12.07.2015 Views

overonderwijs2_2009-pdf - VOS/ABB

overonderwijs2_2009-pdf - VOS/ABB

overonderwijs2_2009-pdf - VOS/ABB

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

JAARGANG 11 | NUMMER 2 | MEI <strong>2009</strong>Gaming geschikt als leermiddelHet jaarverslag als pr-documentOnderwijshuisvesting verdient meer


Hoe haal je het beste uit iedere leerling?In iedere groep zitten leerlingen met verschillende niveaus. U doet uw best om alleleerlingen het onderwijs te geven dat recht doet aan hun kwaliteiten. Vanaf 2011 sprekenwe van passend onderwijs. De verwachting is dat de verschillen tussen leerlingen groterworden. Hoe zorgt u er voor dat alle leerlingen dan nog steeds tot hun recht komen?Het Onderwijscontinuüm CED-Groep ® geeft op die vraag een inhoudelijk antwoordmet een gestroomlijnde manier van denken en handelen, opbrengstgericht, datagestuurden proactief!Gratis quickscan opwww.onderwijscontinuum.nlHet Onderwijscontinuüm CED-Groep ® gaat uit van passende onderwijsarrangementen,afgestemd op de leerlingen in uw groep, school en regio. Leeropbrengsten zijn hierbijrichtinggevend, uw onderwijs wordt hiermee datagestuurd. Het resultaat? Er valtgeen leerling meer tussen wal en schip, of deze nu extra zorg vraagt of juist excelleert.Alles is te lerenMeer weten over het onderwijscontinuüm? Doe dan nu online de quickscan. Hiermeekrijgt u snel inzicht in de stappen die u kunt ondernemen op weg naar passend onderwijs.Kijk op www.onderwijscontinuum.nl voor meer informatie en de quickscan.


Managementboek van het jaar: ‘Veranderdiagnose’Het boek ‘Veranderdiagnose. De onderstroom van organiseren’van Rob van Es is Managementboek van het Jaar<strong>2009</strong> geworden. Rob van Es is organisatieadviseur en universitairdocent Organisatiefilosofie aan de Universiteit vanAmsterdam.In zijn boek laat hij op beeldende wijze zien waarom veel verandertrajectenmislukken. Volgens Van Es omdat ‘veel veranderaarswel kijken, maar weinig zien’. Hij kijkt vervolgens metzijn lezer naar 26 schilderijen en litho’s, 19 films en 11 gedichten.Door het ontleden van een schilderij of een gedicht kijkthij naar alle onderdelen van het kunstwerk en zo kijkt hij ooknaar een organisatie. Dit resulteert in een helder model, datin de praktijk toepasbaar is. De jury die het Managementboekvan het Jaar uitkoos, vond het boek van Van Es ‘schitterendvormgegeven, vernieuwend en actueel’.Ook genomineerd voor de titel waren onder meer ‘De prooi’van Jeroen Smit en ‘Leiders van vandaag – lessen voor morgen’van Harry Sonnenschein en Wouter Hart.Meer informatie op www.managementboekvanhetjaar.nl.<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> en Leeuwendaalonderzoeken vergaandesamenwerking<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> en adviesbureau Leeuwendaal hebben deintentie uitgesproken om nauw met elkaar te gaansamenwerken. Het is de bedoeling dat de advies- en juridischedienstverleningsactiviteiten van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> wordenondergebracht bij het Rijswijkse bureau. De naam<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> blijft gewoon bestaan. Ook zal <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> op dehuidige locatie in Woerden blijven.Voor de leden en klanten van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> betekent de beoogdesamenwerking dat het adviesaanbod kan worden verbreed.Leden van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> zullen in de nieuwe situatie met degebruikelijke ledenkorting advies kunnen krijgen op terreinenwaar <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> nu nog niet zo actief op is. Voorbeeldenzijn werving en selectie, loopbaanontwikkeling en opleiding.Leeuwendaal is tot nu toe vooral actief in de publieke ensemipublieke sector, zoals gemeenten en zorginstellingen.<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> biedt het bureau de kans om ook sterk te wordenin het funderend onderwijs. Op dit moment wordt na deondertekening van de intentieverklaring nader onderzochtwat de mogelijkheden tot samenwerking zijn.De website www.vosabb.nl en de e-mailnieuwsbrieven van<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> zullen de actuele ontwikkelingen bijhouden.Ook de samenwerking tussen <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> en de VerenigingOpenbaar Onderwijs (VOO) wordt momenteel verder uitgewerkt.In het vorige nummer van dit blad gaf verenigingssecretarisRitske van der Veen een toelichting op die samenwerking,in dit nummer vertelt VOO-directeur Rob Limper(op pagina 7) wat hij ervan verwacht.Het artikel met Rob Limper is een verkorte versie van eenlanger interview met hem in het komende jaarverslag van<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>.Het jaarverslag zal begin juni bij alle scholen en besturen diebij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> zijn aangesloten, in de bus vallen. Daarin staanook interviews met andere vooraanstaande mensen uit hetonderwijs.CommentaarGoedgevulde gereedschapskistToezicht is van groot belang.Dat hebben we de afgelopentijd (helaas) maar al te goedgeconstateerd. Hoewel ik inhet funderend onderwijs nietzo snel grote bestuurlijke uitglijersverwacht, zoals we diegezien hebben in het bedrijfslevenen de semi-publiekesector, zijn serieuze toezichthoudersdie hun vak verstaan,ook voor u als schoolbestuurderin het primair en/of voortgezetonderwijs essentieel.Zoals vorig jaar in de governance-specialvan Over Onderwijs was te lezen, zijn wij vooru als lid van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> samenwerking aangegaan met hetNationaal Register van Commissarissen en Toezichthouders. Ukunt deze organisatie inschakelen in uw zoektocht naar professioneletoezichthouders.Maar hoe weet u als bestuurder hoe u toezicht het bestevormgeeft? Die vraag was voor ons reden om samen met hetNationaal Register en de bureaus PricewaterhouseCoopers enVan Doorne een toolkit te ontwikkelen. Ook de PO-, VO- enMBO-Raad hebben hun medewerking aan de ontwikkelingvan deze toolkit verleend. Op 13 mei, op een symposium inAmsterdam, overhandigen we het eerste exemplaar van dezegoedgevulde gereedschapskist aan minister Ronald Plasterkvan OCW, die hiermee het belang van goed toezicht in hetfunderend onderwijs onderstreept. Op onze website vindt uer meer informatie over.Op onze site, in onze e-mailnieuwsbrieven en in een briefdie we u hebben toegestuurd, kon u ook lezen dat wij deintentie hebben uitgesproken om onze zakelijke dienstverleningin de toekomst verder te ontwikkelen en te verstevigenin een organisatorisch verband met het adviesbureauLeeuwendaal. Op dit moment wordt nader onderzocht watprecies de mogelijkheden zijn. Uiteraard houden wij u daarals lid van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> van op de hoogte, in elk geval ook in hetvolgende nummer van dit blad.Theo Hooghiemstraover onderwijs


In het kortProjecten voor hoogbegaafdekinderen in trekStaatssecretaris Dijksma heeft 200 voorstellen ontvangen voor onderwijsprojecten voor hoogbegaafdekinderen. Daarvoor is 5 miljoen euro beschikbaar. De meest innovatieve projecten komen voor subsidiein aanmerking. Voor de zomer horen de scholen of ze subsidie ontvangen voor hun project.Dijksma is verheugd over het grote aantal ingediende projectvoorstellen,omdat het aangeeft dat het stimuleren vantoptalent inmiddels een thema is op de scholen. “Dat is welnodig want ongeveer eenderde van deze leerlingen wordtniet voldoende uitgedaagd. Terwijl ieder kind het verdientom het beste uit zichzelf te halen”, aldus Dijksma.Schoolbesturen, schoolleiders en leerkrachten worstelen nogvaak met de vraag hoe ze deze kinderen voldoende uitdagingkunnen bieden. Om die reden is er voor basisscholeneen apart excellentieprogramma, waarvoor 10 miljoen euro isuitgetrokken. Dit programma omvat ook landelijke projectenwaar alle scholen in Nederland profijt van kunnen hebben.Zo is er een digitale topschool op het internetadreswww.beterweters.nl. Daar vinden scholen, leerlingen enouders informatie, games en lesmateriaal. Andere projectenzijn de plusklassen in Den Haag, het Leonardo-onderwijs enhet project vroegsignalering.Vooral het Leonardo-onderwijs breidt zich al in hoog tempouit. Onlangs nog, op 1 april, begon ook OPOCK, het bestuurvoor Openbaar Primair Onderwijs in Capelle en Krimpenaan den IJssel, met Leonardo-onderwijs voor 28 kinderenuit de wijde omtrek. De twee klassen zijn ondergebracht bijobs West in Capelle aan den IJssel. De leerkrachten hebbenzich voorbereid met trainingen in deep-level-learning entop-down-leren. Deze methodes sluiten aan bij de maniervan denken en leren van hoogbegaafde kinderen. Naast degewone vakken als taal en rekenen, krijgen de Leonardoleerlingenook les in science, schaken, filosofie, leren leren enomgaan met hoogbegaafdheid.Videowedstrijd op Dag vanOpenbaar OnderwijsOp Goeree-Overflakkee is in april weer de Dag van het Openbaar Onderwijs georganiseerd. De StichtingOpenbaar Primair Onderwijs Goeree-Overflakkee (SOPOGO) gaf alle 1800 leerlingen van de 13 scholenin Middelharnis en omgeving die dag een cadeautje: een knikkerzak met 13 knikkers en het logo van destichting erop. Daarnaast werd er een videowedstrijd uitgeschreven. SOPOGO verwacht veel inzendingenvia Youtube.De filmpjes moeten van binnenuit een beeld geven van water gebeurt op de openbare scholen in de regio. “Zo willenwe het openbaar onderwijs in deze regio meer in de kijkerspelen”, zegt Floor Kik, p&o-medewerkster op het bestuursbureauvan SOPOGO, en een van de organisatoren van deactie. “Het is onze eigen imagocampagne”. Zij verwacht dater de komende weken tientallen filmpjes worden ingezonden.“Ik weet dat op veel scholen de groepen 7 en 8 ermeebezig zijn. Maar ook ouders of buurtbewoners mogen filmpjesuploaden. Dat kan nog tot 10 juli. Er zijn mooie prijzenuitgeloofd. De winnaar krijgt Eftelingkaartjes, maar hij magook een digibord weggeven aan een van de scholen”.De stichting heeft dus wel geïnvesteerd in deze campagne.“Het lijkt simpel, maar toch kostte het ook nog wat om onzewebsite geschikt te laten maken voor de filmpjes en hetstemmen”, aldus Floor Kik. Het eerste filmpje is in april op deDag van het Openbaar Onderwijs op internet geplaatst dooralgemeen directeur Gerwi Temmink. De filmpjes en de actiezijn te bekijken op www.sopogo.nl.over onderwijs


tekst: Martin van den Bogaerdt • foto: Martine SprangersSamenwerking tussen <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> en Vereniging Openbaar Onderwijs’We willen allemaal mooie enkrachtige openbare scholen’Directeur Rob Limper van de Vereniging Openbaar Onderwijs (VOO) laat in het komende jaarverslagvan <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> zijn licht schijnen over de onderlinge samenwerking, die de positie van hetopenbaar onderwijs zal versterken. “Het is belangrijk dat er vanuit het openbaar onderwijs éénkrachtig geluid naar buiten komt.”In het vorige nummer van Over Onderwijs gaf verenigingssecretarisRitske van der Veen al een toelichting opde samenwerking die <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> met de VOO aangaat. Diesamenwerking is volgens hem gericht op ‘een sterke profileringen positionering van zelfbewuste openbare scholen enbesturen’. Limper benadrukt het belang daarvan. “Als VOOen <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> denken we dat we krachtiger kunnen opererenals we met gezamenlijke openbaar-onderwijsstandpuntennaar buiten treden.”Onder sommige bestuurders en managers leeft de gedachtedat samenwerking met de VOO moeilijk kan zijn vanwegetegengestelde belangen, maar Limper ziet dat gevaar niet.“We moeten ons realiseren dat we allemaal hetzelfde belanghebben: mooie en krachtige openbare scholen.”Onterecht beeld corrigerenOnderdeel van de samenwerking is een gezamenlijke imagocampagne,die duidelijk moet maken waar het openbaaronderwijs voor staat. “In het openbaar onderwijs vinden wehet met z’n allen volstrekt vanzelfsprekend dat alle kinderenwelkom zijn; dat geldt trouwens ook voor de andere kernwaarden.Maar juist doordat we al die zaken zo vanzelfsprekendvinden, dragen we ze niet uit. Dat moeten we wél gaandoen. Niet alleen om de kracht van dit onderwijs te latenzien, maar zeker ook om beelden die de buitenwereld vandit onderwijs heeft te corrigeren.”Volgens Limper wordt ook nog steeds gedacht dat het openbaaronderwijs kwalitatief onderdoet voor bijzonder onderwijs.Met de imagocampagne willen de VOO en <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> eeneinde maken aan dit onterechte beeld.Meer samen optrekkenDe samenwerking gaat verder dan alleen de imagocampagne.“Ook op het gebied van medezeggenschap, governanceen ouderbetrokkenheid kunnen de VOO en <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> veelmeer samen optrekken”, aldus Limper. Hij wijst erop dat deVOO zich niet alleen richt op ouders en mr-leden, maar binnenkortook een groep schoolleiders gaat trainen. “Zo willenwe eraan bijdragen dat schoolleiders en mr-leden meerinzicht krijgen in elkaars rol. We willen benadrukken dat zijgeen tegengesteld belang hebben en dat zij moeten focussenop constructieve samenwerking.”De angst voor belangentegenstellingen is volgens Limper ookongegrond als het gaat om bestuurlijke schaalvergroting,een onderwerpdat in de medianogal eens in hetverkeerde daglichtvan de ‘leerfabrieken’wordtgeplaatst. “DeVOO is op zich niettegen schaalvergroting.Al was er bijwijze van sprekenéén bestuur inNederland…. Ik benervan overtuigd datbestuurlijke schaalvergrotingveelvoordelen heeft.In plaats van datje de eindjes metmoeite aan elkaarkunt knopen, hebje als groot bestuurmisschien wel demogelijkheid omeen specifiekeRob Limper: ‘Beeld corrigeren’vakleerkracht in teschakelen of om een breder en aantrekkelijker onderwijsprogrammaaan te bieden.”JaarverslagHet volledige interview met directeur Rob Limper van deVOO wordt gepubliceerd in het jaarverslag van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>.Daarin komen ook interviews met de voorzitters KeteKervezee en Sjoerd Slagter van respectievelijk de PO-Raaden VO-raad, stadsdeelvoorzitter Ahmed Marcouch vanAmsterdam-Slotervaart, bestuursvoorzitter John van derVegt van de Almeerse Scholen Groep en algemeen directeurAlbert Helder van de Noord-Friese Onderwijsgroep Fier.Staatssecretaris Sharon Dijksma van OCW heeft voor het jaarverslageen column geschreven.Het jaarverslag wordt begin juni toegestuurd aan alle besturenen scholen die bij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> zijn aangesloten. Het wordtook gepubliceerd op www.vosabb.nl (publicaties/jaarverslag).over onderwijs


Vernieuwend Via Nova College laat virtuele fabriek ontwerpenSlim leren met ‘serious gaming’ inDe directeur van mobieltjesfabriek Novia zit achter zijn bureau, agenda open. De telefoon rinkelt,terwijl hij inkoop en verkoop moet regelen, het productieproces organiseren, afspraken makenmet opdrachtgevers. En daar is de koffie.We zitten in de ‘serious game’ van het Via Nova College in Utrecht, een van de eerste scholen inNederland die een game in het onderwijs invoert.Directeur Ron Dorreboom kijkt even mee als tweedeklassersMaarten en Mike met de serious game aan de slag gaan.Tweedeklassers Maarten en Mike (allebei14) weten al aardig de weg in de mobieltjesfabriek.Ze weten dat ze als directeurgoed op de agenda moeten letten, maarze worden steeds afgeleid door spelletjes,waarmee ze eventueelOp deagendaletten invirtuelefabriekextra geld kunnen verdienen.Daar moeten ze meeoppassen, want als zete lang met zulke afleidingenbezig zijn, rakenze achterop en dat kostweer geld. “Het is leuk,maar soms best lastig, ditspel”, zegt Maarten, diein de testgroep zat.Directeur Ron Dorreboomvan het Via Nova College kijkt met plezierhoe de jongens het spel spelen. Hijis de initiatiefnemer van dit project, enuit de proef die de afgelopen maandenop school is uitgevoerd, blijkt dat dit‘serious gaming’ succesvol is. “Leerlingenén docenten reageren enthousiast. Zo’ngame blijkt een goed middel om leerlingente leren plannen en organiseren.Bovendien sluit het helemaal aan op hunbelevingswereld”, aldus Dorreboom.‘Slimmer werken’Niet alleen hij en zijn medewerkers zijnpositief. Het project is al opgevoerdals voorbeeld van ‘slimmer werken’in het gelijknamige rapport van hetSectorbestuur Onderwijsarbeidsmarkt.Hierin staat dat door ‘slimme’ vernieuwingenin het werkproces het onderwijs efficiënterwordt, de werkdruk van lerarenwordt verminderd en het werkplezier toeneemt.Dat is allemaal belangrijk, zeker ineen tijd van lerarentekorten.Niet toevallig is de game geïntroduceerdop het Via Nova College. Dit is een vernieuwendeschool, waar al lang nietmeer wordt gewerkt op basis van vak,over onderwijs


tekst: Lucy Beker • foto: Peter Arno BroerPlannen is belangrijkHet moest een game worden waarmee de leerlingen zelfstandigbasisvaardigheden kunnen aanleren en oefenen.“Hier op school is het al belangrijk om te kunnen plannen,omdat ons concept is gebaseerd op weektaken”,legt Dorreboom uit. “Daar hebben vmbo-leerlingen in hetbegin soms moeite mee, maar dat is voor ons geen redenom dan maar te stoppen met het concept. Integendeel:dan moet je er juist mee doorgaan, want later moeten zein hun werk ook kunnen plannen. Dat plannen blijft altijdmoeilijk, want er gebeuren altijd onverwachte dingen tussendoor.Hoe ga je daar mee om? In deze game zien dejongeren meteen wat er gebeurt als je niet op de agendalet, afspraken vergeet, of te lang koffie drinkt. Dan haalje de planning niet en dat kost – virtueel - geld”.De game is inmiddels klaar en getest door 40 leerlingenen een docent in de onderbouw. Met ingang van hetnieuwe schooljaar wordt de game ingevoerd als vastonderdeel van het programma. “Het is me tegengevalhetvmbouur, lokaal en docent. “Hier is het leren van de leerlingenonafhankelijk gemaakt van de leerkrachten”, verteltDorreboom. “We hebben al een elektronische leeromgevingen de leerlingen werken zelfstandig met weektaken,waarbij ze hulp krijgen van ‘experts’, onze docenten. Hetgrote voordeel van deze werkwijze is dat wij geen lesuitvalkennen”.Dorreboom is altijd op zoek naar nieuwe vormen vaneffectief onderwijs. “Ik kwam op het idee van een onderwijsgametoen ik toevallig in aanraking kwam met eengame van het ministerie van Defensie. Met die game lerensoldaten snel en effectief de inhoud van het HandboekSoldaat. Toen ik verder zocht, kwam ik ook een gamevoor politieagenten tegen. Er is dus al onderwijsaanbodvia games, maar nog niet voor het voortgezet onderwijs”.Dorreboom zag echter direct mogelijkheden voor hetvmbo. Hij ging in zee met De Volgende Verdieping, eenbedrijf met ervaring in het bouwen van interactieve leermiddelen.len hoeveel werk er zit inhet implementeren”, zegtDorreboom. “Het bouwenkostte al veel tijd, wantwij moesten immers aande gamebouwers aangevenwelke leerdoelen inde game verwerkt moestenworden. Maar als diegame er dan is, kun je nogniet zomaar beginnen.Er is voorlichting nodig,zowel richting docentenals richting ouders, ermoet getest worden, ermoeten weer aanpassingenworden gemaakt. Wezijn er wel een jaar meebezig geweest, maar nukunnen we er dan tochmee aan de slag”.Soort rijbewijs“Ik zou graag willen datdeze game een soortrijbewijs wordt binnendeze school. Dat kinderendie de game goed hebbenafgemaakt, meer vrijheid krijgen om hun taken inte plannen. We kunnen het spel in de eerste klas op heteerste level aanbieden, en in de tweede klas complexermaken door er bijvoorbeeld tijdsdruk aan te koppelen. Zoworden de leerlingen steeds handiger in het omgaan metplanning”.Zacht prijsjeHet Via Nova College heeft 50.000euro gestoken in de ontwikkelingvan de serious game. “Veel geld”,vindt ookHet startscherm van het spel.Dorreboom.“Maar nu heter eenmaalis, kunnenook anderescholen ervanprofiteren. Wie‘Anderescholenkunnen hierook vanprofiteren’belangstelling heeft, kan het vooreen zacht prijsje bij ons kopen. Datgeeft ons vervolgens weer de kansom iets nieuws te laten ontwerpen.Zo kunnen veel scholen plezier hebbenvan deze eerste investering vanons bestuur Nuovo”.over onderwijs


Open houden van plattelandsschooltjes is niet genoeg‘Leefbaarheid is meer danOpenbare basisschool De Berenburcht in het Zeeuwse dorpje Baarland staat na uitgebreidemedia-aandacht symbool voor de problematiek van de kleine plattelandsschooltjes. Hetgemeentebestuur van Borsele kreeg persoonlijk van staatssecretaris Sharon Dijksma van OCWde toezegging dat de overheidsfinanciering in elk geval voor de komende twee schooljarengegarandeerd is. Schooldirecteur Rob Hettema is blij dat de school open blijft, maar dat is volgenshem niet genoeg voor de leefbaarheid van het dorp.Het altijd winderige Baarland, beschermd door de stoerezeedijk langs de Westerschelde, telt ongeveer 600 inwoners.Obs De Berenburcht en het dorpshuis zijn er nog de enigevoorzieningen, als het oude snackbarretje met beperkteopeningstijden en de bushalte niet worden meegerekend. Erkomt zo nu en dan nog een SRV-wagen door het dorp, maarde rijdende winkelier gaat over twee jaar met pensioen enheeft geen opvolger.De school is met 20 kinderen onder de wettelijke opheffingsnormvan 23 leerlingen gezakt. Maar dat betekent nog nietdat de school dicht moet. Directeur Rob Hettema: “Borseleheeft een kleinekernenbeleid. Onderdeel daarvan is dat erin principe in elk dorp een school moet zijn. Daarom werder door de gemeente geld gereserveerd om De Berenburchtopen te houden.” Dat geld bleek bij nader inzien niet nodig,omdat staatssecretaris Sharon Dijksma van OCW beslootom de financiering van de school in elk geval nog voor dekomende twee schooljaren voor haar rekening te nemen. Datbesluit volgde onder meer op Kamervragen van de ZeeuwsePvdA’er Luuk Blom en zijn partijgenoot Staf Depla. De staatssecretarisbelde het Borselse gemeentebestuur er persoonlijkover op.Discretionaire bevoegdheidDijksma liep met de toezegging vooruit op een wetswijziging,die het mogelijk moet maken om met discretionairebevoegdheid, dus per geval door de minister van OCW teRob Hettema: ‘Ook een klein schooltjemoet meerwaarde kunnen bieden’.10 over onderwijs


tekst en foto: Martin van den Bogaerdtalleen onderwijs’laten bepalen of kleine schooltjes open kunnen blijven.Voorwaarde is dan wel dat er voldoende onderwijskundigekwaliteit en een positief toekomstperspectief zijn.“Er komt hier geen complete nieuwbouwwijk, maar erwordt wel een boerenschuur herbouwd waarin zes starterswoningenkomen. Het is goed mogelijk dat dat voor onsnieuwe leerlingen oplevert, dus in die zin is er voor ons toekomstperspectief.”Hettema heeft dat perspectief nog eenhandje proberen te helpen door er bij de woningcorporatieop aan te dringen huurhuizen in het dorp met voorrangtoe te wijzen aan gezinnen met kinderen, maar die pogingis vanwege de strikte regels rond de woningtoewijzing opniets uitgelopen.Wat het andere criterium betreft, de onderwijskwaliteit,benadrukt de directeur dat De Berenburcht heel positieveinspectierapporten heeft. “Dat zit dus wel goed, zou jedenken. Toch moet je je altijd blijven afvragen of je meteen heel klein schooltje leerlingen voldoende kunt blijvenbieden. Begrijp me goed, ik ben heel blij dat onze schoolopen blijft en ik heb hartstikke goed personeel, maar alsje naar groep 4 kijkt, dan zie je dat daar maar één leerlingin zit. Aan de ene kant is dat ideaal voor de aandachtdie de juf hem kan bieden, maar aan de andere kant heeftdie jongen geen leeftijdgenootjes met wie hij kan sparren.Onderwijskundig is dat niet goed.”LeefbaarheidHettema, die ook directeur is van openbare basisschoolDe Schakel in het drie kilometer verderop gelegen dorpOudelande (die school is met 80 leerlingen vier zo groot),ziet ook beperkingen van het kleinekernenbeleid van degemeente Borsele. “Er wordt gezegd dat het goed is voorde leefbaarheid als erin elk dorp een school’Leefbaarheidis de schoolén allesdaaromheen’is. Natuurlijk, dat is fijnvoor de bewoners. Maarleefbaarheid moet welbestaan uit de school énalles daaromheen, en daarontbreekt het aan. Er ishier na schooltijd voorkinderen helemaal nietste doen. Als ze bijvoorbeeldop zwemles willen,ne plattelandsdorpen als Baarland onbetaalbaar zijn. Tochpleit hij ervoor dat ook kleine schooltjes deze meerwaardein een zekere mate moeten kunnen bieden. “Iedereen ishet erover eens dat het belangrijk is dat dit schooltje blijftbestaan, we steken daar met zijn allen veel geld en energiein. Dat is prachtig, maar dan vind ik wel dat wij méér moetenkunnen bieden dan alleen goed onderwijs. Pas als wijals school meer toegevoegde waarde aan dit dorp kunnenbieden, wordt het voor ouders echt interessant om hier tekomen wonen. Nu zie je dat gezinnen met kinderen kiezenvoor de nieuwbouw in Heinkenszand, omdat er daar voorkinderen meer mogelijkheden zijn. En ik kan dat best begrijpen.”Toekomst plattelandsscholenonder drukZeeuwse schoolbesturen, verenigd in het PlatformPrimair Onderwijs Zeeland, hebben bij de provincieZeeland een verzoek neergelegd voor een onderzoeknaar de toekomst van plattelandsscholen. Dietoekomst staat onder druk, omdat het inwonertal endaarmee het aantal basisschoolkinderen in Zeelandfors afneemt.Een gebied dat zwaar met de kleinescholenproblematiekte kampen heeft, is Zeeuws-Vlaanderen. Daarneemt de bevolking tot 2020 met een kwart af. Datwas vorig jaar voor het bij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> aangeslotenbestuur voor openbaar primair onderwijs Open Basisaanleiding om te gaan fuseren met stichting DeLinie voor rooms-katholiek en protestants-christelijkonderwijs. De nieuwe fusieorganisatie, die op 1 januari2010 een feit moet zijn, gaat 27 scholen tellen inde gemeenten Hulst en Terneuzen met in totaal 3500kinderen en 350 werknemers.Algemeen directeur Gerard Langeraert van OpenBasis zegt dat schaalvergroting in een gebied alsZeeuws-Vlaanderen een must is. “Je kunt de huisvestingbeter regelen en ook het personeelsbeleiden het onderwijs beter neerzetten. Bovendien kunnenwe nu toekomstgericht aan de slag met passendonderwijs.”Beide besturen benadrukken dat de aangeslotenscholen hun openbare dan wel rooms-katholiekeof protestants-christelijke identiteit behouden. Debij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> aangesloten SBO De Springplank inTerneuzen wil zich ook aansluiten bij de nieuweorganisatie.moeten ze door hun ouders met de auto naar Goes wordengebracht. Wij organiseren samen met de andere school inOudelande wel eens een sporttoernooitje, maar je kunt datniet vaak doen. Daar hebben we gewoon de tijd niet voor.Ik vind dat je het tegenwoordig van leerkrachten niet kuntverwachten dat zij daar hun vrije tijd aan besteden. Vroegerkon dat misschien, maar nu niet meer.”De Zeeuwse directeur beseft dat uitgebreide bredeschoolactiviteitenzoals die in de steden van de grond komen, in kleioveronderwijs11


tekst en foto’s: Martin van den BogaerdtOpenbare basisschool De Globe in Amsterdam-OsdorpLicht en ruimte in knalgroene kikkerHet gebouwIn de grote binnentuin groeienbomen onder het glazen dak.Openbare basisschoolDe Globe zit in het knalgroenemultifunctionelegebouw De Kikker in hetvernieuwde Amsterdam-Osdorp. In het gebouw,dat is ontworpen door hetAmsterdamse Atelier Zeinstravan der Pol, zitten ookde protestants-christelijkebasisschool Johannes, viervoorschoolgroepen, eenkinderdagverblijf, buitenschoolseopvang, hetplaatselijke Ouder-en-Kindcentrum(OKC) en de GGD.“In totaal zitten hier ruim650 kinderen, maar doordatwe letterlijk de ruimtehebben, is het altijd rustig”,aldus directeur InekeLinthorst van De Globe.Het multifunctionele gebouw De Kikkeris van buiten knalgroen.12over onderwijs


Binnenstaanbomen enpicknicktafelsDe entree van gebouw De Kikkerbestaat uit een immense binnentuinmet glazen dak. Binnen staan bomen;de vloer en de constructie van hetgebouw zijn van hout en er staanpicknicktafels. Wie binnenkomt inde lichte en ruime hal, waant zich inBurgers’ Bush, alleen is het er niet zowarm en vochtig.Directeur Linthorst: “De binnentuin isbedoeld als ontmoetingsruimte voorde buurt, maar ik moet zeggen dat ermaar weinig gebruik van wordt gemaakt. Het zou mooi zijn omer tentoonstellingen te organiseren. Ik speel ook wel eens methet idee om er samen met het ROC een restaurant te beginnen.Maar dat gaat om zoveel geld, dat zal in mijn tijd wel niet meergebeuren.”Op de hoge tribune wordt onder schooltijdaan kleine groepjes lesgegeven.Aan de grote binnentuin grenzen de twee basisscholen en deoverige voorzieningen voor de wijk. De ingang van De Globe zitaan de linkerkant. Direct bij binnenkomst van de school valt eenhoge tribune op. “Dat vind ik een mooie plek. We gebruiken detribune bijvoorbeeld voor de maandopeningen, kleine optredensen het sinterklaasfeest. Eigenlijk is hij te klein geworden voor hethuidige aantal leerlingen. Er kunnen 150 tot 200 kinderen op. Alsje er meer op zet, wordt het onrustig.” De binnentribune wordttijdens de reguliere uren ook gebruikt om buiten de klas les tegeven aan kleine groepjes of school-tv te kijken.Ieder zijn eigen sanitairOpmerkelijk element bij de lokalen - De Globe en deJohannesschool hebben er in totaal 33 - is dat die allemaal eeneigen sanitairblokje hebben met twee wc’s. Bij de wasbak in hetmidden is een raam, zodat de leerkracht goed zicht houdt opwat er bij de toiletten gebeurt. In de hoge klaslokalen valt verdereen entresol op, waar kleine groepjes leerlingen zich kunnenafzonderen van de rest van de klas. De leerkrachten kunnen zelfbepalen waar ze hun entresol voor gebruiken. In de lagere groepenkan de bouwhoek er bijvoorbeeld in.De Globe en de Johannesschool hebben op de bovenetage vanhet gezamenlijke gebouw de beschikking over twee riante gymzalenvan in totaal ruim 550 vierkante meter, die voldoen aande eisen van de sportkoepel NOC*NSF. “Omdat er lokalen enandere ruimten onder zitten, hebben de zalen een zwevendevloer. Maar toch heb je hieronder last van het gebonk, dat is weleen nadeel”, aldus Linthorst. Voor dit probleem wordt nog eenoplossing gezocht. De gymzalen kunnen buiten de lesuren wordenverhuurd aan sportclubs.In het toiletblok zit een raam metuitzicht op de klas.De grote gymzalen hebben eenzwevende vloer.Omdat de school in Osdorp ook in sociaal opzicht de spil van devernieuwde wijk in Amsterdam-West wil zijn, heeft gebouw DeKikker speciale lokalen voor activiteiten voor ouders en anderebuurtbewoners. Linthorst: “De ouderlokalen zijn heel levendig.Moeders kunnen er cursussen volgen. Elke veertien dagen komter een speciaal thema aan bod, bijvoorbeeld gezonde traktaties.Ook kunnen moeders uitleg krijgen over wat begrijpend lezeninhoudt of hoe wij ons rekenonderwijs organiseren.”Gebouw De Kikker heeft ook ouderlokalen, waarbijvoorbeeld naailes wordt gegeven aan moeders.13


‘Zie het als een pr-document’Jaarverslag maken: een pittige klusAlle schoolbesturen staan op dit moment voor de taak om het jaarverslag (voormalig bestuursverslag)over 2008 op te maken. Een pittige klus, want er is het een en ander veranderd in de regelgeving.Een van de belangrijkste wijzigingen is dat de verantwoording van het algemeen instellingsbeleidvoortaan een verplicht onderdeel is van het jaarverslag. Tot nu toe was het facultatief. En hetgeheel moet op 1 juli klaar zijn.Reinier Goedhart: ‘Wees trots opje werk en laat dat zien’.Het jaarverslag bestaat uit twee delen.Het eerste deel bevat voornamelijkcijfers die meestal worden aangeleverddoor het administratiekantoor engeaccordeerd door een accountant.Het tweede deel is het bestuursverslag,dat algemene informatie moet gevenover doelstellingen en strategie vanhet bestuur, het algemeen instellingsbeleid(onderwijskundig beleid,personeels-, huisvestings- en toelatingsbeleid,governance) en de verantwoordingover het financieel beleid.“Hierin gaat het juist niet om decijfers, maar om een helder verhaalaan de stakeholders”, legt ReinierGoedhart uit. Goedhart was alsfinancieel adviseur van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>betrokken bij de invoering van hetjaarverslag voor onderwijsinstellingen.Voor het primair onderwijs is hetjaarverslag nog betrekkelijk nieuw.Schoolbesturen in deze sector hebbenpas over 2006 voor het eerst zo’n jaarverslagmoeten opstellen. Dat gebeurdetoen al in het voortgezet onderwijs,op grond van het OCW-voorschriftverslaglegging. Maar vanaf verslagjaar2008 moeten de besturen zich houdenaan de richtlijnen van de Raad voor deJaarverslaggeving (RJ). En die zijn neteen beetje anders. De nieuwe regelsgelden ook voor het voortgezet onderwijs,dat al langer gewend was aan deOCW-voorschriften. Ook daar moet hetnu dus anders.Stakeholders“De richtlijnen van de RJ gelden vooriedereen, ook voor bedrijven”, zegtGoedhart. “Maar in sommige opzichtenverschilt het onderwijs van hetbedrijfsleven, en daarom zijn specifiekeaanpassingen gemaakt vooronderwijsinstellingen. Deze staat vermeldin het hoofdstuk RJ660 van de RJ-14over onderwijs


tekst: Lucy Beker • foto: Martin DroogInspiratie opdoen opde websiteHoe ziet het ideale jaarverslag er uit? Dat is niet tezeggen, omdat er nu eenmaal meer wegen naar Romeleiden. Op de website van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> staat een aantalvoorbeelden van bestaande jaarverslagen. Op eenoproepje vorig jaar hebben enkele tientallen schoolbesturengereageerd. Zij zonden hun jaarverslag in, terinspiratie van andere leden van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>. U vindt zein de rubriek ledenservice. Alleen leden van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>kunnen de jaarverslagen bekijken, na invoering vanhun wachtwoord. Ook dit jaar wordt u uitgenodigd uwjaarverslag in te zenden ter inspiratie van collega’s.‘Wie zijnprecies diestakeholders?’bundel die de RJ ieder jaar uitgeeft.”Met de invoering van RJ660 wordt met name de horizontaleverantwoording, het overleg met de ‘stakeholders’ rondomde schoolorganisatie, stevig aangezet. Dat zijn alle betrokkenenaan wie het onderwijs verantwoording moet afleggenvoor de besteding van gemeenschapsgeld.Het kan voor een schoolbestuur handig zijn om eerst eenseen analyse te maken van destakeholders. Wie zijn dat precies?In elk geval het personeel,de leerlingen en hun ouders.Maar denk ook aan de lokaleoverheid, de kinderopvang,en instellingen als jeugdzorg,vervolgonderwijs, kortom allebelanghebbenden rondom deschoolorganisatie. In het jaarverslagmoeten alle partijen waarmee de school samenwerkt,kunnen lezen wat het vastgesteld beleid van het bestuur isen wat de resultaten zijn, of anders gezegd: wat waren deplannen en wat is daarvan terecht gekomen? Dat geldt vooralle elementen van het gevoerde beleid, zoals onderwijsprestaties,personeel, huisvesting en governance. “Heb je deeigen doelstellingen gehaald? Daar gaat het om. Het hoeftecht niet zo’n lang verhaal te zijn, maar het moet er wel instaan”, zegt Goedhart.Risico’sIn dat kader is het ook niet vreemd dat de nieuwe richtlijnenaandacht vragen voor interne risicobeheersing. “Geef aanhoe de school het risicomanagement heeft vormgegeven.Daarbij gaat het er met name ook om inzicht te krijgen inalle ontwikkelingen die ertoe kunnen leiden dat het bestuurzijn gestelde doelen niet haalt. Het is van belang om daarbeleid op te maken om daardoor de organisatie weer meerbeheersbaar te krijgen.”Het onderdeel ‘financieel beleid’ van het bestuursverslagblijft uiteraard een belangrijk onderdeel in de verantwoording.“Denk aan de kritiek van de Algemene Onderwijsbond,over de vermogenspositie van scholen. Het ligt in het algemeenwat genuanceerder, maar feit is wel dat stakeholdersin toenemende mate gefocust zijn op de ‘rijkdom’ vanschoolbesturen en daar ook verantwoording over vragen”,zegt Goedhart. “Als schoolbesturen veel geld ‘op de plank’hebben liggen, moeten ze daar wel een verhaal bij hebben.Het moet duidelijk zijn dat er geen geld onnodig blijft liggen”.Een andere nieuwe richtlijn die in het verlengde hiervanligt, is dat het jaarsverslag moet zijn voorzien van een toekomstparagraafmet een begroting voor <strong>2009</strong>. “Een bestuurdat nog geld heeft, kan daarmee laten zien welke plannener zijn om in <strong>2009</strong> te investeren”, zegt Goedhart. “Dit is eeninteressante toevoeging aan het jaarverslag”.Leesbaar en aantrekkelijkMaar het gaat bij het bestuursverslag niet alleen om deinhoud, vindt Reinier. “Het is ook van belang dat het verslaggoed leesbaar is en aantrekkelijk oogt. Je moet je stakeholdersecht bereiken. De uitdaging is om niet te verzanden incijfers of hele lappen tekst.Assistentie mogelijk‘Nietverzanden incijfers oflappen tekst’Schrijf het zo dat al je stakeholdershet ook kunnen volgenen begrijpen, schrijf nietalleen voor vakidioten”.Hij vervolgt: “Wees eerlijk,wees trots op je werk en laatdat zien. Zie dat jaarverslagals een pr-document. Eenmogelijkheid is om een verkorte,populaire versie van het officiële jaarverslag naar deouders te sturen, met verwijzing naar het complete verslagdat dan bijvoorbeeld op de website van de school staat.Zo heb je veel meer kans dat je stakeholders er kennis vannemen en erover gaan praten. Sommige besturen maken eenechte happening van de presentatie van het jaarverslag. Enwaarom niet, als je trots kunt zijn op je werk? Dan kun je hetverslag ook gebruiken in de pr voor de school”.De adviseurs van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> kunnen schoolbesturen assisterenbij het schrijven van het bestuursverslag, zowelinhoudelijk als tekstueel. De adviseurs van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>hebben ervaring met het opstellen van het jaarverslagen kunnen ook sparren met de bovenschoolse directies,die het stuk meestal opstellen, al dan niet in samenwerkingmet hun controllers.Adviseur Annelies Schrijver kan schoolbesturen assisterenbij het opstellen en/of leesbaar maken van de tekst.Bel of mail onze adviseurs voor een afspraak!Reinier Goedhart, tel. 06-30049660,rgoedhart@vosabb.nlAnnelies Schrijver, tel. 06-22939679,aschrijver@vosabb.nlover onderwijs 15


Hoe haal je het besteuit iedere leerling?Alles is te lerenMet het Onderwijscontinuüm CED-Groep ® kunt u opbrengstgericht, datagestuurd en proactief aan deslag. U creëert passende onderwijsarrangementen, waarmee u het beste uit iedere leerling haalt.Kijk op www.onderwijscontinuum.nl voor meer informatie en de quickscan.-00042_175x60_leerling.indd 1 27-03-<strong>2009</strong> 15:48:42Bron primair onderwijsBronHet primair onderwijsgaat aansluiten op Bron.Start: vanaf april <strong>2009</strong>Kijk op www.bron.nl voor meer informatiePresteert iedereen binnen uwschool naar vermogen?Doe nu online de quickscan en ontdek snel in hoeverre uw organisatie klaar is voor passend onderwijs.Met de arrangementen van het Onderwijscontinuüm CED-Groep ® kunt u opbrengstgericht, datagestuurden proactief de leeropbrengsten van uw leerlingen verbeteren!Alles is te lerenKijk op www.onderwijscontinuum.nl voor meer informatie en de quickscan.16over onderwijs-00042_175x60_vermogen.indd 1 27-03-<strong>2009</strong> 15:41:52


De SterrenschoolDenktank bedenkt basisschool vande toekomstDe basisschool van de toekomst is het hele jaar open. De zomervakantie en de vrije woensdagmiddagzijn afgeschaft. Kinderen mogen een dag in de week thuisblijven en elk kind heeft eenlaptop. Dat is de Sterrenschool, bedacht door een denktank die menig heilig huisje omver schopte.Het concept trok meteen na de presentatie in maart al veel belangstelling.tekst: Inge Klijn * foto: Ella TilgenkampDe denktank die het nieuwe schoolplan ontwikkelde,bestaat uit tien mensen van verschillende onderwijsorganisaties(zie kader). Hoe zou de basisschool er uit zien, als wevandaag opnieuw konden beginnen, was de vraag die zijzich stelden.Startpunt was de aansluiting van de schooltijden op het privélevenen de werktijden van de ouders van de leerlingen.Kees Swart, directeur onderwijs bij Stichting SPOOR (openbaarprimair onderwijs) in Purmerend en een van debedenkers: “We kwamen al snel op een school die het helejaar open is. Lange zomervakanties waren vroeger nodigomdat de kinderen mee moesten helpen met de oogst.Tegenwoordig kunnen die vakanties lastig zijn voor werkendeouders. Stel nou dat kinderen en personeel vakantiekunnen nemen - in overleg met de school - wanneer het henuitkomt. Dat is prettiger.”Is een vijfdaagse schoolweek wel noodzakelijk, was de volgendevraag. Sommige kinderen hebben minder onderwijsnodig of vinden het fijn om een dag thuis te zijn. Op deSterrenschool mogen kinderen in overleg met de leerkrachtook vier dagen per week naar school komen.Iedereen een laptopDe Sterrenschool heeft geen klassikale leergroepen. Omdatniet iedereen tegelijkertijd op school is, wordt het onderwijsindividueler. Kees Swart: “Je moet dan af van het idee dat jemet de hele klas door de leerstof heen gaat. Kinderen lerenook meer als ze in hun eigen tempo en op hun eigen niveauwerken.” Dat doen ze op hun laptop. Als ze die openklappen,weten ze gelijk wat ze moeten doen. Via het leerlingvolgsysteemzien de leerkrachten waar ze mee bezig zijn. Enook ouders kunnen het portfolio volgen.Maar kinderen zitten op de Sterrenschool niet alleen achterhun computer. Ze beginnen de dag in een vaste groepen krijgen instructie in verschillende groepen. Er zijn geenvaste leerkrachten per groep. “Als je dat idee loslaat, kun jespecialisten inhuren, bijvoorbeeld een academisch opgeleideleerkracht rekenen, die alle kinderen les geeft”, aldus Swart.Daarnaast zijn er onderwijsassistenten, die ook in de opvangwerken. De Sterrenschool is open van zeven uur ’s ochtendstot zeven uur ’s avonds.De Sterrenschool: luchtfietserij of een reëel plan? “Het iseen illusie om te denken dat het plan precies zo als hetbedacht is, uitgevoerd zal worden”, zegt Swart. “Maar deKees Swart: ‘Delen van dit conceptzullen zeker werkelijkheid worden’.Sterrenschool sluit goed aan op ontwikkelingen in de maatschappijen in het onderwijs. Dat blijkt ook uit de grotebelangstelling voor de informatieavonden van de denktank.Delen van het concept zullen zeker werkelijkheid worden.Het wordt hoog tijd dat scholen een sluitend dagarrangementgaan bieden. De versnipperde schooldag met voor-, naentussenschoolse opvang is achterhaald.”Meer informatie: www.desterrenschool.nlDe Denktank• Body Bosgra, onderwijsuitgever• Ton Duif, Algemene Vereniging Schoolleiders• Antoinette Erdmann, Dotcomschool• Meindert Eijgenstein, Stichting Prisma Almere• Henk Hendriks, Onderwijsadviesbureau vanBeekveld & Terpstra• Marieke Huber, SectorbestuurOnderwijsarbeidsmarkt• Henkjan Kok, IJsselgroep• Jo Koot, Stichting Prisma Almere• Frans Schouwenburg, Stichting Kennisnet• Kees Swart, Stichting SpoorDe Argumentenfabriek begeleidde de denktank.over onderwijs17


Linde College, WolvegaAlle leerlingen samen naarDe vijf vragen18


tekst: Lucy Beker • foto: Fonger de Vlaséén schoolWat is op dit moment de belangrijksteontwikkeling in het onderwijs?“We krijgen geen grote onderwijshervormingen meer vanbovenaf opgelegd. Een goede ontwikkeling, want hetonderwijs ís niet van bovenaf te veranderen. Je kunt onderwijsnu eenmaal niet onder één noemer plaatsen. Er ontstaansteeds meer verschillen in schoolontwikkeling en profilering.Het onderwijs is een lappendeken van heel veel verschillendescholen, die zich voortdurend aanpassen aan deeisen van de tijd en de plaats waar de school staat. Scholenmaken zelf keuzes. Elke school wil de talenten van kinderenontwikkelen en elke school zoekt naar de manieren waaropdat het beste gaat.”Wat is volgens u het grootste probleem in hetonderwijs?“Dat hangt samen met bovenstaande ontwikkeling. Het probleemdaarbij is dat het onderwijssysteem in Nederland nietgebaseerd is op vertrouwen, maar op controle. Er is continukritiek op het onderwijs, terwijl er juist hele goeie dingengebeuren in de scholen. Er moet echt wat meer vertrouwenkomen in schoolbesturen. De minister zou dan ook geenvoeding moeten geven aan het misplaatste wantrouwentegen schoolleiders en besturen. Ik hoop dat de politiek demoed heeft om ook de komende jaren van het onderwijs afte blijven.”Het Linde College in Wolvega is tegelijkertijd een kleineén een grote school. Hoe zit dat?Rector Ben Lubberdink legt het uit: “Met 1200 leerlingenis dit een relatief kleine vo-school, maar al onze leerlingenkrijgen alle lessen in hetzelfde gebouw: van lwootot en met vwo. Daarmee is dit een grote locatie”.Lubberdink benadrukt dat dit een bewuste keuze is geweest.Binnen zijn dan ook geen aparte leerhuizen voorbijvoorbeeld vmbo en vwo. “Hier loopt iedereen doorelkaar. Zo willen we de ontmoeting tussen leerlingenbevorderen. En het gaat geweldig!”Het Linde College is een samenwerkingsschool: eindjaren tachtig ontstaan door samenvoeging van enkelekatholieke en openbare scholen.Wat wilt u kwijt aan de staatssecretaris?“Verbeter de lerarenopleidingen! Ik maak me zorgen overde kwaliteit van docenten. Een leraar moet over behoorlijkwat competenties beschikken om dit werk goed te kunnendoen, en dat komt onvoldoende naar voren in zowel devoorlichting over het beroep als de opleiding zelf. Een leraarmoet niet alleen zijn vakinhoud kennen, maar hij moet vooralgoed met kinderen kunnen omgaan en hen sturing kunnenen willen geven. Wat dat laatste inhoudt, dat moetenstudenten al meteen aan het begin van de opleiding kunnenervaren. Wellicht moet de opleiding zelfs helemaal duaalworden: dan pas krijgen de studenten genoeg praktijkervaringen weten ze wat het vak echt inhoudt. Nu haken nogsteeds te veel jonge leraren af als ze uiteindelijk gaan werken,en dat is jammer. Kleinere klassen zouden ook helpen.Twintig leerlingen per klas, dat zou de norm moeten zijn.”Wat wilt u kwijt aan <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>?“Het is voor <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> heel belangrijk om haar kennis vanhet onderwijs vast te houden, want dat is haar toegevoegdewaarde. Onderwerpen waar <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> zich op kan richtenzijn professionalisering en beleidsmatige ondersteuning vanhet management. Wees een sparringpartner voor bestuurdersén directeuren. En houd vooral de juridische dienstverleningop poten, want die is voor het onderwijs belangrijk.Voor juridische hulp klop ik liever aan bij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> dan bijeen willekeurige advocaat, want <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> heeft specifiekekennis van het onderwijs.”Waarom wilt u op deze plek gefotografeerdworden?“De hele school is me dierbaar, en daarom sta ik hier voorhet gebouw. Het is echt een fantastisch gebouw. Het is hoefijzervormig,en ook al hebben wij de school organisatorischverdeeld in units, in het gebouw zie je dat niet terug. Detheorielokalen liggen heel rustig aan de buitenste ring, en depraktijklokalen liggen centraal, met veel glas, zodat iedereendie daar voorbij komt, ziet wat er gebeurt. Zo hebben onzevmbo’ers veel meer contact met de leerlingen van bijvoorbeeldhavo en vwo. Ik ben er trots op dat alle leerlingenelkaar in dit gebouw steeds ontmoeten, in de gangen enin de kantine bijvoorbeeld. De leerlingen op deze foto zijnleerlingen van onze doorgaande leerlijn vmbo-mbo. Vanafvolgend jaar doen we met hen ook mee aan het experimentVM2.”over onderwijs 19


Blijf vitaalWerk aan werkvermogen!De juiste balans tussen werk en privé. Lekker in je velzitten. Flexibel en gemotiveerd aan de slag zijn. Zeg eenseerlijk, dat gunt u toch zeker ál uw mensen? En dat is weergoed voor de kwaliteit van het onderwijs.Het werkvermogen van uw medewerkers is meetbaar. Het laat zienwaar de medewerker staat. Nu, maar zeker ook in de toekomst.Omdat u het als werkgever belangrijk vindt dat uw medewerkers enuw organisatie vitaal blijven, is Arbo-VO u graag van dienst met het inkaart brengen van het werkvermogen van uw medewerkers.Zodat uw medewerkers en u, daar waar nodig, het werkvermogenkunnen verbeteren. Want, zeg eens eerlijk: gemotiveerde en vitalewerknemers, dat gunt u zichzelf toch zeker ook?Voor meer informatie kijk op: www.arbo-vo.nlOf raadpleeg de brochure ‘Werken aan vitaliteit en duurzame inzetbaarheid’ voor het voortgezet onderwijs.6787 ARB Over Onderwijs 175x126.indd 1 25-03-<strong>2009</strong> 12:44:24


ConsultanttIteke Weeda over yin en yang voor managersen voeten uittekst: Lucy Beker • foto: Martin DroogHenk Jan Biegel:‘Via cijfers tot beleid komen’De consultants van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> helpen scholen bij hun ontwikkeling. Wie zijn die adviseurs? Watzijn hun drijfveren en hoe werken ze? Deze rubriek laat u kennismaken met onze consultants.Deze keer: Henk Jan Biegel. Expertise: financiën en bedrijfsvoering.Henk Jan Biegel (50) werkt pas een half jaarals adviseur bij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>, maar hij voelt zichin dit werk als een vis in het water. Omdat hijafkomstig is van een administratiekantoor inhet onderwijs, hebben cijfers geen geheimenvoor hem. “Maar het leukste is het, omook wat met die cijfers te doen”,zegt Biegel. “Daarom ben ik naar<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> gekomen. Want cijferszijn belangrijk, maar dan vooralals hulpmiddel om tot beleid tekomen, om doelen te bereiken.In deze functie kan ik de scholenen besturen daarbij adviseren”.In die zin heeft de overstap naar<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> hem nu al veel opgeleverd.“Ik merk dat veel besturennog met veel vragen zitten, bijvoorbeeldover vermogenspositie,toedeling van budget en verantwoording.Vaak hebben scholenal een prima planning & controlcyclus,maar doen ze daar nog teweinig mee. Het mag geen papierentijger worden”.“Vooral voor het primair onderwijs,dat nog niet zo lang lumpsumbekostigingheeft, is het nog nieuw en moeilijkom zelf beleid te maken. Hoeveelgeld kan er uitgegeven worden, hoeveelmoet er gereserveerd worden, hoe hoogmoet of mag het eigen vermogen zijn?Onze rol is de scholen daarbij te helpen.Met als doel hun bedrijfsvoering efficiënterte maken, zodat ze meer geld overhoudenom in het onderwijs te steken. Dat is mooiwerk”, vertelt Biegel bevlogen.Zijn carrière begon hij ooit bij de PTT, maarna de verzelfstandiging van het postbedrijf,vond hij het tijd om te vertrekken. “Ik benmeer geïnteresseerd in non-profit organisaties”,zegt hij. “Onderwijs is een prachtigesector. En als adviseur van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> verkoopik de mensen bepaald geen lucht, maar ietswaar ze echt direct wat aan hebben. Vooral nude scholen, na de invoering van de lumpsumbekostiging,zelf hun beleid mogen ontwikkelen,nu wordt het helemaal interessant. Als externeadviseur kun je veel voor ze betekenen, door eennieuw licht op de situatie laten schijnen. Wijstaan boven de organisatie. Dat is soms erghandig”.”Ook in het voortgezet onderwijsleven veel vragen over het financieelmanagement. Ik geef daarom trainingenaan de leden van het managementen de controllers van een schoolbestuur,of aan schooldirecteuren. Datkan dan in company, helemaal opmaat. We maken ook risico-analysesvoor schoolbesturen”.Biegel organiseert verder netwerkbijeenkomstenover financieel management,voor directies en controllersvan scholen.Soms doet Biegel onderzoekom scholen te helpen hun geldefficiënt in te zetten. “Voor eenaantal besturen onderzoek ikmomenteel de mogelijkheden voorhet invoeren van combinatiefuncties,een samenwerking van scholenen sportverenigingen. Daarmee is hetbewegingsonderwijs te verbeteren,zeker op scholen waar geen leerkrachtenmeer zijn met een gymbevoegdheid.Als dat lukt, kan het ookinteressant zijn voor andere scholen.Bijkomend voordeel is dat de schoolzich er weer goed mee kan profileren.Kortom, er is veel mogelijk alsje goed inzicht hebt in de financiëlesituatie”.Henk Jan Biegel is te bereiken via06-22939665 of hjbiegel@vosabb.nl.over onderwijs21


Maastricht houdt jaarlijks 1,5 miljoen euro overGemeenten moeten transparant zijn overDe onderwijsuitgaven in veel gemeenten liggen onder het fictieve budget uit het Gemeentefonds.Een voorbeeld is de gemeente Maastricht, die jaarlijks gemiddeld anderhalfmiljoen euro minder aan onderwijs uitgeeft dan er aan (niet-geoormerkt) geld binnenkomt.Bovenschools manager Rob Beaumont van de Stichting jong Leren vertelt wathij hiervan merkt. Ook vindt hij dat gemeenten veel transparanter moeten worden overhun onderwijsbudgetten.De Rekenkamer van Maastrichtpresenteerde in oktober vorig jaarin opdracht van de gemeenteraadeen onderzoek naar de doelmatigheidvan het accommodatiebeleid.Het onderzoek, dat zich uitstrektevan het jaar 2003 tot en met eendeel van 2008, legde de nadrukop de inkomsten en uitgaven vooronderwijshuisvesting. De uitkomstwas dat Maastricht gemiddeld 1,5miljoen euro per jaar minder uitgeeftdan deze gemeente aan nietgeoormerkteinkomsten uit hetGemeentefonds ontvangt.Een uitschieter was het jaar 2006,toen dit verschil ten nadele van hetonderwijs ruim 1,8 miljoen eurobedroeg.De Rekenkamer constateerdebovendien dat Maastricht met bijna130 euro per inwoner ongeveerde helft uitgeeft aan onderwijshuisvestingten opzichte van hetNederlandse gemiddelde. Ook alsde uitgaven worden afgezet tegendie van de gemeenten Den Bosch,Dordrecht en Haarlemmermeer,die van vergelijkbare omvang zijn,blijkt dat de Limburgse hoofdstadper inwoner relatief weinig aanonderwijs besteedt.Een van de conclusies van deRekenkamer is dat ‘doelmatigheidbij de verdeling van de financiëlemiddelen voor huisvesting overde onderwijsinstellingen’ bij degemeente Maastricht een zeerbelangrijke rol speelt. Andersgeformuleerd: ‘De gemeente heeftde kosten goed in de hand, in diezin dat de gemeentelijke begrotingop dit terrein niet wordt overschreden.’Rob Beaumont:‘Waar gaat dat geld dan heen?’22 over onderwijs


tekst en foto: Martin van den BogaerdtonderwijsbudgettenGeen gouden kranenRob Beaumont is bovenschools manager van de bij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>aangesloten Stichting jong Leren, met in totaal 15 scholenvoor openbaar en algemeen bijzonder primair onderwijs inMaastricht en vier omliggende gemeenten. Hij onderschrijftde conclusie van de Rekenkamer in die zin dat hij voor zijnscholen ‘niet zit te wachten op gouden kranen’. Maar tegelijkertijdbenadrukt hij dat hij wel ‘goede scholen voor goedonderwijs’ wil. Het doelmatige beleid van de gemeenteMaastricht botst hier soms mee, zegt Beaumont.Een voorbeeld is een praktische aanpassing aan openbarebasisschool De Perroen. Daar zat de wc op een lastig toegankelijkeplaats in een buitenberging. De gemeente weigerdemee te betalen aan het weghalen van dat toilet en het tegelijkertijdbeter toegankelijk maken van de berging met eengaragedeur. Het argument was dat dit strikt genomen niettot de taken van de gemeente behoorde.“Wat wij wilden was in mijn ogen geen luxe maar een praktischeaanpassing voor een beter gebouw. Dit was voor mijecht een voorbeeld van het feit dat de gemeente Maastrichthet minimum als de norm ziet. De rotte kozijnen van obs DePerroen nam de gemeente uiteraard wel voor haar rekening.Ik noem dit een sober beleid.”Die soberheid heeft volgens Beaumont ook tot gevolg dathet moeilijk is om bij nieuwbouw te kiezen voor duurzaamheiden flexibiliteit. “Het is duidelijk dat dat extra geld kost,maar dat verdien je weer terug. Als je op basis van het principecradle to cradle een duurzaam gebouw neerzet dat energiezuinigis en een gezond binnenklimaat heeft, dan vertaaltzich dat in een efficiëntere exploitatie. Het is voor ons ookheel belangrijk om flexibel te bouwen, want wij hebben inZuid-Limburg door de negatieve demografische ontwikkelingenin het hele onderwijs te maken met sterk krimpendeleerlingenaantallen. Het is dan belangrijk om bijvoorbeeldeen schoolgebouw neer te zetten dat na verloop van tijd eenandere bestemming kan krijgen. Maar dat past allemaal nietin de huidige verordening. Dan denk ik dat je als gemeentewel met de tijd mee moet gaan. Bovendien, het geld is er,want elk jaar blijft er kennelijk 1,5 miljoen euro over!”Erg veel mistBeaumont stoort zich ook aan het gebrek aan transparantiebinnen de gemeente. “Er is erg veel mist, veel onhelderheid.Ik heb een aantal jaren geleden geprobeerd om in de boekente duiken, maar dat werd me door anderen van te voren alten stelligste afgeraden. De gemeentelijke begrotingsstukkenzijn echt onleesbaar, het werd me volstrekt niet duidelijk waarhet geld naartoe ging. Het is toch niet meer van deze tijd datgemeenten vaag kunnen blijven over hun onderwijsuitgaven!Wij als schoolbestuur moeten – en dat vind ik helemaalterecht- verantwoording afleggen over wat wij met elke euroaan gemeenschapsgeld hebben gedaan, dus dan mogen wedat ook van de gemeenten verwachten. Waar gaat dat bedragvan 1,5 miljoen euro heen dat Maastricht elk jaar overhoudt?Niemand die het weet! Ik ga er maar van uit dat het aangoede dingen is besteed, of misschien is het nog ergens?”Verkenningonderwijsuitgaven<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> heeft een verkenning gemaakt van degemeentelijke onderwijsuitgaven in relatie tot de nietgeoormerkteinkomsten uit het Gemeentefonds. Voordeze verkenning, van de gemeente Aa en Hunze toten met Zwolle, werd gebruikgemaakt van de meestrecente jaarrekeningen op de gemeentelijke websites.“Het eerste wat ons opviel”, zegt verenigingssecretarisRitske van der Veen, “was dat de jaarrekeningenvan veel gemeenten helemaal niet via het internet tevinden waren. En als dat wel het geval was, bleek dater vaak geen specificatie voor onderwijshuisvestingwas. In het kader van de governance-gedachte zou jemogen verwachten dat alle gemeenten via hun websitesduidelijk maken‘Vaak meerinkomstenvooronderwijsdanuitgaven’wat de inkomsten enuitgaven zijn, maar datblijkt in de praktijk dusniet het geval.”Van de in totaal 443gemeenten kon opbasis van de gegevensop internet slechts in73 gevallen wordenbepaald hoe de batenzich verhielden tenopzichte van de lasten.Verder viel het opdat bij de gemeenten die wel hun jaarrekening eneen specificatie voor onderwijshuisvesting op internetbeschikbaar hadden, de uitgaven in de meeste gevallenlager waren dan de fictieve inkomsten. De voorlopiggeconstateerde verschillen lopen uiteen van enkeletienduizenden tot miljoenen euro’s. Van de 73 gemeentendie voldoende informatie op hun website haddenstaan, bleken op basis van de verkenning in 48 gevallende inkomsten hoger dan de uitgaven.Omdat het op dit moment nog slechts om een verkenninggaat met voorlopige resultaten, worden de cijfersnog niet gepubliceerd. “Maar alles wijst erop dater in veel gemeenten onvoldoende aandacht is vooronderwijshuisvesting. <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> zal dit bij de betrokkeninstanties aan de orde stellen, want goed onderwijs isgebaat bij goede gebouwen. Wij gaan hier dus zekermee verder, en hopen er op korte termijn meer overte kunnen publiceren”, aldus verenigingssecretaris Vander Veen.Kijk voor het rapport van de Rekenkamer en de reactie vande gemeente Maastricht op www.rekenkamermaastricht.nl(publicaties).over onderwijs23


Juridisch adviseurs voorbestuur en management inhet onderwijsWij juristen en advocaten van<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> Consulting:• staan u bij in het snel en efficiënt oplossen vanlastige vraagstukken op het gebied van: disfunctioneren,langdurige arbeidsongeschiktheid, toelatingen verwijdering, geschillen met ouders, fusie,bekostiging, huisvesting, medezeggenschap, hetopstellen van beleidsstukken en contracten enplanning scholen vo;• kennen het onderwijs en de specifieke regel geving;• zetten in op conflict/geschiloplossing om langdurigeen kostbare procedures zoveel mogelijkte voorkomen;• staan u uiteraard ook bij, wanneer het toch tot eenprocedure mocht komen.Juridisch adviseurs:mw. mr. J.E. Auw Yang­van der Veermw. mr. W.B.M. van Boggelenmw. mr. drs. A.E.M. Boogermanmw. mr. D.W. van Putten­de Waardmr. drs. N.L.P. te BosAdvocaten:mr. H.J. Brouwermw. mr. S.A. Geerdinkmw. mr. H. van der Heidemr. drs. G.J. Heussenmw. mr. S. Ideler­OuwensWilt u meer informatie over onze juridische diensten?Neem dan contact op met ons secretariaat, Chantal Hamel(0348) 405 206, of stuur een e-mail naarchamel@vosabbconsulting.nl. Zie ook www.vosabbconsulting.nl.C O N S U L T I N GPolanerbaan 15 | Postbus 162 | 3440 AD Woerden


Consultantfoto: Peter Arno BroerEen kleine vergissing met grote gevolgenBij het besturen van scholen gaat het deels om het maken van strategische keuzes,maar ook om het goed laten verlopen van allerlei operationele processen. Een goedfunctionerende administratie is zo’n proces. Kleine vergissingen daarin kunnen somsgrote financiële schade opleveren.Een scholengemeenschap vangt al jaren anderstalige leerlingenop. De administratie vult – zoals de Regeling eersteopvang vreemdelingen voorschrijft – vóór 15 oktober hetaantal anderstalige leerlingen per 1 oktober in op het daarvoorbestemde CFI-formulier. Het formulier wordt na invullingondertekend, een kopie wordt in het dossier van deadministratie gestopt, maar na enkele weken ontstaat bij eeninterne administratieve controle het vermoeden dat het formulierniet daadwerkelijk is verzonden. Een telefoontje metCFI bevestigt dit vermoeden en afgesproken wordt dat hetformulier alsnog wordt verstuurd.De school veronderstelt dat de zaak hiermee sluitend is geregeld.Het is dan ook een onaangename verrassing als enkeleweken later een beschikking van de staatssecretaris op demat ligt, met de koele mededeling dat de subsidieaanvraagniet in behandeling wordt genomen omdat het formulier telaat is ingediend. Concreet betekent dit dat de school eenbedrag van rond de 170.000 euro misloopt.DisproportioneelDe scholengemeenschap besluit om een bezwaarschrift in tedienen. Daarin noemt de school een reeks van argumentenop grond waarvan het redelijk zou zijn dat – ondanks deadministratieve fout – de subsidie van 170.000 euro alsnogwordt uitgekeerd. Zo wijst de school op het feit, dat hetdepartement via de automatische leerlingentelling vande IB-groep al op de hoogte was van de gegevens van deanderstalige leerlingen. De sanctie is ook disproportioneel,aldus de school. Het niet toekennen van 170.000 eurostaat in geen verhouding tot de zwaarte en aard van degemaakte vergissing.De school geeft ook aan, dat het Rijk op geen enkele wijzebenadeeld wordt als de staatssecretaris het geld alsnog uitbetaalt.Immers, de school heeft recht op deze inkomstenen maakt ook daadwerkelijk kosten voor de anderstaligeleerlingen.De heroverweging in deze bezwaarschriftenprocedurelevert echter geen enkel resultaat op. De staatssecretarisblijft onvermurwbaar. De termijn die in de regeling isgenoemd, is een fatale termijn, aldus de bewindsvrouwe.De subsidieaanvraag kan alleen nog in behandeling wordengenomen, als er sprake is van een ‘verschoonbarereden’ voor de termijnoverschrijding, door ‘bijzondereomstandigheden die buiten de risicosfeer van het bevoegdgezag vallen’. Zo’n omstandigheid is volgens de staatssecretarisniet aanwezig. De school moet er maar voor zorgendat er geen vergissingen worden gemaakt, aldus de boodschapuit Den Haag.Gelijk en ongelijkKritische blikDe uitkomst van deze bezwaarschriftenprocedure onderstreeptnog eens het belang van het tijdig en correct aanleverenvan gegevens richting CFI. Oók als die gegevens alvia de elektronische snelweg zijn aangeleverd.Anderzijds geldt dat het redelijk zou zijn, als de bewindsliedende sanctie op het niet naleven van een fatale termijneens aan een kritische blik zouden onderwerpen. Het hierbeschreven voorbeeld toont aan dat de gevolgen disproportioneelen niet in het belang van het onderwijs zijn. Enhet onderwijs behoort toch de aanhoudende zorg van deregering te zijn, aldus onze grondwet.Ook zouden de bewindslieden van OCW eens kunnen kijkennaar het initiatief van hun collega’s van binnenlandsezaken, economische zaken en financiën, gepresenteerd inhet rapport ‘Een luisterend oor’. Dat initiatief beoogt – inhet geval een nadelig besluit dreigt – met de belanghebbendenin contact te treden om alsnog een oplossing tebewerkstelligen. De gestarte pilots laten zien dat hierdoorheel wat bezwaarprocedures worden voorkomen. Dat iswinst voor alle betrokken partijen.mr. drs. Klaas te Bos,juridisch adviseur bij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>over onderwijs25


Corgwell-OverOnderwijs:FC 08-04-09 13:12 Pagina 1Bent u op zoek naar eenprofessionele partner voormanagement in het onderwijs?Corgwell Onderwijs biedt:■ Interim-management:hoogwaardige capaciteit bijcrisis- en veranderopdrachten.■ Mobiliteitspool: ervaren schoolleidersbij tijdelijke afwezigheid vande leiding, overbruggingscapaciteiten het waar borgen van decontinuïteit van het management.■ Herplaatsing: intensievebegeleiding van school leidersnaar een functie buiten de eigenorganisatie.■ Search en selectie: ge bruikmakendvan het eigen netwerk,zoeken en selecteren van onderwijs -managers.■ Teambuilding en cul tuurveranderingmet behulp vanmanagementdrives.Wilt u meer weten overonze activiteiten op hetgebied van onderwijs?Dan kunt u contact op -nemen met een van deverantwoordelijke partners:Peter Kesteloo,06 55 82 55 20,p.kesteloo@corgwell.nlKoos van den IJssel,06 51 16 21 92,k.vandenijssel@corgwell.nlCorgwell OnderwijsDagelijkse Groenmarkt 22513 AL DEN HAAGTel: 070 - 363 00 16Fax: 070 - 360 03 53Informatie over de Mobiliteitspool vindt u op www.corgwellonderwijs.nl‘ Wie sponsortmijn hart?’Jump, het jeugdfonds van deNederlandse Hartstichting, helptkinderen en jongeren met een ziekhart langer en gelukkiger te leven.Daarnaast zijn we er ook voorkinderen en jongeren zonderaangeboren hartafwijking.Giro 5514t.n.v. Jump in Den Haagwww.heartjump.nlinfo@heartjump.nl26 over onderwijs


tekst: Inge Klijn • foto: Martin van den BogaerdtDiversiteit in schoolbesturen broodnodigDertig schoolbesturen van kleur laten verschieten voor het einde van het jaar. Dat is de opdrachtvan de Taskforce Diversiteit Schoolbesturen. Op verzoek van staatssecretaris Sharon Dijksmabenadert de Taskforce besturen met de vraag of het geen tijd wordt voor een allochtoon in hunmidden.Voorzitter is Bruno Bruins, oud-staatssecretarisvan onderwijs. Hij noemt de samenstellingvan het gemiddelde schoolbestuur ‘eenzijdig’:“Enkel witte mannen van 45 jaar en ouder, ookals er op de school veel kinderen met een allochtoneachtergrond zitten. Dat moet diverser”,zegt Bruins. “We willen graag dat het bestuureen afspiegeling is van de schoolpopulatie.” Eenbreed samengesteld bestuur is volgens Bruinsook interessanter. “Daar hoor je andere opvattingen,voer je andere discussies en leer je vanelkaar.”Bruno Bruins zet zich in voor gemengde scholen én besturen.ToppertjesDe Taskforce heeft een lijstje gemaakt vangoede bestuurders die uit een andere cultuurkomen. “Allemaal mensen waar we zelf graagmee zouden samenwerken. En die we kenden ofhebben leren kennen,” zegt Bruins. Veel mensenmet juridische ervaring of financiële expertise,want daar hebben schoolbesturen behoefte aan.Geschikte allochtonen vinden, is geen probleem; die zijn ergenoeg. Ingewikkelder is het om besturen zo ver te krijgenzo’n kandidaat aan te nemen. Besturen staan er wel vooropen, maar toch is het moeilijk om geschikte vacatures tevinden. Als een vacature in de krant komt, is het vaak te laaten is al iemand uit de eigen kring gevonden.De Taskforce verzamelt daarom zo veel mogelijk vacatures.Kansen zijn er als scholen fuseren; dan wordt vaak ook naarde samenstelling van de Raad van Toezicht gekeken. “Alswe weten dat er een fusie aankomt, gaan we een paar telefoontjesplegen,” vertelt Bruins. “Dan beginnen we over eenbestuurslid met een andere culturele achtergrond. En we wijzenop het grote aantal allochtone kinderen op de scholen.”Het werk van de Taskforce gaat langzaam; de eerste kandidaatis geplaatst en vijf benoemingen zijn in voorbereiding.Besturen vragen zich af of het wel nodig is om van samenstellingte veranderen. “Besturen hebben de neiging omeenvormig te worden. Ze bestaan lang uit dezelfde mensendie het wel met elkaar naar hun zin hebben en die elkaarontmoeten op de sportclub en in de kerk. Dat hoeft niet ergte zijn,” vindt Bruins, “maar diversiteit geeft zoveel rijkdom”.De Taskforce wil laten zien dat het niet ingewikkeld is ommensen met een andere achtergrond aan te nemen.‘Niet anders’Functioneert een bestuur anders als de samenstelling diverserwordt? Voor de Taskforce is het nog te vroeg om daariets over te zeggen. Maar Nuovo, de stichting openbaarvoortgezet onderwijs in de stad Utrecht, heeft al langereen veelkleurig bestuur. Zes jaar geleden kwamen er driebestuursleden met een andere culturele achtergrond: eenadvocate en een organisatieadviseur van Surinaamse afkomsten een accountant van Marokkaanse origine. Het bestuuris met hun komst niet anders gaan werken. Voorzitter HansStellingsma: “Het zijn gewoon goede bestuurders, ze gedragenzich niet anders dan anderen.” Toch vindt Stellingsmadeze diversiteit belangrijk: “Onze schoolpopulatie is heeldivers en dat moet je terugzien in de samenstelling van deRaad van Toezicht. “Gemengde scholenBruno Bruins zet zich samen met Zeki Arslan van Forum ookin voor gemengde scholen. In dit geval is er geen duidelijkedeadline, maar gaat het om een mentaliteitsverandering. Hetdoel is segregatie voorkomen en benadrukken hoe leuk hetis als kinderen op een gemengde school zitten. Omdat Bruinsvanwege de Taskforce Diversiteit veel bij schoolbesturen overde vloer komt, vroeg Sharon Dijksma hem, deze opdrachtook mee te nemen.Informatie: Akke Visser, secretaris van de Taskforce,akke.visser@caop.nl, tel. 070 – 3765739.Of kijk op www.diversiteitinschoolbesturen.nl.over onderwijs27


Adviseur Monica Robijns begeleidt samenwerkingsprocesVMBO Houten komt vlot vanIn 2010 openen College De Heemlanden en het Anna van Rijn College samen het VMBO Houten.In de praktijkAdviseur Monica Robijns van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> was extern voorzitter van de stuurgroep die de samenwerkingtussen beide scholen begeleidde.Conrector Aat Kasbergen van College De Heemlanden inHouten en directievoorzitter Geert Popma van het Anna vanRijn College in Nieuwegein vertellen dat deze twee scholensamen een nieuwe vmbo-vestiging beginnen met de theoretischeleerweg en het intersectoraleprogramma Technologie en Commercie.’Wij willenander beeldvan beroepsonderwijs’Het initiatief past in het kader van hetregionale arrangement, dat zich richt opeen goede spreiding van onderwijsaanbodin regio’s. In het geval van College DeHeemlanden en het Anna van Rijn Collegebehoren naast Houten en Nieuwegeinook plaatsen als IJsselstein, Vianen enCulemborg tot de regio. De nieuwe vmbovestigingkrijgt in 2010 eerst tijdelijkehuisvesting in Houten en later op een steenworp afstand vandeze locatie een gloednieuw gebouw, dat zich nu nog in deontwerpfase bevindt.”We willen met de nieuwe school een heel ander beeldvan het beroepsonderwijs neerzetten”, aldus Kasbergenen Popma. “Jongeren moeten weer trots zijn dat zij op hetvmbo zitten. Daar willen wij een bijdrage aan leveren, bijvoorbeeldmet ons onderwijsconcept. Dat gaatnadrukkelijk uit van talenten van leerlingen enhun prestaties. Het trotse vmbo-gevoel moetook tot uiting komen in de ontwikkeling vande nieuwe huisvesting. We gaan ervoor zorgendat er een gebouw komt te staan waarvaniedereen denkt: ‘wow, dat is geweldig’.” Denieuwe vmbo-vestiging gaat zich nadrukkelijkprofileren met dans en sport. De ligging, netbuiten het centrum van Houten vlakbij sportaccommodaties,sluit daarop aan.Zorgvuldigheid, tijd en energieOmdat samenwerking tussen twee scholen een zorgvuldig28over onderwijsGeert Popma (links) en Aat Kasbergen:op weg naar nieuw vmbo in Houten.


tekst Martin van den Bogaerdt • foto’s Martin van den Bogaerdt (Houten) en Martin Droog (portret)de grondIdentiteitHet nieuwe VMBO Houten komt voort uit het openoecumenische College De Heemlanden in Houten enhet openbare Anna van Rijn College in Nieuwegein.In het proces van samenwerking is ervoor gekozenom de identiteit van de nieuwe vmbo-school onder devlag ‘open oecumenisch en algemeen toegankelijk’ tehangen. Op deze manier wordt de nieuwe school bijzonder,zonder dat de algemene toegankelijkheid vanhet openbaar onderwijs uit het oog wordt verloren.“Alle leerlingen zijn welkom op VMBO Houten, ongeachthun levensbeschouwelijke achtergrond”, aldus debestuursleden Kasbergen en Popma.proces vereist en bovendien veel tijd en energie vergt,besloten het College De Heemlanden en het Anna van RijnCollege om een externe adviseur in te schakelen.“We hebben verschillende organisaties benaderd om eenonafhankelijke voorzittervoor onze stuurgroep te’Externeadviseur isneutraal’leveren. Het is belangrijkdat een externe adviseurals neutraal persoonzaken aan de orde kanstellen die gevoelig liggen.”Op basis van degesprekken en de kwaliteitdie daaruit naar vorenkwam, kozen Kasbergen en Popma voor Monica Robijns van<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>.Een van de gevoeligheden van de samenwerking is dat in denieuwe situatie bij het Anna van Rijn College nog een deelvan de huidige vmbo-afdeling behouden blijft, terwijl bij hetCollege De Heemlanden alleen havo en vwo blijven bestaan.Dit betekent dat vooral De Heemlanden te maken zal krijgenmet een gevoelige afname van het aantal leerlingen.“Bij ons zal het leerlingenaantal met 350 afnemen, wat betekentdat we 17 tot 18 fte kwijtraken. Daar moet je je personeelheel zorgvuldig over informeren”, aldus Kasbergen. Ookouders moeten goed op de hoogte worden gebracht van deontwikkelingen. Het feit dat De Heemlanden verder gaat alseen scholengemeenschap met havo en vwo en zonder vmbo,is door de ouders in de medezeggenschapsraad positief ontvangen.Tegelijkertijd was het voor hen en de school vangroot belang te weten dat de opstroom van vmbo-tl naarhavo gegarandeerd blijft.Veel werk uit handenMonica Robijns van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> had als externe voorzitter vande stuurgroep niet alleen de rol van onpartijdig adviseur,maar ze nam Kasbergen en Popma ook veel werk uit handen.“Ze nam ruim de tijd en maakte ons regelmatig duidelijkwaar wij allemaal aan moesten denken. Monica hield devoortgangscontrole heel goed in de gaten, waardoor we hethele proces in anderhalf jaar hebben kunnen doorlopen. Alswij tweeën dat samen hadden moeten doen, was het onsnooit gelukt.”Robijns ging in het samenwerkingsproces uit van drie verschillendefasen. In de eerste, strategische fase werd bepaaldwaar de twee scholen met het nieuwe vmbo heen wilden. Inde daarop volgende, tactische periode werden de hoofdlijnenvan VMBO Houten doorontwikkeld tot een samenhangenden praktisch implementeerbaar geheel. Op dit momentbevindt het proces zich in de operationele fase, waarin wordtgewerkt aan de realisatie van het onderwijs, de organisatieen –last but not least- het nieuwe gebouw. Vanaf 2010 zullende leerlingen naar de nieuwe tijdelijke locatie overgaan,zodat over vier jaar de nieuwe vmbo-vestiging in Houten opvolle sterkte zal zijn, in een gloednieuw pand.Monica RobijnsAdviseur Monica Robijns (1960) studeerdeAndragologie en Onderwijskunde aan de Universiteitvan Amsterdam (UvA) en Organisatiekunde enManagement aan de Hogeschool Rotterdam (HR). Ze isbovendien gecertificeerd Fuwa-expert.Voordat ze bij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> ging werken als senior onderwijsorganisatieadviseur,was Robijns projectmanagerOnderwijs en Onderzoek aan de UvA, gaf ze korte tijdles op de Hogeschool Zuyd in Maastricht en ontwikkeldeen leidde ze het onderwijsconsultancybureauEduquality. Zij werkte verder als senior interim managerbij Bestuur en Management Consultants (BMC),was interim-directeur van een onderwijscluster binnende Hogeschool INHolland en manager Ontwikkelingen Kwaliteit bij de geneeskundige faculteit van het VUMedisch Centrum.Tot haar specialisaties behoren procesbegeleiding bijorganisatieveranderingen, kwaliteitszorg en onderwijs-,project- en crisismanagement. Ze is ook gespecialiseerdin het opzetten van onderwijsconcepten. Een voorbeeldhiervan is het zogenoemde Zuiderzeemodel voorhet primair onderwijs. Monica Robijns geeft als adviseurvan <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> regelmatig trainingen en workshops.Informatie: Monica Robijns, 06-30041175,mrobijns@vosabb.nlover onderwijs 29


Samenwerking in krimpende marktVoor álle vacatures inhet primair onderwijs!Ik zoek een...Meester!www.Onderwijsvacaturebank.nl68206820 SPF adv OVB4 175x126.indd 1 07-04-<strong>2009</strong> 18:01:39GODDING&G &CO> C O R P O R A>CT E O R C > PC O O M RMAAUP UT O N E R I A C T AO E T M I C M E O >U M N M IC U AN T I I C E> T I E >Alles wat u nodig heeft, is al in de kiem aanwezigNaar een nieuwe beleving van uw school onderzoek beeldvorming zorg voor een aansprekend verhaalmaak waarden zichtbaar kom creatief in contactT 013-518 61 58 E INFO@GODDING-CO.NL W WWW.GODDING-CO.NL30over onderwijs


Ron van der Raaij over flexibel interim-managementtekst: Lucy Beker • foto: Peter Arno Broer‘Tijdelijk een specialist inzetten’Sinds kort kunnen schoolbesturen bij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> terecht voor flexibel (financieel) interim-management.Schoolbesturen vullen daarbij zelf in hoe lang en hoe vaak ze een interimmer inzetten. Datkan al vanaf één dagdeel per week. Ron van der Raaij is een van de senior adviseurs, die beschikbaarzijn voor interimopdrachten.“Interimmers hebben het voordeel dat het specialisten zijndie je kunt binnenhalen, en die weer vertrekken als je zeniet meer nodig hebt. Dat is efficiënt”, zegt Van der Raaij,zelf een specialist op het gebied van financieel management.Daarmee heeft hij veel ervaring.“Ik ben begonnen als administrateur/controller en laterinterimmer in het bedrijfsleven”, vertelt Van der Raaij, dieinmiddels alweer jaren in het onderwijs actief is. Daar heefthij de financiële wet- en regelgeving enorm zien veranderen.“Toch is die nieuwe manier van werken in het onderwijs voormij heel logisch, omdat ik die nog ken uit het bedrijfsleven.Daarom kan ik scholen hierin goed bijstaan”.In welke situaties kan het voor een schoolbestuur handigzijn om een interimmer in te zetten? “Er kan onduidelijkheidzijn over de vaste invulling van een financiële functie bij eenbestuur”, zegt Van der Raaij. “Een interim overbrugt die periodezodat het bestuur meteen de juiste keuze kan maken.Of de functie van bijvoorbeeld een financieel directeur komtvacant en is niet zo snel in te vullen. Ook dan kan een interimmersoelaas bieden. Of er is een financieel probleem waareven een expert voor nodig is”.Niet vergroeid rakenVoor de interimmer zelf geldt dat deze elke dag weerde juiste afweging moet maken tussen betrokken zijn enafstand nemen. Van der Raaij: “Als interimmer moet je je eraltijd van bewust blijven dat je ergens tijdelijk werkt. Als jeteveel met de zaak vergroeid raakt, wordt het moeilijk tevertrekken en dat is niet de bedoeling. Overigens kunnenjuist de interimmers in dienst van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> die afweginggoed maken, omdat er voor hen geen persoonlijke belangenin het spel zijn. Daarbij komt dat <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>’ers het onderwijsals geen ander kennen. En ten slotte kan een interimmer van<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> in complexe zaken gebruik maken van de kennis enadviezen van collega’s, bijvoorbeeld de organisatieadviseursof de juristen”.Goedkoop is interim-management niet, maar toch kan deinzet van een interim-manager voordeliger zijn dan zakenop zijn beloop te laten, waardoor later een hersteloperatienodig is.“Het gaat in financiële functies uiteraard altijd om geld. Alsdie zaken niet goed worden geregeld of er worden kansengemist, is het vaak nog duurder om het weer in orde te krijgen”,aldus Van der Raaij.Informatie: Ron van der Raaij, 06-53733449,rvanderraaij@vosabb.nl.Ron van der Raaij tijdens zijn werk, hier op obs DeRegenboog in Breukelen, met directeur Gerard van Schaiken adjunct-directeur Hans Zilverberg. Van der Raaij heeftdeze school begeleid op de weg naar bestuurlijke verzelfstandiging.“Uit onderzoek van Van der Raaij bleek dat onze financiëlezaken enorm vervlochten waren in de gemeentelijkeadministratie”, vertelt Zilverberg. “Dat was lastig. Maardankzij Ron kregen we uiteindelijk toch een helder beeld.We stonden er financieel goed genoeg voor om zelfstandigverder te gaan als eenpitter”.De Stichting Openbare Basisschool De Regenboog is op1 januari <strong>2009</strong> officieel van start gegaan.over onderwijs31


Nieuwe onderwijsconcepten in Roermond en JulianadorpDuurzame schoolgebouwenHet woord duurzaam is in het onderwijs een begrip aan het worden. En dan gaat het niet alleenom energiezuinig en slijtvast. Een duurzaam gebouw leidt hier tot duurzaam onderwijs. Zoals bijNiekée in Roermond en het Junior College in Julianadorp.Niekée kreeg eind januari de Scholenbouwprijs, het JuniorCollege een nominatie. De jury had deze keer vooral gekekennaar duurzaamheid van de gebouwen. Daar is in beidescholen dan ook veel aandacht aan besteed, en dat houdtniet op bij energiezuinige verlichting.Het eerste wat opvalt bij het naderen van het vorig jaar officieelgeopende Niekée in Roermond (400 leerlingen, verdeeldover een vo-brede onderbouw en vmbo-brede bovenbouw),zijn de gekleurde platen aan de buitenkant van het gebouw.Heel duurzaam, zo blijkt even later, want de platen gaanmaar liefst dertig jaar mee. Ook met energie wordt in ditgebouw zuinig omgesprongen. De lampen in het toilet gaanbijvoorbeeld alleen aan als er iemand binnenkomt, doordatze reageren op beweging.“Maar de duurzaamheid zit vooral in de ontwikkeling vande leerlingen”, zo licht adjunct-directeur Sjef Drummen toe.Toen drie noodlijdende vmbo-locaties in de stad enkele jarengeleden door de gemeente Roermond gedwongen werdentot samenwerking, besloten de schoolleiders tot een geheelnieuw concept. Geen traditionele school met afgesloten lokalenmeer. Het moest anders.Uitdaging“Ons uitgangspunt was: wat geeft leerlingen uitdaging inhet leren?” zegt een bevlogen sprekende Drummen. “Hetwerd leerprocesgericht in plaats van leerstofgericht. Datbetekent andere keuzes maken. Het gebouw moest transparantzijn, zodat iedereen ziet wat er gebeurt.”In Niekée kun je bij binnenkomst de hele school overzien.Door het transparante gebouw zien leerlingen wat er mogelijkis en worden ze uitgedaagd iets te willen leren. Er is veelkeuze: Niekée heeft verzorging, grafimedia, horeca, handel/administratie en techniek.Voor Drummen en de zijnen betekent duurzaamheid ‘dat jeals school investeert in mensen zodat ze zich ontwikkelen’.“Het leerenthousiasme is belangrijker dan alleen het diploma.Want die houding is blijvend bij een mens, duurzaamdus.” Zo zijn ook in elke ruimte de faciliteiten aanwezigom bijvoorbeeld een kaart van Europa op het digitale bordtevoorschijn te toveren.HufterproofSceptici riepen bij de opening van de schooldat het gebouw nooit hufterproof zouzijn. De klapstoeltjes van het auditoriumzouden door vandalen gesloopt worden engraffitikliederaars zouden zich uitleven opde muren van de wc´s. Niets blijkt minderwaar. Het gebouw wordt gespaard, watvolgens adjunct Drummen te danken is aande fraaie toestand waarin het verkeert.Iets moois nodigt nou eenmaal minder uittot slopen dan een vervallen pand. “Kinderen vertonen hiereen ander gedrag. Dat is de duurzame kwaliteit van hetSjef Drummen bij het gebouw van Niekée met zijnopvallend kleurige, duurzame gevelplaten.‘Kinderenvertonenhier andergedrag’gebouw.”Drummen wijst op het betondat in het gebouw is verwerkt.“Ik wist het ook niet,maar de architect verteldedat beton duurzamer is danbakstenen. Bakstenen wordengebakken en daarbijkomt veel CO2 vrij.”Sinds de nieuwbouw erstaat heeft Niekée al meerdan 3000 bezoekers gehad,die willen zien hoe je eenduurzame school bouwtvoor duurzaam onderwijs.De bezoekers kwamenonder meer uit Japan, Peruen Engeland. Een directeuruit Kent was zo enthousiastdat hij naar zijn school inEngeland belde dat ze de32 over onderwijs


tekst: Jurgen van Dijk • foto’s: John Peters (Roermond) en John Ouddwingen duurzaam onderwijs afbouwtekening voor een nieuw te bouwen traditionele schoolmeteen konden verscheuren. Hij had in Roermond een betergebouw gezien: Niekée.De bezoekers hadden ook oog voor een ander aspect van deduurzaamheid: de relatie van de school met de omgeving.Leren buiten lestijd is in traditionele scholen marginaal. Inde duurzame school zitten allerlei multifunctionele zakenverweven die het mogelijk maken dat verenigingen, restaurantbezoekers,organisaties zoals die van de finale van deverkiezing van de hipste docent (Limburgs Dagblad) of vancursussen en het bedrijfsleven er buiten lestijd terecht kunnen.Het gebouw is school, theater en museum in één.SporthalOok bij het Junior College in het Noordhollandse Julianadorp(vmbo t/m vwo, 400 leerlingen, 50 docenten) is de omgevingnadrukkelijk naar binnen gehaald in het kader van deduurzaamheid in brede zin: de relatie van de school met desamenleving. Naast de nieuwe school (vandecember 2007) staat de sporthal. Niet een‘Flexibeleklassenleiden totanderelessen’eenvoudige gymzaal voor eigen gebruikmaar een fikse hal waar ook diverse clubsuit Den Helder gebruik van maken - tegenbetaling van huur uiteraard. En in hethoofdgebouw is ruimte voor verenigingendie buiten lestijd iets willen, zoals korendie repeteren.Net als in Roermond is er in dit gebouwverlichting die alleen brandt als er iemandis. Toch is het leeuwendeel van het budgetniet naar energiezuinige vindingen gegaan, vertelt locatieleiderYvonne Kapiteijn. “Onze keuze was het budget vooralte besteden aan het onderwijsconcept.” Daarmee bedoeltze dat met flexibele klassen een andere manier van lesgevenwordt bereikt.Net als in Roermond is ditgebouw ontworpen omleerlingen uit te dagen.“In dit schoolgebouw kunje een ander onderwijsconceptwaarmaken,”stelt directeur EugèneKramer. De jury van deScholenbouwprijs onderkendedit en nomineerdehet gebouw voor de prijs.Het Junior College biedtvanaf een afstand eenbijzondere aanblik, vooralals de zon schijnt. Kom jedichterbij dan verkleurthet zilverkleurige gebouwnaar goud. Dat maaktindruk. En dat mag je ookbest een vorm van duurzaamheidnoemen.Yvonne Kapiteijn en Eugène Kramer in het JuniorCollege in Julianadorp: ‘In dit gebouw kun je eenander onderwijsconcept waarmaken’.Maatschappelijkverantwoord ondernemen“Duurzaam bouwen is de laatste jaren uit de geitenwollensokkensfeergekomen. Het is maatschappelijkverantwoord ondernemen geworden.” Dit zegt Willem-Jan Adriaansen, adviseur bij Hevo. Hevo wordt doorscholen ingeschakeld om hen te adviseren en bij testaan bij duurzaam bouwen.Daarbij wordt gekeken naar investeringskosten enexploitatiekosten. Adriaansen: “Als je veel investeertin een energiezuinig gebouw heb je daarna lageremaandlasten.” Hevo is er al vroeg bij: vanaf de haalbaarheidsstudiestot en met de oplevering van hetgebouw is het adviesbureau uit Den Bosch erbij betrokken.Dat was ook het geval met Niekee in Roermonden het Junior College in Julianadorp. Ook het onderhoudvan een nieuwe school kan door Hevo gedaanworden.Volgens Adriaansen gaat het bij een duurzaam gebouwom meer dan de materialen en energiezuinigheid. “Hetgaat ook om de relaties met groeperingen in de directeomgeving. De duurzame school is een facilitair centrum:cursussen, bijeenkomsten, modeshows, marktenen concerten. Allerlei extra´s die veel waarde hebben.”Een echte duurzame school, betoogt Adriaansen, zorgtzelfs voor een goede ontsluiting voor auto´s en veiligeover onderwijs 33


AdviesVerstand van lerenGevoel voor mensenOpleiding en trainingCo- en interim-managementOnderzoek en ontwikkelingDe krachtvanverbindenVerbeteren van leren en opleiden,professionalisering, organisatieontwikkeling,bedrijfsvoering enstrategie. Onderwijsorganisatieszetten nieuwe stappen.KPC Groep zet uw vraagstukken in het juisteperspectief en zorgt voor verbindingen.Verbindingen tussen mensen en organisatiedoelen,tussen inhoud en proces, tussen beleid en praktijk,tussen uw organisatie en andere spelers in het veld.Vanuit deze benadering creëren we samen metopdrachtgevers echte groei en ontwikkeling.34 over onderwijsMeer weten over onze expertises en dienstverlening op het gebied van onderwijsinnovatie, organisatieontwikkeling,professionalisering, strategie en bedrijfsvoering:www.kpcgroep.nl


<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>-communicatienetwerktekst en foto: Martin van den Bogaerdt‘We kunnen als collega’s veelvan elkaar leren’ColofonOver Onderwijs is het relatieblad van<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>, de vereniging van openbareen algemeen toegankelijke scholenen een van de grootste werkgeversorganisatiesin het onderwijs. Bijna 400besturen met circa 2800 scholen en ruim850.000 leerlingen zijn aangesloten.<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> heeft een ledennetwerk voorpr- en communicatiemedewerkers opgericht.De eerste bijeenkomst was op 21april. Gastheer was John Beumer van hetbestuur Openbaar Onderwijs Zwolle enRegio (OOZ).Beumer is sinds januari vorig jaar adviseurpr en communicatie van OOZ.Daarvoor zat hij in het basisonderwijs,eerst als groepsleerkracht, later als internbegeleider en vervolgens als adjunctdirecteur.“Daarnaast heb ik altijd depr gedaan van een band en theatergezelschappen.Ik had een eigen stichtingvoor pr-advies.” In 2007 werd Beumerdoor zijn bestuur gevraagd om de pr encommunicatie van OOZ onder zijn hoedete nemen. “Ik dacht eerst dat het omeen dagje per week ging, maar ik doedit nu fulltime, en met veel plezier!”John BeumerHet blad verschijnt zeven keer per jaar.Redactie-adres:Over OnderwijsPostbus 162, 3440 AD Woerdenoveronderwijs@vosabb.nltel: 0348 - 405 270Redactie:Lucy Beker (eindredactie)Martin van den BogaerdtMedewerkers aan dit nummer:Jurgen van Dijk, Inge Klijn, Klaas te BosFotografie:Martin van den Bogaerdt, Peter ArnoBroer, Martin Droog, John Oud,John Peters, Martine Sprangers,Ella Tilgenkamp, Fonger de VlasPionierend karakterSamen met <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> nam Beumer hetinitiatief tot de oprichting van het landelijkeledennetwerk voor pr- en communicatiemedewerkers.“Bij OOZ was de functie helemaal nieuw toen ik er vorig jaaraan begon. Ik heb ook nu geen mensen in mijn organisatie die dit werk doen.Daardoor kan ik voor vragen niet terugvallen op collega’s. Ik herken dat van deperiode toen ik nog ib’er was. Ook toen had ik geen klankbord. Dat maakt hetwerk soms lastig. Dit geldt voor veel meer communicatiemedewerkers in hetonderwijs, ook zij zitten vaak op eenzame posities. Daarom is een landelijk netwerkbelangrijk. We kunnen als collega’s veel van elkaar leren. Ik wil met anderenover mijn vak kunnen sparren!”EilandgevoelDe eerste bijeenkomst van het netwerk in het Diezer College in Zwolle werd bijgewoonddoor ruim 20 medewerkers van besturen en scholen uit het hele land,die zijn aangesloten bij <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>. Het ‘eilandgevoel’ dat Beumer ervaart, wordtdoor velen gedeeld, zo blijkt al snel. Dat benadrukt het nut van het netwerk.Er wordt gesproken over de mogelijkheden die pr en communicatie bieden. Aande orde komen zaken als imago, kernwaarden en maatschappelijke betrokkenheidvan het openbaar onderwijs. Er is behoefte aan uitwisseling van kennis overvakinhoudelijke thema’s, zoals crisiscommunicatie, omgang met de media en communicatierond organisatorische veranderingen. Afgesproken is dat <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> ende leden van het netwerk via de digitale snelweg kennis met elkaar gaan uitwisselen.Hoe verder?De volgende bijeenkomst van het <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>-communicatienetwerk is waarschijnlijkin het Edison College in Apeldoorn. Zodra de datum en definitieve locatie bekendzijn, wordt dat vermeld op www.vosabb.nl.Ook deelnemen aan het communicatienetwerk? U kunt zich aanmelden bij C&MmedewerkerMartin van den Bogaerdt van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>: tel. 06-13190311,mvandenbogaerdt@vosabb.nl.Foto omslag:Obs De Optimist in HoofddorpFoto: Martine SprangersOntwerp en lay-out:Afdeling Vormgeving, BussumDruk:Giethoorn ten Brink, MeppelAdvertentiebureau:Recent, Amsterdam020 - 330 89 98info@recent.nlContactpersoon: Ray ArondsAbonnementen:Leden van <strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong> ontvangen eenexemplaar per bestuur en per schoolgratis.Extra abonnementen mogelijk(zie www.vosabb.nl).Abonnement niet-leden:63 euro per jaar.Opgeven als abonnee bij:<strong>VOS</strong>/<strong>ABB</strong>, t.a.v. Irene Smit,tel: 0348 - 405 203; e-mail:ismit@vosabb.nlCopyright:Alle rechten voorbehouden.over onderwijs35


36 over onderwijs

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!