12.07.2015 Views

3.4 Voert beleidsmatige taken uit Antwoordmodellen

3.4 Voert beleidsmatige taken uit Antwoordmodellen

3.4 Voert beleidsmatige taken uit Antwoordmodellen

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

ThiemeMeulenhoff ZorgNiveau 4<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong><strong>Antwoordmodellen</strong>


Inhoudsopgave• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •1 Assertiviteit 51.1 Eigen mening en wensen naar voren brengen 5Praktijk: Te weinig zorg 5Praktijk: Zelf wassen 5Kennisopdracht 51.2 Opkomen voor eigen positie 7Praktijk: Positie als stagiaire 7Praktijk: Kenniscentrum 7Kennisopdracht 71.3 Adequaat handelen bij intimiteiten 9Praktijk: Twijfel 9Kennisopdracht 91.4 Adequaat handelen bij fysieke agressie 11Praktijk: Van kwaad tot erger 11Praktijk: Boos! 11Kennisopdracht 111.5 Onderhandelen met collega's, leidinggevende en zorgvrager1 3Praktijk: Onderhandelen over het verpleegplan 13Praktijk: Verpleegkundige Adviesraad 13Kennisopdracht 132 Collegialiteit 152.1 Samenwerken met collega's, mantelzorgverleners envrijwilligers 15Praktijk: Ik wilde je alleen maar helpen 15Praktijk: Ik kan niet leven met één borst 15Kennisopdracht 152.2 Respect tonen voor de levensbeschouwing en cultuur vancollega's 17Praktijk: Ik ben geen dief 17Praktijk: Afdeling Noord 17Kennisopdracht 172.3 De eigen werk- en beroepshouding bespreekbaar maken 19Praktijk: Miepje 19Kennisopdracht 19


2.4 Een positieve bijdrage leveren aan de sfeer in het team 21Praktijk: Peter 21Praktijk: Ibrahim 21Kennisopdracht 212.5 Zorgvuldig handelen in conflictsituaties 23Praktijk: Jamilla is ziek 23Kennisopdracht 233 De zorg coördineren 253.1 Coördinatie en continuïteit van zorg 25Praktijk: De benauwde longpatiënt 25Praktijk: Af en toe een chocolaatje...? 25Praktijk: Borstamputatie 25Praktijk: De man met het gebroken been 26Praktijk: Wel of geen zorgplan? 26Praktijk: Niet te snel naar huis 26Praktijk: Zorg op afstand 27Kennisopdracht 274 Knelpunten signaleren in het werkklimaat 314.1 Knelpunten signaleren in het werkklimaat 31Praktijk: Weinig tijd voor de zorgvrager 31Praktijk: Joviaal en gezellig 31Kennisopdracht 31


1 AssertiviteitEigen mening en wensen naar vorenbrengen• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: TE WEINIG ZORG1 Noem twee punten die illustreren dat Yvonne assertief is.Yvonne is assertief: ze is duidelijk over wat ze wil en luistert naar wat de verzorgenden willen.2 Wat belemmert een assertieve opstelling van Yvonne tegenover de regiomanager?Ze is bang dat haar wensen niet serieus worden genomen en dat haar wensen verkeerdworden opgevat (als zou ze haar werk niet aankunnen).3 Noem drie voordelen van een assertieve opstelling tegenover de regiomanager: voor deorganisatie, voor de collega's en voor Yvonne zelf.Voordelen van een assertieve opstelling zijn (voor organisatie): duidelijkheid hebben overwelke problemen er spelen en daardoor kunnen werken aan de kwaliteit van de zorg; (voorde collega's) het gevoel serieus genomen te worden, beter hun werk kunnen doen; (voorYvonne zelf) beter haar eigen werk kunnen doen, omdat de medewerkers tevredener zijn.PRAKTIJK: ZELF WASSEN1 Als er in het protocol staat dat de zorgvrager drie dagen postoperatief zichzelf moet wassen,mag jij als verpleegkundige hierop een <strong>uit</strong>zondering maken? Licht je antwoord toe.Dit hangt af van het type protocol en waarvoor het protocol bedoeld is. Als een protocol bedoeldis als een algemene richtlijn, mag wanneer dit duidelijke nadelen oplevert voor de patiënt,hiervan worden afgeweken, liefst in overleg <strong>uit</strong>eraard. In dit geval is het verpleegkundige Ilonkaduidelijk dat het zelf wassen een te grote en onnodige belasting oplevert voor de heer Koster.2 Is het in deze situatie moeilijk om nee te zeggen? Waarom wel of niet?De heer Koster moet actief meewerken aan zijn te herstel. De dagelijkse activiteiten oppikkenis daar een onderdeel van. Daarom kun je het belang van de heer Koster op meerdere manierenopvatten en is het een moeilijke afweging.3 Vind je dat Ilonka assertief reageert? Leg <strong>uit</strong>.Dat hangt ervan af hoe je de beslissing van Ilonka bekijkt: als ze toestemt, omdat ze hetverzoek van de heer Koster niet durft te weigeren, is ze niet assertief. Als ze toestemt, omdatdit overeenkomt met ze zelf vindt van de eigen situatie, is ze wel assertief.KENNISOPDRACHT1 In welke mate is assertiviteit een karaktereigenschap en wat is het nog meer?De een is van van nature assertiever dan de ander. Assertiviteit is vooral een communicatiestijl,een manier waarop je met anderen praat of reageert op mensen.© ThiemeMeulenhoff 5


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>2 Waarom zijn assertieve collega's prettig om mee te werken?De assertieve collega is prettig om mee te werken, omdat je weet wat je aan hem heb. Hijgeeft duidelijk aan waar zijn grenzen liggen, wat hij vindt en waarom hij iets vindt. Hij legt zijnwensen op tafel, zonder zijn zin door te drijven3 Is opkomen voor je eigen belangen ook van belang voor je werk? Leg <strong>uit</strong>.De kwaliteit van de zorgverlening is gebaat bij de assertieve zorgverleners, omdat assertievezorgverleners mee (durven) praten over die kwaliteit van de zorg. Ze staan voor wat zebelangrijk vinden. Bovendien zijn assertieve medewerkers over het algemeen tevredener,omdat er minder onderhuidse gevoelens van frustratie of ontevredenheid leven.4 In het ziekenhuis is het verboden te roken. Vind je een verpleegkundige assertief als zij dateen zorgvrager verbiedt? Waar hangt dat vanaf?Dat hangt ervan af hoe zij het verbiedt. Als zij zonder in te leven in de zorgvrager hem eenverbod oplegt, is dat niet assertief. Als zij begrip toont voor het feit dat hij wil roken, maar hemop een vriendelijke manier <strong>uit</strong>legt waarom het niet kan, is dat wel assertief.5 Noem een oorzaak waarom de zorgvrager in de praktijk in de relatie tot de arts of deverpleegkundige niet altijd even mondig is.Een zorgvrager zit doorgaans in een afhankelijke en kwetsbare positie. Bovendien kan hetbesef van ziek-zijn iemand (tijdelijk) heel passief maken.6© ThiemeMeulenhoff


AssertiviteitOpkomen voor eigen positieOpkomen voor eigen positie• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: POSITIE ALS STAGIAIRE1 Met wie ben je het meer eens, met Carlijne of Mijke? Leg <strong>uit</strong>.In zowel de standpunten van Carlijne of Mijke zit een kern van waarheid, hoewel de angst vanCarlijne wel begrijpelijk, maar misschien niet helemaal terecht is. Misstanden kun je aankaartenbij een mentor of docent van school.2 Hoe hoger de functie, hoe makkelijker je dingen kunt veranderen.Toch heeft ook een stagiairejuist een goede positie om dingen te veranderen. Leg <strong>uit</strong> wat de voordelen zijn aan de positievan een stagiaire.Een stagiaire is minder vast verbonden aan zijn werkplek dan een ‘normale’ werknemer.Misstanden zullen een stagiaire ook eerder opvallen, omdat ze er als ‘b<strong>uit</strong>enstaander’ tegenaankijkt. Een stagiaire is minder afhankelijk van die werkplek en daardoor vrijer om dingen aante kaarten. Een stagiaire heeft ook minder loyaliteiten.3 Als een stagiaire een conflict heeft met een – gediplomeerde – collega over de kwaliteit vande zorg; wie bevindt zich dan in een betere positie? Waarom vind je dat?De stagiaire bevindt zich doorgaans in een slechtere positie. Ten eerste is er de positie alsleerling, waardoor ze zich in een ondergeschikte positie bevindt. Daarbij heeft de collega hetvoordeel dat ze ergens langer werkt en meer ervaring en kennis heeft over de gang van zakenop een afdeling en de wijze van zorgverlening. Ook zal de collega sneller de steun van decollega's of de leidinggevende krijgen.PRAKTIJK: KENNISCENTRUM1 Je leest bovenstaande oproep en je verpleegt mensen met deze problemen. Reageer je?Waarom of waarom niet?Waarschijnlijk is tijdsdruk een veelgenoemde reden om niet te reageren. Een reden om welte reageren is dat je zo bijdraagt aan de professionalisering van je vak en dat het wellicht ookleerzaam is om mee te werken aan de praktijktoets.2 Het LEVV is een soort kennisbank voor verpleegkundigen en verzorgenden. Hoe draagt hetverzamelen en verspreiden van kennis bij aan de positie van verpleegkundigen?Deskundigheid is een van de pijlers van de professionaliteit van een beroepsgroep. Behalvede ‘gewone’ opleiding tot verpleegkundige hoort daar ook bijscholing en bijhouden van je vakbij door het lezen van vakliteratuur.3 Hoort het bij het vak van een ‘gewone’ verpleegkundige om deel te nemen aan dergelijketoetsen? Verklaar je mening.Verpleegkundigen zijn zelf verantwoordelijk voor de professionalisering van het vak. In die zinhoort het bij het vak van een verpleegkundige om deel te nemen aan dergelijke toetsen.KENNISOPDRACHT1 Op welke manier hebben rechten en plichten met elkaar te maken? Geef een voorbeeld.© ThiemeMeulenhoff 7


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>Rechten en plichten zijn verbonden: <strong>uit</strong> rechten vloeien plichten voort. Het recht van de éénis vaak de plicht van een ander.2 Geef twee voorbeelden waar rechten van werknemers beschreven staan.Rechten van de werknemer staan in: een arbeidsovereenkomst; in wetten; in de cao.3 Wat heeft de positie van jou als verpleegkundige te maken met het salaris dat je verdient?Leg <strong>uit</strong>.Het salaris is (onder meer) een <strong>uit</strong>drukking van (maatschappelijke) waardering van dewerkzaamheden die je als verpleegkundige doet. Aan het salaris van een beroepsgroep kunje (onder meer) het aanzien of de status van die beroepsgroep aflezen.4 Je kunt je positie versterken door steun te zoeken bij anderen. Verklaar waarom je positie dansterker wordt.Door steun bij anderen sta je sterker. Je kunt macht verlenen aan het feit dat je bij een groteregroep hoort, dat je mening gedeeld wordt door veel anderen.5 Zorgdragers hebben rechten, zoals het recht op inzage in het medisch dossier. Welke plichtvoor de verpleegkundige vloeit daar <strong>uit</strong> voort?Uit het recht op inzage in het medisch dossier vloeit de plicht voort om zorgvragers toegangte geven tot hun dossier.8© ThiemeMeulenhoff


AssertiviteitAdequaat handelen bij intimiteitenAdequaat handelen bij intimiteiten• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: TWIJFEL1 Miriam slaat zelf een arm om de man heen, maar als de man dit doet, overschrijdt hij eengrens. Waarom is dat?Het is de intentie die achter het gebaar schuilgaat, die van belang is. Bij Miriam was dat troostbieden. Bij de man heeft het gebaar een seksuele annotatie.2 Maakt het verschil voor je reactie of je begrip op kunt brengen voor het gedrag van de man?Licht je antwoord toe.De reden waarom iemand bepaald gedrag vertoont, speelt doorgaans een rol bij de afwegingof bepaald gedrag te tolereren is. Dat speelt vooral wanneer bepaald gedrag voortkomt <strong>uit</strong>een stoornis. In dit geval zou Miriam er begrip voor kunnen hebben dat de man in de war isen eenzaam. Maar de grenzen van Miriam verschuiven hier niet door, hoog<strong>uit</strong> hoe zij reageertop de man.3 Zou jij, wanneer jij de leidinggevende van Miriam was, dit incident ernstig genoeg vinden vooreen waarschuwing of misschien zelfs opschorting van zorg? Geef argumenten.Op zich kan dergelijk gedrag aanleiding zijn voor een maatregel in de zin van een waarschuwingof overname van zorg door iemand anders of zelfs het opschorten van zorg. Dat kan afhangenvan de persoonlijke grenzen van de verpleegkundige. Hoe ernstig voelt zij zich geïntimideerd,wil zij zelf de zorg voortzetten, is ze bereid dit incident met de man <strong>uit</strong> te praten? Ook hetgedrag van de man speelt mee: toont hij zich berouwvol, bestaat er vertrouwen dat dit incidentzich in de toekomst niet zal herhalen?KENNISOPDRACHT1 Kun je een ongewenste intimiteit zelf <strong>uit</strong>lokken door het dragen van bepaalde kleding?Nee, dat kan niet.2 Wat is erop tegen om als verpleegkundige seks hebben met een zorgvrager als beide partijendat willen?Seksuele relaties tussen verpleegkundigen en zorgvragers zijn altijd fout, omdat deverpleegkundige over de grenzen gaat die de beroepsgroep en de wet op dit gebied gesteldhebben. Die grenzen zijn zo scherp gesteld omdat zorgvragers in een kwetsbare positieverkeren.3 Mag een zorginstelling de zorgrelatie zomaar verbreken bij ongewenste intimiteiten? Verklaarje antwoord.Een zorginstelling mag de zorgrelatie nooit zomaar verbreken, ze moet al het mogelijk doenom de zorg, hetzij in een andere vorm, voort te zetten. Wel mag de verpleegkundige in gevalvan seksuele intimidatie de zorg met onmiddellijke ingang s<strong>taken</strong> en kan zij verlangen dat zijbetrokken zorgvrager verder niet meer in zorg krijgt (de meeste cao's vermelden dit).4 Als een zorgvrager van<strong>uit</strong> een stoornis ongeremd seksueel gedrag vertoont, hoef je dan geengrenzen te stellen? Leg <strong>uit</strong>.© ThiemeMeulenhoff 9


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>Ook wanneer een zorgvrager van<strong>uit</strong> een stoornis gestoord seksueel gedrag vertoont, zijngrenzen aan de orde.5 Seksuele intimidatie door een collega heeft meer impact dan door een zorgvrager. Waaromis dat, denk je?Bij collega's gaat bij seksuele intimidatie mogelijk een grotere dreiging <strong>uit</strong> dan wanneer eenzorgvrager hetzelfde doet. Bovendien is een zorgvrager te ontlopen en zijn ze vaak tijdelijk inzorg' bij een collega is dat moeilijker of soms onmogelijk. Je wordt er dan constant aanherinnerd.10© ThiemeMeulenhoff


AssertiviteitAdequaat handelen bij fysieke agressieAdequaat handelen bij fysieke agressie• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: VAN KWAAD TOT ERGER1 Verklaar de oorzaak van de agressie van Ellen: ligt het aan haar stoornis, de situatie of beide?Mogelijk is de agressie van Ellen te verklaren <strong>uit</strong> haar stoornis en <strong>uit</strong> haar situatie. Het wisselenvan afdelingen en de angst voor andere zorgvragers kunnen haar agressie versterken.2 Zie je vrijheidsbeperkende maatregelen als een gevolg van agressie of een oorzaak vanagressie? Leg <strong>uit</strong>.Beide. Vrijheidsbeperkende maatregelen zijn een reactie op Ellens agressie, maar kunnen ophun beurt agressie aanwakkeren.3 Vind je het de taak om, wanneer je als verpleegkundige John met Ellen gaat werken, teproberen iets te doen aan de agressie of sta je in zo'n geval machteloos?Verpleegkundige John kan wel degelijk wat doen om de agressie te proberen in te perken. Hijkan proberen te achterhalen wat de agressie veroorzaakt. Hij kan haar observeren: wanneerdoet agressie zich voor, hoe vaak? Welke aanleiding deed Ellen eerder in agressie ontsteken?En welke situaties zouden agressie kunnen oproepen? Is ze overgevoelig voor prikkels? Ookkan hij het met collega's bespreken om zo samen tot een gezamenlijke aanpak te komen.Daarvoor kunnen ze advies inwinnen bij andere behandelaars van Ellen.PRAKTIJK: BOOS!1 Waarom is de jongen agressief?De agressie van de jongen zou een logische reactie kunnen zijn op zijn gevoelens van verdrieten onmacht en zijn gevoel de controle over de situatie te verliezen.2 Heeft de agressie iets met de verpleegkundige te maken? Waarom wel of niet?De agressie heeft niets met de verpleegkundige te maken. Zij wordt toevallig mikpunt van zijnagressie, maar heeft deze agressie op geen enkele manier <strong>uit</strong>gelokt.3 Wat vind je hiervan: moet de verpleegkundige begrip tonen of grenzen stellen?Beide: het beste is wanneer de verpleegkundige op een begripvolle manier grenzen stelt.KENNISOPDRACHT1 Noem twee kenmerken van agressie en omschrijf op basis daarvan in je eigen woorden watagressie is.Agressie is schadelijk voor de ander. Een het gebeurt expres. Een definitie luidt dan: gedragdat gericht is op het fysiek of psychisch verwonden van anderen.2 Kun je, met een beetje mensenkennis, aan de hand van iemands karakter voorspellen ofiemand agressief reageert?Nee. Agressie is niet te voorspellen van<strong>uit</strong> iemands karakter. Er bestaat niet zoiets als eenagressieve persoonlijkheid.3 Noem in de zorg drie situaties die agressief gedrag <strong>uit</strong>lokken.© ThiemeMeulenhoff 11


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>In de gezondheidszorg kan agressie worden <strong>uit</strong>gelokt in de volgende situaties:• lange tijd opgenomen zijn (hospitalisatie);• niet weten waar je aan toe bent (bijvoorbeeld bij een gedwongen opname in eenpsychiatrische afdeling);• onmacht en afhankelijkheid (het gevoel de controle te verliezen over je eigen leven, zoalsbij vaste toiletrondes of moeten vragen om naar het toilet te gaan);• angst (bijvoorbeeld voor verlies van het leven zoals dat was);• laag zelfbeeld (door de afhankelijke rol als patiënt of slechte ervaringen);• dwangmaatregelen (opgesloten worden, vastgebonden worden);• tekort aan gevoel van genegenheid, veiligheid en warmte.4 Door iemand vast te binden, kun je agressief gedrag voorkomen. Wanneer is dit geoorloofd?Wanneer het agressieve gedrag voortkomt <strong>uit</strong> een stoornis en het vastbinden strikt noodzakelijkis om gevaar voor de patiënt of anderen af te wenden5 Waarom is het belangrijk om incidenten met fysiek geweld te melden?Eén of meerdere meldingen kunnen aanleiding zijn om een protocol of beleid bij te stellen. Dekwaliteit van de zorg is er dus mee gediend.12© ThiemeMeulenhoff


AssertiviteitOnderhandelen met collega's, leidinggevende en zorgvragerOnderhandelen met collega's,leidinggevende en zorgvrager• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: ONDERHANDELEN OVER HET VERPLEEGPLAN1 In deze baan wordt van je verwacht dat je als verpleegkundige onderhandelt met de zorgvragerover zijn behandeling en het verpleegplan. Noem een voordeel en een nadeel voor je werkals verpleegkundige.Een voordeel is dat de zorgvrager betrokken is bij behandeling en daarmeemedeverantwoordelijk is. Hij zal daardoor beter meewerken. Een nadeel is dat eenverpleegkundige meer tijd kwijt is, bijvoorbeeld met <strong>uit</strong>leggen waarom bepaalde wensen nietgehonoreerd kunnen worden.2 Geef een voorbeeld van een wens van een zorgvrager op deze woonunit waarover niet teonderhandelen valt.Niet alle wensen van zorgvragers kunnen gehonoreerd worden. Bijvoorbeeld als die wensentegen de huisregels in gaan, zoals het gebruik van drugs of alcohol. Of bij bepaalde irreëlewensen ten aanzien van de verpleging, zoals overname van bepaalde activiteiten, waar deverpleging liever zelfredzaamheid ziet.3 Is er bij het onderhandelen over een verpleegplan sprake van een conflict? Leg <strong>uit</strong>.Op voorhand is er bij de onderhandeling over een verpleegplan niet sprake van een conflict.De doelen van verpleging en zorgvragers komen immers vaak overeen. Wel kunnen er oponderdelen of in de <strong>uit</strong>voering meningsverschillen of conflicten ontstaan.PRAKTIJK: VERPLEEGKUNDIGE ADVIESRAAD1 Op welke basis onderhandelt deze VAR over het scholingsbudget?De VAR onderhandelt op basis van argumenten. Bij de onderhandeling draagt de VAR hetargument aan dat het scholingsbudget van verpleegkundigen veel kleiner is dan andereberoepsgroepen en dat dit niet terecht is.2 Welke punten van effectief onderhandelen heeft de VAR ter harte genomen?De VAR heeft zich goed voorbereid, door te onderzoeken hoe groot het scholingsbudget is,in vergelijking met andere beroepsgroepen.Verder heeft de raad een goed argument gevonden,dat aansl<strong>uit</strong> bij een gemeenschappelijk belang.3 Welk gemeenschappelijk belang hebben de VAR en de directie van het ziekenhuis?Goed geschoolde medewerkers is in het belang van zowel de medewerkers als het ziekenhuis.Ook ontplooiing van medewerkers en het feit dat medewerkers tevreden zijn over hun loopbaan,is in beider belang.KENNISOPDRACHT1 Noem een situatie waarbij je met een zorgvrager beter niet kunt onderhandelen.Wanneer grenzen aan de beroeps<strong>uit</strong>oefening in zicht komen, valt er niet te onderhandelen.Er zijn een heleboel grenzen mogelijk, zoals handelingen verrichten waarvoor je niet bekwaam© ThiemeMeulenhoff 13


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>bent. Of handelingen verrichten die niet bij het vakgebied van de verpleegkundige horen. Ookprotocollen of huis-, afdelings- of instellingsregels kunnen een reden zijn om niet inonderhandeling te gaan. Of wanneer een verzoek van een zorgvrager op ethische bezwarenst<strong>uit</strong>.2 Als je dreigt met ontslag, op basis waarvan onderhandel je?Als je dreigt met ontslag, onderhandel je op basis van macht. Dreigen met ontslag is immerseen machtsmiddel.3 Omschrijf een assertieve houding bij het onderhandelen.Bij het onderhandelen stel je je assertief op wanneer je duidelijk bent over wat je wil en wanneerje tegelijkertijd rekening houdt met en actief luistert naar de wensen van de andere partij.4 Waarom is actief luisteren belangrijk bij onderhandelen?Door actief te luisteren, kun je je verplaatsen in de positie van de andere partij en op zoekgaan naar gemeenschappelijke belangen.5 Gelijk hebben is niet hetzelfde als gelijk krijgen. Noem drie factoren die bij jou een rol spelenof je iemand gelijk geeft.Goede argumenten, overtuigingskracht, geloofwaardigheid en een sympathieke <strong>uit</strong>stralingspelen allemaal mee bij de beoordeling of iemand gelijk krijgt.14© ThiemeMeulenhoff


2 CollegialiteitSamenwerken met collega's,mantelzorgverleners en vrijwilligers• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: IK WILDE JE ALLEEN MAAR HELPEN1 Noem drie dingen die misgaan in de samenwerking tussen Nouzha en Jeroen. Verklaar jeantwoord.Jeroen houdt zich niet aan de taakverdeling. Hij helpt een bewoner van kamer 4, terwijlafgesproken was dat Nouzha dit zou doen.PRAKTIJK: IK KAN NIET LEVEN MET ÉÉN BORST1 Welke lichamelijke, psychische en sociale aspecten zijn belangrijk in verband met het ontslagvan mevrouw Hakim?Lichamelijk: is mevrouw Hakim voldoende aangesterkt om zichzelf thuis te kunnen verzorgenof moet er thuiszorg en/of mantelzorg ingeschakeld worden?Psychisch: mevrouw Hakim heeft het moeilijk met het verlies van haar borst en mogelijk speeltangst voor de kanker een rol. Verder heeft ze moeite met het accepteren van haar lichaamná de operatie.Sociaal: hoe ziet mevrouw Hakims sociaal netwerk er<strong>uit</strong>? In hoeverre is haar partner in staatom haar te helpen en te steunen? Heeft zij behoefte aan gesprekken met lotgenoten ofbegeleiding van de oncologieverpleegkundige?Het is belangrijk mevrouw Hakim te betrekken in de beantwoording van deze vragen.2 Welke disciplines moeten daarom vertegenwoordigd zijn bij het multidisciplinair overleg?De verpleegkundige, eventueel de oncologieverpleegkundige, maatschappelijk werker,psycholoog of arts.KENNISOPDRACHT1 Op de interne afdeling van het ziekenhuis in X wordt patiëntgericht gewerkt. Omdat de sfeerop de afdeling prima is en iedereen tevreden lijkt, is afgesproken dat er niet meer elke tweeweken een afdelingsoverleg is, maar alleen als er voldoende mensen zijn die hier behoefteaan hebben. Welke voordelen heeft deze nieuwe afspraak voor de afdeling?Mogelijke voordelen: meer tijd voor andere dingen, democratischer omdat er alleen als erbehoefte aan is, vergaderd wordt en niet omdat dat nou eenmaal afgesproken is.2 Wat zijn de nadelen van deze nieuwe afspraak voor de afdeling?De kans is groot dat er op een gegeven moment helemaal niet meer vergaderd wordt omdatandere zaken belangrijker worden gevonden. Het risico bestaat dan dat zaken onderlinggeregeld gaan worden. Indien er alleen vergaderd wordt als er voldoende mensen zijn die hierbehoefte aan hebben, is de kans groot dat de behoefte van de minderheid om wel te overleggengeen enkele keer gehonoreerd wordt.© ThiemeMeulenhoff 15


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>3 Multidisciplinaire samenwerking komt de zorgvrager ten goede omdat hierdoor de kwaliteitvan zorg wordt verbeterd. Toch klagen verpleegkundigen vaak dat de multidisciplinairesamenwerking niet goed verloopt. Hoe zou dat kunnen komen?De afstemming/communicatie laat vaak te wensen over waardoor het niet voor iedereenduidelijk is wie welke zorg levert en wie wáár verantwoordelijk voor is. Hierdoor kunnen bepaaldedingen níet of dubbel gedaan worden.4 Op afdeling Beuk van verpleeghuis Loduyn gebruiken de verpleegkundigen en verzorgendeneen schriftje voor de rapportage. Na elke dienst wordt het rapport geschreven en daarna is ereen korte mondelinge overdracht aan de volgende dienst. Het schriftje ligt in de ‘zusterpost’en vermeldt de datum met daaronder de kamernummers en weer daaronder de namen vande bewoners. Achter de namen worden eventuele bijzonderheden geschreven. Bij welkverpleegsysteem zal deze manier van rapporteren gebruikt worden? Verklaar je antwoord.Bij een taakgerichte zorgverlening. Bij een patiëntgerichte zorgverlening staat de patiëntcentraal waardoor iedere zorgvrager zijn eigen zorgdossier met zorgplan heeft.5 Een voorwaarde voor een goede samenwerking is dat iedereen op hetzelfde doel gericht is.Bedenk een voorbeeld van samenwerking waarin dat niet gebeurt. Wat zijn in jouw voorbeeldde gevolgen hiervan?Door de studenten zelf in te vullen.6 Beslissingen kunnen op verschillende manieren genomen worden: door meerderheid vanstemmen, op basis van autoriteit of door overeenstemming.Wat is volgens jou de beste manierom een besl<strong>uit</strong> te nemen tijdens het multidisciplinair overleg? Leg <strong>uit</strong> waarom. Heeft jouwkeuze ook nadelen? Zo ja, welke?Door de studenten zelf in te vullen. Deze vraag loopt voor<strong>uit</strong> op de samenwerkingsopdracht.16© ThiemeMeulenhoff


CollegialiteitRespect tonen voor de levensbeschouwing en cultuur van collega'sRespect tonen voor delevensbeschouwing en cultuur vancollega's• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: IK BEN GEEN DIEF1 Geef een verklaring voor de reactie van Emmy.In de Nederlandse cultuur is de vriendelijke belediging een gangbare manier om je <strong>uit</strong> tedrukken. Uitspraken als ‘Jij stommerik, ben je alweer je pen vergeten?’2 Geef een verklaring voor de reactie van Soraya.In sommige culturen worden beledigingen letterlijk opgevat. De oorzaak van de reactie vanSoraya ligt in de verschillende betekenissen die Emmy en Soraya aan het woord ‘stelen’ geven.PRAKTIJK: AFDELING NOORD1 Hoe kun je als team het probleem oplossen dat ontstaat door het bidden van Moustafah?Het is belangrijk informatie te vragen aan Moustafah over deze verplichting om te bidden.Moustafah kan dan bijvoorbeeld vertellen dat het voor moslims verplicht is om vijf keer perdag te bidden. Maar in dat gesprek wordt ook duidelijk dat de tijden die hier voor staan redelijkruim zijn en dat het bidden meestal niet langer dan tien minuten duurt. Vervolgens worden erafspraken met Moustafah gemaakt over de tijden waarop hij gaat bidden, bijvoorbeeld alleenvoor en na werktijd en in de pauzes. Aan de andere kant kan het team aan Moustafah informatiegeven over de invloed die zijn bidgedrag op het team heeft. Hierdoor ontstaat er wederzijdsbegrip.2 Geef een mogelijke verklaring voor het gedrag van Hajet.De afwachtende houding van Hajet hoeft niet per se te komen doordat ze niet in staat iszelfstandig te werken. Het is ook mogelijk dat ze van<strong>uit</strong> haar eigen cultuur geleerd heeft ombeleefd af te wachten tot haar meerdere een signaal geeft om zelfstandig aan de slag te gaan.Het feit dat ze haar collega's niet aankijkt als er tegen haar gesproken wordt, kan juist van<strong>uit</strong>haar eigen cultuur een teken van respect zijn.3 Wat kan het team van afdeling Noord doen om dit soort misverstanden en irritaties in detoekomst te voorkomen?Er kan bijvoorbeeld een teambespreking worden gehouden waarin aandacht wordt besteedaan de individuele normen en waarden. Hierdoor worden de onderlinge verschillen duidelijken er kan begrip ontstaan voor elkaar. Als iedereen bijvoorbeeld weet dat het voor Hajet juisteen teken van respect is om haar ogen neer te slaan wanneer er tegen haar wordt gesproken,zal niemand zich hier meer aan storen.KENNISOPDRACHT1 Symbolen, helden en rituelen zijn zichtbaar voor anderen, maar de culturele betekenis ervanis onzichtbaar en kan voor ieder mens anders zijn. Noem van elk van deze drie cultuur<strong>uit</strong>ingeneen voorbeeld en geef aan welk verschil in betekenis er kan zijn.© ThiemeMeulenhoff 17


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>Mogelijke antwoorden:Symbolen: jongeren die zich aansl<strong>uit</strong>en bij een bepaalde groep, ontlenen hun identiteit vaakaan de groep door zich op dezelfde manier te kleden of dezelfde haardracht te hebben. Voorb<strong>uit</strong>enstaanders van zo'n groep heeft deze kleding of haardracht geen betekenis.Helden: een imam is iemand met een hoog aanzien binnen de moslimgemeenschap. Bijproblemen en religieuze feestdagen speelt hij een belangrijke rol. De mensen hebben veelrespect voor hem. B<strong>uit</strong>enstaanders kunnen aan de imam de betekenis van ‘gewoon’ eendominee geven omdat ze niet precies weten wat de betekenis van de imam is voor deindividuele moslim.Rituelen: bijvoorbeeld de zondagviering. Voor bijna iedereen is dit een vrije dag, maar voorsommige religies is dit een echte rustdag waarop niet gewerkt mag worden, geen geld<strong>uit</strong>gegeven en niet in een auto gereden. De een gaat twee keer per zondag naar de kerk,terwijl de ander gaat zwemmen met zijn kinderen.2 Leg <strong>uit</strong> waarom humor vaak niet te begrijpen is voor mensen met een andere cultureleachtergrond.Met humor worden vaak cultuurspecifieke taboes en rituelen op de korrel genomen. Sowiesois humor zeer cultuurgebonden.3 Geef je mening over deze stelling: van een allochtone collega mag je verwachten dat hij netals iedere andere collega actief meedenkt en zich aanpast aan Nederlandse normen enwaarden.Door de student te beantwoorden. Deze stelling bevat een dubbele boodschap en istegenstrijdig. Meedenken kan de allochtone collega alleen maar van<strong>uit</strong> zijn eigen cultureleachtergrond, terwijl aanpassen betekent dat hij zijn eigen culturele normen en waarden moetloslaten.4 Een belangrijke grondvoorwaarde voor het succesvol samenwerken in een (multicultureel)team is begrip van je eigen culturele waarden en begrip van de culturele waarden van anderen.Bedenk drie waarden die voor jou belangrijk zijn in je samenwerking met collega's. Leg <strong>uit</strong>hoe deze waarden tot <strong>uit</strong>ing komen in je gedrag.In te vullen door de student. Een voorbeeld: beleefdheid komt bij mij tot <strong>uit</strong>ing doordat ik deander aankijk als hij tegen me praat. Ik laat hem <strong>uit</strong>praten en ik spreek oudere mensen aanmet ‘u’.5 Je werkt op een verpleeghuisafdeling. Vijf van je collega's zijn moslim en hebben de directieeen brief geschreven met de vraag of het jaarlijkse suikerfeest voor hen een vrije dag kanworden in plaats van vrije dagen met kerst. De directie vindt dit goed. Wat vind jij hiervan?Betekent dit dat andere culturele feestdagen ook vrije dagen moeten worden? Wat betekentdeze vorm van ongelijkheid voor de sfeer in het team en voor de samenwerking? Motiveer jeantwoord.Door de student te antwoorden. Er zitten ook voordelen aan deze nieuwe regel. Alsmoslimcollega's met kerst willen werken, biedt dit meer mogelijkheden voor hen die graag vrijwillen zijn met kerst.18© ThiemeMeulenhoff


CollegialiteitDe eigen werk- en beroepshouding bespreekbaar makenDe eigen werk- en beroepshoudingbespreekbaar maken• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: MIEPJE1 Hoe zou jij Marthe laten weten dat je niet zo blij bent met een vieze, naar braaksel ruikendepop in het bed van mevrouw Minnema?Het is de bedoeling dat de studenten de negatieve feedback op een constructieve maniergeven volgens de richtlijnen voor het geven van negatieve feedback. Een mogelijk antwoordis: ‘Marthe, ik zie dat je de pop van mevrouw Minnema in haar bed hebt laten liggen. Ik merkdat je het moeilijk vindt de pop bij haar weg te halen, maar de pop stinkt erg en dat is ook voorde andere zorgvragers niet prettig. Ik zou het fijn vinden als je in dit soort situaties voortaanbij mij terugkomt om te overleggen.’2 Van welke richtlijnen voor het geven van feedback heb je in je antwoord op de vorige vraaggebruikgemaakt?Voorbeeldantwoord: gericht op gedrag, ik-boodschap, feedback op recent gedrag.3 Uit de tekst wordt niet duidelijk hoe Marthe gereageerd heeft op haar collega toen ze deopdracht kreeg om de pop bij mevrouw Minnema weg te halen. Op welke manier had Marthehaar collega feedback kunnen geven?Marthe had op dat moment kunnen aangeven dat ze het moeilijk vindt om de pop van mevrouwMinnema af te pakken omdat die er zichtbaar aan gehecht is. Verder had Marthe kunnenaangeven het vervelend te vinden dat de collega in het bijzijn van mevrouw Minnema zich zonegatief <strong>uit</strong>liet over de pop. En Marthe had de wens kunnen <strong>uit</strong>spreken om samen naar eenandere oplossing te kijken.KENNISOPDRACHT1 Verpleegkundige Anja zegt tegen verpleegkundige Bert:‘Wat je daar doet, is helemaal verkeerden ook heel stom dat je het nu alweer fout doet. Hoe vaak heb ik het je al niet voorgedaan?Als ik het weer zie, dan rapporteer ik het.’ Opdracht: verander deze reactie in constructievekritiek.Een mogelijk antwoord: ‘Je doet je werk goed, maar ik zie dat je die ene handeling verkeerddoet. Ik vind het jammer dat het nog steeds niet goed gaat, want ik heb het je al vakervoorgedaan. Ik zal het nu nog een keer voordoen en dan wil ik graag dat je thuis de theorienog een keer bestudeert zodat het de volgende keer wel goed gaat. Kunnen we dat afspreken?’2 Verpleegkundige Bert reageert op de opmerking van Anja (in vraag 1) als volgt: ‘Wat zit je noute zeuren, zeg. Heb jij nooit eens een slechte dag? Pas maar op: over jou kan ik ook nog weleen boekje opendoen.’Wat voor een reactie is dat: vermijden, vluchten, vechten of verstarren?Hij voelt zich persoonlijk aangevallen en vecht terug.3 Afdelingshoofd tegen Fatima: ‘Ik vind dat je je werk goed doet, maar over je <strong>uit</strong>erlijk ben ikminder te spreken. Je ziet er niet <strong>uit</strong>.’ Hierna begint Fatima te huilen. Wat voor een reactie isdat?Fatima verstart door de persoonlijke kritiek en kan alleen nog maar huilen.© ThiemeMeulenhoff 19


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>4 Geef aan wat in de kritiek van het afdelingshoofd (in vraag 3) niet goed is en verander dit inconstructieve kritiek.‘Je ziet er niet <strong>uit</strong>’ is een persoonlijke aanval. De ik-boodschap ontbreekt, de kritiek is algemeengesteld en geeft daardoor geen volledige informatie. Fatima weet niet in welk opzicht ze erniet <strong>uit</strong>ziet.Feedback:‘Ik vind dat je je werk goed doet, maar ik zie dat je niet elke dag een schoon uniformaan hebt. Ik vind het niet prettig als je met vlekken in je kleren je werk doet en bovendien ishet niet hygiënisch. Ik wil graag dat je voortaan met schone kleren werkt. Vind je dit eenredelijke vraag? Kunnen we hier iets over afspreken?’5 In een leersituatie komt het vaak voor dat de begeleider feedback geeft en de student feedbackontvangt. Waarom is het belangrijk dat iedereen in een samenwerkingsgroep zowel feedbackgeeft als ontvangt?Alleen dan ontstaat er een sfeer van veiligheid en vertrouwen, waarbij het geven van feedbackover en weer een normaal onderdeel is van het professioneel handelen.6 Sommige mensen vinden het moeilijk om positieve feedback te krijgen. Leg <strong>uit</strong> waarom.Iemand die gewend is alleen maar kritiek te krijgen, weet niet hoe hij moet reageren op eencompliment. Sommige mensen denken dat ze alleen maar een compliment krijgen als eenander iets van hen gedaan wil krijgen. Mensen kunnen ook bang zijn zelfingenomen over tekomen als ze reageren op het krijgen van een compliment. Daarom reageren ze maar niet.7 Heb je zelf moeite met het krijgen van complimenten? Leg <strong>uit</strong> waarom. Maakt het nog verschilvan wie je het compliment krijgt?Aanvulling: het is vaak makkelijker een compliment te krijgen van iemand met wie je een goederelatie hebt dan van iemand die je niet mag. Een compliment van iemand die je niet mag, zulje sneller wantrouwen.20© ThiemeMeulenhoff


CollegialiteitEen positieve bijdrage leveren aan de sfeer in het teamEen positieve bijdrage leveren aan desfeer in het team• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: PETER1 In welke aspecten van de beroepshouding ten aanzien van collega's schieten de teamledentekort? Verklaar je antwoord.Respectvol omgaan met elkaar: ze roddelen over Peter.2 Wat zal deze manier van omgaan met elkaar (op de lange duur) voor invloed hebben op desfeer binnen de groep?De kans op onderling wantrouwen is groot: ‘als ze over een ander roddelen, doen ze dat ookover mij.’PRAKTIJK: IBRAHIM1 Wat zegt bovenstaande situatie over de sfeer in het team?Dit voorval zal niet op zichzelf staan. Daarvoor reikt het te ver. Het is daarom een sfeer waarinniet op een gelijkwaardige, respectvolle manier met elkaar omgegaan wordt. Enkele teamledenstaan het zichzelf toe anderen hun normen op te dringen. In deze sfeer gedijt niemand goed.Er zal in dit team een groot verloop zijn, behalve bij een kleine, gesloten kern.2 In hoeverre is de reactie van Esther een bijdrage aan de teamsfeer?Tenzij het afdelingshoofd ook deel <strong>uit</strong>maakt van die kleine kern kan haar reactie een balletjeaan het rollen brengen. Als het afdelingshoofd de juiste acties onderneemt (bijvoorbeeld hetteam bij elkaar roepen en de sfeer en ieders bijdrage daaraan open en bloot op tafel leggen)kan ze hiermee een belangrijke bijdrage geleverd hebben.KENNISOPDRACHT1 Wat is het gevaar van het hebben van vooroordelen?Je stopt hiermee de ander als het ware in een hokje waar hij niet meer <strong>uit</strong> kan. Zijn warepersoon zul je niet leren kennen.2 Leg <strong>uit</strong> wat goed geschoold blijven te maken heeft met collegialiteit.Op deze manier kun je op een optimale manier bijdragen aan het resultaat van het team. Jekunt een inspiratiebron voor elkaar zijn.3 In teams is het hebben van een liefdesrelatie tussen twee teamleden taboe. Verklaar waarom.Er ontstaat een groepje binnen de groep. Er ontstaat een sfeer van ongelijkwaardigheid.Anderen kunnen zich b<strong>uit</strong>engesloten voelen. Het kan de eenheid van het team aantasten. Hetkan jaloersheid oproepen en achterdocht: de anderen kunnen zich afvragen of die twee nogwel met het werk bezig zijn.4 Maar de wegen der liefde zijn ondoorgrondelijk. Als er toch twee teamleden zijn die zichonweerstaanbaar tot elkaar aangetrokken voelen, wat moet er dan gebeuren?© ThiemeMeulenhoff 21


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>Er is maar één oplossing: één van de twee zal elders een baan moeten gaan zoeken. Elkeandere oplossing (afspraken maken, niet samen dienst draaien) kan slechts tijdelijk soelaasbieden.22© ThiemeMeulenhoff


CollegialiteitZorgvuldig handelen in conflictsituatiesZorgvuldig handelen inconflictsituaties• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: JAMILLA IS ZIEK1 Welke conflicthanteringsstijl kiest Jamilla?Vermijden.2 Waarom kiest ze voor deze stijl?Waarschijnlijk omdat ze zich in het nauw gedreven voelt. Ze durft geen nee te zeggen omdatReinier ook een keer voor haar gewerkt heeft. Daar komt nog bij dat de sfeer op de afdelinggoed is en de collega's erg collegiaal zijn. Jamilla wil hierin geen <strong>uit</strong>zondering zijn.KENNISOPDRACHT1 Voor welke conflicthanteringsstijl zal een ‘scheidsrechter’ kiezen bij het oplossen van eenconflict?Vechten: Een scheidsrechter gebruikt zijn macht om te winnen.2 In het team op afdeling Waterlelie zijn nooit conflicten.Waar zou dit, wat betreft het functionerenvan dit team op kunnen duiden? Verklaar je antwoord.Een totale afwezigheid van conflicten betekent dat er weinig geïnspireerd en vernieuwendgewerkt wordt en dat er geen veranderingen zijn. De onderlinge relaties zijn formeel enafstandelijk.3 Conflicten horen bij samenwerking, maar het escaleren van conflicten moet voorkomen worden.Wat zou je als team kunnen doen om onderlinge spanningen in een vroeg stadium bespreekbaarte maken? Noem drie dingen.Teambesprekingen, intervisie, evaluatie gesprekken over de persoonlijke ontwikkeling,feedbackgesprekken tussen collega's, een enquête over de werksfeer, ideeënbussen, hetaanleren van communicatievaardigheden d.m.v. bijscholing.4 Je werkt op een afdeling in het ziekenhuis. Je denkt dat een van je collega's jou niet mag: zeroddelt over je en van andere collega's hoor je dat ze ook van alles op de kwaliteit van je werkheeft aan te merken. Al heeft deze collega hier nog niet met jou over gesproken, toch merkje wel dat ze anders tegen je is gaan doen. Als je bijvoorbeeld tijdens de koffiepauze iets zegt,dan maakt ze je belachelijk. Je vindt deze situatie erg vervelend, maar om ruzie te voorkomendoe je maar net of je er niets van merkt. Vraag: In welke fase van het conflict bevind jij je? Enje collega?Jij bevindt je in de fase van onderkenning van het probleem. Je collega bevindt zich deels inde emotionele en deels in de manifeste fase. Emotioneel: het zoeken van medestanders, hetzwart maken van de ander. Manifest: flauwe grapjes maken over de ander.5 Voor welke conflicthanteringsstijl heeft je collega in de situatie van vraag vier gekozen? Enjij?Jij: vermijden; collega: vechten© ThiemeMeulenhoff 23


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>6 Kan een leidinggevende in een conflictsituatie kiezen voor de samenwerkingsstijl? Verklaarje antwoord.Samenwerking is gebaseerd op gelijkheid. Een leidinggevende die een conflict wil oplossendoor samenwerking, zal dus tijdelijk zijn macht moeten opgeven zodat zijn ondergeschiktentijdelijk zijn ‘samenwerkers’ kunnen worden.24© ThiemeMeulenhoff


3 De zorg coördinerenCoördinatie en continuïteit van zorg• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: DE BENAUWDE LONGPATIËNT1 Inventariseer welke vormen van zorg en hulp georganiseerd moeten worden voordat meneerMulder naar huis kan.Voordat meneer Mulder überhaupt naar huis mag, moet in ieder geval eerst zuurstof geregeldworden en een mobiele installatie waarmee hij zich enigszins kan voortbewegen. Verder is erhulp nodig bij het koken, waarbij nadrukkelijk gelet moet worden op de slikproblemen van dezorgvrager (huishoudelijke hulp van de thuiszorg en mantelzorgers).2 Geef aan wie of welke instelling voor welke vorm van zorg, hulp of ondersteuning het bestezou kunnen zorgdragen.Ook is er waarschijnlijk behoefte aan hulp in de huishouding en is meneer Mulder met dezuurstofflessen niet in staat zelf boodschappen te doen (huishoudelijke hulp van de thuiszorgen mantelzorgers).Ten slotte moet hij mogelijk ook geholpen worden bij het wassen en douchenen bij de bediening of de wisseling van de zuurstofflessen (wijkverpleegkundige enmantelzorgers).PRAKTIJK: AF EN TOE EEN CHOCOLAATJE...?1 Hoe moet Petra hiermee als waarnemend verpleegkundige omgaan, volgens jou?Om te beginnen kan Petra haar waarnemingen wat betreft het dieet van mevrouw Matthijssennoteren in de voortgangsrapportage. Vervolgens kan ze een en ander in aanwezigheid vanRichard aan de orde stellen in de monodisciplinaire patiëntenbespreking. Omdat Petra alswaarnemende verpleegkundige niet deelneemt aan de multidisciplinaire patiëntenbespreking,kan ze het probleem in dit overleg niet inbrengen. Wanneer de situatie niet verandert, moetze een afweging maken of ze de verantwoordelijke van zorg (het afdelingshoofd) inschakeltof de behandelend arts ongevraagd advies en informatie geeft.PRAKTIJK: BORSTAMPUTATIE1 Welke aandachtspunten zijn er in deze situatie voor de zorgcoördinator? Wie zou dezorgcoördinatie op zich moeten nemen, denk je?Na het ontslag van mevrouw Jonker wordt de behandeling transmuraal voortgezet, waarschijnlijkvolgens een behandelprogramma. Daar is goede voorlichting voor nodig. Bovendien moetvan<strong>uit</strong> het ziekenhuis geregeld worden dat de zorgverlening thuis goed <strong>uit</strong>gevoerd kan worden.Naast een geregeld bezoek van een wijkverpleegkundige is de aanwezigheid van mantelzorggewenst. Belangrijk is ook dat er voldoende psychologische begeleiding is en die zou als heteven kan al in het ziekenhuis beschikbaar moeten zijn. Omdat het transmurale nabehandelingin het verlengde ligt van de medische behandeling ligt het voor de hand dat de behandelendarts de coördinatie van de gehele transmurale zorgverlening op zich neemt. Wel is het vanbelang de behandelend arts in een consult nog eens nadrukkelijk op de angsten van mevrouwJonker te wijzen. In het multidisciplinair overleg zou dan besproken kunnen worden onder© ThiemeMeulenhoff 25


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>welke voorwaarden de behandeling trans- en extramuraal kan worden voortgezet. Eentransferverpleegkundige kan van<strong>uit</strong> het ziekenhuis zorgdragen dat in de thuissituatie allenoodzakelijke zorg en hulp aanwezig is.PRAKTIJK: DE MAN MET HET GEBROKEN BEEN1 Is Inez in deze situatie de aangewezen persoon om als zorgcoördinator op te treden? Waaromof waarom niet?Ja, de aan verpleegkundige zorg gerelateerde zorgbehoeften zijn van dien aard dat het voorde hand ligt dat de wijkverpleegkundige in dit geval de kar trekt. Mogelijk dat later demaatschappelijk werker de coördinatie van zorg moet overnemen. Zeker omdat er eenonderliggende problematiek vermoed wordt.2 Maak een inschatting van de zorgbehoeften van de zorgvrager.Hulp bij lichamelijke verzorging, hulp bij huishoudelijke activiteiten, hulp bij een groteschoonmaak- en opruimoperatie, hulp en begeleiding bij het op de rails zetten van dehuishouding. Hulp op psychosociaal gebied, waarbij in ieder geval een verdere inventarisatievan de onderliggende problematiek noodzakelijk is. Mogelijk dus hulp bij financiele problemen,hulp bij psychische problemen, hulp bij het vinden van een zinvolle tijdsbesteding.3 Welke vormen van zorg, hulp en diensten sl<strong>uit</strong>en aan op de door jou vastgestelde zorgvragenen de zorgsituatie van de zorgvrager?Hulp van de maatschappelijk werker, huishoudelijke hulp van de thuiszorg, hulp bij het wassenen douchen (wijkverpleegkundige).4 Had deze situatie voorkomen kunnen worden? Als dat volgens jou het geval is, geef dan aanhoe.Hoewel je iemand die per se naar huis wil zelden tegen zijn zin in het ziekenhuis kunt houden,was het wenselijk geweest meer informatie te verzamelen over de thuissituatie van de man.Het is wat aan de late kant om de wijkverpleegkundige in te schakelen als de zorgvrager allang en breed naar huis is.PRAKTIJK: WEL OF GEEN ZORGPLAN?1 Als jij Paul was, met welke argumenten zou jij je collega's ervan proberen te overtuigen dater wel degelijk met actuele zorgplannen gewerkt moet worden?Zorgplannen maken en bijhouden is verplicht op basis van de Wet op de GeneeskundigeBehandelovereenkomst (WGBO).Als de zorgplannen direct in de kast verdwijnen (en dus geen leidraad voor de zorg vormen)bestaat het gevaar dat elke begeleider de zorg geeft die hem of haar goeddunkt, en bijvoorbeeldzijn eigen regels en grenzen stelt. Dat maakt de zorgvrager erg afhankelijk van wie er toevallig‘in dienst’ is.Ook ‘doodgewoon begeleiden’ is een professionele aangelegenheid. Het kan op veleverschillende manieren worden ingevuld en <strong>uit</strong>gevoerd, variërend van strak gestructureerd tot‘laat maar gaan’ (liassez faire-begeleiding). Het effect ervan mag niet worden onderschat.PRAKTIJK: NIET TE SNEL NAAR HUIS1 Hoe zou jij deze situatie als eerstverantwoordelijk verpleegkundige aanpakken?26© ThiemeMeulenhoff


De zorg coördinerenCoördinatie en continuïteit van zorgIn de eerste plaats de transferverpleegkundige inschakelen om de zoon en dochter zo goedmogelijk voor te bereiden op de thuiskomst van hun moeder. Voor de hulp in de huishoudingmoet thuiszorg geregeld worden terwijl voor begeleiding bij medicijngebruik en voor lichamelijkeverzorging regelmatig een wijkverpleegkundige langs moet komen. Hoe vaak is afhankelijkvan de inzetbaarheid van de kinderen van mevrouw Sinnema. Daarom is het van belang nogin het ziekenhuis een bespreking organiseren met de zoon en de dochter.PRAKTIJK: ZORG OP AFSTAND1 Inventariseer de knelpunten die de begeleiders in deze situatie kunnen ervaren.Knelpunten:• niet optimaal gebruik kunnen maken van het computerprogramma, waardoor de continuïteitvan de zorg in gevaar komt;• gebrekkige communicatie met andere zorgverleners;• hoe om te gaan met de tegenstelling zorgverantwoordelijkheid – autonomie van dezorgvrager.2 In welke (soort) vergadering zouden zij deze knelpunten aan de orde moeten stellen?De eerste twee knelpunten in een monodisciplinaire teambespreking. Het derde punt in hetMDO.3 Welke personen zouden er aanwezig moeten zijn in de vergaderingen waar deze knelpuntenaan de orde worden gesteld?De teambespreking: alle teamleden. Het MDO: de eindverantwoordelijke behandelaar, eventuelewettelijke vertegenwoordigers en het team.4 Welke soorten besl<strong>uit</strong>en verwacht je dat er hierover genomen zullen worden?Over alle knelpunten zouden consensusbesl<strong>uit</strong>en genomen moeten worden. Gezamenlijkgedragen oplossingen nemen in dit geval het best de onvrede weg.KENNISOPDRACHT1 Leg in je eigen woorden <strong>uit</strong> wat het belang van coördinatie van zorg is voor een goedezorgverlening. Geef ook aan wat volgens jou het belangrijkste voordeel is van eengecoördineerde zorgverlening.(1) Er kan zorg op maat gegeven worden, dat wil zeggen zorg die aansl<strong>uit</strong> bij de behoefte ende wensen van de zorgvrager. (2) Er kan geïntegreerde zorg aangeboden worden bij eenintegrale zorgvraag. (3) Door coördinatie van zorg kan vermeden worden dat de zorgvragerte maken krijgt met te weinig of te veel zorgverleners. De zorgverlening kan efficiënt wordengeorganiseerd zonder overlap, dubbel werk of onderbreking in de zorgverlening. (4) Met eenzorgcoördinator heeft de zorgvrager een aanspreekpunt voor vragen en opmerkingen. Eenzorgcoördinator heeft zowel een signalerende taak als een bemiddelende rol. Doordat dezorgcoördinator optreedt als belangenbehartiger en spreekbuis van de zorgvrager heeft dezeinvloed op het zorgverleningsproces. De rechten van de zorgvrager zijn beter gewaarborgd.(5) Iedere zorgverlener heeft een goed overzicht van het zorgverleningsproces en is zichbewust van zijn plaats, taak en verantwoordelijkheden binnen het geheel. (6) Door regelmatigoverleg tussen de verschillende zorgverleners worden zorgtekorten of andere problemensneller zichtbaar. (7) De mogelijkheden van de mantelzorg kunnen beter benut worden.(8) De kwaliteit van de zorg kan bewaakt, gewaarborgd en bevorderd worden.© ThiemeMeulenhoff 27


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>(9) Er kan een ononderbroken zorgverlening gerealiseerd worden.2 Leg <strong>uit</strong> waarom de verpleegkundige een spilfunctie vervult bij het coördineren van zorg.In de eerste plaats (1) omdat het verpleegproces vaak grotendeels samenvalt met de totalemultidisciplinaire zorgverlening. (2) Verpleegkundige zorg is indien nodig 24 uur per dagbeschikbaar. (3) De verpleegkundige heeft een laagdrempelig en vaak dagelijks contact metde zorgvrager. (4) Het werkveld van de verpleegkundige strekt zich <strong>uit</strong> van verpleegtechnischetot psychosociale zorg. (5) Je hebt als verpleegkundige een goed overzicht op het functionerenvan de zorgvrager in zijn fysieke omgeving en zijn sociale netwerk. Daardoor heb je een goedbeeld van zijn totale zorgbehoeften en ben je de eerste, die veranderingen bij de zorgvragerof zijn omgeving signaleert.3 Geef een voorbeeld van een zorgsituatie waarin een zorgvrager zelf in staat is de zorg tecoördineren.Alle theorie ten spijt lijkt dat alleen maar mogelijk in de extramurale zorg en wanneer dezorgvrager beschikt over een eigen persoongebonden budget.4 Binnen welk verpleegsysteem zou jij als verpleegkundige het liefst willen werken? Leg <strong>uit</strong>waarom dit systeem jouw voorkeur heeft.Functionele verpleging, teamverpleging of integrerende verpleging. Motivatie voor keuze vanbelang.5 In welk verpleegsysteem wordt volgens jou de coördinatie van zorg het best <strong>uit</strong>gevoerd?Motiveer je antwoord.In het systeem van de integrerende verpleging ligt de verantwoordelijkheid van zorg vanopname tot ontslag bij de eerstverantwoordelijke verpleegkundige (EVV). De EVV is tevenseen duidelijk herkenbaar en direct benaderbaar aanspreekpunt voor de zorgvrager en diensnaasten.6 In welke zorgsituaties zou jij als verpleegkundige graag te maken hebben met een casemanagerals vaste begeleider van een zorgvrager?Wanneer het gaat om zorg die door verschillende disciplines binnen een en dezelfde instellingof door verschillende instellingen gegeven wordt en waarbij de verschillende vormen van zorgonderling op elkaar afgestemd moeten worden.7 Waarom kan het noodzakelijk zijn een schriftelijke overdracht aan te vullen met een mondelingeoverdracht?Zaken die op korte termijn moeten gebeuren, dus voordat de overnemende verpleegkundigede rapportage heeft kunnen doornemen, moeten mondeling overgedragen worden. Ook kanhet van belang zijn sommige zaken die schriftelijk gerapporteerd zijn nog eens extra tebenadrukken.8 In welke zorgsituaties zou een verpleegkundige volgens jou de ideale zorgcoördinator kunnenzijn? Motiveer je antwoord.Bij het coördineren van verpleegkundige zorg binnen iedere zorgsituatie voor zover deze deeigen bevoegheid en competentie niet overstijgt. Bij het coördineren van het totale zorgprocesmoet vooral gedacht worden aan extramurale zorg in de thuissituatie. En tenslotte in diegevallen waar de coördinatie van zorg door het hoofdbehandelaar aan de verpleegkundige isovergedragen of waar in het multidisciplinair overleg besloten is de coördinatie van de totalezorg bij de verpleegkundige te leggen.28© ThiemeMeulenhoff


De zorg coördinerenCoördinatie en continuïteit van zorg9 In welke zorgsituaties is de verpleegkundige volgens jou niet de aangewezen persoon om decoördinatie van zorg op zich te nemen? Motiveer je antwoord.In zorgsituaties waarin geen specifieke verpleegkundige of verpleegtechnische zorgbehoeftenbestaan, in zorgsituaties waarin verpleegkundige zorg een ondergeschikte rol speelt tenopzichte van de discipline van de hoofdbehandelaar. En tenslotte in die situaties die debevoegdheid en competentie van de verpleegkundige overstijgen.10 In dit onderwerp heb je gezien dat een verpleegkundige op verschillende manieren de rol vanzorgcoördinator op zich kan nemen. Welke rol past het beste bij jou? Motiveer je keuze.Casemanager, zorgconsulent (belangenbehartiger van de zorgvrager), transferverpleegkundigeen zorgcoördinator in dienst van een instelling belast met de coördinatie van zorg voor eenbepaalde groep zorgvragers.SamenwerkingsopdrachtHoewel het systeem van integrerende verpleging met een eerstverantwoordelijkeverpleegkundige in het algemeen nog steeds de voorkeur geniet, is er ontwikkeling te zienwaarbij teruggegrepen wordt op de ‘ouderwetse’ taakgerichte verpleging. Vaak gebeurt dat incombinatie met functiedifferentiatie. Niet meer dan enkele niveau 4 of 5-verpleegkundigen zijnop een hele afdeling verantwoordelijk voor de coördinatie van zorg. Daarnaast wordenverzorgenden ingezet voor de meer routinematige <strong>taken</strong>. Soms worden zorgvragergerichteen taakgerichte verpleegsystemen met elkaar gecombineerd, worden zorgvragers aan eersteverantwoordelijke verpleegkundigen toegewezen maar ook <strong>taken</strong> onder het beschikbarepersoneel verdeeld. Zeker als het druk is. Achterliggende gedachte is dat functionele verplegingeen goedkoper en productiever systeem is dan de overige verpleeg systemen.Met name verpleegkundigen die opgeleid zijn in de geest van het integrerende verpleegsysteemen gewend zijn volgens dat systeem te werken zullen grote weerstand hebben tegen eendergelijke overschakeling. Ze zullen dat ervaren als een enorme <strong>uit</strong>holling van hun vak en eenflinke inperking van hun zelfstandige beroeps<strong>uit</strong>oefening en verantwoordelijkheid. Daar loertook een extra gevaar voor het afdelingshoofd: de mogelijkheid dat die verpleegkundigen actiefopzoek gaan naar een baan op een andere afdeling of in een andere instelling waar ze als(eerstverantwoordelijk) verpleegkundige wel ‘volledig tot hun recht komen’.Aan de andere kant kan functiedifferentiatie en een effectieve benutting van de verschillendekwalificatieniveaus het werk voor verpleegkundigen van niveau 4 of 5 overzichtelijker maken.© ThiemeMeulenhoff 29


4 Knelpunten signaleren in hetwerkklimaatKnelpunten signaleren in hetwerkklimaat• • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •PRAKTIJK: WEINIG TIJD VOOR DE ZORGVRAGER1 Wie heeft er, van<strong>uit</strong> verpleegkundig oogpunt, gelijk in deze situatie?Van<strong>uit</strong> verpleegkundig professioneel oogpunt heeft Inge gelijk. Op zo'n manier ga je alsverpleegkundige niet met zorgvragers om. Je laat ze niet in hun sop gaarkoken, ook niet alshet ten koste gaat van je kostbare koffiepauze.2 In hoeverre is de manier van feedback geven van Inge bevorderend voor het werkklimaat?Waarom?De feedback van Inge is bepaald niet bevorderlijk. Eerder het tegendeel. Ze heeft bijvoorbeeldde conclusie dat bij Mirjam de koffie voorgaat al getrokken. Ze had beter eerst na kunnenvragen wat Mirjams beweegredenen waren en wat ze van plan was met mevrouw Plevier tedoen.3 Geef een alternatieve handelwijze voor Mirjam.Mirjam had wél op de problemen van mevrouw Plevier in kunnen gaan, en in overleg met haarcollega's de koffiepauze later kunnen nemen. Als dit vaker voorkomt, zou ze bij deleidinggevende aan de bel kunnen trekken.PRAKTIJK: JOVIAAL EN GEZELLIG1 Wat kan Annelies het beste doen? Het gedrag van Pieter bekend maken en rapporteren, eenleidinggevende inschakelen, feedback geven, de arbodienst in schakelen of zich tot eenvertrouwenspersoon wenden? Licht je antwoord toe.De beste actie is Pieter duidelijk laten weten dat ze niet gediend is van zijn gedrag. Eenduidelijke ik-boodschap, waarin Annelies precies vertelt wat het effect is van zijn gedrag zalhard bij Pieter aankomen. Maar Pieter is teamleider. We weten verder niet veel van hem, maarAnnelies zou bang kunnen zijn voor repercussies. Het is verstandig om naar eenvertrouwenspersoon toe te stappen. Alle andere opties komen niet in aanmerking, hoewel hetbespreken met collega's aan het licht zou kunnen brengen dat Annelies niet het enige slachtofferis. Maar dat lukt ook via de vertrouwenspersoon.KENNISOPDRACHT1 Ga na hoe je de sfeer vond op je afdeling, stageadres of als je nog geen stage hebt gelopenop bijvoorbeeld je vakantiebaantje.Bij deze kennisopdracht kunnen geen antwoordmodellen worden gegeven. De student wordtgevraagd eigen ervaringen te vergelijken met de leerinhoud van het onderwerp.© ThiemeMeulenhoff 31


<strong>3.4</strong> <strong>Voert</strong> <strong>beleidsmatige</strong> <strong>taken</strong> <strong>uit</strong>2 Welke aspecten zijn voor jou van belang als het gaat om het werkklimaat op een afdeling?Idem vraag 13 Bedenk wat de doelstelling zou kunnen zijn van de organisatie waar je werkt, stage hebtgelopen of van je vakantiebaantje.Idem vraag 14 Geef een voorbeeld van de visie en identiteit van een organisatie.Idem vraag 15 Ga bij de organisatie waar je werkt/stage loopt na welke visie gehanteerd wordt en wat deidentiteit is van deze organisatie. Eventueel is het mogelijk om dit na te gaan bij een organisatiein de buurt waar je woont.Idem vraag 132© ThiemeMeulenhoff

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!