De dakini in het Tibetaanse boeddhisme - Stichting Bodhisattva

De dakini in het Tibetaanse boeddhisme - Stichting Bodhisattva De dakini in het Tibetaanse boeddhisme - Stichting Bodhisattva

stichtingbodhisattva.nl
from stichtingbodhisattva.nl More from this publisher
12.07.2015 Views

De dakini in het Tibetaanse boeddhismeDe betekenis van de dakini in het Tibetaanse boeddhismeOmdat de dakini zich meestal voordoet in een vrouwelijke vorm wordt normaalgesproken ook de vrouwelijke weergave van het woord gebruikt, khandroma, watheel letterlijk 'zij die door de lucht gaat' betekent.KHA, het eerste deel van haar naam, verwijst naar ruimte of hemel, de grenzelozeuitgestrektheid van de leegte (sünyata) die binnen het boeddhisme de grondslag isvan alle gewaarwording. In deze context wekt de dakini met haar hoge vlucht doorhet hemelruim (kha) de gewaarwording van het ontbreken van grondslagen enreferentiepunten. Ze vertoeft nergens, maar in de gewaarwording van de beoefenaarduikt ze voortdurend op als het zinnebeeld van ruimte of de leegte.DRO, het tweede deel van haar naam, duidt op beweging en het leven als zodanig.Hiermee wijst ze ons op de dynamische krachten van de leegte in alle verschijnselen.De uitdrukkingsvorm van de beweging wordt in de iconografie weergegeven doorhaar dansend of vliegend af te beelden, waarbij de rol van de dakini als helper ofgids op het pad wordt benadrukt. In esoterische zin vertegenwoordigt de dakini deinnerlijke gewaarwording van ruimte, waardoor de bewegingen niet naar haarzelfverwijzen maar naar het medium - de onbegrensde ruimte - waarin ze beweegt.In de Tibetaanse traditie komt de dakini veelvuldig voor in teksten, overgedragenkennis en beoefeningen, waarbij ze verschillende functies vervult en ook inverschillende categorieën wordt ingedeeld. De twee belangrijkste zijn de wereldsedakini en de volledig verlichte dakini.De wereldse dakini vertegenwoordigt de negatieve kracht die zich verzet tegen despiritualiteit. Het verhaal gaat, dat Goeroe Rinpoche en de grote Yogi’s van India enTibet hen uiteindelijk wisten te temmen en trouw lieten beloven aan de Dharma. Hungedrag veranderde maar niet hun wereldse vorm. Zo kan een ‘vleesetende’ dakini,die bijvoorbeeld handelt ten gunste van de Dharma, de beoefenaar bevrijden door de1

<strong>De</strong> <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>Tibetaanse</strong> <strong>boeddhisme</strong><strong>De</strong> betekenis van de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>Tibetaanse</strong> <strong>boeddhisme</strong>Omdat de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> zich meestal voordoet <strong>in</strong> een vrouwelijke vorm wordt normaalgesproken ook de vrouwelijke weergave van <strong>het</strong> woord gebruikt, khandroma, watheel letterlijk 'zij die door de lucht gaat' betekent.KHA, <strong>het</strong> eerste deel van haar naam, verwijst naar ruimte of hemel, de grenzelozeuitgestrektheid van de leegte (sünyata) die b<strong>in</strong>nen <strong>het</strong> <strong>boeddhisme</strong> de grondslag isvan alle gewaarword<strong>in</strong>g. In deze context wekt de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> met haar hoge vlucht door<strong>het</strong> hemelruim (kha) de gewaarword<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> ontbreken van grondslagen enreferentiepunten. Ze vertoeft nergens, maar <strong>in</strong> de gewaarword<strong>in</strong>g van de beoefenaarduikt ze voortdurend op als <strong>het</strong> z<strong>in</strong>nebeeld van ruimte of de leegte.DRO, <strong>het</strong> tweede deel van haar naam, duidt op beweg<strong>in</strong>g en <strong>het</strong> leven als zodanig.Hiermee wijst ze ons op de dynamische krachten van de leegte <strong>in</strong> alle verschijnselen.<strong>De</strong> uitdrukk<strong>in</strong>gsvorm van de beweg<strong>in</strong>g wordt <strong>in</strong> de iconografie weergegeven doorhaar dansend of vliegend af te beelden, waarbij de rol van de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> als helper ofgids op <strong>het</strong> pad wordt benadrukt. In esoterische z<strong>in</strong> vertegenwoordigt de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> de<strong>in</strong>nerlijke gewaarword<strong>in</strong>g van ruimte, waardoor de beweg<strong>in</strong>gen niet naar haarzelfverwijzen maar naar <strong>het</strong> medium - de onbegrensde ruimte - waar<strong>in</strong> ze beweegt.In de <strong>Tibetaanse</strong> traditie komt de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> veelvuldig voor <strong>in</strong> teksten, overgedragenkennis en beoefen<strong>in</strong>gen, waarbij ze verschillende functies vervult en ook <strong>in</strong>verschillende categorieën wordt <strong>in</strong>gedeeld. <strong>De</strong> twee belangrijkste zijn de wereldse<strong>dak<strong>in</strong>i</strong> en de volledig verlichte <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>.<strong>De</strong> wereldse <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> vertegenwoordigt de negatieve kracht die zich verzet tegen despiritualiteit. Het verhaal gaat, dat Goeroe R<strong>in</strong>poche en de grote Yogi’s van India enTibet hen uite<strong>in</strong>delijk wisten te temmen en trouw lieten beloven aan de Dharma. Hungedrag veranderde maar niet hun wereldse vorm. Zo kan een ‘vleesetende’ <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>,die bijvoorbeeld handelt ten gunste van de Dharma, de beoefenaar bevrijden door de1


egogehechtheid van die persoon te vernietigen, bijvoorbeeld door deze op te eten.In spiritueel opzicht is de tweede algemene klasse van <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>'s, de wijsheids<strong>dak<strong>in</strong>i</strong>,veel belangrijker om tot begrip van <strong>het</strong> <strong>Tibetaanse</strong> <strong>boeddhisme</strong> te komen. <strong>De</strong>ze<strong>dak<strong>in</strong>i</strong> is volledig ontwaakt en treedt op om anderen tot ontwaken te brengen. Zij isde essentie van de verlichte geest, <strong>het</strong> verheven symbool van de aard van de geestals zodanig, uitgedrukt <strong>in</strong> een vrouwelijke vorm. Ze realiseert tegelijkertijd deuite<strong>in</strong>delijke aard van de verschijnselen, belichaamt deze aard door middel van haarverschijn<strong>in</strong>gsvorm en brengt die tot uitdrukk<strong>in</strong>g <strong>in</strong> haar verlichte handelen. Ze is desoevere<strong>in</strong>e beschermer van de leer, een tantrische leermeester en tevens eenvrouwelijke Boeddha met een luisterrijk gevolg.Wijsheids<strong>dak<strong>in</strong>i</strong>’s zijn vaak moeilijk te herkennen. Ze kunnen als vrouw <strong>in</strong> menselijkegedaante verschijnen of de visionaire vorm aannemen van een wereldse <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>. Haarkenmerkende eigenschappen lijken veel op die van de wereldse <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>’s. Ze heeftechter kenmerken die specifiek bij haar horen. <strong>De</strong> wijsheids<strong>dak<strong>in</strong>i</strong> heeft drie ogen,waarbij <strong>het</strong> derde oog verticaal <strong>in</strong> haar voorhoofd is geplaatst. Met haar drievoudigeblik ziet ze zuivere onbelemmerde ruimte, onbegrensde leegte.Haar kracht is <strong>in</strong>drukwekkend en de directheid ervan kan bedreigend overkomen.<strong>De</strong>ze kracht is niet afkomstig van gewone magie maar van wijsheid, en haar woestevoorkomen is niet van emotionele aard maar is de heftige energie van waakzaamheid.Gaan we de wijsheids<strong>dak<strong>in</strong>i</strong> nader onderzoeken dan zullen we haarspirituele diepgang zien. Evenzo haar verschillende manifestaties en haar veelzijdigeaanwezigheid <strong>in</strong> de geheiligde wereld. Daarom is ze een onmisbaar element <strong>in</strong> debeoefen<strong>in</strong>g en realisatie van <strong>het</strong> Tibetaans <strong>boeddhisme</strong>.<strong>De</strong> drie lichamen van verlichte <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>'sWanneer wijsheids<strong>dak<strong>in</strong>i</strong>’s worden omschreven, dan worden ze weergegeven aan dehand van de drie verlicht<strong>in</strong>gslichamen. Men geeft daarmee aan dat ze beschouwdkunnen worden als vrouwelijke Boeddha’s.Hierbij is <strong>het</strong> meest subtiele lichaam de vormloze lege ruimte welke de aard van de2


geest als zodanig is (dharmakaya / waarheidslichaam). Daarna volgt <strong>het</strong> lichaam vande meditatiegodheid die een manifestatie is van de dynamische wijsheid, die op haarbeurt <strong>in</strong>herent is aan de geest. <strong>De</strong>ze kan gezien worden als de visionaire vorm vaneen semitoornige of toornige <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> (sambhogakaya / vreugdelichaam). Het laatstelichaam is de externe uit<strong>in</strong>g van de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> die verwijst naar de vele vormen waar<strong>in</strong> zezich kan voordoen, <strong>in</strong> menselijke of visionaire vorm, vreedzaam of toornig, degepersonifieerde <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> zelve (nirmanakaya / gezuiverd lichaam).Als voorbeeld kan de grote <strong>Tibetaanse</strong> yog<strong>in</strong>i Yeshe Tsogyal gezien worden.Zij was de vrouw van Trisong <strong>De</strong>tsen, kon<strong>in</strong>g van Tibet (742-776 na Chr.) <strong>in</strong> de tijddat <strong>het</strong> <strong>boeddhisme</strong> daar zijn <strong>in</strong>trede deed, en werd de belangrijkste gezell<strong>in</strong> vanPadmasambhava die <strong>het</strong> <strong>boeddhisme</strong> <strong>in</strong> Tibet verbreidde. Yeshe Tsogyal was eenwijsheids<strong>dak<strong>in</strong>i</strong> waardoor men erkende dat haar externe uit<strong>in</strong>gsvorm nauw verwantwas aan die twee andere dimensies.In haar meest subtiele en wezenlijke vorm wordt Yeshe Tsogyal aangeduid met‘onmetelijke ruimte van de kon<strong>in</strong>g<strong>in</strong> van <strong>het</strong> alomvattende goede’. <strong>De</strong>ze godheidwordt de oorspronkelijke moeder-Boeddha genoemd, de bron van alle verlicht<strong>in</strong>g.In haar visionaire vorm is Yeshe Tsogyal de stralende WitteTara, de bevrijdsterdie met haar zeven ogen vol mededogen aandacht schenkt aan gezondheid enwelzijn van alle levende wezens. Maar zij kan zich ook manifesteren als Vajrayog<strong>in</strong>i,een van de belangrijkste <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>’s <strong>in</strong> <strong>het</strong> <strong>Tibetaanse</strong> <strong>boeddhisme</strong>. Vajrayog<strong>in</strong>i is eensemitoornige godheid, die wordt afgebeeld met een rode kleur, dansend en getooidmet sieraden die uit botten zijn vervaardigd. Zij is <strong>in</strong> haar hoedanigheid vanwaakzaamheid de meest expressieve, de personificatie van de wijsheidsgeest.Yeshe Tsogyal wordt ook afgebeeld als de wijsheids<strong>dak<strong>in</strong>i</strong> met de drie blikken. Methaar middelste oog van dharmakaya dat omhoog gericht is kijkt ze <strong>in</strong> de ruimte, devormloze ruimte. Met haar rechteroog van sambhogakaya beteugelt zij de wezens.Met haar l<strong>in</strong>keroog van nirmanakaya roept ze de drie werelden op.Haar l<strong>in</strong>keroog ziet de wereld van gewone manifestatievormen, die door haar wordenopgeroepen om <strong>het</strong> pad te volgen. Het rechteroog ziet de dynamische wisselwerk<strong>in</strong>gop <strong>het</strong> visionaire niveau, en dat her<strong>in</strong>nert alle wezens aan de ware aard van de3


verschijnselen, <strong>het</strong>geen hen beteugelt. Haar wijsheidsoog <strong>in</strong> <strong>het</strong> midden, datverticaal <strong>in</strong> haar voorhoofd is geplaatst en haar tot wijsheids<strong>dak<strong>in</strong>i</strong> bestempelt, bliktvolledig neutraal <strong>in</strong> de uitgestrektheid van de ruimte, de kha van haar eigen wezen.Met deze drievoudige blik worden samsara en nirvana gezien als onscheidbaar enworden h<strong>in</strong>dernissen voor de verlicht<strong>in</strong>g uit de weg geruimd en ontstaat deoorspronkelijke wijsheid.<strong>De</strong> vier <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>-aspecten:, <strong>het</strong> geheime, <strong>het</strong> <strong>in</strong>nerlijke, <strong>het</strong> externe en <strong>het</strong> extern –externe aspect.<strong>De</strong>ze <strong>in</strong>del<strong>in</strong>g wordt veel gebruikt <strong>in</strong> <strong>het</strong> vajrayana-<strong>boeddhisme</strong>. Hierbij wordt opmythische, symbolische en visionaire wijze beschreven welke relatie er is tussen devormloze onmetelijkheid van de uite<strong>in</strong>delijke <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> en de vrouwelijke vormen die <strong>in</strong>onze ervar<strong>in</strong>gswereld optreden.<strong>De</strong>ze vier aspecten worden als volgt verduidelijkt:- In <strong>het</strong> geheime aspect laat de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> zien dat op <strong>het</strong> uite<strong>in</strong>delijke realisatieniveau<strong>het</strong> de aard van de geest is die voorbijgaat aan alle dualiteit. Het is de zuivereruimte die samengaat met de stralende wijsheid van de moeder Prajnaparamita.- Het <strong>in</strong>nerlijke aspect is de gelijktijdig verrijzende <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>: de realisatie van wijsheid<strong>in</strong> <strong>het</strong> centrum van alle schijnbare tegenstell<strong>in</strong>gen van plezier en pijn, leven endood, verkregen door beoefen<strong>in</strong>g van de meditatiegodheid. Dit wordt ook welaangeduid als de ‘de uit een mantra geboren <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> ‘. <strong>De</strong>ze ontstaat door de juistemotivatie en de juiste meditaties op de mandala en de mantra. <strong>De</strong> conventioneleideeën veranderen en men zal de verenig<strong>in</strong>g van gelukzaligheid en leegte gaanervaren en onderzoeken.- <strong>De</strong> externe <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> regeert over <strong>het</strong> geheiligde subtiele lichaam der energieën: deemanatie van de geest <strong>in</strong> de fysieke wereld, die als de wisselwerk<strong>in</strong>g van wijsheidfungeert. Het subtiele lichaam wordt ook wel <strong>het</strong> geestlichaam genoemd. Het is <strong>het</strong>verb<strong>in</strong>dende element tussen de geest en <strong>het</strong> grove lichaam en is een bijzonderbelangrijk voertuig bij meditatiebeoefen<strong>in</strong>g. <strong>De</strong> dynamische krachten van <strong>het</strong>subtiele lichaam zijn vloeibaar, ze bewegen zich <strong>in</strong> steeds veranderende patronenen zijn niet <strong>in</strong> begrippen te vangen.4


- <strong>De</strong> extern-externe <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> is de levende <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> <strong>in</strong> haar menselijke gedaante, waarbijhaar fysieke vorm een uitdrukk<strong>in</strong>g is van wijsheid, een mededogendebetrokkenheid bij de wereld.<strong>De</strong>ze vier aspecten van de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> zijn dynamische krachten die sterk met elkaarverweven zijn, waarbij <strong>het</strong> <strong>in</strong>nerlijke aspect niet heiliger is dan <strong>het</strong> externe aspect.Wanneer we deze vier aspecten zien als een tentoonspreid<strong>in</strong>g van de manier waaropgeest en lichaam op elkaar zijn afgestemd en gebruikt worden voor een volledigerealisatie van de aard van de verschijnselen, dan kunnen we <strong>het</strong> <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>-symbool <strong>in</strong>z'n volle pracht waarnemen. Dan gaan we de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> zien als iets dat niet alleen maareen motief van de mythologie en de rituelen is maar ze wordt werkelijk een symbool,en een z<strong>in</strong>nebeeld van de meest persoonlijke aspecten van onze beoefen<strong>in</strong>gen,geheel <strong>in</strong> overeenstemm<strong>in</strong>g met de meest subtiele en diepz<strong>in</strong>nige ler<strong>in</strong>gen van <strong>het</strong><strong>Tibetaanse</strong> <strong>boeddhisme</strong>. Aan de hand van haar verschillende manifestatieniveaustoont ze ons de weg naar de hoogste realisatie. Zij is tegelijkertijd de externelesgever, de beschermer van de Dharma en de overlever<strong>in</strong>gslijn van verlichtemeesters.In wezen vertegenwoordigt de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> de onmetelijkheid van de leegte. In haar werkelijkebetekenis die <strong>het</strong> <strong>Tibetaanse</strong> <strong>boeddhisme</strong> eraan geeft, manifesteert de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong>zich op verschillende niveaus <strong>in</strong> een gedaante van <strong>het</strong> vrouwelijke geslacht. <strong>De</strong><strong>dak<strong>in</strong>i</strong> vertegenwoordigt <strong>in</strong> feite de Prajnaparamita, de moeder van alle Boeddha’s.Vanuit dit perspectief gezien is de <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> veel meer dan een enkelvoudig symbool eneen vrouwelijke godheid. Ze vertegenwoordigt <strong>het</strong> vrouwelijke pr<strong>in</strong>cipe, een gebiedvan spirituele ervar<strong>in</strong>gen dat voorbijgaat aan conventionele, sociale ofpsychologische betekenissen van de sekse. Het gebied strekt zich uit over veleniveaus van de beoefen<strong>in</strong>g van <strong>het</strong> Tibetaans <strong>boeddhisme</strong>.Hoewel <strong>het</strong> vrouwelijk pr<strong>in</strong>cipe een vrouwelijke vorm aanneemt is er <strong>in</strong> ultieme z<strong>in</strong>niets vrouwelijks aan, want de term <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> verwijst naar de leegte, de afwezigheidvan elke vorm van <strong>in</strong>herent bestaan. Ze is <strong>het</strong> symbool van de wijsheid <strong>in</strong> nietbegripsmatige z<strong>in</strong> en symboliseert de krachten <strong>in</strong> de betekenissen die ze openbaart.5


Ze is de <strong>in</strong>nerlijke spirituele subjectiviteit van de mediterende zelf, de kennendedimensie van de ervar<strong>in</strong>g.Met subjectiviteit bedoel ik niet de <strong>in</strong>dividuele, persoonlijkheidsgerichte subjectiviteitmaar <strong>het</strong> gaat hier om de 'subjectloze' subjectiviteit, een gewaarword<strong>in</strong>g van de aardvan de geest.<strong>De</strong> <strong>dak<strong>in</strong>i</strong> kan voor mediterenden de <strong>in</strong>nerlijke katalysator zijn, een beschermer eneen getuige van de spirituele ontwikkel<strong>in</strong>g. Als vertegenwoordiger van de <strong>in</strong>nerlijkeervar<strong>in</strong>g van de beoefenaar verb<strong>in</strong>dt ze de leermeester met de leerl<strong>in</strong>g, de leerl<strong>in</strong>gmet de beoefen<strong>in</strong>g, en de beoefen<strong>in</strong>g met de voltooi<strong>in</strong>g ervan.6

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!