12.07.2015 Views

Stromingen-JRG19nr1 - Nederlandse Hydrologische Vereniging

Stromingen-JRG19nr1 - Nederlandse Hydrologische Vereniging

Stromingen-JRG19nr1 - Nederlandse Hydrologische Vereniging

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

het meten en interpreteren: ‘first thingsfirst’. Meten is een activiteit om informatiete krijgen die nodig is voor - uiteindelijk -het beantwoorden van een vraag.Metingen zijn nooit perfect. Meetfoutenkunnen een idiosyncratisch karakter vertonen(willekeurig, toevallig) of systematischzijn. De vraag is in hoeverre voorsystematische afwijkingen kan wordengecorrigeerd, en of de grootte van desystematische afwijking relevant is voorde beantwoording van de vraag.Dr.ir. Henk Ritzema (Alterra, WageningenUR) lichtte Alterra-rapport 2345 ‘Meten eninterpreteren van grondwaterstanden’ toe.Doel was om te verkennen hoe freatischegrondwaterstanden moeten wordengemeten, hoe deze metingen in tijd enruimte kunnen worden geaggregeerd,welke toevallige en systematische foutener bij het meten en aggregeren optreden,hoe groot deze fouten zijn en hoe dezedoorwerken in het eindresultaat. Eerstgaat het rapport in op definities. Die zijnniet altijd eenduidig, en er worden verschillendedefinities door elkaar gebruikt.Begrippen als peilbuis, grondwaterstandsbuisen piëzometer worden bijvoorbeelddoor elkaar gebruikt, en er wordenverschillende definities gehanteerd voorkarakteristieken zoals de gemiddeldhoogste of laagste grondwaterstand.Vervolgens bespreekt het rapport deverschillende methoden om de grondwaterstandop één locatie te meten:in grondwaterstandsbuizen, in piëzometers,in open boorgaten en door middelvan veldschattingen. Aggregatie in detijd tot karakteristieken van de grondwaterstandsfluctuatiekan plaatsvindendoor directe berekening uit een tijdreeks,door statistische modellen te gebruiken,door procesmodellen te gebruiken ofdoor expertkennis te benutten. Grondwaterstandenen grondwaterstandskarakteristiekenkunnen ruimtelijk wordengeaggregeerd of geïnterpoleerd met behulpvan expertkennis, steekproeftheorie,statistische modellen of procesmodellen.Elke methode voor meten, interpolerenof aggregeren heeft zijn eigen karakteristiekeeigenschappen. Welke methode ofcombinatie van methoden moet wordengekozen hangt af van het doel van hetonderzoek. Het rapport concludeert dat devraag of verdroging systematisch wordtonder- of overschat, dan wel dat grondwaterstandensystematisch te ondiep ofte diep worden gemeten, niet eenduidigkan worden beantwoord. Ook is er geeneenduidig antwoord op de vraag ofveranderde methodieken om freatischegrondwaterstanden te meten en teinterpreteren hebben geleid tot relevantesystematische fouten, en hoe dezeeventuele systematische fouten kunnenworden gecorrigeerd.Drs. Tom Hoogland en dr.ing. MartinKnotters (beiden Alterra) presenteerdende aanbevelingen en het voorstel voorvervolgonderzoek uit Alterra-rapport2345. Eerst schetsten zij de huidigepraktijk. We meten niet altijd wat weeigenlijk willen meten: bijvoorbeeld defreatische grondwaterstand in plaats vanhet bodemvochtgehalte in de wortelzone.Bij het plaatsen van een filter wordtvaak geen rekening gehouden met debodemkundige profielopbouw. Meetlocatiesworden vaak geselecteerd opbasis van praktische en financiële overwegingen.Hiermee wordt vaak geenrekening gehouden bij de gegevensverwerking,waardoor vertekeningontstaat. Zelden is er sprake van eenonafhankelijke validatie van grondwaterstandsinformatie:de ene modelschattingwordt met de andere vergeleken,etc., waardoor er geen objectieveen betrouwbare informatie is over dekwaliteit van grondwaterstandsinformatie.Alterra-rapport 2345 beveelt aan om 1) dejuiste combinatie van meettechnieken endefinities te kiezen, en helder te zijn over80STROMINGEN 19 (2013), NUMMER 1

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!