Maatschappelijke Vraagstukken, Doelgroepen en ... - Prins Alexander

Maatschappelijke Vraagstukken, Doelgroepen en ... - Prins Alexander Maatschappelijke Vraagstukken, Doelgroepen en ... - Prins Alexander

prinsalexander.nl
from prinsalexander.nl More from this publisher
12.07.2015 Views

14Groep 2: Het vraagstuk van de sociale participatie (meedoen in eensociaal netwerk)Groep 2 geeft te kennen dat zij in relatie tot het vraagstuk van de socialeparticipatie een aantal doelgroepen heeft geïdentificeerd. Deze doelgroepenzijn: de mantelzorger; de zorgmijders; de groep mensen met een beperking;en de groep mensen die in aanmerking komt voor de schuldhulpverlening.De mantelzorgers doen nu vrijwel alles. Het zou echter goed zijn als zij ookdingen gaan durven uitbesteden. Zo wordt het netwerk van de mantelzorgersvergroot en wordt aan meer mensen de mogelijkheid geboden om te parti -ciperen in een sociaal netwerk.De zorgmijders is een lastige doelgroep. Het is niet duidelijk of iets met dezedoelgroep moet worden gedaan. Het is immers niet altijd duidelijk of dezemensen al dan niet een gevaar vormen voor zichzelf en of voor hun omgeving.Punt is wel dat deze groep mensen zich vaak onttrekt aan het sociale verkeeren hulpbehoevend is.De groep mensen met een beperking is eigenlijk geen homogene groep. De enebeperking is de andere niet en sommige beperkingen zijn relatief makkelijkweg te nemen. Wel is het vaak zo dat een beperking een belemmering kanzijn om in een sociaal netwerk te participeren. Per geval zal daarom moetenworden gekeken of de belemmering kan worden weggenomen of op eendusdanige manier kan worden opgelost dat het (opnieuw) mogelijk wordt omin een sociaal netwerk te participeren.Een voor de hand liggende oplossing van de problemen van deze groep ligtvaak (letterlijk) dicht bij huis. Het zou goed zijn als men in de buurten beternaar elkaar begint om te kijken en elkaar waar nodig gaat helpen. Dan valt erveel voor deze groep mensen te doen. Daarnaast is het zo dat een van devoornaamste beperkingen voor de mensen met een beperking wordtgevormd door de mensen zonder beper king. De mensen zonder beperkinghebben heel vaak geen geduld met de mensen met een beperking. Hier moetverandering in komen en het moet in de ogen van groep 2 haalbaar zijn omhieromtrent een zeker bewustwordings proces op gang te brengen; waardoordeze beperking (deels) kan worden weggenomen.De vierde en laatste doelgroep is de groep mensen die in aanmerking komtvoor schuldhulpverlening. Deze groep mensen zou beter in staat gesteldmoeten kunnen worden om (opnieuw) te gaan participeren in een sociaalnetwerk. Dit zou moeten kunnen door bijvoorbeeld meer gebruik te makenvan zogenaamde schuldhulpmaatjes of door korte, praktische en op depersoon toegesneden hulpprogramma’s aan te bieden.

15Groep 3: Het vraagstuk van de maatschappelijkeparticipatie (actief burgerschap)Groep 3 geeft te kennen dat zij, in relatie tot ditvraagstuk, de doelgroep van de ouderen met tijd alseen belangrijke doelgroep beschouwt. Veel van deouderen met tijd zouden op een proactieve manieren op een geheel eigen wijze invulling kunnen gaangeven aan het fenomeen actief burgerschap.De vraag die groep 3 zichzelf heeft gesteld is welwat nu precies moet worden verstaan onder actiefburgerschap. Iedereen is in principe burger, maarwanneer is iemand nu echt een actieve burger?Groep 3 ziet, in antwoord op deze vraag, de burgerdie in zijn buurt betrokken is bij de vraagstukken diein zijn buurt spelen, als een actieve burger. Het ishierbij goed dat mensen vooral vanuit hun persoonlijkeinteresse betrokken raken bij een vraagstuk datleeft in de buurt. In dit verband kan bijvoorbeeldgedacht worden aan mensen die van voetbal houdenen op zaterdagochtend daarom voetbaltrainingengeven aan de kinderen in de buurt.Groep 3 heeft als groep ook stilgestaan bij de roldie de professional heeft te spelen in de kwestie vanhet actieve burgerschap. Groep 3 is de meningtoegedaan dat de professional vooral een faciliterenderol te spelen heeft. In dit verband moetvoornamelijk gedacht worden aan het helpen onderhoudenvan de netwerken en het aanboren enoptuigen van nieuwe netwerken. De kunst is hierbijwel om op een dusdanige manier te opereren dathet netwerk niet afhankelijk wordt van de hetnetwerk faciliterende professional.

15Groep 3: Het vraagstuk van de maatschappelijkeparticipatie (actief burgerschap)Groep 3 geeft te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> dat zij, in relatie tot ditvraagstuk, de doelgroep van de ouder<strong>en</strong> met tijd alse<strong>en</strong> belangrijke doelgroep beschouwt. Veel van deouder<strong>en</strong> met tijd zoud<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> proactieve manier<strong>en</strong> op e<strong>en</strong> geheel eig<strong>en</strong> wijze invulling kunn<strong>en</strong> gaangev<strong>en</strong> aan het f<strong>en</strong>ome<strong>en</strong> actief burgerschap.De vraag die groep 3 zichzelf heeft gesteld is welwat nu precies moet word<strong>en</strong> verstaan onder actiefburgerschap. Iedere<strong>en</strong> is in principe burger, maarwanneer is iemand nu echt e<strong>en</strong> actieve burger?Groep 3 ziet, in antwoord op deze vraag, de burgerdie in zijn buurt betrokk<strong>en</strong> is bij de vraagstukk<strong>en</strong> diein zijn buurt spel<strong>en</strong>, als e<strong>en</strong> actieve burger. Het ishierbij goed dat m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> vooral vanuit hun persoonlijkeinteresse betrokk<strong>en</strong> rak<strong>en</strong> bij e<strong>en</strong> vraagstuk datleeft in de buurt. In dit verband kan bijvoorbeeldgedacht word<strong>en</strong> aan m<strong>en</strong>s<strong>en</strong> die van voetbal houd<strong>en</strong><strong>en</strong> op zaterdagocht<strong>en</strong>d daarom voetbaltraining<strong>en</strong>gev<strong>en</strong> aan de kinder<strong>en</strong> in de buurt.Groep 3 heeft als groep ook stilgestaan bij de roldie de professional heeft te spel<strong>en</strong> in de kwestie vanhet actieve burgerschap. Groep 3 is de m<strong>en</strong>ingtoegedaan dat de professional vooral e<strong>en</strong> faciliter<strong>en</strong>derol te spel<strong>en</strong> heeft. In dit verband moetvoornamelijk gedacht word<strong>en</strong> aan het help<strong>en</strong> onderhoud<strong>en</strong>van de netwerk<strong>en</strong> <strong>en</strong> het aanbor<strong>en</strong> <strong>en</strong>optuig<strong>en</strong> van nieuwe netwerk<strong>en</strong>. De kunst is hierbijwel om op e<strong>en</strong> dusdanige manier te operer<strong>en</strong> dathet netwerk niet afhankelijk wordt van de hetnetwerk faciliter<strong>en</strong>de professional.

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!