistische eigenschappen zijn aan de binding met de -receptorentoe te schrijven. Deze binding is gekenmerkt door een hoge affiniteit van buprenorphine voordeze receptor. De antagonistische activiteit wordt toegeschreven aan de binding op de kappareceptoren.De toedieningswegen zijn sublinguaal en parenteraal, met name intraveneus,intramusculair, maar ook epiduraal. Na intraveneuze en intramusculaire toediening werkthet snel; na twee tot tien minuten. Na sublinguale toediening is de resorptie traag en wordenplasmapiekwaarden pas bereikt na 200 minuten. Epiduraal toegediend werkt het segmentaal,maar voor een groot deel ook systemisch. De equi-analgetische dosis voor 0,3mg buprenorfineintraveneus is 10mg morfine intraveneus. 1-3Veel patiënten kunnen postoperatief geen orale medicatie tot zich nemen en willen geeninjecties. De sublinguale toedieningsmethode van buprenorfine heeft daarom vrij veel aandachtgekregen. De sublinguale toediening is eenvoudig voor de patiënt en de verpleegkundigen envereist geen speciale expertise. Tevens kan de patiënt zelf de inname reguleren met de tablettennaast het bed. 2,4Uit vele onderzoeken blijkt buprenorfine werkzaam als pijnstiller, maar met de nodige bijwerkingen.Ademhalingsdepressie komt vaker voor bij buprenorfine ten opzichte van equipotentedoseringen morfine. Misselijkheid en braken komen frequenter voor en sedatie enpsychomotore verschijnselen zijn ernstiger ten opzichte van morfine. 2,5-7ConclusieNiveau 2Buprenorfine werkt snel na intraveneuze en intramusculaire toediening enlangzaam na sublinguale toediening. De bijwerkingen treden frequenterop dan bij morfine.B Zacny 1997 2 ; Gaitini 1996 4 ; Carroll 1993 5 ; Van den Berg 1994 65253

POSTOPERATIEVE PIJNBEHANDELINGMEDICATIEAanbevelingVooralsnog kan het gebruik van NSAID’s die sterker Cox-2 remmen niet zonder meerworden geadviseerd bij de postoperatieve pijnbehandeling. Celecoxib, rofecoxib enmeloxicam kunnen worden overwogen bij patiënten met een verhoogde kans op gastrointestinalebijwerkingen.Literatuur1. Toenders WGM, Koopmans RP, Kraan MC. Cox-2-selectieve NSAID’s: even effectief, maar minder bijwerkingen?Geneesm Bull 2001;35(3):25-31.2. Thompson JP, Sharpe P, Kiani S, Owen-Smith O. Effect of meloxicam on postoperative pain after abdominalhysterectomy. Br J Anaesth 2000;84:151-4.3. Reuben SS, Connelly NR. Postoperative analgesic effects of celecoxib or rofecoxib after spinal fusion surgery.Anesth Analg 2000;91:1221-5.4. Koninklijke <strong>Nederlandse</strong> Maatschappij ter bevordering der Pharmacie. Informatorium Medicamentorum 2001.Den Haag;KNMP:2001.5. Reicin A, Brown J, Jove M, Andrade JR de, Bourne M, Krupa D, et al. Efficacy of single-dose and multidose rofecxibin the treatment of post-orthopedic surgery pain. Am J Orthop 2001;30:40-8.6. Morrisson BW, Daniels SE, Kotey P, Cantu N, Seidenberg B. Rofecoxib, a specific cyclooxygenase inhibitor, in primarydysmenorrhea: a randomized controlled trial. Obstet Gyncol 1999;94:504-8.7. Silverstein FE, Faich G, Goldstein JL, Simon LS, Pincus T, Whelton A, et al. Gastrointestinal toxicity with celecoxibvs. nonsteroidal anti-inflammatory drugs in osteo arthritis and rheumatoid arthritis: the CLASS study: a randomizedcontrolled trial. JAMA 2000;284:1247-55.8. Schoenfeld P. Gastrointestinal safety profile of meloxicam: a meta-analysis and systematic review or randomizedcontrolled trials. Am J Med 1999;107(suppl 6A):S48-54.9. Feldman M, McMahon AT. Do cyclo-oxygenase-2 inhibitors provide benefits similar to those of traditional nonsteroidalantiinflammatory drugs, with less gastrointestinal toxicity. Ann Intern Med 2000;132:134-43.10. Furst DE. Meloxicam-selective cox-2 inhibition in clinical practics. Semin Arthritis Rheum 1997;26(6 Suppl 1):21-7.11. Bombardier C, Laine L, Reicin A, Shapiro D, Burgos-Vargas R, Davis B. Comparison of upper gastrointestinal toxicityof rofecoxib and naproxen in patients with rheumatoid arthritis. New Engl J Med 2000;343(21):1520-8.12. Cleland LG, James MJ, Stamp LK, Penglis PS. Cox-2 inhibitors and thrombotic tendency: a need for surveillance.MJA 2001;175:214-7.13. Konstam MA, Weir MR, Reicin A, Shapiro D, Sperling RS, Barr E, et al. Cardiovasculair thrombotic events in controlledclinical trials of rofecoxib. Circulation 2001;104:2280-8.14. Slappendel R, Dirksen R, Kooijman MAP, Schaaf DB van der, Bloemen GAA, Weber EWG, et al. Cox-2 selectiviteitvan de niet-steroïde anti-inflamatoire medicamenten (NSAID’s) en het peroperatief bloedverlies. Ned Tijdschr Anesth2000;13:93-5.15. Mukherjee D, Nissen SE, Topol EJ. Risk of cardiovascular events associated with selective Cox-2 inhibitors. JAMA2001;286:954-9.2.4 TramadolWetenschappelijke onderbouwingTramadol is een synthetisch centraal werkend analgeticum. Het heeft twee verschillendesynergistische werkingsmechanismen met betrekking tot pijnbehandeling; het is een zwakopioïd agonist <strong>voor</strong> de -receptor en een remmer van de heropname van norepinefrine enserotonine. De beide werkingsmechanismen worden toegeschreven aan de beide enantiomeren;de (+) enantiomeer heeft een grotere affiniteit <strong>voor</strong> de -receptor en de (–) enantiomeer werkt meerals een remmer <strong>voor</strong> de noradrenaline heropname. Tramadol valt niet onder de bepalingenvan de Opiumwet.De wijze van toediening van tramadol is oraal, rectaal of parenteraal. Postoperatief wordt inNederland <strong>voor</strong>namelijk de orale en rectale toedieningsweg gebruikt. Parenteraal is het indiverse studies toegediend, maar minder effectief gebleken bij ernstige pijn. 1 Hetzelfde geldt<strong>voor</strong> gebruik bij PCA; tramadol is minder geschikt bij ernstige pijn. 1,2,3 De equi-analgetischedosering tramadol: morfine is 10:1 bij intraveneuze toediening. Onderzoeken bij gezondevrijwilligers en postoperatieve patiënten laten zien dat de ademhalingsdepressie bij tramadolin de gebruikelijke doseringen klinisch weinig relevant is. Geconcludeerd wordt dat tramadoleen minder dempend effect heeft op het ademhalingscentrum dan morfine. 1,2De doseringen bij volwassenen oraal en rectaal is 50-100mg à 6 uur, met een maximalegeadviseerde dosering van 400mg/dag. Bij kinderen is nog weinig onderzoek verricht, maarhier worden doseringen geadviseerd van 1-2mg/kg 3-4 maal daags. De farmacokinetischeparameters van kinderen ouder dan 1 jaar lijken hetzelfde als die van volwassenen. De doseringparenteraal (intramusculair of intraveneus) is een bolus van 100mg tot maximaal 250mg,daarna 50-100mg à 6 uur tot maximaal 400mg/dag. Echter in sommige studies wordt tot600mg/dag gegeven. 1,2Tramadol heeft een goede pijnstillende werking <strong>postoperatief</strong> en werkt synergistisch metparacetamol en NSAID’s. 1-4 Tezamen met deze pijnstillers kan het gegeven worden, maar ookals monotherapie bij contra-indicaties <strong>voor</strong> NSAID’s en/of paracetamol. De werkzaamheidvan tramadol (NNT, zie paragraaf 2.1) is even goed als van de gangbare NSAID’s. Bij ernstigepijn dienen sterkerwerkende opioïden te worden gebruikt. 2-4De bijwerkingen die worden gemeld zijn: misselijkheid, duizeligheid, slaperigheid, moeheid,zweten, braken (1,7-80%) en een droge mond. Al deze bijwerkingen worden door diverseauteurs in wisselende frequentie gemeld. Minder frequent komen <strong>voor</strong>: sedatie, hoofdpijn,orthostatische hypotensie, flushes en maag-darmbezwaren. Pluijm et al. melden een hogeincidentie van misselijkheid, waardoor <strong>voor</strong> hen de keuze van tramadol als postoperatievepijnstiller negatief wordt beoordeeld. 6 Bij doseringen boven de 400mg/dag wordt de kans opneurologische toxiciteit vergroot, wat zich met name uit in convulsies. Het risico op convulsiesneemt toe bij het gebruik van MAO-remmers, neuroleptica en patiënten met al bestaandeepilepsie. Voorzichtigheid met tramadol wordt geadviseerd bij gebruik van MAO-remmers,epileptici, zwangerschap en patiënten ouder dan 75 jaar.5051

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!