12.07.2015 Views

Eindrapport & eindadvies - ROW

Eindrapport & eindadvies - ROW

Eindrapport & eindadvies - ROW

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

• in de ambachtelijke sector steeds meer voorverpakte productenworden verkocht - vroeger waren dit vooral onverpakte producten;• door veranderingen in de Europese en Nederlandse wetgeving steedsmeer informatie verplicht op het etiket moet worden vermeld(afschaffing van de 25% regel en nieuwe regelgeving etiketteringallergenen);• toenemende etiketteringseisen niet aansluiten bij de werkwijze vande ambachtelijke sector (door breed en wisselend assortiment).Tegen de achtergrond van de overwegingen genoemd in paragraaf 1, heeftVWS daarom besloten om in samenwerking met de VWA en deambachtelijke sector een pilot te starten waarbij verschillende alternatievevormen van informatieoverdracht worden onderzocht.3 Doelstellingen pilotHet uitgangspunt van de pilot was testen of het verstrekken vanproductinformatie, anders dan op het etiket, voldoet aan de behoefte vande winkelier en de consument. Tevens was het doel één of meeralternatieven te ontwikkelen die zowel werkbaar zijn voor deambachtelijke sector als handhaafbaar voor de VWA.4 Werkwijze Schuttelaar & PartnersSchuttelaar & Partners heeft in opdracht van VWS een eindrapportopgesteld over de pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijkesector’, met hierin een <strong>eindadvies</strong> aan VWS. Het eindrapport en <strong>eindadvies</strong>zijn samengesteld op basis van de nul- en eindmonitoring onder dedeelnemende winkeliers en consumenten door Stratus marktonderzoek, deuitkomsten van de eindgesprekken met de betrokken partijen en deexpertise van Schuttelaar & Partners op het etiketteringsthema.5 LeeswijzerIn hoofdstuk 2 staat de oorspronkelijke opzet van de pilot. In hoofdstuk 3zijn de uitkomsten van de pilot samengevat. Achtereenvolgens wordenbesproken: de uitkomsten van de winkeliers- en consumentenmonitor,waarnemingen van de VWA-controleurs en de ervaringen van de NBOV, NBC,KNS, VWA en VWS met betrekking tot de pilot. Een conclusie van de pilot,met daaraan gekoppeld een <strong>eindadvies</strong>, wordt weergegeven in het laatstehoofdstuk.19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’5/22


3 Uitkomsten pilot1 Uitkomsten winkeliersmonitorUitgangspunt monitoring winkeliersToetsen of alternatieve wijze van productinformatieoverdracht voldoetaan de behoefte van de winkelier.Aan de pilot hebben 29 bakkers en 29 slagers deelgenomen. De eindmetingis gehouden onder 29 bakkers en 27 slagers. In dit hoofdstuk volgen debelangrijkste uitkomsten van de begin- en eindmeting.Algemeen• Het verstrekken van informatie op een alternatieve wijze lijktwerkbaar te zijn, want:• 1% (bakkers) en 2% (slagers) van de consumenten vraagtvolgens de winkeliers om aanvullende informatie. Dit was inde beginmeting 3% (bakkers) en 7% (slagers).• De meeste vragen hebben betrekking op informatie overallergenen en ingrediënten.• Volgens de winkeliers hebben klanten nauwelijks negatiefgereageerd op de pilot.Administratieve lasten• Bijna alle bakkers (83%) en slagers (93%) voorzien hun eigenvoorverpakte producten van een etiket (tabel 2).• In de eindmeting gaf 84% van de slagers (85% in nulmeting) en 70%van de bakkers (79% in nulmeting) aan elke dag tijd te besteden aanetikettering. De helft van de winkeliers besteedt per keer gemiddeldminder dan 30 minuten aan etikettering.Tabel 2Etiketteren van eigen voorverpakte producten (in absoluten)BakkerseindmetingBakkersnulmetingSlagerseindmetingSlagersnulmetingJa, altijd 11 16 21 20Ja, meestal 11 10 2 4Ja, soms 2 2 2 2Nee 5 3 2 5Bron: Stratus marktonderzoek bv19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’7/22


Aanbieden van productinformatie• Gemiddeld genomen is de hoeveelheid informatie op het etiket tenopzichte van de startsituatie bij de bakkers gedaald en bij de slagersgestegen (tabel 3).Tabel 3a Productinformatie op etiket - bakkers (%)EtiketinformatieBakkerseindmetingBakkersnulmetingHoudbaarheid 96 96Productnaam 88 100Producent 88 75Gewicht/hoeveelheid 84 82Ingrediëntenlijst 64 86Allergie-informatie 60 64Bewaarinstructies 56 71Gebruiksinstructies 32 39Productiedatum 32 36Voedingswaarde - 7Bron: Stratus marktonderzoek bvTabel 3b Productinformatie op etiket - slagers (%)EtiketinformatieSlagerseindmetingSlagersnulmetingHoudbaarheid 96 85Productnaam 100 96Producent 58 70Gewicht/hoeveelheid 89 85Ingrediëntenlijst 62 44Allergie-informatie 15 4Bewaarinstructies 85 70Gebruiksinstructies 54 44Productiedatum 35 22Voedingswaarde 8 4Bron: Stratus marktonderzoek bv• Winkeliers zijn, vergeleken met de nulmeting, meer gebruik gaanmaken van alternatieve wijzen van productinformatieoverdracht. Deverkoper speelt belangrijkste rol bij het verstrekken van productinformatie.Het productboek komt daarna als winnaar uit de bus. Bijbakkers is tevens de schapkaart een belangrijk overdrachtsmiddel(tabel 4).19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’8/22


• Er is een stijging te zien in het digitaal aanbieden vanproductinformatie (bijvoorbeeld door scanners, computerzuilen ofwebsite) in de eindmeting (tabel 4).Tabel 4a Alternatieve wijzen van informatieoverdracht - bakkers (%)Alternatieven naast het etiketBakkerseindmetingBakkersnulmetingMondelinge toelichting 90 97Kaartjes bij de schappen 76 32Productboek 72 36Informatie op de kassabon 24 13Website 21 7Sticker met telefoonnummer 10 0Folder 7 13Computerzuil 7 0Scanner met productinformatie 3 0Bijsluiter 3 6Geen alternatieve overdracht 0 0Bron: Stratus marktonderzoek bvTabel 4b Alternatieve wijzen van informatieoverdracht - slagers (%)Alternatieven naast het etiketSlagerseindmetingSlagersnulmetingMondelinge toelichting 78 97Kaartjes bij de schappen 15 48Productboek 70 13Informatie op de kassabon 7 10Website 15 10Sticker met telefoonnummer 0 0Folder 7 13Computerzuil 4 3Scanner met productinformatie 4 0Bijsluiter 0 3Geen alternatieve overdracht 0 3Bron: Stratus marktonderzoek bv• Er is een stijgende tendens te zien in de hoeveelheidproductinformatie die deelnemende winkeliers op alternatieve wijzehebben weergegeven. Voornamelijk productnaam, ingrediëntenlijsten allergie-informatie wordt op alternatieve wijze aangeboden(tabel 5).19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’9/22


Randvoorwaarden van de pilot waren:1 het weergeven van houdbaarheid op het etiket;2 het weergeven van productnaam en de hoeveelheid op het etiket of schapkaart;3 het weergeven van overige productinformatie op flexibele wijze.• Bakkers hebben informatie als volgt weergegeven (tabel 3a en 5a):• Houdbaarheid: op etiket (96%) en alternatieve wijze (66%).• Productnaam: op etiket (885) en alternatieve wijze (93%).• Hoeveelheid: op etiket (84%) en alternatieve wijze (76%).• Slagers hebben informatie als volgt weergegeven (tabel 3b en 5b):• Houdbaarheid: voornamelijk op etiket (96%).• Productnaam: op etiket (100%) en alternatieve wijze (74%).• Hoeveelheid: voornamelijk op etiket (89%).Aanbeveling van winkeliers• Winkeliers pleiten voor een flexibele overdracht vanproductinformatie. Verreweg de meeste bakkers en slagers geven devoorkeur aan alternatieve informatieverstrekking, deelsgecombineerd met het etiket.• Als in de toekomst bepaalde productinformatie op een alternatievewijze mag worden verstrekt (dus niet verplicht op het etiket), danhebben de winkeliers een duidelijke voorkeur voor een productboek(42%), mondeling door verkoper (21%) en een website (16%).Tabel 5a Productinformatie op alternatieve wijze - bakkers (%)ProductinformatieBakkerseindmetingBakkersnulmetingProductnaam 93 65Ingrediëntenlijst 93 52Allergie-informatie 90 90Gewicht/hoeveelheid 76 55Producent 72 45Bewaarinstructies 69 52Houdbaarheid 66 29Gebruiksinstructies 45 48Productiedatum 17 13Voedingswaarde 14 13Anders 0 19Bron: Stratus marktonderzoek bv19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’10/22


Tabel 5b Productinformatie op alternatieve wijze - slagers (%)ProductinformatieSlagerseindmetingSlagersnulmetingProductnaam 74 27Ingrediëntenlijst 85 37Allergie-informatie 89 73Gewicht/hoeveelheid 4 17Producent 26 10Bewaarinstructies 56 30Houdbaarheid 4 30Gebruiksinstructies 56 37Productiedatum - 13Voedingswaarde 33 3Anders 11 3Bron: Stratus marktonderzoek bv2 Uitkomsten consumentenmonitorUitgangspunt monitoring consumentenToetsen of alternatieve wijze van verstrekken van productinformatie voldoetaan de behoefte van de consument.Alternatieve wijze van productinformatieoverdracht• Het verstrekken van productinformatie op een andere manier dan ophet etiket lijkt te voldoen aan de behoefte van de consument, want:• Er is een daling te zien in de behoefte aan productinformatieonder consumenten. Bij de eindmeting gaf 38% van deconsumenten aan behoefte te hebben aan aanvullendeinformatie. Bij de nulmeting was dit 47%.• De consument voelt zich voldoende geïnformeerd (96%eindmeting, 93% beginmeting) en geeft zowel in de begin- alseindmeting aan tevreden te zijn over de wijze waaropproductinformatieverstrekking plaatsvindt.Hoe en welke productinformatie?• Bij aankoop van een product is de consument vooral geïnteresseerdin de uiterste houdbaarheidsdatum. Daarnaast zijn prijs,ingrediëntenlijst en hoeveelheid van belang.• De consument verkrijgt bij voorkeur productinformatie in de winkelvia het etiket of mondeling via de verkoper (tabel 6 - eindmeting).• Gemiddeld 70% van de consumenten kan zelf niet aangeven welkeinformatie de winkelier op alternatieve wijze zou mogen aanbieden.19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’11/22


Tabel 6 Consumentenvoorkeur informatieoverdracht in winkel (%)Informatieoverdracht Gemiddeld Bakkers SlagersEtiket op product 54 35 72Mondeling door de verkoper 54 58 49Kaartjes bij de schappen 19 21 16Folder 9 5 12Productboek 1 - 1Informatie kassabon 2 3 1Computerzuil 4 8 -Bron: Stratus marktonderzoek bv• Thuis wil de klant van de bakker respectievelijk de slager volgens deeindmeting geïnformeerd worden over de houdbaarheidsdatum (45%resp. 66%) en bewaarinstructies (15% resp. 23%). Daarnaast wil deklant van de slager beschikken over gebruiksinstructies (35%) en deklant van de bakker over ingrediënten (18%). De informatieaangeboden op een etiket heeft de voorkeur.3 Toezicht VWAUitgangspunt toezicht VWAToetsen of gestelde randvoorwaarden voor alternatieve wijze vaninformatieoverdracht worden opgevolgd door de winkelier en of alternatievewijze van informatieoverdracht handhaafbaar is voor de VWA, waarbij dekwaliteit van toezicht kan worden gewaarborgd.In de weken 21 t/m 24 (meting 1) en week 42 t/m 45 (meting 2) vonden ertoezichtcontroles van de VWA plaats bij de deelnemende winkeliers. Hierbijeen samenvatting van de waarnemingen van de controleurs van de VWA.• In de eerste meting werd deelname aan de pilot in weinig winkelsactief kenbaar gemaakt richting de consument (30%). Dit was tijdensde tweede meting verbeterd (75%).Afbeelding 1 Actieve aankondiging pilot in deelnemende winkels19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’12/22


• In ongeveer 90% van de winkels was de verplichte informatie(houdbaarheid, productnaam, hoeveelheid) op etiket of schapkaartaanwezig (tabel 7).• Tussen meting 1 en meting 2 was een stijging te zien in dehoeveelheid productinformatie die winkeliers verstrekken (tabel 7).• Niet op alle locaties was de informatie actief in de winkelbeschikbaar (bijvoorbeeld doordat het productboek achter detoonbank lag of door de winkel ging zwerven).• In een aantal pilotwinkels was productinformatie niet meteenschriftelijk beschikbaar voor thuis.• Bij een aantal winkeliers was er voortschrijdend inzicht metbetrekking tot de keuze van een bepaald alternatief. Hierin bleektijdens de pilot geswitcht te zijn (bijvoorbeeld in plaats van deopgegeven computerzuil was er een productboek aanwezig).Tabel 7 Waarneming VWA van weergegeven productinformatie doorpilotwinkels (bakkers en slagers in %)Productinformatie Meting 1 Meting 2Productnaam* 93 98Netto hoeveelheid* 65 88Houdbaarheidsdatum* 76 90Lijst van ingrediënten 67 77KWID 42 58Allergenen 47 73Bewaarvoorschrift 58 69Gebruiksvoorschrift 38 58Bedrijfsgegevens 78 85Partij-aanduiding 56 73* Aangegeven op etiket / verpakking / schap4 Ervaring brancheorganisaties, VWA en VWSA. Evaluatie pilotAlgemeen• De onderlinge samenwerking binnen de pilot is goed verlopen. Hetheeft geleid tot een betere verstandhouding tussen de ambachtelijkesectoren, beleidsmakers en handhavers.• Zowel de brancheorganisaties als de winkeliers hebben zich erg proactiefingezet. De pilot was voor veel winkeliers een stok achter de19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’13/22


deur om productinformatie op orde te krijgen. De benodigde tijd omde randvoorwaarden van de pilot in te voeren werd door een aantalwinkeliers onderschat. Onduidelijkheden over de situatie na hetbeëindigen van de pilot heeft enige verwarring veroorzaakt. Dit kanmogelijk een vertroebeling van de uiteindelijke resultaten geven.BrancheorganisatiesBeide brancheorganisaties geven aan dat ze de pilot geslaagd vinden. Hetonderzoek heeft aangetoond dat het mogelijk is om productinformatie opalternatieve wijze aan te bieden, op een manier die werkbaar is voorwinkelier, consument en VWA. Tevens lijken alternatieve vormen vanetikettering makkelijker uitvoerbaar voor de winkelier. Het productboek ende schapkaart hebben, naast mondelinge voorlichting door de winkelierzelf, de voorkeur als overdrachtsmiddel van productinformatie. Eeninteractief, digitaal systeem is een ambitie voor de toekomst. Daarmee kande winkelier ook over winkelgrenzen heen communiceren.Afbeelding 2 Voorbeeld productboekVWAVoor de VWA was de pilotsituatie goed handhaafbaar (zie p. 15 en 16 voorrandvoorwaarden). Zij constateert dat door informatie op alternatievewijze beschikbaar te stellen, etikettering in de ambachtelijke sectormogelijk breder wordt ingevoerd.VWSVWS vindt de pilot goed geslaagd. De brancheorganisaties en winkeliershebben zich actief en enthousiast ingezet voor het welslagen van de pilot.Daarnaast werd de coöperatieve opstelling van de VWA erg gewaardeerd.Vanuit de ambachtelijke sector is meer aandacht gekomen voor hetoverdragen van productinformatie naar de consument. Dat is een goedeontwikkeling. Daarnaast heeft de pilot bijgedragen aan het vergroten vanvertrouwen tussen de betrokken partijen.19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’14/22


B. Betekenis van de uitkomsten van de pilotBrancheorganisaties• De pilot heeft de ambachtelijke sector op het spoor gezet omhandzame tools te ontwikkelen voor informatievoorziening. De KNSheeft informatiebladen over etikettering op de eigen websiteuitgebreid en wil in 2008 starten met het opstellen van een formatvoor een digitaal productboek, het opzetten van een branchebrededigitale ingrediëntendatabase en een voedingswaardetabel voorambachtelijke producten. De bakkerijbranche heeft recentbijvoorbeeld het innovatieve SpecsPlaza opgezet en verstrektinformatiemappen en -bladen.Afbeelding 3 Voorbeeld van computerzuil met website• De pilot was een impuls om als brancheorganisaties gezamenlijk opte trekken bij het nastreven van een gemeenschappelijk doel, zoalseen etiketteringslobby op nationaal en internationaal niveau.• De resultaten van de pilot kunnen op nationaal niveau meerspeelruimte opleveren op het gebied van de uitvoerbaarheid van deetiketteringsregels. Contacten met VWS en in Brussel kunnen hieraanbijdragen. Uit gevoerde gesprekken met Europesebrancheorganisaties is gebleken dat etikettering in de ambachtelijkesector ook in andere Europese landen als een probleem wordtervaren.VWADe VWA ondersteunt het idee om alternatieven wijze van etiketteringlandelijk in te voeren in alle ambachtelijke sectoren, wanneer dit beterwerkbaar blijkt voor de winkelier en aan de volgende randvoorwaardenwordt voldaan:• Invoering van alternatieve vormen van etikettering geldt alleen inambachtelijke sectoren en alleen voor de voorverpakte productendie onder eigen verantwoording van de winkelier wordengeproduceerd en verkocht (dus op de lokale afzetmarkt).19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’15/22


• Alle wettelijk verplichte productinformatie moet op de plaats vanverkoop aantoonbaar (schriftelijk of digitaal) beschikbaar zijn.• Alle wettelijk verplichte productinformatie moet na aankoopschriftelijk of digitaal opvraagbaar zijn.• Naast beperkte informatie op het etiket (zoals THT en partijcode)moet er voor één alternatieve wijze van etikettering wordengekozen.• Alleen mondelinge informatieoverdracht is niet handhaafbaar.• De alternatieve wijze moet actief worden aangeboden en een vaste,prominente plaats in de winkel krijgen.VWSDoor deze pilot is een sterk gevoel ontstaan dat het mogelijk is omproductinformatie in de ambachtelijke sector op alternatieve wijze weer tegeven. Het is werkbaar gebleken voor de branche en ook voor de VWA. Erzal in de komende jaren, ongeacht de lopende discussie in Brussel, eenvervolg aan de pilot moeten worden gegeven.C. Toekomst van etiketteringBrancheorganisaties• Dit is het moment voor VWS en de sectoren om in de EU te lobbyenvoor alternatieve wijzen van informatieoverdracht in deambachtelijke sector. De pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in deambachtelijke sector’ kan hierbij als ‘best practice’ worden ingezet.Afbeelding 4 Voorbeeld van een kassabon met informatie• In het ‘Proposal of the European Commission for a Regulation on theprovision of food information to the consumer’ is weinig specifiekeaandacht voor de bijzondere positie van ambachtelijke bedrijven.Daarnaast geeft de productinformatieverordening niet veel ruimte19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’16/22


voor een flexibele manier van informatievoorziening. Het strevenblijft om op nationaal niveau een werkbare vorm van etikettering inde ambachtelijke sector in te voeren. Vooral op het gebied vaninterpretatie en handhaving zou er op dat nationale niveauspeelruimte mogelijk moeten zijn.• Wanneer het aanbieden van alternatieve wijzen vanproductinformatie een vervolg krijgt spelen de brancheorganisatieshierin een belangrijke rol. Zij kunnen de winkeliers richtlijnen enhulpmiddelen aanbieden. Om als brancheorganisatie de alternatievevorm te controleren is een stap te ver. Controle kan wel wordenopgenomen in een bestaand kwaliteitssysteem. Deverantwoordelijkheden liggen bij het bedrijf en eenbrancheorganisatie kan die verantwoordelijkheid niet overnemen.Afbeelding 5 Voorbeeld van een scanner in de winkelVWA• Ook de VWA geeft aan dat dit het moment is voor de Nederlandseoverheid om in de EU te lobbyen voor alternatieve vormen vaninformatievoorziening in de ambachtelijke sector. De pilot is eenvoorbeeld van een ‘best practice’-advies dat daarbij getoond kanworden. Vanuit het oogpunt van handhaafbaarheid is het voor deVWA vooral belangrijk dat er in de nieuwe Europeseetiketteringsverordening duidelijke afspraken worden gemaakt.• Veel bakkers en slagers vinden het vermelden van eenallergenendeclaratie erg belangrijk. Het vermelden van eenkwantitatieve ingrediëntendeclaratie (KWID) vinden winkeliersmoeilijk. Het verplicht voeren van voedingswaarde-informatie op hetetiket, zoals mogelijk in de toekomst kan gaan spelen, lijkt dan ooknog een brug te ver voor de ambachtelijke sector.19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’17/22


VWSEr moet worden gekeken hoe vanuit de huidige positieve grondhouding vande ambachtelijke sector de toekomstige wijze van informatievoorziening inNederland in de komende jaren wordt ingericht. Verstrekking vanproductinformatie kan bijvoorbeeld worden opgenomen in de internekwaliteitssystemen. Doel hierbij is niet minder informatie te verstrekken,maar informatie op een andere wijze aan de consument aan te bieden.Hierin is een duidelijk onderscheid tussen de ambachtelijke sectoren en devoedingsindustrie en supermarkten, vooral gezien het verschil in werkwijze.D. Advies aan VWSKNS• Stem de informatievraag en informatiemogelijkheden op elkaar af.• Bij regelgeving redeneren vanuit doelvoorschriften in plaats van uitmiddelvoorschriften.• Etiketteringsdiscussie richten op voedselveiligheid.NBOV / NBC• Geef de ambachtelijke sector de ruimte om productinformatie teverstrekken op de manier die voor winkeliers haalbaar is, met dedoelstelling het verminderen van de administratieve lasten.• Vermindering van administratieve lasten is een gemeenschappelijkedoelstelling. Het voornemen van de EU-beleidsmakers om steedsuitgebreidere informatieverschaffing voor te schrijven staat hierhaaks op. Ambachtelijke ondernemers zijn bereid informatie tegeven, mits zij deze op een voor hen werkbare wijze kunnenoverbrengen.VWA• Begin nu met lobbyen in de EU voor alternatieve wijzen vanetikettering in de ambachtelijke sector.• De VWA ondersteunt het idee van alternatieve wijzen vanetikettering wanneer aan de eerder genoemde randvoorwaarden (ziep.11; Evaluatie pilot) wordt voldaan.19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’18/22


4 Conclusies en <strong>eindadvies</strong>1 Pilot een succes!Het pilotonderzoek ‘Anders etiketteren in de ambachtelijke sector’ kendeeen beetje een moeizame start, wellicht door een zekere onderschattingvan de impact van de pilot. Uit de cijfers blijkt dat het informeren van deconsument bij een aantal deelnemers aanvankelijk niet hoog op de agendastond. Mede dankzij de inzet en het enthousiasme van de betrokkenbrancheorganisaties en vervolgens van de deelnemende bedrijven kan ervan een succes worden gesproken. Daarvoor is een aantal redenen tegeven.1 In de eerste plaats is of wordt de consument, die ook volgens recentonderzoek niet zoveel kan met het overvolle etiket, nu in principezelfs beter geïnformeerd. Er wordt nu meer en op een betere envaak klantvriendelijkere manier productvoorlichting gegeven.2 In de tweede plaats zijn de betrokken sectoren nu veel gerichterbezig met het verzamelen en presenteren van productinformatie. Zijblijken het daarbij eens over het belangrijkste alternatief voor hetetiket, het al dan niet elektronische productboek. Verstrekken vanproductinformatie blijft lastig, maar de stimulans is er, mede door depositieve ontwikkelingen als SpecsPlaza (bakkers) en een standaardformat voor alternatieve wijzen van informatievoorziening (slagers).Daarbij willen de sectoren ook ervaringen met elkaar uitwisselen.3 Er is een groeiend vertrouwen tussen alle deelnemende partijenontstaan. Dat biedt de basis voor verdere ontwikkelingen. Het reëleperspectief op feitelijke administratieve lastenverlichting door debredere introductie van alternatieve wijzen van informatie is daarbijuiteraard het belangrijkste. De brancheorganisaties zullen daarbijonmisbare steun moeten blijven bieden.4 Positief is ook een belangrijke spin-off van het project in de vormvan lobbygesprekken in Brussel met de Europesebrancheorganisaties. De directe en indirecte contacten met deEuropese Commissie zijn daarbij zeer nuttig en waardevol geblekenen kunnen hopelijk ook in de toekomstige discussie van nut zijn.5 Een volgende succesfactor is het feit dat de VWA, zij het onder eenaantal uitvoerbare voorwaarden, alternatieve productinformatiehandhaafbaar acht. Dientengevolge is zij bereid mee te werken aanverdere afspraken en aan een ‘best practice’-advies.19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’19/22


Een alternatieve wijze van het verstrekken van productinformatie kanonderdeel worden van de eigen kwaliteitssystemen van de ambachtelijkesector. Dit behoeft zeker geen certificeringssysteem te zijn of in te houdendat men controleurs in dienst neemt. Het kan wel betekenen dat de VWAzich verder terughoudend kan opstellen bij directe controles als denalevingsgraad hoog blijkt (en de (nalevings)hulp dus kennelijk effectief!).Randvoorwaarde hierbij is wel dat tracking en tracing gewaarborgd is via deTHT, wat als één van de weinige informatiepunten wel op het etiket moetworden vermeld.6 De eerste vormen van alternatieve informatieoverdracht zullenvoornamelijk analoog zijn. Daarnaast kan worden nagedacht over hetverder ontwikkelen van digitale systemen, zoals een digitaalproductboek of scanners in de winkel.7 Ervan uitgaande dat de ontstane samenwerking en de communicatieworden gecontinueerd, is er een basis voor verdere ontwikkelingen.Voedingswaarde-informatie, voorzover relevant, is duidelijk nu nogeen brug te ver. Maar er is wel een aanzet om een soortvoedingswaardetabel aan het systeem te gaan koppelen, in de vormvan een NEVO-tabel voor ambachtelijke producten. En er is eengroeiend bewustzijn bij te kunnen dragen aan productontwikkelingen –innovatie op het gebied van gezondheid.Afbeelding 6 Krantenbericht naar aanleiding van de pilot2 Hoe nu verder?A. In NederlandAls resultaat van de pilot is nu voor alle betrokken partijen volstrekt helderwat de wettelijke verplichtingen op het gebied van etikettering eninformatievoorziening zijn. En ook hoe, en onder welke (strikte)randvoorwaarden, men straks gebruik kan maken van een alternatieve19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’20/22


wijze van informatievoorziening. Dat is geen vrijblijvende ‘pick andchoose’-situatie (Soms wel, soms geen informatie; voor sommige productenwel, voor andere niet.) De taken en verantwoordelijkheden zullen in dekomende tijd langs de volgende lijnen moeten worden ingevuld.Branches• Formuleren van een infrastructuur en een stappenplan, onder meeruitmondend in een ‘best practice’-document. (De benaming van ditkader is daarbij secundair: kwaliteitssysteem, draaiboek, spelregels.)Dit kader moet ook voorzien in het omgaan met ‘achter’- of ‘uit-depas-lopers’.• Doorgaan met lobbyen in Brussel op de daarvoor geschiktemomenten.VWA• Toetsen van de ‘best practice’-voorstellen op handhaafbaarheid enblijven meedenken met de branches en VWS.VWS• Het eerst en vooral vasthouden van het door de pilot gecreëerdemomentum.• De pilot en de uitkomsten als ‘best practice’ in Brussel vermarkten.• Waar nodig de branches stimuleren om zelf initiatieven te blijvennemen, op het gebied van het integreren van alternatieve vormenvan productinformatievoorziening in de ambachtelijkebedrijfsvoering.Van VWA-zijde is ook gesuggereerd om andere ambachtelijke branches dande bakkers en slagers in het vervolg te betrekken. Aangenomen wordt datVWS openstaat voor initiatieven vanuit desbetreffende sectoren,bijvoorbeeld viswinkels en groente- en fruithandelaren.In dit stadium zijn de onderzoeksresultaten en de gewenste follow-up nietrelevant voor supermarkten en grootschalige producenten. Naarmate(elektronische) vormen van informatievoorziening, zoals computerzuilen inde winkel, zich uit dit project verder ontwikkelen, is uiteraard een brederetoepassing mogelijk. En ook blijven voorstellen op het gebied vanalternatieve productinformatievoorziening van de grotere bedrijvenwelkom.B. In de EUZoals bekend is in Brussel de discussie over de nieuwe etiketteringsregelgevinggestart. De verwachting is dat deze discussie minstens een paarjaar zal gaan duren. Op het eerste gezicht lijkt er weinig steun voor19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’21/22


vereenvoudiging van het etiket. De doelstelling is echter wel primairverbetering van de informatie aan de consument, en daar voldoen deonderhavige voorstellen aan. Projecten op dit terrein, zeker op nationaalniveau - al dan niet onder de nog wat onduidelijke vlag van ‘governance’ -moeten dus mogelijk zijn. Daarbij speelt een belangrijke rol dat het hiertevens gaat om ‘better regulation’ en vooral ook om administratievelastenverlichting voor het midden- en kleinbedrijf. Ook Brussel heeft dithoog in het vaandel!Bij de verdere implementatie van dit onderzoeksresultaat moet wordengekeken naar het meest geschikte moment om dit als een voorbeeld van‘best practice’ in Brussel te presenteren. De Brusselse autoriteiten en deandere lidstaten moeten ervan worden overtuigd dat doelvoorschriftenbeter werken en dat ruimte moet worden geboden voor effectieveinformatievoorziening op de winkelvloer (point-of-sale). In de (politieke)discussie moet meer dan tot nu toe de stelling worden betrokken datharmonisatie van regelgeving ten gunste van het internationalehandelsverkeer enerzijds, en betere informatie in de ambachtelijke sectorop nationaal niveau anderzijds, bepaald niet tegenstrijdig hoeven te zijn.C. TenslotteDoor deze pilot is een sterk gevoel ontstaan dat het mogelijk is omproductinformatie in de ambachtelijke sector op alternatieve wijze weer tegeven. Het is werkbaar gebleken voor de branche, de winkeliers en de VWA.Ook de consument was tevreden over de alternatieve wijze vaninformatieoverdracht. Op basis van dit positieve resultaat zal er in dekomende jaren, ongeacht de uitkomst van de lopende discussie in Brussel,door alle partijen een vervolg aan de pilot moeten worden gegeven.19 december 2007 <strong>Eindrapport</strong> & <strong>eindadvies</strong>Pilot ‘Eenvoudiger etiketteren in de ambachtelijke sector’22/22


Schuttelaar & partnersZeestraat 842518 AD Den HaagThe Netherlandst +31 (0)70 318 44 44f +31 (0)70 318 44 22info@schuttelaar.nlwww.schuttelaar.nl

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!