Het biometrisch paspoort in Nederland - Oapen
Het biometrisch paspoort in Nederland - Oapen Het biometrisch paspoort in Nederland - Oapen
technisch vlak vaak liggen. De marktleiders innoveren wel, maar met name binnende scope van hun eigen technologie.Verder laat de waardeketen van de biometrie industrie de volgende typen bedrijvenzien.- Producenten van kerntechnologie (‘biometric vendors’, dit zijn er wereldwijdinmiddels een paar honderd).- Leveranciers van middleware.- Solution providers.- Systeemintegratoren.- Toepassers/afnemers.- Eindgebruikers.Dit lijstje lijkt overzichtelijker dan het in de praktijk is: er zijn vendors die ooksysteemintegratie doen (bijv. Morpho), en systeemintegratoren die – hetzij dooreigen ontwikkeling, hetzij door partnerships of acquisities – ook eigen technologieleveren (bijv. IBM, Accenture). Dat geldt ook voor middleware providers: dieontwikkelen vaak solutions of treden op als systeemintegrator (bijv. DAON). Vaak zijndeze wel onafhankelijk van leveranciers (hun middleware overbrugt de verschillen),hetgeen hun meerwaarde in de markt bepaalt. Bovendien is biometrie in hun visieslechts een onderdeel van de identiteitsmanagementketen, waardoor zij vaak in staatzijn om biometrische functionaliteiten beter in het geheel te integreren danproducenten van kerntechnologie. Maar ook producenten van kerntechnologieontwikkelen vaak gehele applicaties (bijv. een toegangscontrolesysteem). Dat isnodig, omdat de waardeketen nog niet homogeen is. Leveranciers vankerntechnologie hebben moeite om hun producten aan de volgende ketenspeler teverkoper, omdat de vraag van de klant nog niet zo sterk is. De leverancier vankerntechnologie wordt dan als het ware gedwongen om toepassingen die gebaseerdzijn op zijn technologie over de ketenpartners heen direct aan de afnemers teverkopen.Zo gering als het aantal marktleiders is, zo groot is het aantal kleine tot middelgrotebiometriebedrijven. Die bedienen verschillende marktsegmenten, zoals63
toegangscontrole, logical access, surveillance en financiële diensten (bijv.biometrische ATM’s). Op www.findbiometrics.com is een aardig overzicht van debiometriebedrijven wereldwijd te zien.Nederland heeft geen biometrieindustrie van betekenis. Er worden hier nauwelijksbiometrische kernproducten gemaakt, zoals vingerafdrukalgoritmen, matchingalgoritmen of sensoren. Hiervoor zijn we dus afhankelijk van het buitenland.4.5 Gevestigde orde vs nieuwkomersZoals in de vorige paragrafen is beschreven, wordt de biometriemarkt gedomineerddoor enkele bedrijven die de gevestigde orde vormen. Na enkele overnames zijn dater op dit moment nog maar drie: Morpho, 3M en NEC, die dan ook over eeninternationaal netwerk beschikken. Weliswaar heeft de markt zich uitgebreid vanjustitieel gebruik naar grootschalige bevolkingsadministraties, maar het zijn nogsteeds dezelfde bedrijven die het best gepositoneerd zijn om contracten gegund tekrijgen. Naast de grote leveranciers bestaat er een veelheid van kleine producentenvan biometrische kerntechnologie, met name innovatieve software, nieuwemodaliteiten en slimme kleinschalige toepassingen. Deze kleinere en meestal jongebedrijven komen niet snel in aanmerking voor grote projecten, omdat ze te klein zijnvoor de risico’s en aansprakelijkheden van grote contracten en omdat ze grotereferenties missen. Daarbij komt dat de bestaande leveranciers veelal hechte relatieshebben met nationale overheden. Het gaat daar om zaken als de staatsveiligheid endaarbij behoren vertrouwelijke en niet voortdurend veranderende relaties.Kleinere bedrijven hebben ook meer moeite om deel te nemen aan grote Europeseprojecten. Die nemen over het algemeen relatief veel overhead met zich mee enworden vrijwel nooit 100% gefinancierd. Dat is moeilijk op te brengen, omdat al huntijd en geld gestoken moet worden in het ontwikkelen van hun producten en het oppeil houden van hun financiering. Ook het veroveren van een plek op de markt vraagtveel van hun schaarse middelen. Het gevolg is dat de kleinere bedrijven, dieoverigens vaak bijzonder innovatief zijn, moeilijk kunnen profiteren van de huidigemarktvraag die met name vanuit de overheid komt. Het effect daarvan is tweeledig.64
- Page 15: DEEL ITechniek en proces14
- Page 18 and 19: opgenomen in de functionele eisen v
- Page 20 and 21: zou namelijk een verschillend resul
- Page 22 and 23: Figuur 1: Het biometrisch proces, w
- Page 24 and 25: en organisatie. Een PvE is het uitg
- Page 26 and 27: esult in higher costs (because of e
- Page 28 and 29: tussen verschillende belanghebbende
- Page 30 and 31: Uit de figuur valt af te lezen dat
- Page 32 and 33: 1.10 De relativiteit van resultaten
- Page 34 and 35: Een ander niet te onderschatten asp
- Page 36 and 37: (menselijke) factoren significant l
- Page 39 and 40: 2. Biometrie: het proces2.1 Biometr
- Page 41 and 42: We zijn bij het gebruik van biometr
- Page 43 and 44: opsporing. Dit middel is buitenprop
- Page 46 and 47: toegangscontrole is het de veilighe
- Page 48 and 49: Figuur 7: paspoortcontrole op Schip
- Page 50 and 51: Het wordt ingewikkeld wanneer de dr
- Page 53 and 54: 3. Conclusies Deel I: Techniek en p
- Page 55: DEEL IIIndustrie, markt en standaar
- Page 58 and 59: 4.2 Kansen AFIS-marktNationaal en i
- Page 60 and 61: Onder invloed van de centrale perso
- Page 62 and 63: smartcards en middleware voor een e
- Page 66 and 67: - Nieuwkomers op de biometrie markt
- Page 68 and 69: commissie bestaat uit vertegenwoord
- Page 70 and 71: - Niet alle staten hebben genoeg on
- Page 72 and 73: serie) die tot doel hebben te komen
- Page 74 and 75: 5.4 Rol van universiteitenHet gebre
- Page 76 and 77: testmethodes zijn de resultaten van
- Page 78 and 79: 6.2 Independent vs in-house testing
- Page 80 and 81: shopping’ daarmee tegengegaan. Da
- Page 82 and 83: Verdere conclusies zijn de volgende
- Page 84 and 85: laat verschillende leveranciers een
- Page 86 and 87: factoren die een negatieve invloed
- Page 88 and 89: integriteit zowel direct als op lan
- Page 91 and 92: 7. Conclusies Deel IIDe internation
- Page 93: DEEL IIIPolitiek en Beleid92
- Page 96 and 97: daadwerkelijk overeenkomen. Een bal
- Page 98 and 99: Het kernprobleem was (en is nog ste
- Page 100 and 101: hoeverre biometrie geschikt is als
- Page 102 and 103: adequate ‘fall-back’ procedures
- Page 104 and 105: Enroll (FTE) van 5%. De oorzaak wor
- Page 106 and 107: “This paper recognizes some inher
- Page 108 and 109: In het kwalitatieve deel wordt verv
- Page 110 and 111: De eerste algemene conclusie is dat
- Page 112 and 113: geconsolideerde versie van diverse
toegangscontrole, logical access, surveillance en f<strong>in</strong>anciële diensten (bijv.<strong>biometrisch</strong>e ATM’s). Op www.f<strong>in</strong>dbiometrics.com is een aardig overzicht van debiometriebedrijven wereldwijd te zien.<strong>Nederland</strong> heeft geen biometrie<strong>in</strong>dustrie van betekenis. Er worden hier nauwelijks<strong>biometrisch</strong>e kernproducten gemaakt, zoals v<strong>in</strong>gerafdrukalgoritmen, match<strong>in</strong>galgoritmen of sensoren. Hiervoor zijn we dus afhankelijk van het buitenland.4.5 Gevestigde orde vs nieuwkomersZoals <strong>in</strong> de vorige paragrafen is beschreven, wordt de biometriemarkt gedom<strong>in</strong>eerddoor enkele bedrijven die de gevestigde orde vormen. Na enkele overnames zijn dater op dit moment nog maar drie: Morpho, 3M en NEC, die dan ook over een<strong>in</strong>ternationaal netwerk beschikken. Weliswaar heeft de markt zich uitgebreid vanjustitieel gebruik naar grootschalige bevolk<strong>in</strong>gsadm<strong>in</strong>istraties, maar het zijn nogsteeds dezelfde bedrijven die het best gepositoneerd zijn om contracten gegund tekrijgen. Naast de grote leveranciers bestaat er een veelheid van kle<strong>in</strong>e producentenvan <strong>biometrisch</strong>e kerntechnologie, met name <strong>in</strong>novatieve software, nieuwemodaliteiten en slimme kle<strong>in</strong>schalige toepass<strong>in</strong>gen. Deze kle<strong>in</strong>ere en meestal jongebedrijven komen niet snel <strong>in</strong> aanmerk<strong>in</strong>g voor grote projecten, omdat ze te kle<strong>in</strong> zijnvoor de risico’s en aansprakelijkheden van grote contracten en omdat ze grotereferenties missen. Daarbij komt dat de bestaande leveranciers veelal hechte relatieshebben met nationale overheden. <strong>Het</strong> gaat daar om zaken als de staatsveiligheid endaarbij behoren vertrouwelijke en niet voortdurend veranderende relaties.Kle<strong>in</strong>ere bedrijven hebben ook meer moeite om deel te nemen aan grote Europeseprojecten. Die nemen over het algemeen relatief veel overhead met zich mee enworden vrijwel nooit 100% gef<strong>in</strong>ancierd. Dat is moeilijk op te brengen, omdat al huntijd en geld gestoken moet worden <strong>in</strong> het ontwikkelen van hun producten en het oppeil houden van hun f<strong>in</strong>ancier<strong>in</strong>g. Ook het veroveren van een plek op de markt vraagtveel van hun schaarse middelen. <strong>Het</strong> gevolg is dat de kle<strong>in</strong>ere bedrijven, dieoverigens vaak bijzonder <strong>in</strong>novatief zijn, moeilijk kunnen profiteren van de huidigemarktvraag die met name vanuit de overheid komt. <strong>Het</strong> effect daarvan is tweeledig.64