12.07.2015 Views

Buitengebied, 3e herziening - gemeente Moerdijk

Buitengebied, 3e herziening - gemeente Moerdijk

Buitengebied, 3e herziening - gemeente Moerdijk

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

<strong>Moerdijk</strong><strong>Buitengebied</strong>, 3 e <strong>herziening</strong>Bestemmingsplan - separaat bijlagenboekidentificatieplanstatusidentificatiecode: datum: status:NL.IMRO.1709.<strong>Buitengebied</strong><strong>3e</strong>herz-0301 07-11-2011 concept04-05-2012 voorontwerpprojectnummer: 15-11-2012 ontwerpvastgesteld170900.15945.00opdrachtleider:drs. A.Th.M. HoedemakerR.008/04gecertificeerd door Lloyd’sconform ISO 9001: 2000aangesloten bij:RBOI - Rotterdam bvDelftseplein 27bPostbus 1503000 AD Rotterdamtelefoon (010) 201 85 55E-mail: info@rboi.nl


© RBOI - Rotterdam bvNiets uit dit drukwerk mag door anderen dan de opdrachtgever worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie,microlm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van RBOI - Rotterdam bv, behoudens voorzover dit drukwerk wettelijk eenopenbaar karakter heeft gekregen. Dit drukwerk mag zonder genoemde toestemming niet worden gebruikt voor enig ander doel dan waarvoor het is vervaardigd.


Onderzoeksrapporten en andere op het bestemmingsplan betrekkinghebbende stukken zoals bedoeld in artikel 3:11 AwbBloemendaalse Zeedijk 39A en 41- ZLTO advies. Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van de bouw van een agrarischeopslagloods aan de Bloemendaalse Zeedijk 41 in Zevenbergschen Hoek. d.d. 15 april2011/augustus 2012.Analyse en toetsing VAB-locaties- RBOI Rotterdam bv. Beleidskader vrijkomende agrarische bedrijfscomplexen. Bijlage3 Analyse en toetsing vrijgekomen agrarische bedrijfscomplexen. Projectnummer170900.15125.00 d.d. 16 april 2010.Oude Heijningseweg 3- RBOI – Rotterdam bv. Ruimtelijke onderbouwing Breure grondwerken, OudeHeijningseweg 3. Projectnummer 151604.16353.00 d.d. 10 mei 2012.Oudemolensedijk 9- RBOI - Rotterdam bv. Ruimtelijke onderbouwing Nieuwbouw tankstationOudemolensedijk 9 te Fijnaart. Projectnummer 032601.15835.00 d.d. 30-03-2012.- Bureau Star Line. Distributief planologisch onderzoek tankstation Oudemolensedijk 9Fijnaart. Project 2100622 d.d. 22 juni 2010.- RBOI – Rotterdam bv. Beoordeling onderzoeken motorbrandstoffenverkooppuntFijnaart. Projectnummer 264.14908.00 d.d 10 december 2009.Stadsedijk 28 en 30- Wematech Milieu Adviseurs b.v. Ruimtelijke onderbouwing Stadsedijk 28 en 30 teOudemolen. Projectnummer WRO-60120307 d.d. 23 oktober 2012.Stadsedijk 45c- CUMULA advies. Ruimtelijke onderbouwing Bezooijen & Schreuders bv, Stadsedijk45c te Oudemolen. Projectcode JOI4559 d.d. november 2011.- Wematech Bodem adviseurs bv. Verkennend bodemonderzoek Nieuwbouw woningStadsedijk 45c Oudemolen. Projectnummer BVV-50110344 d.d. 26 september 2011.Zwingelspaansedijk 16- ZLTO advies. Ruimtelijke onderbouwing ten behoeve van vergroting agrarischbouwvlak Zwingelspaansedijk 16 te Fijnaart. d.d. 23 maart 2012.- Coördinatiepunt Landschapsbeheer Brabants Landschap. Ontwerp beplantingsplanvoor V.O.F. Knook-Maat, Zwingelspaansedijk 16, 4793 SH Fijnaart. d.d. 18 mei 2011.- ZLTO Advies. Situatietekening aan de Zwingelspaansedijk 16 te Fijnaart.Projectnummer 2011-Fijn d.d. 26 mei 2011.- ZLTO Advies. Ruimtelijke onderbouwing duurzame locatie intensieve veehouderijZwingelspaansedijk 16 te Fijnaart. d.d. 8 december 2006.Drogedijk 61- WD Advisering b.v. Ruimtelijke onderbouwing realisering serre Drogedijk 61, Fijnaart,<strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>. Kenmerk: HWe01518 d.d. 13 augustus 2010.


<strong>Moerdijk</strong>seweg 1- Tauw. Ruimtelijke onderbouwing tankstation Zevenbergschen Hoek, <strong>Moerdijk</strong>seweg 1.Kenmerk: N002-4737560SSW-evp-V02-NL d.d. 9 november 2010.- Tauw. Quickscan tankstation <strong>Moerdijk</strong>, ecologisch onderzoek naar beschermdenatuurwaarden. <strong>Moerdijk</strong>seweg 1. Projectnummer: 4737560 d.d 21 oktober 2010- Tauw. Luchtkwaliteitonderzoek tankstation <strong>Moerdijk</strong>. <strong>Moerdijk</strong>seweg 1. KenmerkN003-4737560ENI-evp-VO2-NL d.d. 5 november 2010.- Tauw. Watertoets tankstation <strong>Moerdijk</strong>. <strong>Moerdijk</strong>seweg 1. Kenmerk N001-4737560BJO-evp-V03-NL d.d 5 november 2010.- Inventerra Milieuadviesbureau. Verkennend bodemonderzoek <strong>Moerdijk</strong>seweg 1Zevenbergsche Hoek. Rapportnummer 10-2163-RO1NL d.d. 9 september 2010.- RBOI Rotterdam bv. Beoordeling rapport DPO Zevenbergsche Hoek d.d. 29 maart2010. Projectnummer 170900.15104.01 d.d. 17 mei 2010.- Bureau Star Line. Distributief planologisch onderzoek ‘Zevenbergschen Hoek’.<strong>Moerdijk</strong>seweg 1. Project 291021 d.d. 26 mei 2010.Molendijk 9- Quadrant Ingenieurs. Ruimtelijke onderbouwing Molendijk 9 te Standdaarbuiten.Rapportnummer 10.040.RO-03 d.d. 12-08-2010.- Den Hollander bouwkundig advies- en ontwerpburo. Situatie bestaande toestandMolendijk 9 te Standdaarbuiten. Werknummer: DH09-281 d.d. 11 januari 2010.- Den Hollander bouwkundig advies- en ontwerpburo. Situatie nieuwe toestandMolendijk 9 te Standdaarbuiten. Werknummer: DH09-281 d.d. 16 maart 2010.Hokkenberg 8- Exlan Consultants. Ruimtelijke onderbouwing mestverwerkingsinstallatie Gebr.Verkooijen Hokkenberg 8 4772 PD Langeweg. Kenmerk 02.09.066 d.d. 09-11-2011.Pootweg 15- Agel adviseurs. Toelichting Pootweg 15 te Langeweg, <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>. Kenmerk02/D02 d.d. 09-09-2011.- Agel adviseurs. Onderzoek milieuzonering bedrijven Pootweg 15 te Langeweg.Projectnummer 20090229-01 d.d. 13 april 2010.- Agel adviseurs. Akoestisch onderzoek woningsplitsing Pootweg 15 te Langweg.Projectnummer: 20090229 d.d. 16 april 2010.


Bloemendaalse Zeedijk39a en 41


RUIMTELIJKE ONDERBOUWINGBloemendaalse Zeedijk 41 teZevenbergschen Hoek


Ruimtelijke onderbouwingTen behoeve van de bouw vaneen agrarische opslagloods aan deBloemendaalse Zeedijk 41 in Zevenbergschen HoekOpdrachtgever:Familie BurgersBloemendaalse Zeedijk 414765 TB Zevenbergschen HoekOpgesteld door:ZLTO adviesSpoorlaan 3505038 CC Tilburg013-583 6330ing. Y. Verhageni.s.m.mr. A.B. Verhage15 april 2011/augustus 2012Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 2


Inhoudsopgave1 Beschrijving van het initiatief ..............................................................................................41.1 Algemeen 41.2 Voorgeschiedenis 41.3 Het initiatief 41.4 Economische uitvoerbaarheid 72 Beleidsmatige verantwoording.......................................................................................82.1 Provinciaal beleid 82.2 Bestemmingsplan Zevenbergschen Hoek 103 Ruimtelijke aspecten....................................................................................................123.1 Ruimtelijke en functionele hoofdstructuur 123.3 Flora en fauna 133.4 Cultuurhistorie en archeologie 143.5 Mobiliteit 143.6 Technische infrastructuur 153.7 Milieuaspecten 154 Waterparagraaf ................................................................................................................174 Afwegingen..................................................................................................................18Bijlage 1: gegevens Natuurloket ..........................................................................................19Bijlage 2: advies AAB……………………………………………………………………………….23Bijlage 3: voorstel tot vormgeving agrarisch bouwvlak………………………………………….26Bijlage 4: Landschapsinpassingsplan……………………………………………………………..34Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 3


1 Beschrijving van het initiatief2.1 AlgemeenDe familie Burgers heeft een verzoek ingediend bij de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> voor medewerkingaan vormverandering van het bestaande agrarische bouwblok. Het bedrijf is gevestigd aande Bloemendaalse Zeedijk 41 in Zevenbergschen Hoek. De familie Burgers is voornemensom op deze uitbreiding een opslagloods te realiseren. Deze uitbreiding is mede vanwege debedrijfseconomische ontwikkeling van het agrarische bedrijf noodzakelijk.Momenteel beschikt het huidige bouwblok over 9600 m² (178 x 54 m). De familie Burgers wildit bouwvlak van vorm veranderen omdat de uitbreidingsruimte op het bouwvlak zich oponhandige plaats bevindt voor het bedrijf en de logistieke lijnen. De ruimte voor devormverandering wordt gevonden door het verplaatsen van een gedeelte van het bouw vanBloemendaalse Zeedijk 39A naar het gekoppelde bouwvlak op nr 41. Per saldo neemt hetaantal m2 bouwvlak niet toe.De <strong>gemeente</strong> heeft in een eerder stadiumgoedkeuring verleend aan de verzoek. Echter isdoor de provincie aangegeven deze bouwblokverandering nader te onderbouwen.2.2 VoorgeschiedenisHet bedrijf van de familie Burgers is gelegen in 2 bestemmingsplannen. Het bouwvlakbevindt zich in het plan Kern Zevenbergschen Hoek uit 2011 en het perceel waar de nieuweloods wordt gesitueerd bevindt zich in het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> uit 2008.Zowel het vigerende bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> als het vigerende bestemmingsplankern Zevenbergschen Hoek bieden geen directe mogelijkheid voor de noodzakelijkevormverandering van het bouwblok. Basis voor de te voeren procedure is een concreteaanvraag voor de nieuwbouw van een opslagloods.Na het indienen van het verzoek voor de verandering van het bouwvlak voor de toekomstigebouw van een opslagloods, heeft de <strong>gemeente</strong> de gewenste bouwblokverandering toegepastin de 1 e <strong>herziening</strong> van het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong>. Op het bouwblok was tevens desubbestemming (zw) opgenomen. Dit aangezien er al een bedrijfswoning is gerealiseerd ophet agrarische bouwblok. De provincie heeft echter op 1 september 2009 goedkeuringonthouden aan deze bestemmingsplanwijziging. Argumentatie vanuit de provincie isgebaseerd op basis van de ligging in open gebied, landschappelijke inpassing en hetontbreken van een planologische koppeling met het bedrijf omdat het bedrijf is gelegen ineen ander bestemmingsplan. Om de planwijziging alsnog te realiseren dient eenzogenaamde goede ruimtelijke onderbouwing aangeleverd te worden door de aanvrager.2.3 Het initiatiefAan de Bloemendaalse Zeedijk 39A en 41 in Zevenbergschen Hoek exploiteert de aanvragereen volwaardig agrarisch akkerbouwbedrijf. Het bedrijf bestaat uit een bouwblok op nr 41van circa 9600 m ² met een opslagruimte voor akkerbouwproducten een werktuigenbergingen een bedrijfswoning en een bouwvlak van ca. 1ha op nr 39A.Het totaal oppervlak op zowel 39A als 41 aan bedrijfsbebouwing bedraagt circa 3370 m2.Ten tijde van het verzoek werd circa 130 hectare bewerkt, inmiddels is dit aantal in 2011gegroeid naar 170 hectare. In de nieuwe situatie wordt een nieuwe opslagloods gebouwdmet een oppervlakte van 1500 m2 en een uitbreiding van de verharding van ca. 300 m2.Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 4


Sinds enkele jaren beschikt de aanvrager ook over het agrarische bouwvlak aan deBloemendaalse Zeedijk 39A in Zevenbergschen Hoek. De locaties worden echtergescheiden door een begraafplaats. De locatie op nummer 39A is minder geschikt voorontwikkeling van het agrarisch bedrijf omdat het kort bij de bebouwde kom is gelegen.Transportbewegingen als gevolg van het bedrijf zullen dan op korte afstand van woningenplaatsvinden. Qua geluid en logistiek is het dus beter om de locatie op nummer 41 verder teontwikkelen. Dit wordt tevens ondersteund door de Agrarisch Adviescommissie.Daarom is het verzoek om de ontwikkeling van het agrarisch bedrijf op 41 gestalte te geven.Ontsluiting van het bedrijf blijft via de Bloemendaalse Zeedijk verlopen. Hierin zullen geenwezenlijke veranderingen optreden ten opzichte van de bestaande situatie. Van hieruit wordtaangesloten worden op de regionale wegenstructuur.Vormverandering van het bouwvlak is noodzakelijk voor de logistieke lijnen op het bedrijf. Deuitbreidingsruimte bevindt zich nu aan de noordoostzijde van de woning, terwijl debedrijfsgebouwen zich aan de zuidwestzijde bevinden. Voor de loop- en rijlijnen op het bedrijfis het beter dat een nieuwe loods kan worden bijgeplaatst ten noordwesten van debestaande bedrijfsgebouwen.Figuur 1: bestaande situatieRuimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 5


Hier vandaan ca. 5000 m 2 bouwvlakverplaatsen naar nr 41Voorgestelde vormverandering op nr 41Groenstrook verwijderen en aanpassenaan landschapsinpassingsplanFiguur 2: nieuwe situatieRuimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 6


2.4 Economische uitvoerbaarheidHet plan zal geheel in particuliere handen uitgevoerd worden. Voor de <strong>gemeente</strong> zijn er geenfinanciële consequenties aan verbonden. Met de initiatiefnemer wordt een overeenkomstafgesloten.Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 7


2 Beleidsmatige verantwoording2.1 Provinciaal beleidStructuurvisie Noord-BrabantDe Structuurvisie 2010 is opgesteld door de provincie Noord-Brabant en geeft de ruimtelijkeontwikkeling van de provincie weer tot 2025. De planlocatie (rode stip) is gelegen in eenzoekgebied primair agrarisch gebied. Dit zijn gebieden die worden gekenmerkt door demogelijkheden voor, en de aanwezigheid van de landbouwsector. Dit is weergegeven opfiguur 3.Figuur 3: Uitsnede Structuurvisie Noord-Brabant 2010Er wordt ruimte geboden aan de intensivering, schaalvergroting en samenwerking van delandbouwsector. Het centrale doel van het zoekgebied is als volgt; het bieden van optimaleontwikkelingsmogelijkheden ten behoeve van de agrarische sector. De landbouw leverthierbij een bijdrage aan de inrichting van het landschap, de verduurzaming van de productieen een goede kwaliteit van water, bodem, lucht en natuur. De land- en tuinbouw heeft deprioriteit in deze gebieden, er vinden geen grootschalige projecten plaats op het gebied vanrecreatie, verstedelijking of natuur. De uitbreiding van het bouwblok om agrarischebedrijfsactiviteiten te kunnen blijven uitvoeren is in overeenstemming met de doelstellingagrarisch gebied Structuurvisie.Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 8


Verordening Ruimte 2012Uit figuur 4 blijkt dat het plangebied is gelegen in het agrarisch gebied en in hetverwevingsgebied.Figuur 4: Uitsnede Verordening Ruimte 2012In verwevingsgebieden dienen agrarisch gebruik, wonen en natuur met elkaar verweven tezijn. Geconcludeerd kan worden dat het plan kan voldoen aan de regels uit de VerordeningRuimte van de provincie Noord-Brabant. Artikel 8.3 geeft een aantal voorwaarden vooruitbreiding van grondgebonden bedrijven in agrarische gebieden. Eén van de voorwaarden isdat in een uitbreiding kan worden voorzien mits uit de toelichting blijkt dat de uitbreidingnoodzakelijk is voor de agrarische bedrijfsvoering.Het betreft hier geen uitbreiding van het bestaand bouwvlak maar vormverandering. Door devormverandering komt het bouwvlak nu wel in het buitengebied te liggen.De vormverandering is noodzakelijk voor de agrarische bedrijfsvoering (zie 1.3).Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 9


Bij ruimtelijke ontwikkelingen buiten bestaand stedelijk gebied dient bij de ontwikkeling zorggedragen te worden voor het behoud en de bevordering van de ruimtelijke kwaliteit van hetdaarbij betrokken gebied en de naaste omgeving. In het bijzonder dient het principe vanzorgvuldig ruimtegebruik te worden toegepast.Het gewijzigde bouwvlak zal voorzien worden van een adequate landschappelijke inpassing.De bestaande ontwikkelingsruimte voor het bedrijf dat zich eerst bevond in het verlengde vande Bloemendaalse Zeedijk wordt verplaatst naar áchter de bestaande bedrijfsloodsen. Quaruimtegebruik en zichtlijnen is uitbreiding in noordwestelijke richting een gunstigere.Daarnaast blijkt uit de ruimtelijke onderbouwing dat rekening is gehouden met de gevolgenvan de beoogde ruimtelijke ontwikkeling voor de in het plan begrepen gronden en de naasteomgeving. Derhalve wordt voldaan aan de zorgplicht voor ruimtelijke kwaliteit.2.2 Bestemmingsplan Zevenbergschen HoekHet bedrijf is gelegen binnen het bestemmingsplan kom Zevenbergschen Hoek van de<strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> (vastgesteld in 2012). Aangewezen voor agrarische doeleinden, bestemdvoor een agrarische bedrijfsvoering. De gewenste uitbreiding van het bouwvlak is zodoendegelegen in het buitengebied.Figuur 5: Uitsnede bestemmingsplan kern Zevenbergschen Hoek2.3 Bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong>De locatie van de uitbreiding is gesitueerd binnen het bestemmingsplan ‘<strong>Buitengebied</strong> 2004’van de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> (vastgesteld 13 december 2005). Voor dit bestemmingsplan iseen <strong>herziening</strong> opgesteld: ‘<strong>Buitengebied</strong>, 1 e <strong>herziening</strong> 2008’ (vastgesteld 18 december2008, gedeeltelijk goedgekeurd 1 september 2009) zie figuur 6.In het bestemmingsplan is de omgeving voorzien van de gebiedsbestemming ‘AgrarischRuimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 10


gebied met verweving van landbouw en landschaps- en cultuurhistorische waarden alsmedekenmerkende openheid ALO’.De gronden waarop het gewenste bouwvlak is gelegen, hebben de bestemming Agrarischzonder bouwmogelijkheden.Voor de gewenste vormverandering is advies aangevraagd bij de AdviescommissieAgrarische Bouwaanvragen. Dit advies is ontvangen op 25 mei 2011 en heeft als conclusiedat de adviescommissie van mening is dat de gevraagde verandering noodzakelijk is vooreen doelmatige agrarische bedrijfsvoering. Dit advies is opgenomen in de bijlage.Figuur 6: 1 e <strong>herziening</strong> bestemmingsplan ‘<strong>Buitengebied</strong>’, uitsnede van de verbeeldingVanwege het ontbreken van een goede ruimtelijke onderbouwing en de koppeling tussen hetbedrijf aan de Bloemendaalse Zeedijk 41 en de gewenste uitbreiding van het bouwvlak heeftde provincie goedkeuring onthouden aan dit deel van het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong>,1<strong>herziening</strong>.ConclusieAangezien het ruimtelijk niet wenselijk is om twee aparte bouwblokken te creëren en debinding tussen het agrarische bouwblok en de vormverandering duidelijk moet zijn, zal hetagrarische bouwblok uit het bestemmingsplan kern Zevenbergschen Hoek gehaald wordenen worden ingepast in het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong>. Het bouwvlak wordt dan als éénagrarisch bouwvlak in het buitengebied aangeduid. Hierdoor is de vormverandering van hetbouwblok ruimtelijk gezien inpasbaar en aanvaardbaar. In het vigerende bestemmingsplan<strong>Buitengebied</strong> is de beoogde locatie voor de loods gelegen in het agrarisch gebied waaringeen bebouwing is toegestaan.Deze ontwikkeling is noodzakelijk voor een doelmatige agrarische bedrijfsvoering.Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 11


3 Ruimtelijke aspecten3.1 Ruimtelijke en functionele hoofdstructuurDe bedrijfslocatie is in open zeekleigebied, dat gekenmerkt wordt door landschappelijkeopenheid, relatief weinig bebouwing, rechte wegen, rationele blokverkavelingen diedoorbroken worden door slingerende kreken met begeleidende beplanting.Functioneel is de agrarische functie van oorsprong dominant in deze buurt. Naast het bedrijfis een begraafplaats gesitueerd (westzijde). De dichtstbijzijnde burgerwoning in de directeomgeving is gelegen op circa 130 meter. Aan de overzijde van de Bloemendaalse Zeedijk iseen bedrijventerrein gesitueerd, achter de dijk.Met de vormverandering van het agrarisch bedrijf voor een opslagloods wordt aangeslotenop de bestaande structuur van het landelijk gebied en de beoogde ontwikkelingsrichting vande omgeving (zoekgebied primair agrarisch gebied). Het betreft een gebruikelijke enaanvaardbare uitbreiding in het buitengebied. Qua bebouwing wordt aangesloten op delandelijke bouwstijl.Figuur 7: Overzicht van bedrijven welke eveneens buiten de dijkvoet zijn gelegen.3.2 Landschappelijke inpassingDe positionering van de nieuw te bouwen loods is voornamelijk ingegeven door de clusteringvan gebouwen. Het bouwblok vormt meer één geheel en wordt niet ‘een slinger’ aangebouwen. Daarnaast zijn er meerdere agrarische bedrijven aan de Bloemendaalse Zeedijkgelegen waarbij is gekozen om ook aan de noordzijde van de bestaande sloot agrarischebebouwing toe te staan .Tevens levert deze indeling ook logistiek gezien enorm veel voordelen op. Vanwege deactiviteiten op het bouwblok, namelijk het zelf sorteren van de aardappelen, is het vanwegeverkeersbewegingen van heftrucks en tractoren veel efficiënter om de schuren naast elkaarte positioneren. Bovendien komt het de veiligheid ten goede aangezien niet constant langsRuimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 12


de woning gereden dient te worden. De woning blijft zo ook nog enigszins gepositioneerdaan de rand van het bouwblok.De bouw van de loods aan de achterzijde van het bouwblok zorgt ervoor dat de loods wellandschappelijk ingepast dient te worden. De bouw van de loods en beplanting resulteert nietin het wegnemen van ‘een open doorkijk’ aangezien er al bebouwing aanwezig is. Bovendienis het huidige bedrijf nog niet landschappelijk ingepast aan de achterzijde en zal dit narealisatie van het plan wel het geval zijn.Ten behoeve van de uitbreiding van het bouwvlak is door Landschapsbeheer Noord-Brabanteen rapport opgesteld met een voorstel tot vormgeving en inpassing. Dit rapport isbijgevoegd als bijlage 1.3.3 Flora en faunaIn het kader van de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn dienen gebieden te wordenbeschermd. Deze gebiedsbescherming is opgenomen in de Natuurbeschermingswet. Naastde gebiedsgerichte bescherming op basis van Natuurbeschermingswet is van belang hetsoortenbeleid voor beschermde soorten. De soortenbescherming is opgenomen in Flora- enfaunawet.Figuur 8: Uitsnede kaart verordening ruimte fase 1.De Ecologische Hoofdstructuur in de omgeving wordt aangetroffen in de vorm van kleinelandschappelijke eenheden zoals de Landekensdijk en in de vorm van een attentiegebiedEHS Reevliet. Deze gebieden liggen op een afstand van circa 1 en 2,5 kilometer. Gezien defysieke afstand van de nieuw te bouwen loods tot aan de ecologische verbindingszone isvast te stellen dat realisering de EHS niet zal belemmeren.Als gevolg van ruimtelijke ingrepen is het mogelijk dat beschermde soorten beschadigd,Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 13


verstoord of vernietigd worden. Voor de verspreiding van beschermde soorten zijn gegevensopgevraagd bij het natuurloket. De uitbreiding van het bedrijf vindt plaats in kilometerhok X:106, Y: 409. Op basis van deze gegevens kan worden geconcludeerd dat alleen voorwatervogels en vissen de omgeving goed is onderzocht. Er zijn in het kilometerhokwatervogels en vissen en vaatplanten aangetroffen die bescherming genieten. Een uitdraaivan deze gegevens is opgenomen als bijlage. Daarbij dient opgemerkt te worden dat deinventarisatie betrekking heeft op een kilometerhok. Dit betekent dus niet dat dewaargenomen vogels bij het bedrijf worden aangetroffen.De beschermde soorten bevinden zich hoofdzakelijk in de watergangen en in de bermen enbestaande bosjes in het gebied. Deze bevinden zich niet op de plaats waar de nieuwe loodskomt te staan. Deze locatie is namelijk in gebruik als agrarisch cultuurland. Het perceelwaarop de verandering plaatsvindt, is in gebruik als akkerbouwgrond en ligt aansluitend aande bestaande bebouwing. De grond wordt gedurende het jaar intensief bewerkt voor deproductie van akkerbouwgewassen. Verondersteld mag worden dat op dergelijke grondengeen belangrijke natuurwaarden voorkomen die als gevolg van het initiatief schadeondervinden. De uitbreiding van de bouwvlak met een agrarische loods zal derhalve nietleiden tot significante effecten op vogels of andere natuurwaarden. Dit vanwege hetontbreken van geschikt leefgebied op de locatie waar de nieuwe loods gebouwd wordt enomdat er in de huidige situatie sprake is van intensief agrarisch gebruik.3.4 Cultuurhistorie en archeologieFiguur 9: Uitsnede Cultuurhistorische WaardenkaartDe locatie is gelegen in de Elderenspolder (blauwe cirkel). De CultuurhistorischeWaardenkaart van de provincie geeft geen cultuurhistorische of archeologische waardenaan. Het bouwplan heeft zodoende geen invloed op de cultuurhistorische waarde en/ofbetekenis van de omgeving. De nieuwe loods wordt opgericht aansluitend aan bestaandebebouwing, binnen het bestaande bouwvlak. Ruimtelijk-visueel heeft het plan derhalvebeperkte invloed op de omgeving.3.5 MobiliteitDe ontsluiting van de locatie verloopt via de Bloemendaalse Zeedijk. Dit is deverbindingsweg tussen Zevenbergschen Hoek en Lage Zwaluwe. De toename van dehoeveelheid verkeersbewegingen als gevolg van het initiatief is marginaal te noemen enRuimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 14


inpasbaar in het lokale verkeersbeeld. Het opslaan van eigen producten op het bouwblok isbovendien een normale agrarische activiteit welke passend is bij de bestemming. Door eenuitbreiding van de opslagcapaciteit te realiseren zal er enkel tijdens de oogstperiode sprakezijn van extra bewegingen van tractoren. Vervolgens zal na een periode van opslag hetproduct met vrachtwagens worden vervoerd. Het bedrijf heeft geen publiek karakter enderhalve ook geen extra verkeers- of publieksaantrekkende werking. Het perceel blijft via debestaande inrit ontsloten op de Bloemendaalse Zeedijk.3.6 Technische infrastructuurDe omgeving is aangesloten op alle gangbare technische infrastructuur ennutsvoorzieningen ( water en elektra). De bestaande capaciteit is toereikend. Hethuishoudelijke afvalwater wordt geloosd op een septic tank.In de omgeving zijn geen zakelijke rechtstroken gesitueerd in verband met de aanwezigheidvan (ondergrondse) kabels en/of leidingen.3.7 MilieuaspectenMilieuzoneringHet betreft hier een agrarisch bedrijf in de milieucategorie 2 (SBI code 01 Landbouwbedrijf)conform de Staat van Bedrijfsactiviteiten.De verandering van het bouwvlak en de komst van een nieuwe loods heeft geenconsequenties voor de onderdelen geur, geluid of licht. Het aantal voertuigbewegingenneemt niet toe. De ontwikkeling heeft geen invloed op de milieuzonering.Bodem:Bij nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen moet rekening worden gehouden met de kwaliteit vande bodem ter plaatse. Een eventueel aanwezige bodemverontreiniging kan namelijk vaninvloed zijn op de keuze voor een bepaalde bestemming of de uitvoerbaarheid van het plan.Aangezien het plan ziet op de nieuwbouw van een opslagloods waar geen mensenverblijven, is een bodemonderzoek naar de milieuhygiënische gesteldheid van de bodem nietnoodzakelijk.Water:De locatie is niet voorzien van riolering voor het huishoudelijk afvalwater. Er is namelijk eenseptic tank. Er is geen lozing van vervuild water op het oppervlaktewater.Geluid:Geluid is van belang vanwege mogelijke geluidsoverlast van wegverkeer dan welbedrijfsactiviteiten (ventilatoren). De geluidsbelasting op de gevels van woningen of anderegeluidgevoelige objecten mag in beginsel de voorkeursgrenswaarde van 48 dB nietoverschrijden.Binnen het bedrijf neemt het aantal voertuigbewegingen niet toe. Een toename van degeluidsproductie als gevolg van voertuigbewegingen valt dan ook niet te verwachten.In de nieuwe loods komen aan de achterzijde ventilatoren voor de koeling van agrarischeproducten. Dit zijn computergestuurde, toeren- en tijdgeregelde ventilatoren die slechts eenaantal maanden per jaar en dan nog maar een gedeelte van de dag draaien. Aangezien zijzich aan de achterzijde van de schuur zullen gaan bevinden, valt er ook van dezeventilatoren weinig tot geen geluidsbelasting op woningen van derden te verwachten.Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 15


Luchtkwaliteit:Conform artikel 7 van het Besluit Luchtkwaliteit 2005 dienen de in paragraaf 2 van het besluitgenoemde grenswaarden bij besluitvorming die gevolgen kunnen hebben voor deluchtkwaliteit in acht te worden genomen. Dit houdt in dat ook bij besluiten moet wordennagegaan of het aannemelijk is dat uitoefening in een concreet geval zal leiden tot toenamevan de luchtverontreiniging of van het aantal mensen dat daaraan wordt blootgesteld.Wanneer blijkt dat geen effecten te verwachten zijn, is in acht nemen van de grenswaardenniet aan de orde.Op grond van het Besluit luchtkwaliteit kan voor onderhavig plan geconcludeerd worden dater ten opzichte van de bestaande situatie een te verwaarlozen verandering optreedt. Debouw van de loods zal er enkel in resulteren dat het aantal verkeersbewegingen marginaalzal toenemen. Het effect op de luchtkwaliteit is dan ook niet in betekende mate. Eenluchtkwaliteitsonderzoek is dan ook niet noodzakelijk.Externe veiligheid:In de omgeving bevinden zich geen objecten of terreinen met een extern veiligheidsrisico dieeen mogelijke belemmering vormen voor de oprichting van een agrarisch bedrijf in het kadervan het Besluit Externe Veiligheid Inrichtingen (BEVI). Volgens de Risicokaart van deProvincie Noord-Brabant ligt de locatie niet binnen de invloedsfeer van objecten met eenextern veiligheidsrisico. Het plan leidt ook niet tot de oprichting van een nieuw kwetsbaarobject.Geurhinder:Het plan ziet niet op de realisering van een geurgevoelig object. Evenmin leidt het plan totgeuroverlast, aangezien de nieuwe activiteit geen stank tot gevolgen heeft. Vanuit de Wetgeurhinder en veehouderij zijn er geen belemmeringen voor het plan.Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 16


4 WaterparagraafAan de Bloemendaalse Zeedijk zal op basis van deze ruimtelijke onderbouwing eenuitbreiding van een akkerbouwbedrijf met een loods worden gerealiseerd. De uitbreiding vande verharding omvat 1800 m². (loods 1500 m 2 en 300 m 2 extra verharding)Het beleid van het Waterschap Brabantse Delta is gericht op duurzaam omgaan met water.Voor nieuwe ruimtelijke ontwikkelingen hanteert het waterschap de volgendebeleidsuitgangspunten om te komen tot het duurzaam omgaan met water:• Scheiding van vuil water en schoon hemelwater;• doorlopen van afwegingsstappen ‘hergebruik-infiltratie-buffering-afvoer’;• hydrologisch neutraal ontwikkelen;• water als kans;• meervoudig ruimtegebruik;• voorkomen vervuiling;• wateroverlastvrij bestemmen;• waterschapsbelangen.Bij uitbreidingen groter dan 2.000 m 2 wordt door het waterschap Brabantse Delta eenwatertoets verlangd waarin de bovenstaande uitgangspunten worden uitgewerkt.Gezien het bovenstaande is het bij een ontwikkeling als de onderhavige niet noodzakelijk omeen watertoets uit te voeren.De uitbreiding betreft 1800 m 2 bebouwing en verharding en blijft onder de grens voor hetuitvoeren van een watertoets.Het afstromende hemelwater van de loods zal worden geïnfiltreerd in de bodem.Er zal gebruik gemaakt worden van milieuvriendelijke bouwmaterialen. Uitlogende materialenzoals lood, koper, zink en zacht PVC worden achterwege gelaten.Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 17


5 AfwegingenDe afweging van de verschillende belangen die heeft plaatsgevonden leidt tot de conclusiedat de vormverandering van het agrarische bouwblok aan de Bloemendaalse Zeedijk 39A en41 ruimtelijk aanvaardbaar is, omdat:- het initiatief wordt gesitueerd op een daarvoor gunstige locatie en past binnen deruimtelijke structuur ter plaatse;- er vindt geen vergroting van de bouwmogelijkheden plaats, enkel eenvormverandering van het bouwvlak waardoor de bouwmogelijkheden op eenandere plaats mogelijk zijn;- het initiatief is inpasbaar binnen het actuele ruimtelijk beleid van provincie(Verordening Ruimte) en <strong>gemeente</strong> ;- ook binnen de toekomstige functie van het gebied als agrarisch gebied, is devormverandering beleidsmatig aanvaardbaar;- er worden geen natuurwaarden aangetast en er bestaat voldoende afstand tenopzichte van (zeer) kwetsbare natuurgebieden;- milieu-aspecten leveren geen belemmeringen;- het initiatief past binnen de beleidskaders van het Waterschap in het kader vanhydrologisch neutraal bouwen;- stedenbouwkundig wordt aangesloten op de ruimtelijk-functionele karakteristiekvan de agrarische omgeving. Zowel qua bebouwingstructuur als qualandschapsstructuur is de vormverandering inpasbaar;- het initiatief inpasbaar is binnen het verkeersbeeld;- eenvoudig aangesloten kan worden op bestaande of nieuwe (technische)infrastructuur.- het geheel zal landschappelijk worden ingepast aan de hand van eenlandschapsinpassingsplanOp grond hiervan kan geconcludeerd worden dat het initiatief ruimtelijk aanvaardbaar eninpasbaar is. De omgeving kan aangemerkt worden als geschikt voor de beoogdeontwikkeling.Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 18


Bijlage 1: gegevens NatuurloketRuimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 19


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 20


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 22


Bijlage 2 AAB Advies


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 24


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 25


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 26


Bijlage 3 Voorstel tot vormgeving agrarisch bouwvlak


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 28


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 29


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 30


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 31


Ruimtelijke onderbouwing, Fam. Burgers Bloemendaalse Zeedijk 41 te Zevenbergschen Hoek 32


Bijlage 4 landschapsinpassingsplan


Ontwerp beplantingsplan voor landschappelijke inpassingToelichtingAlgemene gegevensNaam eigenaarD. BurgersAdres Bloemendaalse zeedijk 41Postcode4765 TBWoonplaatsZevenbergschen hoekTelefoon 0651-550575Inhoudontwerp inrichtingsplantotaaloverzicht aan te kopen materiaal voor aanlegtotaaloverzicht uit te voeren werkzaamheden voor aanleg


Toelichting per beheereenheidGrondsoort: kleiDikte teeltlaag: 50 cmVochtigheid bodem: droog/vochtigNr. Beheereenheid : 1Pakket: Struikensingel met om de 10 meter eenlaanboomlengte/oppervl : 165 m, 825m2aantal rijen : 3 rijen struikenplantverband : struiken 1,25 m x 1,25 maantal stuksmenging: 400 st bosplantsoen16 laanbomen: groepsgewijsMenging : individueel (soorten door elkaar planten)groepsgewijs ( soorten in groepjes van 3-5 st van dezelfde soort aanplanten)


Totaaloverzicht benodigd plantmateriaal en overig materiaalNaamHerkomstCultivarLengte/MaatLeeftijd Totaal Aantallen per beheereenheid1BosplantsoenCornus sanguinea/rode kornoelje NL 60-100 1+1 50 50Corylus avellana/hazelaar NL 60-100 1+1 75 75Crataegus monogyna/Eenstijlige meidoorn NL 60 - 100 1+1 75 75Ligustrum vulgare/liguster NL 60-100 0+2 100 100Viburnum opulus/Gelderse roos NL 60-100 1+1 100 100Totaal bosplantsoen 400 400NaamHerkomstCultivarLengte/MaatLeeftijd Totaal Aantallen per beheereenheid1LaanbomenAcer pseudoplatanus/gew. esdoorn 10-12 2x verplant 16 16Totaal laanbomen 16TotaalHoeveelheden per beheereenheidOverige materialen voor aanleg beplantingBoompaal, NIET VERDUURZAAMD, 250 x 10 cmBoomband + aanschuiflus16 st16 st


Totaaloverzicht uit te voeren werkzaamhedenPlantenPlanten bosplantsoen (beheereenheid 1 )(maat 60-100) in handkracht in plantbed; plantafstand 1,25 x 1,25 mtrMenging: groepsgewijsPlanten laanboom zonder boombescherming (beheereenheid 1)400stmaat 10-12 in graszode op talud plantgat graven of boren 60x60x50 cm1 niet verduurzaamde boompaal plaatsen + boomband met aanschuiflus16 st


<strong>Moerdijk</strong>Beleidskader vrijkomende agrarischebedrijfscomplexenBijlage 3Analyse en toetsing vrijgekomen agrarischebedrijfscomplexenidentificatieplanstatusprojectnummer:datum:170900.15125.00 16-04-2010opdrachtleider:opdrachtgever:drs. A.Th.M. Hoedemaker<strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>auteur(s):drs. A.Th.M. HoedemakerR.008/03gecerticeerd door Lloyd’sconform ISO 9001: 2000aangesloten bij:RBOI - Rotterdam bvDelftsestraat 17 aPostbus 1503000 AD Rotterdamtelefoon (010) 413 06 20E-mail: info@rboi.nl


Overzicht vrijgekomen agrarische bedrijfscomplexennr. straat plaats gebiedstypering/ BP kaart ruimtelijke kwaliteit ligging binnen invloedssfeerbestemming1.1 Noordlangeweg 2a Willemstad ALO/bouwperceel 1 schootsveld nabij toekomstige bebouwde kom1.2 Helsedijk 43 Heijningen ALO/bouwperceel 1 schootsveld nabij rand bebouwde kom/2 e linie lint2.1 Noordlangeweg 7 Willemstad ALO/bouwperceel 2 stiltegebied4.1 Kwartiersedijk 6 Fijnaart ALO/bouwperceel 4 historische lijn4.2 Kwartiersedijk 3 Fijnaart ALO/bouwperceel 44.3 Kreekweg 5 Heijningen ALO/bouwperceel 4 kreek5.1 Stadsedijk 28 Oudemolen ALO/bouwperceel 5 historische lijn5.2 Tweede Kruisweg 2 Fijnaart ALO/bouwperceel 55.3 Stadsedijk 79 Heijningen ALO/bouwperceel 5 historische lijn6.1 Dikkendijk 1 Zevenbergen ALO/bouwperceel 6 industrie <strong>Moerdijk</strong>/geluid6.2 Dikkendijk 2 Zevenbergen ALO/bouwperceel 6 industrie <strong>Moerdijk</strong>/geluid6.3 Klundertseweg 30 Zevenbergen ALO/bouwperceel 6 kernrandzone6.4 Molendijk 19 Standdaarbuiten ALO/bouwperceel 6 nabij ARWN7.1 Achterdijk 125 Zevenbergschen ALO/bouwperceel 7Hoek7.2 Achterdijk 147 Zevenbergschen ALO/bouwperceel 7Hoek7.3 Hoge Zeedijk 30 ZevenbergschenHoekALO/bouwperceel 7 historische lijn7.4 BloemendaalseZeedijk 477.5 Driehoefijzer-straat86ZevenbergschenHoekZevenbergschenHoekALO/bouwperceel 7ALO/bouwperceel 77.6 Achterdijk 107 b Zevenbergen ALO/bouwperceel 78.1 Appelaarseweg 45 Fijnaart ALO/bouwperceel 8 kreek/historische lijn9.1 Eerste Kruisweg 7 Standdaarbuiten ALO/bouwperceel 9 nabij toe-/afrit A179.2 Vlietweg 4a Standdaarbuiten ALO/bouwperceel 9 overhoek knooppunt Noordhoek (A17/A59)9.3 Boerendijk 11 Fijnaart ALO/bouwperceel 9 historische lijn nabij (toekomstige?) kom10.1 Hoge Zeedijk 15 Zevenbergschen ALO/bouwperceel 10Hoek10.2 HazeldonkseZevenbergen AG/bouwperceel 10 nabij ALOZandweg 9510.3 Noordseweg 9 Langeweg ALO/bouwperceel 1010.4 De Langeweg 19 Langeweg ALO/bouwperceel 10 historische lijn +nabij bebouwde komhistorische groenstructuur10.5 Pootweg 4 Langeweg AG/bouwperceel 10 kreek nabij ALO/geluid bedrijven aan de Zeedijk(Etten-Leur)


1.1 Willemstad Noordlangeweg 2aluchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Historisch geografische waarde van de polder en deweg zijn hoog;De locatie ligt in de nabijheid van een rijksbeschermd stads–dorpsgezicht (Willemstad). De vesting is van zeer hoge waardevoor de historische stedenbouw.Een bedrijfswoning (w) met een grote schuur (s). Aan deoostzijde van de woning is een grote serre gebouwd (staatniet op GBKN).w = 84 m 2s = 300 m 2Agrarische doeleinden – bouwperceelDe eigenaar wenst een woonbestemming waarbij de schuuren kantine voor respectievelijk opslag en verblijfsruimtegebruikt mogen worden.Tegenover het perceel wordt mogelijk in de nabije toekomstwoningbouw gepleegd.De locatie ligt in ALO–gebied en binnen het schootsveld rondde vestingstad Willemstad.In dat kader kan de bestemmingswijziging ookmeegenomen kunnen worden.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe schuur betreft een vrij recent gebouw. De woning is nietkarakteristiek voor bij het agrarisch landschap behorendebebouwing. Bij het verdwijnen van de schuur gaat deoorspronkelijke agrarische context van de locatie meerverloren en komt de woning als een vreemd element in hetpolderlandschap te liggen. Bij een daadwerkelijkezuidoostelijke uitbreiding van Willemstad komt de locatieechter in de invloedssfeer van de woonkern te liggen enwordt een beleving van de agrarische context en het behoudvan het agrarische element (de schuur) minderzwaarwegend.Vooralsnog is hier sprake van een ideale locatie voor eenagrarisch bedrijf en dient uitgegaan te worden vanhandhaving van de huidige agrarische bestemming.De locatie ligt aan de Noordlangeweg, een van de hoofdassenvan de Ruigen–Hilschenpolder. De Noordlangeweg is eenkaarsrechte boomloze weg. Het erf heeft een open inrichting.Er is relatief veel verharding en een beperkteerfgrensbeplanting (langs de westsloot alleen ter hoogte vande schuur een singelbeplanting). Zowel de woning als deschuur zijn van vrij recente datum. Het erf en de tuin lijkendoor het ontbreken van een omliggende erfbeplanting over tegaan in het agrarisch productiegebied.Karakteristiek voor het polderlandschap is dat de boerderijenmet hun erfbeplanting als groene eilanden in een nagenoeggeheel open landschap liggen. De locatie zelf ligt vanaf deweg gezien echter erg open zichtbaar in de noordhoek van delaagstamboomgaard.De ruimtelijke kwaliteit kan worden geoptimaliseerd door deelzensingel langs de Noordlangeweg westwaarts door tetrekken tot ongeveer ter hoogte van de serre en door aan dewestzijde van de woning (bij de lage haag) een korte rij metbomen aan te planten. Deze rij bomen zorgt voor enigeafscherming van de vrij kale westgevel van het woonhuismaar maakt wel zicht vanuit de woning mogelijk onder dekruinen van de bomen door.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


1.2 Heijningen Helsedijk 43luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Helsedijk is een historische geografischbelangrijke lijn met hoge waarde; de locatie ligt binnen een schootsveld (historischezichtrelatie),Een woning (w) met aangebouwde stenen/deels houtenschuur (s1) en met een vrijstaande gepotdekselde houtenschuur (s2).w = 72 m 2s1 = 110 m 2 / s2 = 67 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied en binnen hetschootsveld van het voormalig Fort de Hel.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingIn de huidige opzet geeft deze locatie op goede wijze inhoudaan het cultuurhistorische begrip van schootsvelden en“houtenkringen” (bebouwing, gelegen binnen een bepaaldeafstand van een fort, diende gedeeltelijk of geheel in hout endaarmee snel afbreekbaar / verwijderbaar te zijngerealiseerd om een voldoende schootsveld te kunnenwaarborgen). De terughoudende vormgeving en detailleringalsmede de nette inrichting van het erf noodzaken (in hetlicht van het begrip schootsveld) niet tot het aanbrengen vaneen afschermende erfbeplanting. Uit landschappelijk oogpuntis handhaving van de huidige situatie gewenst.De locatie ligt half verscholen achter het dijklint. Vormgeving,materiaal en kleurgebruik van de twee schuren passen(zeker vanaf de weg gezien) bij de bouwstijl in hetwestbrabantse (en zeeuwse) kleilandschap: zwartgepotdekselde schuren met witte omlijstingen. Deaangebouwde schuur bevat ook een “klinket”deur in de grotedubbele deur. De houten schuur versterkt de binding met hetagrarisch cultuurlandschap (een “boerenerf” met woning,aangebouwde grote schuur en los bijgebouw). De setting sluitaan bij de landschappelijke bebouwingsreeks van een op devoorgrond staand stenen hoofdgebouw en een meer in houten eenvoudig vormgegeven bebouwing op grotere afstand vanhet hoofdgebouw.Er is sprake van een situatie met een goede beeldkwaliteit. Degebouwen zijn terughoudend maar verzorgd ontworpen en eris sprake van een goed ingedeeld erf met terreinverharding,een tuin en een kleine dierenweide. Doordat de aangebouwdeschuur en de vrijstaande schuur deels (namelijk aan destraatzijde) respectievelijk geheel in hout zijn gerealiseerd iser sprake van een goede afstemming op de historischebebouwingseisen van een schootsveld.Ter plaatse van de huidige scheidingslijn tussen het opengrasveld en het meer nabij de erfbebouwing gelegen terreinis de aanplant van een haag te overwegen.


2.1 Willemstad Noordlangeweg 7luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de historisch geografische waarde van de polder en deweg zijn hoog.Er is sprake van een belangrijke zichtrelatie met Polder De OudeHeijningen en de daarbinnen gelegen kreek.Een voor de streek karakteristieke boerderijbebouwingbestaande uit een woongedeelte (w) en een door middel vaneen “hals” aangebouwde stal (s) met zadeldak voorzien vankorte wolfseindenw = 68 m 2s = 203 m 2Agrarische doeleinden bouwperceelDe locatie ligt in ALO–gebied en binnen het aan denoordzijde van de weg gelegen stiltegebied (puntraster).ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe schuur is in oorsprong wel karakteristiek voor de bij hetagrarisch polderlandschap behorende bebouwing; de woningminder. Bij het verdwijnen van de schuur gaat deoorspronkelijke ruimtelijk relevante agrarische beeldcontextvan de locatie verloren en komt de woning al snel als eengeïsoleerd element in het polderlandschap te liggen.De locatie ligt aan de Noordlangeweg, midden in het openpoldergebied van de Ruigen–Hilschenpolder. De kaarsrechteboomloze weg is een van de hoofdassen van de polder. Debebouwing bestaande uit een eenvoudig woonhuis en eendaarmee verbonden voor de streek karakteristieke stal staatopen in de polder. De westzijde van de woning en de schuur zijnduidelijk minder authentiek dan de oostzijde. Het erf isspaarzaam voorzien van beplanting. Een singel ontbreekt engrote bomen zijn beperkt tot een enkele knotwilg aan destraatzijde van het woonhuis. Aan de overzijde van de weg ligteen ander bebouwd perceel.Er is sprake van een deels karakteristieke bebouwing maarmet een weinig duurzame uitstraling en een kale ligging inhet landschap. Erfbeplanting in de vorm van een singel wordthet meest gemist aan de sterk verbouwde westgevel van deschuur.De locatie maakt geen deel uit van een echt bebouwingslinten ligt midden in een landschappelijk nog gave polder. Deagrarische uitstraling dient hier behouden te blijven. Delocatie kan landschappelijk beter worden ingepast doormiddel van een singelbeplanting aan de noord, west enoostzijde van het perceel. Samen met de aan de overzijdegelegen locatie is dan sprake van een samenhangendruimtelijk beeld van een groen eiland in de polder.Een optie is om de schuur in ere te herstellen (evt.vervangende nieuwbouw met streekeigen kenmerken) en tebenutten voor extensieve opslag. Vanwege de ligging in eenstiltegebied dient aan de hervestiging van een agrarischbedrijf geen medewerking te worden verleend.Door het perceel aan de wegzijde en in de aansluitendewesthoek open te houden kan de ruimtelijke relatie met hettegenover gelegen bebouwde perceel worden versterkt.Voor de singelbeplanting is vooral aan de westzijde eengoed sluitende struikenlaag gewenst. Door in de singel ookgebruik te maken van bomen met een transparante,luchtige kroon zal de struikenlaag zich beter sluiten terwijlzicht op de karakteristieke kapvorm behouden blijft.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


4.1 Fijnaart Kwartiersedijk 6luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;- de Kwartiersedijk (en de Oude Heijningsche Dijk) zijntwee historisch geografische lijnen met hoge waarde;- de locatie ligt binnen een gebied met redelijk hogewaarde voor de historische stedenbouw;- de locatie bevindt zich in de zichtrelatie van de OudeHeijningsedijk met de Jufrouwenpolder.Een woning (w) met wagenschuur/berging (b) en een –opeen ander kadastraal perceel gelegen– grote schuur (s) metlange aanbouw.w = 86 m 2s = 552 + 126 m 2b = 60 m 2Agrarische doeleinden bouwperceelDe locatie ligt binnen een bebouwingslint met woonfuncties inde directe omgeving. Direct ten noorden van het perceel ligteen agrarisch perceel met schuur.De locatie ligt binnen het ALOgebied.De Oude Heijningsedijk vormt een historisch–stedenbouwkundige structuur van redelijk hoge tot hogewaarde.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe woning en wagenschuur/berging (circa 70 m 2 ) kunnenbehouden blijven. De grote schuur (circa 750 m 2 ) dient teworden gesloopt. De sloop van de grote schuur kangecompenseerd worden door het bouwen van één extrawoning aan de zuidzijde van de trafo, in de rooilijn van delintbebouwing. Als dit niet mogelijk is kan ter compensatieelders een woning gerealiseerd worden conform de notaGroen en Rood in <strong>Moerdijk</strong>.Er is geen directe noodzaak tot het aanpassen van deerfbeplanting aan de zijde van het polderlandschap.De locatie maakt deel uit van een kleinschalige, vrij intensiefbebouwde bebouwingscluster (Driehoek) rond de aansluitingvan de Kwartiersedijk op de Oude Heijningsedijk en bestaatuit een vrijstaand woonhuis (eind vorige eeuw), een oudegrote schuur en een wagenschuur. De cluster gaat direct overin het bebouwingslint van de Oude Heijningsedijk. De woningstaat hoog aan de Kwartiersedijk, de wagenschuur en groteschuur zijn volledig op polderniveau gebouwd. Vanaf de OudeHeijningsedijk is doorzicht mogelijk naar de locatie. Voor deomgeving van deze dijk is met name de zichtrelatie met deElisabethpolder van belang. Ook vanaf de Kwartiersedijk iszicht mogelijk naar deze polder echter niet ter hoogte van delocatie vanwege de omvangrijke bebouwing.Er is sprake van een afgezwakte landbinding omdat dewoning vrij hoog aan de dijk staat en schuur zijdelings ligtten opzichte van de agrarische gronden in de polder. Doorhet dichte bebouwingspatroon en de ligging van de schuurniet haaks, maar parallel aan de Kwartiersedijk vormt deschuur met het grote parallel aan de dijk gelegen kapvlakeen dominant gegeven binnen de bebouwingscluster. Deschuur loopt op een vrij storende wijze (bezonning enbeeldkwaliteit) voor een aanzienlijk deel noordwaarts doorachter de gronden van Kwartiersedijk 4. De schuur voegtbinnen het relatief dichte bebouwingspatroon niet bijzonderveel extra ruimtelijke kwaliteit toe aan de locatie en dedirecte omgeving.De resterende oppervlakte aan bijgebouwen behorende bij dete handhaven woning is 70 m 2 , namelijk de te handhavenwagenschuur. Deze is eventueel te vervangen doorbijgebouwen met een oppervlakte van maximaal 80 m 2 .Tussen de bestaande woning en de trafo is ruimte voor éénwoning (met evt. bijgebouw tot max. 80 m 2 ). Beide woningenhebben een eigen inrit vanaf de Kwartiersedijk.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


4.2 Fijnaart Kwartiersedijk 3luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden:- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;- de Kwartiersedijk betreft een historisch geografische lijnmet hoge waarde;- de locatie bevindt zich in de zichtrelatie van de OudeHeijningsedijk met de Jufrouwenpolder.Een vrijstaand woonhuis (w) met latere aanbouw aan dezuidzijde en een vrijstaande streekeigen schuur (s) metaanbouw (a)w = 135 m 2s = 340 m 2a = 123 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied, circa 200 meter tennoorden van een kreek.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingUitgangspunt is de handhaving van de woonboerderij en degrote schuur met een aanpassing van de erfbeplanting aande oost- en vooral noordzijde van het perceel om de opslagen stalling in de buitenlucht landschappelijk te kunneninpassen.Op de locatie staan een karakteristieke oude woonboerderij eneen eveneens streekeigen karakteristieke grote –maaronderhoud behoevende– hoge streekeigen schuur. Op het erfvindt veel opslag plaats van materialen. Ook vindt er stallingplaats van rijdend en varend materieel. De erfbeplanting is aanenkele zijden niet meer in goede staat waardoor er vanuit hetnoorden en zuiden vanaf de dijk veel zicht is op het perceel. Aande westzijde is de beplanting grotendeels gesloten waardoorjuist ter hoogte van de locatie er weinig zicht is op de locatie.De gefragmenteerde erfbeplanting en de omvangrijke opslagin de buitenlucht doen afbreuk aan het in beginsel mooieensemble. Door de dichte beplanting aan de dijkzijde van delocatie is de ruimtelijke samenhang van de bebouwing mindergoed te beleven.Aan de noordzijde van het perceel is een goed sluitendesingel met bosplantsoen gewenst, waardoor het zicht op deopslag wordt afgeschermd. Door in deze singel geen bomenaan te planten blijft het karakteristieke beeld van de oudeschuur goed zichtbaar vanaf de dijk. Een bomenrij aan deoostzijde zorgt voor enige inpassing vanuit het openlandschap. Te overwegen is de beplanting tussen de dijk ende afritten te verwijderen om zo een aantrekkelijk zicht opde compositie van gebouwen en het erf te krijgen.


4.3 Heijningen Kreekweg 5luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Kreekweg is een historische geografisch belangrijkelijn met hoge waarde.Een vrijstaande woning (w) met een kleine berging (b) en eengrote schuur (s)w = 113 m 2s = 620 m 2b = 31 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied en grenst met deoostzijde aan een kreek.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingUit ruimtelijk oogpunt is behoud van de bestaandebebouwing gewenst.Een betere sluiting van de erfbeplanting aan de noord- enwestzijde door extra aanplant van bosplantsoen kan ervoorzorgen dat de buitenopslag meer aan het oog wordtonttrokken. Met het oog op de directe nabijheid van eenkreekrestant is deze locatie zeer geschikt om verderontwikkeld te worden tot een klein landgoed.De locatie maakt deel uit van een zeer kleinschaligebebouwingscluster binnen een overwegend open polder. Delocatie ligt op circa 600700 meter uit de A29 en hetindustriegebied langs de Markweg Noord, echter buiten degeluidscontouren. De bebouwingscluster gaat deels verscholenachter de hoge beplanting langs de kreek en het perceelKreekweg 3. Aan de westzijde is de erfbeplanting relatief dunvan opzet waardoor er sprake is van transparantie en doorzichtnaar de opslag achter de grote schuur.Er is sprake van een goed onderhouden ensemble met eenfraaie tuin en een afschermende erfbeplanting. De openinrichting ter hoogte van de entree biedt bijzonder zicht ophet ensemble. Achter de voor de streek karakteristiekeschuur wordt het terrein gebruikt voor minder fraai in hetzicht van de Kreekweg Sabinaweg gelegen opslag. Dewoning met de dakkapel en de grote raampartijen in bruinekozijnen zijn duidelijk minder karakteristiek dan de groteschuur.Door aan de noord- en westzijde van het erf te zorgen vooreen bij voorkeur voornamelijk uit bosplantsoen bestaandedichte singel blijft het bijzondere complex op afstandherkenbaar. Indien voor de aanplant van enkele bomenwordt gekozen dan dienen deze bij voorkeur eentransparante, luchtige kroon te bezitten en minder hoog uitte groeien dan de hoge langs de kreek aanwezige bomen.Hierdoor ontstaat een goede ruimtelijke dieptewerking.


5.1 Oudemolen Stadsedijk 28luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Ruigen–Hilschenpolder wordt historisch geografischgezien als een gebied met hoge waarden, deStadsedijk als een lijn met hoge waarde; de locatie ligt binnen een gebied met een redelijkhoge waarde voor de historische stedenbouw; er is sprake van een belangrijke zichtrelatie metPolder De Ruigenhil en de daarbinnen gelegen kreek(Gat van Buslust) en de Stadsedijk.Een woonboerderij bestaande uit een voorhuis (w) metaangebouwde stal (s1), een vrijstaande schuur (s2), een lageschuur (s3) en een berging (b). De aan de westzijde van dewoning Stadsedijk 30 aanwezige grote loods (l) met aanbouwbehoort bij de bebouwing van Stadsedijk 28.w = 144 m 2s1 = 54 m 2 / s2 = 76 m 2 / s3 = 49 m 2l = 580 m 2b = 9 m 2Agrarische doeleinden bouwperceelHet perceel Stadsedijk 30 maakt geen deel uit van debebouwing die bij Stadsedijk 28 hoort. Nr 30 is in hetbestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> niet correct bestemd en zal inde 2 e <strong>herziening</strong> een woonbestemming krijgen.De locatie ligt binnen het ALOgebied.De Stadsedijk vormt een historisch-stedenbouwkundigestructuur van redelijk hoge / hoge waarde.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingGeadviseerd wordt de woning (w) en de schuren (s1 en s2)te behouden en de overige bij het perceel Stadsedijk 28behorende opstanden te verwijderen. Sloop van de groteschuur (l) kan worden gecompenseerd door de bouw van eenwoning ter plaatse van de westhoek van de schuur. Hierdoorkomt de woning Stadsedijk 30 bovendien in een minderteruggedrongen positie te liggen ten opzichte van deomringende bebouwing.De locatie strekt zich uit voor het perceel Stadsedijk 30 langs.Stadsedijk 28 en 30 worden door een gezamenlijke afritontsloten vanaf de dijk. De grote schuur (l) staat afgezonderdaan de westzijde van de woning Stadsedijk 30 en lijkt daardoorniet bij de locatie Stadsedijk 28 maar bij Stadsedijk 30 tehoren.De bebouwing bestaat uit oudere qua vormgeving enmateriaalkeuze goed op elkaar afgestemde bebouwing en uitminder goed daarbij passende bebouwing. De lage schuur(een paardenstal?) detoneert bij het ensemble van dewoonboerderij en de andere rood bedekte schuren. Aan deoostzijde staat de berging nadrukkelijk in het zicht vanaf dedijk en verstoort het ruimtelijk beeld van de overige onderrode pannendaken gebouwde opstanden. De schuur (l) isstedenbouwkundig gezien een groot obstakel voor het pandStadsedijk 30. Verder is sprake van een goede erfbeplanting.Als ruimtelijke overgang naar het landschap dient gekozen teworden voor de aanplant van een bij de reeds aanwezigebomenrij aansluitende rij bomen aan de noordzijde van hetperceel. Aan de zijde van de dijk worden met name hagenvoorgesteld die de drie afzonderlijke woonpercelen ruimtelijkherkenbaar maken.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


5.2 Fijnaart Tweede Kruisweg 2luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden:- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;- de Tweede Kruisweg is een historisch geografische lijnmet hoge waarde.Een woning (w) met een grote streekeigen schuur (s)Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied.s = 348 m 2w = 114 m 2ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingGeadviseerd wordt de bestaande bebouwing te behouden enalleen te streven naar een betere uitstraling van deerfbeplanting en –daarmee samenhangend– een beterepresentatie van de bebouwing aan de straat (meerdoorzichtmogelijkheid vanaf de straat of meer samenhangbinnen de beplanting).De locatie ligt op de hoek van de Tweede Kruisweg en deBoerendijk. De bebouwing betreft een ouder woonhuis in éénbouwlaag onder zadeldak met stijlelementen (plintlaag,bakgoten, vensters, gedeelde ramen met bovenlichten,rollagen, sluitstenen, en een voordeur met penanten) en eenstreekeigen hoge schuur onder zadeldak met wolfseinden. Dewoning staat haaks op de Tweede Kruisweg maar devoorgevel richt zich naar de schuur. De achtertuin ligtdaardoor aan de zijde van de Kruisweg en Boerendijk. Hetperceel wordt – tussen beide gebouwen in– vanaf de TweedeKruisweg ontsloten met een smeedijzeren poort. De woningstaat op kortere afstand uit de Tweede Kruisweg dan deschuur. De kopgevels van de schuur bestaan uitgepotdekselde houten gevels. De zijgevels zijn in metselwerk.Zowel de woning als de schuur zijn goed onderhouden envormen een voor de streek karakteristiek ensemble vanoorspronkelijk agrarische bebouwing. Behoud van de woningmet de karakteristieke schuur zijn van belang voor hetlandschappelijk beeld.De erfbeplanting kenmerkt zich door een dichte plaatselijkverwilderende structuur, mede ten gevolge van deelsachterstallig onderhoud.Door middel van beplanting wordt een ruimtelijke geledingverkregen tussen het bij de woning gelegen entreegebied,het bij de oude schuur gelegen erf en de aan de zuidoostzijdevan de woning gelegen afgeschermde tuin. Met name bij dewoning wordt een veel minder dichte beplantingstructuuraanbevolen.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


35.3 Heijningen Stadsedijk 79luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Stadsedijk is een historisch geografisch belangrijkelijn met hoge waarde; de locatie ligt binnen een gebied met een redelijkhoge waarde voor de historische stedenbouw.Een woning (w), een houten bijgebouw (b) en een loods (s).Ten westen van de woning bevindt zich een trafostation (t).w = 112 m 2s = 166 m 2b = 58 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied. De Stadsedijk vormteen historisch-stedenbouwkundige structuur van redelijkhoge / hoge waarde.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingGeadviseerd wordt om de hoeveelheid bebouwing tebeperken tot de bestaande woning en een totaal van 80 m 2overige bebouwing. Dit betekent dat in ieder geval de loodsmoet worden verwijderd. Bezien moet worden of het apartgesitueerde gebouw in de noordwesthoek een legale statusbezit of dienst doet als kantoorruimte. Naast het verwijderenvan de overtollige bebouwing dient ook het in beton gelegdeterrein bij de loods te worden opgeruimd. Ter plaatse van deloods en de betonverharding kan tuin worden gerealiseerd.Voorwaarde is dat de bij een niet-legale status het gebouwin de noordwesthoek van de locatie komt te vervallen zodatdit vrijkomende terrein als tuin ingericht kan worden bij debestaande woning.De locatie betreft een fruitteeltbedrijf. De hoeveelheidbebouwing is beperkt. Hierdoor vindt ook opslag plaats in deopen lucht op een groot verhard terrein. De bedrijfswoning ende loods met terreinverharding liggen vrij in het zicht vanaf dedijk maar liggen wel verscholen achter de tuinbeplanting aande zijde van de op de dijk aansluitende landbouwweg (eenniet-doorgaand kavelontsluitingspad). Het perceel wordt aande zuidzijde afgeschermd door de erfbeplanting van het perceelStadsedijk 81. Het bijgebouw (een vakantiewoning of kantoor)neemt een eigen plaats in binnen de locatie en wordt door detuinbeplanting afgeschermd van de woning. Bovendien heefthet een eigen ontsluiting vanaf de landbouwweg.De locatie bezit een weinig aansprekend beeld, temeer doorhet open zicht op het bedrijfsgedeelte en de buitenopslag. Deuitstraling van de kleine woning of kantoor is beperkt onderandere vanwege de dichte afschermende beplanting.Een open setting van de bebouwing is gewenst, bijvoorbeeldin de vorm van een gazon met grote opvallende solitairesierbomen, waarbij de bestaande beplantingselementen (desingel aan de westzijde van het kavelontsluitingspad, dehoge elzenhaag aan de zuidzijde van het woonperceel en deboomgaard aan de oostzijde) een groen ruimtelijk kadervormen.


45.4 Fijnaart Zwingelspaansdijk 15 Aluchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden:- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;- de Zwingelspaansedijk vormt een historische geografischelijn met hoge waarde;- de locatie ligt 200 meter ten oosten van de RuigenhilschenPolder. Deze polder is aangemerkt als een historischgeografisch vlak met hoge waarde.Een vrijstaande woning (w), een grote schuur (s1) en een Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied op korte afstand vana = 36 m 2middelgrote schuur (s2) met aanbouw/overkapping één opende kernrandzone van de Drogedijk en Tonsedijkzijde).(Zwingelspaan).w = 88 m 2s1 = 136 m 2 / s2 = 72 m 2ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingHet is voor deze locatie gewenst uit te gaan van de sloopvan de schuren en de bouw van een woning die –meer danhet huidige woonhuis– past binnen het bebouwingsbeeldvan het lint. De nieuwe woning kan met de voorgevelworden opgericht in de denkbeeldig doorgetrokken rooilijnvan de bestaande woning. Per woning kan vanwege debeschikbare ruimte worden uitgegaan van max. 80 m 2bijgebouwen.De locatie maakt deel uit van het rond de aansluiting Tonsedijk–Drogedijk–Zwingelspaansedijk gelegen kern Zwingelspaan. Hetbebouwingspatroon van Zwingelspaan wordt bepaald door zowelhoog als laag aan de dijk gelegen lintbebouwing. De woning ende kleine schuur staan op enige afstand van de dijk, de groteschuur echter op kortere afstand van de dijk.De ruimtelijke kwaliteit van het bebouwingslint van deZwingelspaansedijk (maar ook van de twee andere dijken)wordt negatief beïnvloed door de grote hoeveelheid schurenen loodsen, niet alleen aan de dijkzijde maar ook aan depolderzijde. De schuren op de locatie vallen (samen met deschuur op het belendende perceel) door de hoogte en omvangsterk op in het beeld van het lint. Vooral de vooruitgeschovenschuur is dominant aanwezig. Het relatief nieuwe woonhuis isniet karakteristiek voor de omgeving.De twee nieuwe woonpercelen worden aan de zuid- enwestzijde door middel van (identieke) hagen afgeschermd.Door de aanplant van een opvallende grote boom aan devoorzijde van het ieder erf (ter weerszijden van de afritvanaf de dijk) kan een duidelijke samenhang tussen de tweewoningen worden gekregen.


6.1 Zevenbergen Dikkendijk 1luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: geen indicatieEen woonhuis (w ), met een grote (s1) en een kleine (s2) Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied en binnen deb = 23 m 2schuur. Nabij de dijksloot staat een vrijstaand bijgebouw (b).geluidscontour van het industriegebied <strong>Moerdijk</strong> (puntstreeplijn).w = 54 m 2s1 = 78 m 2 / s2 = 50 m 2ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingHier is een kwaliteitsverbetering mogelijk door sloop van allebestaande bebouwing en de vervangende nieuwbouw meteen vrijstaande woning.Een andere optie is het behouden van de grote schuur, sloopvan de woning en overige opstanden en de nieuwbouw vanéén vervangende woning.Er moet daarbij sprake zijn van een goede landschappelijkeinpassing aan de oost, west en zuidzijde van het erf.De locatie ligt ten westen (300 m) van de sportvelden vanZevenbergen, bij het talud van de op de A59 (op ca 500 m)aansluitende N285. Aan de noordwestzijde ligt op ca 370 meen bovengrondse hoogspanningsleiding. De situatie betrefteen voormalig agrarisch bedrijfje met een kleine woning opeen perceel van ca 1 ha. De overige bebouwing bestaat uiteen aangebouwde oude varkensstal annex wagenschuur onderlessenaarskap (oostzijde), een aangebouwde hoge schuuronder golfplaten zadeldak (westzijde) en een ruim voor hethuis bij de sloot gebouwde “kippenschuur” of berging vanbetonnen schotten en golfplaten. De woning heeft geen echtevoordeur (toegang via een van de schuren. Aan de achterzijdevan de woning staan nog enkele kleine aan– en bijgebouwtjesen een kleinvee- of hondenhok.Er is in ruimtelijke zin sprake van een povere uitstraling,zowel van de bebouwing als het erf. Mede door deopdringende kern van Zevenbergen, de nabij gelegenbedrijvenontwikkeling van de <strong>Moerdijk</strong> en de nabijgelegengrootschalige infrastructuur (waaronder de hoog gelegenN285) en sportvelden is er sprake van een landschappelijkweinig aansprekende en in zekere zin teruglopende context.De erfbeplanting bestaat uit enkele verspreide knotwilgen enandere verspreid voorkomende en onderhoud behoevendebomen. Van een goede landschappelijke inpassing van dehuidige situatie is geen sprake.Aan de oost- en westzijde wordt gekozen voor een uitgecultiveerd bosplantsoen en transparante boomkronenbestaande singelbeplanting. Aan de zuidzijde wordt eenduidelijk meer open afscheiding voorgesteld in de vorm vaneen lage haag (bijvoorbeeld tot 1 meter hoogte)waardoor ersprake blijft van een sterke ruimtelijke relatie met deomgeving. Daarnaast worden enkele opvallende solitairebomen voorgesteld.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


6.2 Zevenbergen Dikkendijk 2luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden:- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;- de Dikkendijk is een historisch geografische lijn met hogewaardeEen vrijstaande woning (w) met grote schuur (s) en diverseaanbouwen (a) aan de schuur. Aan de oostzijde ligt eenpaardenbak (p)w = 95 m 2s = 357 m 2a = 452 m 2Agrarische doeleinden bouwperceel en (ter plaatse van depaardenbak “Verkeersdoeleinden dijk”Op het perceel worden hobbymatig (met vergunning)paarden gehouden. Aanvrager verzoekt deze activiteit ondereen woonbestemming te mogen voortzetten.De locatie ligt binnen het ALOgebied en binnen degeluidscontour industrielawaai van het industriegebied<strong>Moerdijk</strong> (punt-streeplijn).ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingAlleen de woning en de oorspronkelijke streekeigen schuurzijn het behouden waard. Geadviseerd wordt om alle overigeopstanden en de opslag in de openlucht te laten verdwijnen.In dat geval verdwijnt circa 70% van het bebouwdeoppervlak. Ook dient de overtollige (bij de te verwijderenopstanden aansluitende) terreinverharding te wordenafgevoerd. De paardenbak dient voorzien te worden van eengroene (paardveilige) inpassing aan de zuid– en oostzijde (bijvoorkeur haag met bomen).De locatie ligt ter hoogte van de aansluiting van deGalgenweg op de Dikkendijk. Op het zich langs de dijkuitstrekkende perceel staan een woonhuis en een grote voorde streek kenmerkende grote schuur onder een hoog en roodzadeldak met wolfseinden. Direct aan de west– enzuidwestzijde van de grote schuur strekt zich veel latertoegevoegde bebouwing uit. Hier komt ook veel opslag voorin de openlucht die vooral vanuit zuidwestelijke richting vanafde Dikkendijk zichtbaar is.Er is sprake van een rommelige situatie met veel zicht opdetonerende opstanden en opslag in de openlucht. De huidigeerfbeplanting concentreert zich vooral rond de woning en destreekeigen schuur en laat daardoor teveel zicht open op dede overige opstanden, opslag en paardenbak.Door de hoge ligging van het perceel op een aangehoogdterreingedeelte van de dijk is een goede inplanting van metname de paardenbak gewenst door middel van een dichtehaag en struikenlaag. Eventuele bomen dienen een openlosse kroon te bezitten om zoveel mogelijk lichttoetredingnaar de struikenlaag en haag te garanderen. Ter hoogte vanhet woonhuis en de oude schuur is een meer open inrichtinggewenst om de in principe bijzondere bebouwing op een meerrepresentatieve wijze zichtbaar te maken.


6.3 Zevenbergen Klundertseweg 30luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden:- de Klundertseweg wordt aangemerkt als een historischgeografische lijn met zeer hoge waarde.Een woning (w) in twee bouwlagen onder kap met een grote Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied en maakt deel uit vans1 = 295 m 2 / s2 = 72 m 2 zeer hoge waarde.schuur (s1) en een wagenschuur (s2).de westelijke kernrandzone van Zevenbergen. Dew = 83 m 2Klundertseweg vormt een historisch-geografische lijn vanruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingGeadviseerd wordt de schuur (s2) te slopen en een goedeafschermende (ca. 10 m brede) singelbeplanting van bomenen struiken aan te leggen aan –in ieder geval- de oost- enwestzijde van het erf.Een perceel met goed onderhouden bebouwing dat deeluitmaakt van een kleinschalige bebouwingscluster rond deaansluiting van het Merenswegje op de Klundertseweg. Decluster ligt op circa 400 meter ten oosten van de bij de A59gelegen bebouwingscluster van het gehucht Pelikaan en opcirca 300 meter ten westen van de meest westelijkenieuwbouwwijk van Zevenbergen. Op het perceel staan eeneenvoudige bedrijfswoning in twee lagen onder zadeldak metkleine aangebouwde bijkeuken aan de achterzijde en directdaarachter een grote schuur onder een licht geknikt zadeldak.Op het achterste deel van het erf staat nog een wagenschuurin steen en hout onder lessenaarsdak.Het woonhuis staat –meer dan de nabijgelegen panden van deKlunderteweg– op een grotere afstand van de weg. Hierdoordringen de achter het woonhuis aanwezige grote schuur en dewagenschuur zich door afwezigheid van enige vorm vanerfbeplanting zeer nadrukkelijk op in het bebouwingsbeeld vande omgeving en zijn zij reeds vanaf relatief grote afstandzichtbaar.De grote schuur wordt aan de zijde van het open landschapdoor middel van een uit struiken en bomen bestaandesingelbeplanting ingepast. Hierdoor zal de op het perceelaanwezige bebouwing ruimtelijk gezien minder afbreuk doenaan het beeld van het aan de Klundertseweg gerelateerdebebouwingslint. Een meer tuinachtige inrichting aan dezuidoostzijde van de woning kan de relatie met het vooral uitwoningen bestaande bebouwingslint versterken, terwijl hetaan de westzijde aansluitende deel (moestuin) de overgangvormt met het landschap.


6.4 Standdaarbuiten Molendijk 19luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;- de Molendijk betreft een historisch geografische lijn methoge waarde.Bedrijfswoning (w) met garage (g), een grote streekeigenschuur (s), wagenschuur (ws) en een klein bijgebouw (b).Verder zijn twee paardenbakken (p) aanwezig.w = 131 m 2s = 700 m 2 / ws = 375 m 2b = 20 m 2Agrarische doeleinden bouwperceelHet perceel is sinds 2005 niet meer agrarisch in gebruikmaar voor burgerbewoning. Hobbymatig wordt met 3paarden gefokt.De locatie ligt binnen het ALOgebied (lichtgroen) in denabijheid van het ARWNgebied (heldergroen).ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingHet woonhuis met aan– en uitbouwen, de garage bij dewoning en de grote streekeigen schuur dienen behouden teblijven. Daarbij is met name het behoud van de grotekarakteristieke schuur (opp. ca. 770 m 2 ) van groot belang.De overige bebouwing (het kleine bijgebouw en de halfopenwagenschuur) dient te worden gesloopt (opp. ca. 460 m 2 ).De erfbeplanting moet worden gehandhaafd (incl.onderhoud) en worden uitgebreid met een rij knotwilgenlangs de erfscheiding aan de zuidwestzijde (langs de grotepaardenbak) en met een rij bomen ter plaatse van teverwijderen wagenschuur.De locatie ligt aan de noordzijde van de dijk. De bebouwingbestaat uit een recent woonhuis in twee bouwlagen onder kapmet een grote erker, een achter het huis geplaatste garage(die met een glazen ruimte is verbonden met het woonhuis) enuit ten zuidwesten van de woning gelegen bedrijfsbebouwing.De bedrijfsgebouwen betreffen een streekeigen schuur metzadeldak en wolfseinden, een klein bijgebouw onder zadeldaken een langgerekte halfopen uit betonblokken en golfplatenbestaande wagenschuur onder lessenaardak.Aan de zuidoostzijde van de lange halfopen schuur liggen tweepaardenbakken in het zicht vanaf de dijk. Erfbeplanting isaanwezig rond het woonhuis en langs een deel van de dijk,maar ontbreekt ter hoogte van de bedrijfsgebouwen en dewestzijde van de paardenbak. De beplanting aan de dijkzijde isover een afstand van circa 30 meter onderbroken door de inrit.Er is sprake van een karakteristieke situatie met landbinding(een voormalig agrarisch bedrijf op polderniveau metschuur(deuren) in de kavelrichting).Het perceel wordt aan de oostzijde door bomen en struikenaan het zicht onttrokken. Vanuit het westen is vanaf de dijkdirect zicht mogelijk naar de weinig fraaie wagenschuur.Het woonhuis is niet specifiek karakteristiek. De ruimtelijkekwaliteit en de landschappelijk gebonden identiteit van delocatie worden hoofdzakelijk bepaald door de gevarieerdeerfbeplanting (waaronder een singel en enkele grote solitairebomen bij de tuin) en de grote schuur. Het kleine bijgebouwen vooral de halfopen schuur doen afbreuk aan de uitstralingvan het bebouwde erf.De paardenbakken vallen door het witte lint en deafwezigheid van beplanting te sterk op vanaf de dijk.Eén woning met aanbouwen (o.a. garage) en één grotekarakteristieke schuur. De resterende oppervlakte aanvoormalige bedrijfsgebouwen is 770 m 2 . Door de aanplantvan knotwilgen op een onderlinge afstand van 2,5 meterworden de paardenbakken tot een aanvaardbaar niveauingepast en wordt het erf op duidelijke wijze begrensd. Eenbomenrij direct ten westen van de streekeigen schuur draagtbij aan de geleding van een bebouwd en onbebouwd deel vanhet erf.


7.1 Zevenbergschen Hoek Achterdijk 125luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Achterdijk betreft een historisch geografische lijnmet hoge waarde.Een woning (w1) met aanbouw (w2), een grote streekeigenschuur (s1) een kleine bijpassende schuur (s2) en berging(b).w1 = 135 m 2 / w2 = 56 m 2s1 = 713 m 2 / s2 = 152 m 2b = 10 m 2Agrarische doeleinden bouwperceelDe woning wordt reeds 20 jaar particulier bewoondDe locatie ligt binnen het ALOgebied.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingNaast onderhoud van de gehele beplanting verdient hetaanbeveling de erfbeplanting aan de noordoostzijde (vooralter plaatse van de schutting) te herstellen en het zwarteschuurtje (mits dit toebehoort aan het perceel) teverwijderen en de keuze van de afrastering te bezien.Ruimtelijk gezien is er geen reden om delen van de overigebebouwing te verwijderen (behoud van de ruimtelijkwaardevolle context).De locatie “Schaapshoeve” ligt op polderniveau, duidelijkachter de door een sloot afgebakende, circa 40 meter diepebebouwingszone van het noordoostelijk bij de locatieaansluitende bebouwingslint van de Achterdijk. Achter hetwoonhuis bevindt zich woninguitbreiding in 1,5 bouwlaagonder zadeldak. Daarachter staat een middelgrote schuur. Metuitzondering van de onder zadeldak gebouwde aan/uitbouwbezitten de overige gebouwen een schilddak (het woonhuis inde vorm van wolfseinden).De erfbeplanting is grotendeels gesloten. Alleen ter hoogtevan de inrit en het woonhuis is zicht mogelijk op het ensemblevan de gebouwen.Er is sprake van een waardevol en bouwkundig goedonderhouden ruimtelijk ensemble. De woonboerderij bezit eenverfijnde en statige voorgevel en nette zijgevels. De overigebebouwing is qua architectuur, kleur– en materiaalgebruikafgestemd op de woonboerderij en eveneens in goedonderhouden staat. De grote schuur staat vrij op hetachterste deel van het erf.De grotendeels gesloten erfbeplanting vertoont plaatselijkachterstallig onderhoud (gaten en minder goede kronen).De schutting aan de oostzijde van de woning, een voor derooilijn van het woonhuis gebouw zwart houten schuurtje enhet gaaswerk aan de zijde van de straat en de inrit zijnminder passend in het beeld.Voorgesteld wordt de erfbeplanting aan de noordoostzijde teherstellen.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


7.2 Zevenbergschen Hoek Achterdijk 147luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Achterdijk betreft een historisch geografische lijnmet hoge waarde.Een woning (w) met berging (b) en een vrijstaande loods (s)met aangebouwde garage (g).w = 125 m 2 / b = 26 m 2s = 300 m 2 / g = 37 m 2De loods wordt gebruikt als opslag (Company SystemsNederland CSN interieurbouw) en als garage.Agrarische doeleinden bouwperceelDe locatie ligt binnen het ALOgebied.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingMet het oog op het gemengde karakter van het lint is desloop van de bouwtechnisch nog goede schuur mindergewenst. De schuur is geschikt om door een kleinschaligbedrijf in gebruik genomen te worden.De loods heeft ook een economische waarde waardoor sloopvan de loods niet voor de hand ligt. De loods is geschikt voorde vestiging van een kleinschalig bedrijf.De Achterdijk is een dijk die aan de zuidzijde sporadisch isbebouwd maar aan de noordzijde duidelijk meer. Aan denoordzijde is sprake van een min of meer evenwichtigeverdeling van bebouwde en onbebouwde delen. De bebouwingstaat hoog aan de dijk op tot circa 50 meter diepe percelen. Hetlint bevat naast woningen ook diverse voormalig agrarischeschuren waarvan enkele direct aan de stoep zijn gebouwd. Opde locatie is echter sprake van een niet voor de streekkarakteristieke loods met een flauw hellend golfplaten zadeldaken een aangebouwde garage.Aan de zuidwestzijde staat een herenhuis in 1,5 – 2 bouwlagenonder kap; aan de noordoostzijde een eenvoudiger woonhuis in1 bouwlaag onder kap.De bebouwing op de locatie verkeert in goede staat. Er issprake van een verzorgde situatie. Een deel van de bebouwingin het lint bezit een streekeigen uitstraling of een anderszinshoge beeldkwaliteit. De loods voegt zich qua bouwvormminder goed in het ruimtelijk aansprekend bebouwingslint vandeze dijk.Gegeven de ruimtelijke situatie zijn landschappelijkeinrichtingsmaatregelen hier niet aan de orde.


7.3 Zevenbergschen Hoek Hoge Zeedijk 30luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Hoge Zeedijk betreft een historische geografischelijn met zeer hoge waarde.Een akkerbouwbedrijf met een vrijstaande woning (w) mettwee grote schuren (s1 en s2).w = 115 m 2s1 = 610 m 2 / s2 = 574 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied. De Hoge Zeedijkvormt een historisch-geografische lijn van zeer hoge waarde.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingIn eerste instantie moet hier worden uitgegaan van agrarischhergebruik. Pas daarna ligt wonen met een nevenfunctie inde rede. Sloop van de loodsen leidt tot een onevenredigekapitaalsvernietiging. Het perceel komt bij het loslaten vande huidige agrarische bestemming in aanmerking voor eenstatisch gebruik van de loodsen (bijvoorbeeldcaravanstalling). Het wijzigen van de huidige bestemmingdient echter uitsluitend plaats te vinden als duidelijk is datzich hier geen nieuw agrarisch bedrijf wenst te vestigen.Een landschappelijke inpassing van het perceel aan dedijkzijde is vanwege de omvang van de bedrijfsgebouwengewenst.De Hoge Zeedijk is een dijk die aan de zuidzijde sporadisch isbebouwd maar aan de noordzijde duidelijk meer. Aan denoordzijde is sprake van een min of meer evenwichtigeverdeling van bebouwde en onbebouwde delen. De bebouwingstaat overwegend op polderniveau binnen een zone vanaf circa80 meter uit de as van de dijk. Dit geldt ook voor de locatieHoge Zeedijk 30 waar een agrarisch hulpbedrijf is gevestigd.De locatie wordt aan de noord en westzijde begrensd dooreen watergang. De ontsluiting vindt plaats middels een afrit,haaks vanaf de dijk. Deze afrit scheidt de gronden in tweedelen (ook kadastraal). De locatie wordt met uitzondering vande dijkzijde aan alle zijden omgeven door een nog in groeifaseverkerende singel.Er is sprake van een bijzonder goed onderhoudenwoonhuisboerderij met vrij recente moderne loodsen en eengoede erf en tuinbeplanting. Ondanks het vrije zicht vanafde dijk op de grote loodsen is er sprake van een goedebeeldkwaliteit.De grote loodsen kunnen landschappelijk worden ingepastmet behulp van een geschoren haag aan het boventalud vande dijk (minimum hoogte circa 1,40 meter) en de aanleg vanbijvoorbeeld een boomgaard of moestuin voor dezuidwestelijk gelegen loods. De voorkeur gaat hierbij uit naarde aanleg van (middel)hoogstam.


7.4 Zevenbergschen Hoek Bloemendaalse Zeedijk 47luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Bloemendaalse Zeedijk is een historischgeografisch lijn met hoge waardeEen woning (w) met een grote schuur (s) met diverse aanen uitbouwen (a).w = 110 m 2s = 365 m 2a = 547 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe locatie maakt deel uit van een kort bebouwingslint metverspreide woningen langs de dijk. Het behoud van deoorspronkelijke agrarische context is in dit geval minderessentieel. Uitgangspunt vormt hier het versterken van deruimtelijke kwaliteit van het bebouwingslint en een meeraansprekend beeld (op afstand) vanaf de dijk in de richtingvan de op polderniveau geplaatste bebouwing. Op dezelocatie zijn daarom meerdere opties mogelijk:Optie 1: De bedrijfsgebouwen worden (evt. met uitzonderingvan de meest westelijke kleine schuur) gesloopt ten gunstevan de bouw van een extra vrijstaande woning. Deze woningdient hoog aan de dijk te worden gebouwd, min of meer in derooilijn van de naastgelegen woonpanden.De locatie maakt deel uit van een kort bebouwingslint langsde dijk. Het mooi gedetailleerde woonhuis is hoger aan de dijkgeplaatst. De bijbehorende bedrijfsbebouwing bevindt zich oppolderniveau en bestaat uit een grote schuur die naderhandaan de oost en westzijde is uitgebreid met zijbeuken onderasbest. Tegen de achterzijde staat een andere schuur. Ietsmeer westelijk staat bovendien een kleine vrijstaande schuur.De woonbebouwing op de nabijgelegen andere percelenbevindt zich hoog aan de dijk. Doordat bij deze anderepercelen bebouwing op polderniveau ontbreekt is -mede doorhet ontbreken van hogere beplanting- zicht mogelijk naar deverbouwde en uitgebreide bedrijfsbebouwing van nummer 47.De oorspronkelijke karakteristiek van de grote schuur is sterkaangetast door diverse aan en uitbouwen. De bouwkundigestaat lijkt in orde te zijn. Het perceel maakt een verzorgdeindruk. Kavelgrensbeplanting ontbreekt waardoor er vanaf dehoger gelegen dijk zicht mogelijk is naar de schuur en deaanbouw aan de achterzijde. Ook ter hoogte van de locatieontbreekt beplanting aan de zijde van de dijk. Hierdoor geeftde locatie een erg stenige indruk. De uitstraling van delocatie wordt echter ook beperkt door de beeldkwaliteit vande naastgelegen bebouwing op nr. 49.Optie 2: De achterschuur en de twee later gerealiseerdezijbeuken van de grote schuur worden gesloopt. Op termijnook de kleine schuur. De grote schuur kan worden benut voorbijvoorbeeld opslag of caravanstalling mits sprake is van eenextensief gebruik. Deze optie is echter sterk afhankelijk vande praktische uitvoerbaarheid en de kosten en van hetnieuwe gevelbeeld dat ontstaat door het slopen van deaanbouwen. Ook dient daarbij sprake te zijn van een beterelandschappelijke inpassing van de locatie aan de oost- enwestzijde van de op polderniveau gelegen bebouwing.Door het opruimen van verharding en bebouwing ontstaan ergoede mogelijkheden voor de aanleg van grote tuinen bij debestaande en de nieuwe woning. Een gemeenschappelijkehaag en identieke hagen aan de voorzijde zorgen voor eengoede ruimtelijke samenhang van beide woonpercelen.


7.5 Zevenbergschen Hoek Driehoefijzersstraat 86luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Driehoefijzersstraat is een historische geografischelijn met hoge waarde.Een vrijstaande woning (w) met grote streekeigen schuur (s) Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied.s = 304 m 2w = 122 m 2ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingUit landschappelijk oogpunt is het van belang de nogresterende grote schuur te handhaven omdat deze schuurvoor een ruimtelijke binding zorgt tussen het woonhuis en destraat. Zonder deze schuur zwemt de woning verloren in depolder.Om de landschappelijke kwaliteit verder te versterken wordtgeadviseerd om ter plaatse van de verwijderde kleine schuurde landschappelijke erfbeplanting aan te passen /aan tevullen op basis van de nieuw ontstane ruimtelijke context aande noord– en westzijde van de inmiddels gesloopte schuur.De locatie ligt in de directe nabijheid van de overgang van deprovinciale weg N285 over de A16. De bebouwing bestaat uiteen vrijstaan woonpand en een grote streekeigen schuur. Eeneerder aanwezige kleinere schuur in de westhoek van hetperceel is reeds gesloopt. De woning staat relatief ver van destraat af. Er is sprake van een open erfbeplanting die zichtbiedt op de woning en schuur.De open erfbeplanting geeft een verzorgde indruk maarvertoont een hiaat ter plaatse van de verwijderde kleineschuur. De schuur is aan enig onderhoud toe maar voor hetoverige is er sprake van een verzorgde situatie op het erf.Voorgesteld wordt in de noordwesthoek bomen aan teplanten die bijdragen aan een ruimtelijke markering van hetwoonperceel. Een extra optie vormt de aanleg van een poelvoor amfibieën, bijvoorbeeld in het open terreingedeelte aande noordoostzijde van de woning.


7.6 Zevenbergen Achterdijk 107 Bluchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden:- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag- de achterdijk is een historische geografische lijn met hogewaarde.Een woning (w) met diverse aanbouwen, een grote loods (s)en diverse vrijstaande bijgebouwen.w = 220 m 2s = 293 m 2 / overig = 74 m 2Agrarische doeleinden bouwperceelHet eertijds aanwezige grote oppervlak bedrijfsgebouwen isdoor sloop reeds zeer sterk gereduceerd.De locatie ligt binnen het ALOgebied.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingGeadviseerd wordt om de bebouwingscluster op het voorstedeel van het erf te behouden (aan het woonhuis gerelateerdebebouwing) evenals de grote schuur. Voor de rest is sloop teadviseren alsmede een duidelijke en goede landschappelijkeinpassing.Bij het wijzigen van de bestemming dienen depaardenactiviteiten te passen binnen de bestemming ofanders te worden beëindigd. Er zijn twee ontwikkelingenmogelijk, namelijk wonen met het hobbymatig houden vanpaarden dan wel een bestemming die specifieke activiteitenin de paardenhouderij mogelijk maakt zoals eenpaardenpension.De locatie ligt op afstand van de dijk, buiten de denkbeeldigdoorgetrokken zone met lintbebouwing van de Achterdijk. Delocatie is ruimtelijk opgedeeld in meerder door beplantingen enhekwerken van elkaar gescheiden terreindelen. Door deerfbeplanting lijkt de situatie als een klein eiland te liggen inhet open poldergebied bij Zevenbergen. Op het terrein wordenpaarden gehouden. In ruimtelijke zin komt dit tot uitdrukkingin de opdeling van het terrein en de aanwezigheid van diversehouten afschermingen. Het oorspronkelijk bebouwde oppervlakis reeds drastisch beperkt.Mede door de sterk gefragmenteerde beplanting en deverspreid voorkomende opstanden is er sprake van eenruimtelijk weinig aansprekend beeld met deels geclusterde endeels over het terrein verspreide bebouwing. De grote(modernere) schuur ziet er het beste uit.Een volledige dichte singelbeplanting is met het oog op deomvang van het perceel en de ligging in het open landschapminder gewenst. Een dichtere beplantingsstructuur aan denoordzijde sluit wel aan bij de reeds aanwezigebomenstructuur. De -niet ingetekende- over het terreinverspreide en nog in ontwikkeling zijnde erfbeplanting kanzorgen voor een acceptabele inpassing van de grote schuur.


8.1 Fijnaart Appelaarseweg 45luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden:- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;- de Appelaarseweg vormt een historisch geografische lijnmet zeer hoge waarde;- de locatie ligt op beperkte afstand van gebieden met eenhoge en een redelijk hoge waarde voor de historischestedenbouw;- er is sprake van een belangrijke zichtrelatie tussen deMolendijk / Beneden Kadedijk en de Polder De OudeAppelaar. De locatie bevindt zich binnen de zichtrelatie.Een woning (w) met een vrijstaande garage (g) en een grote Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied. De Appelaarsewegs = 195 m 2 kreek.schuur (s).vormt een historisch-geografische lijn van zeer hogew = 110 m 2 / g = 27 m 2waarde. De locatie grenst met de productiegronden aan eenruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe locatie ligt midden in het open gebied. De <strong>gemeente</strong> zietdeze locatie als een geschikte locatie voor het behoud of dehervestiging van een agrarisch bedrijf. Om deze redenwordt vooralsnog geen medewerking gegeven aan hetveranderen van de bestemming.De grootste kwaliteitsverbetering kan worden verkregendoor middel van een sluitende erfbeplanting en eventueelvervangende nieuwbouw voor de grote schuur. Alleen sloopvan de schuur zonder landschappelijke inpassing van hetbebouwde perceel draagt slechts in beperkte mate bij toteen gewenste kwaliteitsverbetering van de omgeving.De locatie ligt op enige afstand van het vooral uit woningenbestaande bebouwingslint van de Appelaarseweg. Op dezelocatie staan een niet specifiek voor de streek karakteristiekwoonhuis in één bouwlaag onder zadeldak, een vrijstaandegarage en een vrijstaande schuur van circa 20 x 10 meter. Debebouwing is niet karakteristiek voor het landelijk gebied. Hetperceel is gedeeltelijk voorzien van een erfbeplanting die echtervanuit het noorden volledig zicht open laat op de schuur.Er is sprake van een weinig aantrekkelijk beeld dat in hogemate wordt bepaald door het vrije zicht op de detonerendeschuur. De woning heeft een bescheiden uitstraling die weinigtoevoegt aan het landschappelijk beeld van de omgeving.Aan de zuidzijde staat een hoge dichte haag. Een dichteafschermende singel is vooral ook rond de loods gewenst.Door slechts enkele boomvormers zonder (zware kronen)op te nemen in de singel kan zich een goed sluitendestruikenlaag vormen.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


9.1 Standdaarbuiten Eerste Kruisweg 7luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;Een woning (w) met aanbouw (a), een grote historischeschuur (s1) met twee aanbouwen (a) en een kleine schuur(s2).w = 100 m 2 / a = 56 m 2s1 = 425 m 2 / a = 85 m 2 / s2 = 56 m 2Agrarische doeleinden bouwperceelHet perceel is al 10 jaar niet meer in gebruik als agrarischbedrijf. De eigenaar wenst de bouwvallige schuur door eennieuwe schuur te vervangen.De locatie ligt binnen het ALOgebied.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingGeadviseerd wordt om de woning met aanbouw alsmede deaan de noordwestzijde van de woning gelegen kleine schuurte behouden en alle overige bebouwing (inclusief de groteschuur) met bijbehorende verharding te slopen. Voor de vrijop het erf aanwezige bijgebouwen wordt uitgegaan van eenoppervlakte van maximaal 200 m 2 .Alleen indien op de huidige plaats van de grote schuur eennieuwe grote schuur wordt gebouwd in een vergelijkbarehistorische stijl (zonder aanbouwen) kan worden uitgegaanvan een oppervlakte van maximaal 400 m 2 aanbijgebouwen.Inmiddels is de grote, oude schuur gesloopt.De locatie ligt in een resthoek, direct ten noordoosten van detoe– en afrit Standdaarbuiten van de A17. De omgeving wordtsterk bepaald door de hoger gelegen infrastructuur van de A17,de Markweg en de op maaiveld gelegen tracé’s van deLangeweg Zuid en de Eerste Kruisweg. Het oorspronkelijkeboerenerf is door de rijksweg afgesneden van de eertijdsbijbehorende agrarische gronden. Een deel van deze grondenbestaat nu uit een zich natuurlijk ontwikkelend gebied met 3plassen, oeverlanden, ruigte en opgaand groen. Het erf wordtgrotendeels door een dichte uit struiken en bomen bestaandegroensingel aan het oog onttrokken.Er is sprake van een mooie setting van de gebouwen op heterf maar tevens van een vergaand verval van de grotekarakteristieke schuur en een aantal kleine bijgebouwen. Dekleine vrijstaande schuur (s2) is qua bouwstijl afgestemd opde woning. Herstel van de oorspronkelijke bebouwing, inbijzonder de grote schuur, ligt met het oog op de kosten nietecht in de rede.De locatie voegt mede door de ruimtelijk geïsoleerde liggingen de aanwezige grootschalige infrastructuur weinig toe aande kwaliteiten van het landschap.Er is sprake van een grotendeels gesloten erfbeplanting.Geadviseerd wordt de erfbeplanting met name ter hoogtevan de woning een meer open structuur te geven die rechtdoet aan het aantrekkelijke bebouwingsbeeld.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


9.2 Standdaarbuiten Vlietweg 4Aluchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;Een vrijstaande woning met aangebouwde garage (w) en eengrote parallel langs de weg gebouwde schuur (s).w = 86 m 2s = 1.105 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingKwaliteitsverbetering op de locatie door sloop van de groteloods draagt tot op zekere hoogte bij aan de verbeteringvan de omgevingskwaliteit. De omgeving wordt ruimtelijkechter sterk bepaald door de nabijgelegen infrastructuur endoor de nabijheid van grote loodsen en schuren van derden.Er is geen sprake van een bewoningslint zoals die eldersbinnen de <strong>gemeente</strong> voorkomt. Voorgesteld wordt om degrote loods van Vlietweg 4 A te slopen om elders in hetkader van de nota Groen en Rood één woning tercompensatie terug te bouwen.De locatie ligt bij de aansluiting van de A17 – A 59 (op circa100 en 300 meter uit de rijksweg A59 respectievelijk A17) inde westelijke oksel van het verkeersplein Noordhoek. De tweerijkswegen hebben het tracé van de Vlietweg – TweedeKruisweg opgedeeld in drie ongelijkwaardige stukken. Hetgedeelte van de Vlietweg tussen de beide rijkswegen valt opdoor een aantal langgerekte loodsen die niet dwars op maarparallel aan de Vlietweg zijn gebouwd.De bebouwing bestaan uit een bedrijfswoning in 2 bouwlagenonder kap met een grote uitbouw in één bouwlaag onder kapbij de westhoek van de woning en uit een grote loods van circa55 x 20 meter. Op het aangrenzende perceel Vlietweg 4 B zijnvrij recent –zonder landschappelijke inpassing– tweeaaneengebouwde grote loodsen gebouwd met een oppervlakvan circa 100 x 43 meter.De landschappelijke kwaliteit van de omgeving wordt medebepaald door grootschalige infrastructuur van onder meer deA17 en A59, windmolens en hoogspanningsmasten – enlijnen. Daarnaast is ook de recente bouw van de twee loodsenop het belendende perceel 4B van grote invloed op deuitstraling van de omgeving.Er is geen landschappelijke inpassing aanwezig. Met name debedrijfsgebouwen van 4A en 4B vallen sterk op vanuit deomgeving.Vanwege de hoog opgetrokken woning is hier een goedsluitende erfbeplanting van belang, die met name voor hetzicht vanuit het open landschap kan bijdragen aan eenminder stenig beeld van de Vlietweg. Geadviseerd wordt omuit te gaan van een uit een hoge haag bestaande afzomendebeplanting en eventueel enkele mooie solitaire bomen.


9.3 Fijnaart Boerendijk 11luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;- de Boerendijk betreft een historisch geografische lijn methoge waarde;- de locatie ligt binnen een zone met lintbebouwing die isaangemerkt als een zone met redelijk hoge waarde voorde historische stedenbouw.Een bedrijfswoning (w) met 3 aaneengebouwde loodsen (s). Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALOgebied.s = 2.110 m 2De woning beschikt aan de oostzijde over een niet in de GBKNDe Boerendijk vormt een historisch–stedenbouwkundigeingetekende uitbouw.structuur van redelijk hoge of hoge waarde.w = 156 m 2ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe drie grote aaneen gebouwde loodsen dienen (incl.bijbehorende verharding) te worden gesloopt. De sloop kanworden gecompenseerd door de bouw van een woning diequa architectuur en uitstraling goed aansluit bij deoorspronkelijke boerderij bestaande uit een onder één kapopgenomen woonhuis met stal. Daarbij kan wordenuitgegaan van een woning of woongedeelte met eenaangebouwde schuur tot maximaal 200 m 2 (i.p.v. 80 m 2 ) opminimaal 25 m uit as van de Boerendijk.Aan de westzijde (van de nieuwe woning) is een goedeerfbeplanting gewenst, bestaande uit een singel met bomenen struiken (bosplantsoen).De locatie ligt ca. 400 meter ten zuiden van de A59 en grenstaan een bij Fijnaart gelegen toekomstig uitbreidingsgebiedt.b.v. een veredelingsbedrijf.Op deze vanaf de Boerendijk zeer in het zicht gelegen locatiestaan een langgerekte 20 e eeuwse boerderij met uitbouw eneen drietal grote aaneengebouwde loodsen. De boerderijbestaat uit een voorhuis met het woongedeelte en eenachterhuis met de oorspronkelijke “deel” en toebehoren. Deze“deel” wordt aan twee van de vier zijden volledig omgevendoor een van de aangebouwde loodsen. De loodsen bestaanuit panelen witte tot licht crème–kleurige wanden onder flauwhellende roestkleurige golfplaten zadeldaken.De drie loodsen zijn mede door de afwezigheid vanerfbeplanting zeer dominant aanwezig in het ruimtelijk beeldvan de Boerendijk. Alleen aan de noordoostzijde wordt debebouwingsmassa aan het zicht onttrokken door debestaande erfbeplanting rond het naastgelegen perceelBoerendijk 15. Sloop van de drie loodsen betekent een grotekwaliteitsverbetering maar noodzaakt tot hoge kosten en tothet herstel van de oorspronkelijke gevelwand van de oudedeel.Een alternatief is:- verwijderen van de direct aan de woning met deelgebouwde loods (circa 710 m 2 );- nieuwe functie voor de twee overige loodsen (circa 1.000m 2 ; caravanstalling, statische opslag, etc.);- aanleg van een goede erfbeplanting bestaande uit eensingel met bomen en struiken (bosplantsoen) aan denoord– en westzijde, knotwilgen langs de oostzijde enenkele grote solitaire bomen bij de inrit.Eén bestaande woning (w) met aangebouwde schuur of deelaan de oostzijde en een nieuwe woning met deel ofaangebouwde schuur (tot max. 200 m 2 ) aan de westzijde.gewenste breedte van de singel bedraagt 7 meter.


10.1 Zevenbergschen Hoek Hoge Zeedijk 15luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden:- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag- de Hoge Zeedijk is een historisch geografische lijn metzeer hoge waarde;Een nieuwe woning (w) met vrijstaande garage-/berging (g)en meer achter op het erf: een (deels halfopen) wagenschuur(s3) en twee varkensstallen (s), waarvan één in steen (s1) enéén in hout (s2).w = 127 m 2 / g = 26 m 2s1 = 350 m 2 / s2 = 340 m 2 / s3 = 126 m 2Agrarische doeleinden bouwperceelOp het perceel is al ongeveer 12 jaar geen sprake meer vaneen agrarische bedrijfsvoering. De oude varkensstallenworden gebruikt als caravanstalling en opslag.De locatie ligt binnen het ALOgebied.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingHet woonhuis met de garage zijn hooguit enkele decenniaoud. De overige bebouwing verkeert in een slechte staat.Geadviseerd wordt om de oudere bebouwing en bij voorkeurook de betonplaten te verwijderen en ter plaatse van dewagenschuur de nieuwbouw van een behoorlijke schuur(circa 50% van de huidige oppervlakte aan oude opstandentot max. 400 m 2 ) toe te staan (opslag / caravanstalling). Ookde prefab betonnen verhardingspanelen kunnen wordenverwijderd.De bouw van een extra woning is ruimtelijk gezienongewenst vanwege de langgerekte vorm van het perceelwaardoor een extra woning te ver in de polder komt te staanen geen binding meer heeft met de dijk.Op de locatie staat zowel nieuwe bebouwing als oudere, ineen matige tot slechte staat verkerende bedrijfsbebouwing.De woning staat op enige afstand van de dijk op polderniveau.Door de langgerekte vorm van het perceel dringt de achterstebedrijfsbebouwing relatief ver door in het landschap. Op hetperceel komt veel verharding voor. De oudebedrijfsbebouwing is met name zichtbaar vanuit oostelijkerichting (zowel vanaf de Hoge Zeedijk als van de hieropaansluitende Schenkeldijk. Aan de westzijde is het perceelvoorzien van een erfsingel. Aan de zuidzijde van de tweevarkensschuren ligt een kleine dierenweide met hokken.Er is sprake van twee werelden. De uitstraling van hetachterste deel van het perceel (het gedeelte met de ouderebebouwing en de uit betonplaten bestaande erfverharding)vormt een sterk contrast met de verzorgde uitstraling van hetvoorste deel (het gedeelte met de woning en de tuin).Sanering van de schuren en de betonplaten vormt een zwarekostenpost.De nu reeds aanwezige erfbeplanting zal in de nieuwesituatie voldoende inpassingsmogelijkheden bieden voor eennieuwe (meer in de nabijheid van de woning te bouwen)schuur. Ter plaatse van de te slopen grote schuren kan devrijkomende ruimte worden benut voor de aanleg van eenboomgaard of moestuin.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


10.2 Zevenbergen Hazeldonkse Zandweg 95luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden:- de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag;- de Hazeldonkse Zandweg betreft een historischgeografische lijn met hoge waarde.Een woning met daarmee verbonden schuurw = 142 m 2s = 88 m 2Agrarische doeleinden bouwperceelOp het perceel hebben nooit agrarische activiteitenplaatsgevonden. Het betreft een woning (met schuur) die inhet bestemmingsplan ten onrechte niet als zodanig isbestemd.De locatie ligt binnen het AGgebied (olijfgroen), net buitende invloedssfeer van geluidhinder ingevolge de bedrijvenaan de Zuiddijk (streep-puntlijn).ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe locatie ligt in het AGgebied en direct naast eenbestaand glastuinbouwbedrijf. Een woonbestemming is eenprobleem in verband met de directe nabijheid vanbestaande en toekomstige glastuinbouw.De eigenaar heeft echter al afspraken met de directaanliggende glastuinders over de verkoop van zijn grondenten bate van de glastuinders. Door de aanliggendeglastuinders zijn geen concrete plannen naar voren gebrachtdie een woonbestemming voor de locatie HazeldonkseZandweg 95 uitsluiten. De genoemde verkoopplannen vande eigenaar staan bovendien ten dienste van deontwikkeling van het glastuinbouwgebied. Om die reden kanmet een woonfunctie worden ingestemd.De huidige landschappelijke inpassing van de locatie isgoed.De Hazeldonkse Zandweg is een kaarsrechte lijn (eennapoleontische weg). De bebouwing wordt sterk aan het zichtvanaf de weg onttrokken door de sluitende erfbeplanting. Dezeerfbeplanting is ter hoogte van de woning iets formeler dan aande overige zijden.Er is sprake van een goede landschappelijke inpassing die insamenhang is met de situering van de bebouwing op het erf.Verdere landschappelijke inpassing van de locatie is nietnodig.


10.3 Langeweg Noordseweg 9luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijnmiddelhoog tot hoogEen vrijstaande woning (w), een middelgrote schuur (s),garage (g) en berging (b). De oorspronkelijk achter de woningaanwezige grote schuur (o) met aanbouwen is gesloopt.Agrarische doeleinden bouwperceelDe locatie ligt binnen het ALOgebied.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingMeer dan de helft van de voormalige agrarischebedrijfsgebouwen is gesloopt. Om het voor de polderskarakteristieke beeld van erven die als groene eilanden in depolder liggen terug te krijgen is een aangepastelandschappelijke inpassing met afschermende beplanting aande oosten westzijde van het woonperceel van belang. Hetis van belang om hetzij de golfplaten kap van de openschuur te vervangen door een fraaiere afdekking en degarage te slopen, dan wel beide opstanden te slopen tengunste van de bouw van een nieuwe schuur (circa 250 m 2 )op kortere afstand van de woning.De locatie ligt iets ten westen van de aansluiting van de A59 opde A16 aan een doodlopende landbouwweg. Een groot deel vanhet bebouwde oppervlak van de locatie is verdwenen met desloop van de grote schuur met aanbouwen. De woning staat oprelatief korte afstand van de weg. De overige bebouwing opruime afstand achter de woning. De erfbeplanting in hetbijzonder de singel is sterk gefragmenteerd maar bestaatdeels uit fraaie bomen.Door de sloop van de grote schuur staat de woning bijnacontextloos in de open polder. De eenvoudige bouwstijl van dewoning zorgt voor onvoldoende compensatie. De overige nogresterende erfbebouwing (een hoge open houten schuur onderoude golfplaten en een garage met kap) staat door deafwezigheid van de grote schuur op relatief grote afstand vande woning, ver op het achtererf waardoor de oorspronkelijkebinding met de woning (d.m.v. de gesloopte schuur) verlorenis gegaan.Met name aan de oost- en westzijde is een aanvulling vande bomenrijen en herstel van de uit struiken bestaandeonderlaag gewenst. Vanwege de sterke schaduwwerkingvan de grote bomen is het van belang om de struikenlaagextra te versterken met schaduwverdragend bosplantsoenwaaronder ook enkele bladhoudende soorten. Aan dezuidzijde is een open beeld acceptabel.


10.4 Langeweg de Langeweg 19luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Langeweg ligt op een kade en is aangemerkt alseen historisch geografische lijn met hoge waarde.De aan de oostzijde gelegen Hamseweg heeft een bestratingbestaande uit kasseien en is aangemerkt als een historischegroenstructuur.Een woning (w) met aanbouw, een grote voor de streekkarakteristieke schuur (s1) en een bijpassende wagenschuur(s2)Agrarische doeleinden bouwperceelDe grote schuur wordt gebruikt als caravanstallingDe locatie ligt binnen het ALOgebied. De Hamseweg vormteen historisch-geografische lijn van zeer hoge waarde envormt tevens een historische groenstructuur.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingBehoud van de bestaande bebouwing op de locatie is vangroot belang voor de ruimtelijke kwaliteit van hetgebouwenensemble. Geadviseerd wordt het nog groteoppervlak aan verhardingen terug te dringen. Dit is echtermede afhankelijk van de mogelijkerwijs te behouden / tegeven statische functie (caravanstalling) aan de schuur(keren op het erf is te prefereren boven het achteruitrijdenen de hoger gelegen provinciale weg op te steken).Het beeld vanaf de Hamseweg is gebaat met het aanbrengenvan beplanting langs de oprit die het zicht op de weinigaansprekende bebouwing van de Hamseweg 9 (met namehet niet voor bewoning bestemde deel) afschermt.De locatie ligt in de directe nabijheid van de kern Langeweg.De bebouwing gaat verscholen achter de beplanting, vooral aande oostzijde van de locatie. Vanaf de Langeweg is een beperktdoorzicht mogelijk naar het perceel. Vanaf de Hamseweg iszicht mogelijk naar de grote schuur op het achtererf.Er is sprake van een goed onderhouden herenboerderij intwee bouwlagen onder kap met eveneens goed onderhoudenoverige gebouwen. De grote voor de streek karakteristiekeschuur en wagenschuur vormen samen met de woning eenbelangrijk ruimtelijk ensemble. Dit ensemble is vanaf deLangeweg gezien echter zeer beperkt te beleven vanwege deomvangrijke en afschermende erfbeplanting. Het zicht vanafde Hamseweg wordt verstoord door de minder aansprekendebebouwing op de voorgrond.Alleen in de noordoosthoek is enige versterking van debeplanting gewenst door hetzij een continuering van debestaande bomenrij hetzij een meer afschermende hogerestruikenlaag met een paar bomen.


10.5 Langeweg Pootweg 4luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laagEen woning (w) met aan/uitbouw, een grote hedendaagseschuur (s1) en een kleine schuur (s2)Agrarische doeleinden bouwperceelDe locatie ligt binnen het AGgebied (olijfgroen) in nabijheidvan ALOgebied en binnen de invloedssfeer van geluidhinderingevolge de bedrijven aan de Zuiddijk (streep-puntlijn).Aan de noordzijde grenst de locatie aan de kreek “hetZwanegat” (blauwe lijn).ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe locatie ligt in het open polderlandschap, echter nog juistbinnen een voor glastuinbouw te ontwikkelen gebied. Debebouwing is alleen vanaf de weg goed zichtbaar en wordt aande overige zijden geheel of grotendeels door beplanting aan hetoog onttrokken. De bebouwing bestaat uit een zorgvuldigonderhouden en verfijnd gedetailleerd woonhuis met aan deachterzijde een haaks aangebouwde schuur. Beiden in éénbouwlaag onder kap. Achter het woonhuis (aan de westzijde)staat een grote vrijstaande schuur onder golfplaten. Tenzuidwesten daarvan een kleine eveneens vrijstaande schuurbestaande uit een geprofileerde panelenwand en golfplaten.Er is sprake van een goed onderhouden situatie metkwalitatief goede gebouwen. De bebouwing staat opvoldoende afstand van de kreek.De grote schuur staat evenwijdig aan de straat en dringt zichdaardoor sterk op in het bebouwingsbeeld. De kleine schuurin de zuidwesthoek van het bouwperceel doorbreekt deerfgrensbeplanting en tast het ruimtelijk beeld vanuit hetzuiden aan.Er is niet of nauwelijks kwaliteitswinst te halen, ook nietdoor sloop (vanwege de kosten en het woonhuis komtcontextloos in de polder te liggen).Geadviseerd wordt de bestaande bebouwing te handhaven.Voor het zuidelijk gelegen open poldergebied is deontwikkeling van glastuinbouw beoogd. Sloop van de kleineschuur is daarmee uit ruimtelijk oogpunt niet nodig.Daarnaast betekent de sloop van de grote schuur eenonevenredige kapitaalsvernietiging.De ligging van de locatie binnen de geluidshinder van debedrijven aan de Zuiddijk en de ontwikkeling vanglastuinbouw bieden perspectieven voor het behoud van debebouwing. Zowel de grote als de kleine schuur kunnen (evt.na vervreemding) een functie vervullen bij de ontwikkelingvan de glastuinbouw (opslag materieel/materiaal).De bebouwing en het groen vormen hier eenlandschappelijke eenheid die versterkt wordt door de ligginglangs het kreekrestant van het Zwanengat. De locatie kanworden ontwikkeld als een klein landgoed.De locatie beschikt reeds over een goede landschappelijkeinpassing.


10.6 Langeweg Hoge Zeedijk 60luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; de Hoge Zeedijk is een historische geografische lijnmet hoge waarde; op de cultuurhistorische waardenkaart 2010 van deprovincie staat de inmiddels afgebroken grote schuuraangeduid als overige bouwkunst.Eenvoudig, deels nog van originele stijlkenmerken voorzienwoonhuis met een latere aan−/uitbouw. De historische schuuris inmiddels afgebroken. Aan de zuidwestzijde van de woningstaat een zeecontainer.w = 154 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALO−gebied. Aan de overzijde vande Hoge Zeedijk ligt gebied ten behoeve van de doorgroei vanglastuinbouw (AG-gebied).ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingHet ruimtelijk beeld kan worden versterkt door:1. het verwijderen van de container, eventueel metcompensatie door middel van het realiseren van eenkleine schuur (of terugbouw van een met deoorspronkelijke schuur vergelijkbare) grote schuur.2. het aanbrengen van een erfbeplanting.De locatie ligt direct achter het benedendijks gelegenbebouwingslint van de Hoge Zeedijk in de rand van hetagrarisch productiegebied. Alle panden in het lint staanonderling op relatief grote afstand en zijn bovendien niet aande dijk maar op polderniveau gesitueerd. Hierdoor wordt hetoorspronkelijke agrarische karakter van het lint versterkt(bebouwing op polderniveau). In het lint staan meerderehistorisch karakteristieke panden.Door de sloop van de –als historisch waardevol aangegevenschuur− is de oorspronkelijke landbinding sterk afgezwakt enstaat de woning mede door de positie achter het eigenlijkebebouwingslint in zekere zin contextloos in de omgeving. Deplaatsing van de zeecontainer leidt tot een verdere verarmingvan het ruimtelijk beeld.Van het oorspronkelijke perceel kan een deel wordenafgescheiden door middel van een halfhoge haag (met eenhoogte die zicht over het landschap mogelijk maakt).Verreweg het grootste deel van het perceel behoort het openkarakter te behouden (doorzicht landschap). Enkele solitairebomen zorgen voor de aankleding van de bebouwing in hetlandschap en voorkomen een anders wel erg eenvoudigruimtelijk beeld.Adviesbureau RBOIRotterdam264.14223.00


10.7 Zevenbergen Hazeldonkse Zandweg 109luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn middelhoog / zeer hoog; de Hazeldonkse Zandweg is een historischegeografische lijn met hoge waarde; de bebouwing staat aangeduid op decultuurhistorische waardenkaart 2010 van deprovincie als overige bouwkunst.Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het AG−gebied (agrarisch gebiedEen historisch en van diverse stijlkenmerken voorziens5 = 360 m 2woonhuis met een eveneens historische grote schuur endoorgroei glastuinbouw). Ten zuiden en oosten van deenkele kleinere schuren en/of bergruimten. Op hetkruising met de Zuiddijk ligt ARWN-gebied (verwevingnoordwestelijk deel van het erf staat een uit paneellandbouw,recreatie en landschapswaarden), aan de westzijdeelementen opgebouwde loods.w = 237 m 2s1 = 493 m 2van de kruising ligt ALO-gebied.De locatie ligt binnen de zone industrielawaai (50 dB(A)-contour van het bedrijventerrein bij de Zuiddijk.s2 = 53 m 2s3 = 69 m 2s4 = 35 m 2ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe aansluiting van de Hazeldonk, Hazeldonkse Zandweg ende Zuiddijk vormt ondanks de directe nabijheid van hetkassengebied in het noorden en het bedrijventerrein in hetoosten en zuiden, een belangrijk ruimtelijk gegeven. Deruimtelijke kwaliteit van de omgeving wordt zeer sterkbepaald door de aan drie zijden van de kruising gelegenagrarische bouwpercelen met historische bebouwing enerfbeplantingen. Het perceel wordt vanaf twee zijdenontsloten (Zuiddijk en Hazeldonkse Zandweg).Mede door de ligging van de bebouwing op een vluchtheuvelis er sprake van een bijzonder markant ruimtelijk gegeven.De naderhand toegevoegde groene panelenloods en in zekerezin ook de diverse kleine bijgebouwen doen sterk afbreuk aanhet oorspronkelijke en historische karakter van de omgeving.Hier wordt uitgegaan van behoud van de historische woning(inclusief de met rode pannen bedekte schuur aan deachterzijde van de woning) en de grote (te restaureren)schuur en van sloop (ruim 500 m 2 ) van de overige bebouwing(groene loods en kleinere schuren en hokken). Sloop is ookgewenst voor de versterking van de historische context vande omgeving. Compensatie door middel van de bouw van eenwoning dient bij voorkeur elders plaats te vinden vanwegehet wegverkeerslawaai en de nabijheid van het kassengebied.Uitgaande van de opsplitsing van het perceel behoeft dehuidige erfbeplanting enige aanvulling door middel van eensingel aan de noordwestzijde van de oude schuur en eenhaag aan de zuidoostzijde van de schuur. De gronden directten zuidoosten van de oude schuur kunnen –bij voorkeur−worden benut als boomgaard en/of moestuin of anderseventueel als een kleine weide voor kleinvee of paarden.


2.2 Plaats Tonnekreek 12luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; locatie ligt in Polder de Ruigenhil (cultuurhistorischvlak) en de Zuiderwaterlinie bij Willemstad-Klundert(cultuurhistorisch landschap); de dijknederzetting Tonnekreek is van hoge waardevoor de historische stedenbouw; locatie ligt binnen het schootsveld van hetvoormalige westelijk gelegen fort Dijkzigt; de Tonnekreek is een historische geografische lijnmet hoge waarde.Een woonhuis met aangebouwde hoge schuur en een aan dezuidzijde daarvan gebouwde vrijstaande schuur onderlessenaarsdak. Schuren en bijgebouwen op het achterste deelvan het erf zijn gesloopt. Aanwezig zijn nu nog:w = 205 m 2 (waarvan 90 m 2 woonhuis)s1 = 130 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALO−gebied, een stiltegebied eneen kernrandzone. In de directe nabijheid bevinden zich eenweidevogelgebied en een vogelrichtlijn- / habitatgebied en(op circa 60 meter westelijk) een grote kreek. De Tonnekreekvormt een stedenbouwkundige structuur van redelijk tot hogewaarde.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingVerdere sloop is niet meer nodig. Door de reeds uitgevoerdesloop is de ruimtelijke kwaliteit sterk verbeterd. Voor dezelocatie is sloop van de kwalitatief goede vrijstaande schuuraan de zuidzijde slechts van weinig betekenis voor delandschappelijke kwaliteit of het bebouwingspatroon. Wonenis hier een passende functie. Uit ruimtelijk oogpunt zijnverdere maatregelen, bijvoorbeeld met betrekking toterfbeplanting, niet nodig.De locatie behoort tot het benedendijks bebouwingslint vanTonnekreek. Dit lint bestaat uit een serie van qua bouwstijl enomvang vergelijkbare woningen met elk meerdere schuren.Vanaf de relatief hoge dijk is tussen de bebouwing doorzichtnaar het achterliggende cultuurlandschap mogelijk. Veel vande panden in het lint zijn of worden opgeknapt, zo ook op delocatie.Van de oorspronkelijke niet−woonbebouwing is inmiddelsongeveer de helft gesloopt, waardoor het doorzicht naar hetachterliggende landschap is verbeterd en er een groenerbeeld van het erf en een doorzicht naar het landschap isontstaan. Het woonhuis is recent opgeknapt.Hier is een landschappelijke inpassing niet perse gewenst, welhet behoud van doorzicht vanaf de hoog gelegen dijk naar hetachterliggende landschap. De gronden ter plaatse van deinmiddels gesloopte bebouwing kunnen gewoon als tuin /moestuin of boomgaard worden benut.


5.5 Fijnaart Oude Molensedijk 7Aluchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; locatie ligt in de Zuiderwaterlinie bij Willemstad-Klundert (cultuurhistorisch landschap); de Oudemolensedijk is een historische geografischelijn met hoge waarde; locatie grenst aan de voor de historische stedenbouwals redelijk hoog gewaardeerde zone van de OudeHeijningsedijk.BP <strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> (vastgesteld 13-12-2004):De locatie betreft het zuidelijk gelegen bedrijfsperceel. Op dits2 = 26 m 2perceel staan een eenvoudig houten woonhuis met aanbouw, Bedrijfsdoeleinden (cat. 2 Staat vaneen kleine schuur aan de noordzijde en een grote schuur aande westzijde. Het perceel aan de noordzijde bevat twee groteloodsen en een kantoorruimte, maar maakt geen deel uit vande locatie.w = 217 m 2 (waarvan 110 m 2 woonhuis)s1 = 436 m 2Bedrijfsactiviteiten).De locatie ligt binnen het ALO−gebied.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingHandhaving van de bedrijfsfunctie is reëel, maar vraagt welom een betere landschappelijke inpassing aan de zuidzijde.Bij een woonbestemming voor het zuidelijk perceel dient degrote aan de westzijde gebouwde loods te worden gesloopt.De A59 ligt ongeveer 300 meter ten noorden van de locatie.Door de aanleg van de A59 zijn de aan het zuidelijk deel vande Oude Molensedijk gelegen percelen in een resthoek komente liggen en is de ruimtelijke relatie met de kern Oudemolenverloren gegaan. De omgeving kenmerkt zich door deuiteenlopende functies: fruitteelt, glastuinbouw, nietagrarische bedrijven en een supermarkt ter hoogte van deaansluiting van de Oude Molensedijk op de A59.De ruimtelijke kwaliteit van de locatie wordt negatiefbeïnvloed door de hoge loodsen en het bijbehorende kantoorop het aan de noordzijde grenzende perceel. De erfbeplantingvan het zuidelijk perceel waar ook de woning staat, bestaatdeels uit loofhout (aan de landschappelijke zijde) en uitconiferen (aan de zijde van het noordelijk gelegenbedrijfsperceel).De bestaande erfbeplanting op het perceel 7A volstaat. Detengevolge van de sloop van s1 vrijkomende gronden en hetdaarachter gelegen deel kunnen als tuin of moestuin wordenbenut.


8.2 Fijnaart Kadedijk 79luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; locatie ligt in de Zuiderwaterlinie bij Willemstad-Klundert (cultuurhistorisch landschap); het bebouwingslint van de Kadedijk is van redelijkhoge waarde voor de historische stedenbouw; de Kadedijk is een historische geografische lijn methoge waarde; de boerderij betreft een rijksmonument.Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALO−gebied. De Kadedijk vormt eenEen als rijksmonument aangewezen woonhuis mets5 = 242 m 2karakteristieke streekeigen schuur en een aantal naderhandgebouwde schuren ten noorden en oosten van de woning ende streekeigen schuur.w = 98 m 2s1 = 456 m 2s2 = 13 m 2s3 = 168 m 2s4 = 246 m 2historisch stedenbouwkundige structuur van redelijk hoge /hoge waarde.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingMet het oog op de ruimtelijke context ligt behoud van hetwoonhuis en de oudere schuur het meest in de rede. De laterop het achtererf toegevoegd schuren en loodsen doen afbreukaan de bijzondere situatie. Het ruimtelijk beeld is het meestgediend met de sloop van de schuren S3, S4 en S5. Deze drieschuren beslaan een oppervlakte van 656 m 2 . Het bouwenvan een extra woning op de locatie is ongewenst. Niet alleenis de hoeveelheid te slopen bebouwing te gering maarontbreekt ook een goede ontsluitingsmogelijkheid. Bovendienis het bouwen van een woning achter de bestaande tehandhaven bebouwing ongewenst.De locatie ligt in de overgangszone van de lintbebouwing vande Kadedijk naar de kern van Fijnaart. De omgevingkenmerkt zich door een grote diversiteit aan functieswaaronder wonen, detailhandel, agrarische en niet-agrarischebedrijven. Op de locatie staat voor de streek karakteristiekeoudere bebouwing, namelijk het wit gepleisterde woonhuis(rijksmonument) en een grote schuur. De schuur is in gebruikvoor health &beauty (incl. verkoop van producten).Het woonhuis en de oude schuur vormen samen met deerfbeplanting een bijzonder ensemble. Deze gebouwen zorgensamen met de opvallende erfbeplanting in het groeiseizoenvoor een redelijke afscherming van de achter deze ouderebebouwing opgerichte schuren en loodsen.Het achterste deel van het woonperceel kan eventueelworden afgestoten naar agrarische gronden. Het gedeelte tennoordwesten van de oude schuur kan worden benut alsmoestuin of dierenweide voor kleinvee en door middel vaneen haag worden afgescheiden van de direct bij de woninggelegen tuin. Aan de noordwestzijde van de moestuin wordtafschermende beplanting voorgesteld. Deze kan eventueelworden doorgetrokken in de richting van Kadedijk 83.


9.4 Standdaarbuiten Kreekdijk 15luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; locatie ligt in de Zuiderwaterlinie bij Willemstad-Klundert (cultuurhistorisch landschap); het bebouwingslint van de Kreekdijk is van redelijkhoge waarde voor de historische stedenbouw; de Kreekdijk is een historische geografische lijn methoge waarde; de dijkbeplanting wordt aangemerkt als historischgroen; er is sprake van een belangrijke zichtrelatie met depolder Nieuwland en de Nieuwendijk.Een hoog aan de dijk gebouwd woonhuis met op polderniveaugebouwde schuren aan weerszijden van een toerit. Deschuren staan zowel achter het eigen huis (oostzijde) alsachter het buurhuis (westzijde).w = 120 m 2s1 = 634 m 2s2 = 750 m 2s3 = 40 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel, intensieve kwekerij De locatie ligt binnen het ALO−gebied. De Kreekdijk behoorttot stedenbouwkundige structuren van redelijk hoge tot hogewaarde. De dijkbeplanting vormt een historischegroenstructuur.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingDe Kreekdijk en in het verlengde daarvan de Oudendijkvormen een langgerekt bebouwingslint. De gemengdebebouwing (woningen en bedrijven) staat vooral aan dewestzijde (aan de zijde van de oude kreek) en –zeker dewoonbebouwing− tevens hoog aan de dijk. Aan de oostzijdevan de dijk is veel minder bebouwing. Deze vooral agrarischgeoriënteerde bebouwing staat op polderniveau.Door de geringe diepte van de percelen en de functiemengingin het dijklint staan er veel relatief omvangrijke schuren openin het polderlandschap. De niet−woonbebouwing op de locatieen de betonplatenverharding doen afbreuk aan de ruimtelijkekwaliteit van het historische lint en het landschappelijkekarakter. 100 meter ten westen van de locatie is een forsesprong over de dijksloot gemaakt die de landschappelijkekwaliteit extra onder druk zet.Voor deze locatie is de sloop van de twee grote en de kleineschuur het meest gewenst (circa 1.425 m 2 ). Omdat hetoprichten van een woning in de 2 e linie niet wenselijk is en deruimte aan de dijk ontbreekt zal elders compensatie in devorm van woningbouw (een grote woning) gezocht moetenworden. Voor een eventuele bedrijfsfunctie op de locatievormt de sloop van de ten oosten van de toerit gelegenschuren en aanleg van een erfbeplanting een uitgangspunt.Alleen het westelijk gelegen deel van de schuren wordtgehandhaafd ten behoeve van een vervolgfunctie. Debebouwing dient dan door een singelbeplanting goed ingepastte worden. Ook aan de zijde van de dijk is een groeninrichting gewenst (haag, solitaaire boom en bloeiendeplanten). Het oostelijk van de toerit gelegen deel van deschuren wordt gesloopt en vervangen door een tuininrichting.


9.5 Standdaarbuiten Oudendijk 6luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; locatie ligt in de Zuiderwaterlinie bij Willemstad-Klundert (cultuurhistorisch landschap); het bebouwingslint van de Oudendijk is van redelijkhoge waarde voor de historische stedenbouw; de Oudendijk is een historische geografische lijn methoge waarde; de dijkbeplanting wordt aangemerkt als historischgroen.Een vrij kleine woning met twee kleine bijgebouwen (s1 ens2) en een op grotere afstand van de woning geplaatste groteschuur (s3).w = 75 m 2s1 = 42 m 2s2 = 15 m 2s3 = 220 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALO−gebied. De Oudendijk behoorttot stedenbouwkundige structuren van redelijk hoge tot hogewaarde. De dijkbeplanting vormt een historischegroenstructuur.ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingHet ruimtelijk beeld van de omgeving kan aanmerkelijkverbeteren door de sloop van s3. Hierdoor wordt hetdoorzicht naar de polder sterk verbeterd en wordt het zichtnaar de aan de zuidzijde van s3 gelegen oudere schuur nietlanger geblokkeerd. Voor de locatie van de woning is eenerfbeplanting gewenst die kan bijdragen aan een meersamenhangend ruimtelijk beeld van de locatie ingepast in deoverwegend agrarische context.De locatie ligt op polderniveau aan de oostzijde van deOudendijk. Alle overige bebouwing aan deze zijde van de dijkligt eveneens op polderniveau maar bezit in afwijking van delocatie wel een duidelijk agrarisch georiënteerde context.De goed uitziende woning is klein maar passend voor destreek. De bijgebouwen creëren een minder samenhangendruimtelijk beeld. De woning staat door de afwezigheid vannabij geplaatste agrarische gebouwen en afwezigheid van eenpassende erfbeplanting in zekere zin contextloos in de polder.Aan de noord−, oost− en zuidzijde is een halfhoge(1.20−1.50 meter) haag gewenst. In de zuidelijke punt en bijde eerste schuur tevens bomen.


9.6 Standdaarbuiten Sluissedijk 4luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag; locatie ligt in de Zuiderwaterlinie bij Willemstad-Klundert (cultuurhistorisch landschap).Een grote woonboerderij met een hoge streekeigen schuur entwee lange uit goedkope bouwmaterialen opgetrokkenloodsen.w = 384 m 2s1 = 140 m 2s2 = 925 m 2s3 = 925 m 2 Bedrijfsdoeleinden cat. 2 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten De locatie ligt binnen het ALO−gebied. Aan de overzijde vande Sluissedijk ligt het ARWN-gebied (verweving vanlandbouw, recreatie en landschappelijke waarden).ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingBehoud van het oorspronkelijk ensemble van de oudeboerderij met de direct bij de toerit gebouwde oude schuur iszeer gewenst. Voor een duurzaam behoud van het ensembleis het opknappen / restaureren van de boerderij en oudeschuur gewenst.Er is een bijzondere ruimtelijke kwaliteitswinst te halen doorhet slopen van de twee lange loodsen aan de noordwestzijdevan de oude boerderij. In relatie met het opknappen van deoude historische bebouwing is bij sloop van de twee loodsen(totaal 1.850 m 2 ) de bouw van twee woningen te overwegen.De kruisende hoogspanningsleiding en de nabije ligging vanrijksweg A17 maken de bouw van compenserende woningenop de locatie zelf echter niet goed mogelijk, zodat elders naareen geschikte locatie zal moeten worden gezocht.De locatie ligt onder een hoogspanningsverbinding en op eenafstand van nog geen 100 tot 225 meter uit de as vanrijksweg A17. In landschappelijke zin is er sprake van eenduidelijke poldergebonden, agrarische context en agrarischbebouwingsbeeld. De locatie ligt op korte afstand van de kernStanddaarbuiten maar wordt daarvan gescheiden door deA17. De route Hoogstraat – Oude Kerkstraat – Sluissedijkvormt echter een belangrijke uitvalsroute voor het recreatiefverkeer vanuit Standdaarbuiten naar de vooral ten westenvan de rijksweg gelegen en met historisch belangrijkebebouwingslinten doorsneden polderlandschap.De twee grote loodsen liggen terug ten opzichte van de oudeboerderij maar springen door de afwezigheid vanafschermende beplanting zeer direct in het beeld vanaf dehoog gelegen Sluissedijk. Een deel van de uit hoge bomenbestaande bomenrij is recent gekapt.De twee loodsen zijn gebouwd met behulp van goedkopebouwmaterialen (betonplaten, metalen panelen enwaarschijnlijk deels asbest−golfplaten.Er wordt uitgegaan van een splitsing van het perceel in eenwoongedeelte met erf en een –ter plaatse van de te slopenschuren gelegen stuk gras- of bouwland. Voor de bebouwingstaan reeds grote bomen aan de slootkant. Aan de zijde vanSluissedijk 2 is een goede haag aanwezig. Het achtererf isingericht als tuin. Aanvullende beplanting in de vorm van eenhaag, enkele bomen en een moestuin of fruithoek kan wordenaangebracht aan de noordwestzijde op de scheiding met denieuwe onbebouwde gronden.


9.7 Standdaarbuiten Oude Kerkstraat 42luchtfoto uitsnede gbkn uitsnede vigerend bestemmingsplankaart uitsnede zoneringskaartCultuurhistorische waarden: de Indicatieve Archeologische waarden zijn laag.Een duidelijk na de aanleg van de A17 ontwikkelde locatiemet een groot woonhuis en een omvangrijk complex schuren.w = 155 m 2s1 = 2470 m 2s2 = 23 m 2 Agrarische doeleinden bouwperceel De locatie ligt binnen het ALO−gebied. Aan de overzijde vande Oude Kerkstraat ligt het ARWN-gebied (verweving vanlandbouw, recreatie en landschappelijke waarden).ruimtelijk–functionele karakteristiek (beschrijvend) ruimtelijk–functionele karakteristiek (waarderend) ruimtelijke inpassingMet het oog op de nog uitstekende kwaliteit van debedrijfsbebouwing ligt een agrarische functie of het gebruikten behoeve van een agrarische nevenfunctie het meest in derede. Strikt agrarisch gebruik is echter vanwege deafwezigheid van bijbehorende agrarische gronden en denabijheid van dorpsbebouwing niet goed mogelijk.Ontwikkeling ten behoeve van een specifieke vorm vanniet−agrarisch bedrijvigheid is, mits inpasbaar bij eennabijgelegen woonomgeving, te overwegen.De locatie ligt in een resthoek op een afstand van circa 100meter ten oosten van de rijksweg A17 en 90 meter tennoordwesten van de dorpsrand van Standdaarbuiten. DeOude Kerkstraat is door de rijksweg in twee delen geknipt. Delocatie ligt aan de nieuwe by-pass bij het viaduct onder derijksweg. De locatie wordt aan de noord−, oost− en zuidzijdeomringd door een circa 50 meter brede zone met weidegrond.De locatie ligt in een bocht op een zeer markant punt bij deviaduct van de A17 – Oude Kerkstraat.Voor het ruimtelijk beeld is met name het zicht vanuit hetoosten, zuiden en westen van belang. De locatie wordt doorde erfbeplanting goed afgeschermd van het dorpsgebied vanStanddaarbuiten maar ligt erg open aan de zijde van de OudeKerkstraat. De gebouwen verkeren in een goede staat. Ookbij de woning is sprake van een verzorgd beeld.Sloop van het schurencomplex is −mede door de nabijheidvan een bebouwingslint− te compenseren door de bouw vanmeer dan één woning, maar stuit vanwege de nabijheid vande rijksweg op milieuproblemen. Om die reden is er eensterke voorkeur voor het compenseren op een anderedaarvoor meer geschikte locatie.Indien de bebouwing gehandhaafd blijft is uit landschappelijkoogpunt – in aanvulling op de goed ontwikkelde erfbeplantingaan de oostzijde- een meer sluitende erfbeplanting aan dezuidzijde gewenst (bijplant van een struikenlaag bestaandeuit bosplantsoen). Aan de westzijde dient een uitbosplantsoen bestaande struiken- en bomenlaag te wordenaangebracht. Deze moet bestaan uit een struikenlaag(bosplantsoen) en bomen. Aan de noordzijde volstaat deaanplant van een bomenrij.


<strong>Moerdijk</strong>Breure Grondwerkenruimtelijke onderbouwingidentificatieplanstatusprojectnummer: datum: status:151604.16353.00 13-10-2011 concept23-12-2011 ontwerp10-05-2012 vastgesteldprojectleider:opdrachtgever:drs. A.Th.M. HoedemakerBreure Grondwerken B.V.R.008/04gecertificeerd door Lloyd’sconform ISO 9001: 2000aangesloten bij:RBOI - Rotterdam bvDelftseplein 27bPostbus 1503000 AD Rotterdamtelefoon (010) 201 85 55E-mail: info@rboi.nl


c RBOI-Rotterdam bvNiets uit dit drukwerk mag door anderen dan door de opdrachtgever worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie,microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van RBOI-Rotterdam bv, behoudens voorzover dit drukwerk wettelijk eenopenbaar karakter heeft gekregen. Dit drukwerk mag zonder genoemde toestemming niet worden gebruikt voor enig ander doel dan waarvoor het is vervaardigd.


Inhoud1. Inleiding blz. 31.1. Aanleiding 31.2. Ligging projectgebied 41.3. Leeswijzer 42. Planbeschrijving 52.1. Bestaande situatie 52.2. Toekomstige situatie 62.3. Toetsing provinciaal beleid 62.4. Toetsing wijzigingsregels bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> 73. Onderzoeksaspecten 93.1. Inleiding 93.2. Bedrijven en milieuhinder 93.3. Externe veiligheid 103.4. Verkeerskundige aspecten 103.5. Luchtkwaliteit 114. Uitvoerbaarheid 134.1. Economische uitvoerbaarheid 134.2. Maatschappelijke uitvoerbaarheid 135. Conclusie 155.1. Afweging en conclusie 155.2. Voorstel regeling 15Bijlagen:1. Voorstel verbeelding.Adviesbureau RBOI 151604.16353.00Rotterdam / Middelburg


2 Inhoud151604.16353.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


1. Inleiding31.1. AanleidingNaar aanleiding van een handhavings- en vergunningentraject is door de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>op 11 november 2010 aan de heer Breure meegedeeld dat de huidige bedrijfsactiviteiten vanBreure Grondwerken B.V., die plaatsvinden aan de Oude Heijningseweg 3 te Heijningen, nietpassen in het vigerende bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong>.Het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> is vastgesteld door de <strong>gemeente</strong>raad op13 december 2004 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten op 11 juli 2005. Het perceelheeft in dit bestemmingsplan de bestemming 'Agrarische aanverwante doeleinden' met eensubbestemming 'groothandel in en/of opslag van agrarische producten' met een maximalemilieucategorie van 2.De activiteiten die Breure Grondwerken B.V. op deze locatie uitvoert zijn dienstverlening tenbehoeve van de landbouw (loonbedrijf), grondverzet en de verhuur en verkoop van stalenrijplaten. Het bedrijf valt in milieucategorie 3.1. Gezien de activiteiten en de milieucategoriewaarin het bedrijf valt, past het niet binnen het vigerende bestemmingsplan.Breure is sinds 2005 gevestigd op de locatie aan de Oude Heijningseweg. De <strong>gemeente</strong> isvan mening dat het agrarisch aanverwante bedrijf past op deze huidige locatie. De bedrijfsvoeringpast binnen de omgeving en ondersteunt de agrarische functie in het gebied. De<strong>gemeente</strong> is dan ook voornemens mee te werken aan de legalisatie van het bedrijf indiensprake is van een goede ruimtelijke ordening.In het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> zijn wijzigingsbevoegdheden opgenomenvoor het wijzigen van de toegestane milieucategorie naar een categorie hoger en is wijzigingnaar een ander type agrarische ondersteunende activiteit ook mogelijk.In artikel 35 is in lid 4 onder a opgenomen dat burgemeester en wethouders bevoegd zijnom ten aanzien van agrarisch aanverwante bedrijven, bedrijven uit een categorie hoger toete staan mits deze naar aard en invloed op de omgeving geacht kunnen worden te behorentot de ingevolgde tabel 5.2 genoemde categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten.Daarnaast is in lid 4 onder b opgenomen dat burgemeester en wethouders vrijstelling kunnenverlenen teneinde loonbedrijven toe te laten die voorkomen in categorie 3 van de Staatvan Bedrijfsactiviteiten, indien er geen onevenredige milieuhinder ontstaat.Op basis van het bepaalde in artikel 35 lid 1 en lid 2 valt de gewenste aanpassing onder deregeling voor vervolgfuncties. In samenhang hiermee wordt ter plaatse van het bouwvlak deaanduiding “voormalige agrarische bedrijf” opgenomen.Momenteel wordt gewerkt aan het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> 3 e <strong>herziening</strong>. Ditbestemmingsplan is een 'verzameling' van postzegelplannen en heeft onder andere ten doeleen aantal ontwikkelingen op perceelsniveau mogelijk te maken. Deze ontwikkelingen wordenelk voorzien van een ruimtelijke onderbouwing. Ook het mogelijk maken van de activi-Adviesbureau RBOI 151604.16353.00Rotterdam / Middelburg


4 Inleidingteiten van het bedrijf Breure Grondwerken zal worden opgenomen in dit nieuwe bestemmingsplan.Met het oog hierop is deze ruimtelijke onderbouwing opgesteld.1.2. Ligging projectgebiedHet bedrijf Breure Grondwerken is gelegen aan de Oude Heijningseweg 3 in het buitengebiedvan de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>. Het projectgebied is gelegen ten noorden van de A59 en tenoosten van de A29. In figuur 1.1 is de ligging van het plangebied weergegeven.1.3. LeeswijzerDeze ruimtelijke onderbouwing is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op dehuidige situatie van het bedrijf en zijn omgeving, worden de huidige bedrijfsactiviteiten beschrevenen wordt een beeld geschetst van de toekomstige ruimtelijke situatie. In dit hoofdstukwordt het planvoornemen ook getoetst aan het provinciaal beleid en de wijzigingsregelsuit het vigerend bestemmingsplan. In hoofdstuk 3 vindt de toetsing van het project aan demilieu- en overige aspecten plaats. Hoofdstuk 4 bevat de economische en maatschappelijkeuitvoerbaarheid. Hoofdstuk 5 geeft de afweging van de verschillende belangen weer en bevatde eindconclusie. Bijlagen 1 bevat een voorstel voor de verbeelding zoals deze kan wordenopgenomen in het bestemmingsplan '<strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> 3 e <strong>herziening</strong>'.151604.16353.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


2. Planbeschrijving52.1. Bestaande situatieOmgevingZoals in hoofdstuk 1 is aangegeven is het bedrijf gelegen in het buitengebied van de <strong>gemeente</strong><strong>Moerdijk</strong> in de polder De Oude Heijningen direct ten noorden van de rijksweg A59.Het bedrijf is gelegen aan de Oude Heijningseweg 3. De Oude Heijningseweg sluit aan op deOude Heijningsedijk en de Stadsedijk. Het bedrijfsperceel is gelegen in een grootschaligagrarisch productiegebied dat gekenmerkt wordt door een grote openheid, lintbebouwing enverspreid gelegen agrarische complexen.ProjectgebiedHet bedrijf Breure Grondwerken is sinds 2005 op de huidige locatie gevestigd. Voordat hetbedrijf zich hier vestigde heeft de heer Breure contact opgenomen met de <strong>gemeente</strong> over debenodigde vergunningen en meldingen die het bedrijf nodig heeft om zich te kunnen vestigenop deze locatie. De <strong>gemeente</strong> heeft toentertijd aangegeven dat alleen in het kader vande Wet milieubeheer een melding zoals bedoeld in artikel 8.40 Wm moest worden ingediend.Het bedrijf richt zich op agrarisch aanverwante activiteiten. Hieronder valt de dienstverleningten behoeve van de landbouw (loonbedrijf), grondverzet en de verhuur en verkoop van stalenrijplaten.Op het perceel staat een grote schuur en een bedrijfswoning. In de schuur wordt materieelopgeslagen en worden reparaties uitgevoerd aan het eigen materieel. Daarnaast vindt op hetbuitenterrein opslag van zand, grond en gemalen puin plaats en worden stalen rijplaten opgeslagen.Adviesbureau RBOI 151604.16353.00Rotterdam / Middelburg


6 Planbeschrijving2.2. Toekomstige situatieVanaf 2005 hebben diverse integrale controles van de <strong>gemeente</strong> plaatsgevonden op het terreinvan het bedrijf. Hieruit bleek dat de betonnen stapelblokken bouwvergunningplichtigwaren, maar dat deze middels een bouwvergunning gelegaliseerd konden worden.Hiervoor heeft Breure Beheer B.V. een aanvraag om bouwvergunning ingediend bij de <strong>gemeente</strong>.Bij toetsing van de aanvraag werd geconstateerd dat de huidige werkzaamhedenvan Breure Grondwerken in strijd zijn met de doeleindenomschrijving in het vigerend bestemmingsplan<strong>Buitengebied</strong>.In deze ruimtelijke onderbouwing wordt aangetoond dat de activiteiten van het bedrijfBreure Grondwerken passend zijn op deze locatie. Van belang is dat er geen extra bouw- enuitbreidingsmogelijkheden ten opzichte van het vigerend bestemmingsplan worden geboden.2.3. Toetsing provinciaal beleidBeleidskaderDe provinciale belangen zijn verwoord in de Structuurvisie ruimtelijke ordening en de Verordeningruimte 2011. Gegeven de aan de orde zijnde ontwikkeling is alleen de VerordeningRuimte 2011 van betekenis.De locatie Breure is gelegen in agrarisch gebied, niet zijnde een landbouwontwikkelingsgebiedof vestigingsgebied glastuinbouw. Voor de locatie is artikel 11.7 van de Verordeningruimte 2011 van belang. In artikel 11.7 is aangegeven dat een bestemmingsplan dat is gelegenin een agrarisch gebied kan voorzien in een uitbreiding van een agrarische verwant bedrijfmits de beoogde ontwikkeling niet leidt tot een bestemmingsvlak met een omvang vanmeer dan 1,5 ha en mits uit de toelichting bij het bestemmingsplan blijkt dat:- de inrichting van het bestemmingsvlak een gunstige verhouding tussen bruto en nettoruimtebeslag bevordert;- er sprake is van een bebouwingspercentage en bouwhoogte welke passend zijn bij deaard van de omgeving en de beoogde ontwikkeling.ToetsingIn de onderhavige situatie is sprake van een ter plaatse reeds gevestigd agrarisch aanverwantbedrijf dat in het vigerende bestemmingsplan van een positieve bestemming is voorzien.De voorgenomen aanpassing van de vigerende regeling is niet gericht op uitbreidingvan het bedrijf, maar voorziet er in de huidige activiteiten van het bedrijf van een passenderegeling te voorzien. Zoals aangegeven in de paragraaf 1.1 is vastgesteld dat deze activiteitengerekend moeten worden tot categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten. De vigerenderegeling is afgestemd op activiteiten die gerekend worden tot maximaal categorie 2.Het vigerende bestemmingsplan bevat evenwel een wijzigingsbevoegdheid (artikel 35 lid 4)waarin de mogelijkheid wordt geboden om agrarisch verwante bedrijven uit een categoriehoger toe te staan mits deze bedrijven naar aard en invloed op de omgeving geacht kunnenworden te behoren tot reeds toegelaten categorie. Ook kan vrijstelling worden verleend teneindeloonbedrijven die voorkomen in categorie 3 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten toe testaan mits geen onevenredige milieuhinder ontstaat.In deze ruimtelijke onderbouwing wordt onderbouwd dat de bedrijfsactiviteiten van het bedrijfBreure gegeven de specifieke locatie en omgeving geen onevenredige milieuhinder veroorzaakten dat voldaan wordt aan alle van toepassing zijnde afstandsnormen ten opzichtevan gevoelige functies.151604.16353.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Planbeschrijving 7Omdat geen sprake is van uitbreiding van een agrarisch verwant bedrijf is toetsing aan degenoemde voorwaarden niet aan de orde. Wel wordt vastgesteld dat sprake is van een bedrijfscomplexdat wat betreft bebouwing en inrichting past in de omgeving waarbij de ruimtelijkeuitstraling vergelijkbaar is met grote agrarische bedrijfscomplexen.ConclusieGeconcludeerd wordt dat de beoogde ontwikkeling past in het provinciaal beleid.2.4. Toetsing wijzigingsregels bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong>In het vigerend bestemmingsplan is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen voor het wijzigenvan de toegestane milieucategorie naar een categorie hoger en is wijziging naar een andertype agrarisch ondersteunende activiteit mogelijk.In artikel 35 is in lid 4 onder a opgenomen dat burgemeester en wethouders bevoegd zijnom ten aanzien van agrarisch aanverwante bedrijven, bedrijven uit een categorie hoger toete staan mits deze naar aard en invloed op de omgeving geacht kunnen worden te behorentot de ingevolgde tabel 5.2 genoemde categorieën van de Staat van Bedrijfsactiviteiten.Daarnaast is in lid 4 onder b opgenomen dat burgemeester en wethouders vrijstelling kunnenverlenen teneinde loonbedrijven toe te laten die voorkomen in categorie 3 van de Staatvan Bedrijfsactiviteiten, indien er geen onevenredige milieuhinder ontstaat.Het loonbedrijf Breure Grondwerken kan worden ingeschaald als een categorie 3-bedrijf. Hetbedrijf ligt op ruime afstand (meer dan 400 m) van de dichtstbijzijnde woning en ligt op ruim260 m van het dichtstbijzijnde gelegen bedrijf. De woning en het bedrijf zullen geen onevenredigehinder ondervinden van bedrijfsactiviteiten van het loonbedrijf. Hiermee wordtvoldaan aan de eisen die volgen uit de voorwaarden van de wijzigingsbevoegdheid.Adviesbureau RBOI 151604.16353.00Rotterdam / Middelburg


8 Planbeschrijving151604.16353.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


3. Onderzoeksaspecten93.1. InleidingDe wet en jurisprudentie stellen eisen aan de inhoud van ruimtelijke besluiten. Omdat voordit project slechts sprake is van een wijziging van het gebruik en er geen extra bouw- en uitbreidingsmogelijkhedenworden geboden, kan onderzoek inzake relevante milieuaspectenworden beperkt tot de onderdelen bedrijven en milieuhinder, externe veiligheid, verkeersaantrekkendewerking en luchtkwaliteit. Vanwege de voorwaarden die zijn opgenomen in artikel35 lid 4 van het vigerend bestemmingsplan, zal ook moeten worden onderbouwd dat deagrarische bedrijven in de omgeving niet in hun activiteiten worden beperkt als gevolg vande functiewijziging.Voor de aspecten wegverkeerslawaai, ecologie, bodem, water en archeologie is, gelet op devoorgestane functiewijziging, onderzoek niet aan de orde.3.2. Bedrijven en milieuhinderIn het kader van een goede ruimtelijke ordening dient rekening te worden gehouden met afstemmingtussen woningen en milieuhinderlijke functies. Hierbij moet worden onderbouwddat ter plaatse van gevoelige functies sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat.Voor deze onderbouwing kan gebruik worden gemaakt van de VNG-publicatie Bedrijven enMilieuzonering (editie 2009).De activiteiten die plaatsvinden bij het bedrijf vallen in categorie 3.1 van de Staat van Bedrijfsactiviteiten.Voor deze categorie geldt een richtafstand van ten minste 50 m ten opzichtevan een rustige woonwijk. De dichtstbijzijnde woning is gelegen op circa 440 m. Opbasis van hiervan wordt geconcludeerd dat voldaan wordt aan de richtafstanden uit de VNGpublicatieen dat van milieuhinder, als gevolg van de functiewijziging, ter plaatse van de bestaandewoningen geen sprake zal zijn.Het meest nabijgelegen bedrijf is gelegen aan de Oude Heijningseweg 1. De afstand tot deinrichtingsgrens van dit bedrijf is circa 260 m. Dit bedrijf betreft een loonbedrijf. Gezien degrote afstand tot het bedrijf zal dit bedrijf niet worden beperkt in zijn activiteiten als gevolgvan de bestemmingswijziging.ConclusieGezien de afstand tot de meest nabij gelegen woning en meest nabij gelegen bedrijf, levertde functiewijziging geen beperkingen of overlast op voor zijn omgeving. Het aspect bedrijvenen milieuhinder is dan ook geen belemmering voor de bestemmingswijziging.Adviesbureau RBOI 151604.16353.00Rotterdam / Middelburg


10 Onderzoeksaspecten3.3. Externe veiligheidBeleid en normstellingBij ruimtelijke plannen dient ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspectente worden gekeken, namelijk:- bedrijven waar opslag, gebruik en/of productie van gevaarlijke stoffen plaatsvindt;- vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, spoor of water en door buisleidingen.In het externe veiligheidsbeleid wordt doorgaans onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebondenrisico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat een persoon opeen bepaalde plaats overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen,indien hij onafgebroken (dat wil zeggen 24 uur per dag gedurende het hele jaar) en onbeschermdop die plaats zou verblijven. Het PR wordt weergegeven met risicocontourenrondom een inrichting of langs een vervoersas. De norm voor het GR is een oriëntatiewaarde.De <strong>gemeente</strong> heeft een verantwoordingsplicht als het GR toeneemt en/of de oriëntatiewaardeoverschrijdt.Voor bedrijven geldt voor het PR rondom een risicovolle inrichting een grenswaarde voorkwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten. Grenswaardenmoeten in acht worden genomen, van richtwaarden kan om gewichtige reden worden afgeweken.Zowel de grenswaarde als de richtwaarde liggen op een niveau van 10 -6 per jaar.Voor wegen, spoorwegen en vaarwegen geldt voor bestaande situaties de grenswaarde voorhet PR ter plaatse van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten van 10 -5 per jaar en destreefwaarde 10 -6 per jaar. In nieuwe situaties is de grenswaarde voor het PR ter plaatse vankwetsbare objecten 10 -6 per jaar. Voor beperkt kwetsbare objecten geldt deze waarde alseen richtwaarde.OnderzoekIn de omgeving van het bedrijf liggen geen risicovolle inrichtingen en vindt geen transportvan gevaarlijke stoffen over water, over het spoor of door buisleidingen plaats. Wel vindtover de A59 en de A29 transport van gevaarlijke stoffen plaats. Uit de Circulaire risiconormeringvervoer van gevaarlijke stoffen blijkt dat de PR 10 -6 -risicocontour niet buiten de wegasligt. Omdat het bedrijf ongeveer 500 en 750 m van deze weg ligt, vormt deze contourgeen belemmering voor de realisatie van dit project. Uit het Basisnetweg blijkt dat het GRvoor deze transportroute kleiner dan 0,1 maal de oriëntatiewaarde is. De functiewijziging ophet perceel leidt niet tot een merkbare toename van het GR. Een uitgebreide verantwoordingkan daarom achterwege blijven. In dit geval kan worden volstaan met te melden dat hetprojectgebied via de Oude Heijningseweg goed van de risicobronnen (de A59 en A29) af teontvluchten is en via deze weg goed bereikbaar is voor hulpdiensten.ConclusieGeconcludeerd wordt dat het aspect externe veiligheid geen belemmering oplevert voor derealisatie van dit project.3.4. Verkeerskundige aspectenVerkeersstructuurHet plangebied is gelegen aan de Oude Heijningseweg. Via deze weg wordt het perceel ontsloten,in de noordelijke richting naar de Stadsedijk, die in westelijke richting ontsluitingbiedt naar Willemstad en in oostelijke richting naar de Drogedijk vanwaar het oostelijk bui-151604.16353.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Onderzoeksaspecten 11tengebied van <strong>Moerdijk</strong> te bereiken is en de rijksweg A59 in de richting van Roosendaal enBreda. In zuidelijke richting sluit de Oude Heijningseweg aan op de Oude Heijningsedijk, dieeveneens ontsluiting biedt naar de rijksweg A59 en in westelijke richting aansluit op de Postbaanin de richting van Dinteloord.VerkeersgeneratieHet bedrijf is momenteel al gevestigd op de huidige locatie. De werknemers op het bedrijfwerken voornamelijk op (andere) werklocaties. Voor sommige werkzaamheden is het nodigom eerst naar de bedrijfslocatie te komen, om vervolgens met materieel naar de werklocatiete vertrekken. Het gemiddeld aantal vervoersbewegingen van personenauto's bedraagt circa30 mvt/etmaal. Daarnaast bedraagt het aantal vervoersbewegingen van materieel circa 14tot 20 mvt/etmaal. Bij het uitrijden van grond kan dit aantal toenemen tot circa40 mvt/etmaal. Dit betreft echter een uitzondering.In totaal bedraagt het aantal motorvoertuigen per etmaal circa 50 mvt/etmaal met uitzonderingentot maximaal 70 mvt/etmaal. De Oude Heijningseweg is een weg die gecategoriseerdis als ontsluitingsweg met een maximum snelheid van 60 km/h. Er zijn op dit moment geenproblemen met de verkeersafwikkeling en er zullen geen extra vervoersbewegingen als gevolgvan de legalisatie van het bedrijf plaatsvinden.ConclusieGeconcludeerd wordt dan ook dat het aspect verkeer geen belemmeringen oplevert.3.5. LuchtkwaliteitBeleid en normstellingHet toetsingskader voor luchtkwaliteit wordt gevormd door hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer(ook wel Wet luchtkwaliteit genoemd, Wlk). De Wet milieubeheer (Wm) bevat grenswaardenvoor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxideen benzeen. Hierbij zijn in de ruimtelijke ordeningspraktijk langs wegen vooral de grenswaardenvoor stikstofdioxide (jaargemiddelde) en fijn stof (jaar- en daggemiddelde) van belang.De grenswaarden van de laatstgenoemde stoffen zijn in tabel 4.1 weergegeven. Degrenswaarden gelden voor de buitenlucht, met uitzondering van een werkplek in de zin vande Arbeidsomstandighedenwet.Tabel 4.1 Grenswaarden maatgevende stoffen Wmstof toetsing van grenswaarde geldigstikstofdioxide (NO 2) jaargemiddelde concentratie 60 μg/m³ 2010 tot en met 2014jaargemiddelde concentratie 40 μg/m³ vanaf 2015fijn stof (PM 10) 1) jaargemiddelde concentratie 48 μg/m³ tot en met 10 juni 2011jaargemiddelde concentratie 40 μg/m³ vanaf 11 juni 20111) Bij de beoordeling hiervan blijven de aanwezige concentraties van zeezout buiten beschouwing (volgens de bij deWlk behorende Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007).Op grond van artikel 5.16 van de Wlk kunnen bestuursorganen bevoegdheden die gevolgenkunnen hebben voor de luchtkwaliteit onder andere uitoefenen indien de bevoegdheden/ontwikkelingenniet leiden tot een overschrijding van de grenswaarden, of de bevoegdheden/-ontwikkelingen niet in betekenende mate bijdragen aan de concentratie in de buitenlucht.In het Besluit niet in betekenende mate en de bijbehorende regeling is bepaald dat een projectmet een effect van minder dan 3% van de jaargemiddelde grenswaarde stikstofdioxideAdviesbureau RBOI 151604.16353.00Rotterdam / Middelburg


12 Onderzoeksaspectenen fijn stof niet in betekenende mate bijdraagt. Een dergelijk project hoeft daarom niet aande grenswaarden te worden getoetst.In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt bij het opstellen van ruimtelijke plannen,uit oogpunt van de bescherming van de gezondheid van de mens, tevens rekening gehoudenmet de luchtkwaliteit.OnderzoekIn de paragraaf verkeer is bepaald een verkeersaantrekkende werking heeft van maximaal70 mvt/etmaal. Het project draagt hierdoor in niet betekende mate bij aan deze concentraties.Formele toetsing aan de grenswaarden uit de Wm kan daarom achterwege blijven.In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt wel inzicht gegeven in de luchtkwaliteitter plaatse van het projectgebied. Met behulp van de saneringstool(www.saneringstool.nl) die hoort bij het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit,is de luchtkwaliteit ter plaatse van de A29, een maatgevende weg in de buurt van het projectgebied,bepaald. De jaargemiddelde concentratie stikstofdioxide (NO 2 ) bedraagt hier in2011 minder dan 37 µg/m³. In datzelfde jaar bedraagt de jaargemiddelde concentratie fijnstof (PM 10 ) hier minder dan 30 µg/m³. Deze waarden liggen ruimschoots onder de grenswaardenuit de Wm. Omdat direct langs de weg wordt voldaan aan de grenswaarde, zal ditter plaatse van het projectgebied ook het geval zijn. Concentraties luchtverontreinigendestoffen nemen immers af naarmate de locatie verder van de weg is gelegen.ConclusieGeconcludeerd wordt dat de Wet milieubeheer de uitvoering van het project niet in de wegstaat. Uit het oogpunt van luchtkwaliteit is ter plaatse van het projectgebied sprake van eengoed woon- en leefklimaat.151604.16353.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


4. Uitvoerbaarheid134.1. Economische uitvoerbaarheidGezien de aard en omvang van het project is afgezien van een financieel-economisch haalbaarheidsonderzoek.De opdrachtgever draagt zorg voor de financiering van het project. Erzijn geen redenen om aan te nemen dat het project niet economisch uitvoerbaar is.Initiatiefnemer heeft een anterieure overeenkomst met de <strong>gemeente</strong> gesloten. De kosten diesamenhangen met de realisering van het project (inclusief eventuele planschadeaanvragenten gevolge van of samenhangend met het project en kosten voor de planologische procedure)komen geheel ten laste van het project.De economische uitvoerbaarheid is hiermee voldoende verzekerd.4.2. Maatschappelijke uitvoerbaarheidDe legalisatie van de activiteiten van het bedrijf Breure Grondwerken en voorliggende ruimtelijkeonderbouwing worden opgenomen in het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> 3 e<strong>herziening</strong>. In het kader van de <strong>gemeente</strong>lijke inspraakverordening, zal het voorontwerpbestemmingsplangedurende een periode van zes weken ter inzage worden gelegd. Belanghebbendenkunnen gebruikmaken van de mogelijkheid om gedurende deze periode in te sprekenop het voorontwerpbestemmingsplan.Ingevolge artikel 3.1.1 Bro zal wettelijk vooroverleg worden gevoerd. De inspraakreacties ende resultaten uit het vooroverleg worden verwerkt in een ontwerp bestemmingsplan. Ditontwerp wordt zes weken ter inzage gelegd, gedurende deze periode kan een ieder eenzienswijze indienen bij de <strong>gemeente</strong>raad. Na verwerking van de eventuele zienswijzen zaleen bestemmingsplan worden aangeboden aan de <strong>gemeente</strong>raad ter vaststelling.Adviesbureau RBOI 151604.16353.00Rotterdam / Middelburg


14 Uitvoerbaarheid151604.16353.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


5. Conclusie155.1. Afweging en conclusieDe bedrijfsactiviteiten van Breure Grondwerken B.V. passen niet in het vigerend bestemmingsplan.Het bestemmingsplan biedt wel de mogelijkheid tot wijziging van het bestemmingsplan.In het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> zijn wijzigingsbevoegdheden opgenomenvoor het wijzigen van de toegestane milieucategorie naar een categorie hoger en iswijziging naar een ander type agrarische ondersteunende activiteit ook mogelijk.In de wijzigingsbevoegdheid is als voorwaarde opgenomen dat door toepassing van de wijzigingsbevoegdheidgeen onevenredige milieuhinder mag ontstaan. Uit de in deze onderbouwingonderzochte aspecten blijkt dat deze geen belemmering vormen voor het plan. Door debestemmingswijziging worden geen andere belangen onevenredig geschaad. De conclusie isdan ook dat medewerking kan worden verleend aan de functiewijziging. Bij de ontwikkelingis dan ook sprake van een goede ruimtelijke ordening.5.2. Voorstel regelingMomenteel wordt gewerkt aan het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> 3 e <strong>herziening</strong>.Hierin worden diverse ontwikkelingen meegenomen. Ook de bedrijfslocatie van Breure zal indit bestemmingsplan worden voorzien van een nieuwe regeling. In het bestemmingsplan zalop de bedrijfslocatie de mogelijkheid worden geboden voor een agrarisch aanverwant bedrijfin de vorm van een agrarisch loonbedrijf, alsmede voor grondverzet en de verhuur en verkoopvan stalen rijplaten. Het bedrijf valt in milieucategorie 3.1 Deze ruimtelijke onderbouwingdient als onderbouwing van de bestemmingswijziging en zal als bijlage bij het bestemmingsplan<strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> 3 e <strong>herziening</strong> worden gevoegd.In de bijlagen is een voorstel voor de verbeelding (bijlage 1) opgenomen. Dit voorstel isafgestemd op de regels en verbeelding die deel uitmaken van het bestemmingsplan<strong>Buitengebied</strong> <strong>Moerdijk</strong> 3 e <strong>herziening</strong>. In het voorstel is het perceel bestemd als 'Agrarisch -Agrarisch aanverwant'. Het perceel krijgt daarbij de aanduiding 'agrarisch loonbedrijf',waarbij in de regels is opgenomen dat ter plaatse een agrarisch loonbedrijf uit categorie 3.1is toegestaan. Daarnaast worden de grondverzetwerkzaamheden en de buitenopslag vangoederen die deel uitmaken van de bedrijfsvoering, zoals stalen rijplaten, mogelijk gemaaktals nevenactiviteit. Buitenopslag ten behoeve van de hier plaats vindende activiteiten istoegestaan.Het perceel krijgt tevens de aanduiding “voormalige agrarische bedrijf”. In samenhanghiermee mogen er geen nieuwe gebouwen worden gebouwd en mogen aanwezige gebouwenniet worden uitgebreid wat betreft oppervlakte en hoogte.Adviesbureau RBOI 151604.16353.00Rotterdam / Middelburg


Adviesbureau RBOI 151604.16353.00Rotterdam / Middelburg


<strong>Moerdijk</strong>Nieuwbouw tankstation Oudemolensedijk 9te Fijnaartruimtelijke onderbouwingidentificatieplanstatusprojectnummer:datum:032601.15835.00 30-03-2012opdrachtleider:opdrachtgever:mw. mr. C.T. PloegerCZAVauteur(s):drs. W. Kraaijeveld


c RBOI-Rotterdam bvNiets uit dit drukwerk mag door anderen dan door de opdrachtgever worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie,microfilm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van RBOI-Rotterdam bv, behoudens voorzover dit drukwerk wettelijk eenopenbaar karakter heeft gekregen. Dit drukwerk mag zonder genoemde toestemming niet worden gebruikt voor enig ander doel dan waarvoor het is vervaardigd.


Inhoud1. Inleiding 31.1. Aanleiding 31.2. Ligging projectgebied 31.3. Leeswijzer 42. Planbeschrijving 555592.1.2.2.Bestaande situatieBouwplan2.3. Verkeerskundige aspecten2.4. Landschappelijke inpassing3. Nut en noodzaak 114. Onderzoeksaspecten 134.1. Archeologie en cultuurhistorie 134.2. Bedrijven en milieuhinder 134.3. Externe veiligheid 154.4. Luchtkwaliteit 174.5. Bodemkwaliteit 184.6. Kabels en leidingen 194.7. Water 194.8. Ecologie 214.9. Wegverkeerslawaai 224.10. Lichthinder225. Uitvoerbaarheid 235.1. Economische uitvoerbaarheid5.2. Maatschappelijke uitvoerbaarheid23236. Afweging en conclusie 25Bijlagen:1. Distributie planologisch onderzoek2. Onderzoek flora en fauna3. Landschappelijke inpassingAdviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


1. Inleiding31.1. AanleidingBij de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> zijn in het verleden twee aanvragen binnengekomen voor de vestigingvan een brandstoffenverkooppunt in het buitengebied aan de westzijde van Fijnaart. Naeen distributieplanologisch onderzoek (DPO) in 2006 is besloten één van de twee beoogdelocaties positief te bestemmen (hoek Molenstraat-Appelaarsedijk). Het toenmalige DPOkwam tot de conclusie dat slechts voor één nieuwe aanbieder van brandstoffen distributieplanologischeruimte aanwezig is. Aan de vestiging van het tweede tankstation aan de Oudemolensedijk9 is daarom geen verdere medewerking meer verleend.Voor de locatie Oudemolensedijk 9 in Fijnaart is vervolgens herhaaldelijk onderzocht in hoeverremarktruimte aanwezig is voor vestiging van een tankstation. Deze onderzoeken maaktenechter nooit een definitief oordeel mogelijk over de toelaatbaarheid van de vestiging vanhet tankstation. Uit een opnieuw ingesteld onderzoek 1 is gebleken dat gesteld kan wordendat er toch voldoende marktruimte aanwezig is voor vestiging van een tankstation aan deOudemolensedijk 9. Op basis hiervan zal aan deze ontwikkeling medewerking wordenverleend.De beoogde ontwikkeling past niet binnen de regels van het geldende bestemmingsplan'<strong>Buitengebied</strong>' van de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>.De <strong>gemeente</strong> heeft in de B&W vergadering van 12 januari 2010 besloten onder voorwaardenmedewerking te verlenen aan het verzoek. Per brief van 21 juli 2010 is een akkoord gegevenop het definitieve DPO waarna de benodigde vervolgstappen zijn genomen.De beoogde ontwikkeling wordt meegenomen in de eerstvolgende <strong>herziening</strong> van hetbestemmingsplan ‘<strong>Buitengebied</strong>’.De beoogde ontwikkeling dient te worden voorzien van een goede ruimtelijke onderbouwing.Het voorliggende rapport vormt deze ruimtelijke onderbouwing.1.2. Ligging projectgebiedHet projectgebied is gelegen ten westen van de kern Fijnaart aan de Oudemolensedijk. Hetperceel is gelegen in een bocht van de afslag Fijnaart langs de rijksweg A59 (zie figuur 1.1).Ten noorden van de beoogde nieuwbouw is de vestiging van de Aldi gelegen. Ten oosten vande locatie is de Oudemolensedijk en het agrarisch gebied gelegen. Ten zuiden van deprojectlocatie liggen een aantal bedrijfsloodsen. Tot slot zijn ten oosten van hetprojectgebied agrarische gronden ten behoeve van fruitteelt aanwezig.1 Distributief planologisch onderzoek ‘Tankstation Oudemolensedijk 9 Fijnaart’. Project 2100622 d.d. 21-06-2010,Bureau Star Line.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


4 InleidingFiguur 1.1 Ligging projectgebied1.3. LeeswijzerDeze ruimtelijke onderbouwing is als volgt opgebouwd. In hoofdstuk 2 wordt ingegaan op dehuidige situatie van het projectgebied en zijn omgeving, wordt het project beschreven enwordt een beeld geschetst van de toekomstige ruimtelijke situatie. Het relevante beleid komtin hoofdstuk 3 aan de orde. In hoofdstuk 4 vindt de toetsing van het project aan de milieuenoverige aspecten plaats. Hoofdstuk 5 bevat de economische en maatschappelijke uitvoerbaarheid.Hoofdstuk 6 geeft de afweging van de verschillende belangen weer en bevat deeindconclusie.032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


2. Planbeschrijving52.1. Bestaande situatieProjectgebiedHet projectgebied is gelegen aan de Oudemolensedijk 9. Op deze locatie zijn sinds 2009 eenvestiging van de Aldi supermarkt en het gerenoveerde koopcentrum Oudemolen gevestigd.De gronden van het geplande tankstation zijn momenteel onbebouwd (voorheen agrarischegrond, grasland). Op het terrein zijn twee gebouwen aanwezig. Daarnaast is er een grootparkeerterrein bij de entree van het perceel. Het perceel wordt aan twee zijden ontslotenvanaf de Oudemolensedijk.OmgevingHet projectgebied is gelegen in het buitengebied van de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> in de polder deOude Heijningen direct ten zuiden van de rijksweg A59. Het geplande tankstation is gelegenter hoogte van de afslag 24 Fijnaart aan de Oudemolensedijk 9. De Oudemolensedijk vormdede verbindingsweg tussen Oudemolen en de kern Fijnaart welke ten oosten van hetprojectgebied is gelegen. De Oudemolensedijk takt aan aan de A59, ter hoogte van deAppelaarsedijk (N640) richting Oud Gastel en Roosendaal. De bereikbaarheid van het perceelis goed te noemen.2.2. BouwplanHet tankstation zal worden gerealiseerd bij de ingang van het terrein (zie figuur 2.1) en zalbestaan uit vier pompen. Er zal een overkapping worden gerealiseerd met een oppervlaktevan circa 240 m². Het totale verhard oppervlak bedraagt 910 m² Er wordt geen lpg-stationopgericht.2.3. Verkeerskundige aspectenVerkeersstructuurOntsluiting gemotoriseerd verkeerDe locatie ligt in Fijnaart en wordt ontsloten vanaf de Oudemolensedijk. De Oudemolensedijkis gecategoriseerd als erftoegangsweg type I buiten de bebouwde kom met eenmaximumsnelheid van 60 km/h. Voor dergelijke wegen geldt op basis van het beleid van de<strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> een maximaal wenselijke intensiteit van 4.000 mvt/etmaal, met eenbovengrens van 6.000 mvt/etmaal. Het gemotoriseerd verkeer kan via de Oudemolensedijkin noordelijke richting naar Klundert, Willemstad en de A59 rijden. De autosnelweg A59 geeftin oostelijke richting aansluiting op de A17 richting Roosendaal en Dordrecht en in westelijkerichting aansluiting met de provincies Zeeland (richting Zierikzee) en Zuid-Holland (richtingRotterdam). De locatie is binnen één tot twee kilometer aangesloten op de A59. In oostelijkeAdviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


6 PlanbeschrijvingFiguur 2.1 Bouwplan032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Planbeschrijving 7richting sluit de Oudemolensedijk aan op de Molenstraat en de Parallelweg. Via beide wegenwordt het centrum van Fijnaart bereikt. De locatie wordt bovendien via de Oudemolensedijkin zuidelijke richting ontsloten. Verkeer kan in zuidelijke richting naar Stampersgat,Standdaarbuiten en Heijningen rijden.Conform het principe van 'Duurzaam Veilig' wordt het verkeer op de Oudemolensedijk gemengdafgewikkeld. De weg is wel voorzien van fietssuggestiestroken. Dit is conform derichtlijnen van Duurzaam Veilig voor erftoegangswegen buiten de bebouwde kom. Op dekruising Oudemolensedijk, Parallelweg en de op- en afritten van de A59 wordt hetgemotoriseerd verkeer en fietsverkeer gescheiden afgewikkeld. De verkeersveiligheid voorzowel gemotoriseerd verkeer als fietsverkeer is voldoende gewaarborgd.Ontwerp aansluiting tankstationHet nieuwe tankstation wordt via een solitaire aansluiting verbonden met deOudemolensedijk. Door te voorzien in een aparte aansluiting, zullen geen knelpuntenontstaan met het verkeer van en naar de Aldi. Dit verkeer kan via de bestaandeaansluitingen blijven rijden. De toegangsweg naar het tankstation wordt weliswaargesitueerd direct ten zuidwesten van de bestaande aansluiting voor de Aldi. Deze aansluitingvoor de Aldi is echter alleen toegankelijk voor inrijdend verkeer, waardoor de verkeersdrukop deze aansluiting beperkt zal zijn. De hoofdontsluiting van de Aldi ligt op een grotereafstand van de toegangsweg naar het tankstation. Een extra aansluiting voor het tankstationzal daarom niet leiden tot verkeersproblemen in relatie tot het verkeer van en naar de Aldi.In figuur 2.2 is de nieuwe ontsluitingsstructuur weergegeven. Uit de figuur blijkt dat deontworpen verkeersstructuur voldoende ruimte biedt om bevoorradende vrachtauto’s tekunnen laten manoeuvreren. De nieuwe ontsluiting van het tankstation zorgt voor een extraaansluiting op de Oudemolensedijk. De in- en uitrit zal echter met name door autoverkeerworden gebruikt. Aangezien het tankstation niet ingericht is op vrachtverkeer, gaat het hiernaar verwachting alleen om toeleverende diensten, zoals het per vrachtwagen aanleverenvan brandstof. Gezien de functie van de weg (erftoegangsweg) zal een extra aansluitingwelke met name door autoverkeer wordt gebruikt, niet leiden tot een verslechtering van deverkeersveiligheid of de doorstroming. Bovendien is het uitzicht vanaf de nieuwe in-/uitrit opde Oudemolensedijk voldoende, waardoor geen onoverzichtelijke situaties zullen ontstaan.Omdat voor het tankstation een solitaire aansluiting wordt voorzien, ontstaat er geenknelpunt met het verkeer van en naar de Aldi. Een extra aansluiting op de Oudemolensedijkis gezien de functie van de weg acceptabel. De locatie wordt op korte afstand aangesloten opde A59. De ontsluiting voor gemotoriseerd verkeer is daardoor goed.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


8 PlanbeschrijvingIn-/uitrit AldiIn-/uitrit tankstationOudemolensedijkA59Figuur 2.2 Ontwerp aansluiting tankstation FijnaartVerkeersgeneratieDe verkeersgeneratie van één tankstation met een totaal verhard oppervlak van 910 m² envier pompen kan berekend worden op basis van de verkoopprognoses. Op basis van bijlage 1van onderhavige rapportage, blijkt dat voor het tankstation een verkoopprognose geldt van2,1 miljoen liter per jaar. Tevens wordt aangenomen dat per auto jaarlijks 1.285 liter wordtgetankt. Uitgaande van een gemiddelde hoeveelheid van 30 liter per tankbeurt, levert dit42,8 tankbeurten per auto per jaar op. Grofweg komt dit neer op 70.000 auto’s per jaar en191 auto’s per etmaal (383 autobewegingen per etmaal). Een deel van dit verkeer is al op delocatie aanwezig, vanwege bezoek aan de naastgelegen Aldi of als passant op deOudemolensedijk. Een ander deel is mogelijk afkomstig van de A59 of zal specifiek hettankstation bezoeken. Aangenomen wordt dat de helft van het verkeer ‘nieuw’ verkeer is.Conform opgave van de <strong>gemeente</strong> bedraagt de verkeersintensiteit op de Oudemolensedijk4.700 mvt/etmaal en overschrijdt deze reeds de maximaal wenselijke intensiteit van 4.000mvt/etmaal. Er is sprake van een toename van 190 mvt/etmaal, waardoor de intensiteittoeneemt tot 4.890 mvt/etmaal. Deze toename (4-5%) is dusdanig gering, dat er geensignificante verkeerseffecten op de omliggende wegenstructuur optreden. Deverkeersgeneratie en –afwikkeling wordt aanvaardbaar geacht.ConclusieDe ontsluiting van de locatie is voor het gemotoriseerd verkeer goed. De verkeersveiligheidwordt voldoende gewaarborgd. De verkeersgeneratie ten gevolge van de realisatie van ééntankstation aan de Oudemolensedijk 9 in Fijnaart zal naar verwachting niet leiden tot eenverslechtering van de doorstroming op de ontsluitende wegen. Een extra aansluiting op deOudemolensedijk is gezien de functie van de weg acceptabel. De aansluiting zal vooralgebruikt worden door autoverkeer. De aansluiting van het tankstation is voldoende ruim om032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Planbeschrijving 9bevoorradend vrachtverkeer te faciliteren. Het aspect verkeer staat de uitvoering van ditplan niet in de weg.2.4. Landschappelijke inpassingLandschapDe Oudemolensedijk is deel van de 16-eeuwse omringdijk rond de Oude Fijnaartpolder enligt circa 4 m boven het maaiveld. De dijk is onderbroken (verlegd) ten behoeve van deaansluiting op de A59. Ten noorden van de Aldi is nog een restant van de oorspronkelijkzwaar beplante dijk zichtbaar. De doorsnijding heeft ertoe geleid dat het projectgebiedonderdeel is van een landschapsfragment met twee functionele bepalingen: stedelijk gebruikaan de Oudemolensedijk (Aldi, opslag) en agrarisch gebruik daarachter. Het projectgebiedligt in de ‘stedelijke’ zone en biedt uitzicht op een (opgroeiende) boomgaard. Als gevolgdaarvan zijn de ruimtematen in de nabije omgeving van het tankstation relatief klein. Deopenheid van het landschap wordt onderbroken door fruitbomen, bebouwing en een kas.Landschappelijke inrichtingTen behoeve van een juiste landschappelijke inpassing is een landschapsplan opgesteld. Ditlandschapsplan is opgenomen in bijlage 3.Het landschapsplan heeft drie kenmerken. Een zoom van groen omgeeft de locatie - achterhoger dan voor. Aan de noordzijde is dat de beplantingszoom rond het parkeerterrein vanAldi; eenzelfde beplantingszoom wordt ook aan de zuidzijde aangebracht.Het tankstation moet gezien kunnen worden vanaf de Oudemolensedijk: aan de voorzijdewordt een brede, maar lagere haag aangebracht (1 m), die reikt tot aan het talud van desloot. De breedte is, omdat de beschouwer er van boven op kijkt, ruim genomen: 1,5 m.Aan de achterzijde wordt de beplantingszoom uitgevoerd als transparant scherm, met eenbreedte van 8 m, beplant met bomen van de 2 e orde (Alnus, Fraxinus, Quercus). Allebeplanting wordt uitgevoerd met inheemse soorten.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


10 Planbeschrijving032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


3. Nut en noodzaak11Ten behoeve van de realisatie van een nieuw tankstation is door bureau Star Line inopdracht van de initiatiefnemer onderzoek verricht naar de noodzaak hiervan. Dit onderzoekis door RBOI Rotterdam bv beoordeeld en vervolgens door het bureau Star Line definitiefgemaakt.Uit dit onderzoek blijkt dat er voldoende marktruimte aanwezig is voor vestiging van eentankstation aan de Oudemolensedijk 9. De specifieke kenmerken van de locatie makennamelijk dat toevloeiing van vraag naar brandstof is te verwachten van klanten van de Aldien het Koopcentrum en van passanten op de A59. Het complete onderzoek is in bijlage 1 bijdeze ruimtelijke onderbouwing toegevoegd.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


12 Nut en noodzaak032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


4. Onderzoeksaspecten134.1. Archeologie en cultuurhistorieBeleid en normstellingVoor gebieden waar archeologische waarden voorkomen of waar reële verwachtingen bestaandat ter plaatse archeologische waarden aanwezig zijn, dient voorafgaand aan bodemingrepenarcheologisch onderzoek te worden uitgevoerd. De uitkomsten van het archeologischonderzoek dienen vervolgens volwaardig in de belangenafweging te worden betrokken.OnderzoekHet projectgebied is op de Cultuurhistorische Waardenkaart van de provincie Noord-Brabantgelegen in het gebied met een lage archeologische verwachting. Om die reden is het nietnoodzakelijk archeologisch onderzoek te verrichten in het projectgebied.4.2. Bedrijven en milieuhinderBeleid en normstellingBij ruimtelijke ontwikkelingen dient rekening te worden gehouden met eventuelemilieuhinder als gevolg van (bedrijfs)activiteiten. Uitgangspunt daarbij is dat bedrijven nietin hun bedrijfsvoering worden beperkt en dat ter plaatse van milieugevoelige bestemmingen,zoals woningen, sprake is van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. Voor de afstemmingtussen milieugevoelige en milieuhinderlijke functies wordt milieuzonering toegepast. Daarbijwordt gebruik gemaakt van de VNG-publicatie Bedrijven en Milieuzonering (editie 2009). Indeze publicatie is een lijst opgenomen waarin de meest voorkomende bedrijven enbedrijfsactiviteiten zijn gerangschikt naar mate van milieubelasting. Voor elkebedrijfsactiviteit is de maximale richtafstand ten opzichte van milieugevoelige functiesaangegeven op grond waarvan de categorie-indeling heeft plaats gevonden. Derichtafstanden gelden ten opzichte van het omgevingstype 'rustige woonwijk'. Milieuzoneringbeperkt zich tot de milieuaspecten met een ruimtelijke dimensie: geluid, geur, gevaar enstof.OnderzoekMet het project wordt de oprichting van een brandstofverkooppunt mogelijk gemaakt. Ditbetreft een activiteit die is opgenomen in de VNG publicatie bedrijven en milieuzonering, zieonderstaande tabel 4.1.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


14 OnderzoeksaspectenTabel 4.1 VNG publicatie Bedrijven en Milieuzonering (editie 2009)SBI1993SBI2008 nr Omschrijvingafstanden in metersIndicesgeurstofgeluidgevaargrootsteafstandCategorieverkeerVisueelbodemlucht505 473 3Benzineservicestation– zonder LPG 30 0 30 10 30 2 3P 1 BTen opzichte van milieugevoelige bestemmingen dient een richtafstand van 30 m te wordenaangehouden om ter plaatse van woningen een omgevingskwaliteit te bereiken dieovereenkomt met een rustig buitengebied (voor geluid betekent dit dat op 30 m eengeluidniveau van 45 dB(A) als langtijdgemiddelde beoordelingsniveau kan worden bereikt).De afstand tot de meest nabij gelegen woning, ten zuiden van het projectgebied, bedraagtcirca 80 m zodat ruimschoots aan de richtafstand van 30 m wordt voldaan. In onderstaandefiguur 4.1 zijn de huidige bestemmingen in de omgeving van het projectgebiedweergegeven. De meest nabij gelegen woning ligt ten zuiden van de bedrijfslocatie diegrenst aan het projectgebied.Figuur 4.1 Bestemmingen in de omgeving van het projectgebied (bestemmingsplan<strong>Buitengebied</strong>)De richtafstanden die in het kader van milieuzonering worden aangehouden gelden voorgemiddelde moderne bedrijven en geven slechts een indicatie van de kans op milieuhinder.Bij de ontwikkeling van het benzineservicestation geldt dat er mogelijk activiteitenplaatsvinden in de nachtperiode (voor 07:00 ’s ochtends). Bij het aanhouden vanrichtafstanden tot benzineservicestations is hier niet expliciet rekening mee gehouden. In hetkader van de melding op grond van het Activiteitenbesluit vindt aan de hand van de concreteactiviteiten een nadere afstemming met de omgeving plaats. Voor de activiteiten ter plaatsevan de inrichting geldt dat naar verwachting aan het toetsingskader voor geluid uit hetActiviteitenbesluit, ook in de nachtperiode, kan worden voldaan. De meest nabij gelegenwoning bevindt zich immers op meer dan 50 m van de inrichting. Op die afstand dient intheorie aan de grenswaarden voor geluid te worden voldaan. Op basis van een schatting kan032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Onderzoeksaspecten 15worden gesteld dat de geluidbelasting op een afstand van 100 m met circa met 6 dB(A)afneemt ten opzichte van het geluidniveau op een afstand van 50 m (langtijdgemiddeldebeoordelingsniveau). Ter plaatse van de meest nabij gelegen woning zal daarom geen sprakezijn van een ontoelaatbare geluidbelasting. In de beleving van het geluidklimaat zal hetwegverkeerslawaai van de A59 een grote rol spelen omdat de woning tevens binnen degeluidzone van de A59 is gelegen.Naast de richtafstand speelt bij een benzineservicestation de verkeersaantrekkende werkingeen rol bij de beoordeling van milieuhinder. Bij een benzineservicestation moet rekeningworden gehouden met extra verkeersgeneratie op de omliggende wegen. Het projectgebiedis goed ontsloten, een deel van het verkeer bereikt de locatie via de Oudemolensedijk directvanaf de A59. Uit de beoordeling van de verkeerssituatie (paragraaf 2.3) en uit de paragraafwegverkeerslawaai (paragraaf 4.9) blijkt dat de toename van de verkeersintensiteit opomliggende wegen zo gering is, dat er geen sprake is van significante verkeerseffecten. Voorde meest nabij gelegen woning geldt dat het verkeer van en naar de inrichting is opgegaanin het overige verkeer en dat er geen sprake is van een hoorbare toename van degeluidbelasting.ConclusieTer plaatse van woningen is sprake van een aanvaardbaar woon- en leefklimaat. In hetruimtelijke spoor wordt ruimschoots aan de richtafstand voldaan die van toepassing is op eenrustig buitengebied. Gelet op de afstand tot de meest nabij gelegen woning zal tevens aanhet toetsingskader voor geluid uit het Activiteitenbesluit worden voldaan. Het bedrijf wordtniet in de bedrijfsvoering beperkt. Het aspect bedrijven en milieuhinder staat de oprichtingvan het benzineservicestation niet in de weg.4.3. Externe veiligheidBeleid en normstellingBij ruimtelijke plannen dient ten aanzien van externe veiligheid naar verschillende aspectente worden gekeken, namelijk:- bedrijven waar opslag, gebruik en/of productie van gevaarlijke stoffen plaatsvindt;- vervoer van gevaarlijke stoffen over weg, spoor of water en door buisleidingen.In het externe veiligheidsbeleid wordt doorgaans onderscheid gemaakt tussen het plaatsgebondenrisico (PR) en het groepsrisico (GR). Het PR is de kans per jaar dat een persoon opeen bepaalde plaats overlijdt als rechtstreeks gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen,indien hij onafgebroken (dat wil zeggen 24 uur per dag gedurende het hele jaar) en onbeschermdop die plaats zou verblijven. Het PR wordt weergegeven met risicocontourenrondom een inrichting of langs een vervoersas. De norm voor het GR is een oriëntatiewaarde.De <strong>gemeente</strong> heeft een verantwoordingsplicht als het GR toeneemt en/of de oriëntatiewaardeoverschrijdt.Voor bedrijven geldt voor het PR rondom een risicovolle inrichting een grenswaarde voorkwetsbare objecten en een richtwaarde voor beperkt kwetsbare objecten. Grenswaardenmoeten in acht worden genomen, van richtwaarden kan om gewichtige reden worden afgeweken.Zowel de grenswaarde als de richtwaarde liggen op een niveau van 10 -6 per jaar.Voor wegen, spoorwegen en vaarwegen geldt voor bestaande situaties de grenswaarde voorhet PR ter plaatse van kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten van 10 -5 per jaar en destreefwaarde 10 -6 per jaar. In nieuwe situaties is de grenswaarde voor het PR ter plaatse vanAdviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


16 Onderzoeksaspectenkwetsbare objecten 10 -6een richtwaarde.per jaar. Voor beperkt kwetsbare objecten geldt deze waarde alsOnderzoekHet project maakt de vestiging van een tankstation zonder lpg-installatie mogelijk. Een dergelijkeinrichting valt niet onder het Bevi. Voor dit tankstation geldt dan ook geen PR10 -6 -risicocontour of een invloedsgebied voor het GR. De realisatie van het tankstation leidtdan ook niet tot externe veiligheidsrisico's.Uitsnede risicokaart t.h.v nieuwe ontwikkelingIn de omgeving van het projectgebied liggen geen risicovolle inrichtingen en vindt geentransport van gevaarlijke stoffen over water, over het spoor of door buisleidingen plaats. Welvindt over de A59 transport van gevaarlijke stoffen plaats. Uit de Circulaire risiconormeringvervoer van gevaarlijke stoffen blijkt dat de PR 10-6-risicocontour niet buiten de wegas ligt.Omdat het projectgebied ongeveer 200 m van deze weg ligt, vormt deze contour geenbelemmering voor de realisatie van dit project. Zoals aangegeven in de Circulaire is er buiten200 m van een weg waarover gevaarlijke stoffen worden vervoerd, geen sprake vanruimtelijke beperkingen.Gezien het vervoer van gevaarlijke stoffen over de Rijksweg A59 wordt geconcludeerd dathet invloedsgebied van de weg over het plangebied is gelegen, waardoor een verantwoordingvan het groepsrisico noodzakelijk is.De realisatie van één tankstation (toename van de personendichtheid bedraagt maximaal 5personen personeel plus bezoekers die slechts zeer korte tijd ter plaatse aanwezig zijn) leidtniet tot een significante toename van het GR. Dit wordt geconcludeerd op basis van eerdereberekeningen die door de <strong>gemeente</strong> zijn uitgevoerd voor ontwikkelingen op vergelijkbareafstand van de Rijksweg A59. Er kan daarom volstaan worden met een beperkteverantwoording van het Groepsrisico.Verantwoording groepsrisicoHoogte groepsrisico en aandeel beoogde ontwikkelingUit het Basisnetweg blijkt dat het GR voor de A59 ter plaatse kleiner is dan 0,1 maal deoriëntatiewaarde. Dit blijkt ook wel uit het karakter van de directe omgeving van het032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Onderzoeksaspecten 17tankstation: dit bestaat voornamelijk uit landelijk gebied waardoor weinig bebouwingaanwezig is en er ook weinig personen ter plaatse zullen zijn. Hieruit blijkt dat hetgroepsrisico ter plaatse zeer klein is. De ontwikkeling draagt daarnaast niet relevant bij aanhet groepsrisico, omdat er bij het tankstation maar een gering aantal mensen ter plaatseaanwezig zal zijn.BestrijdbaarheidDe locatie is bereikbaar voor hulpdiensten via de Oudemolensedijk. Ten aanzien van hetonderdeel bestrijdbaarheid wordt verwezen naar de groepsrisicoverantwoording in hetbestemmingsplan.Aanwezigheid personen/zelfredzaamheidBezoekers van het tankstation hebben een zeer kort verblijf op de projectlocatie, zij tankenen rijden daarna direct weg, en er is een gering aantal personeelsleden ter plaatse(maximaal 5 personen). Daarnaast zullen de bezoekers van het tankstation over hetalgemeen zelfredzaam zijn en zijn ze zeer mobiel vanwege de nabijheid van hun auto. Hetprojectgebied is via de Oudemolensedijk goed te ontvluchten van de risicobron (de A59) af.Afhankelijk van de locatie van een ongeval op de A59 met mogelijke externeveiligheidsfactoren kunnen mensen ontvluchten via de Oudemolensedijk (in zuidelijke ofoostelijke richting) of via een landbouwweg tussen de bestaande supermarkt/hetkoopcentrum en het nieuwe tankstation.ConclusieGeconcludeerd wordt dat het aspect externe veiligheid geen belemmering oplevert voor derealisatie van dit project.4.4. LuchtkwaliteitBeleid en normstellingHet toetsingskader voor luchtkwaliteit wordt gevormd door hoofdstuk 5 van de Wet milieubeheer(ook wel Wet luchtkwaliteit genoemd, Wlk). De Wet milieubeheer (Wm) bevat grenswaardenvoor zwaveldioxide, stikstofdioxide en stikstofoxiden, fijn stof, lood, koolmonoxideen benzeen. Hierbij zijn in de ruimtelijke ordeningspraktijk langs wegen vooral de grenswaardenvoor stikstofdioxide (jaargemiddelde) en fijn stof (jaar- en daggemiddelde) vanbelang. De grenswaarden van de laatstgenoemde stoffen zijn in tabel 4.2 weergegeven. Degrenswaarden gelden voor de buitenlucht, met uitzondering van een werkplek in de zin vande Arbeidsomstandighedenwet.Tabel 4.2 Grenswaarden maatgevende stoffen Wmstof toetsing van grenswaarde geldigstikstofdioxide (NO 2 ) jaargemiddelde concentratie 60 g/m³ 2010 tot en met 2014jaargemiddelde concentratie 40 g/m³ vanaf 2015fijn stof (PM 10 ) 1) jaargemiddelde concentratie 48 g/m³ tot en met 10 juni 2011jaargemiddelde concentratie 40 g/m³ vanaf 11 juni 20111) Bij de beoordeling hiervan blijven de aanwezige concentraties van zeezout buiten beschouwing (volgens de bij deWlk behorende Regeling beoordeling Luchtkwaliteit 2007).Op grond van artikel 5.16 van de Wlk kunnen bestuursorganen bevoegdheden die gevolgenkunnen hebben voor de luchtkwaliteit onder andere uitoefenen indien de bevoegdheden/ont-Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


18 Onderzoeksaspectenwikkelingen niet leiden tot een overschrijding van de grenswaarden, of de bevoegdheden/-ontwikkelingen niet in betekenende mate bijdragen aan de concentratie in de buitenlucht.In het Besluit niet in betekenende mate en de bijbehorende regeling is bepaald dat een projectmet een effect van minder dan 3% (1,2 μg/m³) van de jaargemiddelde grenswaardestikstofdioxide en fijn stof niet in betekenende mate bijdraagt. Een dergelijk project hoeftdaarom niet aan de grenswaarden te worden getoetst.In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt bij het opstellen van ruimtelijke plannen,uit oogpunt van de bescherming van de gezondheid van de mens, tevens rekening gehoudenmet de luchtkwaliteit.OnderzoekIn de paragraaf verkeer is bepaald dat de toename van de verkeersintensiteit van dit project383 autobewegingen per etmaal is. Er vanuit gegaan wordt dat het aandeel vrachtverkeer10% is. Uit de Nibm tool blijkt dat het extra verkeer maximaal 0,74 μg/m³ stikstof en 0,16μg/m³ fijnstof genereert. Dit is dusdanig gering en onder de grens van 1,2 μg/m³ zodat hetproject niet in betekende mate bij zal dragen aan de concentraties luchtverontreinigendestoffen.In het kader van een goede ruimtelijke ordening wordt wel inzicht gegeven in de luchtkwaliteitter plaatse van het projectgebied. Met behulp van de saneringstool (www.saneringstool.nl)die hoort bij het Nationaal Samenwerkingsprogramma Luchtkwaliteit, is de luchtkwaliteitter plaatse van de A59, een maatgevende weg in de buurt van het projectgebied, bepaald.De jaargemiddelde concentratie stikstofdioxide (NO 2 ) bedraagt hier in 201120,3 μg/m³. In datzelfde jaar bedraagt de jaargemiddelde concentratie fijn stof (PM 10 ) hier23,8 μg/m³. Deze waarden liggen ruimschoots onder de grenswaarden uit de Wm. Omdatdirect langs de weg wordt voldaan aan de grenswaarde, zal dit ter plaatse van het projectgebiedook het geval zijn. Concentraties luchtverontreinigende stoffen nemen immers afnaarmate de locatie verder van de weg is gelegen.ConclusieGeconcludeerd wordt dat de Wet milieubeheer de uitvoering van het project niet in de wegstaat. Uit het oogpunt van luchtkwaliteit is ter plaatse van het projectgebied sprake van eengoed woon- en leefklimaat.4.5. BodemkwaliteitNormstelling en beleidVolgens artikel 3.1.6 van het Besluit ruimtelijke ordening dient in verband met de uitvoerbaarheidvan een project onderzoek te worden verricht naar de bodemgesteldheid in hetplangebied. Bij functiewijzigingen dient te worden bekeken of de bodemkwaliteit voldoende isvoor de beoogde nieuwe functie. Nieuwe bestemmingen dienen bij voorkeur op schone grondente worden gerealiseerd.Onderzoek en conclusieIn zowel 2006 als 2009 zijn bodemonderzoeken ter plaatse van de Oudemolensedijk 9 teFijnaart uitgevoerd om vast te stellen of er bodemverontreiniging aanwezig is. Hetindicatieve onderzoek uit 2006 was erop gericht om te bepalen of de aanwezigheid van devlasroterij heeft geleid tot verontreiniging in de bodem ter plaatse (Oranjewoud B.V. 2006,032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Onderzoeksaspecten 19rapport Indicatief bodemonderzoek Oudemolensedijk 9 Fijnaart). Uit het onderzoek blijkt datin de bodem kolengruis en puin is aangetroffen. Er is een lichte verontreiniging met kwik,maar andere vervuiling is niet aangetroffen. In het grondwater is een licht verhoogdeconcentratie aan xylenen gevonden. De gemeten concentraties zijn dusdanig laag dat zijonder de interventiewaarde blijven. Er was geen aanleiding tot het uitvoeren vanvervolgonderzoek of sanerende maatregelen.Het verkennend en nader bodemonderzoek uit 2009 was erop gericht om te bepalen of deaanwezigheid van de ondergrondse HBO-tank heeft geleid tot verontreiniging in de bodemter plaatse (Wematech Bodem Adviseurs B.V. 2009, “ondergrondse HBO-tank”). Uit hetonderzoek is gebleken dat een totaal bodemvolume van circa 100 m 3 grond licht tot sterkverontreinigd was met olieproducten, waarvan naar schatting circa 1 m 3 verontreinigd wasboven de interventiewaarden. Sanering van de bodemvervuiling heeft al plaatsgevondenwaardoor geen gebruiksbeperkingen hoeven te worden gesteld aan de projectlocatie.Er wordt geconcludeerd dat het aspect bodemkwaliteit geen belemmering oplevert voor deuitvoering van dit project.4.6. Kabels en leidingenBinnen het projectgebied liggen geen planologisch relevante leidingen. Ook zijn er geenhoogspanningslijnen, straalpaden of telecomverbindingen in de omgeving van het projectgebiedaanwezig. Er wordt daarom geconcludeerd dat het aspect kabels en leidingen geen belemmeringoplevert voor de uitvoering van dit project.4.7. WaterWaterbeheer en watertoetsDe initiatiefnemer dient in een vroeg stadium overleg te voeren met de waterbeheerder overeen ruimtelijk planvoornemen. Hiermee wordt voorkomen dat ruimtelijke ontwikkelingen instrijd zijn met duurzaam waterbeheer. Het projectgebied ligt binnen het beheersgebied vanhet Waterschap Brabantse Delta, verantwoordelijk voor het waterkwantiteits- en waterkwaliteitsbeheer.Bij het tot stand komen van deze waterparagraaf wordt overleg gevoerd metde waterbeheerder over deze waterparagraaf. De opmerkingen van de waterbeheerder wordenvervolgens verwerkt in deze waterparagraaf.Beleid duurzaam stedelijk waterbeheerOp verschillende bestuursniveaus zijn de afgelopen jaren beleidsnota's verschenen aangaandede waterhuishouding, allen met als doel een duurzaam waterbeheer (kwalitatief enkwantitatief). Deze paragraaf geeft een overzicht van de voor het plangebied relevantenota's, waarbij het beleid van het waterschap en de <strong>gemeente</strong> nader wordt behandeld.Europa:- Kaderrichtlijn Water (KRW).Nationaal:- Nationaal Waterplan (NW);- Waterbeleid voor de 21ste eeuw (WB21);- Nationaal Bestuursakkoord Water (NBW);- Waterwet.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


20 OnderzoeksaspectenProvinciaal:- Provinciaal Waterplan 2010-2015.WaterschapsbeleidIn het Waterbeheerplan 2010-2015 (2009) staan de doelen en de noodzakelijke ingrepen inhet watersysteem van Waterschap Brabantse Delta. Knelpunten in het watersysteem zullensamen met <strong>gemeente</strong>n worden aangepakt en er zullen afspraken worden gemaakt om waterte bergen en overstroming te voorkomen. Het nieuwe waterbeheerplan bevat minder detailsen biedt daardoor meer ruimte voor nieuwe ontwikkelingen.In de Beleidsregel Hydraulische Randvoorwaarden geeft het waterschap aan hoe het dagelijksbestuur omgaat met zijn bevoegdheid als waterbeheerder hydraulische normen te stellenaan ingrepen die effecten hebben op het watersysteem. In de beleidsregel zijn de technischevoorwaarden vastgelegd die worden gehanteerd bij de beoordeling van ingrepen inhet watersysteem. Randvoorwaarden zijn bijvoorbeeld: voldoende hoeveelheid berging omhet water niet versneld af te voeren, voldoende afmetingen van sloten om wateroverlast tevoorkomen, nadere definiëring van het begrip 'water neutraal bouwen' en dergelijke. Hierbijis eveneens aansluiting gezocht bij de beginselen uit het NBW.Gemeentelijk beleidDe visie van het Waterplan <strong>Moerdijk</strong> 2009-2015 luidt: 'een robuust watersysteem van voldoendekwaliteit en veiligheid dat aansluit bij de natuurlijke omstandigheden op en om het<strong>Moerdijk</strong>se grondgebied en dat nu en in de toekomst voldoet aan de wettelijke verplichtingenen beleidsregels'.Verdeeld over een aantal thema's is in dit waterplan de visie op het toekomstige watersysteemin <strong>Moerdijk</strong> uitgewerkt. Per thema is een toekomstbeeld geformuleerd. Belangrijke uitgangspuntendaarbij zijn dat:- water geen gevaar oplevert;- het watersysteem geschikt is voor de functies die het moet vervullen;- alle elementen van het watersysteem in samenhang worden beschouwd;- water een grotere rol krijgt in ruimtelijke ontwikkelingen;- iedereen zijn steentje bijdraagt.Huidige situatieHet projectgebied is gelegen aan de Oudemolensedijk, naast de Aldi, ten westen van de kernFijnaart. In de huidige situatie bestaat het projectgebied uit landbouwgrond. Langs de Oudelandsewegis een watergang aanwezig. Het plangebied is niet gelegen in de kern- of beschermingszonevan een waterkering.Toekomstige situatieAlgemeenEr wordt een tankstation gerealiseerd met de volgende oppervlakten:OnderdeelOppervlakteOverkapping 240 m 2Terrein tankstation 820 m 2Op-/afrit 90 m 2Totale verharding 910 m² (820+90)Bij de totale verharding wordt het oppervlak van de overkapping niet meegerekend omdatdit al bij het oppervlak van het terrein van het tankstation zit.032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Onderzoeksaspecten 21De ontwikkeling heeft een totaal verhard oppervlak van circa 910 m². Omdat de toenameaan verhard oppervlak kleiner is dan 2.000 m², zijn geen compenserende maatregelennodig.WaterkwaliteitTer voorkoming van diffuse verontreinigingen van water en bodem geldt een verbod op hettoepassen van zink, lood, koper en PAK's-houdende bouwmaterialen. In hetvergunningentraject worden aan een tankstation ook specifieke eisen gesteld om vervuilingvan water en bodem door brandstoffen te voorkomen. Hemelwater afkomstig van hettankstation terrein zal altijd afgevoerd worden richting de rioolzuiveringsinstallatie en nietafgekoppeld kunnen worden op het oppervlakte water. Het hemelwater dat op de daken valt,wordt in deze situatie wel afgevoerd naar het oppervlaktewater.WaterbeheerVoor aanpassingen aan het bestaande watersysteem dient bij het waterschap vergunning teworden aangevraagd op grond van de 'Keur'. Dit geldt dus bijvoorbeeld voor het graven vannieuwe watergangen, het aanbrengen van een stuw of het afvoeren van hemelwater naar hetoppervlaktewater. In de Keur is ook geregeld dat een beschermingszone voor watergangenen waterkeringen in acht dient te worden genomen. Dit betekent dat binnen de beschermingszoneniet zonder ontheffing van het waterschap gebouwd, geplant of opgeslagen magworden. De genoemde bepaling beoogt te voorkomen dat de stabiliteit, het profiel en/of deveiligheid wordt aangetast, de aan- of afvoer en/of berging van water wordt gehinderd danwel het onderhoud wordt gehinderd. Ook voor het onderhoud gelden bepalingen uit de'Keur'. Het onderhoud en de toestand van de (hoofd)watergangen worden tijdens de jaarlijkseschouw gecontroleerd en gehandhaafd.ConclusieDe ontwikkeling heeft geen negatieve gevolgen voor het waterhuishoudkundige systeem terplaatse.4.8. EcologieIn het kader van een goede ruimtelijke ordening dient aangetoond te worden dat de Floraenfaunawet en de Natuurbeschermingswet 1998 de uitvoering van onderhavig plan niet inde weg staan. Deze paragraaf betreft een samenvatting van het bureauonderzoek zoalsopgenomen in bijlage 2.Resultaten onderzoekGebiedsbeschermingHet projectgebied vormt geen onderdeel van een natuur- of groengebied met een beschermdestatus, zoals Natura 2000. Het projectgebied maakt ook geen deel uit van de ProvincialeEcologische Hoofdstructuur (PEHS). De Natuurbeschermingswet 1998 en het beleid van deprovincie staan de uitvoering van het plan dan ook niet in de weg.SoortenbeschermingHet ruimtelijk plan is het besluit dat ingrepen mogelijk maakt en een aantasting van beschermdedier- of plantensoorten kan betekenen. Uiterlijk bij het nemen van een besluit datruimtelijke veranderingen mogelijk maakt, zal daarom zekerheid moeten zijn verkregen datovertredingen van de Flora- en faunawet niet optreden.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


22 OnderzoeksaspectenHet plan voorziet in realisatie van een tankstation. De benodigde werkzaamheden ten behoevevan deze ontwikkeling kunnen leiden tot aantasting van te beschermen natuurwaarden.In het plangebied komen naar verwachting de volgende beschermde soorten voor:vrijstellingsregeling Ffw tabel 1 mol, veldmuis en huisspitsmuisbruine kikker, gewone pad en demiddelste groene kikkerontheffingsregeling Ffw tabel 2 geentabel 3 bijlage 1 AMvB geenbijlage IV HRgeenvogels cat. 1 t/m 4 geencat. 5geenEr zal geen ontheffing nodig zijn voor de tabel 1-soorten van de Flora- en faunawet waarvooreen vrijstelling van de verbodsbepalingen van de Flora- en faunawet geldt.Tijdens werkzaamheden dient rekening te worden gehouden met het broedseizoen. Hiervooris geen standaardperiode, het gaat erom of er een broedgeval is. Verstoring van broedendevogels is verboden. Verblijfplaatsen van vogels die hun verblijfplaats het hele jaar gebruiken,zijn jaarrond beschermd. In het projectgebied zijn geen vogels met vaste nesten aanwezig.De Flora- en faunawet zal de uitvoering van het plan niet in de weg staan.4.9. WegverkeerslawaaiHet tankstation is geen geluidsgevoelige bestemming. Uit de verkeersparagraaf blijkt dat deverkeerstoename als gevolg van het tankstation (190 mvt/etmaal) zorgt voor een toenamevan 4-5% van de totale verkeersintensiteit op de Oudemolensedijk. Deze verkeerstoenameleidt niet tot een merkbare verhoging van de geluidshinder als gevolg van het wegverkeer.Pas bij een verkeerstoename van 20 % en meer wordt de geluidstoename vanwege hetwegverkeer hoorbaar voor het menselijk oor.4.10. LichthinderTen behoeve van het tankstation zal verlichting plaatsvinden. Deze verlichting wordt zogerealiseerd dat deze wordt afgeschermd van de aanwezige woningen (het gebruik vanarmatuur met afgeschermde verlichtingsbron richting de woningen).032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


5. Uitvoerbaarheid235.1. Economische uitvoerbaarheidGezien de aard en omvang van het project is afgezien van een grootschalig financieel-economischhaalbaarheidsonderzoek. De opdrachtgever draagt zorg voor de financiering van hetproject. Er zijn geen redenen om aan te nemen dat het project niet economisch uitvoerbaaris.Initiatiefnemer zal een anterieure overeenkomst met de <strong>gemeente</strong> sluiten. De kosten diesamenhangen met de realisering van het project (inclusief eventuele planschadeaanvragenten gevolge van of samenhangend met het project en kosten voor de planologischeprocedure) komen geheel ten laste van de initiatiefnemer.De economische uitvoerbaarheid is hiermee voldoende verzekerd.5.2. Maatschappelijke uitvoerbaarheidDe beoogde ontwikkeling en voorliggende ruimtelijke onderbouwing zullen wordenopgenomen in de eerstvolgende <strong>herziening</strong> van het bestemmingsplan <strong>Buitengebied</strong>. In hetkader van de <strong>gemeente</strong>lijke inspraakverordening, zal dit voorontwerpbestemmingsplan<strong>Buitengebied</strong> gedurende een periode van zes weken ter inzage worden gelegd.Belanghebbenden kunnen gebruikmaken van de mogelijkheid om gedurende deze periode inte spreken op het voorontwerpbestemmingsplan.Ingevolge artikel 3.1.1 Bro zal wettelijk vooroverleg worden gevoerd. De inspraakreacties ende resultaten uit het vooroverleg worden verwerkt in een ontwerp bestemmingsplan. Ditontwerp wordt zes weken ter inzage gelegd, gedurende deze periode kan een ieder eenzienswijze indienen bij de <strong>gemeente</strong>raad. Na verwerking van de eventuele zienswijzen zaleen bestemmingsplan worden aangeboden aan de <strong>gemeente</strong>raad ter vaststelling.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


24 Uitvoerbaarheid032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


6. Afweging en conclusie25Hoewel de realisatie van het tankstation afwijkt van het vigerende bestemmingsplan, is hetproject, gelet op ruimtelijke, verkeerskundige en distributieplanologische randvoorwaarden,ruimtelijk aanvaardbaar.De realisering van het project is, mede gelet op het landschapsplan, ruimtelijk goedinpasbaar en voorziet in voldoende marktvraag.Ook de overige in deze onderbouwing behandelde aspecten vormen geen belemmering voorhet plan. Door de realisering van het tankstation worden geen andere belangen onevenrediggeschaad. De conclusie is dan ook dat medewerking kan worden verleend aan de beoogdeontwikkeling.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


2 Bijlage 2Bijlage 1 Distributie planologisch onderzoek‘Tankstation Oudemolensedijk 9Fijnaart’. Project 2100622 d.d. 21-06-2010, Bureau Star Line.032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


DISTRIBUTIEF PLANOLOGISCH ONDERZOEK“TANKSTATION OUDEMOLENSEDIJK 9 FIJNAART”Project 2100622 d.d. 21-06-2010i.o.v. Dhr. P.J.A.M. SweereUitgevoerd door:Yvonne W.G. SchutrupBureau Star Line - MiddelharnisBureau Star LinePostbus 2403240 AE MiddelharnisTel.: 0187-487706Fax: 0187-489130E-mail: info@bureau-starline.nlInternet: www.bureau-starline.nlKvK Rotterdam 28067373


INHOUDSOPGAVEPaginaHoofdstuk 1 Inleiding DPO Fijnaart 31.1 Voorgeschiedenis aan dit DPO 31.2 Doelstelling DPO 4Hoofdstuk 2 Marktgebied & marktanalyse 52.1 Pompprijzen en kortingen 52.2 Tankstations Marktgebied 62.2.1 Tankstations Fijnaart 62.3 Onderzoekslocatie 82.4 Omzetclaim marktgebied 11Hoofdstuk 3 Ruimtelijke ontwikkelingen en demografische gegevens 133.1 Uitwerkingsplan LR <strong>Moerdijk</strong> e.o. (2004) 133.2 Gemeente <strong>Moerdijk</strong> 133.2.1 Kerncijfers Fijnaart & Dorpsplan Fijnaart (2006) 143.2.2 Gemeentelijk beleidskader Fijnaart 153.2.3 Bedrijventerreinen 163.3 Verkeer en infrastructuur onderzoekslocatie 17Hoofdstuk 4 Volumepotentieel motorbrandstoffen 194.1 Volumepotentieel primair verzorgingsgebied 194.2 Doelgroep bezoekers Aldi / Koopcentrum Fijnaart 224.2.1 Discountsegment supermarkten Nederland 224.2.2 Recente cijfers tankgedrag in relatie tot bezoeksupermarkten in het prijssegment 234.3 Doelgroep rijksweg A59 244.4 Opkomst markt voor duurzame motorbrandstoffen 264.5 Totaal volumepotentieel onderzoekslocatie 27Hoofdstuk 5 Confrontatie onderzoeks-locatie in marktgebied 285.1 Confrontatieprimair verzorgingsgebied Fijnaart 28Hoofdstuk 6 Samenvatting en Conclusies 30Bijlage I :InformatiebronnenBureau Star Line - Middelharnis 2DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


1. INLEIDING DPO FIJNAARTIn opdracht van de heer P. J.A.M. Sweere is door Bureau Star Line een distributiefplanologisch onderzoek (DPO) verricht ten behoeve van de potentiële vestiging van eenonbemand verkooppunt voor motorbrandstoffen op het voorterrein van Aldi aan deOudemolensedijk 9 te Fijnaart. De locatie aan de Oudemolensedijk betreft eenverplaatsing van het inmiddels gesloten en gesaneerde tankstation van Sweere aan deMolenstraat 66 te Fijnaart. De locatie voor het nieuwe verkooppunt wordt in dit rapportverder aangeduid als ‘onderzoekslocatie’. Voorafgaand aan dit DPO hebben inmiddelseen drietal (aanvullende) onderzoeken plaatsgevonden in Fijnaart, op basis waarvan ditDPO is samengesteld. Daarbij dient opgemerkt te worden dat de cijfers en gegevens uithet DPO van 2006 inmiddels achterhaald zijn en opnieuw zijn onderzocht ten behoevevan het voorliggende DPO.1.1 Voorgeschiedenis aan dit DPOIn september 2006 is door Bureau Star Line in opdracht van de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> en insamenwerking met de heer Sanders een “DPO Fijnaart” opgesteld met als doel demarkt voor motorbrandstoffen in Fijnaart en buitengebied in kaart te brengen teneinde tekunnen beoordelen of de huidige markt ruimte biedt voor de vestiging van één of tweenieuwe verkooppunten voor motorbrandstoffen. De volumepotentieelberekening opbasis van het aantal huishoudens en het aantal geregistreerde motorvoertuigen binnenhet geselecteerde verzorgingsgebied in het DPO liet zien dat de markt voormotorbrandstoffen anno 2004 bijna 4 miljoen liter aan volumepotentieel te bieden heeft.Tot het jaar 2015 zou het volumepotentieel doorgroeien naar 4,5 miljoen liter als gevolgvan nieuwbouwwoningen en na 2015 groeit, met de realisatie van Plan West, hetvolumepotentieel door naar bijna 4,9 miljoen liter op jaarbasis. In alle drie devolumescenario’s is sprake van een vraagoverschot van respectievelijk bijna 800.000liter in 2004, 1,3 miljoen liter op jaarbasis tot 2015 en bijna 1,7 miljoen liter na 2015,ofwel 19,8% in 2004, 28,9% tot 2015 en 34,3% na 2015 van het totale volumepotentieelbinnen het onderzochte verzorgingsgebied. Bureau Star Line concludeerde daaruit datbinnen het verzorgingsgebied nog ruimte is voor één nieuw tankstation.In het “Haalbaarheidsonderzoek tankstation Oudemolensedijk 9 Fijnaart” van september2007 is op verzoek van de heer Sweere nader bekeken welk volumepotentieelmotorbrandstoffen de locatie Oudemolensedijk 9 als afzonderlijke locatie heeft. Dereden dat daartoe verzocht is, is dat de heer Sweere van mening is dat deonderzoekslocatie, alwaar thans een Aldi en het Koopcentrum gevestigd zijn, relatiefveel bezoekers van buiten het onderzochte verzorgingsgebied (Fijnaart en buitengebied)trekt, die niet in het eerdere DPO zijn meegenomen. Uit dit onderzoek werdgeconcludeerd dat op basis van de destijds beschikbare informatie er tussen de650.000 en 700.000 liter per jaar aan volumepotentieel motorbrandstoffen op de locatieOudemolensedijk 9 aanwezig is afkomstig van bezoekers (per auto) aan de Aldi en hetKoopcentrum die woonachtig zijn buiten het verzorgingsgebied Fijnaart. Inclusief debezoekers uit het verzorgingsgebied Fijnaart, bedroeg het directe volumepotentieel opde locatie Oudemolensedijk tussen de 1,2 en 1,4 miljoen liter per jaar.Bureau Star Line - Middelharnis 3DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


In mei 2009 heeft op verzoek van de heer Sweere een aanvulling op hethaalbaarheidsonderzoek “Tankstation Oudemolensedijk 9 Fijnaart” plaatsgevonden,naar aanleiding van de volgende onderzoeksgegevens en ontwikkelingen in de markt:1. toenemend aantal vestigingen van tankstations nabij op- en afritten vanrijkswegen;2. opkomst van markt voor duurzame motorbrandstoffen;3. nieuwe cijfers tankgedrag in relatie tot bezoek supermarkten in het prijssegment;Op basis van recent onderzoek en landelijke ontwikkelingen in de markt voormotorbrandstoffen, concludeerde Bureau Star Line in het aanvullende onderzoek vanmei 2009 het volgende inzake de Aldi locatie Oudemolensedijk: “Door het toenemendaantal vestigingen van tankstations nabij op- en afritten van rijkswegen, is op basis vanrecente ervaringscijfers (2008) berekend dat het volumepotentieel uitsluitend afkomstigvan de rijksweg A59 ter hoogte van Fijnaart circa 900.000 liter bedraagt. Daarin is hetinnamepercentage van de zuidzijde van de A59 hoger genomen dan de noordzijde,omdat de Aldi locatie Oudemolensedijk een zeer goede zichtlocatie vanaf de A59-zuidzijde is en er bovendien aan deze zijde geen rijkswegtankstation gevestigd is.De opkomst van de markt voor duurzame motorbrandstoffen in combinatie met demedewerking die de heer Sweere bereid is te verlenen aan de verkoop van duurzamemotorbrandstoffen op de locatie Oudemolensedijk, is van duurzame en toegevoegdewaarde voor zowel Fijnaart en omgeving als voor het doorgaande verkeer op derijksweg A59.Nieuw verkregen cijfers met betrekking tot het tankgedrag in relatie tot bezoek aansupermarkten in het prijssegment in Zuidwest Nederland laten zien dat het aanvankelijkberekende volumepotentieel van 1,2 tot 1,4 miljoen liter in het eerder opgestelde“Haalbaarheidsonderzoek tankstation Oudemolensedijk 9 Fijnaart” in de praktijk hogeruit zal komen op maximaal circa 3,5 miljoen liter in totaal op jaarbasis.”1.2 Doelstelling DPOHet DPO heeft tot doel de markt voor motorbrandstoffen in Fijnaart en buitengebied inkaart te brengen teneinde te kunnen beoordelen of de huidige markt op deonderzoekslocatie ruimte biedt voor de vestiging van een nieuw onbemand verkooppuntvoor motorbrandstoffen, waarbij eerder verrichte en bovenvermelde onderzoeken alsbasis dienen met uitzondering van het onderzoek van 2006, dat in dit DPOgeactualiseerd is. Tevens heeft dit DPO tot doel een confrontatie plaats te laten vindentussen de vraag (in liters) naar brandstof in Fijnaart en omgeving en de benodigde afzet(in liters) van de aanwezige aanbieders.Het voorliggende DPO omvat ten eerste in hoofdstuk 2 een bepaling van hetmarktgebied, een marktanalyse van reeds aanwezige verkooppunten voormotorbrandstoffen binnen het onderzochte marktgebied alsmede de omzetclaim binnenhet marktgebied. Vervolgens is in hoofdstuk 3 onderzoek verricht naar de demografischeen economische gegevens en ontwikkelingen Ruimtelijke Ordening enInfrastructuur. Op basis van de verzamelde gegevens in hoofdstuk 3 is in hoofdstuk 4een volumepotentieelberekening voor motorbrandstoffen binnen het onderzochtemarktgebied gemaakt. In hoofdstuk 5 is de omzetclaim van het aanbod aanmotorbrandstoffen binnen het onderzochte marktgebied afgezet tegen het aanwezigeplus het toekomstige marktpotentieel. Het rapport wordt in hoofdstuk 6 afgesloten metconclusies en aanbevelingen.Bureau Star Line - Middelharnis 4DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


2. MARKTGEBIED & MARKTANALYSEHet primaire verzorgingsgebied voor de markt van motorbrandstoffen in Fijnaart is alsvolgt afgebakend:- aan de noordzijde door de rijksweg A59 inclusief buitengebied Oudemolen;- aan de oostzijde door de Keenehaven;- aan de zuidzijde door de Dintel (<strong>gemeente</strong>grens);- aan de westzijde door de rijksweg A29.Het indirecte verzorgingsgebied van de onderzoekslocatie wordt als volgt omschreven:- doorgaand verkeer op de rijksweg A59;- bezoekers aan het Aldi Koopcentrum afkomstig uit de wijde regio, metuitzondering van het primaire verzorgingsgebied Fijnaart.In de marktanalyse zijn twee verkooppunten voor motorbrandstoffen in het primaireverzorgingsgebied van de onderzoekslocatie onderzocht die gezamenlijk en afhankelijkvan de ligging (gedeeltelijk) voorzien in de behoefte van de huidige markt voormotorbrandstoffen binnen het primaire verzorgingsgebied.2.1 Pompprijzen en kortingenDe pompprijzen binnen het verzorgingsgebied zijn weergegeven in tabel 1 en zijngenoteerd op 15 april 2010. De gemiddelde landelijke adviesprijs is gebaseerd op dereferentieprijzen van Shell Nederland.Pompprijzen direct verzorgingsgebied FijnaartTexaco Total gem.Fijnaart RW A59 land.(ad 1) (ad 2) adviesEuro 95 1,585 1,579 1,579Diesel 1,219 1,229 1,219LPG x 0,719 0,699x = produkt wordt niet verkochtTabel 1 Pompprijzen Fijnaart d.d. 15 april 2010Tabel 2 geeft een overzicht van verstrekte kortingen aan de pomp.Kortingen direct verzorgingsgebied FijnaartTexaco Total gem.Fijnaart RW A59 land.(ad 1) (ad 2) adviesEuro 95 0,000 0,000 1,579Diesel 0,000 0,000 1,219LPG x 0,000 0,699x = produkt wordt niet verkochtTabel 2 Kortingen Fijnaart d.d. 15 april 2010Uit tabel 2 is af te lezen dat beide onderzochte tankstations in en om Fijnaart,waaronder één rijksweglocatie, geen korting verstrekken op benzine, diesel en LPG.Bureau Star Line - Middelharnis 5DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


2.2 Tankstations marktgebiedDe verkooppunten voor motorbrandstoffen (zie verwijzingen tabellen 1 en 2) welke anno2010 gesitueerd zijn binnen het onderzochte marktgebied van de onderzoekslocatie zijnhieronder omschreven.2.2.1 Tankstations FijnaartFijnaart telt twee tankstations, waarvan één tankstation langs de rijksweg A59 en ééntankstation in de kern Fijnaart. Aangenomen wordt dat slechts een zeer beperkt deelvan de automobilisten in Fijnaart tankt langs de rijksweg A59. Deze locatie is uitsluitendinteressant voor verkeer afkomstig van de A17 dat via de A59 Fijnaart in rijdt. Verkeerdat Fijnaart verlaat richting A59 komt niet langs het rijkswegstation. Hiermee is in debepaling van de omzetclaim door het marktgebied rekening gehouden. Tabel 3 geefteen overzicht van de tankstations in Fijnaart.Tankstations FijnaartMerk Straat aantal opstelplaatsen Bemand/ Ligging Doel-Feitelijk, w.v. LPG / trucks onbemand groep1. Texaco Parallelweg 4 0 / 0 bemand wijk/bedr.terrein dorp2. Total Rijksweg A59 7 2 / 1 bemand rijksweg landelijkTabel 3Overzicht tankstations FijnaartDe verkooppunten voor motorbrandstoffen in het primaire verzorgingsgebied (Fijnaart)van de onderzoekslocatie zijn:1. Texaco aan de Parallelweg 2 te FijnaartParallel aan de rijksweg A59 en gelegen aan de rand van het lokale bedrijventerrein eneen woonwijk ligt aan de Parallelweg op circa 1,6 kilometer van de onderzoekslocatieeen bemand Texaco station.Foto 1 Texaco Fijnaart Foto 2 Zichtbaarheid Texaco vanaf rijksweg A59Het Texaco station is goed zichtbaar vanaf de rijksweg A59, echter via de afrit Fijnaartdient men nog een behoorlijk stuk te rijden (circa 3,2 km) om bij het tankstation tekomen. In het onderzoek is er dan ook van uit gegaan dat Texaco hoofdzakelijk delokale markt in Fijnaart bedient en daarmee een sterke dorpsfunctie heeft. Hettankstation heeft op het voorterrein twee dubbelzijdige pompeilanden met vieropstelplaatsen.Bureau Star Line - Middelharnis 6DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Verder zijn aanwezig: twee wasboxen voor hogedrukreiniging, één carwash roll overmachine en een shop van gemiddelde grootte. Het tankstation ligt op een terrein datomheind is met een afsluitbaar hekwerk. Er is geen vermelding van pompprijzenaanwezig, uitsluitend op de pompen zelf is de pompprijs waarneembaar voor deconsument.2. Total “De Fendert” rijksweg A59 noordzijde ter hoogte van FijnaartAan de noordzijde van de rijksweg A59 ter hoogte van Fijnaart ligt het bemande Totaltankstation “De Fendert”. Op het voorterrein zijn drie dubbelzijdige pompeilanden met intotaal zes opstelplaatsen aanwezig voor personenverkeer, waaronder tweeopstelplaatsen voor LPG. Verder is nog één opstelplaats voor diesel vrachtverkeeraanwezig. De shop is van gemiddelde grootte en achter het station ligt een ruimparkeerterrein. Hemelsbreed ligt het tankstation circa 100 meter van het Texaco station(ad 1) en vlak voor de afrit Fijnaart op de rijksweg A59. De afstand tussen Total en deonderzoekslocatie bedraagt 2,2 kilometer wanneer men van Total naar deonderzoekslocatie rijdt, en 16,9 kilometer wanneer men van de onderzoekslocatie naarTotal rijdt. Het volume motorbrandstoffen op jaarbasis wordt ingeschat op 3 miljoen liter.Foto 3 Total rijksweg A59 Foto 4 Total rijksweg 59Nieuwe ontwikkelingenIn Fijnaart is de oprichting van één tankstation aan de Molenstraat (N640), nabij nr. 141planologisch mogelijk gemaakt. Het betreft hier de locatie van Sanders (DPO september2006). Het tankstation is nog niet gerealiseerd op de locatie.Foto 5 Perceel aan de Molenstraat Foto 6 Molenweg nabij perceel SandersBureau Star Line - Middelharnis 7DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Kaart 1 geeft een overzicht van de spreiding tankstations in het primaireverzorgingsgebied inclusief de toekomstige locatie aan de Molenstraat en de ligging vande onderzoekslocatie.OnderzoekslocatieLocatieMolenwegFIJNAARTTe xacoTotalKaart 1Spreiding tankstations inclusief ligging onderzoekslocatie Fijnaart2.3 OnderzoekslocatieDe onderzoekslocatie ligt op het terrein van het Koopcentrum en de Aldi nabij deontsluiting van Fijnaart op de rijksweg A59 bij afrit 24 “Fijnaart”. Aan de zuidzijde van deafrit 24 “Fijnaart” splitst de A59 zich in de Parallelweg (richting kern Fijnaart) en deOudemolensedijk (richting buitengebied via de N628).Eind 2009 zijn het Koopcentrum en de Aldi compleet verbouwd en vernieuwd. Op deplek waar in 1973 de eerste weidewinkel van Noord-Brabant de deuren opende, staat nueen modern complex. Onderstaand kader betreft een publicatie van 30 november 2009in BN De Stem.nl, waarin onder meer wordt gesproken over de reikwijdte van hetKoopcentrum en de Aldi.Bureau Star Line - Middelharnis 8DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Kader 1 Artikel inzake opening Koopcentrum / Aldi FijnaartBron: BN De Stem.nlBureau Star Line - Middelharnis 9DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Onderstaande foto’s geven de omgeving van de onderzoekslocatie weer.Foto 7 Terrein Aldi / Koopcentrum Fijnaart Foto 8 Zicht op onderzoekslocatie vanaf OudemolensedijkFoto 9 Oudemolensedijk Foto 10 In- en uitrit Terrein Koopcentrum / AldiFoto 11 Uitrit op Oudemolensedijk Foto 12 Zicht vanaf onderzoekslocatie op Rijksweg 59Vanaf de rijksweg A59 is de onderzoekslocatie zeer goed zichtbaar en bereikbaar.Onder aan de afrit Fijnaart ligt de onderzoekslocatie op circa 100 meter goed bereikbaarvanaf beide rijrichtingen op de rijksweg A59.Bureau Star Line - Middelharnis 10DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


2.4 Omzetclaim marktgebiedBinnen het onderzochte marktgebied zijn twee verkooppunten voor motorbrandstoffengevestigd, Total “De Fendert” langs de A59 is voor maximaal 10% meegenomen in hetDPO omdat dit tankstation is ingericht voor rijkswegverkeer. Van het totaal afgezettevolume motorbrandstoffen, zal naar verwachting slechts een zeer gering deel ookdaadwerkelijk afkomstig zijn uit het primaire verzorgingsgebied Fijnaart.De gemiddelde doorzet per tankstation varieert per type tankstation. De grotere, goeduitgeruste tangent tankstations behalen een doorgaans hogere doorzet dan de kleinerebuurtstations. Deze laatste groep moet het vooral van persoonlijke service en lokaliteithebben. Ook is de gemiddelde doorzet aan drukke, doorgaande wegen doorgaanshoger dan in wijken op minder zichtbare locaties. Daarbij dient opgemerkt te worden datook de onbemande tanklocaties met doorgaans een scherpe prijsstelling aan de pomp,een relatief hoge gemiddelde doorzet per pomp hebben. Daar is op dit moment inFijnaart echter geen sprake van. Tot slot bestaat er een groot verschil tussentankstations die zich hoofdzakelijk op personenverkeer richten en tankstations die zichzowel op personen- als op vrachtverkeer richten. Binnen het onderzochte marktgebiedzal uitsluitend het rijkswegstation een noemenswaardig aandeel in het truck dieselvolume hebben, gezien haar ligging nabij het <strong>Moerdijk</strong>gebied en de aparte truckdieselpomp op het voorterrein. In de omzetclaim is getracht om het truck diesel volumezoveel mogelijk buiten beschouwing te laten, omdat het gewenste tankstation op deonderzoekslocatie zich hoofdzakelijk richt op personenverkeer.Texaco Fijnaart ligt binnen de bebouwde kom of aan de rand daarvan. Binnen debebouwde kom varieert de gemiddelde doorzet per pomp grofweg van 300.000 liter peropstelplaats op een buurtstation tot 600.000 liter per opstelplaats bij een tangenttankstation of een onbemand tankstation. In algemene zin zijn buurtstations gelegen inde wijk aan wegen met een lage verkeersintensiteit (minder dan gemiddeld 5.000motorvoertuigen per etmaal). Tangent stations liggen vooral aan doorgaande wegenmet gemiddeld 10.000 tot 15.000 motorvoertuigen per etmaal. Voor rijkswegstations inhet buitengebied (zijnde niet de drukke doorgaande rijkswegen als bijvoorbeeld de A16)wordt gerekend met 600.000 liter per opstelplaats (inclusief diesel vrachtverkeer). Voortangent stations aan minder drukke wegen (zoals bijvoorbeeld de Molenweg) wordtgerekend met maximaal 500.000 liter per opstelplaats.De gemiddelde doorzet per opstelplaats voor een bepaald type tankstation isgrotendeels gebaseerd op cijfers uit de Toolbox ‘benzinemarkt’ van het Ministerie vanEconomische Zaken en doorzetcijfers van “Tankstations in cijfers”, een uitgave vanBovag BBT. De cijfers uit de Toolbox zijn echter vertaald naar de lokale situatie en waarnodig aangepast, teneinde een zo reëel mogelijk beeld van de onderzochte markt teverkrijgen.Tabel 4 geeft een overzicht van de gemiddelde doorzet van de tanklocaties in hetonderzochte primaire verzorgingsgebied, op basis waarvan de omzetclaim uit hetprimaire verzorgingsgebied Fijnaart berekend kan worden.Bureau Star Line - Middelharnis 11DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Let wel, het gaat hier dus niet om daadwerkelijke doorzetcijfers, maar om de doorzet dieop basis van modelberekening door zowel de Toolbox als Experian Catalist verstrekt is.De daadwerkelijk gerealiseerde doorzet op de tankstations kan en zal hiervan afwijken.Gezien de unieke (bijna monopolie) positie van Texaco Fijnaart zal de jaarlijkse doorzetmotorbrandstoffen naar verwachting op deze locatie hoger liggen. In tabel 4 is in detotaalberekening voor het verzorgingsgebied Fijnaart 20% genomen van hetdoorzetvolume van Total langs de A59. Het overige volume bij Total (80%) isverondersteld afkomstig uit de wijde regio, doorgaand verkeer en verkeer van en naarIndustrieterrein <strong>Moerdijk</strong>. Voor de toekomstige tanklocatie aan de Molenweg is eengemiddelde indicatie gegeven, waarbij de gemiddelde doorzet per opstelplaats wat lagerligt dan het gemiddelde voor een tangent station (600.000 liter) omdat hetverkeersaanbod ter plaatse beduidend lager is dan bij een gemiddeld tangent stationmet een verkeersaanbod tussen de 10.000 en 15.000 motorvoertuigen per etmaal.Omdat de nieuwe locatie Molenweg tevens een groot buitengebied bereikt door haarligging aan een provinciale (regionale) weg, wordt op de locatie Molenweg uitgegaanvan 80% volume-aandeel binnen het primaire verzorgingsgebied Fijnaart en 20%volume afkomstig van buiten het primaire verzorgingsgebied (met name het gebied tenzuiden van de locatie Molenweg). De gemiddelde doorzet bij Texaco wordt gezien deomvang van het tankstation met aanvullende services op 400.000 liter per opstelplaatsingeschaald.Omzetclaim primair verzorgingsgebied FijnaartTankstation Gem. door- aantal Volume Volume % uit Omzetzetopstel- opstel- potentieel door verz. claimplaats plaatsen locatie* Catalist gebied1. Texaco 400.000 4 1.600.000 1.300.000 100 % 1.600.0002. Total A59 600.000 7 4.200.000 4.200.000 20 % 840.0003. Nieuw Molenwg 500.000 ± 4 2.000.000 niet bekend 80 % 1.600.000Totaal Omzetclaim primair verzorgingsgebied Fijnaart* Volumepotentieel op basis van berekening ToolboxTabel 4 Gemiddelde doorzet aanbodzijde direct verzorgingsgebied Fijnaart4.040.000 ltrIn tabel 4 is naast de berekening van het volume motorbrandstoffen op jaarbasis pertanklocatie -dat gebaseerd is op de methode van de Toolbox-, tevens een berekeningter toetsing opgenomen op basis van geschatte volumecijfers afkomstig van ExperianCatalist. Experian Catalist is één van de grootste data leveranciers in Nederland op hetgebied van tankstationgegevens. De volumes zijn na modelberekening bij ExperianCatalist tot stand gekomen. Daarbij is niet alleen gekeken naar het aantalopstelplaatsen en de ligging, maar ook onder meer naar: ligging ten opzichte van deconcurrentie, merkkracht, aanwezigheid shop, carwash, LPG, Truck Diesel,openingstijden en type tankstation (bemand / onbemand, prijsmerk, full service endergelijke).Op basis van de modelberekeningen bedraagt de omzetclaim binnen het primaireverzorgingsgebied Fijnaart circa 4,1 miljoen liter (inclusief het nieuw te ontwikkelentankstation aan de Molenweg). Beide modelberekeningen (Toolbox en CatalistExperian) komen praktisch gelijk uit.Bureau Star Line - Middelharnis 12DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


3. RUIMTELIJKE ONTWIKKELINGEN EN DEMOGRAFISCHE GEGEVENSHet primaire verzorgingsgebied van de onderzoekslocatie ligt in de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>.3.1 Uitwerkingsplan LR <strong>Moerdijk</strong> e.o. (2004)De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> valt onder de Landelijke Regio <strong>Moerdijk</strong> e.o. (LR <strong>Moerdijk</strong>). Dekernen in het gebied worden van elkaar gescheiden door massieve open ruimten. Desterke identiteit van dit Brabantse landschap vormt het vertrekpunt voor de stedelijkeontwikkelingen in de regio. Behoud van leefbare kernen is van belang voor dezeuitgestrekte regio. Daarom worden nieuwe woonlocaties merendeels compact engeconcentreerd gerealiseerd binnen bestaand stedelijk gebied. Tevens is voor elke kerntransformatieruimte beschikbaar. Woningbouw kan daar worden gerealiseerdaansluitend aan het bestaand stedelijk gebied in een compacte vorm. Om eenevenwichtige sociaal-economische ontwikkeling te garanderen wordt het werkengeconcentreerd in het westen, midden en oosten van de regio. Nieuwe werklocatiesworden voornamelijk gevonden aansluitend op grotere bestaande bedrijventerreinenwaarop herstructurering aan de orde is.Het Streekplan van de Provincie Noord-Brabant gaat in op de verdeling van hetprogramma voor woningbouw. In de landelijke regio's geldt als uitgangspunt `bouwenvoor migratiesaldo-nul'. Dit houdt in dat wordt gebouwd voor de natuurlijkebevolkingsgroei, ofwel de groei die optreedt als het saldo van alle verhuisbewegingen opnul wordt gesteld.De <strong>gemeente</strong>n in de LR <strong>Moerdijk</strong> e.o. hebben een stagnerende bevolkingsontwikkeling.De leeftijdsopbouw vertoont grote overeenkomsten met die van Noord-Brabant enNederland, waarbij er voor de toekomst sprake is van vergrijzing; het aandeel 0-14jarigen en 25-34 jarigen neemt af, terwijl de groepen 55+ en 65+ fors toenemen.Voor de komende jaren wordt een verdere daling van de woningbezetting verwacht, ditconform de landelijke trend. De huishoudensamenstelling gaat veranderen, waardoormet name woningen voor kleinere huishoudens nodig zijn (starters en ouderen), terwijlde vraag naar woningen voor gezinnen afneemt.Het programma wonen in het Uitwerkingsplan LR <strong>Moerdijk</strong> bevat 1.160 woningen in deperiode 2002-2015: 450 tot 2005, 365 in de periode 2005-2010 en 345 in de periode2010-2015. Daarnaast bestaat er een compensatieregeling voor wonen in relatie tot hetbedrijventerrein <strong>Moerdijk</strong>. Deze regeling omvat 50 woningen per jaar. Op basis van deverrichte inventarisaties streeft de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> er naar om tenminste 60% van deuit de prognose te bouwen reguliere woningen op binnenstedelijke locaties te realiseren.3.2 Gemeente <strong>Moerdijk</strong>De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> ligt in het meest noordwestelijke deel van de regio Breda enwordt grotendeels omsloten door water: Hollandsch Diep, Volkerak en rivier de Mark.Aan de oostzijde wordt de <strong>gemeente</strong> begrensd door de rijksweg A16 en de<strong>gemeente</strong>grens met Drimmelen. Het aantal inwoners binnen de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> istot 2008 redelijk stabiel gebleven tot 36.724 in 2008, en zal volgens de bevolkings- enwoningbehoefteprognose Noord-Brabant de komende jaren geleidelijk afnemen tot36.605 inwoners in 2013, 35.985 inwoners in 2018 en 35.100 inwoners in 2023. Hetaantal woningen daarentegen zal wel toenemen van 15.243 in 2008 naar 15.795 in2013, 16.165 in 2018 en 16.385 in 2023.Bureau Star Line - Middelharnis 13DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> wordt, naast door een groot buitengebied, gekenmerkt door devele dorpen. De elf kernen binnen de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> zijn: Fijnaart, Heijningen,Helwijk, Klundert, Langeweg, <strong>Moerdijk</strong>, Noordhoek, Standdaarbuiten, Willemstad,Zevenbergen en Zevenbergschen Hoek. Het voorzieningenniveau in deze kernen staatsterk onder druk; dit heeft gevolgen voor de leefbaarheid. De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> wil deontwikkelingen in de dorpen goed volgen en tijdig maatregelen treffen om deleefbaarheid te behouden en waar mogelijk te vergroten.De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> is ontstaan uit een fusie van vijf <strong>gemeente</strong>n, namelijkZevenbergen, Fijnaart en Heijningen, Klundert, Standdaarbuiten en Willemstad. Sinds1997 vormen deze vijf hoofdkernen samen met zes kleinere dorpen de <strong>gemeente</strong><strong>Moerdijk</strong>. De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> bestaat uit elf relatief opzichzelfstaande kernen meteen eigen identiteit. In het leven van de inwoners van <strong>Moerdijk</strong> neemt de leefbaarheid inhun dorp of stad dan ook een belangrijke plaats in.De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> wordt, naast door een groot buitengebied, gekenmerkt door deaanwezigheid van vele dorpen. Het voorzieningenniveau in deze kernen staat door talvan ontwikkelingen sterk onder druk en dit heeft gevolgen voor de leefbaarheid. De<strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> wil de ontwikkelingen in de dorpen nadrukkelijk volgen en waarnodig tijdig maatregelen treffen om nadelige gevolgen voor de leefbaarheid aan tekunnen pakken. Om die reden is eind 2003 gestart met het project ‘Dorpsplannen’.Voor alle elf kernen zijn deze stads-/dorpsplannen opgesteld. Een dorpsplan is als hetware de agenda voor de toekomst van die kern, waarbij het thema leefbaarheid centraalstaat. Het is nadrukkelijk een plan van de bewoners samen met de <strong>gemeente</strong> en hetcentrale motto is dan ook "Werken aan leefbaarheid doe je samen".De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> heeft diverse onderzoeken, beleidsnota’s en visies vastgestelddie van invloed zijn op de situatie en mogelijkheden van Fijnaart. De <strong>gemeente</strong> heeftdeze documenten ‘kaderstellend’ genoemd voor het opstellen van de dorpsplannen.Behalve het kiezen van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van de <strong>gemeente</strong>, is deleefbaarheid in de kernen één van de centrale thema’s in de Structuurvisie Plus. Dit uitzich in de volgende strategieën:- het aanbieden van woningen afgestemd op de kwalitatieve vraag vanuit dekernen;- een mobiliteitsplan afgestemd op de beschikbaarheid en bereikbaarheid vanvoorzieningen;- het bevorderen van recreatie en toerisme.Uitbreiden vindt pas in de laatste instantie plaats. Inbreiden heeft veruit de voorkeur omde ruimte zo efficiënt mogelijk te (her)gebruiken.3.2.1 Kerncijfers Fijnaart & Dorpsplan Fijnaart (2006)Fijnaart is één van de grotere kernen in de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> en draagt in deRegionale Visie de A-status, ofwel “wijken en kernen met alle voorzieningen op hetgebied van wonen, zorg en welzijn”. In 2008 bedroeg het inwonertal volgens CBSGemeente op Maat 5.430. Het aantal woningen bedroeg in 2008 2.360 (bron <strong>gemeente</strong><strong>Moerdijk</strong>). Dit komt neer op gemiddeld 2,3 inwoners per woning. Het aantalgeregistreerde personenwagens in Fijnaart bedroeg in 2008 2.625.Bureau Star Line - Middelharnis 14DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Op basis van 2.360 woningen komt dat neer op gemiddeld 1,11 personenwagens perwoning. Daarvan bestond volgens de laatst beschikbare verdeling van het CBS in 2002,80,9% uit benzinewagens, 15,4% uit dieselwagens en 3,7% uit LPG-wagens. Het aantalgeregistreerde bedrijfswagens in Fijnaart bedroeg in 2008 370. Daarvan bestondvolgens de laatst beschikbare verdeling van het CBS in 2002, 67,3% uit bestelauto’s,8,1% uit vrachtauto’s, 29 autobussen en de rest, 24,6%, uit overige bedrijfswagens.Van alle kernen van <strong>Moerdijk</strong> kende Fijnaart in 2005 het hoogste percentage aan 65-plussers, namelijk 16,5%. Voor de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> als geheel was dit 13,1%. Metname de groep van 19 tot 24 jaar is ondervertegenwoordigd in Fijnaart (13% tegen16,9% voor de <strong>gemeente</strong>). Fijnaart kenmerkt zich door een relatief sterke(re) vergrijzingdie gepaard gaat met een relatief sterke(re) ontgroening.Volgens de bewoners van Fijnaart is Fijnaart een woondorp met veel groen, waar rusten ruimte nog voorhanden zijn. Het dorp kent een rijk verenigingsleven. Fijnaart is eenforenzendorp; veel mensen werken buiten het dorp en zelfs buiten de <strong>gemeente</strong>.Daarnaast kent het dorp relatief veel bedrijvigheid. Het gaat hier om veel kleinerebedrijfjes. De toeristische potentie van Fijnaart beperkt zich tot een museum en fortSabina. Verder kent het dorp relatief veel voorzieningen waar ook mensen van buitenhet dorp gebruik van maken.Fijnaart is één van de drie kernen binnen de <strong>gemeente</strong> met een grote(re)woningbouwopgave. Het dorp zal de aankomende jaren een stevige groei gaandoormaken. Het dorp heeft mede door deze groei en het potentiële achterland goedepotenties om het westelijke verzorgingsgebied nog beter te kunnen bedienen. Hetgebrek aan uitstraling van het dorp en het winkelgebied vormen hierbij echter wel éénvan de beletsels om deze rol echt goed te kunnen vervullen. Daarnaast is ook hetwegennet onvoldoende toegesneden om deze rol goed te kunnen vervullen.3.2.2 Gemeentelijk beleidskader FijnaartVoor de ruimtelijke ontwikkeling van Fijnaart wordt het volgende voorgesteld in deStructuurvisie Plus (1999): “De mogelijkheden voor de ruimtelijke ontwikkeling vanFijnaart zijn afgestemd op een blijvende status van verzorgende kern in het westelijkbuitengebied van <strong>Moerdijk</strong>. Langs de Voorstraat en Wilhelminastraat draagt concentratievan voorzieningen bij aan een krachtig centrum. Binnen de bebouwde kom kan destructuur van het dorp worden versterkt; daarvoor is de Wilhelminastraat-Langeweg debelangrijke drager. Met een verbeterde structuur van Fijnaart is in de ruimte tussen deEerste Kruisweg en de Kadedijk de vestiging van nieuwe stedelijke functies afweegbaar;wonen en aan de landbouw verbonden bedrijvigheid.” In de Structuurvisie Plus FijnaartPartiële <strong>herziening</strong> (2000) is echter de toekomstige uitbreidingsrichting van Fijnaart‘omgeklapt’ van de oostzijde naar de westzijde van het dorp. Het gebied aan dewestzijde is hierbij aangeduid als “afweegbaar stedelijk gebied”. De ontwikkeling aan dewestzijde sluit aan bij de geplande ontwikkeling van woningbouw op de locatie van devoormalige voetbalvelden (inmiddels voltooid in 2009). Het gebied aan de westzijde isaangeduid als Plan West en vormt daarmee een potentiële uitbreidingslocatie (transformatieruimte)voor circa 250 woningen, waarvan de uitvoering gepland staat na 2015.Bureau Star Line - Middelharnis 15DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Visie WoningbouwIn de Structuurvisie Plus heeft de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> een indicatieve verdeling van hetcontigent woningbouw bepaald. 85% van het contigent is toegewezen aan de driegrotere kernen, Zevenbergen, Fijnaart en Klundert. Hiervan is 20% toegewezen aanFijnaart. Dit betekent dat er de aankomende jaren (sinds 2005) fors gebouwd wordt inFijnaart.Dat wordt nog eens versterkt door de achterstand die bestaat ten aanzien van debestaande bouwprogramma’s. Vanaf 2006 tot 2010 zullen er gemiddeld 25 woningenper jaar opgeleverd worden. De visie woningbouw noemt voor de kern Fijnaart eenaantal locaties waar uitbreiding/herstructurering c.q. inbreiding mogelijk is. De meestehiervan zijn reeds in ontwikkeling.Voor 2010 zijn de volgende bouwplannen in Fijnaart voorzien:- Bandenmarkt (Greenery): circa 100 woningen, oplevering voor 2010 gepland;- Voorstraat: circa 11 woningen, oplevering voor 2010 gepland;- Wilhelminastraat: circa 8 woningen, oplevering voor 2010 gepland.Potentiële inbreidingslocaties voor de periode 2010-2015 zijn:- Boomgaardstraat (ZNS): circa 45 woningen, planning 2010 – 2015- Pr. Bernhardstraat (Kruisgebied): circa 12 woningen, planning 2010 - 2015.Potentiële uitbreidingslocaties voor de periode na 2015 zijn:- Plan West: circa 250 woningen, planning na 2015-Voor het toekomstige woningbouwprogramma zijn de volgende doelstellingengeformuleerd:- Gedoseerd bouwen;- Gevarieerd en betaalbaar bouwen;- Behoud van het buitengebied als groen woongebied.3.2.3 BedrijventerreinenBinnen <strong>Moerdijk</strong> zijn er diverse bedrijventerreinen. Behalve de grotere en bijzondereterreinen <strong>Moerdijk</strong> en Dinteloord zijn er in de <strong>gemeente</strong> vijftien lokale bedrijventerreinen.Hiervan is er één gesitueerd in Fijnaart, namelijk aan de Eerste Kruisweg waar tevenshet Texaco tankstation (ad 1) gevestigd is.De provincie Noord-Brabant streeft er naar dat in de landelijke regio’s alleen bedrijvenworden gevestigd die daarin qua aard, schaal en functie als passend kunnen wordenbeschouwd. Bedrijven die niet langer passen in de landelijke regio (kavel > 5.000 m²)worden verplaatst naar een stedelijke regio, naar bovenregionaal bedrijventerrein<strong>Moerdijk</strong> en – in de toekomst – <strong>Moerdijk</strong>se Hoek of naar een regionaal bedrijventerrein.Fijnaart heeft redelijk veel bedrijvigheid; in 2006 waren er in de kern Fijnaart 225bedrijven gevestigd. Bij deze bedrijven waren 785 personen werkzaam. Desondankswordt Fijnaart toch gekenschetst als een forenzendorp. Slechts 7% van de inwonerswerkt daadwerkelijk in het dorp. Het overgrote deel van de werkzame mensen uitFijnaart is dus buiten het eigen dorp en zelfs buiten de <strong>gemeente</strong> werkzaam.Bureau Star Line - Middelharnis 16DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


3.3 Verkeer en infrastructuur onderzoekslocatieDe onderzoekslocatie ligt nabij de ontsluiting van Fijnaart op de rijksweg A59 bij afrit 24“Fijnaart”. Aan de zuidzijde van de afrit 24 “Fijnaart” splitst de A59 zich in de Parallelweg(richting kern Fijnaart) en de Oudemolensedijk (richting buitengebied via de N628). DeOudemolensedijk telde in 2005 gemiddeld 4.303 motorvoertuigen per etmaal, waarvaner 3.516 werden geteld tussen 07:00 en 19:00 uur. Daarbij dient opgemerkt te wordendat deze telling in juli 2005 heeft plaatsgevonden. Aangenomen wordt dat hetjaargemiddelde hoger uitkomt, omdat juli doorgaans de vakantieperiode betreft en deintensiteiten daardoor lager uitvallen.Uit navraag bij de <strong>gemeente</strong> blijkt dat in juli 2005 de laatste verkeerstellingen zijngehouden. Eerdere tellingen op de Oudemolensedijk ter hoogte van de Aldi en hetkoopcentrum hebben plaatsgevonden in juni/juli 2003 en september 2000. In 2003 teldede Oudemolensedijk 4.008 motorvoertuigen per gemiddelde weekdag en in 2000 warendat 4.623 motorvoertuigen per gemiddelde weekdag. Omdat de tellingen hebbenplaatsgevonden in verschillende tijdvakken over de verschillende jaren, kan geenabsolute uitspraak gedaan worden over het jaargemiddelde per weekdag op deOudemolensedijk. Het is echter aannemelijk te veronderstellen dat het jaargemiddeldeper weekdag tussen de 4.000 en 4.500 motorvoertuigen ligt. In het haalbaarheidsonderzoekvoor de onderzoekslocatie kan daarmee volstaan worden.Met de geplande bouwontwikkelingen, zoals hierboven omschreven, zal naarverwachting ook de verkeersintensiteit op de Oudemolensedijk toenemen. Zekerwanneer op lange termijn (na 2015) Plan West gerealiseerd zou worden.ToekomstprognosesDe gehanteerde verkeersprognoses (planjaar 2020) zijn afkomstig uit het RegionaalVerkeersmodel GGA Breda. Tabel 5 geeft een overzicht van de verkeersintensiteiten uithet basisjaar 2006 (en 2005) en de verkeersprognoses voor het planjaar 2020.Verkeersintensiteiten en –prognoses onderzoekslocatie 2006-2020Nr. Wegvak VI 2006* VI 2020*1 A59: ten oosten van afrit 24 “Fijnaart” rijrichting A17 13.330 20.5282 A59: ten oosten van afrit 24 “Fijnaart” rijrichting A29 13.656 19.8143 A59: ten westen van afrit 24 “Fijnaart” rijrichting A17 13.490 20.9924 A59: ten westen van afrit 24 “Fijnaart” rijrichting A29 13.260 19.8785 Oudemolensedijk t.h.v. onderzoekslocatie 4.250** 6.6466 Op- en afrit A59 “Fijnaart” zuidzijde 5.664 7.142* VI = Verkeersintensiteit Basisjaar 2005/2006 + verkeersprognose planjaar 2020** Inschatting op basis van verkeerstellingen 2005 <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>Tabel 5 Verkeersintensiteiten & - prognoses onderzoekslocatie 2005-2020Bron: Verkeersmodel GGA Breda & <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>Tabel 5 laat zien dat het verkeersaanbod rondom de onderzoekslocatie de komendejaren behoorlijk toe zal nemen. Met name het verkeer op de rijksweg A59 rondom deafrit “Fijnaart” zal naar verwachting fors toenemen. Mogelijk ligt een belangrijke oorzaakdaarvan in de doortrekking van de A29 richting Bergen op Zoom (A29/A4), alsmede deverdere ontwikkeling van het <strong>Moerdijk</strong>gebied (project <strong>Moerdijk</strong> Meer Mogelijk).Bureau Star Line - Middelharnis 17DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Verder valt in tabel 5 op dat het verkeer op de Rijksweg A59 een behoorlijk constantestroom betreft met een licht sterkere verkeersstroom in de rijrichting van de A17. Ookhet verkeer aan beide zijden van de afrit “Fijnaart” (ten oosten en ten westen) isbehoorlijk gelijkmatig verdeeld (totaal gemiddeld 26.986 motorvoertuigen per etmaal in2006 ten oosten van de afrit “Fijnaart” en gemiddeld 26.750 motorvoertuigen per etmaalin 2006 ten westen van de afrit “Fijnaart”. Verder valt op dat een relatief groot deel vanhet verkeer op de op- en afrit “Fijnaart” via de Oudemolensedijk haar weg vervolgt envice versa.Bureau Star Line - Middelharnis 18DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


4. VOLUMEPOTENTIEEL MOTORBRANDSTOFFENTeneinde te kunnen beoordelen hoe groot de vraag naar motorbrandstoffen in zowel hetprimaire verzorgingsgebied Fijnaart als op de onderzoekslocatie is, is een onderscheidgemaakt naar verschillende doelgroepen:1. Doelgroep direct verzorgingsgebied Fijnaart2. Doelgroep bezoekers Aldi/Koopcentrum3. Doelgroep rijksweg A594.1 Volumepotentieel primair verzorgingsgebied FijnaartHet actueel aanwezige volumepotentieel motorbrandstoffen binnen het primaireverzorgingsgebied Fijnaart is berekend op basis van de beschikbare demografischegegevens uit CBS Gemeente op Maat, waarin zijn opgenomen de wijken/kernenFijnaart, Oudemolen, Nieuwemolen met Driehoek, verspreide huizen Fijnaart enverspreide huizen Heijningen (zie tabel 6)De herkomst van de cijfers die gehanteerd zijn voor de berekening van hetvolumepotentieel, zijn:• ‘Binnenlandse afzet motorbrandstoffen’, bron: Bovag BBT en CBS“<strong>gemeente</strong> op maat 2008 & 2002”. Hoewel het verbruik voor iedere autoverschillend is, waardoor deze variabele moeilijk in te schatten is, kan opbasis van afzetcijfers en verdeling van het wagenpark bij benadering en opbasis van gemiddelden een inschatting van het gemiddelde verbruik per typewagen (benzine, diesel en LPG) gemaakt worden;• ‘Gemiddeld jaarkilometrage’, bron Bovag BBT en CBS. In de onderverdelingvan het personenwagenpark naar benzine-, diesel- en LPG-wagens is percategorie gerekend met het gemiddeld aantal gereden kilometers per jaar;• ‘Verdeling motorbrandstoffen consumentenmarkt’, bron: Bovag BBT en CBS2008. Doordat het verbruik van benzinewagens anders is dan het verbruikvan diesel- en LPG-wagens, is het van belang deze verdeling toe te passenin de volumepotentieelberekening. De verdeling personenwagens naar typemotorbrandstoffen is tot op <strong>gemeente</strong>niveau te traceren, doch dateertweliswaar van 2002;• ‘Verdeling bedrijfswagenpark licht en zwaar vrachtverkeer CBS 2002toegepast op totaal aantal bedrijfswagens binnen <strong>gemeente</strong> CBS 2008. Deverdeling is toegepast omdat het verbruik vrachtwagens en het gemiddeldaantal getankte liters per tankbeurt van een vrachtwagen fors verschilt vankleine(re) bedrijfswagens. Bovendien is de vrachtwagenmarkt veelal eenaparte markt die los gezien dient te worden van de particuliere tankstations.Vrachtliters worden op de thuisbasis praktisch altijd getankt bij home baseinstallaties en/of onbemande dieselpompen op bedrijventerreinen.Ten behoeve van de volumepotentieelberekening van het primaire verzorgingsgebiedFijnaart, zoals omschreven in hoofdstuk 2, is gebruik gemaakt van de basisgegevensvan het CBS (meetjaar 2008). De demografische gegevens zijn in tabel 6 samengevat.Bureau Star Line - Middelharnis 19DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Wijk / buurt 2008 Aantal Aantal Aantal AantalVerzorgingsgebied CBS inwoners woningen personen bedrijfs-Wagens wagensFijnaart 4.530 1.940 2.125 205Oudemolen 210 90 120 40Nieuwemolen met Driehoek 150 60 95 25Verspreide huizen Fijnaart 410 150 235 80Verspreide huizen Heijningen 420 170 275 130Totaal verzorgingsgebied 2008 5.720 2.410 2.850 480Incl. verwachte groei tot 2015* 6.122 2.586 3.040 480**Incl. verwachte groei na 2015 6.698 2.836 3.317 480*** op basis van woningbouwplanning en bij gelijkblijvende woningbezetting en autobezit** op basis van gelijkblijvend bedrijfswagenaantalTabel 6 Inputgegevens verzorgingsgebied Fijnaart basisjaar 2008 Bron: CBS Gemeente op Maat 2008Gebaseerd op de geplande ontwikkelingen in het Dorpsplan Fijnaart en de Woonvisie,zal het woningenaantal in het verzorgingsgebied Fijnaart tussen 2010 en 2015 met circa176 woningen (gemeten vanaf 2008) groeien tot circa 2.586 woningen en na 2015 metnog eens 250 woningen (Plan West) tot circa 2.836 woningen. Daarbij is in tabel 6uitgegaan van een gelijk inwoneraantal per huishouden en een gelijk aantal auto’s perhuishouden als in 2008. Wel dient opgemerkt te worden dat de inmiddels realiseerdewoningen in 2009 net buiten de tellingen vallen, waardoor de prognoses op basis vangemiddeld 25 woningen per jaar dus iets hoger uit zullen vallen. Het betreft hier echterdermate kleine verschillen dat deze nauwelijks van invloed zullen zijn op devolumepotentieel-berekening.Wanneer de bevolkingscijfers inclusief het aantal motorvoertuigen in tabel 6 wordendoorberekend naar het volumepotentieel motorbrandstoffen voor het primaireverzorgingsgebied, komt Bureau Star Line voor het basisjaar 2008 uit op een brutovolumepotentieel van circa 4,3 miljoen liter motorbrandstof. Daarin is circa 1,5 miljoenliter diesel opgenomen voor bedrijfswagens, waarbij gerekend is met 8,1% aandeelbedrijfswagens van het totaal aantal aanwezige bedrijfswagens in de <strong>gemeente</strong><strong>Moerdijk</strong> (2008). Tot het jaar 2015 neemt het bruto volumepotentieel toe tot circa 4,5miljoen liter per jaar als gevolg van de realisatie van nieuwbouwwoningen. Na 2015 zalmet de realisatie van Plan West het volumepotentieel doorgroeien naar circa 4,8 miljoenliter per jaar.Tabel 7 geeft een overzicht van het aanwezige bruto volumepotentieel motorbrandstoffenper productsoort en per doelgroep binnen het primaire verzorgingsgebiedFijnaart. In de periode 2008 – 2020 zal de particuliere vraag naar motorbrandstoffenbinnen het primaire verzorgingsgebied Fijnaart naar verwachting geleidelijk aan tot circa500.000 liter per jaar toenemen.Bureau Star Line - Middelharnis 20DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Bruto volumepotentieel motorbrandstoffen 2008 - 2015Verzorgingsgebied Fijnaart2008 2015 2020Benzines 1.879.444 2.004.740 2.187.409Diesel pers.wagens 676.867 721.991 787.778LPG 246.143 262.553 286.476--------------- + --------------- + -------------- +Totaal pers.wagens 2.802.454 2.989.284 3.261.663Diesel kleine bedrijfswagens 862.611 862.611* 862.611*Diesel vrachtwagens 691.200 691.200* 691.200*--------------- + --------------- + --------------- +Totaal bedrijfswagens 1.553.811 1.553.811* 1.553.811*Totaal bruto volumepotentieel 4.356.265 liter 4.543.095 liter 4.815.474 liter*Volume bedrijfswagens op basis van cijfers 2008Tabel 7 Bruto volumepotentieel motorbrandstoffen verzorgingsgebied Fijnaart liters/jaarAfvloeiingspercentageDe afvloeiing motorbrandstoffen uit een gebied is van meerdere factoren afhankelijk. Tedenken valt aan de aanwezige functies binnen het gebied (wonen en/of werken,industrie en dergelijke), de prijsconcurrentie in en om het gebied en het wegenstelselrondom het gebied. Het Ministerie van Economische Zaken heeft enkele jaren geledeneen interactieve Toolbox ‘Benzinemarkt’ voor het provinciale en <strong>gemeente</strong>lijke wegennetopgesteld. Deze Toolbox is bedoeld om belanghebbenden in de provinciale en de<strong>gemeente</strong>lijke benzinemarkt (vooral overheid, zittende en toetredende ondernemers)inzicht te verschaffen in alle aspecten van het benzinebeleid. Hoewel Bureau Star Linevan mening is dat de berekeningsmethoden in de Toolbox sterk veralgemeniseerd zijn,waardoor essentiële aspecten in de lokale benzinemarkten onderbelicht blijven, maaktBureau Star Line wel gebruik van onder meer de gehanteerde afvloeiingspercentages inde Toolbox. Dit daar het feitelijke afvloeiingspercentage per gebied praktischonmeetbaar is. Daarbij dient nadrukkelijk opgemerkt te worden dat het ook hier slechtsveralgemeniseerde indicaties van afvloeiingen betreft.Hoewel er meerdere grote snelwegen (de A59, A17 en A29) in het bereik van hetonderzochte verzorgingsgebied gelegen zijn, welke er doorgaans voor zorgen dat hetafvloeiingspercentage hoger ligt (circa 35% bij aanwezigheid van 1 snelweg en circa40% bij aanwezigheid van twee of meer snelwegen) dan in een gebied zonder nabijheidvan grote snelwegen, wordt in dit spreidingsplan voor Fijnaart uitgegaan van eenafvloeiingspercentage van 35%. De ligging van Fijnaart in landelijk gebied met relatiefgrote afstanden tot de stedelijke gebieden, maakt dat veel automobilisten in Fijnaart zijnaangewezen op de lokale tankstations (inclusief Total A59).Tabel 8 geeft een overzicht van het netto aanwezige volumepotentieel motorbrandstoffenbinnen het onderzochte verzorgingsgebied Fijnaart in geval van eenafvloeiingspercentage van 35%.Bureau Star Line - Middelharnis 21DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Netto aanwezig volumepotentieel verzorgingsgebied FijnaartNetto volumepotentieel motorbrandstoffen verzorgingsgebied Fijnaart 2008 – 2020*exclusief toevloeiing liters naar bv. Koopcentrum / Aldi2008 2015 2020Totaal bruto volumepotentieel 4.356.265 4.543.095 4.815.474Afvloeiing 35% 1.524.693 1.590.083 1.685.416--------------- -/- -------------- -/- ------------- -/-Totaal netto volumepotentieel 2.831.572 liter 2.953.012 liter 3.130.058 liter* op basis van woningbouwopgave tot 2020Tabel 8 Netto Volumepotentieel motorbrandstoffen verzorgingsgebied Fijnaart inclusief afvloeiing liters/jaarNaar verwachting is de feitelijke afvloeiing in de praktijk fors lager omdat de Toolboxrekening houdt met afvloeiing naar rijkswegstations, echter de dichtstbijzijnderijksweglocatie is in de berekening van het primair verzorgingsgebied reeds opgenomen.4.2 Doelgroep bezoekers Aldi / Koopcentrum FijnaartOm een indruk te krijgen van het bezoekersprofiel van Aldi Fijnaart wordt ten eerste eensamenvatting gegeven van Aldi en het discountsegment in de supermarktwereldwaarbinnen Aldi valt.4.2.1 Discountsegment supermarkten NederlandAldi weet, net als Lidl, steeds meer huishoudens aan zich te binden. Lidl heeft van alleNederlandse supermarkten in 2002 relatief de meeste nieuwe gezichten zienbinnenkomen. Het fundament onder beide discounters is goed. Uit de cijfers blijkt datLidl en Aldi een miljoenenpubliek aan zich weten te binden. Aldi, sinds 1976 aan de slagmet de Nederlandse consument, trekt bijna vier miljoen huishoudens naar zijn winkels.Daarmee is Aldi, na Albert Heijn, de grootste klantentrekker van Nederland.Zowel bij Aldi als Lidl zit de groei er volgens beide supermarktketens nog steeds in,hoewel recent het marktaandeel van zowel Aldi als Lidl licht gedaald is. Lidl zag zijnmarktaandeel met 0,3 procent dalen, tot 3,8 procent. Aldi raakte 0,2 procent kwijt enkwam uit op een marktaandeel van 9,5 procent. De Duitse harddiscounters Aldi en Lidlverloren in 2005 in Nederland voor het eerst sinds jaren marktaandeel. De cijfers zijnafkomstig van marktonderzoeksbureau ACNielsen. De uitslag rijmt niet met het beelddat bij de twee ketens bestaat: Aldi en Lidl hebben de afgelopen jaren immersvoortdurend marktaandeel gewonnen en hun winkelnet uitgebreid. Lidl telt in Nederlandop dit moment meer dan tweehonderd vestigingen en Aldi is de 400-grens inmiddelsgepasseerd. Deskundigen denken dat de gevolgen van de prijzenoorlog in desupermarkten de belangrijkste reden is voor de krimp in het harddiscountmarktaandeel.Prijssupermarkten zien hun populariteit toenemen. Vooral van de prijsgeoriënteerdesupermarkten zijn de klantenkringen gegroeid. Ook het groeiend aantal zwevendekopers speelt in de kaart van de prijsvechters. Zeker ook omdat Aldi – en in minderemate Lidl - met nonfoodaanbiedingen groepen klanten naar de winkel weet te trekken.Bureau Star Line - Middelharnis 22DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


In 2002 bezocht 55% van alle Nederlandse huishoudens een keer de Aldi, tegenover28,8% de Lidl. De bezoekfrequentie op jaarbasis van die huishoudens lag bij Aldi op19,9 keer en bij Lidl op 11,6 keer. Het gemiddeld bedrag dat per bezoek besteed wordt,lag bij Aldi op € 21,36 en bij Lidl op € 18,06. Aldi kende in 2002 een klantentrouw van15,2% tegenover 7,2% bij Lidl. Hoewel Lidl dus sterker groeit in de markt, heeft Aldi opgebied van zowel marktpenetratie als bezoekfrequentie, besteedbaar bedrag perbezoek en klantentrouw, een aanmerkelijk hogere score dan Lidl.Aldi gaat uit van een gemiddeld benodigde winkelruimte tussen de 800 en 1.200 m². Aldirekent doorgaans met een verzorgingsgebied van minimaal 15.000 inwoners om eenfiliaal te kunnen openen. Volgens Joop Holla van onderzoeksbureau GfK Panelserviceskopen consumenten gemiddeld 15,2% van hun boodschappen bij Aldi.Aldi en Lidl zijn sterk gericht op huishoudens met kinderen. Aldi haalt 51,5 procent enLidl zelfs 55,7 procent van zijn omzet bij huishoudens met kinderen. De meesteboodschappen worden bij deze discounters door de week gekocht; in het weekend gaanklanten vaak naar duurdere supermarkten.4.2.2 Recente cijfers tankgedrag in relatie tot bezoek supermarkten in hetprijssegmentDoor het Koopcentrum en de heer Sweere zijn gedurende heel 2005 op deonderzoekslocatie tellingen verricht naar het aantal bezoekers dat met de auto komt.Het aantal bezoekers per auto dat per week met de auto één van de winkels op deonderzoekslocatie bezoekt, ligt gemiddeld tussen de 7.000 en 7.500. De bezoekers vande Aldi en het Koopcentrum zijn afkomstig van: Fijnaart, Heijningen, Dinteloord, Oud-Gastel, Oudemolen, Willemstad, Helwijk, Klundert, Standdaarbuiten en verder nogverspreid over de Hoeksche Waard en Goeree-Overflakkee. Uit eerder onderzoek isgebleken dat circa 50% van de bezoekers afkomstig is uit het verzorgingsgebiedFijnaart, zoals dat omschreven is in het DPO van september 2006. Daarmee zoudenwekelijks gemiddeld tussen de 3.500 en 3.750 bezoekers per auto van buiten hetverzorgingsgebied naar de Aldi en het Koopcentrum rijden.Op een vergelijkbare locatie in Zuidwest Nederland (supermarkt in combinatie mettankstation, beide in prijsmerkensegment) is recentelijk een onderzoek door Grontmijgehouden, onder meer gericht op de herkomst van de klanten en de afname vanmotorbrandstof bij het pompstation.Gedurende de openstellingsuren van de desbetreffende supermarkt werd gedurendehet onderzoek 62,5% getankt van het totaal aantal getankte liters gedurende hetonderzoek. De verhouding getankte benzine en diesel bedroeg gedurende hetonderzoek 75:25. De gemiddelde tankbeurt gedurende het onderzoek bedroeg 35,2liter. Voor benzine was dit gemiddeld 31,9 liter en voor diesel bedroeg het gemiddelde45 liter per tankbeurt.Gerekend naar de herkomst van het tankende autoverkeer op basis van de uitkomstenvan het onderzoek van Grontmij, zou gedurende het onderzoek 72,7% van de tankendeautomobilisten afkomstig zijn van het doorgaande verkeer en 27,3% afkomstig vanbezoekers aan de desbetreffende supermarkt.Bureau Star Line - Middelharnis 23DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Op basis van deze onderzoekscijfers, verstrekt door de heer Sweere en bij Bureau StarLine eveneens bekend uit ander onderzoek in de regio, zou het volumepotentieel opbasis van bezoekers aan het Koopcentrum/Aldi in Fijnaart uitkomen op bijna 3,5 miljoenliter. De helft van de vraag is afkomstig van consumenten van buiten het primaireverzorgingsgebied Fijnaart, zijnde 1.750.000 liter per jaar.Product Bezoekers per week x 52 weken x gem. tankbeurt = volume/jaarBenzine (75%): 5.250 bezoekers x 52 weken x 27,3% tankende klanten x 31,9 liter/ tankbeurt= 2.377.475 literDiesel (25%): 1.750 bezoekers x 52 weken x 27,3% tankende klanten x 45 liter/ tankbeurt= 1.117.935 literTotaal 7000 bezoekers x 52 weken x 27,3% tankende klanten: 3.495.410 literTabel 8Volumepotentieel op basis van onderzoek aantal tankende bezoekers aan supermarkt in prijsmerksegment4.3 Doelgroep rijksweg A59Landelijk is een opkomst waarneembaar van tankstations die nabij de op- en afritten vanrijkswegen gevestigd zijn. Enerzijds om te kunnen concurreren met de doorgaans hogepompprijzen langs snelwegen (het betreft hier veelal onbemande pompen), anderzijdsdoor de strategische ligging in veelal een groot buitengebied (het betreft hier doorgaansbemande full service concepten).Om een indruk te krijgen van het tankgedrag bij tankstations nabij op- en afritten vansnelwegen, zijn in het aanvullende onderzoek enkele voorbeelden opgenomen.Foto 13 Firezone afrit 11 “Horst” RW A28 Foto 14 Tango afrit “Meerkerk” A27Onbemande prijspompOnbemande prijspompFoto 15 Esso afrit “Hoorn”” A7 Foto 16 Shell afrit “Kampen” N50Bemand full service tankstationBemand full service tankstationBureau Star Line - Middelharnis 24DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Foto 17 impressie Green Planet afrit “Pesse” A28 Foto 18 Fieten Olie afrit “Beilen” A28Toekomstig multi-fuel tankstationOnbemande prijspompErvaring in recente onderzoeken van Bureau Star Line leert dat bovenstaande envergelijkbare locaties in staat zijn een hoge tot zeer hoge doorzet volumemotorbrandstoffen te realiseren, ongeacht de exploitatievorm. Dit hangt samen met degoede bereikbaarheid vanaf de snelweg en het achterliggende wegennet enerzijds endoorgaans de perceptie dat ‘tanken van de snelweg af’ goedkoper is dan bijrijkswegstations.Doorgaans is een gemiddelde inname van 2% per weghelft voor een rijkswegstationseen acceptabel volume, doch in de praktijk kunnen deze percentages zeer uiteenlopendzijn, afhankelijk van het merk, type rijksweg, samenstelling van het verkeer en deconcurrentie. Als referentie in het volumepotentieel voor de locatie Oudemolensedijk isten behoeve van de berekening van het volumepotentieel afkomstig van de A59 terhoogte van Fijnaart, gerekend met een gemiddeld innamepercentage tussen de 0,25%en 0,50% van het totale verkeersaanbod per gemiddelde weekdag. Deze marge ininnamepercentage komt overeen met vergelijkbare locaties nabij op- en afritten vansnelwegen. Daarbij is in het geval van de Oudemolensedijk rekening gehouden met hetgegeven dat in de rijrichting van de A17 geen rijkswegstation is gevestigd. Dit integenstelling tot de overzijde richting rijksweg A29, alwaar een Total tankstation isgevestigd.In februari 2009 reden volgens de laatst beschikbare gegevens van Rijkswaterstaat25.147 motorvoertuigen per gemiddelde werkdag en 21.761 motorvoertuigen pergemiddelde weekdag in beide rijrichtingen op de rijksweg A59 tussen Knooppunt Sabinaen Fijnaart. In de rijrichting Fijnaart (zuidzijde) waren dat 12.927 motorvoertuigen pergemiddelde werkdag en 11.161 per gemiddelde weekdag.Omdat de Aldi locatie Oudemolensedijk vanaf de zuidzijde van de rijksweg A59 een zeergoede zichtlocatie is en zich aan deze zijde van de rijksweg A59 geen rijkswegstationbevindt, is voor het volumepotentieel vanaf deze weghelft gekozen voor eeninnamepercentage van 0,50% en voor de overzijde (verminderde zichtlocatie doorligging afrit voor de locatie Oudemolensedijk alsmede aanwezigheid tankstation) vooreen innamepercentage van 0,25%.Op jaarbasis en gerekend met een gemiddelde tankbeurt van 30 liter komt bovenstaandeberekening uit op een volumepotentieel voor de Aldi locatie Oudemolensedijkvan 611.065 liter vanaf de zuidzijde rijksweg A59 en 290.175 liter vanaf de noordzijderijksweg A59 bij Fijnaart. Bij elkaar opgeteld bedraagt het volumepotentieel afkomstigvan de rijksweg A59 901.240 liter op jaarbasis.Bureau Star Line - Middelharnis 25DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


4.4. Opkomst van markt voor duurzame motorbrandstoffenIn 2007 bestond volgens het CBS 2,8 procent van de in Nederland verkochte benzine enautodiesel uit biobrandstoffen. Dit is fors meer dan de 0,4 procent in 2006. Het isbovendien meer dan de 2,0 procent die de Nederlandse overheid voor 2007 alsminimum heeft opgelegd aan de leveranciers van benzine en autodiesel.Verkochte biobrandstoffen voor wegverkeerTabel 9 Verkochte biobrandstoffen wegverkeer NL Bron: CBS NLVerreweg het grootste deel van de biobrandstoffen komt op de markt via bijmenging ingewone diesel en benzine. In 2007 hebben de leveranciers van motorbrandstoffenhierbij de nadruk gelegd op biodiesel. Bij diesel was de bijdrage van biobrandstoffen3,2 procent, bij benzine 2,0 procent. In 2006 was het totale aandeel van biobrandstoffenslechts 0,4 procent. Toen gold nog geen verplichting, maar kregen de leveranciers eengedeeltelijke accijnsvrijstelling voor biobrandstoffen. Deze is vanaf 2007 weerafgeschaft en vervangen door een verplicht percentage biobrandstoffen van 2,0 procent.De verplichting loopt geleidelijk op naar 5,75 procent in 2010.Inmiddels wordt op initiatief van de provincie Noord-Brabant de verkoop vanbiobrandstoffen op tankstations volop gestimuleerd. Thans wordt in opdracht van deprovincie en in samenwerking met de regio Breda gewerkt aan een spreidingsplan multifuel tankstations binnen de regio Breda. De heer Sweere heeft aangegeven op delocatie Oudemolensedijk alternatieve motorbrandstoffen te willen verkopen, hetgeenduurzame een toegevoegde waarde voor zowel Fijnaart en omgeving als voor hetdoorgaande verkeer op de rijksweg A59 zal betekenen. Ligging van een tanklocatie aanof nabij de aansluiting op het regionaal en/of nationaal wegennet is één van de gesteldecriteria waaraan een locatie voor alternatieve motorbrandstoffen zou moeten voldoen,hetgeen op de Oudemolensedijk het geval is.De verkoop van biobrandstoffen levert geen extra volumepotentieel op voor deonderzoekslocatie. Het aanbod van biobrandstoffen op de onderzoekslocatie zal hooguitleiden tot een concurrentievoordeel door als enige in het onderzochte gebied ‘groene’produkten aan te bieden. De opkomst van biobrandstoffen heeft in de huidige marktgeen effect op de marktruimte voor tankstation.Bureau Star Line - Middelharnis 26DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


4.5 Totaal volumepotentieel onderzoekslocatieIn de volumepotentieelberekening van de onderzoekslocatie is ervan uit gegaan dat hetvolumepotentieel in de huidige markt primair afkomstig is van de volgende doelgroepen:- direct verzorgingsgebied Fijnaart;- bezoekers Aldi / Koopmarkt (regionaal tot bovenregionaal);- passanten rijksweg A59.Uit het onderzoek blijkt dat een tankstation op de onderzoekslocatie een belangrijk deelaan extra volume af kan zetten aan consumenten die van buiten het primaireverzorgingsgebied Fijnaart afkomstig zijn. Deze liters zijn afkomstig vanuit twee groepenconsumenten: passanten rijksweg A59 en bezoekers Aldi / Koopmarkt.De eerste groep consumenten van buiten het verzorgingsgebied zijn de passanten opde rijksweg A59 die de snelweg verlaten om ‘onderaan de afrit’ te tanken. Uitgaandevan de berekeningen in paragraaf 4.3 en ervaringscijfers van Bureau Star Line kangesteld worden dat de rijksweg A59 (in potentie) een extra vraag naar brandstof op delocatie Oudemolensedijk 9 oplevert van circa 900.000 liter per jaar. Met de verwachteverkeersprognoses op de A59 voor het jaar 2020 zal het volumepotentieel afkomstigvan deze doelgroep in de komende jaren verder toenemen.De tweede groep consumenten van buiten het verzorgingsgebied zijn de bezoekers aande Aldi en het Koopcentrum. Uitgaande van de berekeningen in paragraaf 4.2.2, is intotaal, vanuit bezoekers aan de beoogde onderzoekslocatie, een vraag naar motorbrandstoffenper jaar aanwezig van bijna 3,5 miljoen liter. De helft van de vraag isafkomstig van consumenten buiten het primaire verzorgingsgebied Fijnaart, zijnde1.750.000 liter per jaar.In totaal is op de locatie Oudemolensedijk 9 in potentie – van buiten het primaireverzorgingsgebied – een extra vraag naar motorbrandstof aanwezig van 2.650.000 literper jaar.Het volumepotentieel voor de onderzoekslocatie op basis van de verzamelde gegevensberekend bedraagt in totaal 3,5 miljoen liter voor de huidige markt (zie weergave in tabel10).Volumepotentieel motorbrandstoffen onderzoekslocatie huidige marktVolume litersDoelgroep bezoekers Koopmarkt / Aldi- waarvan bezoekers uit primair verzorgingsgebied 1.747.705- waarvan bezoekers buiten primair verzorgingsgebied 1.747.705Doelgroep passanten rijksweg A59 901.240-------------- +Totaal volumepotentieel onderzoekslocatie 4.396.650- waarvan buiten primair verzorgingsgebied 2.648.945Tabel 10 Volumepotentieel onderzoekslocatieliters per jaar / 100% volumeBureau Star Line - Middelharnis 27DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


5. CONFRONTATIE ONDERZOEKSLOCATIE IN MARKTGEBIEDUit het vergelijken van vraag met aanbod is de marktpotentie in de markt voormotorbrandstoffen in het onderzochte marktgebied te bepalen. Uit de marktpotentie valtop te maken in hoeverre er ruimte is voor extra verkooppunten voor motorbrandstof.De meest eenvoudige manier om de markt van vraag en aanbod te vergelijken is eenaftreksom van het totale marktaanbod minus de totale marktvraag, waaruit vervolgenseen vraagoverschot dan wel een aanbodoverschot blijkt.5.1 Confrontatie primair verzorgingsgebied FijnaartDe uitgangspunten uit de vorige hoofdstukken maken een indicatieve confrontatiemogelijk van de potentiële vraag naar brandstof in het verzorgingsgebied en de afzetvan brandstof die nodig is voor het duurzaam economisch functioneren van hetaanwezige aanbod aan tankstations.Het bruto aanwezige volumepotentieel motorbrandstoffen (vraag) in de huidige marktvoor motorbrandstoffen in Fijnaart bedraagt circa 4,3 miljoen liter op jaarbasis. In gevalvan een afvloeiing van 35% is sprake van een netto aanwezig volumepotentieel vancirca 2,8 miljoen liter per jaar (tabel 8). Het volume aanbod dat binnen het primaireverzorgingsgebied aanwezig is, is in de huidige markt berekend op 3,7 miljoen liter opjaarbasis.In tabel 11 is de vergelijking tussen vraag en aanbod binnen het primaireverzorgingsgebied gemaakt voor de huidige marktomstandigheden (inclusieftoekomstige locatie Molenweg), waarin nog geen tankstation is gevestigd aan deOudemolensedijk 9. In deze situatie wordt ervan uitgegaan dat de toevloeiing van vraagnaar brandstof van buiten het verzorgingsgebied nihil is, omdat deze vraag ontstaatdoor de specifieke locatie van het beoogde tankstation (onderzoekslocatie).Jaartal 2009Vraag naar brandstof - vanuit primair verzorgingsgebied 4.356.265 liter- vanuit toevloeiing van buiten 0Totale vraag motorbrandstoffen4.356.265 literAanbod brandstof - Total rijksweg A59 (rijkswegstation) 840.000 liter- Texaco Fijnaart (buurtstation) 1.600.000 liter- nieuw Molenweg (tangent station) 1.600.000 literTotaal aanbod motorbrandstoffen4.040.000 literVerschil - absoluut: vraagoverschot 316.265 liter- omschrijving markt in evenwichtTabel 11 Confrontatie huidige markt FijnaartNaar voorbeeld van tabel 3.3 uit rapport RBOITabel 11 laat zien dat de huidige markt in evenwicht is. Er is in deze situatie naarverwachting geen sprake van een substantiële vraag naar motorbrandstof doorconsumenten die de snelweg verlaten om te tanken en door bezoekers aan de Aldi /Koopcentrum die van buiten het verzorgingsgebied komen. De volumeprognose voor deonderzoekslocatie is vooral gebaseerd op de doelgroepen ‘bezoekers Aldi / Koopmarkt(inclusief bezoekers uit primair verzorgingsgebied)’ en ‘passanten rijksweg A59’.Bureau Star Line - Middelharnis 28DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


In tabel 12 is daarmee wel rekening gehouden en de benodigde afzet van het beoogdetangent tankstation op de onderzoekslocatie is daarin tevens meegenomen.Jaartal 2009Vraag naar brandstof - vanuit primair verzorgingsgebied 4.356.265 liter- vanuit toevloeiing van buiten 2.648.945 literTotale vraag motorbrandstoffen7.005.210 literBenodigd afzetvolume - Total rijksweg A59 (rijkswegstation) 840.000 liter- Texaco Fijnaart (buurtstation) 1.600.000 liter- nieuw Molenweg (tangent station) 1.600.000 liter- nieuw Oudemolensedijk (tangent station) 1.600.000 literTotaal benodigd afzetvolume5.640.000 literVerschil - absoluut: vraagoverschot 1.365.210 liter- omschrijving markt in evenwichtTabel 12 Marktomstandigheden na vestiging beoogd tankstation onderzoekslocatie Naar voorbeeld van tabel 3.4uit rapport RBOIUit de berekeningen blijkt dat het beoogde tankstation op de onderzoekslocatieOudemolensedijk grotendeels zijn ‘eigen’ markt creëert. Deze markt is van dusdanigeomvang dat de situatie ‘markt in evenwicht’ voldoende blijft bestaan.In een DPO is altijd sprake van een mate van binding van de vraag in eenverzorgingsgebied en een zekere mate van toevloeiing van een vraag van buiten datgebied. Als met de binding en toevloeiing rekening wordt gehouden, kan demarktsituatie er anders uit komen te zien. De verwachting is echter dat dit min of meerin evenwicht is, waardoor de totale vraag per saldo gelijk blijft. De marktruimte voor hettankstation aan de Oudemolensedijk blijft dan aanwezig.Bureau Star Line - Middelharnis 29DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


6. SAMENVATTING EN CONCLUSIESVolgens jurisprudentie is het gewenst om bij de realisering van een nieuw verkooppuntvoor motorbrandstoffen ter onderbouwing een DPO uit te voeren. Dit DPO heeft als doelaan te tonen dat de uitbreiding van het aanbod niet leidt tot een duurzame ontwrichtingvan het in het verzorgingsgebied aanwezige voorzieningenpatroon in de desbetreffendesector. In het kader van de aan de <strong>gemeente</strong>n en provincie in de WRO opgedragentaak, is daarbij het reguleren van concurrentieverhoudingen niet aan de orde. Uitjurisprudentie blijkt verder dat het feit dat door het realiseren van een nieuw verkooppuntde omzet van één of meerdere aanbieders (benzineverkooppunten) in de omgevingafneemt, of dat een aanbieder zijn exploitatie moet stoppen, nog niet wil zeggen dat ersprake is van duurzame ontwrichting van het in het verzorgingsgebied aanwezigevoorzieningenpatroon. Slechts indien de uitbreiding van het aanbod leidt tot een aanboddat substantieel (meer dan 25%) groter is dan het gewenste aanbod (situatie markt inevenwicht), waardoor meerdere aanbieders uit de markt worden gedrukt en/of despreiding of de variatie van het voorzieningenaanbod in een gebied substantieelverandert, is sprake van duurzame ontwrichting van het in het verzorgingsgebiedaanwezige voorzieningenpatroon.Op advies van de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> zijn de eerder verrichte onderzoeken zoalsomschreven in de inleiding aangescherpt en geactualiseerd naar de huidige markt voormotorbrandstoffen anno 2010 hetgeen heeft geresulteerd in voorliggend DPO.OnderzoekslocatieIn de volumepotentieelberekening van de onderzoekslocatie is ervan uit gegaan dat hetvolumepotentieel in de huidige markt primair afkomstig is van de volgende doelgroepen:- direct verzorgingsgebied Fijnaart;- bezoekers Aldi / Koopmarkt (regionaal tot bovenregionaal);- passanten rijksweg A59.Uit het onderzoek blijkt dat een tankstation op de onderzoekslocatie een belangrijk deelaan extra volume af kan zetten aan consumenten die van buiten het primaireverzorgingsgebied Fijnaart afkomstig zijn. Deze liters zijn afkomstig vanuit twee groepenconsumenten: passanten rijksweg A59 en bezoekers Aldi / Koopmarkt.De eerste groep consumenten van buiten het verzorgingsgebied zijn de passanten opde rijksweg A59 die de snelweg verlaten om ‘onderaan de afrit’ te tanken. Uitgaandevan de berekeningen in paragraaf 4.3 en ervaringscijfers van Bureau Star Line kangesteld worden dat de rijksweg A59 (in potentie) een extra vraag naar brandstof op delocatie Oudemolensedijk 9 oplevert van circa 900.000 liter per jaar. Met de verwachteverkeersprognoses op de A59 voor het jaar 2020 zal het volumepotentieel afkomstigvan deze doelgroep in de komende jaren verder toenemen.De tweede groep consumenten van buiten het verzorgingsgebied zijn de bezoekers aande Aldi en het Koopcentrum. Uitgaande van de berekeningen is in totaal, vanuitbezoekers aan de beoogde onderzoekslocatie, een vraag naar motorbrandstoffen perjaar aanwezig van bijna 3,5 miljoen liter. De helft van de vraag is afkomstig vanconsumenten buiten het primaire verzorgingsgebied Fijnaart, zijnde 1.750.000 liter perjaar.Bureau Star Line - Middelharnis 30DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


MarktconfrontatieHet bruto aanwezige volumepotentieel motorbrandstoffen (vraag) in de huidige marktvoor motorbrandstoffen binnen het primaire verzorgingsgebied Fijnaart bedraagt circa4,3 miljoen liter op jaarbasis. Het volume aanbod dat binnen het primaireverzorgingsgebied aanwezig is, is in de huidige markt berekend op 3,7 miljoen liter opjaarbasis.SlotconclusieEen onbemand tankstation op de onderzoekslocatie is economisch uitvoerbaar. Erzullen geen duurzame ontwrichtingen van het voorzieningenniveau in hetverzorgingsgebied worden veroorzaakt; zulks omdat zowel in de huidige marktsituatieals in de nieuwe marktsituatie, inclusief het beoogde tankstation aan de Oudemolensedijk,sprake is van een vraagoverschot en daarmee aan het benodigde afzetvolumevoldaan kan worden.Uit de berekeningen blijkt dat het beoogde tankstation op de onderzoekslocatieOudemolensedijk grotendeels zijn ‘eigen’ markt creëert. Deze markt is van dusdanigeomvang dat de situatie ‘markt in evenwicht’ voldoende blijft bestaan.*************************Bureau Star Line - Middelharnis 31DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


BIJLAGE IINFORMATIEBRONNENRapportages:- “Tankstation in cijfers 09-10”, door Bovag afdeling BBT, 2006;- CBS Maatwerk ‘Gemeente op maat’, <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>, laatsteupdate cijfers 2008 d.d. 18 maart 2009;- “Verkeersmodel GGA Breda, verkeersintensiteiten basisjaar 2006 &verkeersprognoses planjaar 2020”, <strong>gemeente</strong> Breda, Directie RO,afdeling Verkeer en Vervoer te Breda;- “Dorpsplan Fijnaart, leefbaarheid maken doe je samen”, door SGBOi.o.v. <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>, augustus 2006;- “Beleidsplan Wonen <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> 2007-2011, een (t)huis vooriedereen”, door <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>, vastgesteld d.d 28 juni 2007;- “Spreidingsplan multi-fuel tankstations, deelgebied 5, <strong>gemeente</strong>nEtten-Leur & <strong>Moerdijk</strong>, door Bureau Star Line i.o.v. provincie Noord-Brabant en i.s.m. MARB d.d. 30-08-2009.Telefonisch, schriftelijk en via internet:- Site <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>;- “Monitor bevolking en wonen <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>”, versie januari 2009via site Provincie Noord-Brabant: www.brabant.nl;- http://www.toolbox.ez.nl, Toolbox Ministerie Economische Zaken;- Catalist Experian te ‘s-Gravenhage inzake gegevens tankstations;- RBOI Advies “Beoordeling onderzoekenmotorbrandstoffenverkooppunt Fijnaart’ (projectnr. 264.14908.00)”d.d. 10 december 2009;- Site: <strong>gemeente</strong>lijke beleidskader Fijnaart (site <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>):- http://www.moerdijk.nl/DOCS/54980_BELEIDSKADER_DORPSPLAN_FIJNAART.PDF- http://www.marketingonline.nl/nieuws/ModuleItem44077.html,Tijdschrift voor Marketing Online, nieuws week 15 d.d. 13 april 2006inzake artikel “Aldi en Lidl verliezen marktaandeel”;- www.aldi.nl;- Enqueteonderzoek Grontmij, kenmerk EH/RvR/MB i.o.v. C.Z.A.V. d.d.6 november 2006.Bureau Star Line - Middelharnis 32DPO Fijnaart 2100622 21-06-2010


Bijlage2 Onderzoek flora en fauna1InleidingIn dit bureauonderzoek is de bestaande situatie vanuit ecologisch oogpunt beschreven en isvermeld welke ontwikkelingen mogelijk worden gemaakt. Vervolgens is aangegeven waaraandeze ontwikkelingen wat ecologie betreft moeten worden getoetst. Hierbij is een onderscheidgemaakt tussen het toetsingskader dat door wettelijke regelingen wordt bepaald enhet toetsingskader dat wordt gevormd door het beleid van Rijk, provincie en <strong>gemeente</strong>.ToetsingskaderBeleidDe Nota Ruimte geeft het beleidskader voor de duurzame ontwikkeling en een verantwoordtoekomstig grondgebruik in de vorm van onder andere de Ecologische Hoofdstructuur (EHS).De EHS is een samenhangend netwerk van bestaande en te ontwikkelen natuurgebieden. Hetnetwerk wordt gevormd door kerngebieden, natuurontwikkelingsgebieden en ecologischeverbindingszones. De EHS is op provinciaal niveau uitgewerkt in de Provinciale EcologischeHoofdstructuur (PEHS).Normstelling- Flora- en faunawetVoor de soortenbescherming is de Flora- en faunawet (hierna Ffw) van toepassing. Deze wetis gericht op de bescherming van dier- en plantensoorten in hun natuurlijke leefgebied. DeFfw bevat onder meer verbodsbepalingen met betrekking tot het aantasten, verontrusten ofverstoren van beschermde dier- en plantensoorten, hun nesten, holen en andere voortplantings-of vaste rust- en verblijfsplaatsen. De wet maakt hierbij een onderscheid tussen 'licht'en 'zwaar' beschermde soorten. Indien sprake is van bestendig beheer, onderhoud of gebruik,gelden voor sommige, met name genoemde soorten, de verbodsbepalingen van deFfw niet. Er is dan sprake van vrijstelling op grond van de wet. Voor zover deze vrijstellingniet van toepassing is, bestaat de mogelijkheid om van de verbodsbepalingen ontheffing teverkrijgen van het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. Voor dezwaar beschermde soorten wordt deze ontheffing slechts verleend, indien:- er sprake is van een wettelijk geregeld belang (waaronder het belang van land- en bosbouw,bestendig gebruik en dwingende reden van groot openbaar belang);- er geen alternatief is;- geen afbreuk wordt gedaan aan een gunstige staat van instandhouding van de soort.Bij ruimtelijke ontwikkelingen dient in het geval van zwaar beschermde soorten of broedendevogels overtreding van de Ffw voorkomen te worden door het treffen van maatregelen, aangezienvoor dergelijke situaties geen ontheffing kan worden verleend.Met betrekking tot vogels hanteert het Ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatiede volgende interpretatie van artikel 11:De verbodsbepalingen van artikel 11 beperken zich bij vogels tot alleen de plaatsen waargebroed wordt, inclusief de functionele omgeving om het broeden succesvol te doen zijn, énAdviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


2 Bijlage 2slechts gedurende de periode dat er gebroed wordt. Er zijn hierop echter verschillende uitzonderingen,te weten:Nesten die het hele jaar door zijn beschermdOp de volgende categorieën gelden de verbodsbepalingen van artikel 11 van de Ffw het geheleseizoen.- Nesten die, behalve gedurende het broedseizoen als nest, buiten het broedseizoen ingebruik zijn als vaste rust- en verblijfplaats (voorbeeld: steenuil).- Nesten van koloniebroeders die elk broedseizoen op dezelfde plaats broeden en diedaarin zeer honkvast zijn of afhankelijk van bebouwing of biotoop. De (fysieke) voorwaardenvoor de nestplaats zijn vaak zeer specifiek en limitatief beschikbaar (voorbeeld:roek, gierzwaluw en huismus).- Nesten van vogels, zijnde geen koloniebroeders, die elk broedseizoen op dezelfde plaatsbroeden en die daarin zeer honkvast zijn of afhankelijk van bebouwing. De (fysieke)voorwaarden voor de nestplaats zijn vaak specifiek en limitatief beschikbaar (voorbeeld:ooievaar, kerkuil en slechtvalk).- Vogels die jaar in jaar uit gebruikmaken van hetzelfde nest en die zelf niet of nauwelijksin staat zijn een nest te bouwen (voorbeeld: boomvalk, buizerd en ransuil).Nesten die niet het hele jaar door zijn beschermdIn de 'aangepaste lijst jaarrond beschermde vogelnesten' worden de volgende soorten aangegevenals categorie 5. Deze zijn buiten het broedseizoen niet beschermd.- Nesten van vogels die weliswaar vaak terugkeren naar de plaats waar zij het hele jaardaarvoor hebben gebroed of de directe omgeving daarvan, maar die wel over voldoendeflexibiliteit beschikken om, als de broedplaats verloren is gegaan, zich elders tevestigen. De soorten uit categorie 5 vragen soms wel om nader onderzoek, ook al zijnhun nesten niet jaarrond beschermd. Categorie 5-soorten zijn namelijk wel jaarrondbeschermd als zwaarwegende feiten of ecologische omstandigheden dat rechtvaardigen.De Ffw is voor dit ruimtelijk plan van belang, omdat bij de voorbereiding van het plan moetworden onderzocht of deze wet de uitvoering van het plan niet in de weg staat.Natuurbeschermingswet 1998Uit het oogpunt van gebiedsbescherming is de Natuurbeschermingswet 1998 van belang.Deze wet onderscheidt drie soorten gebieden, te weten:- door de minister van LNV aangewezen gebieden, zoals bedoeld in de Vogel- en Habitatrichtlijn;- door de minister van LNV aangewezen beschermde natuurmonumenten;- door Gedeputeerde Staten aangewezen beschermde landschapsgezichten.De wet bevat een zwaar beschermingsregime voor de onder a en b bedoelde gebieden (in devorm van verboden voor allerlei handelingen, behoudens vergunning van GedeputeerdeStaten of de minister van LNV). De bescherming van de onder c bedoelde gebieden vindtplaats door middel van het bestemmingsplan. De speciale beschermingszones (a) hebbeneen externe werking, zodat ook ingrepen die buiten deze zones plaatsvinden verstoring kunnenveroorzaken en moeten worden getoetst op het effect van de ingreep op soorten en habitats.Bij de voorbereiding van een ruimtelijk plan moet worden onderzocht of de Natuurbeschermingswet1998 de uitvoering van het plan niet in de weg staat. Dit is het geval wanneer deuitvoering tot ingrepen noodzaakt waarvan moet worden aangenomen dat daarvoor geenvergunning ingevolge de Natuurbeschermingswet 1998 zal kunnen worden verkregen.032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Bijlage 2 3Huidige situatieHet projectgebied bestaat uit grasland.Beoogde ontwikkelingenIn het projectgebied wordt een tankstation gerealiseerd. Hiervoor moeten de volgende werkzaamhedenworden uitgevoerd:- bouwrijp maken;- bouwwerkzaamheden.OnderzoekGebiedsbeschermingHet projectgebied vormt geen onderdeel van een natuur- of groengebied met een beschermdestatus, zoals Natura 2000. Het projectgebied maakt ook geen deel uit van de ProvincialeEcologische Hoofdstructuur (PEHS). Deze natuurgebieden liggen op grote afstandvan het projectgebied en worden niet beïnvloed door de relatief kleinschalige ingreep. Gebiedsbeschermingkomt daarom in deze paragraaf niet meer aan de orde.SoortenbeschermingDe huidige ecologische waarden zijn vastgesteld aan de hand van foto's van het plangebied,algemene ecologische kennis en verspreidingsatlassen/gegevens (Broekhuizen, 1992; Limpens,1997; www.ravon.nl; FLORON, 2002 en www.waarneming.nl) waarin de waarnemingenzijn aangegeven.PlantenOp basis van bekende verspreidingsgegevens en de aanwezige biotopen kan worden gestelddat het projectgebied geen bijzondere of beschermde soorten herbergt.VogelsVanwege het ontbreken van opgaande beplanting heeft het projectgebied geen functie voorvogels.ZoogdierenDe Atlas van de Nederlandse zoogdieren (Broekhuizen, 1992) laat zien dat in het projectgebiedsoorten als mol, huisspitsmuis en veldmuis voorkomen. Vanwege het ontbreken vanbomen en beplanting heeft het projectgebied geen betekenis voor vleermuizen.AmfibieënGezien de voorkomende biotopen zijn algemene soorten als bruine kikker, middelste groenekikker en gewone pad te verwachten in het plangebied. Zwaar beschermde amfibieën zijngezien de voorkomende biotopen en verspreidingsgegevens niet te verwachten in of nabijhet plangebied.Overige soortenHet projectgebied is ongeschikt als biotoop voor beschermde vissen, reptielen en insecten(vlinders, sprinkhanen en libellen). De genoemde beschermde soortengroepen stellen hogeeisen aan hun leefgebied; het projectgebied voldoet hier niet aan.In tabel B2.1 staat aangegeven welke beschermde soorten er binnen het projectgebied (naarverwachting) voorkomen en onder welk beschermingsregime deze vallen.Adviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


4 Bijlage 2Tabel B2.1Beschermde soorten binnen het projectgebied en hetbeschermingsregimevrijstellingsregeling Ffw tabel 1 mol, veldmuis en huisspitsmuisbruine kikker, gewone pad en de middelstegroene kikkerontheffingsregeling Ffw tabel 2 geentabel 3 bijlage 1 AMvB geenbijlage IV HRgeenvogels cat. 1 t/m 4 geencat. 5geenToetsing en conclusieSoortenbeschermingHet ruimtelijk plan is het besluit dat ingrepen mogelijk maakt en een aantasting van beschermdedier- of plantensoorten kan betekenen. Uiterlijk bij het nemen van een besluit datruimtelijke veranderingen mogelijk maakt, zal daarom zekerheid moeten zijn verkregen datovertredingen van de Ffw niet optreden.Het plan voorziet in realisatie van een tankstation. De benodigde werkzaamheden ten behoevevan deze ontwikkeling kunnen leiden tot aantasting van te beschermen natuurwaarden.- Er zal geen ontheffing nodig zijn voor de tabel 1-soorten van de Ffw waarvoor een vrijstellingvan de verbodsbepalingen van de Ffw geldt.- Tijdens werkzaamheden dient rekening te worden gehouden met het broedseizoen.Hiervoor is geen standaardperiode, het gaat erom of er een broedgeval is. Verstoringvan broedende vogels is verboden. Verblijfplaatsen van vogels die hun verblijfplaats hethele jaar gebruiken, zijn jaarrond beschermd. In het projectgebied zijn geen vogels metvaste nesten aanwezig.De Ffw zal de uitvoering van het plan niet in de weg staan.032601.15835.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Bijlage3 LandschapsplanAdviesbureau RBOI 032601.15835.00Rotterdam / Middelburg


DISTRIBUTIEF PLANOLOGISCH ONDERZOEK“TANKSTATION OUDEMOLENSEDIJK 9 FIJNAART”Project 2100622 d.d. 22-06-2010i.o.v. Dhr. P.J.A.M. SweereUitgevoerd door:Yvonne W.G. SchutrupBureau Star Line - MiddelharnisBureau Star LinePostbus 2403240 AE MiddelharnisTel.: 0187-487706Fax: 0187-489130E-mail: info@bureau-starline.nlInternet: www.bureau-starline.nlKvK Rotterdam 28067373


INHOUDSOPGAVEPaginaHoofdstuk 1 Inleiding DPO Fijnaart 31.1 Voorgeschiedenis aan dit DPO 31.2 Doelstelling DPO 4Hoofdstuk 2 Marktgebied & marktanalyse 52.1 Pompprijzen en kortingen 52.2 Tankstations Marktgebied 62.2.1 Tankstations Fijnaart 62.3 Onderzoekslocatie 82.4 Omzetclaim marktgebied 11Hoofdstuk 3 Ruimtelijke ontwikkelingen en demografische gegevens 133.1 Uitwerkingsplan LR <strong>Moerdijk</strong> e.o. (2004) 133.2 Gemeente <strong>Moerdijk</strong> 133.2.1 Kerncijfers Fijnaart & Dorpsplan Fijnaart (2006) 143.2.2 Gemeentelijk beleidskader Fijnaart 153.2.3 Bedrijventerreinen 163.3 Verkeer en infrastructuur onderzoekslocatie 17Hoofdstuk 4 Volumepotentieel motorbrandstoffen 194.1 Volumepotentieel primair verzorgingsgebied 194.2 Doelgroep bezoekers Aldi / Koopcentrum Fijnaart 224.2.1 Discountsegment supermarkten Nederland 224.2.2 Recente cijfers tankgedrag in relatie tot bezoeksupermarkten in het prijssegment 234.3 Doelgroep rijksweg A59 244.4 Opkomst markt voor duurzame motorbrandstoffen 264.5 Totaal volumepotentieel onderzoekslocatie 27Hoofdstuk 5 Confrontatie onderzoeks-locatie in marktgebied 285.1 Confrontatie primair verzorgingsgebied Fijnaart 28Hoofdstuk 6 Samenvatting en Conclusies 30Bijlage I :InformatiebronnenBureau Star Line - Middelharnis 2DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


1. INLEIDING DPO FIJNAARTIn opdracht van de heer P. J.A.M. Sweere is door Bureau Star Line een distributiefplanologisch onderzoek (DPO) verricht ten behoeve van de potentiële vestiging van eenonbemand verkooppunt voor motorbrandstoffen op het voorterrein van Aldi aan deOudemolensedijk 9 te Fijnaart. De locatie aan de Oudemolensedijk betreft eenverplaatsing van het inmiddels gesloten en gesaneerde tankstation van Sweere aan deMolenstraat 66 te Fijnaart. De locatie voor het nieuwe verkooppunt wordt in dit rapportverder aangeduid als ‘onderzoekslocatie’. Voorafgaand aan dit DPO hebben inmiddelseen drietal (aanvullende) onderzoeken plaatsgevonden in Fijnaart, op basis waarvan ditDPO is samengesteld. Daarbij dient opgemerkt te worden dat de cijfers en gegevens uithet DPO van 2006 inmiddels achterhaald zijn en opnieuw zijn onderzocht ten behoevevan het voorliggende DPO.1.1 Voorgeschiedenis aan dit DPOIn september 2006 is door Bureau Star Line in opdracht van de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> en insamenwerking met de heer Sanders een “DPO Fijnaart” opgesteld met als doel demarkt voor motorbrandstoffen in Fijnaart en buitengebied in kaart te brengen teneinde tekunnen beoordelen of de huidige markt ruimte biedt voor de vestiging van één of tweenieuwe verkooppunten voor motorbrandstoffen. De volumepotentieelberekening opbasis van het aantal huishoudens en het aantal geregistreerde motorvoertuigen binnenhet geselecteerde verzorgingsgebied in het DPO liet zien dat de markt voormotorbrandstoffen anno 2004 bijna 4 miljoen liter aan volumepotentieel te bieden heeft.Tot het jaar 2015 zou het volumepotentieel doorgroeien naar 4,5 miljoen liter als gevolgvan nieuwbouwwoningen en na 2015 groeit, met de realisatie van Plan West, hetvolumepotentieel door naar bijna 4,9 miljoen liter op jaarbasis. In alle drie devolumescenario’s is sprake van een vraagoverschot van respectievelijk bijna 800.000liter in 2004, 1,3 miljoen liter op jaarbasis tot 2015 en bijna 1,7 miljoen liter na 2015,ofwel 19,8% in 2004, 28,9% tot 2015 en 34,3% na 2015 van het totale volumepotentieelbinnen het onderzochte verzorgingsgebied. Bureau Star Line concludeerde daaruit datbinnen het verzorgingsgebied nog ruimte is voor één nieuw tankstation.In het “Haalbaarheidsonderzoek tankstation Oudemolensedijk 9 Fijnaart” van september2007 is op verzoek van de heer Sweere nader bekeken welk volumepotentieelmotorbrandstoffen de locatie Oudemolensedijk 9 als afzonderlijke locatie heeft. Dereden dat daartoe verzocht is, is dat de heer Sweere van mening is dat deonderzoekslocatie, alwaar thans een Aldi en het Koopcentrum gevestigd zijn, relatiefveel bezoekers van buiten het onderzochte verzorgingsgebied (Fijnaart en buitengebied)trekt, die niet in het eerdere DPO zijn meegenomen. Uit dit onderzoek werdgeconcludeerd dat op basis van de destijds beschikbare informatie er tussen de650.000 en 700.000 liter per jaar aan volumepotentieel motorbrandstoffen op de locatieOudemolensedijk 9 aanwezig is afkomstig van bezoekers (per auto) aan de Aldi en hetKoopcentrum die woonachtig zijn buiten het verzorgingsgebied Fijnaart. Inclusief debezoekers uit het verzorgingsgebied Fijnaart, bedroeg het directe volumepotentieel opde locatie Oudemolensedijk tussen de 1,2 en 1,4 miljoen liter per jaar.Bureau Star Line - Middelharnis 3DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


In mei 2009 heeft op verzoek van de heer Sweere een aanvulling op hethaalbaarheidsonderzoek “Tankstation Oudemolensedijk 9 Fijnaart” plaatsgevonden,naar aanleiding van de volgende onderzoeksgegevens en ontwikkelingen in de markt:1. toenemend aantal vestigingen van tankstations nabij op- en afritten vanrijkswegen;2. opkomst van markt voor duurzame motorbrandstoffen;3. nieuwe cijfers tankgedrag in relatie tot bezoek supermarkten in het prijssegment;Op basis van recent onderzoek en landelijke ontwikkelingen in de markt voormotorbrandstoffen, concludeerde Bureau Star Line in het aanvullende onderzoek vanmei 2009 het volgende inzake de Aldi locatie Oudemolensedijk: “Door het toenemendaantal vestigingen van tankstations nabij op- en afritten van rijkswegen, is op basis vanrecente ervaringscijfers (2008) berekend dat het volumepotentieel uitsluitend afkomstigvan de rijksweg A59 ter hoogte van Fijnaart circa 900.000 liter bedraagt. Daarin is hetinnamepercentage van de zuidzijde van de A59 hoger genomen dan de noordzijde,omdat de Aldi locatie Oudemolensedijk een zeer goede zichtlocatie vanaf de A59-zuidzijde is en er bovendien aan deze zijde geen rijkswegtankstation gevestigd is.De opkomst van de markt voor duurzame motorbrandstoffen in combinatie met demedewerking die de heer Sweere bereid is te verlenen aan de verkoop van duurzamemotorbrandstoffen op de locatie Oudemolensedijk, is van duurzame en toegevoegdewaarde voor zowel Fijnaart en omgeving als voor het doorgaande verkeer op derijksweg A59.Nieuw verkregen cijfers met betrekking tot het tankgedrag in relatie tot bezoek aansupermarkten in het prijssegment in Zuidwest Nederland laten zien dat het aanvankelijkberekende volumepotentieel van 1,2 tot 1,4 miljoen liter in het eerder opgestelde“Haalbaarheidsonderzoek tankstation Oudemolensedijk 9 Fijnaart” in de praktijk hogeruit zal komen op maximaal circa 3,5 miljoen liter in totaal op jaarbasis.”1.2 Doelstelling DPOHet DPO heeft tot doel de markt voor motorbrandstoffen in Fijnaart en buitengebied inkaart te brengen teneinde te kunnen beoordelen of de huidige markt op deonderzoekslocatie ruimte biedt voor de vestiging van een nieuw onbemand verkooppuntvoor motorbrandstoffen, waarbij eerder verrichte en bovenvermelde onderzoeken alsbasis dienen met uitzondering van het onderzoek van 2006, dat in dit DPOgeactualiseerd is. Tevens heeft dit DPO tot doel een confrontatie plaats te laten vindentussen de vraag (in liters) naar brandstof in Fijnaart en omgeving en de benodigde afzet(in liters) van de aanwezige aanbieders.Het voorliggende DPO omvat ten eerste in hoofdstuk 2 een bepaling van hetmarktgebied, een marktanalyse van reeds aanwezige verkooppunten voormotorbrandstoffen binnen het onderzochte marktgebied alsmede de omzetclaim binnenhet marktgebied. Vervolgens is in hoofdstuk 3 onderzoek verricht naar de demografischeen economische gegevens en ontwikkelingen Ruimtelijke Ordening enInfrastructuur. Op basis van de verzamelde gegevens in hoofdstuk 3 is in hoofdstuk 4een volumepotentieelberekening voor motorbrandstoffen binnen het onderzochtemarktgebied gemaakt. In hoofdstuk 5 is de omzetclaim van het aanbod aanmotorbrandstoffen binnen het onderzochte marktgebied afgezet tegen het aanwezigeplus het toekomstige marktpotentieel. Het rapport wordt in hoofdstuk 6 afgesloten metconclusies en aanbevelingen.Bureau Star Line - Middelharnis 4DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


2. MARKTGEBIED & MARKTANALYSEHet primaire verzorgingsgebied voor de markt van motorbrandstoffen in Fijnaart is alsvolgt afgebakend:- aan de noordzijde door de rijksweg A59 inclusief buitengebied Oudemolen;- aan de oostzijde door de Keenehaven;- aan de zuidzijde door de Dintel (<strong>gemeente</strong>grens);- aan de westzijde door de rijksweg A29.Het indirecte verzorgingsgebied van de onderzoekslocatie wordt als volgt omschreven:- doorgaand verkeer op de rijksweg A59;- bezoekers aan het Aldi Koopcentrum afkomstig uit de wijde regio, metuitzondering van het primaire verzorgingsgebied Fijnaart.In de marktanalyse zijn twee verkooppunten voor motorbrandstoffen in het primaireverzorgingsgebied van de onderzoekslocatie onderzocht die gezamenlijk en afhankelijkvan de ligging (gedeeltelijk) voorzien in de behoefte van de huidige markt voormotorbrandstoffen binnen het primaire verzorgingsgebied.2.1 Pompprijzen en kortingenDe pompprijzen binnen het verzorgingsgebied zijn weergegeven in tabel 1 en zijngenoteerd op 15 april 2010. De gemiddelde landelijke adviesprijs is gebaseerd op dereferentieprijzen van Shell Nederland.Pompprijzen direct verzorgingsgebied FijnaartTexaco Total gem.Fijnaart RW A59 land.(ad 1) (ad 2) adviesEuro 95 1,585 1,579 1,579Diesel 1,219 1,229 1,219LPG x 0,719 0,699x = produkt wordt niet verkochtTabel 1 Pompprijzen Fijnaart d.d. 15 april 2010Tabel 2 geeft een overzicht van verstrekte kortingen aan de pomp.Kortingen direct verzorgingsgebied FijnaartTexaco Total gem.Fijnaart RW A59 land.(ad 1) (ad 2) adviesEuro 95 0,000 0,000 1,579Diesel 0,000 0,000 1,219LPG x 0,000 0,699x = produkt wordt niet verkochtTabel 2 Kortingen Fijnaart d.d. 15 april 2010Uit tabel 2 is af te lezen dat beide onderzochte tankstations in en om Fijnaart,waaronder één rijksweglocatie, geen korting verstrekken op benzine, diesel en LPG.Bureau Star Line - Middelharnis 5DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


2.2 Tankstations marktgebiedDe verkooppunten voor motorbrandstoffen (zie verwijzingen tabellen 1 en 2) welke anno2010 gesitueerd zijn binnen het onderzochte marktgebied van de onderzoekslocatie zijnhieronder omschreven.2.2.1 Tankstations FijnaartFijnaart telt twee tankstations, waarvan één tankstation langs de rijksweg A59 en ééntankstation in de kern Fijnaart. Aangenomen wordt dat slechts een zeer beperkt deelvan de automobilisten in Fijnaart tankt langs de rijksweg A59. Deze locatie is uitsluitendinteressant voor verkeer afkomstig van de A17 dat via de A59 Fijnaart in rijdt. Verkeerdat Fijnaart verlaat richting A59 komt niet langs het rijkswegstation. Hiermee is in debepaling van de omzetclaim door het marktgebied rekening gehouden. Tabel 3 geefteen overzicht van de tankstations in Fijnaart.Tankstations FijnaartMerk Straat aantal opstelplaatsen Bemand/ Ligging Doel-Feitelijk, w.v. LPG / trucks onbemand groep1. Texaco Parallelweg 4 0 / 0 bemand wijk/bedr.terrein dorp2. Total Rijksweg A59 7 2 / 1 bemand rijksweg landelijkTabel 3Overzicht tankstations FijnaartDe verkooppunten voor motorbrandstoffen in het primaire verzorgingsgebied (Fijnaart)van de onderzoekslocatie zijn:1. Texaco aan de Parallelweg 2 te FijnaartParallel aan de rijksweg A59 en gelegen aan de rand van het lokale bedrijventerrein eneen woonwijk ligt aan de Parallelweg op circa 1,6 kilometer van de onderzoekslocatieeen bemand Texaco station.Foto 1 Texaco Fijnaart Foto 2 Zichtbaarheid Texaco vanaf rijksweg A59Het Texaco station is goed zichtbaar vanaf de rijksweg A59, echter via de afrit Fijnaartdient men nog een behoorlijk stuk te rijden (circa 3,2 km) om bij het tankstation tekomen. In het onderzoek is er dan ook van uit gegaan dat Texaco hoofdzakelijk delokale markt in Fijnaart bedient en daarmee een sterke dorpsfunctie heeft. Hettankstation heeft op het voorterrein twee dubbelzijdige pompeilanden met vieropstelplaatsen.Bureau Star Line - Middelharnis 6DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Verder zijn aanwezig: twee wasboxen voor hogedrukreiniging, één carwash roll overmachine en een shop van gemiddelde grootte. Het tankstation ligt op een terrein datomheind is met een afsluitbaar hekwerk. Er is geen vermelding van pompprijzenaanwezig, uitsluitend op de pompen zelf is de pompprijs waarneembaar voor deconsument.2. Total “De Fendert” rijksweg A59 noordzijde ter hoogte van FijnaartAan de noordzijde van de rijksweg A59 ter hoogte van Fijnaart ligt het bemande Totaltankstation “De Fendert”. Op het voorterrein zijn drie dubbelzijdige pompeilanden met intotaal zes opstelplaatsen aanwezig voor personenverkeer, waaronder tweeopstelplaatsen voor LPG. Verder is nog één opstelplaats voor diesel vrachtverkeeraanwezig. De shop is van gemiddelde grootte en achter het station ligt een ruimparkeerterrein. Hemelsbreed ligt het tankstation circa 100 meter van het Texaco station(ad 1) en vlak voor de afrit Fijnaart op de rijksweg A59. De afstand tussen Total en deonderzoekslocatie bedraagt 2,2 kilometer wanneer men van Total naar deonderzoekslocatie rijdt, en 16,9 kilometer wanneer men van de onderzoekslocatie naarTotal rijdt. Het volume motorbrandstoffen op jaarbasis wordt ingeschat op 3 miljoen liter.Foto 3 Total rijksweg A59 Foto 4 Total rijksweg 59Nieuwe ontwikkelingenIn Fijnaart is de oprichting van één tankstation aan de Molenstraat (N640), nabij nr. 141planologisch mogelijk gemaakt. Het betreft hier de locatie van Sanders (DPO september2006). Het tankstation is nog niet gerealiseerd op de locatie.Foto 5 Perceel aan de Molenstraat Foto 6 Molenweg nabij perceel SandersBureau Star Line - Middelharnis 7DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Kaart 1 geeft een overzicht van de spreiding tankstations in het primaireverzorgingsgebied inclusief de toekomstige locatie aan de Molenstraat en de ligging vande onderzoekslocatie.OnderzoekslocatieLocatieMolenwegFIJNAARTTe xacoTotalKaart 1Spreiding tankstations inclusief ligging onderzoekslocatie Fijnaart2.3 OnderzoekslocatieDe onderzoekslocatie ligt op het terrein van het Koopcentrum en de Aldi nabij deontsluiting van Fijnaart op de rijksweg A59 bij afrit 24 “Fijnaart”. Aan de zuidzijde van deafrit 24 “Fijnaart” splitst de A59 zich in de Parallelweg (richting kern Fijnaart) en deOudemolensedijk (richting buitengebied via de N628).Eind 2009 zijn het Koopcentrum en de Aldi compleet verbouwd en vernieuwd. Op deplek waar in 1973 de eerste weidewinkel van Noord-Brabant de deuren opende, staat nueen modern complex. Onderstaand kader betreft een publicatie van 30 november 2009in BN De Stem.nl, waarin onder meer wordt gesproken over de reikwijdte van hetKoopcentrum en de Aldi.Bureau Star Line - Middelharnis 8DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Kader 1 Artikel inzake opening Koopcentrum / Aldi FijnaartBron: BN De Stem.nlBureau Star Line - Middelharnis 9DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Onderstaande foto’s geven de omgeving van de onderzoekslocatie weer.Foto 7 Terrein Aldi / Koopcentrum Fijnaart Foto 8 Zicht op onderzoekslocatie vanaf OudemolensedijkFoto 9 Oudemolensedijk Foto 10 In- en uitrit Terrein Koopcentrum / AldiFoto 11 Uitrit op Oudemolensedijk Foto 12 Zicht vanaf onderzoekslocatie op Rijksweg 59Vanaf de rijksweg A59 is de onderzoekslocatie zeer goed zichtbaar en bereikbaar.Onder aan de afrit Fijnaart ligt de onderzoekslocatie op circa 100 meter goed bereikbaarvanaf beide rijrichtingen op de rijksweg A59.Bureau Star Line - Middelharnis 10DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


2.4 Omzetclaim marktgebiedBinnen het onderzochte marktgebied zijn twee verkooppunten voor motorbrandstoffengevestigd, Total “De Fendert” langs de A59 is voor maximaal 10% meegenomen in hetDPO omdat dit tankstation is ingericht voor rijkswegverkeer. Van het totaal afgezettevolume motorbrandstoffen, zal naar verwachting slechts een zeer gering deel ookdaadwerkelijk afkomstig zijn uit het primaire verzorgingsgebied Fijnaart.De gemiddelde doorzet per tankstation varieert per type tankstation. De grotere, goeduitgeruste tangent tankstations behalen een doorgaans hogere doorzet dan de kleinerebuurtstations. Deze laatste groep moet het vooral van persoonlijke service en lokaliteithebben. Ook is de gemiddelde doorzet aan drukke, doorgaande wegen doorgaanshoger dan in wijken op minder zichtbare locaties. Daarbij dient opgemerkt te worden datook de onbemande tanklocaties met doorgaans een scherpe prijsstelling aan de pomp,een relatief hoge gemiddelde doorzet per pomp hebben. Daar is op dit moment inFijnaart echter geen sprake van. Tot slot bestaat er een groot verschil tussentankstations die zich hoofdzakelijk op personenverkeer richten en tankstations die zichzowel op personen- als op vrachtverkeer richten. Binnen het onderzochte marktgebiedzal uitsluitend het rijkswegstation een noemenswaardig aandeel in het truck dieselvolume hebben, gezien haar ligging nabij het <strong>Moerdijk</strong>gebied en de aparte truckdieselpomp op het voorterrein. In de omzetclaim is getracht om het truck diesel volumezoveel mogelijk buiten beschouwing te laten, omdat het gewenste tankstation op deonderzoekslocatie zich hoofdzakelijk richt op personenverkeer.Texaco Fijnaart ligt binnen de bebouwde kom of aan de rand daarvan. Binnen debebouwde kom varieert de gemiddelde doorzet per pomp grofweg van 300.000 liter peropstelplaats op een buurtstation tot 600.000 liter per opstelplaats bij een tangenttankstation of een onbemand tankstation. In algemene zin zijn buurtstations gelegen inde wijk aan wegen met een lage verkeersintensiteit (minder dan gemiddeld 5.000motorvoertuigen per etmaal). Tangent stations liggen vooral aan doorgaande wegenmet gemiddeld 10.000 tot 15.000 motorvoertuigen per etmaal. Voor rijkswegstations inhet buitengebied (zijnde niet de drukke doorgaande rijkswegen als bijvoorbeeld de A16)wordt gerekend met 600.000 liter per opstelplaats (inclusief diesel vrachtverkeer). Voortangent stations aan minder drukke wegen (zoals bijvoorbeeld de Molenweg) wordtgerekend met maximaal 500.000 liter per opstelplaats.De gemiddelde doorzet per opstelplaats voor een bepaald type tankstation isgrotendeels gebaseerd op cijfers uit de Toolbox ‘benzinemarkt’ van het Ministerie vanEconomische Zaken en doorzetcijfers van “Tankstations in cijfers”, een uitgave vanBovag BBT. De cijfers uit de Toolbox zijn echter vertaald naar de lokale situatie en waarnodig aangepast, teneinde een zo reëel mogelijk beeld van de onderzochte markt teverkrijgen.Tabel 4 geeft een overzicht van de gemiddelde doorzet van de tanklocaties in hetonderzochte primaire verzorgingsgebied, op basis waarvan de omzetclaim uit hetprimaire verzorgingsgebied Fijnaart berekend kan worden.Bureau Star Line - Middelharnis 11DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Let wel, het gaat hier dus niet om daadwerkelijke doorzetcijfers, maar om de doorzet dieop basis van modelberekening door zowel de Toolbox als Experian Catalist verstrekt is.De daadwerkelijk gerealiseerde doorzet op de tankstations kan en zal hiervan afwijken.Gezien de unieke (bijna monopolie) positie van Texaco Fijnaart zal de jaarlijkse doorzetmotorbrandstoffen naar verwachting op deze locatie hoger liggen. In tabel 4 is in detotaalberekening voor het verzorgingsgebied Fijnaart 20% genomen van hetdoorzetvolume van Total langs de A59. Het overige volume bij Total (80%) isverondersteld afkomstig uit de wijde regio, doorgaand verkeer en verkeer van en naarIndustrieterrein <strong>Moerdijk</strong>. Voor de toekomstige tanklocatie aan de Molenweg is eengemiddelde indicatie gegeven, waarbij de gemiddelde doorzet per opstelplaats wat lagerligt dan het gemiddelde voor een tangent station (600.000 liter) omdat hetverkeersaanbod ter plaatse beduidend lager is dan bij een gemiddeld tangent stationmet een verkeersaanbod tussen de 10.000 en 15.000 motorvoertuigen per etmaal.Omdat de nieuwe locatie Molenweg tevens een groot buitengebied bereikt door haarligging aan een provinciale (regionale) weg, wordt op de locatie Molenweg uitgegaanvan 80% volume-aandeel binnen het primaire verzorgingsgebied Fijnaart en 20%volume afkomstig van buiten het primaire verzorgingsgebied (met name het gebied tenzuiden van de locatie Molenweg). De gemiddelde doorzet bij Texaco wordt gezien deomvang van het tankstation met aanvullende services op 400.000 liter per opstelplaatsingeschaald.Omzetclaim primair verzorgingsgebied FijnaartTankstation Gem. door- aantal Volume Volume % uit Omzetzetopstel- opstel- potentieel door verz. claimplaats plaatsen locatie* Catalist gebied1. Texaco 400.000 4 1.600.000 1.300.000 100 % 1.600.0002. Total A59 600.000 7 4.200.000 4.200.000 20 % 840.0003. Nieuw Molenwg 500.000 ± 4 2.000.000 niet bekend 80 % 1.600.000Totaal Omzetclaim primair verzorgingsgebied Fijnaart* Volumepotentieel op basis van berekening ToolboxTabel 4 Gemiddelde doorzet aanbodzijde direct verzorgingsgebied Fijnaart4.040.000 ltrIn tabel 4 is naast de berekening van het volume motorbrandstoffen op jaarbasis pertanklocatie -dat gebaseerd is op de methode van de Toolbox-, tevens een berekeningter toetsing opgenomen op basis van geschatte volumecijfers afkomstig van ExperianCatalist. Experian Catalist is één van de grootste data leveranciers in Nederland op hetgebied van tankstationgegevens. De volumes zijn na modelberekening bij ExperianCatalist tot stand gekomen. Daarbij is niet alleen gekeken naar het aantalopstelplaatsen en de ligging, maar ook onder meer naar: ligging ten opzichte van deconcurrentie, merkkracht, aanwezigheid shop, carwash, LPG, Truck Diesel,openingstijden en type tankstation (bemand / onbemand, prijsmerk, full service endergelijke).Op basis van de modelberekeningen bedraagt de omzetclaim binnen het primaireverzorgingsgebied Fijnaart circa 4,1 miljoen liter (inclusief het nieuw te ontwikkelentankstation aan de Molenweg). Beide modelberekeningen (Toolbox en CatalistExperian) komen praktisch gelijk uit.Bureau Star Line - Middelharnis 12DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


3. RUIMTELIJKE ONTWIKKELINGEN EN DEMOGRAFISCHE GEGEVENSHet primaire verzorgingsgebied van de onderzoekslocatie ligt in de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>.3.1 Uitwerkingsplan LR <strong>Moerdijk</strong> e.o. (2004)De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> valt onder de Landelijke Regio <strong>Moerdijk</strong> e.o. (LR <strong>Moerdijk</strong>). Dekernen in het gebied worden van elkaar gescheiden door massieve open ruimten. Desterke identiteit van dit Brabantse landschap vormt het vertrekpunt voor de stedelijkeontwikkelingen in de regio. Behoud van leefbare kernen is van belang voor dezeuitgestrekte regio. Daarom worden nieuwe woonlocaties merendeels compact engeconcentreerd gerealiseerd binnen bestaand stedelijk gebied. Tevens is voor elke kerntransformatieruimte beschikbaar. Woningbouw kan daar worden gerealiseerdaansluitend aan het bestaand stedelijk gebied in een compacte vorm. Om eenevenwichtige sociaal-economische ontwikkeling te garanderen wordt het werkengeconcentreerd in het westen, midden en oosten van de regio. Nieuwe werklocatiesworden voornamelijk gevonden aansluitend op grotere bestaande bedrijventerreinenwaarop herstructurering aan de orde is.Het Streekplan van de Provincie Noord-Brabant gaat in op de verdeling van hetprogramma voor woningbouw. In de landelijke regio's geldt als uitgangspunt `bouwenvoor migratiesaldo-nul'. Dit houdt in dat wordt gebouwd voor de natuurlijkebevolkingsgroei, ofwel de groei die optreedt als het saldo van alle verhuisbewegingen opnul wordt gesteld.De <strong>gemeente</strong>n in de LR <strong>Moerdijk</strong> e.o. hebben een stagnerende bevolkingsontwikkeling.De leeftijdsopbouw vertoont grote overeenkomsten met die van Noord-Brabant enNederland, waarbij er voor de toekomst sprake is van vergrijzing; het aandeel 0-14jarigen en 25-34 jarigen neemt af, terwijl de groepen 55+ en 65+ fors toenemen.Voor de komende jaren wordt een verdere daling van de woningbezetting verwacht, ditconform de landelijke trend. De huishoudensamenstelling gaat veranderen, waardoormet name woningen voor kleinere huishoudens nodig zijn (starters en ouderen), terwijlde vraag naar woningen voor gezinnen afneemt.Het programma wonen in het Uitwerkingsplan LR <strong>Moerdijk</strong> bevat 1.160 woningen in deperiode 2002-2015: 450 tot 2005, 365 in de periode 2005-2010 en 345 in de periode2010-2015. Daarnaast bestaat er een compensatieregeling voor wonen in relatie tot hetbedrijventerrein <strong>Moerdijk</strong>. Deze regeling omvat 50 woningen per jaar. Op basis van deverrichte inventarisaties streeft de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> er naar om tenminste 60% van deuit de prognose te bouwen reguliere woningen op binnenstedelijke locaties te realiseren.3.2 Gemeente <strong>Moerdijk</strong>De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> ligt in het meest noordwestelijke deel van de regio Breda enwordt grotendeels omsloten door water: Hollandsch Diep, Volkerak en rivier de Mark.Aan de oostzijde wordt de <strong>gemeente</strong> begrensd door de rijksweg A16 en de<strong>gemeente</strong>grens met Drimmelen. Het aantal inwoners binnen de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> istot 2008 redelijk stabiel gebleven tot 36.724 in 2008, en zal volgens de bevolkings- enwoningbehoefteprognose Noord-Brabant de komende jaren geleidelijk afnemen tot36.605 inwoners in 2013, 35.985 inwoners in 2018 en 35.100 inwoners in 2023. Hetaantal woningen daarentegen zal wel toenemen van 15.243 in 2008 naar 15.795 in2013, 16.165 in 2018 en 16.385 in 2023.Bureau Star Line - Middelharnis 13DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> wordt, naast door een groot buitengebied, gekenmerkt door devele dorpen. De elf kernen binnen de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> zijn: Fijnaart, Heijningen,Helwijk, Klundert, Langeweg, <strong>Moerdijk</strong>, Noordhoek, Standdaarbuiten, Willemstad,Zevenbergen en Zevenbergschen Hoek. Het voorzieningenniveau in deze kernen staatsterk onder druk; dit heeft gevolgen voor de leefbaarheid. De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> wil deontwikkelingen in de dorpen goed volgen en tijdig maatregelen treffen om deleefbaarheid te behouden en waar mogelijk te vergroten.De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> is ontstaan uit een fusie van vijf <strong>gemeente</strong>n, namelijkZevenbergen, Fijnaart en Heijningen, Klundert, Standdaarbuiten en Willemstad. Sinds1997 vormen deze vijf hoofdkernen samen met zes kleinere dorpen de <strong>gemeente</strong><strong>Moerdijk</strong>. De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> bestaat uit elf relatief opzichzelfstaande kernen meteen eigen identiteit. In het leven van de inwoners van <strong>Moerdijk</strong> neemt de leefbaarheid inhun dorp of stad dan ook een belangrijke plaats in.De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> wordt, naast door een groot buitengebied, gekenmerkt door deaanwezigheid van vele dorpen. Het voorzieningenniveau in deze kernen staat door talvan ontwikkelingen sterk onder druk en dit heeft gevolgen voor de leefbaarheid. De<strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> wil de ontwikkelingen in de dorpen nadrukkelijk volgen en waarnodig tijdig maatregelen treffen om nadelige gevolgen voor de leefbaarheid aan tekunnen pakken. Om die reden is eind 2003 gestart met het project ‘Dorpsplannen’.Voor alle elf kernen zijn deze stads-/dorpsplannen opgesteld. Een dorpsplan is als hetware de agenda voor de toekomst van die kern, waarbij het thema leefbaarheid centraalstaat. Het is nadrukkelijk een plan van de bewoners samen met de <strong>gemeente</strong> en hetcentrale motto is dan ook "Werken aan leefbaarheid doe je samen".De <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> heeft diverse onderzoeken, beleidsnota’s en visies vastgestelddie van invloed zijn op de situatie en mogelijkheden van Fijnaart. De <strong>gemeente</strong> heeftdeze documenten ‘kaderstellend’ genoemd voor het opstellen van de dorpsplannen.Behalve het kiezen van de gewenste ruimtelijke ontwikkeling van de <strong>gemeente</strong>, is deleefbaarheid in de kernen één van de centrale thema’s in de Structuurvisie Plus. Dit uitzich in de volgende strategieën:- het aanbieden van woningen afgestemd op de kwalitatieve vraag vanuit dekernen;- een mobiliteitsplan afgestemd op de beschikbaarheid en bereikbaarheid vanvoorzieningen;- het bevorderen van recreatie en toerisme.Uitbreiden vindt pas in de laatste instantie plaats. Inbreiden heeft veruit de voorkeur omde ruimte zo efficiënt mogelijk te (her)gebruiken.3.2.1 Kerncijfers Fijnaart & Dorpsplan Fijnaart (2006)Fijnaart is één van de grotere kernen in de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> en draagt in deRegionale Visie de A-status, ofwel “wijken en kernen met alle voorzieningen op hetgebied van wonen, zorg en welzijn”. In 2008 bedroeg het inwonertal volgens CBSGemeente op Maat 5.430. Het aantal woningen bedroeg in 2008 2.360 (bron <strong>gemeente</strong><strong>Moerdijk</strong>). Dit komt neer op gemiddeld 2,3 inwoners per woning. Het aantalgeregistreerde personenwagens in Fijnaart bedroeg in 2008 2.625.Bureau Star Line - Middelharnis 14DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Op basis van 2.360 woningen komt dat neer op gemiddeld 1,11 personenwagens perwoning. Daarvan bestond volgens de laatst beschikbare verdeling van het CBS in 2002,80,9% uit benzinewagens, 15,4% uit dieselwagens en 3,7% uit LPG-wagens. Het aantalgeregistreerde bedrijfswagens in Fijnaart bedroeg in 2008 370. Daarvan bestondvolgens de laatst beschikbare verdeling van het CBS in 2002, 67,3% uit bestelauto’s,8,1% uit vrachtauto’s, 29 autobussen en de rest, 24,6%, uit overige bedrijfswagens.Van alle kernen van <strong>Moerdijk</strong> kende Fijnaart in 2005 het hoogste percentage aan 65-plussers, namelijk 16,5%. Voor de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> als geheel was dit 13,1%. Metname de groep van 19 tot 24 jaar is ondervertegenwoordigd in Fijnaart (13% tegen16,9% voor de <strong>gemeente</strong>). Fijnaart kenmerkt zich door een relatief sterke(re) vergrijzingdie gepaard gaat met een relatief sterke(re) ontgroening.Volgens de bewoners van Fijnaart is Fijnaart een woondorp met veel groen, waar rusten ruimte nog voorhanden zijn. Het dorp kent een rijk verenigingsleven. Fijnaart is eenforenzendorp; veel mensen werken buiten het dorp en zelfs buiten de <strong>gemeente</strong>.Daarnaast kent het dorp relatief veel bedrijvigheid. Het gaat hier om veel kleinerebedrijfjes. De toeristische potentie van Fijnaart beperkt zich tot een museum en fortSabina. Verder kent het dorp relatief veel voorzieningen waar ook mensen van buitenhet dorp gebruik van maken.Fijnaart is één van de drie kernen binnen de <strong>gemeente</strong> met een grote(re)woningbouwopgave. Het dorp zal de aankomende jaren een stevige groei gaandoormaken. Het dorp heeft mede door deze groei en het potentiële achterland goedepotenties om het westelijke verzorgingsgebied nog beter te kunnen bedienen. Hetgebrek aan uitstraling van het dorp en het winkelgebied vormen hierbij echter wel éénvan de beletsels om deze rol echt goed te kunnen vervullen. Daarnaast is ook hetwegennet onvoldoende toegesneden om deze rol goed te kunnen vervullen.3.2.2 Gemeentelijk beleidskader FijnaartVoor de ruimtelijke ontwikkeling van Fijnaart wordt het volgende voorgesteld in deStructuurvisie Plus (1999): “De mogelijkheden voor de ruimtelijke ontwikkeling vanFijnaart zijn afgestemd op een blijvende status van verzorgende kern in het westelijkbuitengebied van <strong>Moerdijk</strong>. Langs de Voorstraat en Wilhelminastraat draagt concentratievan voorzieningen bij aan een krachtig centrum. Binnen de bebouwde kom kan destructuur van het dorp worden versterkt; daarvoor is de Wilhelminastraat-Langeweg debelangrijke drager. Met een verbeterde structuur van Fijnaart is in de ruimte tussen deEerste Kruisweg en de Kadedijk de vestiging van nieuwe stedelijke functies afweegbaar;wonen en aan de landbouw verbonden bedrijvigheid.” In de Structuurvisie Plus FijnaartPartiële <strong>herziening</strong> (2000) is echter de toekomstige uitbreidingsrichting van Fijnaart‘omgeklapt’ van de oostzijde naar de westzijde van het dorp. Het gebied aan dewestzijde is hierbij aangeduid als “afweegbaar stedelijk gebied”. De ontwikkeling aan dewestzijde sluit aan bij de geplande ontwikkeling van woningbouw op de locatie van devoormalige voetbalvelden (inmiddels voltooid in 2009). Het gebied aan de westzijde isaangeduid als Plan West en vormt daarmee een potentiële uitbreidingslocatie (transformatieruimte)voor circa 250 woningen, waarvan de uitvoering gepland staat na 2015.Bureau Star Line - Middelharnis 15DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Visie WoningbouwIn de Structuurvisie Plus heeft de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> een indicatieve verdeling van hetcontigent woningbouw bepaald. 85% van het contigent is toegewezen aan de driegrotere kernen, Zevenbergen, Fijnaart en Klundert. Hiervan is 20% toegewezen aanFijnaart. Dit betekent dat er de aankomende jaren (sinds 2005) fors gebouwd wordt inFijnaart.Dat wordt nog eens versterkt door de achterstand die bestaat ten aanzien van debestaande bouwprogramma’s. Vanaf 2006 tot 2010 zullen er gemiddeld 25 woningenper jaar opgeleverd worden. De visie woningbouw noemt voor de kern Fijnaart eenaantal locaties waar uitbreiding/herstructurering c.q. inbreiding mogelijk is. De meestehiervan zijn reeds in ontwikkeling.Voor 2010 zijn de volgende bouwplannen in Fijnaart voorzien:- Bandenmarkt (Greenery): circa 100 woningen, oplevering voor 2010 gepland;- Voorstraat: circa 11 woningen, oplevering voor 2010 gepland;- Wilhelminastraat: circa 8 woningen, oplevering voor 2010 gepland.Potentiële inbreidingslocaties voor de periode 2010-2015 zijn:- Boomgaardstraat (ZNS): circa 45 woningen, planning 2010 – 2015- Pr. Bernhardstraat (Kruisgebied): circa 12 woningen, planning 2010 - 2015.Potentiële uitbreidingslocaties voor de periode na 2015 zijn:- Plan West: circa 250 woningen, planning na 2015-Voor het toekomstige woningbouwprogramma zijn de volgende doelstellingengeformuleerd:- Gedoseerd bouwen;- Gevarieerd en betaalbaar bouwen;- Behoud van het buitengebied als groen woongebied.3.2.3 BedrijventerreinenBinnen <strong>Moerdijk</strong> zijn er diverse bedrijventerreinen. Behalve de grotere en bijzondereterreinen <strong>Moerdijk</strong> en Dinteloord zijn er in de <strong>gemeente</strong> vijftien lokale bedrijventerreinen.Hiervan is er één gesitueerd in Fijnaart, namelijk aan de Eerste Kruisweg waar tevenshet Texaco tankstation (ad 1) gevestigd is.De provincie Noord-Brabant streeft er naar dat in de landelijke regio’s alleen bedrijvenworden gevestigd die daarin qua aard, schaal en functie als passend kunnen wordenbeschouwd. Bedrijven die niet langer passen in de landelijke regio (kavel > 5.000 m²)worden verplaatst naar een stedelijke regio, naar bovenregionaal bedrijventerrein<strong>Moerdijk</strong> en – in de toekomst – <strong>Moerdijk</strong>se Hoek of naar een regionaal bedrijventerrein.Fijnaart heeft redelijk veel bedrijvigheid; in 2006 waren er in de kern Fijnaart 225bedrijven gevestigd. Bij deze bedrijven waren 785 personen werkzaam. Desondankswordt Fijnaart toch gekenschetst als een forenzendorp. Slechts 7% van de inwonerswerkt daadwerkelijk in het dorp. Het overgrote deel van de werkzame mensen uitFijnaart is dus buiten het eigen dorp en zelfs buiten de <strong>gemeente</strong> werkzaam.Bureau Star Line - Middelharnis 16DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


3.3 Verkeer en infrastructuur onderzoekslocatieDe onderzoekslocatie ligt nabij de ontsluiting van Fijnaart op de rijksweg A59 bij afrit 24“Fijnaart”. Aan de zuidzijde van de afrit 24 “Fijnaart” splitst de A59 zich in de Parallelweg(richting kern Fijnaart) en de Oudemolensedijk (richting buitengebied via de N628). DeOudemolensedijk telde in 2005 gemiddeld 4.303 motorvoertuigen per etmaal, waarvaner 3.516 werden geteld tussen 07:00 en 19:00 uur. Daarbij dient opgemerkt te wordendat deze telling in juli 2005 heeft plaatsgevonden. Aangenomen wordt dat hetjaargemiddelde hoger uitkomt, omdat juli doorgaans de vakantieperiode betreft en deintensiteiten daardoor lager uitvallen.Uit navraag bij de <strong>gemeente</strong> blijkt dat in juli 2005 de laatste verkeerstellingen zijngehouden. Eerdere tellingen op de Oudemolensedijk ter hoogte van de Aldi en hetkoopcentrum hebben plaatsgevonden in juni/juli 2003 en september 2000. In 2003 teldede Oudemolensedijk 4.008 motorvoertuigen per gemiddelde weekdag en in 2000 warendat 4.623 motorvoertuigen per gemiddelde weekdag. Omdat de tellingen hebbenplaatsgevonden in verschillende tijdvakken over de verschillende jaren, kan geenabsolute uitspraak gedaan worden over het jaargemiddelde per weekdag op deOudemolensedijk. Het is echter aannemelijk te veronderstellen dat het jaargemiddeldeper weekdag tussen de 4.000 en 4.500 motorvoertuigen ligt. In het haalbaarheidsonderzoekvoor de onderzoekslocatie kan daarmee volstaan worden.Met de geplande bouwontwikkelingen, zoals hierboven omschreven, zal naarverwachting ook de verkeersintensiteit op de Oudemolensedijk toenemen. Zekerwanneer op lange termijn (na 2015) Plan West gerealiseerd zou worden.ToekomstprognosesDe gehanteerde verkeersprognoses (planjaar 2020) zijn afkomstig uit het RegionaalVerkeersmodel GGA Breda. Tabel 5 geeft een overzicht van de verkeersintensiteiten uithet basisjaar 2006 (en 2005) en de verkeersprognoses voor het planjaar 2020.Verkeersintensiteiten en –prognoses onderzoekslocatie 2006-2020Nr. Wegvak VI 2006* VI 2020*1 A59: ten oosten van afrit 24 “Fijnaart” rijrichting A17 13.330 20.5282 A59: ten oosten van afrit 24 “Fijnaart” rijrichting A29 13.656 19.8143 A59: ten westen van afrit 24 “Fijnaart” rijrichting A17 13.490 20.9924 A59: ten westen van afrit 24 “Fijnaart” rijrichting A29 13.260 19.8785 Oudemolensedijk t.h.v. onderzoekslocatie 4.250** 6.6466 Op- en afrit A59 “Fijnaart” zuidzijde 5.664 7.142* VI = Verkeersintensiteit Basisjaar 2005/2006 + verkeersprognose planjaar 2020** Inschatting op basis van verkeerstellingen 2005 <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>Tabel 5 Verkeersintensiteiten & - prognoses onderzoekslocatie 2005-2020Bron: Verkeersmodel GGA Breda & <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>Tabel 5 laat zien dat het verkeersaanbod rondom de onderzoekslocatie de komendejaren behoorlijk toe zal nemen. Met name het verkeer op de rijksweg A59 rondom deafrit “Fijnaart” zal naar verwachting fors toenemen. Mogelijk ligt een belangrijke oorzaakdaarvan in de doortrekking van de A29 richting Bergen op Zoom (A29/A4), alsmede deverdere ontwikkeling van het <strong>Moerdijk</strong>gebied (project <strong>Moerdijk</strong> Meer Mogelijk).Bureau Star Line - Middelharnis 17DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Verder valt in tabel 5 op dat het verkeer op de Rijksweg A59 een behoorlijk constantestroom betreft met een licht sterkere verkeersstroom in de rijrichting van de A17. Ookhet verkeer aan beide zijden van de afrit “Fijnaart” (ten oosten en ten westen) isbehoorlijk gelijkmatig verdeeld (totaal gemiddeld 26.986 motorvoertuigen per etmaal in2006 ten oosten van de afrit “Fijnaart” en gemiddeld 26.750 motorvoertuigen per etmaalin 2006 ten westen van de afrit “Fijnaart”. Verder valt op dat een relatief groot deel vanhet verkeer op de op- en afrit “Fijnaart” via de Oudemolensedijk haar weg vervolgt envice versa.Bureau Star Line - Middelharnis 18DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


4. VOLUMEPOTENTIEEL MOTORBRANDSTOFFENTeneinde te kunnen beoordelen hoe groot de vraag naar motorbrandstoffen in zowel hetprimaire verzorgingsgebied Fijnaart als op de onderzoekslocatie is, is een onderscheidgemaakt naar verschillende doelgroepen:1. Doelgroep direct verzorgingsgebied Fijnaart2. Doelgroep bezoekers Aldi/Koopcentrum3. Doelgroep rijksweg A594.1 Volumepotentieel primair verzorgingsgebied FijnaartHet actueel aanwezige volumepotentieel motorbrandstoffen binnen het primaireverzorgingsgebied Fijnaart is berekend op basis van de beschikbare demografischegegevens uit CBS Gemeente op Maat, waarin zijn opgenomen de wijken/kernenFijnaart, Oudemolen, Nieuwemolen met Driehoek, verspreide huizen Fijnaart enverspreide huizen Heijningen (zie tabel 6)De herkomst van de cijfers die gehanteerd zijn voor de berekening van hetvolumepotentieel, zijn:• ‘Binnenlandse afzet motorbrandstoffen’, bron: Bovag BBT en CBS“<strong>gemeente</strong> op maat 2008 & 2002”. Hoewel het verbruik voor iedere autoverschillend is, waardoor deze variabele moeilijk in te schatten is, kan opbasis van afzetcijfers en verdeling van het wagenpark bij benadering en opbasis van gemiddelden een inschatting van het gemiddelde verbruik per typewagen (benzine, diesel en LPG) gemaakt worden;• ‘Gemiddeld jaarkilometrage’, bron Bovag BBT en CBS. In de onderverdelingvan het personenwagenpark naar benzine-, diesel- en LPG-wagens is percategorie gerekend met het gemiddeld aantal gereden kilometers per jaar;• ‘Verdeling motorbrandstoffen consumentenmarkt’, bron: Bovag BBT en CBS2008. Doordat het verbruik van benzinewagens anders is dan het verbruikvan diesel- en LPG-wagens, is het van belang deze verdeling toe te passenin de volumepotentieelberekening. De verdeling personenwagens naar typemotorbrandstoffen is tot op <strong>gemeente</strong>niveau te traceren, doch dateertweliswaar van 2002;• ‘Verdeling bedrijfswagenpark licht en zwaar vrachtverkeer CBS 2002toegepast op totaal aantal bedrijfswagens binnen <strong>gemeente</strong> CBS 2008. Deverdeling is toegepast omdat het verbruik vrachtwagens en het gemiddeldaantal getankte liters per tankbeurt van een vrachtwagen fors verschilt vankleine(re) bedrijfswagens. Bovendien is de vrachtwagenmarkt veelal eenaparte markt die los gezien dient te worden van de particuliere tankstations.Vrachtliters worden op de thuisbasis praktisch altijd getankt bij home baseinstallaties en/of onbemande dieselpompen op bedrijventerreinen.Ten behoeve van de volumepotentieelberekening van het primaire verzorgingsgebiedFijnaart, zoals omschreven in hoofdstuk 2, is gebruik gemaakt van de basisgegevensvan het CBS (meetjaar 2008). De demografische gegevens zijn in tabel 6 samengevat.Bureau Star Line - Middelharnis 19DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Wijk / buurt 2008 Aantal Aantal Aantal AantalVerzorgingsgebied CBS inwoners woningen personen bedrijfs-Wagens wagensFijnaart 4.530 1.940 2.125 205Oudemolen 210 90 120 40Nieuwemolen met Driehoek 150 60 95 25Verspreide huizen Fijnaart 410 150 235 80Verspreide huizen Heijningen 420 170 275 130Totaal verzorgingsgebied 2008 5.720 2.410 2.850 480Incl. verwachte groei tot 2015* 6.122 2.586 3.040 480**Incl. verwachte groei na 2015 6.698 2.836 3.317 480*** op basis van woningbouwplanning en bij gelijkblijvende woningbezetting en autobezit** op basis van gelijkblijvend bedrijfswagenaantalTabel 6 Inputgegevens verzorgingsgebied Fijnaart basisjaar 2008 Bron: CBS Gemeente op Maat 2008Gebaseerd op de geplande ontwikkelingen in het Dorpsplan Fijnaart en de Woonvisie,zal het woningenaantal in het verzorgingsgebied Fijnaart tussen 2010 en 2015 met circa176 woningen (gemeten vanaf 2008) groeien tot circa 2.586 woningen en na 2015 metnog eens 250 woningen (Plan West) tot circa 2.836 woningen. Daarbij is in tabel 6uitgegaan van een gelijk inwoneraantal per huishouden en een gelijk aantal auto’s perhuishouden als in 2008. Wel dient opgemerkt te worden dat de inmiddels realiseerdewoningen in 2009 net buiten de tellingen vallen, waardoor de prognoses op basis vangemiddeld 25 woningen per jaar dus iets hoger uit zullen vallen. Het betreft hier echterdermate kleine verschillen dat deze nauwelijks van invloed zullen zijn op devolumepotentieel-berekening.Wanneer de bevolkingscijfers inclusief het aantal motorvoertuigen in tabel 6 wordendoorberekend naar het volumepotentieel motorbrandstoffen voor het primaireverzorgingsgebied, komt Bureau Star Line voor het basisjaar 2008 uit op een brutovolumepotentieel van circa 4,3 miljoen liter motorbrandstof. Daarin is circa 1,5 miljoenliter diesel opgenomen voor bedrijfswagens, waarbij gerekend is met 8,1% aandeelbedrijfswagens van het totaal aantal aanwezige bedrijfswagens in de <strong>gemeente</strong><strong>Moerdijk</strong> (2008). Tot het jaar 2015 neemt het bruto volumepotentieel toe tot circa 4,5miljoen liter per jaar als gevolg van de realisatie van nieuwbouwwoningen. Na 2015 zalmet de realisatie van Plan West het volumepotentieel doorgroeien naar circa 4,8 miljoenliter per jaar.Tabel 7 geeft een overzicht van het aanwezige bruto volumepotentieel motorbrandstoffenper productsoort en per doelgroep binnen het primaire verzorgingsgebiedFijnaart. In de periode 2008 – 2020 zal de particuliere vraag naar motorbrandstoffenbinnen het primaire verzorgingsgebied Fijnaart naar verwachting geleidelijk aan tot circa500.000 liter per jaar toenemen.Bureau Star Line - Middelharnis 20DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Bruto volumepotentieel motorbrandstoffen 2008 - 2015Verzorgingsgebied Fijnaart2008 2015 2020Benzines 1.879.444 2.004.740 2.187.409Diesel pers.wagens 676.867 721.991 787.778LPG 246.143 262.553 286.476--------------- + --------------- + -------------- +Totaal pers.wagens 2.802.454 2.989.284 3.261.663Diesel kleine bedrijfswagens 862.611 862.611* 862.611*Diesel vrachtwagens 691.200 691.200* 691.200*--------------- + --------------- + --------------- +Totaal bedrijfswagens 1.553.811 1.553.811* 1.553.811*Totaal bruto volumepotentieel 4.356.265 liter 4.543.095 liter 4.815.474 liter*Volume bedrijfswagens op basis van cijfers 2008Tabel 7 Bruto volumepotentieel motorbrandstoffen verzorgingsgebied Fijnaart liters/jaarAfvloeiingspercentageDe afvloeiing motorbrandstoffen uit een gebied is van meerdere factoren afhankelijk. Tedenken valt aan de aanwezige functies binnen het gebied (wonen en/of werken,industrie en dergelijke), de prijsconcurrentie in en om het gebied en het wegenstelselrondom het gebied. Het Ministerie van Economische Zaken heeft enkele jaren geledeneen interactieve Toolbox ‘Benzinemarkt’ voor het provinciale en <strong>gemeente</strong>lijke wegennetopgesteld. Deze Toolbox is bedoeld om belanghebbenden in de provinciale en de<strong>gemeente</strong>lijke benzinemarkt (vooral overheid, zittende en toetredende ondernemers)inzicht te verschaffen in alle aspecten van het benzinebeleid. Hoewel Bureau Star Linevan mening is dat de berekeningsmethoden in de Toolbox sterk veralgemeniseerd zijn,waardoor essentiële aspecten in de lokale benzinemarkten onderbelicht blijven, maaktBureau Star Line wel gebruik van onder meer de gehanteerde afvloeiingspercentages inde Toolbox. Dit daar het feitelijke afvloeiingspercentage per gebied praktischonmeetbaar is. Daarbij dient nadrukkelijk opgemerkt te worden dat het ook hier slechtsveralgemeniseerde indicaties van afvloeiingen betreft.Hoewel er meerdere grote snelwegen (de A59, A17 en A29) in het bereik van hetonderzochte verzorgingsgebied gelegen zijn, welke er doorgaans voor zorgen dat hetafvloeiingspercentage hoger ligt (circa 35% bij aanwezigheid van 1 snelweg en circa40% bij aanwezigheid van twee of meer snelwegen) dan in een gebied zonder nabijheidvan grote snelwegen, wordt in dit spreidingsplan voor Fijnaart uitgegaan van eenafvloeiingspercentage van 35%. De ligging van Fijnaart in landelijk gebied met relatiefgrote afstanden tot de stedelijke gebieden, maakt dat veel automobilisten in Fijnaart zijnaangewezen op de lokale tankstations (inclusief Total A59).Tabel 8 geeft een overzicht van het netto aanwezige volumepotentieel motorbrandstoffenbinnen het onderzochte verzorgingsgebied Fijnaart in geval van eenafvloeiingspercentage van 35%.Bureau Star Line - Middelharnis 21DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Netto aanwezig volumepotentieel verzorgingsgebied FijnaartNetto volumepotentieel motorbrandstoffen verzorgingsgebied Fijnaart 2008 – 2020*exclusief toevloeiing liters naar bv. Koopcentrum / Aldi2008 2015 2020Totaal bruto volumepotentieel 4.356.265 4.543.095 4.815.474Afvloeiing 35% 1.524.693 1.590.083 1.685.416--------------- -/- -------------- -/- ------------- -/-Totaal netto volumepotentieel 2.831.572 liter 2.953.012 liter 3.130.058 liter* op basis van woningbouwopgave tot 2020Tabel 8 Netto Volumepotentieel motorbrandstoffen verzorgingsgebied Fijnaart inclusief afvloeiing liters/jaarNaar verwachting is de feitelijke afvloeiing in de praktijk fors lager omdat de Toolboxrekening houdt met afvloeiing naar rijkswegstations, echter de dichtstbijzijnderijksweglocatie is in de berekening van het primair verzorgingsgebied reeds opgenomen.4.2 Doelgroep bezoekers Aldi / Koopcentrum FijnaartOm een indruk te krijgen van het bezoekersprofiel van Aldi Fijnaart wordt ten eerste eensamenvatting gegeven van Aldi en het discountsegment in de supermarktwereldwaarbinnen Aldi valt.4.2.1 Discountsegment supermarkten NederlandAldi weet, net als Lidl, steeds meer huishoudens aan zich te binden. Lidl heeft van alleNederlandse supermarkten in 2002 relatief de meeste nieuwe gezichten zienbinnenkomen. Het fundament onder beide discounters is goed. Uit de cijfers blijkt datLidl en Aldi een miljoenenpubliek aan zich weten te binden. Aldi, sinds 1976 aan de slagmet de Nederlandse consument, trekt bijna vier miljoen huishoudens naar zijn winkels.Daarmee is Aldi, na Albert Heijn, de grootste klantentrekker van Nederland.Zowel bij Aldi als Lidl zit de groei er volgens beide supermarktketens nog steeds in,hoewel recent het marktaandeel van zowel Aldi als Lidl licht gedaald is. Lidl zag zijnmarktaandeel met 0,3 procent dalen, tot 3,8 procent. Aldi raakte 0,2 procent kwijt enkwam uit op een marktaandeel van 9,5 procent. De Duitse harddiscounters Aldi en Lidlverloren in 2005 in Nederland voor het eerst sinds jaren marktaandeel. De cijfers zijnafkomstig van marktonderzoeksbureau ACNielsen. De uitslag rijmt niet met het beelddat bij de twee ketens bestaat: Aldi en Lidl hebben de afgelopen jaren immersvoortdurend marktaandeel gewonnen en hun winkelnet uitgebreid. Lidl telt in Nederlandop dit moment meer dan tweehonderd vestigingen en Aldi is de 400-grens inmiddelsgepasseerd. Deskundigen denken dat de gevolgen van de prijzenoorlog in desupermarkten de belangrijkste reden is voor de krimp in het harddiscountmarktaandeel.Prijssupermarkten zien hun populariteit toenemen. Vooral van de prijsgeoriënteerdesupermarkten zijn de klantenkringen gegroeid. Ook het groeiend aantal zwevendekopers speelt in de kaart van de prijsvechters. Zeker ook omdat Aldi – en in minderemate Lidl - met nonfoodaanbiedingen groepen klanten naar de winkel weet te trekken.Bureau Star Line - Middelharnis 22DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


In 2002 bezocht 55% van alle Nederlandse huishoudens een keer de Aldi, tegenover28,8% de Lidl. De bezoekfrequentie op jaarbasis van die huishoudens lag bij Aldi op19,9 keer en bij Lidl op 11,6 keer. Het gemiddeld bedrag dat per bezoek besteed wordt,lag bij Aldi op € 21,36 en bij Lidl op € 18,06. Aldi kende in 2002 een klantentrouw van15,2% tegenover 7,2% bij Lidl. Hoewel Lidl dus sterker groeit in de markt, heeft Aldi opgebied van zowel marktpenetratie als bezoekfrequentie, besteedbaar bedrag perbezoek en klantentrouw, een aanmerkelijk hogere score dan Lidl.Aldi gaat uit van een gemiddeld benodigde winkelruimte tussen de 800 en 1.200 m². Aldirekent doorgaans met een verzorgingsgebied van minimaal 15.000 inwoners om eenfiliaal te kunnen openen. Volgens Joop Holla van onderzoeksbureau GfK Panelserviceskopen consumenten gemiddeld 15,2% van hun boodschappen bij Aldi.Aldi en Lidl zijn sterk gericht op huishoudens met kinderen. Aldi haalt 51,5 procent enLidl zelfs 55,7 procent van zijn omzet bij huishoudens met kinderen. De meesteboodschappen worden bij deze discounters door de week gekocht; in het weekend gaanklanten vaak naar duurdere supermarkten.4.2.2 Recente cijfers tankgedrag in relatie tot bezoek supermarkten in hetprijssegmentDoor het Koopcentrum en de heer Sweere zijn gedurende heel 2005 op deonderzoekslocatie tellingen verricht naar het aantal bezoekers dat met de auto komt.Het aantal bezoekers per auto dat per week met de auto één van de winkels op deonderzoekslocatie bezoekt, ligt gemiddeld tussen de 7.000 en 7.500. De bezoekers vande Aldi en het Koopcentrum zijn afkomstig van: Fijnaart, Heijningen, Dinteloord, Oud-Gastel, Oudemolen, Willemstad, Helwijk, Klundert, Standdaarbuiten en verder nogverspreid over de Hoeksche Waard en Goeree-Overflakkee. Uit eerder onderzoek isgebleken dat circa 50% van de bezoekers afkomstig is uit het verzorgingsgebiedFijnaart, zoals dat omschreven is in het DPO van september 2006. Daarmee zoudenwekelijks gemiddeld tussen de 3.500 en 3.750 bezoekers per auto van buiten hetverzorgingsgebied naar de Aldi en het Koopcentrum rijden.Op een vergelijkbare locatie in Zuidwest Nederland (supermarkt in combinatie mettankstation, beide in prijsmerkensegment) is recentelijk een onderzoek door Grontmijgehouden, onder meer gericht op de herkomst van de klanten en de afname vanmotorbrandstof bij het pompstation.Gedurende de openstellingsuren van de desbetreffende supermarkt werd gedurendehet onderzoek 62,5% getankt van het totaal aantal getankte liters gedurende hetonderzoek. De verhouding getankte benzine en diesel bedroeg gedurende hetonderzoek 75:25. De gemiddelde tankbeurt gedurende het onderzoek bedroeg 35,2liter. Voor benzine was dit gemiddeld 31,9 liter en voor diesel bedroeg het gemiddelde45 liter per tankbeurt.Gerekend naar de herkomst van het tankende autoverkeer op basis van de uitkomstenvan het onderzoek van Grontmij, zou gedurende het onderzoek 72,7% van de tankendeautomobilisten afkomstig zijn van het doorgaande verkeer en 27,3% afkomstig vanbezoekers aan de desbetreffende supermarkt.Bureau Star Line - Middelharnis 23DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Op basis van deze onderzoekscijfers, verstrekt door de heer Sweere en bij Bureau StarLine eveneens bekend uit ander onderzoek in de regio, zou het volumepotentieel opbasis van bezoekers aan het Koopcentrum/Aldi in Fijnaart uitkomen op bijna 3,5 miljoenliter. De helft van de vraag is afkomstig van consumenten van buiten het primaireverzorgingsgebied Fijnaart, zijnde 1.750.000 liter per jaar.Product Bezoekers per week x 52 weken x gem. tankbeurt = volume/jaarBenzine (75%): 5.250 bezoekers x 52 weken x 27,3% tankende klanten x 31,9 liter/ tankbeurt= 2.377.475 literDiesel (25%): 1.750 bezoekers x 52 weken x 27,3% tankende klanten x 45 liter/ tankbeurt= 1.117.935 literTotaal 7000 bezoekers x 52 weken x 27,3% tankende klanten: 3.495.410 literTabel 8Volumepotentieel op basis van onderzoek aantal tankende bezoekers aan supermarkt in prijsmerksegment4.3 Doelgroep rijksweg A59Landelijk is een opkomst waarneembaar van tankstations die nabij de op- en afritten vanrijkswegen gevestigd zijn. Enerzijds om te kunnen concurreren met de doorgaans hogepompprijzen langs snelwegen (het betreft hier veelal onbemande pompen), anderzijdsdoor de strategische ligging in veelal een groot buitengebied (het betreft hier doorgaansbemande full service concepten).Om een indruk te krijgen van het tankgedrag bij tankstations nabij op- en afritten vansnelwegen, zijn in het aanvullende onderzoek enkele voorbeelden opgenomen.Foto 13 Firezone afrit 11 “Horst” RW A28 Foto 14 Tango afrit “Meerkerk” A27Onbemande prijspompOnbemande prijspompFoto 15 Esso afrit “Hoorn”” A7 Foto 16 Shell afrit “Kampen” N50Bemand full service tankstationBemand full service tankstationBureau Star Line - Middelharnis 24DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


Foto 17 impressie Green Planet afrit “Pesse” A28 Foto 18 Fieten Olie afrit “Beilen” A28Toekomstig multi-fuel tankstationOnbemande prijspompErvaring in recente onderzoeken van Bureau Star Line leert dat bovenstaande envergelijkbare locaties in staat zijn een hoge tot zeer hoge doorzet volumemotorbrandstoffen te realiseren, ongeacht de exploitatievorm. Dit hangt samen met degoede bereikbaarheid vanaf de snelweg en het achterliggende wegennet enerzijds endoorgaans de perceptie dat ‘tanken van de snelweg af’ goedkoper is dan bijrijkswegstations.Doorgaans is een gemiddelde inname van 2% per weghelft voor een rijkswegstationseen acceptabel volume, doch in de praktijk kunnen deze percentages zeer uiteenlopendzijn, afhankelijk van het merk, type rijksweg, samenstelling van het verkeer en deconcurrentie. Als referentie in het volumepotentieel voor de locatie Oudemolensedijk isten behoeve van de berekening van het volumepotentieel afkomstig van de A59 terhoogte van Fijnaart, gerekend met een gemiddeld innamepercentage tussen de 0,25%en 0,50% van het totale verkeersaanbod per gemiddelde weekdag. Deze marge ininnamepercentage komt overeen met vergelijkbare locaties nabij op- en afritten vansnelwegen. Daarbij is in het geval van de Oudemolensedijk rekening gehouden met hetgegeven dat in de rijrichting van de A17 geen rijkswegstation is gevestigd. Dit integenstelling tot de overzijde richting rijksweg A29, alwaar een Total tankstation isgevestigd.In februari 2009 reden volgens de laatst beschikbare gegevens van Rijkswaterstaat25.147 motorvoertuigen per gemiddelde werkdag en 21.761 motorvoertuigen pergemiddelde weekdag in beide rijrichtingen op de rijksweg A59 tussen Knooppunt Sabinaen Fijnaart. In de rijrichting Fijnaart (zuidzijde) waren dat 12.927 motorvoertuigen pergemiddelde werkdag en 11.161 per gemiddelde weekdag.Omdat de Aldi locatie Oudemolensedijk vanaf de zuidzijde van de rijksweg A59 een zeergoede zichtlocatie is en zich aan deze zijde van de rijksweg A59 geen rijkswegstationbevindt, is voor het volumepotentieel vanaf deze weghelft gekozen voor eeninnamepercentage van 0,50% en voor de overzijde (verminderde zichtlocatie doorligging afrit voor de locatie Oudemolensedijk alsmede aanwezigheid tankstation) vooreen innamepercentage van 0,25%.Op jaarbasis en gerekend met een gemiddelde tankbeurt van 30 liter komt bovenstaandeberekening uit op een volumepotentieel voor de Aldi locatie Oudemolensedijkvan 611.065 liter vanaf de zuidzijde rijksweg A59 en 290.175 liter vanaf de noordzijderijksweg A59 bij Fijnaart. Bij elkaar opgeteld bedraagt het volumepotentieel afkomstigvan de rijksweg A59 901.240 liter op jaarbasis.Bureau Star Line - Middelharnis 25DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


4.4. Opkomst van markt voor duurzame motorbrandstoffenIn 2007 bestond volgens het CBS 2,8 procent van de in Nederland verkochte benzine enautodiesel uit biobrandstoffen. Dit is fors meer dan de 0,4 procent in 2006. Het isbovendien meer dan de 2,0 procent die de Nederlandse overheid voor 2007 alsminimum heeft opgelegd aan de leveranciers van benzine en autodiesel.Verkochte biobrandstoffen voor wegverkeerTabel 9 Verkochte biobrandstoffen wegverkeer NL Bron: CBS NLVerreweg het grootste deel van de biobrandstoffen komt op de markt via bijmenging ingewone diesel en benzine. In 2007 hebben de leveranciers van motorbrandstoffenhierbij de nadruk gelegd op biodiesel. Bij diesel was de bijdrage van biobrandstoffen3,2 procent, bij benzine 2,0 procent. In 2006 was het totale aandeel van biobrandstoffenslechts 0,4 procent. Toen gold nog geen verplichting, maar kregen de leveranciers eengedeeltelijke accijnsvrijstelling voor biobrandstoffen. Deze is vanaf 2007 weerafgeschaft en vervangen door een verplicht percentage biobrandstoffen van 2,0 procent.De verplichting loopt geleidelijk op naar 5,75 procent in 2010.Inmiddels wordt op initiatief van de provincie Noord-Brabant de verkoop vanbiobrandstoffen op tankstations volop gestimuleerd. Thans wordt in opdracht van deprovincie en in samenwerking met de regio Breda gewerkt aan een spreidingsplan multifuel tankstations binnen de regio Breda. De heer Sweere heeft aangegeven op delocatie Oudemolensedijk alternatieve motorbrandstoffen te willen verkopen, hetgeenduurzame een toegevoegde waarde voor zowel Fijnaart en omgeving als voor hetdoorgaande verkeer op de rijksweg A59 zal betekenen. Ligging van een tanklocatie aanof nabij de aansluiting op het regionaal en/of nationaal wegennet is één van de gesteldecriteria waaraan een locatie voor alternatieve motorbrandstoffen zou moeten voldoen,hetgeen op de Oudemolensedijk het geval is.De verkoop van biobrandstoffen levert geen extra volumepotentieel op voor deonderzoekslocatie. Het aanbod van biobrandstoffen op de onderzoekslocatie zal hooguitleiden tot een concurrentievoordeel door als enige in het onderzochte gebied ‘groene’produkten aan te bieden. De opkomst van biobrandstoffen heeft in de huidige marktgeen effect op de marktruimte voor tankstation.Bureau Star Line - Middelharnis 26DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


4.5 Totaal volumepotentieel onderzoekslocatieIn de volumepotentieelberekening van de onderzoekslocatie is ervan uit gegaan dat hetvolumepotentieel in de huidige markt primair afkomstig is van de volgende doelgroepen:- direct verzorgingsgebied Fijnaart;- bezoekers Aldi / Koopmarkt (regionaal tot bovenregionaal);- passanten rijksweg A59.Uit het onderzoek blijkt dat een tankstation op de onderzoekslocatie een belangrijk deelaan extra volume af kan zetten aan consumenten die van buiten het primaireverzorgingsgebied Fijnaart afkomstig zijn. Deze liters zijn afkomstig vanuit twee groepenconsumenten: passanten rijksweg A59 en bezoekers Aldi / Koopmarkt.De eerste groep consumenten van buiten het verzorgingsgebied zijn de passanten opde rijksweg A59 die de snelweg verlaten om ‘onderaan de afrit’ te tanken. Uitgaandevan de berekeningen in paragraaf 4.3 en ervaringscijfers van Bureau Star Line kangesteld worden dat de rijksweg A59 (in potentie) een extra vraag naar brandstof op delocatie Oudemolensedijk 9 oplevert van circa 900.000 liter per jaar. Met de verwachteverkeersprognoses op de A59 voor het jaar 2020 zal het volumepotentieel afkomstigvan deze doelgroep in de komende jaren verder toenemen.De tweede groep consumenten van buiten het verzorgingsgebied zijn de bezoekers aande Aldi en het Koopcentrum. Uitgaande van de berekeningen in paragraaf 4.2.2, is intotaal, vanuit bezoekers aan de beoogde onderzoekslocatie, een vraag naar motorbrandstoffenper jaar aanwezig van bijna 3,5 miljoen liter. De helft van de vraag isafkomstig van consumenten buiten het primaire verzorgingsgebied Fijnaart, zijnde1.750.000 liter per jaar.In totaal is op de locatie Oudemolensedijk 9 in potentie – van buiten het primaireverzorgingsgebied – een extra vraag naar motorbrandstof aanwezig van 2.650.000 literper jaar.Het volumepotentieel voor de onderzoekslocatie op basis van de verzamelde gegevensberekend bedraagt in totaal 3,5 miljoen liter voor de huidige markt (zie weergave in tabel10).Volumepotentieel motorbrandstoffen onderzoekslocatie huidige marktVolume litersDoelgroep bezoekers Koopmarkt / Aldi- waarvan bezoekers uit primair verzorgingsgebied 1.747.705- waarvan bezoekers buiten primair verzorgingsgebied 1.747.705Doelgroep passanten rijksweg A59 901.240-------------- +Totaal volumepotentieel onderzoekslocatie 4.396.650- waarvan buiten primair verzorgingsgebied 2.648.945Tabel 10 Volumepotentieel onderzoekslocatieliters per jaar / 100% volumeBureau Star Line - Middelharnis 27DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


5. CONFRONTATIE ONDERZOEKSLOCATIE IN MARKTGEBIEDUit het vergelijken van vraag met aanbod is de marktpotentie in de markt voormotorbrandstoffen in het onderzochte marktgebied te bepalen. Uit de marktpotentie valtop te maken in hoeverre er ruimte is voor extra verkooppunten voor motorbrandstof.De meest eenvoudige manier om de markt van vraag en aanbod te vergelijken is eenaftreksom van het totale marktaanbod minus de totale marktvraag, waaruit vervolgenseen vraagoverschot dan wel een aanbodoverschot blijkt.5.1 Confrontatie primair verzorgingsgebied FijnaartDe uitgangspunten uit de vorige hoofdstukken maken een indicatieve confrontatiemogelijk van de potentiële vraag naar brandstof in het verzorgingsgebied en de afzetvan brandstof die nodig is voor het duurzaam economisch functioneren van hetaanwezige aanbod aan tankstations.Het bruto aanwezige volumepotentieel motorbrandstoffen (vraag) in de huidige marktvoor motorbrandstoffen in Fijnaart bedraagt circa 4,3 miljoen liter op jaarbasis. In gevalvan een afvloeiing van 35% is sprake van een netto aanwezig volumepotentieel vancirca 2,8 miljoen liter per jaar (tabel 8). Het volume aanbod dat binnen het primaireverzorgingsgebied aanwezig is, is in de huidige markt berekend op 3,7 miljoen liter opjaarbasis.In tabel 11 is de vergelijking tussen vraag en aanbod binnen het primaireverzorgingsgebied gemaakt voor de huidige marktomstandigheden (inclusieftoekomstige locatie Molenweg), waarin nog geen tankstation is gevestigd aan deOudemolensedijk 9. In deze situatie wordt ervan uitgegaan dat de toevloeiing van vraagnaar brandstof van buiten het verzorgingsgebied nihil is, omdat deze vraag ontstaatdoor de specifieke locatie van het beoogde tankstation (onderzoekslocatie).Jaartal 2009Vraag naar brandstof - vanuit primair verzorgingsgebied 4.356.265 liter- vanuit toevloeiing van buiten 0Totale vraag motorbrandstoffen4.356.265 literAanbod brandstof - Total rijksweg A59 (rijkswegstation) 840.000 liter- Texaco Fijnaart (buurtstation) 1.600.000 liter- nieuw Molenweg (tangent station) 1.600.000 literTotaal aanbod motorbrandstoffen4.040.000 literVerschil - absoluut: vraagoverschot 316.265 liter- omschrijving markt in evenwichtTabel 11 Confrontatie huidige markt FijnaartNaar voorbeeld van tabel 3.3 uit rapport RBOITabel 11 laat zien dat de huidige markt in evenwicht is. Er is in deze situatie naarverwachting geen sprake van een substantiële vraag naar motorbrandstof doorconsumenten die de snelweg verlaten om te tanken en door bezoekers aan de Aldi /Koopcentrum die van buiten het verzorgingsgebied komen. De volumeprognose voor deonderzoekslocatie is vooral gebaseerd op de doelgroepen ‘bezoekers Aldi / Koopmarkt(inclusief bezoekers uit primair verzorgingsgebied)’ en ‘passanten rijksweg A59’.Bureau Star Line - Middelharnis 28DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


In tabel 12 is daarmee wel rekening gehouden en de benodigde afzet van het beoogdetangent tankstation op de onderzoekslocatie is daarin tevens meegenomen.Jaartal 2009Vraag naar brandstof - vanuit primair verzorgingsgebied 4.356.265 liter- vanuit toevloeiing van buiten 2.648.945 literTotale vraag motorbrandstoffen7.005.210 literBenodigd afzetvolume - Total rijksweg A59 (rijkswegstation) 840.000 liter- Texaco Fijnaart (buurtstation) 1.600.000 liter- nieuw Molenweg (tangent station) 1.600.000 liter- nieuw Oudemolensedijk (tangent station) 1.600.000 literTotaal benodigd afzetvolume5.640.000 literVerschil - absoluut: vraagoverschot 1.365.210 liter- omschrijving markt in evenwichtTabel 12 Marktomstandigheden na vestiging beoogd tankstation onderzoekslocatie Naar voorbeeld van tabel 3.4uit rapport RBOIUit de berekeningen blijkt dat het beoogde tankstation op de onderzoekslocatieOudemolensedijk grotendeels zijn ‘eigen’ markt creëert. Deze markt is van dusdanigeomvang dat de situatie ‘markt in evenwicht’ voldoende blijft bestaan.In een DPO is altijd sprake van een mate van binding van de vraag in eenverzorgingsgebied en een zekere mate van toevloeiing van een vraag van buiten datgebied. Als met de binding en toevloeiing rekening wordt gehouden, kan demarktsituatie er anders uit komen te zien. De verwachting is echter dat dit min of meerin evenwicht is, waardoor de totale vraag per saldo gelijk blijft. De marktruimte voor hettankstation aan de Oudemolensedijk blijft dan aanwezig.Bureau Star Line - Middelharnis 29DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


6. SAMENVATTING EN CONCLUSIESVolgens jurisprudentie is het gewenst om bij de realisering van een nieuw verkooppuntvoor motorbrandstoffen ter onderbouwing een DPO uit te voeren. Dit DPO heeft als doelaan te tonen dat de uitbreiding van het aanbod niet leidt tot een duurzame ontwrichtingvan het in het verzorgingsgebied aanwezige voorzieningenpatroon in de desbetreffendesector. In het kader van de aan de <strong>gemeente</strong>n en provincie in de WRO opgedragentaak, is daarbij het reguleren van concurrentieverhoudingen niet aan de orde. Uitjurisprudentie blijkt verder dat het feit dat door het realiseren van een nieuw verkooppuntde omzet van één of meerdere aanbieders (benzineverkooppunten) in de omgevingafneemt, of dat een aanbieder zijn exploitatie moet stoppen, nog niet wil zeggen dat ersprake is van duurzame ontwrichting van het in het verzorgingsgebied aanwezigevoorzieningenpatroon. Slechts indien de uitbreiding van het aanbod leidt tot een aanboddat substantieel (meer dan 25%) groter is dan het gewenste aanbod (situatie markt inevenwicht), waardoor meerdere aanbieders uit de markt worden gedrukt en/of despreiding of de variatie van het voorzieningenaanbod in een gebied substantieelverandert, is sprake van duurzame ontwrichting van het in het verzorgingsgebiedaanwezige voorzieningenpatroon.Op advies van de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> zijn de eerder verrichte onderzoeken zoalsomschreven in de inleiding aangescherpt en geactualiseerd naar de huidige markt voormotorbrandstoffen anno 2010 hetgeen heeft geresulteerd in voorliggend DPO.OnderzoekslocatieIn de volumepotentieelberekening van de onderzoekslocatie is ervan uit gegaan dat hetvolumepotentieel in de huidige markt primair afkomstig is van de volgende doelgroepen:- direct verzorgingsgebied Fijnaart;- bezoekers Aldi / Koopmarkt (regionaal tot bovenregionaal);- passanten rijksweg A59.Uit het onderzoek blijkt dat een tankstation op de onderzoekslocatie een belangrijk deelaan extra volume af kan zetten aan consumenten die van buiten het primaireverzorgingsgebied Fijnaart afkomstig zijn. Deze liters zijn afkomstig vanuit twee groepenconsumenten: passanten rijksweg A59 en bezoekers Aldi / Koopmarkt.De eerste groep consumenten van buiten het verzorgingsgebied zijn de passanten opde rijksweg A59 die de snelweg verlaten om ‘onderaan de afrit’ te tanken. Uitgaandevan de berekeningen in paragraaf 4.3 en ervaringscijfers van Bureau Star Line kangesteld worden dat de rijksweg A59 (in potentie) een extra vraag naar brandstof op delocatie Oudemolensedijk 9 oplevert van circa 900.000 liter per jaar. Met de verwachteverkeersprognoses op de A59 voor het jaar 2020 zal het volumepotentieel afkomstigvan deze doelgroep in de komende jaren verder toenemen.De tweede groep consumenten van buiten het verzorgingsgebied zijn de bezoekers aande Aldi en het Koopcentrum. Uitgaande van de berekeningen is in totaal, vanuitbezoekers aan de beoogde onderzoekslocatie, een vraag naar motorbrandstoffen perjaar aanwezig van bijna 3,5 miljoen liter. De helft van de vraag is afkomstig vanconsumenten buiten het primaire verzorgingsgebied Fijnaart, zijnde 1.750.000 liter perjaar.Bureau Star Line - Middelharnis 30DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


MarktconfrontatieHet bruto aanwezige volumepotentieel motorbrandstoffen (vraag) in de huidige marktvoor motorbrandstoffen binnen het primaire verzorgingsgebied Fijnaart bedraagt circa4,3 miljoen liter op jaarbasis. Het volume aanbod dat binnen het primaireverzorgingsgebied aanwezig is, is in de huidige markt berekend op 3,7 miljoen liter opjaarbasis.SlotconclusieEen onbemand tankstation op de onderzoekslocatie is economisch uitvoerbaar. Erzullen geen duurzame ontwrichtingen van het voorzieningenniveau in hetverzorgingsgebied worden veroorzaakt; zulks omdat zowel in de huidige marktsituatieals in de nieuwe marktsituatie, inclusief het beoogde tankstation aan de Oudemolensedijk,sprake is van een vraagoverschot en daarmee aan het benodigde afzetvolumevoldaan kan worden.Uit de berekeningen blijkt dat het beoogde tankstation op de onderzoekslocatieOudemolensedijk grotendeels zijn ‘eigen’ markt creëert. Deze markt is van dusdanigeomvang dat de situatie ‘markt in evenwicht’ voldoende blijft bestaan.*************************Bureau Star Line - Middelharnis 31DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


BIJLAGE IINFORMATIEBRONNENRapportages:- “Tankstation in cijfers 09-10”, door Bovag afdeling BBT, 2006;- CBS Maatwerk ‘Gemeente op maat’, <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>, laatsteupdate cijfers 2008 d.d. 18 maart 2009;- “Verkeersmodel GGA Breda, verkeersintensiteiten basisjaar 2006 &verkeersprognoses planjaar 2020”, <strong>gemeente</strong> Breda, Directie RO,afdeling Verkeer en Vervoer te Breda;- “Dorpsplan Fijnaart, leefbaarheid maken doe je samen”, door SGBOi.o.v. <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>, augustus 2006;- “Beleidsplan Wonen <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> 2007-2011, een (t)huis vooriedereen”, door <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>, vastgesteld d.d 28 juni 2007;- “Spreidingsplan multi-fuel tankstations, deelgebied 5, <strong>gemeente</strong>nEtten-Leur & <strong>Moerdijk</strong>, door Bureau Star Line i.o.v. provincie Noord-Brabant en i.s.m. MARB d.d. 30-08-2009.Telefonisch, schriftelijk en via internet:- Site <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>;- “Monitor bevolking en wonen <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>”, versie januari 2009via site Provincie Noord-Brabant: www.brabant.nl;- http://www.toolbox.ez.nl, Toolbox Ministerie Economische Zaken;- Catalist Experian te ‘s-Gravenhage inzake gegevens tankstations;- RBOI Advies “Beoordeling onderzoekenmotorbrandstoffenverkooppunt Fijnaart’ (projectnr. 264.14908.00)”d.d. 10 december 2009;- Site: <strong>gemeente</strong>lijke beleidskader Fijnaart (site <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>):- http://www.moerdijk.nl/DOCS/54980_BELEIDSKADER_DORPSPLAN_FIJNAART.PDF- http://www.marketingonline.nl/nieuws/ModuleItem44077.html,Tijdschrift voor Marketing Online, nieuws week 15 d.d. 13 april 2006inzake artikel “Aldi en Lidl verliezen marktaandeel”;- www.aldi.nl;- Enqueteonderzoek Grontmij, kenmerk EH/RvR/MB i.o.v. C.Z.A.V. d.d.6 november 2006.Bureau Star Line - Middelharnis 32DPO Fijnaart 2100622 22-06-2010


<strong>Moerdijk</strong>Beoordeling onderzoekenmotorbrandstoffenverkooppunt Fijnaart25 jaaradviseurs ruimtelijke ordening


© RBOI - Rotterdam/Middelburg bvNiets uit dit drukwerk mag door anderen dan de opdrachtgever worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie,microlm of op welke andere wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van RBOI - Rotterdam/Middelburg bv, behoudens voorzover dit drukwerk wettelijk eenopenbaar karakter heeft gekregen. Dit drukwerk mag zonder genoemde toestemming niet worden gebruikt voor enig ander doel dan waarvoor het is vervaardigd.


<strong>Moerdijk</strong>Beoordeling onderzoekenmotorbrandstoffenverkooppunt Fijnaartprojectnummer:datum:264.14908.00 10-12-2009opdrachtleider:opdrachtgever:drs. A.Th.M. Hoedemaker<strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong>auteur(s):drs. G. WeltenR.008/03gecerticeerd door Lloyd’sconform ISO 9001: 2000aangesloten bij:RBOI - Rotterdam bvDelftsestraat 17 aPostbus 1503000 AD Rotterdamtelefoon (010) 413 06 20E-mail: info@rboi.nl


Inhoud1. Inleiding blz. 32. Bestaand onderzoek 52.1. DPO en haalbaarheidsonderzoek 52.2. Aanvullend onderzoek 62.3. Conclusie 73. Mogelijkheden voor eindoordeel 93.1. Uitgangspunten DPO 93.1.1. Volumepotentieel uit het primaire marktgebied93.1.2. Potentieel volume van buiten het primaire marktgebied113.1.3. Gemiddeld volume nodig voor duurzaam economisch functionerenhuidig aanbod113.2. Confrontatie vraag en aanbod 123.3. Conclusie 134. Conclusie 15Adviesbureau RBOI 264.14908.00Rotterdam / Middelburg


Figuur 1.1Locatie beoogd tankstationOudemolensedijk 9N


1. Inleiding3AanleidingBij de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> zijn in het verleden twee aanvragen binnengekomen voor vestigingvan een brandstoffenverkooppunt in het buitengebied aan de westzijde van Fijnaart. Na eendistributieplanologisch onderzoek (DPO) in 2006 is besloten één van de twee beoogde locatiespositief te bestemmen (hoek Molenstraat-Appelaarsedijk).Het toenmalige DPO kwam tot de conclusie dat slechts voor één nieuwe aanbieder vanbrandstoffen distributieplanologische ruimte aanwezig is. Aan de vestiging van een tankstationaan de Oudemolensedijk 9 (figuur 1.1) is daarom geen verdere medewerking meer verleend.Voor de locatie Oudemolensedijk 9 in Fijnaart is herhaaldelijk onderzocht in hoeverre marktruimteaanwezig is voor vestiging van een tankstation. Deze onderzoeken maakten echternooit een definitief oordeel mogelijk over de toelaatbaarheid van de vestiging van het tankstation.De vraag is nu wat benodigd is om tot dit definitieve oordeel te komen.VraagstellingOm bovenstaande vraag te kunnen beantwoorden zijn de volgende deelvragen onderzocht.- Welke conclusies kunnen worden getrokken uit de bestaande onderzoeken?- Welke analyses zijn nodig om tot een definitief oordeel te komen?- Kan al een verwachting worden geschetst ten aanzien van de toelaatbaarheid van hettankstation op de beoogde locatie?LeeswijzerHoofdstuk 2 gaat in op de conclusies uit bestaande onderzoeken. Dit geeft inzicht in de zakendie nodig zijn om de toelaatbaarheid definitief te kunnen beoordelen, hetgeen aan deorde is in hoofdstuk 3. Hoofdstuk 4 geeft de conclusies weer met verwachtingen ten aanzienvan de vestigingsmogelijkheden van het tankstation.Adviesbureau RBOI 264.14908.00Rotterdam / Middelburg


4 Inleiding264.14908.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


2. Bestaand onderzoek5Dit hoofdstuk gaat allereerst (paragraaf 2.1) kort in op het DPO en het haalbaarheidsonderzoekvan Bureau Star Line uit 2006 en 2007 en de reactie daarop van RBOI in 2007. Vervolgenswordt de aanvulling op het haalbaarheidsonderzoek van mei 2009 beoordeeld in paragraaf2.2. Paragraaf 2.3 geeft de belangrijkste conclusies weer.2.1. DPO en haalbaarheidsonderzoekDistributief Planologisch Onderzoek 'Fijnaart' (2006)Het rapport Distributief Planologisch Onderzoek 'Fijnaart' (2006) is opgesteld door BureauStar Line om de vraag te kunnen beantwoorden in hoeverre marktruimte in het verzorgingsgebiedaanwezig is voor vestiging van brandstoffenverkooppunten. De conclusie uit het DPOis dat er op termijn voldoende marktruimte ontstaat om één nieuw tankstation te laten functioneren.Reactie RBOI 1) (2007)In de beoordeling van het DPO trok RBOI (2007) de volgende conclusies.- Het DPO voldoet ten dele aan de eisen die aan een DPO worden gesteld. De argumentatievan de begrenzing van het verzorgingsgebied met een straal van 3,5 km is mager.Uit een ander DPO van Star Line voor een tankstation bij Zevenbergschen Hoek blijktdat een tankstation aan een doorgaande route zoals de N640 een verzorgingsgebiedheeft met een straal van circa 6 km. Een groter verzorgingsgebied betekent logischerwijsmeer volumepotentieel en meer concurrerende aanbieders, oftewel een anderemarktsituatie.- De marktanalyse in het DPO is onvolledig. Binding en toevloeiing van volumepotentieelin de toekomst zijn niet beschreven. Onduidelijk is daarom wat de te verwachten invloedvan de beoogde aanbieders op de toekomstige marktsituatie zal zijn.Haalbaarheidsonderzoek 'Tankstation Oudemolensedijk 9 Fijnaart' (2007)In 2007 heeft Star Line een haalbaarheidsonderzoek opgesteld. Dit haalbaarheidsonderzoekis een aanvulling op het DPO uit 2006 aangevuld met de regionale aantrekkingskracht vanAldi op de beoogde locatie. In het rapport wordt geconcludeerd dat er van buiten het in hetDPO gekozen verzorgingsgebied nog tussen 3.000 en 3.500 mensen wekelijks de Aldi bezoeken.Het levert een volumepotentieel op van maximaal 0,7 miljoen liter per jaar.Reactie RBOI 1) (2007)In een beoordeling (2007) van het haalbaarheidsonderzoek kwam RBOI tot de conclusie dathet rapport geen distributieplanologisch onderzoek is; het bevat alleen een inschatting vanhet volumepotentieel aan motorbrandstoffen dat aan de Oudemolensedijk 9 verwacht wordt.Hierbij wordt, vanwege het grote verzorgingsgebied van de Aldi, uitgegaan van een groter1) Beoordeling DPO en haalbaarheidsonderzoek voor realisering tankstation(s) aan de westkant van Fijnaart, RBOI,2007.Adviesbureau RBOI 264.14908.00Rotterdam / Middelburg


6 Bestaand onderzoekverzorgingsgebied dan in het DPO. Dit geeft uiteraard een groter potentieel aan consumenten.In 2007 trok RBOI de conclusie dat het nog maar de vraag is of bezoekers van de Aldivan buiten het directe verzorgingsgebied zullen tanken op die locatie.ConclusieAl in 2007 is door RBOI de conclusie getrokken dat het DPO niet volledig is en daarom nietgeheel voldoet aan de eisen die aan een DPO worden gesteld. Het haalbaarheidsonderzoekdat vervolgens is gepubliceerd brengt daarin geen verandering. Ondanks deze bezwaren is inde reactie van RBOI (2007) op basis van de toen bekende gegevens de verwachting opgenomendat de marktruimte slechts voldoende is om vestiging van één nieuwe aanbiedervan motorbrandstoffen aan de westkant van Fijnaart mogelijk te maken.Op basis van de onderzoeken is toen de vestiging van één nieuw tankstation (op de hoekMolenstraat-Appelaarsedijk) mogelijk gemaakt. De initiatiefnemer voor het tankstation aande Oudemolensedijk blijft van mening dat wel degelijk voldoende marktruimte aanwezig isom ook zijn ontwikkeling mogelijk te maken. In 2009 is daarom een aanvulling opgesteld ophet haalbaarheidsonderzoek. De volgende paragraaf gaat in op dit onderzoek.2.2. Aanvullend onderzoekAanvulling haalbaarheidsonderzoek 'tankstation Oudemolensedijk 9 Fijnaart'(2009)In 2009 heeft Bureau Star Line een aanvulling opgesteld van het haalbaarheidsonderzoek uit2007. De aanleiding hiervoor is enerzijds recent gepubliceerde onderzoeksresultaten naarhet 'tankgedrag' van consumenten in relatie tot supermarktbezoek. Anderzijds speelt eenaantal trends in de markt voor brandstoffenverkooppunten, waaraan het rapport aandachtwil besteden.Trends in markt voor motorbrandstoffenBureau Star Line gaat in de rapportage in op een tweetal trends die vestiging van een nieuwtankstation (op de beoogde locatie) aantrekkelijk maken.1. Duurzame motorbrandstoffen (ook wel biobrandstoffen) zijn in opkomst. De overheidstimuleert het gebruik van deze brandstoffen. De provincie Brabant wil de beschikbaarheidervan zo goed mogelijk spreiden over de provincie en zet onder andere in opbrandstoffenverkooppunten aan het regionaal/nationaal wegennet voor de verkoop vanbiobrandstof. De initiatiefnemer wil deze brandstoffen gaan verkopen en de beoogde locatiebevindt zich aan het regionaal wegennet.2. Er worden in Nederland steeds meer brandstoffenverkooppunten gevestigd nabij de openafritten van rijkswegen. De ervaring van Bureau Star Line is dat tankstations op dergelijkelocaties veel brandstof weten te verkopen, vanwege de goede bereikbaarheiden/of vanwege een groot achterland dat via de afrit van de snelweg ontsloten is. De beoogdeligging van het tankstation levert daarom een extra volumepotentieel op.Beoordeling mogelijke toename van de potentiële marktruimteDe eerste trend (verkoop van biobrandstof) die Bureau Star Line noemt levert geen extravolumepotentieel op. Het is hooguit een concurrentievoordeel, waardoor deze aanbieder eengroter marktaandeel weet te halen.De tweede trend (tankstations nabij op-/afrit snelweg) kan wel inhouden dat de marktruimtevoor tankstations in Fijnaart en omgeving groter is dan in het oorspronkelijke DPO is aangenomen.Uitgaande van de ervaring van Star Line kan gesteld worden dat de rijksweg A59 (inpotentie) een extra vraag naar brandstof op de locatie Oudemolensedijk 9 oplevert van circa900.000 liter per jaar.264.14908.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Bestaand onderzoek 7Extra volumepotentieel door aantrekkingskracht AldiBureau Star Line haalt een onderzoek aan dat is uitgevoerd door Grontmij naar het tankgedragvan consumenten bij supermarkten. Uit het onderzoek komt naar voren dat 27,3% vande bezoekers aan een supermarkt ook tankt op dezelfde locatie. Bij 7.000 bezoekers die metde auto komen per week levert dit een vraag naar brandstof per jaar op van bijna 3,5 miljoenliter op de locatie Oudemolensedijk.ConclusieHet aanvullend onderzoek heeft een aantal ingangen gevonden op basis waarvan geconcludeerdkan worden dat de vraag naar brandstof groter is dan uit het oorspronkelijke DPO enhaalbaarheidsonderzoek naar voren komt. Ten eerste levert de ligging direct aan de op-/afritvan A59 extra vraag naar brandstof op. Ten tweede hebben de bezoekers aan de Aldi en hetKoopcentrum ook een potentiële vraag naar brandstof op die locatie.De opkomst van biobrandstoffen heeft geen effect op de marktruimte voor tankstations.2.3. ConclusieIn de inleiding is de vraag gesteld welke conclusies te trekken zijn op basis van de bestaandeonderzoeken. Analyse van het totaal van onderzoeken (het DPO, het haalbaarheidsonderzoeken de aanvulling daarop) leidt tot de volgende conclusie. Nog steeds ontbreekt de confrontatietussen de vraag (in liters) naar brandstof in Fijnaart en omgeving en de benodigde afzet(in liters) van de aanwezige aanbieders. Wel maakt het aanvullend haalbaarheidsonderzoek(2009) inzichtelijk dat de ligging aan de op-/afrit van de A59 en naast de Aldi de markt voorbrandstoffen in Fijnaart en omstreken groter maakt dan gedacht in de onderzoeken uit 2006en 2007.Het antwoord op de tweede vraag uit de inleiding welke analyse is nodig om een definitiefoordeel mogelijk te maken blijft: de confrontatie tussen vraag en aanbod, zoals in een DPOgebruikelijk is.Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg264.14908.00r


Figuur 3.1Verzorgingsgebied beoogd tankstationOudemolensedijk 9Primair verzorgingsgebiedN


3. Mogelijkheden voor eindoordeel9De drie onderzoeken afzonderlijk voldoen niet aan de eisen die gesteld worden aan een distributieplanologischonderzoek, terwijl pas op basis van een compleet DPO een eindoordeelmogelijk is. Dit hoofdstuk maakt op basis van de uitgangspunten uit de onderzoeken vanStar Line een aanzet voor een DPO. Daartoe gaat paragraaf 3.1 in op de uitgangspuntenvoor het DPO. Paragraaf 3.2 schetst indicatief de marktomstandigheden voor en na vestigingvan de nieuwe aanbieder. Paragraaf 3.3 gaat in op de belangrijkste conclusies.3.1. Uitgangspunten DPODe analyse van de distributieplanologische situatie vindt plaats op basis van een zo betrouwbaarmogelijke inschatting van het volumepotentieel in Fijnaart in relatie tot de omvang vanhet volume die noodzakelijk is voor een duurzaam bedrijfseconomisch functioneren van deaanwezige motorbrandstoffenverkooppunten. De economische analyse wordt uitgevoerd opbasis van een aantal uitgangspunten:1. volumepotentieel uit het primaire marktgebied: Fijnaart;2. potentieel volume van buiten het primaire marktgebied;3. gemiddeld benodigd aantal liters voor duurzaam economisch functioneren van het huidigaanbod aan tankstations in Fijnaart.3.1.1. Volumepotentieel uit het primaire marktgebiedHet primaire marktgebied voor het beoogde tankstation is de kern Fijnaart en het omliggendebuitengebied (figuur 3.1). In tabel 3.1 is het aantal inwoners en het aantal auto's indit gebied weergegeven.Tabel 3.1 Gegevens primair verzorgingsgebied (CBS, 2008)aantal inwonerspersonenauto's totaalFijnaart 4.530 2.125Oudemolen 210 120Nieuwemolen met Driehoek 150 95verspreide huizen Fijnaart 410 235verspreide huizen Heijningen 210 138totaal verzorgingsgebied 5.510 2.713Uitgaande van de kengetallen uit het DPO (Star Line, 2006) wordt per auto per jaar gemiddeld1.285 liter getankt. Dit betreft benzine, diesel en lpg. Bij 2.713 personenauto's in hetverzorgingsgebied komt dit op een vraag naar 3.490.000 liter brandstof per jaar voor consumenten.Adviesbureau RBOI 264.14908.00Rotterdam / Middelburg


Figuur 3.2Huidig aanbod tankstationsOudemolensedijk 9SnelwegtankstationTangent tankstationBuurttankstationN


Mogelijkheden voor eindoordeel 11Bestelwagens die in gebruik zijn als bedrijfsauto tanken gemiddeld 3.000 liter per jaar.Evenals Star Line gaat dit DPO ervan uit dat 10% van het totaal aantal van 3.600 bestelauto'sin de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> (CBS) in Fijnaart tankt: naar verwachting 360 in het verzorgingsgebied.Dit geeft een vraag naar brandstof van 1.080.000 liter per jaar.Het totale volumepotentieel in het verzorgingsgebied komt daarmee op 4.570.000 liter perjaar.3.1.2. Potentieel volume van buiten het primaire marktgebiedUit het aanvullend haalbaarheidsonderzoek (Star Line, 2009) komt naar voren dat een tankstationop de beoogde locatie mogelijk extra volume kan afzetten aan consumenten die vanbuiten het verzorgingsgebied afkomstig zijn. In paragraaf 2.2 is aangegeven dat deze extraliters vanuit twee groepen consumenten afkomstig zijn.1. Passanten op de rijksweg A59 die de snelweg verlaten om 'onderaan de afrit' te tanken.Uitgaande van de ervaring van Star Line kan gesteld worden dat de rijksweg A59 (inpotentie) een extra vraag naar brandstof op de locatie Oudemolensedijk 9 oplevert vancirca 900.000 liter per jaar.2. Bezoekers aan de Aldi en het Koopcentrum. Uitgaande van de berekening door Star Lineis in totaal, vanuit bezoekers aan de beoogde locatie, een vraag naar brandstof per jaarvan bijna 3,5 miljoen liter. De helft van de vraag is afkomstig van consumenten vanbuiten het verzorgingsgebied: 1.750.000 liter per jaar.In totaal is op de locatie Oudemolensedijk 9 in potentie van buiten het primaire verzorgingsgebied een extra vraag naar brandstof aanwezig van 2.650.000 liter per jaar.3.1.3. Gemiddeld volume nodig voor duurzaam economisch functionerenhuidig aanbodUitgaande van Bureau Star Line is een driedeling in motorbrandstoffenverkooppunten gangbaar:1. snelwegtankstation: deze zijn direct ontsloten via de snelwegen en bedienen altijdslechts één zijde van de snelweg;2. tangenttankstations: deze bevinden zich aan provinciale wegen (de N-wegen);3. buurttankstations: deze tankstations bevinden zich in of aan de rand van de wijken ineen kern.In het verzorgingsgebied zijn op dit moment drie brandstoffenverkooppunten aanwezig (figuur3.2). Het betreft één snelwegtankstation langs A59 (richting oost-west), één tangenttankstationaan de N640 en een buurtstation: aan de Langeweg in de kern Fijnaart. In tabel3.2 is per tankstation aangegeven wat de behoefte is aan brandstof en welk aandeeldaarvan uit het verzorgingsgebied van het beoogde tankstation wordt gehaald.Tabel 3.2 Gemiddeld afzetvolume voor duurzaam economisch functioneren (opbasis van Star Line, 2006)soort verkooppunt gemiddeld afzetvolume aandeel uit verzorgingsgebied(liters per jaar) (%)snelwegtankstation A59 3.500.000 20%tangenttankstation N640 2.100.000 100%buurttankstation Langeweg 1.800.000 100%Het beoogde tankstation aan de Oudemolensedijk (N640) wordt opgevat als een tangentstation.Dit tankstation zal gemiddeld 2,1 miljoen liter brandstof per jaar verkopen binnen hetverzorgingsgebied.Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg264.14908.00r


12 Mogelijkheden voor eindoordeel3.2. Confrontatie vraag en aanbodDe uitgangspunten uit de vorige paragraaf maken een indicatieve confrontatie mogelijk vande potentiële vraag naar brandstof in het verzorgingsgebied en de afzet van brandstof dienodig is voor het duurzaam economisch functioneren van het aanwezige aanbod aan tankstations.In tabel 3.3 is deze vergelijking gemaakt voor de huidige situatie waarin nog geentankstation is gevestigd aan de Oudemolensedijk 9. In deze situatie wordt ervan uitgegaandat de toevloeiing van vraag naar brandstof van buiten het verzorgingsgebied nihil is, omdatdeze vraag ontstaat door de specifieke locatie van het beoogde tankstation (zie paragraaf3.1.2).Tabel 3.3 Huidige marktomstandighedenjaartal 2009vraag naar brandstof vanuit verzorgingsgebied 4.570.000vanuit toevloeiing van buiten -totale vraag naar motorbrandstoffen 4.570.000aanbod brandstof snelwegtankstation A59 700.000tangentstation N640 (1X) 2.100.000buurtstation Langeweg 1.900.000totaal aanbod motorbrandstoffen 4.600.000verschil absoluut 30.000-procentueel -1%omschrijvingmarkt in evenwichtTabel 3.3 laat zien dat de huidige markt in evenwicht is. Er in deze situatie naar verwachtingechter geen sprake van een substantiële vraag naar brandstof door consumenten die desnelweg verlaten om te tanken en door bezoekers aan de Aldi die van buiten het verzorgingsgebiedkomen. In tabel 3.4 is daarmee wel rekening gehouden en de benodigde afzetvan het beoogde tangenttankstation is daarin eveneens meegenomen.Tabel 3.4 Marktomstandigheden na vestiging beoogd tankstationjaartal 2009vraag naar brandstof vanuit verzorgingsgebied 4.570.000vanuit toevloeiing 2.651.000totale vraag naar motorbrandstoffen 7.221.000benodigd afzetvolume snelwegtankstation A59 700.000tangentstation N640 (2X) 4.200.000buurtstation Langeweg 1.800.000totaal benodigd afzetvolume 6.700.000verschil absoluut 521.000procentueel 7%omschrijvingmarkt in evenwichtUit de indicatieve berekening (tabel 3.4) blijkt dat het beoogde tankstation grotendeels zijn'eigen' markt creëert. Deze is van dusdanige omvang dat de situatie 'markt in evenwicht'blijft bestaan.264.14908.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


Mogelijkheden voor eindoordeel 133.3. ConclusieUit hoofdstuk 2 komt naar voren dat een compleet DPO nog niet uitgevoerd is terwijl dezeanalyse nodig is om tot een definitief oordeel te komen. Hoofdstuk 3 heeft (op indicatievewijze) deze confrontatie uitgevoerd om de derde vraag uit de inleiding te kunnen beantwoorden:of een verwachting kan worden geschetst ten aanzien van de toelaatbaarheid van hettankstation op de beoogde locatie?In het DPO uit 2006 waren de potenties in termen van afzetvolume van de locatie aan deOudemolensedijk 9 niet meegenomen. In het aanvullend haalbaarheidsonderzoek (2009) ishierop in afdoende mate ingegaan. Echter, er is vervolgens geen analyse gemaakt van denieuwe, totale marktomstandigheden in het verzorgingsgebied na vestiging van het beoogdetankstation. In paragraaf 3.2 is deze analyse wel gemaakt. Daaruit komt naar voren dat ervoldoende marktruimte aanwezig is om het tankstation aan de Oudemolensedijk 9 toe testaan.De kanttekening bij bovenstaande conclusie is dat de indicatieve berekening uit paragraaf3.2 niet op een volledig DPO is gebaseerd. In een DPO is namelijk altijd sprake van eenmate van binding van de vraag in een verzorgingsgebied en een zekere mate van toevloeiingvan een vraag van buiten dat gebied. In de indicatieve berekening én in het DPO van StarLine (2006) wordt ervan uitgegaan dat de vraag naar brandstof van inwoners van hetverzorgingsgebied (binding) volledig in dat gebied getankt wordt. Dit is naar verwachtingniet het geval. Daarnaast is bovenop de berekende toevloeiing sprake van extra toevloeiingdoor, bijvoorbeeld, passanten die via de N640 rijden.Als met binding en toevloeiing rekening wordt gehouden kan de marktsituatie er anders uitkomen te zien. De verwachting is wel de toevloeiing hoger is en de binding lager. Waarschijnlijkis dit 'in evenwicht', waardoor de totale vraag per saldo gelijk blijft.Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg264.14908.00r


14 Mogelijkheden voor eindoordeel264.14908.00 Adviesbureau RBOIRotterdam / Middelburg


4. Conclusie15Aan de hand van de vragen die in de inleiding zijn gesteld, beantwoord dit hoofdstuk devraag of de <strong>gemeente</strong> <strong>Moerdijk</strong> aan vestiging van een brandstoffenverkooppunt aan de Oudemolensedijk9 medewerking kan verlenen.Conclusies uit de bestaande onderzoekenHet DPO uit 2006 was niet volledig, omdat met name de toevloeiing van vraag naar brandstofvan buiten het verzorgingsgebied niet goed in beeld is gebracht. De conclusie dat erslechts marktruimte is voor één nieuwe aanbieder van motorbrandstoffen in het verzorgingsgebiedwas op basis van dat DPO dan ook niet mogelijk.Het aanvullend haalbaarheidsonderzoek (2009) maakt inzichtelijk dat de ligging aan deop-/afrit van de A59 en naast de Aldi de markt voor brandstoffen in Fijnaart e.o. grotermaakt dan gedacht in de onderzoeken uit 2006 en 2007.Benodigde analyse voor een definitief oordeelOp basis van de nieuwe inzichten kan de marktruimte voor vestiging van een tankstation opde beoogde locatie opnieuw beoordeeld worden. In geen van de rapporten is deze beoordeling op basis van een compleet DPO uitgevoerd, terwijl deze analyse nodig is om tot eendefinitief oordeel te komen.Verwachting ten aanzien van de toelaatbaarheid van het tankstation op de beoogdelocatieHoewel ook in hoofdstuk 3 geen volledig DPO is uitgevoerd, kan op basis van de analyse uitdat hoofdstuk wel gesteld worden dat er voldoende marktruimte aanwezig is voor vestigingvan een tankstation aan de Oudemolensedijk 9. De specifieke kenmerken van de locatie makennamelijk dat toevloeiing van vraag naar brandstof is te verwachten van klanten van deAldi en het Koopcentrum en van passanten op de A59.KanttekeningIn een DPO is altijd sprake van een mate van binding van de vraag in een verzorgingsgebieden een zekere mate van toevloeiing van een vraag van buiten dat gebied. Als met binding entoevloeiing rekening wordt gehouden, kan de marktsituatie er anders uit komen te zien danin hoofdstuk 3 is voorgesteld. De verwachting is wel de toevloeiing hoger is en de bindinglager. Naar verwachting is dit min of meer in evenwicht, waardoor de totale vraag persaldo gelijk blijft. De marktruimte voor het tankstation aan de Oudemolensedijk blijft danaanwezig.Adviesbureau RBOI 264.14908.00Rotterdam / Middelburg


Stadsedijk 28 en 30


• • • •


• • •


• • • • • •

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!