12.07.2015 Views

orgaan van de vereniging ter bevordering van het onderwijs aan ...

orgaan van de vereniging ter bevordering van het onderwijs aan ...

orgaan van de vereniging ter bevordering van het onderwijs aan ...

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

J5 ?KMME<strong>org<strong>aan</strong></strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> <strong>vereniging</strong> <strong>ter</strong> bevor<strong>de</strong>ring<strong>van</strong> <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> doven in ne<strong>de</strong>rland en <strong>de</strong><strong>vereniging</strong> <strong>ter</strong> bevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rwijs<strong>aan</strong> slechthoren<strong>de</strong> en spraakgebrekkige•kin<strong>de</strong>ren in ne<strong>de</strong>rland


"HET GEHOORGESTOORDE KIND"15e jaargang, No. 3 - september 1974Redaktie:EindredactieBr. Marcus-<strong>van</strong> Veen- Dhr. G. J. GeilleitJ. H. M. Greefhorst, secretaris, Langstraat 103, Gendt.tel. 08812-2246.J. G. G. Spanhoff, penningmees<strong>ter</strong>, Cymbaalstraat 60,Nijmegen, tel. 080-774279. Giro: Rabo Neerbosch-Hees, no. 966750, Bankrek. no. 135863392.Instituut St. MarieDon Boscostraat 3Eindhoven.tel.: 040-431087, toestel 005 of 002Voor <strong>de</strong> sektor dovenon<strong>de</strong>rwijs:- Br. Josepho-Dassen, St. Michielsgestel- Mej. H. H. M. Bou<strong>de</strong>ns, Rot<strong>ter</strong>dam- Mej. G. <strong>ter</strong> Haar, Voorburg- Mej. A. G. Kerkstra, Groningen- Dhr. S. J. Nieuwenweg, Ams<strong>ter</strong>damVoor <strong>de</strong> sektor slechthoren<strong>de</strong>non<strong>de</strong>rwijs:- Br. 1 Vlarcus-<strong>van</strong> Veen, Eindhoven- Dhr. G J. Geilleit, Eindhoven- Dhr. J. Berman, Groningen- Dhr. J. Bruyne, Lei<strong>de</strong>n- Dhr. J. Hagens, Nijmegen- Dhr. L. Huynen, DrachtenA dministrateur:H. A. Landman, Bran<strong>de</strong>spad 2, Rot<strong>ter</strong>dam 14, tel.010-200679.Dagelijks bestuur Vereniging <strong>ter</strong> Bevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>het</strong>On<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> DovenK. Breeman, voorzit<strong>ter</strong>, llligaliteitsl<strong>aan</strong> 23, Groningen.H. <strong>de</strong> Snoo, secretaris, Rot<strong>ter</strong>dam.J. C. Cramer, penningmees<strong>ter</strong>, Beatrixl<strong>aan</strong> 30, Weesp,Giro: 357425Dagelijks bestuur Vereniging <strong>ter</strong> Bevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>het</strong>On<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> Slechthoren<strong>de</strong> en Spraakgebrekkigekin<strong>de</strong>ren.J. v.d. Hoeven, wnd. voorzit<strong>ter</strong>, Schil<strong>de</strong>rsgaar<strong>de</strong> 11,'s-Gravenhage, tel. 070-673279.Inhoud:Bladz. 41 Ten gelei<strong>de</strong>Bladz. 42 Audiometische metho<strong>de</strong>n met betrekkingtot retro-cochlaire slechthorendheid,Drs. L. M. GrobbenBladz. 48 Taalon<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> dove kin<strong>de</strong>ren,Drs. A. <strong>van</strong> U<strong>de</strong>n pr.Bladz. 55 Promotie Dr. A. <strong>van</strong> U<strong>de</strong>nBladz. 56 Slechthoren<strong>de</strong> mannen en hun werkleven,Dr. A. P. J. M. v. d. Horst, J. v. d. HoevenBladz. 59 Verslag alg. verga<strong>de</strong>ring, J. GreefhorstBladz. 60 Schoolnieuws


Ten gelei<strong>de</strong>Tij<strong>de</strong>ns een gecombineer<strong>de</strong> redaktie- en bestuursverga<strong>de</strong>ringin oktober '73 werd herinnerd <strong>aan</strong><strong>de</strong> negatieve gelui<strong>de</strong>n, die bij <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n ten <strong>aan</strong>zien<strong>van</strong> <strong>het</strong> tijdschrift te beluis<strong>ter</strong>en waren - o.a.dat <strong>de</strong> gebezig<strong>de</strong> taal in <strong>de</strong> artikelen te moeilijk zouzijn, dat <strong>de</strong> artikelen te hoog grepen, te ingewikkeldwaren etc.Het volgen<strong>de</strong> citaat uit <strong>het</strong> nawoord <strong>van</strong> <strong>de</strong>taaimethodiek voor dove kin<strong>de</strong>ren (<strong>van</strong> H. <strong>van</strong>Mierlo, ±15 jaar gel<strong>de</strong>n) moge bewijzen, dat ditgeen nieuw probleem is.'Wensen: Ik wil dit geschrift graag besluiten metenkele wensen. Hoewel we <strong>de</strong> laatste 10 jaar,ook door on<strong>de</strong>rlinge samenwerking in Ams<strong>ter</strong>damheel wat ont<strong>de</strong>kt en verwerkt hebben, verkeert<strong>de</strong> taaldidaktiek <strong>van</strong> <strong>het</strong> dovenon<strong>de</strong>rwijs nog in eenbeginstadium, le<strong>de</strong>r, die <strong>het</strong> hoofdstuk 'inventaris'leest, zal tot <strong>de</strong> conclusie komen, dat we nogte weinig <strong>van</strong> onze taal weten om er een verantwoordon<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> doven op te bouwen. Ditheeft tengevolge, dat nog steeds onze leerlingenniet voldoen<strong>de</strong> geholpen kunnen wor<strong>de</strong>n omtaalvaardige mensen te wor<strong>de</strong>n. Het meren<strong>de</strong>el <strong>van</strong><strong>de</strong> dove bevolking <strong>van</strong> Ne<strong>de</strong>rland kan niet lezendoor gebrek <strong>aan</strong> taalvaardigheid. Dit moet en kanveran<strong>de</strong>ren. Ten eerste is <strong>het</strong> te wensen, datdit taalon<strong>de</strong>rzoek krachtig wordt voortgezet. Tentwee<strong>de</strong> is <strong>het</strong> te wensen, dat steeds meer leerkrachten<strong>de</strong> moed vin<strong>de</strong>n zichzelf te ontwrichten en<strong>de</strong> werkelijkheid on<strong>de</strong>r ogen zien. Die werkelijkheidis niet <strong>aan</strong>moedigend. Er is mij vaak verweten,dat wat ik schrijf zo ingewikkeld is. Dat kan <strong>aan</strong>m 'j liggen; ik bedoel <strong>aan</strong> <strong>de</strong> manier <strong>van</strong> stellen.Maar afgezien daar<strong>van</strong> is <strong>de</strong> zaak waar <strong>het</strong> om gaatnu eenmaal buitengewoon ingewikkeld. OnzeNe<strong>de</strong>rlandse taal is een afschuwelijk moeilijksysteem, of eigenlijk een on-systeem. Wie dat nieton<strong>de</strong>r ogen durft te zien, kan be<strong>ter</strong> verdwijnenuit <strong>het</strong> dovenon<strong>de</strong>rwijs, want zo iemand verkoopt<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren knollen voor citroenen. Zo kom iktot <strong>de</strong> formulering <strong>van</strong> mijn laatste wens: Laat mentoch moedig zijn en <strong>de</strong> opgave reëel on<strong>de</strong>r ogenzien; niet als een geïsoleerd <strong>de</strong>el, maar binnen<strong>het</strong> grote geheel <strong>van</strong> <strong>de</strong> menswording <strong>van</strong> <strong>het</strong> dovekind. Laat men dit los als leerkracht, dan zoumen wel eens in lange jaren <strong>van</strong> schijnarbeid <strong>de</strong>eigen menselijkheid tot karikatuur laten verwor<strong>de</strong>n.'Wensen <strong>van</strong> toen, aktueel of niet, zegt U <strong>het</strong> maar.Het beginstadium <strong>van</strong> <strong>de</strong> taaldidaktiek is één<strong>van</strong> <strong>de</strong> door Van Mierlo <strong>aan</strong>geroer<strong>de</strong> punten. Welnu:<strong>de</strong> heer Berkhout is momenteel bezig geschriften<strong>van</strong> 'oudjes' (maar reuzen in hun vak) na te pluizenop bruikbaar ma<strong>ter</strong>iaal voor <strong>het</strong> he<strong>de</strong>n. Hij zalals "historisch-redakteur" zich met <strong>de</strong>ze ma<strong>ter</strong>iebezig blijven hou<strong>de</strong>n. Momenteel bestu<strong>de</strong>ert hijHill. Wat <strong>de</strong> inventarisatie betreft: <strong>de</strong> heer <strong>van</strong> <strong>de</strong>rVliet heeft <strong>de</strong> lijn Scholz-Van Mierlo weeropgevat en is opnieuw met inventariseren begonnen.Dit is een zeer tijdroven<strong>de</strong> bezigheid. Van zijnhernieuw<strong>de</strong> inventaris zullen regelmatig fragmentenin <strong>het</strong> tijdschrift verschijnen.In <strong>de</strong> inleiding <strong>van</strong> <strong>het</strong> jubileumnummer <strong>van</strong> O en Awerd door Prof. W. <strong>ter</strong> Horst opgemerkt:'De dagelijkse opvoe<strong>de</strong>rs hebben voor <strong>de</strong> abstractiegeen tijd - ze hebben <strong>de</strong> han<strong>de</strong>n veel te vol.Daarom hebben ze dit werk uitbesteed <strong>aan</strong> <strong>de</strong>wetenschap, om zelf <strong>het</strong> echte werk te kunnenblijven doen. De wetenschap heeft in dit vakgeen doel in zichzelf; ze is geen op <strong>de</strong> Olympus zichafspelend gebeuren, <strong>van</strong>waar soms even naarbene<strong>de</strong>n wordt afgedaald, om <strong>het</strong> gewone volkjeiets te leren of te laten 'toepassen', maar een <strong>van</strong> <strong>de</strong>praktijk uitg<strong>aan</strong>d en tot <strong>de</strong> praktijk <strong>ter</strong>ugkerendnoodzakelijk hulpmid<strong>de</strong>l. Wie dat uit <strong>het</strong> oogverliest, raakt in onoplosbare problemen.'Laten we niets uit <strong>het</strong> oog verliezen, maar weten,dat onze artikelen een beetje <strong>van</strong>af <strong>de</strong> Olympus,maar vooral <strong>van</strong> <strong>de</strong> praktijk uitg<strong>aan</strong><strong>de</strong>, welkom zijn.Redaktie Dovenon<strong>de</strong>rwijs41


Audiometrische metho<strong>de</strong>n met betrekkingtot retro-cochlaire slechthorendheidDoor een ons onbeken<strong>de</strong> oorzaak is <strong>de</strong> lezing <strong>van</strong>drs. L. M. Grobben, gehou<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> dag <strong>de</strong>rakoepedie 1973, niet geplaatst in <strong>het</strong> 4e nummer <strong>van</strong><strong>de</strong> 74e jaargang <strong>van</strong> Het Gehoorgestoor<strong>de</strong> Kind.Met excuses <strong>aan</strong> drs. Grobben voor <strong>de</strong> 'late' plaatsing,laten wij zijn lezing hier integraal volgen.redaktieEvenals Spoor (1973) dat <strong>de</strong>ed bij cochleairegehoorstoornissen wil ik hier een overzicht trachten tegeven <strong>van</strong> <strong>de</strong> audiometrische testmetho<strong>de</strong>n, die onsinformatie kunnen verstrekken in <strong>het</strong> geval <strong>van</strong>retrocochleaire gehoorstoornis (<strong>aan</strong>doeningen <strong>van</strong> <strong>de</strong>gehoorb<strong>aan</strong> na <strong>de</strong> cochlea).Figuur I geeft schematisch naar Galambos (1954) <strong>de</strong>loop <strong>de</strong>r prikkelgeleiding weer <strong>van</strong>af <strong>de</strong> cochlea tot<strong>de</strong> gehoorschors (afferent) en ook <strong>de</strong> zogenaam<strong>de</strong>T* C^A^Oc* >HTJ Kfv 3^ - i*q T - iq-S^Fig. I. Afferente en efferente prikkelgeleiding <strong>van</strong> <strong>het</strong>auditieve systeem.42efferente banen in tegengestel<strong>de</strong> richting, die geachtwor<strong>de</strong>n voor bijsturen<strong>de</strong> werking (<strong>ter</strong>ugkoppeling)verantwoor<strong>de</strong>lijk te zijn. Het rangnummer <strong>de</strong>r neuronenis telkens <strong>aan</strong>gegeven.Deze toch al gesimplificeer<strong>de</strong> afbeelding illustreert <strong>de</strong>gecompliceerdheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> systeem <strong>van</strong> geleiding <strong>van</strong><strong>de</strong> auditieve prikkel.Het is dan ook niet verwon<strong>de</strong>rlijk dat veel, quaapparatuur en procedure vaak zeer ingewikkel<strong>de</strong>,audiometrische tests, stellig geponeerd als differentiaaldiagnostica voor <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rscheid cochleairretrocholeair,bij na<strong>de</strong>re bestu<strong>de</strong>ring min<strong>de</strong>r bruikbaaren/of betrouwbaar bleken.In on<strong>de</strong>rst<strong>aan</strong><strong>de</strong> tabel, die verre <strong>van</strong> volledig is, is eenopsomming gegeven <strong>van</strong> veel genoem<strong>de</strong> en/of veeltoegepaste audiometrische tests.TABEL differentiaal-diagnostische audiometrische tests.A. Veel toegepast1. Tone <strong>de</strong>cay (Carhart)2. Békèsy audiometrie (Jerger in<strong>de</strong>ling)3. Impedantie-omslagmeting4. At Phonak, buis <strong>van</strong> Groen5. Feldmann dichotische woor<strong>de</strong>ntest6. Elektro cochleografieB. Min<strong>de</strong>r toegepast/min<strong>de</strong>r bruikbaarten <strong>aan</strong>zien <strong>van</strong> tijd, apparatuur, in<strong>ter</strong>preteerbaarheid.7. Links-rechts wisselingen (Bocca-Calearo c.q.Cherry-Taylor)8. Bas-diskant spraakaudiometrie (Arnold-Matzker)9. Relatie monaurale-binaurale steilheid in spraakaudiometrie(Groen-Hellema)10. Evoked Response Audiometrie11. DubbelklikUi<strong>ter</strong>aard zal veelal vooraf veel informatie verkregenkunnen wor<strong>de</strong>n door zorgvuldige anamnese - opname,otologische, vestibulair, standaardaudiometrische enneurologisch on<strong>de</strong>rzoek.De opsomming en in <strong>het</strong> bijzon<strong>de</strong>r <strong>de</strong> in<strong>de</strong>ling A - B<strong>van</strong> <strong>de</strong> tabel is weliswaar betrekkelijk willekeurig enafhankelijk <strong>van</strong> ervaring en voorkeur <strong>van</strong> <strong>de</strong> ervaringen voorkeur <strong>van</strong> <strong>de</strong> auteur c.q. on<strong>de</strong>rzoeker maar zegeeft een gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> weer <strong>van</strong> <strong>de</strong> in diverseinstituten toegepaste testbat<strong>ter</strong>ijen.


(Carhart, 1973 - Col<strong>de</strong>s, 1972 - Feldmann, 1970- Johnson, 1973 - König, 1968 - Lehnhardt, 1973- Li<strong>de</strong>n, 1973).Hieron<strong>de</strong>r wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> in <strong>de</strong> tabel genoem<strong>de</strong> tests kortbeschreven.1. Tone <strong>de</strong>cay test volgens Carhart (Groen 1965).Men biedt <strong>de</strong> patiënt een toon <strong>aan</strong> 5 dB. boven zijndrempel. Als na 1 minuut <strong>de</strong> toonsensatie nietverdwenen is dan is <strong>de</strong> gehoorfunctie in dit opzichtalthans normaal. Verdwijnt <strong>de</strong> toonsensatie wel,bijvoorbeeld na 1 5 secon<strong>de</strong>n dan is er eenpathologische gehoorfunctie. Men verhoogt dan <strong>de</strong>toons<strong>ter</strong>kte met 5 dB. en zet <strong>de</strong>ze belastingsproefvoort; naar alle waarschijnlijkheid zal ook nu weer naenige tijd (bijvoorbeeld 1 5 sec.) <strong>de</strong> toonsensatieverdwijnen.Het <strong>aan</strong>tal keren c.q. <strong>het</strong> <strong>aan</strong>tal dB dat <strong>de</strong> intensiteit<strong>van</strong> <strong>de</strong> toon verhoogd moet wor<strong>de</strong>n totdat <strong>de</strong>ze bijéén intensiteit een minuut lang hoorbaar blijft is eenmaat voor <strong>de</strong> uitputting <strong>van</strong> <strong>het</strong> gehoor<strong>org<strong>aan</strong></strong>. Eengrote uitputting (meer dan 3 stappen) wijst op een laagcentrale <strong>aan</strong>doening.2. Bij een twee<strong>de</strong> metho<strong>de</strong> tot bepaling <strong>van</strong> <strong>de</strong> mate<strong>van</strong> uitputting wordt gebruik gemaakt <strong>van</strong> <strong>de</strong> Békèsyaudiome<strong>ter</strong>(Groen 1965). Jerger on<strong>de</strong>rscheidt 4vormen <strong>van</strong> toondrempelkurven, waarbij steeds <strong>het</strong>continue met <strong>het</strong> toonon<strong>de</strong>rbroken audiogramvergeleken wordt (figuur II).Ver<strong>de</strong>r kan men <strong>de</strong> Carhart-tone <strong>de</strong>cay-test volgensJerger uitvoeren met <strong>de</strong> Békèsy-audiome<strong>ter</strong> door bij


FIXEDIMPEDANCE METERFig. III. Schematische weergave <strong>van</strong> <strong>ter</strong>ugkaatsing bijimpedantie-omslagmeting.Afwezigheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> reflex bij voldoen<strong>de</strong> intensiteit bijeen perceptief slechthoren<strong>de</strong> wijst op eenretro-cochleaire laesie.4. At meting (Groen 1965).Het vermogen tot richting bepaling <strong>van</strong> klikgelui<strong>de</strong>nberust op <strong>het</strong> waarnemen <strong>van</strong> tijdverschillen in<strong>aan</strong>komst <strong>van</strong> <strong>het</strong> geluid in linker- en rech<strong>ter</strong>gehoor<strong>org<strong>aan</strong></strong>. Tijdverschillen tot 30 (is.(mikrosecon<strong>de</strong>n!) zijn juist waarneembaar; <strong>het</strong> grootstmogelijke tijdverschil is ongeveer 650 us.,overeenkomen<strong>de</strong> met een zij<strong>de</strong>lingse geluidsrichtingvolgens <strong>de</strong> verbindingslijn <strong>van</strong> <strong>de</strong> gehoororganen. Bij<strong>het</strong> tijdsverschil <strong>van</strong> 30 us. hoort een richting die 3°uit <strong>het</strong> mediane vlak ligt. Voor een la<strong>ter</strong>alisatie <strong>van</strong> <strong>de</strong>geluidswaarneming op grond <strong>van</strong> tijdverschillen alléénis een intacte prikkelgeleiding langs <strong>de</strong> zenuwnoodzakelijk, vooral ten <strong>aan</strong>zien <strong>van</strong> <strong>de</strong> geleidingssnelheid.44Als men in gedachte houdt dat <strong>de</strong> looptijd <strong>van</strong>cochlea naar oliva superior (waar <strong>het</strong> vergelijkingsproceszich moet afspelen) normali<strong>ter</strong> 2.5millisecon<strong>de</strong>n bedraagt, behoeft <strong>het</strong> geenverwon<strong>de</strong>ring te wekken, dat een geringe storing in<strong>het</strong> prikkelgeleidingsvermogen langs 1ste en 2<strong>de</strong>neuron al een <strong>aan</strong>zienlijke onnauwkeurigheid inAt-waarneming veroorzaakt.De PHONAK-fabriek (Stuttgart) heeft een instrumentgeconstrueerd, dat in <strong>aan</strong>sluiting op een normaleaudiome<strong>ter</strong>, tijdverschillen <strong>van</strong> instelbare grootte'36,72 648 s.) kan doseren tussen L- enR-gehoor<strong>org<strong>aan</strong></strong>, waarbij <strong>de</strong> mogelijkheid bestaatcompensatie te geven voor luidheidsverschillen.. Menkan dan bij gelijke luidheid in L- en R-<strong>org<strong>aan</strong></strong> <strong>de</strong>kleinst waarneembare At meten. Deze metho<strong>de</strong> heeftklinisch zijn waar<strong>de</strong> zeer goed bewezen. Bij acusticustumoren, die slechts een gering gehoorverliesveroorzaken, blijkt <strong>de</strong> At-waarneming zwaar gestoordte zijn.Het belang <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze meetmetho<strong>de</strong>, die eendifferentiaal diagnose over retrocochleaire stoornissenmogelijk maakt, is <strong>aan</strong>leiding geweest tot <strong>het</strong>construeren <strong>van</strong> een veel eenvoudiger instrument, datklinisch zeer goed bruikbaar is. Het bestaat uit eenrubberslang (zie figuur IV), die linker- en rech<strong>ter</strong>oor <strong>van</strong><strong>de</strong> waarnemer (patiënt) verbindt met behulp <strong>van</strong> eenstethoscoop montuur. (Groen 1969), waarbij <strong>het</strong>signaal via een akoestisch <strong>de</strong>mpen<strong>de</strong> kap in <strong>de</strong>gehoorgang komt.Als men op <strong>het</strong> mid<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> 130 cm langerubberslang tikt (zachtjes!), hoort men <strong>de</strong> tik mid<strong>de</strong>nin <strong>het</strong> hoofd. Tikt men 5 cm naar links, dan hoort men<strong>de</strong> tik in <strong>het</strong> linkeroor. Er is dan een weglengteverschil<strong>van</strong> 2x5= 10 cm, overeenkomen<strong>de</strong> met280 us. Zeer goe<strong>de</strong> waarnemers halen 1 cmweglengteverschil; normaal 2 cm. Indien er drempelverschillentussen L- en R-<strong>org<strong>aan</strong></strong> best<strong>aan</strong>, verplaatst<strong>de</strong> mid<strong>de</strong>nlocalisatie zich naar <strong>de</strong> zij<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>het</strong>slech<strong>ter</strong>e oor. Dit is geen bezwaar; <strong>het</strong> la<strong>ter</strong>aliserenspeelt zich dan in <strong>het</strong> 'nieuwe mid<strong>de</strong>n' af. Deonzekerheidsmarge moet dan ech<strong>ter</strong> niet gro<strong>ter</strong> dan2 cm zijn. Is <strong>de</strong> onzekerheidsmarge gro<strong>ter</strong> dan 4 cm,dan heeft men al met een pathologischeAt-waarneembaarheid te doen, dui<strong>de</strong>nd op een laag


Fig. IV. Buis <strong>van</strong> Groen.centrale laesie (als <strong>de</strong> signalen niet goed kunnenwor<strong>de</strong>n vergeleken in <strong>aan</strong>komsttijd, is <strong>het</strong> lokaliserengestoord). Op hogere leeftijd neemt <strong>de</strong> At-waar<strong>de</strong>ook toe.Men moet <strong>de</strong>rhalve bij <strong>de</strong> keuze; normaal ofpathologisch, met <strong>de</strong> leeftijd <strong>van</strong> patiënt rekeninghou<strong>de</strong>n.5. De dichotische woor<strong>de</strong>ntest naar Feldmann.Hiervoor zij verwezen naar <strong>de</strong> voordracht <strong>van</strong>P. <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Pot (1973).6. Elektrocochleografie.Hiervoor zij verwezen naar <strong>de</strong> voordracht <strong>van</strong>J - Eggermont (1973).7. Links-rechts wisselingen (Bocca-Calearo c.q.Sherry-Taylor) (Groen 1965)Spraak (monosyllaben of volzinnen) wordt afwisselend<strong>aan</strong> linker- en rech<strong>ter</strong> gehoor<strong>org<strong>aan</strong></strong> <strong>aan</strong>gebo<strong>de</strong>n,waarbij <strong>de</strong> wisselingsfrequentie langzaam opgevoerdwordt; ie<strong>de</strong>r gehoor<strong>org<strong>aan</strong></strong> is dus voor <strong>de</strong> helft <strong>van</strong> <strong>de</strong>tijd werkzaam, voor <strong>de</strong> an<strong>de</strong>re helft krijgt <strong>het</strong> geengeluid te horen. Men meet <strong>de</strong> verst<strong>aan</strong>vaardigheid.De gedachte die hier<strong>aan</strong> ten grondslag ligt, is dat <strong>de</strong>mens een zekere tijd nodig heeft om zijn <strong>aan</strong>dacht <strong>van</strong>een linkswaarneming om te schakelen op eenrechtswaarneming (en omgeeerd). Dit vermogen totomschakelen zou een crebrale functie zijn. Voor <strong>het</strong>opsporen <strong>van</strong> cerebrale stoornissen in akoestischewaarneming zou <strong>de</strong> metho<strong>de</strong> <strong>van</strong> commutatie <strong>van</strong>geluids<strong>aan</strong>bieding dus zinvolle antwoor<strong>de</strong>n kunnengeven. Hierbij zijn enkele bijzon<strong>de</strong>rhe<strong>de</strong>n <strong>aan</strong> <strong>het</strong>licht gekomen.Indien men eerst <strong>de</strong> spraak slechts <strong>aan</strong> één gehoor<strong>org<strong>aan</strong></strong><strong>aan</strong>biedt, dan functioneert dit, ingevolge <strong>het</strong>schakelmechanisme, maar voor <strong>de</strong> helft <strong>van</strong> <strong>de</strong> tijd.Zolang <strong>het</strong> schakelen langzaam gaat (één per sec.)verstaat men gemid<strong>de</strong>ld bijna <strong>de</strong> helft (<strong>het</strong>geengemakkelijk te begrijpen is). Bij 3 x per sec. treedt ereen <strong>aan</strong>zienlijke val op, die bij ie<strong>de</strong>r normaal horen<strong>de</strong>voorkomt. Dit blijkt samen te hangen met <strong>de</strong>gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> klankduur <strong>van</strong> <strong>de</strong> fonemen; bij <strong>de</strong>zeexpositieduur (0.33 sec.) on<strong>de</strong>rg<strong>aan</strong> zij verminkingendoor <strong>de</strong> schakelklik (onvermij<strong>de</strong>lijk).Verhoogt men <strong>de</strong> schakelsnelheid, dan gaat men ookmonauraal langzamerhand bijna alles verst<strong>aan</strong>.Binauraal is er bij 3 x per sec. ook een daling te zien,die ech<strong>ter</strong> bij hogere schakelfrequenties weer verdwijnt.Spoedig (tussen 30 en 100x/sec.) hoort menbinauraal bijna 100%.In pathologische gevallen zou <strong>de</strong> kuil bij 3 x per sec.extra diep zijn. Ook hier kon<strong>de</strong>n wij bij een geval <strong>van</strong>hemisfeerektomie geen afwijkingen vin<strong>de</strong>n.Vermoe<strong>de</strong>lijk is <strong>het</strong> omschakelvermogen toch lager dancorticaal gelocaliseerd (misschien in <strong>de</strong> thalamus endaar on<strong>de</strong>r).Wegens onvoldoen<strong>de</strong> bewijs <strong>van</strong> <strong>de</strong> waar<strong>de</strong>volheid enbetrekkelijk ingewikkel<strong>de</strong> apparatuur wordt <strong>de</strong>ze testniet veel toegepast.8. Bas-diskant-band-spraakaudiometrie naar Arnol<strong>de</strong>n Matzker (Groen 1965).Arnold (1930) heeft in een persoonlijke me<strong>de</strong><strong>de</strong>ling<strong>aan</strong> Fletcher <strong>het</strong> voorstel ged<strong>aan</strong>, om spraak op eenzeer speciale en voor bei<strong>de</strong> gehoororganenverschillen<strong>de</strong>, manier te verminken en dan <strong>het</strong>discriminatievermogen te meten.De verminking bestaat hierin, dat <strong>aan</strong> <strong>het</strong> ene oor eenfrequentieband <strong>van</strong> bijvoorbeeld 500-800 Hz wordt<strong>aan</strong>gebo<strong>de</strong>n en <strong>aan</strong> <strong>het</strong> an<strong>de</strong>re oor een band <strong>van</strong>1500-2400 Hz. Het merkwaardige is dan, dat, <strong>ter</strong>wijlie<strong>de</strong>re band op zich zelf een s<strong>ter</strong>k vermin<strong>de</strong>r<strong>de</strong>45


• • • • * •1discriminatie ten gevolge heeft (wat geen won<strong>de</strong>r is),<strong>het</strong> gezamenlijk beluis<strong>ter</strong>en een praktisch normaleverst<strong>aan</strong>vaardigheid oplevert. Een en an<strong>de</strong>r staatweergegeven in figuur V.De verwachting <strong>van</strong> Matzker was, dat patiënten methoog centrale stoornissen dit optellen niet zou<strong>de</strong>nverrichten. Dit is niet waar gebleken. Het moet thanswel <strong>aan</strong>genomen wor<strong>de</strong>n, dat <strong>het</strong> vermogen totbinaurale additie op centraal-lage niveaux bepaaldwordt.Is er een ernstige storing in <strong>de</strong> akoestische banen in<strong>de</strong> hersenstam, dan is er kans, dat <strong>de</strong> bas-diskantadditie faalt. Overigens is <strong>de</strong> additie positiefvastgesteld bij gevallen <strong>van</strong> hemisfeer-ektomie(hoogcentrale stoornis) en kernic<strong>ter</strong>us (laag-en hoogcentrale stoornis). Er is nog een in<strong>ter</strong>essantekonsequentie <strong>aan</strong> <strong>de</strong>ze additie-vorm. Door <strong>de</strong>presentatie <strong>van</strong> een basband <strong>aan</strong> <strong>het</strong> ene <strong>org<strong>aan</strong></strong> eneen diskantband <strong>aan</strong> <strong>het</strong> an<strong>de</strong>re, verkrijgt menkunstmatig een perifere perceptiestoornis, die dus<strong>aan</strong>leiding moet zijn tot <strong>het</strong> ontst<strong>aan</strong> <strong>van</strong> een steilerebinaurale kurve; <strong>het</strong>geen in<strong>de</strong>rdaad <strong>het</strong> geval is en welvolgens <strong>de</strong> formule <strong>van</strong> <strong>de</strong> samengestel<strong>de</strong> kans.(zie vorig punt). Ook <strong>de</strong>ze test wordt weinig toegepast.9. Relatie monaurale-binaurale steilheid in spraakaudiometrienaar Groen - Hellema (1962).De mens is in <strong>de</strong> samenleving <strong>aan</strong>gewezen op <strong>het</strong>gelijktijdig gebruik <strong>van</strong> zijn twee gehoororganen. Bijie<strong>de</strong>r volledig gehooron<strong>de</strong>rzoek zal <strong>de</strong>ze samenwerking<strong>de</strong>r gehoororganen ook nageg<strong>aan</strong> dienen te wor<strong>de</strong>n.Met behulp <strong>van</strong> <strong>de</strong> binaurale spraakaudiometriekunnen enkele facetten <strong>de</strong>zer samenwerkingbestu<strong>de</strong>erd wor<strong>de</strong>n.De binaurale spraakaudiome<strong>ter</strong> beschikt over twee--oor16ASR-oor90r 'Af60DIS­40KANT20B*ND•1500 2400 "20 MO 800 -10 0 10 20 X 40 30Fig. V. Bas-diskant-band46spraakaudiometrie.geschei<strong>de</strong>n kanalen, voor ie<strong>de</strong>r gehoor<strong>org<strong>aan</strong></strong> één,ie<strong>de</strong>r met een eigen verzwakker.Men begint op <strong>de</strong> gebruikelijke manier <strong>de</strong> monauralespraakaudiogrammen te bepalen. Indien <strong>de</strong>zeeenzelf<strong>de</strong> verloop en ligging hebben, wordt biji<strong>de</strong>ntieke presentatie <strong>het</strong> binaurale spraakaudiogramgemaakt; <strong>het</strong> niveau is dus in L- en R- gehoor<strong>org<strong>aan</strong></strong>gelijk.In principe kan men twee verschillen<strong>de</strong> typenbinaurale spraakaudiogrammen (discriminatiekurven)verwachten.a. De discriminatiekurve (binauraal) heeft <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong>vorm als <strong>de</strong> monaurale, maar is 0-6 dB. verschovennaar links (gevoeliger). Als belangrijkste bijkomstigheidkan gemeld wor<strong>de</strong>n dat bij vele patiënten <strong>de</strong>discriminatie binauraal gunstiger is; <strong>het</strong>discriminatieverlies is dan kleiner gewor<strong>de</strong>n.b. De discriminatiekurve is binauraal steiler dan <strong>de</strong>monaurale, maar begint in <strong>het</strong> zelf<strong>de</strong> punt(intensiteitsniveau <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraak). Voor <strong>het</strong> overigekunnen <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> verbe<strong>ter</strong>ingen verwacht wor<strong>de</strong>n alson<strong>de</strong>r 1).De hypothese is, dat type 1) (verschoven) wijst op eencentrale perceptiestoornis en type 2) (steiler) op eenperifere, (cochlea of 1ste of 2<strong>de</strong> neuron).Eén en an<strong>de</strong>r staat schematisch weergegeven infiguur VI Deze test kost op zich enige tijd, maar gezien<strong>het</strong> feit dat thans vrijwel routinematig bij slechthoren<strong>de</strong>nnaast een toon- ook een spraakaudiogramwordt gemaakt kan <strong>de</strong> test in <strong>de</strong> bat<strong>ter</strong>ij wor<strong>de</strong>nopgenomen. De hypothese <strong>van</strong> <strong>de</strong> test wordtbevestigd door <strong>de</strong> uitkomsten (bij normaal-horen<strong>de</strong>n)<strong>van</strong> <strong>de</strong> on<strong>de</strong>r 8 genoem<strong>de</strong> test. Met bas- en diskantfil<strong>ter</strong>s is <strong>de</strong> proefpersoon als <strong>het</strong> ware een perifeer(niet retro-cochleair) slechthoren<strong>de</strong>; <strong>de</strong> steilheidsvergrotingkomt dan ook met <strong>de</strong> cochleaire stoornisovereen.10. 'Evoked - Response' Audiometrie (E.RA).Deze test, die ach<strong>ter</strong>af min<strong>de</strong>r waar<strong>de</strong>vol,betrouwbaar en in<strong>ter</strong>preteerbaar is gebleken dan ze<strong>aan</strong><strong>van</strong>kelijk leek en werd geponeerd maakt gebruik


_20 O 20 40 60 80 100 dBFig. VI. Monauraal-Binauraalspraakaudiogram.<strong>van</strong> <strong>de</strong> sche<strong>de</strong>l (meestal vertex) afgelei<strong>de</strong> E.E.G.signalen die wor<strong>de</strong>n beïnvloed door zorgvuldiggedimensioneer<strong>de</strong> toegedien<strong>de</strong> toon- of ruisstoten. Degenoem<strong>de</strong> beïnvloeding is zo weinig direct zichtbaarop <strong>de</strong> schrijver die <strong>de</strong> E.E.G. uitschrijft (verdrinkt in ruis)dat slechts met behulp <strong>van</strong> een compu<strong>ter</strong> in<strong>ter</strong>essantegegevens betreffen<strong>de</strong> <strong>het</strong> gehoor kunnen wor<strong>de</strong>nopgespoord.Gebruik <strong>van</strong> een compu<strong>ter</strong> en an<strong>de</strong>re kostbareapparatuur en min<strong>de</strong>r of meer on<strong>de</strong>r narcosebrengen <strong>van</strong> <strong>de</strong> te on<strong>de</strong>rzoeken persoon, zoals vaaknodig, lijkt waar<strong>de</strong>rvoller en meer verantwoord bijelectro cochleografie (Eggermont 1973).11. De dubbelklik.In ons laboratorium is een apparaat ontwikkeldwaarmee één of twee kortduren<strong>de</strong> signalen (kliks)kunnen wor<strong>de</strong>n <strong>aan</strong>gebo<strong>de</strong>n <strong>aan</strong> één oor, goedgedoseerd voor wat betreft <strong>het</strong> tijdsin<strong>ter</strong>val en <strong>het</strong>intensiteitsverschil <strong>van</strong> <strong>de</strong> twee kliks, om te kunnennag<strong>aan</strong> hoe goed <strong>het</strong> tijdpatroon <strong>van</strong> een signaalbehou<strong>de</strong>n wordt.Deze test kan informatie verstrekken over <strong>de</strong>'monaurale At'. De test is ook toepasbaar bijéén-origen.Helaas is <strong>het</strong> niet mogelijk <strong>aan</strong> <strong>de</strong> hand <strong>van</strong> één test bijperceptief slechthoren<strong>de</strong>n zekere uitspraken over <strong>de</strong>plaats <strong>van</strong> <strong>de</strong> laesie te doen.Combinatie <strong>van</strong> uitslagen ech<strong>ter</strong> <strong>van</strong> in <strong>het</strong> bijzon<strong>de</strong>r<strong>de</strong> on<strong>de</strong>r A. genoem<strong>de</strong> tests kan, dat is <strong>aan</strong>getoond, wellei<strong>de</strong>n tot een betrouwbaar<strong>de</strong>r lokalisatie <strong>van</strong> <strong>de</strong>gehoorstoornis.Drs. L. M. GrobbenLi<strong>ter</strong>atuurCarhart, R. (1973): Updatig Special HearingTest in Otological Diagnosis. Arch. Otolaryngol. 97-88.Coles, R. R. A. (1972): Can present day Audiologyreally help in diagnosis? An otologist's question.J. of Laryng. and Otol. 86-191.Eggermont, J. J. (1973): Electrocochleografie.Dit tijdschrift.*Feldmann, H. (1970): Metho<strong>de</strong>n <strong>de</strong>r objektivenHörprüfungen. Entwicklung, gegenwartiger Stand undAusblick.Z. Laryng. Rhinol. 49-122-136.Ga/ambos, R. (1954): Neural Mechanisms of Audition.Physiological Revieuws, Vol. 34. no 3 497-1954.Groen, J. J. (1965): Audiologie voor Akoepedisten II.Dictaat.Groen, J. J. (1969): Diagnostic value of la<strong>ter</strong>alizationability for dichotic time differences. Acta - oto -laryngol. 67-326.Groen, J. J. en Hellema, A. C. M. (1962): BinauralSpeech Audiometry. Acta Oto-laryngol. 52-397.Johnson, E. W. (1970): Auditory test result in 268cases of confirmed retrocohcleair lesions. Int.Audiology 9-15.Johnson, E. W. (1973): Clinical application of specialhearing tests. Arch. Otolaryngol. 97-92.Kónig, E. (1968): Probleme <strong>de</strong>r zentral bedingtenhochgradigen Hörverluste. Folia Phoniat. 20: 297-326.Lehnhardt, E. (1973): Audiometrische Topodiagnostikim Hirnstamm. Z. Laryng. Rhinol. 52-11.Li<strong>de</strong>n, G. en Korsan-Bengtsen, M. (1973): AudiometricManifestations of retrocochleair lesions. Scand.Audiology 2-29.Matzker, J. (1958): Ein Binauraler Hörsynthese-Testzum Nachweis Zerebraler Hörstörungen. Georg ThiemeVerlag, Stuttgart 1958.Pot, P. J. A. v. <strong>de</strong>r (1973): De dichotischediscriminatietest volgens Feldmann. Dit tijdschrift.*Spoor, A. (1973): Audiometrische metho<strong>de</strong>n metbetrekking tot cochleaire slechthorendheid. Dittijdschrift.** 14e jaargang - no. 4. Het Gehoorgestoor<strong>de</strong> Kind.47


Taalon<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> dove kin<strong>de</strong>renEen paar <strong>aan</strong>tekeningen voordat we beginnen:a. Ik zal alleen spreken over prelinguaal dove kin<strong>de</strong>ren,dat is met een hoorverlies <strong>van</strong> meer dan 90 dB(ISO, Fletcher-in<strong>de</strong>x), dat ontst<strong>aan</strong> is voor <strong>de</strong> 2everjaardag.b. Wat ik zal zeggen, is in principe ook toe te passen opmeervoudig gehandicapte dove kin<strong>de</strong>ren.I. Taal, spraak en horen?In tegenstelling tot mijn opvatting zou<strong>de</strong>n veletheoretici <strong>het</strong> onnatuurlijk vin<strong>de</strong>n dat een congresover spraak en horen, een lezing bevat over taal.Taal' kan ge<strong>de</strong>finieerd wor<strong>de</strong>n als: een systeem <strong>van</strong>communicatie-symbolen. Enkele psycholinguisten (bijv.Moores 1968, Noam Chomsky 1965 schijnen erg vóór<strong>de</strong>ze i<strong>de</strong>eën te zijn) <strong>de</strong>nken dat ze 'taal' kunnenabstraheren <strong>van</strong> <strong>de</strong> co<strong>de</strong>s of <strong>de</strong> perceptieve vormwaarin <strong>het</strong> wordt gebruikt. Zo spreken ze <strong>van</strong>'gesproken of oraal engels', 'graphisch engels','gevingerspeld engels' en zelfs <strong>van</strong> 'manual English'(in 1776 al sprak <strong>de</strong> l'Epée <strong>van</strong> 'Ie francais manuel',<strong>van</strong> Beek in 1828 <strong>van</strong> 'Ne<strong>de</strong>rlands in gebaren', enzo ook Stokoe 1972). Ik ben <strong>het</strong> niet eens met <strong>de</strong>zetheorie, omdat <strong>de</strong> co<strong>de</strong> een diepe invloed heeft op <strong>de</strong>structuur <strong>van</strong> <strong>het</strong> systeem. Zoals ik heb uitgelegdin mijn boek (A world of language, <strong>de</strong>r<strong>de</strong> druk 1973) is<strong>het</strong> ritme <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraak een echte vorm <strong>van</strong> <strong>de</strong> taal.Ik zou mijn kritiek op <strong>de</strong>ze theorie willen beperkentot 2 punten:a. De structuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> taal en Short Term Memoryfunctie.'Hij mijn arm sloeg, hij sloeg mij ... mijnarm': dit was een zin <strong>van</strong> een normaal horend kind metzogenaam<strong>de</strong> ontwikkelingsdysphasie. De oorsprong<strong>van</strong> dit dysgrammatisme is m.i., dat <strong>het</strong> kind <strong>aan</strong><strong>het</strong> ein<strong>de</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> zin is vergeten hoe <strong>het</strong> die zinbegonnen is. In<strong>de</strong>rdaad, als we geen overzicht hebben48over <strong>de</strong> hele zin, is <strong>het</strong> onmogelijk voor onze geestdie zin te structureren, zowel in <strong>het</strong> produceren er<strong>van</strong>als in <strong>het</strong> begrijpen er<strong>van</strong>. Als <strong>de</strong> le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> eencommunicatieve groep <strong>van</strong> personen allen gebrekhebben in voldoen<strong>de</strong> Short Term Memory-functie, kanmen voorspellen, dat hun uitingen erg korte zinnetjeszullen zijn en dat <strong>de</strong> structuur erg arm zal zijn.Dit is een feit in <strong>de</strong> gebarentaal. Wij von<strong>de</strong>n in onson<strong>de</strong>rzoek (1968) dat dove volwassenen, opgevoed ingebarentaal ('manual Dutch' of 'hogere gebarentaal')en die <strong>de</strong>ze <strong>de</strong> hele dag gebruikten (ech<strong>ter</strong> 'laag' instructuur, zoals Stokoe (1972) <strong>het</strong> heeft uitgelegd)geen serie gebaren die langer was dan 5 of 6kon<strong>de</strong>n reproduceren. Hun uitingen kon<strong>de</strong>n ech<strong>ter</strong>langer zijn; in mijn on<strong>de</strong>rzoek tot ongeveer 12,maar dikwijls kunnen ze hele verhalen vertellen <strong>van</strong>5 en zelfs 10 minuten lang. Dit betekent niet, datze een overzicht hebben over zulke lange series zodatze ze kunnen structureren overeenkomstig een zinsmo<strong>de</strong>l.Tervoort en Verberk (1967, herdruk in voorbereiding1974) von<strong>de</strong>n dat dove kin<strong>de</strong>ren dieopgevoed waren in gebaren in staat waren <strong>de</strong> Key <strong>van</strong>Fitzgerald te volgen (maar ze <strong>de</strong><strong>de</strong>n dit niet altijd) als<strong>de</strong> serie gebaren niet langer was dan 5. Als <strong>de</strong> serieslanger wer<strong>de</strong>n, bijv. 6 of 7, volg<strong>de</strong>n ze nooit <strong>de</strong> Key.Brill (1953) vond dat <strong>het</strong> Short Term Memory <strong>van</strong> dovekin<strong>de</strong>ren voor geschreven zinnen begrensd was totongeveer 5 woor<strong>de</strong>n. Het Short Term Memory voorvingerspelling zal niet langer zijn.Deze bevindingen lijken in overeenstemming te zijnmet <strong>het</strong> ou<strong>de</strong> gegeven <strong>de</strong>r psychologie dat <strong>de</strong>grens <strong>van</strong> onze perceptie en onmid<strong>de</strong>llijk geheugenbeperkt is tot 5 uni-dimensionale eenhe<strong>de</strong>n. Dezefunctie kan getraind wor<strong>de</strong>n en zo kwam GeorgeMiller (1962) tot zijn 'magische nummer 7 ± 2'.Maar gelukkig genoeg zijn <strong>de</strong> eenhe<strong>de</strong>n in spraak nietuni-dimensionaal: omdat we <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n groeperen inritmische sub-eenhe<strong>de</strong>n. D.m.v. die ritmischegroepering kunnen we veel langere series dan <strong>van</strong> 5 of6 woor<strong>de</strong>n onthou<strong>de</strong>n. Sommige horen<strong>de</strong>n kunnendit geweldig goed, an<strong>de</strong>ren ech<strong>ter</strong> niet zo goed, <strong>van</strong>gematigd tot slecht, zie <strong>het</strong> vb. boven.


Wij von<strong>de</strong>n in onze dove kin<strong>de</strong>ren (niet <strong>de</strong> meervoudiggehandicapten), dat hun Short Term Memory voorritmische spraak op 13-jarige leeftijd was 17-18syllaben, dat is 12-13 woor<strong>de</strong>n. Het kan voorspeldwor<strong>de</strong>n dat kin<strong>de</strong>ren die zulk een s<strong>ter</strong>k geheugenhebben in staat zullen zijn gesproken taal te structureren,in tegenstelling tot die dove kin<strong>de</strong>ren, wierspraak niet ritmisch genoeg is, of, nog erger, dievoornamelijk grafisch zijn opgevoed, in vingerspellingof in gebaren. Daarom zal m.i. oralisme 'ritmischoralisme' moeten zijn, an<strong>de</strong>rs is <strong>het</strong> helemaal geenecht oralisme. Als een doof kind wegens meervoudigegebrekkigheid dit niet kan leren, is dit in<strong>de</strong>rdaa<strong>de</strong>en zeer ernstige handicap.NB. Er is nog een an<strong>de</strong>r mid<strong>de</strong>l om die uni-dimensionaliteit<strong>van</strong> <strong>de</strong> spraak te overwinnen, nl. <strong>de</strong> logica en<strong>de</strong> voorkennis <strong>van</strong> <strong>de</strong> structuur. Speciaal zeer intelligentedoven zullen <strong>het</strong> hierin ver kunnen brengen,<strong>de</strong>nk <strong>aan</strong> Helen Keiler, Ir. Nanninga e.a.We laten nu <strong>de</strong> vele semantische moeilijkhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong>een gebarentaal, die een 'picture-language' is,<strong>ter</strong>zij<strong>de</strong> liggen, hoewel dit veel te maken heeft met <strong>de</strong>volgor<strong>de</strong> <strong>van</strong> die gebaren. Het moge ech<strong>ter</strong> dui<strong>de</strong>lijkzijn, dat een uitdrukking als 'manual English' nietjuist is, <strong>het</strong> is een kunstmatige constructie, enigszinseen contradictie in <strong>de</strong> <strong>ter</strong>men.b. Het tempo <strong>van</strong> <strong>de</strong> uitingen heeft weer veel te makenmet <strong>de</strong> structuur door <strong>de</strong> Short Term Memoryfunctie,maar ook met <strong>de</strong> in<strong>ter</strong>pretatie <strong>van</strong> <strong>de</strong> eenhe<strong>de</strong>n,<strong>de</strong> opschortings-functie bij die in<strong>ter</strong>pretatie. Ik zal eenvoorbeeld geven. Ik was eens in discussie met eenstu<strong>de</strong>nt in <strong>de</strong> Ne<strong>de</strong>rlandse li<strong>ter</strong>atuur over ditprobleem <strong>van</strong> tempo. Als een voorbeeld gaf ik hem<strong>de</strong>ze zin: 'De bomen ... waren dicht'. Hij zei: 'Dat isklare nonsensI', totdat ik hem uitleg<strong>de</strong> dat met'bomen' iets an<strong>de</strong>rs bedoeld kan zijn dan planten, infeite slagbomen bij <strong>het</strong> spoor. Wat was er gebeurd?Omdat ik stopte na 'De bomen ...' in<strong>ter</strong>preteer<strong>de</strong>hij dat woord als groeien<strong>de</strong> bomen en hij schakel<strong>de</strong>niet over naar een an<strong>de</strong>re in<strong>ter</strong>pretatie bij <strong>de</strong> komen<strong>de</strong>contekst. Hier zien we hoe belangrijk <strong>het</strong> kan zijn om<strong>de</strong> hele contekst vlug in één blik voor ons te hebben.Dus als een doof kind leest: 'Mijn .... moe<strong>de</strong>r ....komt.... morgen', zal <strong>het</strong> erg moeilijk voor hem zijn diezin als één geheel te begrijpen. Hoe vlugger we eenhele uiting doorhebben, hoe meer <strong>de</strong> contekst ons kanhelpen bij een goe<strong>de</strong> in<strong>ter</strong>pretatie. - Het tempoech<strong>ter</strong> <strong>van</strong> gebaren is ongeveer 1 of 2 gebaren persecon<strong>de</strong>. Hetzelf<strong>de</strong> moet gezegd wor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> vingerspelling:ervaren vingerspellers kunnen niet meerdan één of twee woor<strong>de</strong>n per secon<strong>de</strong> uitdrukken.Maar <strong>het</strong> tempo <strong>van</strong> spraak en liplezen kan opgevoerdwor<strong>de</strong>n tot 3 of 4 woor<strong>de</strong>n per secon<strong>de</strong>. Om <strong>de</strong>zetwee<strong>de</strong> re<strong>de</strong>n moge <strong>het</strong> dui<strong>de</strong>lijk genoeg zijn dat 'taal'niet geabstraheerd kan wor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> zijn co<strong>de</strong>.Daarom moeten we conclu<strong>de</strong>ren, dat 'taal' een plaatsverdient op een congres over spraak en horen.II. Een overzicht <strong>van</strong> onze reflec<strong>ter</strong>en<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>Ruw gesproken, kunnen we <strong>de</strong> verschillen<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>nvoor <strong>het</strong> leren <strong>van</strong> taal in 3 ver<strong>de</strong>len:De constructieve metho<strong>de</strong>n, waarin <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>renmo<strong>de</strong>llen <strong>van</strong> zinnen krijgen, geprogrammeerd <strong>van</strong>zeer eenvoudige tot meer complexe; er wordt <strong>de</strong>kin<strong>de</strong>ren gevraagd ervaringen, gebeurtenissen en feitente verbaliseren volgens <strong>de</strong>ze mo<strong>de</strong>llen; <strong>de</strong> nadrukligt vooral op <strong>de</strong> produktie <strong>van</strong> zinnen.De imitatieve metho<strong>de</strong>n, waarin geen geprogrammeer<strong>de</strong>taal wordt gebruikt, alleen <strong>de</strong> normaledagelijkse moe<strong>de</strong>rtaal, maar met weinig training in <strong>de</strong>structuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> taal; <strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren wordt verwachtdat ze spont<strong>aan</strong> imi<strong>ter</strong>en; <strong>de</strong> nadruk ligt meer op lezen.Onze reflec<strong>ter</strong>en<strong>de</strong> metho<strong>de</strong>, die kan wor<strong>de</strong>n samengevatin <strong>de</strong>ze 3 fasen:a. De basis is <strong>het</strong> orale ritmische gesprek, dat is taalals een echte uitwisseling <strong>van</strong> gedachten. Demoe<strong>de</strong>r en <strong>de</strong> leerkracht kijken allereerst naar wat <strong>het</strong>kind wil zeggen en geven <strong>het</strong> kind op <strong>het</strong>zelf<strong>de</strong>moment <strong>de</strong> juiste taal die <strong>het</strong> nodig heeft. Zo spelen <strong>de</strong>moe<strong>de</strong>r en <strong>de</strong> leerkracht een dubbelrol: ze zeggen<strong>de</strong> zinnen die <strong>het</strong> kind wil zeggen, en ze zeggenhun eigen zinnen, doen zich begrijpen door <strong>de</strong> situatie.b. Na <strong>de</strong> gesprekken wordt een neerslag gemaakt,waarin <strong>de</strong> i<strong>de</strong>eën en <strong>de</strong> zinnen in normale dagelijksetaalvormen wor<strong>de</strong>n vastgelegd: <strong>de</strong>ze neerslagkrijgt <strong>de</strong> vorm <strong>van</strong> een leesles in normale taal, als een49


voorbereiding op <strong>het</strong> normale leesboek op 9-10jarige leeftijd (zie voorbeel<strong>de</strong>n blz. 8-9).c. De leerkracht laat <strong>het</strong> kind meer en meer <strong>het</strong>systeem, <strong>de</strong> regels <strong>van</strong> <strong>de</strong> taal zelf vin<strong>de</strong>n binnen <strong>de</strong>leeslesjes, en daarna meer en meer in <strong>de</strong> conversatietaal.Aldus leert hij <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren enkele <strong>ter</strong>menvolgens een opgesteld program, welke <strong>ter</strong>men als'kapstokken' functioneren voor <strong>de</strong> taalregels, nahun ont<strong>de</strong>kking. Bijv. '<strong>aan</strong>wijswoor<strong>de</strong>n', 'werkwoor<strong>de</strong>n','bijvoegelijke naamwoor<strong>de</strong>n', 'on<strong>de</strong>rwerp en gezeg<strong>de</strong>','verle<strong>de</strong>n tijd', 'tang-bouw' etc. etc.De reflec<strong>ter</strong>en<strong>de</strong> metho<strong>de</strong> probeert <strong>de</strong> normaledagelijkse taal <strong>van</strong> <strong>de</strong> vroege jeugd af met <strong>het</strong> leren<strong>van</strong> <strong>de</strong> regels te combineren. De taalregels moetenbegrepen wor<strong>de</strong>n, vooral door ze te ont<strong>de</strong>kken zoalshoren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren dat doen, voordat <strong>het</strong> kind in staat isze toe te passen. Om een voorbeeld te geven: alseen 6-jarig horend kind zegt: 'We hebben ijs gekoopt',toont <strong>het</strong> dat <strong>het</strong> een taalregel zelf heeft ont<strong>de</strong>kt(hoewel <strong>de</strong> toepassing in dit speciale geval fout is).Deze metho<strong>de</strong> laat dus dove kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> taalregelsont<strong>de</strong>kken en begrijpen om ze in staat te stellenze toe te passen. Veel nadruk ligt op lezen, maardaarna ook op composities maken. We <strong>de</strong>nken dat weop <strong>de</strong>ze manier <strong>het</strong> gevaar kunnen vermij<strong>de</strong>n <strong>van</strong><strong>het</strong> vastschroeven <strong>van</strong> i<strong>de</strong>eën en structuren <strong>van</strong> <strong>de</strong>constructieve metho<strong>de</strong>n, en tegelijk <strong>het</strong> gebrek <strong>aan</strong>controle <strong>van</strong> <strong>de</strong> imitatieve metho<strong>de</strong>n.III. De toetssteen <strong>van</strong> echte taalvaardigheid:lezena. Het is een bekend feit dat <strong>het</strong> leesniveau <strong>van</strong> veledove kin<strong>de</strong>ren en volwassenen veel te laag is. Wenoemen <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> Wrightstone (1962)en <strong>van</strong> Gentile (1969), <strong>van</strong> Hamp (1970), <strong>van</strong> Wilkens(1971), ver<strong>de</strong>r <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoek over woor<strong>de</strong>nschatdoor Silverman-Dresner en Guilfoyle (1972). Zij von<strong>de</strong>nallen dat <strong>het</strong> leesniveau <strong>van</strong> prelinguaal dove kin<strong>de</strong>ren<strong>van</strong> 16 jaar niet hoger was dan dat <strong>van</strong> normaalhoren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> ongeveer 9 jaar. Er zijn ech<strong>ter</strong>bizon<strong>de</strong>re scholen, die hun kin<strong>de</strong>ren tot hogereleesniveaus brengen. We zijn <strong>het</strong> dus helemaal nieteens met Furth (1972) dat <strong>de</strong>ze ach<strong>ter</strong>stand een soortnoodlot is; evenmin zijn wij <strong>het</strong> eens met zijn 'troost'50voor dit noodlot ('laat <strong>de</strong> doven on<strong>de</strong>r elkaar gelukkigzijn'), wat slechts puur een doekje voor <strong>het</strong> bloe<strong>de</strong>n is.b. Deze ach<strong>ter</strong>stand in lezen is een zeer ernstigesituatie. Men moet toegeven, dat <strong>de</strong> leesvaardigheid<strong>van</strong> <strong>het</strong> grootste <strong>de</strong>el <strong>de</strong>r dove volwassenen niethoger ligt dan die <strong>van</strong> 8-9 jarige normaal horen<strong>de</strong>kin<strong>de</strong>ren, uitgezon<strong>de</strong>rd <strong>de</strong> oudleerlingen <strong>van</strong> <strong>de</strong>hoger genoem<strong>de</strong> bizon<strong>de</strong>re scholen. Dit betekentallereerst dat <strong>de</strong> voornaamste bron <strong>van</strong> taalgroei in<strong>de</strong>ze mensen ontbreekt: hun hele taalvaardigheidblijft op een zeer laag primitief niveau hangen en daardoorhun <strong>de</strong>nken ook. Vele on<strong>de</strong>rzoeken, zelfs <strong>van</strong>Furth, tonen dit <strong>aan</strong>, hoewel hij probeert <strong>het</strong> teontkennen (1972). Dit betekent in <strong>de</strong> twee<strong>de</strong> plaatsdat die dove mensen meer en meer wor<strong>de</strong>n losgemaakt<strong>van</strong> <strong>de</strong> groeien<strong>de</strong> cultuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> omgeving.Men kan niet verwachten dat dove volwassenenbetrokken zullen zijn bij <strong>de</strong> normale cultuur <strong>van</strong> <strong>de</strong>gemeenschap als hun leesniveau zo laag ligt.De enige re<strong>de</strong>nen voor <strong>de</strong>ze betreurenswaardigesituatie lijken me enerzijds moeilijkhe<strong>de</strong>n in <strong>de</strong> organisatie<strong>van</strong> <strong>de</strong> scholen en an<strong>de</strong>rzijds slechte on<strong>de</strong>rwijsmetho<strong>de</strong>n.IV. Misvattingen in <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwijsmetho<strong>de</strong>nIk zal mij hier beperken tot 10 methodische fouten:1. Een eerste fundamentele fout is erg vaak een gebrek<strong>aan</strong> <strong>het</strong> goed zetten <strong>van</strong> <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n. Een woordmoet allereerst een naam zijn <strong>van</strong> vele verschillen<strong>de</strong>objecten, plaatjes, acties, situaties, vormen etc. etc,om ze abstract te maken. Bovendien is <strong>van</strong> belang: <strong>de</strong>goe<strong>de</strong> integratie <strong>van</strong> <strong>de</strong> grafische en <strong>de</strong> gesprokenvorm <strong>van</strong> woor<strong>de</strong>n. Hier moeten we <strong>het</strong> feit noemendat zeker 20% <strong>van</strong> <strong>de</strong> dove kin<strong>de</strong>ren (<strong>het</strong>zelf<strong>de</strong> alsin normaal horen<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren) een speciale moeilijkheidheeft in <strong>de</strong> integratie <strong>van</strong> <strong>de</strong> visuele vormen met<strong>de</strong> gesproken en/of auditieve vormen. In <strong>de</strong>ze gevallenis er ook een gevaar dat <strong>de</strong> woordsoorten los blijvenst<strong>aan</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> hele zin, dat is <strong>van</strong> <strong>de</strong> situatie. Allevormen <strong>van</strong> een woord moeten goed geïntegreerdzijn: bijv. een bloem moet herkend wor<strong>de</strong>n via liplezen,via <strong>de</strong> geschreven vorm, moet <strong>de</strong> gesproken woor<strong>de</strong>nen <strong>de</strong> geschreven woor<strong>de</strong>n oproepen etc. De vijfvormen <strong>van</strong> een woord, dat is zijn gesproken, liplees-,


gehoor<strong>de</strong>, geschreven en gelezen vormen moetengoed geïntegreerd zijn in elkaar. An<strong>de</strong>rs krijgen we <strong>de</strong>gekste dingen in hogere klassen, bijv. cirkel gelezen alscircus, schijf als schrijf, wereld als woord, etc, metnatuurlijk totaal verkeerd begrijpen.2. Gebrek <strong>aan</strong> echt gesprekGesprek betekent: uitwisseling <strong>van</strong> gedachten. Veeldovenon<strong>de</strong>rwijzers hou<strong>de</strong>n vast <strong>aan</strong> verbalisatie <strong>van</strong>ervaringen, <strong>van</strong> feiten, <strong>van</strong> gebeurtenissen, engeven niet genoeg <strong>aan</strong>dacht <strong>aan</strong> spontane uitingen,hoe stuntelig ze ook zijn, <strong>van</strong> hun kin<strong>de</strong>ren. Er is geendiscussie; gedachten wor<strong>de</strong>n <strong>aan</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>rengepresenteerd, niet <strong>van</strong> hen ge<strong>van</strong>gen; <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>renmoeten volgen en luis<strong>ter</strong>en; hun spontane gedachten,wensen en i<strong>de</strong>eën wor<strong>de</strong>n nauwelijks gebruikt. Eenslecht gevolg <strong>van</strong> dit gebrek <strong>aan</strong> gesprek is, dat<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren onvoldoen<strong>de</strong> getraind wor<strong>de</strong>n in intuïtiefbegrip, in 'lezen tussen <strong>de</strong> regels'. Bijv. <strong>de</strong> combinatietussen <strong>de</strong>ze 2 zinnen werd niet begrepen: 'Waaromluis<strong>ter</strong><strong>de</strong> je niet? We moeten op tijd zijn!' Het moesttussen <strong>de</strong> regels door gelezen wor<strong>de</strong>n dat menhen verteld had, dat ze op tijd moesten zijn.Een an<strong>de</strong>r dieper gevolg <strong>van</strong> gebrek <strong>aan</strong> gesprek, is eengebrek <strong>aan</strong> empathie in <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren. We hebben veelempathie nodig, en intuïtief gevoel <strong>van</strong> iemandsgedachten en verborgen houdingen, om goed tekunnen lezen. Deze empathie kan alleen getraindwor<strong>de</strong>n door telkens gesprekken te voeren in <strong>de</strong> taaldie we <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren willen on<strong>de</strong>rwijzen.3. Te veel geprogrammeer<strong>de</strong> actieve taalVeel dovenon<strong>de</strong>rwijzers zijn min of meer bang omnormaal dagelijks Ne<strong>de</strong>rlands te gebruiken. Zo is bijv.hun opzet <strong>van</strong> leeslesjes veel te simpel. We zullen3 verschillen<strong>de</strong> versies geven <strong>van</strong> leeslesjes over<strong>het</strong>zelf<strong>de</strong> on<strong>de</strong>rwerp:(1) De vlin<strong>de</strong>rJan heeft een vlin<strong>de</strong>r ge<strong>van</strong>gen.Maria is erg bang.Pe<strong>ter</strong> plaagt <strong>de</strong> vlin<strong>de</strong>r.Jan laat hem wegvliegen.De vlin<strong>de</strong>r is weg.(2) De vlin<strong>de</strong>r'Kijk! Ik heb een vlin<strong>de</strong>r ge<strong>van</strong>gen!' riep Jan.Maria was erg bang.'Pe<strong>ter</strong>, niet plagen, hoor!'Jan liet hem wegvliegen .... Oh!'Waar is hij nu?' Weg!(3) De vlin<strong>de</strong>rJan heeft zijn vlin<strong>de</strong>r laten wegvliegen.Maria was erg bang en Pe<strong>ter</strong> probeer<strong>de</strong> hem teplagen!Jan was erg blij met zijn vlin<strong>de</strong>r: 'Kijk! Ik heb eenvlin<strong>de</strong>r ge<strong>van</strong>gen' riep hij.De juffrouw was een beetje kwaad op Pe<strong>ter</strong>. Ze zei:'Pe<strong>ter</strong>, niet plagen hoor!'Weg was <strong>de</strong> vlin<strong>de</strong>r .... Oh!'Waar is hij nu?' Foetsie!Het eerste voorbeeld <strong>van</strong> een leeslesje wordt erg vaakgezien in dovenscholen. Elke zin suggereert eenplaatje, en <strong>het</strong> leeslesje loopt ver<strong>de</strong>r <strong>van</strong> plaatje naarplaatje. De tijdsvolgor<strong>de</strong> wordt precies gevolgd. Op<strong>de</strong>ze manier wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren getraind in 'beeld<strong>de</strong>nken',helemaal in <strong>de</strong> lijn <strong>van</strong> <strong>het</strong> gebruik <strong>van</strong>gebaren. Het twee<strong>de</strong> lesje is veel be<strong>ter</strong>. DagelijksNe<strong>de</strong>rlands wordt gebruikt, <strong>het</strong>zelf<strong>de</strong> als in normaleleesboeken. Het gesprek speelt een centrale rol. -De <strong>de</strong>r<strong>de</strong> versie is meer gecompliceerd, vooral omdat<strong>de</strong> tijds-volgor<strong>de</strong> is omgekeerd. In<strong>de</strong>rdaad, <strong>de</strong>leerkracht moet dit niet verwaarlozen. In een gesprekwordt <strong>de</strong> tijds-volgor<strong>de</strong> ook niet gevolgd, en <strong>het</strong>zelf<strong>de</strong>bij normale leesboeken. Dit omkeren <strong>van</strong> <strong>de</strong> tijdsvolgor<strong>de</strong>maakt leeslesjes veel levendiger. Maar<strong>het</strong> vraagt meer <strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren, omdat ze zelf <strong>de</strong>juiste tijds-volgor<strong>de</strong> moeten reorganiseren. Juist ditpunt nu moet wor<strong>de</strong>n getraind.4. De 'show-klas'Sommige leerkrachten trainen hun kin<strong>de</strong>ren in <strong>het</strong> leren<strong>van</strong> zinnen uit <strong>het</strong> hoofd voor dagelijks gebruik. Als<strong>de</strong>ze zinnen opkomen in <strong>het</strong> normale gesprek,accoord! Maar veel leerkrachten trainen hun kin<strong>de</strong>rendoor alleen maar te dramatiseren. Bijv.: 'Het is mijnbeurt om <strong>het</strong> bord uit te vegen' 'Mag ik <strong>het</strong> raamopen doen?' 'Ik ben mijn balpen kwijt, mag ik een51


'nieuwe?' etc. etc. Dit kan een serie zijn <strong>van</strong> ongeveer100 zinnen, misschien ook 200. Als er bezoekersin <strong>de</strong> klas komen, wordt er een show gegeven. Dekin<strong>de</strong>ren uiten een hoop zinnen, correct binnen<strong>de</strong> situatie, en <strong>de</strong> bezoekers zijn verbaasd. Ze <strong>de</strong>nkendat <strong>de</strong>ze kin<strong>de</strong>ren bijna normale taal hebben! Zij zijnzich <strong>het</strong> feit niet bewust dat <strong>de</strong>ze kin<strong>de</strong>ren alleen maarweten wat ze tonen; ze kennen dat erg goed, maarniets an<strong>de</strong>rs. Als er in zo'n klas een leestest wordt afgenomen,valt <strong>de</strong> leerkracht door <strong>de</strong> mand. Het <strong>de</strong>nken<strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren blijkt dan vastgeschroefd te zijnin zeer kleine kringen <strong>van</strong> concrete i<strong>de</strong>eën. Er blijkt eengebrek <strong>aan</strong> intuïtief begrip zelfs in kin<strong>de</strong>ren met eenzeer hoge intelligentie.Het moet gezegd wor<strong>de</strong>n, dat <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> weg somsgevolgd wordt in <strong>de</strong> opvoeding <strong>van</strong> horen<strong>de</strong> imbcillekin<strong>de</strong>ren. Daar is <strong>de</strong>ze metho<strong>de</strong> misschien tegebruiken, maar niet voor normaal intelligente dovekin<strong>de</strong>ren.5. Te weinig uitbrei<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>nschatVeel leerkrachten, vooral jonge, blijven in <strong>de</strong> opzet <strong>van</strong>hun leeslesjes hangen <strong>aan</strong> <strong>de</strong> vaak simpele woor<strong>de</strong>nschat,gebruikt in <strong>het</strong> gesprek. Reeds in <strong>het</strong> gesprekzou <strong>de</strong> leerkracht meer en meer woor<strong>de</strong>n, idioom,uitdrukkingen etc. etc. moeten introduceren. Maarvooral in <strong>de</strong> leeslesjes moet <strong>de</strong> leerkracht niet bang zijnnieuw idioom, dat niet in <strong>het</strong> gesprek gebruikt is, teintroduceren. De leerkracht moet altijd <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>nschat<strong>van</strong> zijn kin<strong>de</strong>ren uitbrei<strong>de</strong>n. Als <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>renoverg<strong>aan</strong> naar normale leesboeken is <strong>de</strong> eerstemoeilijkheid niet zo zeer <strong>de</strong> structuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> taal, maareen gebrek <strong>aan</strong> woor<strong>de</strong>nschat: te veel woor<strong>de</strong>n zijnonbekend. Dit is erg frustrerend voor <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren. Bijhoren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren is gebleken, dat ze een leesboekwegleggen als meer dan 5% <strong>van</strong> <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>n hunonbekend zijn.Kin<strong>de</strong>ren <strong>van</strong> ongeveer 7-12 jaar hebben vaak eenverzamel-hobby, zoals postzegels, speldjes, prentbriefkaartenverzamelen etc. etc. Deze ten<strong>de</strong>ns moetgebruikt wor<strong>de</strong>n voor <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>nschat! De leerkrachtmoet zijn kin<strong>de</strong>ren een alfabetische klapper geven,losbladig, waarin <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> nieuwe woor<strong>de</strong>n en52uitdrukkingen die ze hebben verzameld kunnenopschrijven. Ze zien dan, hoe hun woor<strong>de</strong>nschat groeit,met ook een groeien<strong>de</strong> voldoening: ze kunnen lerenplezier te krijgen in <strong>het</strong> verzamelen <strong>van</strong> woor<strong>de</strong>nen uitdrukkingen.6. Onvoldoen<strong>de</strong> training <strong>van</strong> lezenAls we dove kin<strong>de</strong>ren een leeslesje geven en wevertellen ze dat ze dat moeten lezen, zijn we er echtniet zeker <strong>van</strong> dat ze dat ook doen, ook al volgen<strong>de</strong> ogen <strong>de</strong> regels of zelfs ook al lezen ze hardop. Wemoeten controleren of ze begrijpen wat ze lezen.In hogere klassen discussiëren we dan over <strong>de</strong> inhou<strong>de</strong>n zoeken uit of ze <strong>het</strong> opgenomen hebben. In <strong>de</strong>voorschool en in <strong>de</strong> eerste en twee<strong>de</strong> klas zal ditgewoonlijk te moeilijk zijn. Op <strong>de</strong>ze leeftijd kunnen we<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren vragen ons een plaatje te tonen dathoort bij een speciale zin, evt. een serie plaatjes die bijbepaal<strong>de</strong> zinnen horen. We kunnen <strong>de</strong> gebeurtenissendramatiseren en <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren vragen <strong>de</strong> zinnen tezoeken die bij <strong>de</strong>ze dramatisaties horen, en omgekeerdkunnen we <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren vragen <strong>de</strong> inhoud <strong>van</strong><strong>de</strong> zinnen te dramatiseren, enz. We hebben ech<strong>ter</strong> eenan<strong>de</strong>r soort lees-oefeningen voorgesteld, die nietzo visualiserend zijn, en min<strong>de</strong>r in <strong>de</strong> lijn <strong>van</strong> beeld<strong>de</strong>nken.We on<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> 5 stappen:(1) We zoeken naar <strong>de</strong> sprekers in <strong>het</strong> leeslesjeen tekenen <strong>de</strong> hoof<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze sprekers met lege'praat-ballonnen'. Bijv.:


De 'zeg-zinnen' <strong>van</strong> <strong>de</strong> leeslesjes wor<strong>de</strong>n gezocht,geschreven op stukjes papier, en dan wordt er <strong>van</strong> <strong>de</strong>kin<strong>de</strong>ren gevraagd <strong>de</strong> juiste 'zeg-zin' in <strong>de</strong> bijbehoren<strong>de</strong>'praat-ballon' te leggen. Als ze dit goed doen,moeten ze <strong>de</strong> zin tot op zekere hoogte hebben gelezen.Wij noemen dit <strong>het</strong> 'Wie zegt dat'-spelletje.(2) We knippen <strong>de</strong> zinnen <strong>van</strong> een leeslesje uit, doenze door elkaar en vragen <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren om ze in <strong>de</strong>juiste volgor<strong>de</strong> te leggen.(3) We g<strong>aan</strong> over naar <strong>het</strong> gebruik <strong>van</strong> vraag-woor<strong>de</strong>n.Dit vooron<strong>de</strong>rstelt dat <strong>de</strong> vraagwoor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>renbekend zijn. We hebben in ons boek Taalverwervingdoor taalarme kin<strong>de</strong>ren' Rot<strong>ter</strong>dam 1973, uitgelegdhoe vraagwoor<strong>de</strong>n geleerd moeten wor<strong>de</strong>n <strong>aan</strong>dove kin<strong>de</strong>ren, nl. door <strong>de</strong> '<strong>van</strong>g-metho<strong>de</strong>'. Deleerkracht luis<strong>ter</strong>t goed naar <strong>de</strong> spontane vragen <strong>van</strong><strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren, hoe stuntelig ze ook geuit zijn. Hij haalt zeeruit, zet ze in <strong>de</strong> goe<strong>de</strong> linguistische vorm, spreektze <strong>het</strong> kind voor en schrijft ze op een speciale kaart; pasdaarna geeft hij <strong>het</strong> antwoord. Als hij <strong>het</strong> zo doet,zal hij binnen een paar m<strong>aan</strong><strong>de</strong>n hon<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n vragen <strong>van</strong><strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren verzameld hebben: vragen met vraagwoor<strong>de</strong>nen ja/nee vragen. Dan kan hij <strong>de</strong> vragenon<strong>de</strong>rver<strong>de</strong>len overeenkomstig <strong>de</strong> vraagwoor<strong>de</strong>n bijv.wie-vragen, wat-vragen, hoe-vragen, wanneer-vragen,waar-vragen enz., ja/nee vragen ook. Zo gauw <strong>de</strong>kin<strong>de</strong>ren dit begrepen hebben, kan hij <strong>het</strong> gebruikenvoor <strong>de</strong> leeslesjes. Hij on<strong>de</strong>rstreept speciale woor<strong>de</strong>nen/of uitdrukkingen in <strong>de</strong> zinnen en vraagt <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>renwelk vraagwoord bij dat woord of uitdrukking hoort,bijv.:'Kijk! Ik heb een vlin<strong>de</strong>r ge<strong>van</strong>gen\'riep Jan.Hij vraagt <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren: 'Welk vraagwoord hoort bij ik?'(Wie?) 'Welk vraagwoord hoort bij een vlin<strong>de</strong>r?'(Wat?) 'Welke vraagzin hoort bij ge<strong>van</strong>gen?' (Watheeft Jan ged<strong>aan</strong>?) Etc. 'Wie kan een vraag maken <strong>van</strong>:"Maria was erg bang"?' (Was Maria erg bang? Ja.)Etc.(4) De kin<strong>de</strong>ren leren hele vragen te formuleren, bijv.'Wie heeft een vlin<strong>de</strong>r ge<strong>van</strong>gen?' 'Wat heeft Jange<strong>van</strong>gen?' Etc. Als <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren ongeveer 9 of 10 jaarzijn, kan men ze vragen vragen over zinnen te maken,waarvoor ze eerst enkele woor<strong>de</strong>n en/of uitdrukkingenzelf moeten on<strong>de</strong>rstrepen.(5) De kin<strong>de</strong>ren leren vragen op te stellen over eenheel hoofdstuk in hun leesboeken, bijv.: welk probleemwordt er uitgelegd? Wat is <strong>het</strong> centrale i<strong>de</strong>e <strong>van</strong>dat hoofdstuk? Bijv. 'Welke re<strong>de</strong>nen wor<strong>de</strong>n hiergegeven voor <strong>de</strong> lange reis?" Etc. Op <strong>de</strong>ze manierkunnen ze kritisch leren lezen.7. Scheiding <strong>van</strong> <strong>het</strong> spraakkunst leren en <strong>het</strong> lerenlezenErg vaak wordt <strong>de</strong> spraakkunst alleen <strong>aan</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>rengeleerd bij <strong>het</strong> leren bouwen <strong>van</strong> zinnen, dat is in <strong>de</strong>actieve taal, hoe ze zichzelf juist moeten uitdrukken.Wij zeggen ech<strong>ter</strong>, dat <strong>de</strong> taalregels allereerst begrepenmoeten wor<strong>de</strong>n, voordat ze toegepast kunnenwor<strong>de</strong>n. Bijv. moeten <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren zich eerst <strong>de</strong> werkwoor<strong>de</strong>nbewust wor<strong>de</strong>n als erg veran<strong>de</strong>ren<strong>de</strong> woor<strong>de</strong>nZe wor<strong>de</strong>n ertoe gebracht <strong>de</strong>ze typische woor<strong>de</strong>nin <strong>de</strong> begrepen leeslesjes te ont<strong>de</strong>kken. Pas daarna kanmen <strong>de</strong> <strong>ter</strong>m 'werkwoord' gebruiken bij opstellen,bijv. als een kind een brief naar huis schrijft: 'Je vergeeteen werkwoord in <strong>de</strong>ze zin!' 'De vorm <strong>van</strong> dat werkwoordis fout!' Etc. We hebben een heel programma<strong>van</strong> reflec<strong>ter</strong>en<strong>de</strong> spraakkunst-oefeningen opgezet,om <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong> taalregels te laten ont<strong>de</strong>kken.Bijv. 'Zoek <strong>de</strong> <strong>aan</strong>wijswoor<strong>de</strong>n en wat ze betekenen!''Zoek <strong>de</strong> passieve voorwerpen!' 'Zoek <strong>de</strong> tangbouwsels!'Etc. etc.Op <strong>de</strong>ze manier wor<strong>de</strong>n <strong>de</strong> i<strong>de</strong>eën <strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>renniet vastgeschroefd, ze blijven flexibel; <strong>het</strong> begripblijft intuïtief; <strong>het</strong> lezen vor<strong>de</strong>rt be<strong>ter</strong> en be<strong>ter</strong>, entoch leren ze <strong>de</strong> spraakkunst.8. Training <strong>van</strong> <strong>het</strong> tempo bij lezen wordt vergetenWe hebben al uitgelegd, hoe belangrijk tempo is inverband met <strong>de</strong> in<strong>ter</strong>pretatie <strong>van</strong> woor<strong>de</strong>n overeenkomstig<strong>de</strong> contekst. Het tempo <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraak isook al erg belangrijk voor <strong>de</strong> verst<strong>aan</strong>baarheid, ziebijv. <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoek <strong>van</strong> John en Howarth (1965).53


Maar <strong>het</strong> tempo <strong>van</strong> geschreven zinnen opnemen moetook getraind wor<strong>de</strong>n. Dit kan als volgt ged<strong>aan</strong>wor<strong>de</strong>n. Het leeslesje is bijv. geschreven op <strong>het</strong> bord:we laten <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren een regel zien, een paar secon<strong>de</strong>nlang, verbergen die dan, en vragen <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>zin <strong>van</strong> buiten te zeggen of op te schrijven. Ik heb ergvaak in klassen een soort (wat ik genoemd heb)'kip-schrijven' gezien! De kin<strong>de</strong>ren kijken naar <strong>het</strong> bordop <strong>de</strong>zelf<strong>de</strong> manier als een kip wa<strong>ter</strong> drinkt: somskijken ze voor elke let<strong>ter</strong> naar <strong>het</strong> bord, schrijven die op,kijken weer naar <strong>het</strong> bord, schrijven weer op etc,zodat voor een woord als 'stoel' 5 keer of meer naar <strong>het</strong>bord gekeken wordt! De kin<strong>de</strong>ren moeten daaromgetraind wor<strong>de</strong>n om 2 woor<strong>de</strong>n, 3 woor<strong>de</strong>n etc.tegelijk op te nemen, en <strong>het</strong> <strong>van</strong> buiten op teschrijven.9. De leerkracht vergeet <strong>de</strong> flexibiliteit <strong>van</strong> <strong>de</strong> woor<strong>de</strong>nen <strong>van</strong> <strong>de</strong> fantasie te trainenHet is nodig dat <strong>de</strong> fantasie <strong>van</strong> dove kin<strong>de</strong>ren wordtuitgestrekt tot buiten <strong>de</strong> dagelijkse ervaringen.Films en televisie kunnen een belangrijke hulp op ditgebied zijn. Maar we moeten niet vergeten dat fantasieallereerst iets is <strong>van</strong> onze eigen fantasie, dat is onzeeigen creativiteit, niet groeit door alleen maar an<strong>de</strong>relan<strong>de</strong>n, an<strong>de</strong>re omgevingen, an<strong>de</strong>re culturen etc.te zien. Een eerste stap in <strong>de</strong> richting <strong>van</strong> <strong>de</strong>zecreativiteit is <strong>het</strong> vertellen <strong>van</strong> sprookjes. Deze moetenin<strong>de</strong>rdaad wor<strong>de</strong>n verteld, niet getoond op film ofin prenteboeken. Films en prenteboeken beperken <strong>de</strong>fantasie. Als een sprookje ech<strong>ter</strong> verteld wordt <strong>aan</strong><strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren, moeten ze zich <strong>de</strong> situaties zelf voorstellen.Plaatjes en films kan men ach<strong>ter</strong>af tonen. Eenan<strong>de</strong>re hulp in <strong>de</strong>ze richting is <strong>het</strong> vertellen <strong>van</strong>dromen: sommige kin<strong>de</strong>ren hebben soms erg leukedromen waarover ze ons kunnen vertellen, hoestuntelig ze dit dan ook nog doen.Een an<strong>de</strong>r zeer belangrijk punt is <strong>het</strong> leren <strong>van</strong>homoniemen. Sommige leerkrachten verdoen eenheleboel tijd met <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren series synoniemen teleren, zich niet bewust <strong>van</strong> <strong>het</strong> feit dat ze daarmee <strong>de</strong>gedachten <strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren beperken. Het zichbewust zijn <strong>van</strong> homoniemen ech<strong>ter</strong> staat in onmid<strong>de</strong>llijkverband met <strong>de</strong> flexibiliteit <strong>van</strong> <strong>het</strong> <strong>de</strong>nken.54Bijv. <strong>de</strong> vele betekenissen <strong>van</strong> maken, <strong>van</strong> zijn, <strong>van</strong>hebben etc. etc. Ver<strong>de</strong>r <strong>de</strong> figuurlijke betekenissen <strong>van</strong>woor<strong>de</strong>n als bijv. 'Hel<strong>de</strong>re ogen' 'Stoute spijker'(die een kous kapot trok) 'Arme tekening' etc. Bovendien<strong>de</strong> veran<strong>de</strong>ring in betekenissen (analogie):'Het lichaam is gezond', 'De sinaasappel is gezond'(= voedzaam), 'Je hebt gezon<strong>de</strong> wangen' (= een tekendat <strong>het</strong> lichaam gezond is) etc.; 'Ik ben lid <strong>van</strong> dieclub', 'Ik ga naar <strong>de</strong> club' (= <strong>het</strong> huis waar <strong>de</strong> clubverga<strong>de</strong>rt) etc.Bovendien moeten <strong>de</strong> 'algemene woor<strong>de</strong>n' (gebruikdie <strong>ter</strong>m!) als fruit, verkeer, dieren, leven, doen,dingen, kleren, meubels enz. gebruikt en gevraagdwor<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren, altijd, om <strong>de</strong> abstractie,begrijpend <strong>de</strong>nken te trainen.Het moge dui<strong>de</strong>lijk zijn, dat die homoniemen,figuurlijke betekenissen, veran<strong>de</strong>ringen in betekenissen,algemene woor<strong>de</strong>n en ook synoniemen, meer enmeer door <strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren ont<strong>de</strong>kt moeten wor<strong>de</strong>n.10. Vele dovenscholen beperken <strong>de</strong> leertijd tot een tejeugdige leeftijdVele dovenscholen hou<strong>de</strong>n op bij <strong>de</strong> leeftij<strong>de</strong>n 16-17jaar. Na <strong>de</strong>ze leeftijd g<strong>aan</strong> vele dove kin<strong>de</strong>ren <strong>de</strong>industrie in of naar kantoren voor werk, an<strong>de</strong>ren g<strong>aan</strong>naar scholen voor normaal horen<strong>de</strong>n etc. Het moetech<strong>ter</strong> gezegd wor<strong>de</strong>n, dat vele dove kin<strong>de</strong>ren juist na<strong>de</strong> leeftijd <strong>van</strong> 16 jaar bizon<strong>de</strong>re hulp nodig hebben,dat vele dove kin<strong>de</strong>ren beginnen uit <strong>de</strong> bloeien juist in<strong>de</strong> leeftijd <strong>van</strong> 1 6-20 jaar. Waarom zou<strong>de</strong>n we zedie hulp niet geven?Conclusie:Ik zou <strong>de</strong>ze lezing willen afsluiten met te wijzen openkele fundamentele aspecten <strong>van</strong> ons werk: <strong>de</strong>houding <strong>van</strong> <strong>de</strong> leerkracht en zijn plaats in <strong>de</strong>organisatie.Ik geloof dat er 3 gra<strong>de</strong>n zijn <strong>van</strong> gevaarlijke didaktischehoudingen <strong>van</strong> dovenleerkrachten:a. De gevaarlijkste houding is: 'Zo zijn dove kin<strong>de</strong>ren nueenmaal! .... Ze kunnen onze taal niet leren' .... Alseen leerkracht zo <strong>de</strong>nkt, kan men voorspellen dat zijnkin<strong>de</strong>ren zeker onze taal niet zullen leren.


. Een an<strong>de</strong>re houding: 'Het is wel mogelijk dat dovekin<strong>de</strong>ren onze taal leren, maar .... <strong>het</strong> kost me teveel <strong>van</strong> mijn tijd .... Ik heb mijn gezin .... Ik heb mijnhobbies ....'.c. 'Ja, <strong>het</strong> is mogelijk .... Ik geloof echt in <strong>de</strong> mogelijkhe<strong>de</strong>n<strong>van</strong> dove kin<strong>de</strong>ren .... maar in déze organisatie<strong>van</strong> onze school en door <strong>de</strong> houdingen <strong>van</strong> mijncollega's ben ik gefrustreerd .... Ik kan gewoonwegmijn plannen, mijn i<strong>de</strong>eën niet uitvoeren ....' Het moetgezegd wor<strong>de</strong>n, dat vele jonge leerkrachten met veelenthousiasme <strong>van</strong> hun trainings-centrum komen,maar dit enthousiasme wordt spoedig neergehaalddoor <strong>de</strong> organisatie, <strong>de</strong> situatie waarin ze moetenwerken.Ik ben er<strong>van</strong> overtuigd, dat in vele scholen enkele <strong>van</strong><strong>de</strong>ze houdingen <strong>de</strong> verborgen ach<strong>ter</strong>grond zijn <strong>van</strong>veel te veel mislukkingen <strong>van</strong> dove kin<strong>de</strong>ren ....Hierover moeten we onze gedachten eens laten g<strong>aan</strong>!Dublin 1973drs. A. <strong>van</strong> U<strong>de</strong>n pr.Promotie Dr. A. <strong>van</strong> U<strong>de</strong>nOp vrijdag 20 september j.l. is Dr. A. <strong>van</strong> U<strong>de</strong>ngepromoveerd op <strong>het</strong> proefschrift 'Dove Kin<strong>de</strong>renLeren Spreken'. De redactie feliciteert Dr. A. <strong>van</strong> U<strong>de</strong>n<strong>van</strong> harte met <strong>het</strong> behalen <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze graad.Dr. A. <strong>van</strong> U<strong>de</strong>n werd geboren te Bu<strong>de</strong>l op17 november 1912. Na zijn theologie-studie werdhij <strong>aan</strong>gesteld als pries<strong>ter</strong> en leraar op <strong>het</strong> Instituutvoor Doven te St. Michielsgestel, waar hij <strong>de</strong> vak-'diploma's A en B voor <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> dovekin<strong>de</strong>ren behaalt en <strong>de</strong> akte A.M.V. Pedagogiek teTilburg.Zijn meest beken<strong>de</strong> publikaties zijn: 'De Gebruiksmetho<strong>de</strong>'en 'De Reflec<strong>ter</strong>en<strong>de</strong> Taalmetho<strong>de</strong>'.Sinds 1955 is Dr. <strong>van</strong> U<strong>de</strong>n als docent verbon<strong>de</strong>n<strong>aan</strong> <strong>de</strong> cursussen Gehoorgestoor<strong>de</strong>non<strong>de</strong>rwijs A en B.De laatste jaren is hij hoofd <strong>van</strong> <strong>de</strong> researchaf<strong>de</strong>ling<strong>van</strong> <strong>het</strong> Instituut voor Doven te St. Michielsgestel.De waar<strong>de</strong> die <strong>het</strong> werk <strong>van</strong> Dr. <strong>van</strong> U<strong>de</strong>nheeft gehad en hopelijk nog zal hebben voor <strong>het</strong>on<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> gehoorgestoor<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren is onpeilbaar.redaktieLi<strong>ter</strong>atureBrill R. G. and Orman J. N. 'An experiment in t<strong>het</strong>raining of <strong>de</strong>af children in memory for sentences',American Annals of the Deaf 1953, p. 270-279.Chomsky N. 'Aspects of the theory of syntax',Cambridge Massachusetts 1965.Furth H. G. 'Deafness and learning. A psychologicalapproach', Belmont, California 1973.Gentile A. and Di-Francesca S. 'Aca<strong>de</strong>mic AchievementTest performance of hearing impaired stu<strong>de</strong>nts',Office of <strong>de</strong>mographic studies, Gallau<strong>de</strong>t College 1969.Hamp N. W. 'Reading attainment and some associatedfactors in <strong>de</strong>af and partially hearing children',Teacher of the Deaf 1972, p. 203-215.John J. E. J. and Howarth J. N. The effect of timedistortions on the intelligibility of <strong>de</strong>af children'sspeech', Language and Speech 1965, p. 127-134.Miller G. A. 'The magical number 7, plus or minus two:some limits on our capacity for processing information',Psychological Review 1956, p. 81-97.Moores D. 'Psycholinguistics and <strong>de</strong>afness', AmericanAnnals of the Deaf 1970, p. 37-48.Redgate G. W. a.o. 'The teaching of reading to <strong>de</strong>afchildren. An experimental study', Manches<strong>ter</strong>University, Dept. of Audiology and Education of theDeaf 1972.Silverman-Dresner T. and Guilfoyle G. R. 'Vocabularynorms for <strong>de</strong>af children', Book VII, Lexington Series,A. G. Bell Association for the Deaf, Washington D.C.1972.Stokoe W. C. 'Semiotics and human sign language',Mouton, The Hague 1972.Tervoort B. and Verberk A. J. A. 'Final report onproject number RD-467-64-65 of the vocationalrehabilitation administration of the Department ofHealth, Education and Welfare, Washington D.C,U.S.A. titled: 'Analysis of communicative structurepat<strong>ter</strong>ns in <strong>de</strong>af children', 1967; Mouton The Hague1974.U<strong>de</strong>n A. <strong>van</strong> 'Taalverwerving door taalarme kin<strong>de</strong>ren',Rot<strong>ter</strong>dam University Press, 1973.Wrightstone J. W., Aronow M. S. and Moskowitz M.'Developing reading test norms for <strong>de</strong>af children', TestService Bulletin n. 98, Harcourt, Brace and World1962.55


Slechthoren<strong>de</strong> mannen en hunwerklevenInleidingOn<strong>de</strong>rst<strong>aan</strong>d verslag heeft betrekking op een eersteverkennend on<strong>de</strong>rzoek, dat gericht was op <strong>de</strong> vraag ofslechthoren<strong>de</strong>n bij <strong>de</strong> uitoefening <strong>van</strong> hun beroepfrekwen<strong>ter</strong> met integratie-moeilijkhe<strong>de</strong>n te kampenhebben dan normaalhoren<strong>de</strong>n en, zo dit <strong>het</strong> gevalmocht zijn, of die integratie-moeilijkhe<strong>de</strong>n dan primairop <strong>de</strong> slechthorendheid 'vastzitten'.Wij hebben geaarzeld om tot publikatie <strong>van</strong> ditoriën<strong>ter</strong>end on<strong>de</strong>rzoek over te g<strong>aan</strong>, vooral <strong>van</strong>wege<strong>het</strong> kleine <strong>aan</strong>tal on<strong>de</strong>rzochte personen. Op <strong>aan</strong>dringen<strong>van</strong> enkele slechthoren<strong>de</strong>n die <strong>aan</strong> <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoek mee<strong>de</strong><strong>de</strong>n, hebben wij toch tot publikatie <strong>van</strong> <strong>het</strong> verslagbesloten. Van <strong>de</strong> bevindingen moet ech<strong>ter</strong> met <strong>de</strong>nodige reserves kennis wor<strong>de</strong>n genomen.Opzet <strong>van</strong> <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoekKeuze <strong>van</strong> <strong>de</strong> proefpersonenVoor genoem<strong>de</strong> eerste verkenning werd uitgeg<strong>aan</strong> <strong>van</strong>een groep oud-leerlingen <strong>van</strong> twee scholen voorslechthoren<strong>de</strong>n, t.w. <strong>van</strong> <strong>de</strong> Cor Emousschool in DenHaag en <strong>van</strong> <strong>het</strong> Instituut St. Marie te Eindhoven. Wijbeperkten ons bij dit on<strong>de</strong>rzoek tot mannen, omdatwij bij vrouwen <strong>de</strong> kans zou<strong>de</strong>n lopen te vaak <strong>de</strong>kategorie 'werkt in <strong>de</strong> huishouding' tegen te zullenkomen.In totaal wer<strong>de</strong>n twintig slechthoren<strong>de</strong> (s.h.) mannenvoor <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoek uitgekozen. De keuze gebeur<strong>de</strong>op aselekte wijze. Toen <strong>de</strong> gekozenen bena<strong>de</strong>rd wer<strong>de</strong>nom <strong>aan</strong> <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoek mee te willen doen, bleekeen proefpersoon wegens ziekte te moeten afvallen.Bij <strong>de</strong> res<strong>ter</strong>en<strong>de</strong> groep <strong>van</strong> 19 s.h. werd een groep<strong>van</strong> 19 normaalhoren<strong>de</strong>n (n.h.) gezocht, die zo goedmogelijk met <strong>de</strong> s.h. overeen moesten komen naar:a. leeftijd. Omdat <strong>het</strong> ou<strong>de</strong>re personen betrof(spreiding 20-35 jaar), mocht <strong>de</strong> afwijking in leeftijdtwee jaar bedragen; een willekeurige keuze overigens.b. opleidingsniveau. Hierbij werd uitgeg<strong>aan</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong>klassifikatie zoals die gebruikt wordt door <strong>de</strong>56Psychologische Af<strong>de</strong>ling <strong>van</strong> <strong>de</strong> G.G. en G.D. teAms<strong>ter</strong>dam.c. intelligentie. Deze werd bepaald met <strong>de</strong> ProgressiveMatrices <strong>van</strong> Raven. Bij <strong>de</strong> matching, die paarsgewijzeplaats vond, werd uitgeg<strong>aan</strong> <strong>van</strong> <strong>de</strong> ruwe scores. Hetverschil mocht niet meer dan drie punten bedragen.Bij bei<strong>de</strong> groepen werd een spraakaudiogramafgenomen. Het bleek dat zowel <strong>de</strong> groepen als geheelals elk <strong>van</strong> <strong>de</strong> individuen dui<strong>de</strong>lijk <strong>van</strong> elkaaron<strong>de</strong>rschei<strong>de</strong>n waren. De gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> verst<strong>aan</strong>svaardigheidsscore<strong>van</strong> <strong>de</strong> groep n.h. bedroeg: 99%; <strong>van</strong><strong>de</strong> groep s.h.: 75%. Volledigheidshalve zij nog vermeld,dat ook bij <strong>de</strong> slechthoren<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>het</strong> dagelijksgehoor werd uitgeg<strong>aan</strong>, d.w.z. zij gebruikten bij <strong>de</strong>afname <strong>van</strong> <strong>de</strong> spraaklijst hun hoortoestel(len) (1).Resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong> matchingHet bleek binnen <strong>de</strong> beschikbare tijd niet mogelijk bij<strong>de</strong> 19 s.h. een gelijk <strong>aan</strong>tal vergelijkbare n.h. te vin<strong>de</strong>n.Besloten werd <strong>de</strong> vergelijking te beperken tot 14 s.h.waarbij wel een n.h. partner kon wor<strong>de</strong>n gevon<strong>de</strong>n.Na <strong>de</strong>ze procedure was <strong>het</strong> resultaat <strong>van</strong> <strong>de</strong> matchingals volgt:a. leeftijd. Aan <strong>de</strong>ze faktor was moeilijk te voldoen.Gemid<strong>de</strong>ld zijn <strong>de</strong> n.h. 3 jaar ou<strong>de</strong>r.b. opleidingsniveau. Deze faktor kon kwa matchingsopzetgoed tot zijn recht komen. Wellicht is <strong>het</strong> nog<strong>van</strong> belang te vermel<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong> opleidingsniveaus alsgeheel hoofdzakelijk in <strong>het</strong> gebied <strong>van</strong> <strong>het</strong> lager enmid<strong>de</strong>lbaar technisch on<strong>de</strong>rwijs of daarmee'vergelijkbaar' niveau liggen.c. intelligentie. Bij toetsing <strong>van</strong> <strong>de</strong> ruwe scores metbehulp <strong>van</strong> <strong>de</strong> twee-steekproeven toets <strong>van</strong> Wilcoxonbleek <strong>het</strong> verschil tussen bei<strong>de</strong> groepen niet signifikantte zijn (P = 0.48).Het on<strong>de</strong>rzoekHet eigenlijke on<strong>de</strong>rzoek vond plaats met enerzijds <strong>de</strong>Dol<strong>de</strong>rse Schaal-B <strong>van</strong> Groen en Houwink (2) enan<strong>de</strong>rzijds een uitvoerige enquête. Bei<strong>de</strong> wer<strong>de</strong>nafgenomen door v.d. Hoeven.De Dol<strong>de</strong>rse Schaal-B, die ook wel 'sociale informatieschaal'wordt genoemd, bestaat uit een lijst <strong>van</strong> 60vragen. Deze vragen zijn tamelijk he<strong>ter</strong>ogeen <strong>van</strong> aard,


maar hebben alle betrekking op sociaal nuttige kennisd.w.z. op zaken die te maken hebben met <strong>de</strong>ongeschreven of geschreven 'spelregels' <strong>van</strong> <strong>de</strong>maatschappij (2).De Dol<strong>de</strong>rse Schaal-B kan niet beschouwd wor<strong>de</strong>n alseen strikte evaluatie <strong>van</strong> integratie-moeilijkhe<strong>de</strong>n in <strong>het</strong>werkleven. Ze werd ech<strong>ter</strong> in <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rzoekopgenomen omdat ze een beeld geeft <strong>van</strong> <strong>de</strong>algemene maatschappelijke <strong>aan</strong>passing en integratie,die een ach<strong>ter</strong>grond vormt <strong>van</strong> <strong>het</strong> werkleven, waar <strong>de</strong>enquête zich meer direkt op richt.De enquête omvat 80 vragen die in getypte vormwer<strong>de</strong>n voorgelegd en schriftelijk beantwoord moestenwor<strong>de</strong>n. Ze bestaat uit twee ge<strong>de</strong>elten. Het ene <strong>de</strong>elheeft <strong>het</strong> karak<strong>ter</strong> <strong>van</strong> multiple choice, <strong>het</strong> an<strong>de</strong>re<strong>de</strong>el bestaat uit open vragen. De enquêteur(v.d. Hoeven) was bij <strong>de</strong> beantwoording in <strong>de</strong> buurt. Bijmoeilijkhe<strong>de</strong>n mocht <strong>de</strong> on<strong>de</strong>rzochte eenverdui<strong>de</strong>lijking vragen. Er werd evenwel nauwkeurig opgelet <strong>de</strong>ze toelichting op non-suggestieve wijze tegeven.De vragen hebben op <strong>de</strong> volgen<strong>de</strong> hoofdrubriekenbetrekking:a. voldoening in <strong>het</strong> werk (ja, nee, waarom niet; hoetot beroep gekomen, hoe <strong>aan</strong> b<strong>aan</strong> gekomen, wel ofniet <strong>van</strong> b<strong>aan</strong> verwisseld, bij-stu<strong>de</strong>ren, zelfstandig in<strong>het</strong> werk, enz.).b. wenspatronen m.b.t. beroep (b.v. wat kiezen alsbetrokkene alle beroepen zou kunnen uitoefenen,ongeacht vooropleiding, hoormogelijkhe<strong>de</strong>n enz.).I<strong>de</strong>m m.b.t. funktie.c. gevoeligheid voor <strong>de</strong> werksfeer (verhoudingen in<strong>het</strong> werk, kommunikatie, enz.)d. sociale gedragswijzen na <strong>het</strong> werk (club, hobby,uitg<strong>aan</strong>sleven, enz.)e. 'anamnestische' vragen (personalia, genotenon<strong>de</strong>rwijs, gezinsleven, e.d.)BevindingenDor<strong>de</strong>rse Schaal-B. Bij toetsing <strong>van</strong> <strong>de</strong> ruwe scoreswerd geen signifikant verschil tussen <strong>de</strong> bei<strong>de</strong> groepengevon<strong>de</strong>n (P = 0.26). Het gemid<strong>de</strong>l<strong>de</strong> S.I.Q. <strong>van</strong> <strong>de</strong>n.h.-groep bedroeg 89, dat <strong>van</strong> <strong>de</strong> s.h.-groep 85. Ook<strong>het</strong> verschil <strong>van</strong> <strong>de</strong> S.I.Q.s tussen bei<strong>de</strong> groepen bleekniet signifikant te zijn (P = 0.26).Enquête. Slechts enkele punten zullen naar vorengebracht wor<strong>de</strong>n en met name die punten dierele<strong>van</strong>t kunnen zijn voor <strong>het</strong> voort te zetten on<strong>de</strong>rzoek.1. Over <strong>het</strong> geheel genomen waren zowel <strong>de</strong> n.h.(70%) als <strong>de</strong> s.h. (80%) tevre<strong>de</strong>n met hun huidigewerk (3). Als er onvre<strong>de</strong> was dan betrof dit bij bei<strong>de</strong>groepen hoofdzakelijk moeilijkhe<strong>de</strong>n met hun chef.Bij <strong>de</strong> s.h.-groep kwamen daarbij ook moeilijkhe<strong>de</strong>nmet hun me<strong>de</strong>werkers naar voren (gevoel niet voor volgeaccepteerd te wor<strong>de</strong>n; kommunikatie problemen).Dit laatste werd door <strong>de</strong> n.h.-groep niet geuit; bij henkwamen ech<strong>ter</strong> klachten als 'eentonigheid <strong>van</strong> <strong>het</strong> vak','te veel mensen te woord moeten st<strong>aan</strong>', 'stemmingenn.a.v. gezinsproblemen, die <strong>het</strong> werk ongunstigbeïnvloe<strong>de</strong>n'. Uitdieping <strong>van</strong> een en an<strong>de</strong>r lijkt onsgewenst. Daarbij is b.v. tevens <strong>van</strong> belang ook <strong>de</strong>meningen <strong>van</strong> <strong>de</strong> chefs te peilen.2. Wat <strong>de</strong> frekwentie <strong>van</strong> <strong>het</strong> wisselen <strong>van</strong> b<strong>aan</strong>betreft, bleek er geen signifikant verschil tussen bei<strong>de</strong>groepen te zijn (P = 0.14). Er is wellicht een ten<strong>de</strong>nsdat <strong>de</strong> slechthoren<strong>de</strong>n wat min<strong>de</strong>r gauw <strong>van</strong> b<strong>aan</strong>veran<strong>de</strong>ren. De meeste personen <strong>van</strong> bei<strong>de</strong> groepenwaren ech<strong>ter</strong> één keer <strong>van</strong> b<strong>aan</strong> gewisseld. In <strong>de</strong>re<strong>de</strong>nen <strong>van</strong> <strong>de</strong> b<strong>aan</strong>wisselingen was geen lijn teont<strong>de</strong>kken; ze lopen zeer uiteen. Er waren ookobjektieve re<strong>de</strong>nen als bijvoorbeeld verhuizing,opheffing <strong>van</strong> bedrijf. De antwoor<strong>de</strong>n op <strong>de</strong> vraagwaarop betrokkene zou letten bij <strong>het</strong> sollici<strong>ter</strong>en naareen an<strong>de</strong>re b<strong>aan</strong>, gaven vrij grote overeenkomstentussen bei<strong>de</strong> groepen te zien.Enkele voorbeel<strong>de</strong>n:letten op<strong>de</strong> verdienstenpromotiekansensociale zekerheidzelfstandig werkafwisselend werkveel kontakt met kollega'sprettige werksfeern.h.1 00%93%100%100%100%78%100%s.h.100%84%93%99%93%73%100%Een dui<strong>de</strong>lijk verschil in percentage kwam naar vorenop <strong>de</strong> vraag of men beslist geen muziek bij <strong>het</strong> werkwil<strong>de</strong>. Hierop reageer<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> n.h.-groep 36%57


evestigend en <strong>van</strong> <strong>de</strong> s.h.-groep 7%.In<strong>ter</strong>essant is wellicht nog te vermel<strong>de</strong>n dat <strong>de</strong>b<strong>aan</strong>wisselingen bij 6 personen tevens'n beroepsveran<strong>de</strong>ring inhield, te weten bij 1 s.h. en5 n.h. De slechthoren<strong>de</strong> veran<strong>de</strong>r<strong>de</strong> <strong>van</strong> beroep opgrond <strong>van</strong> kleurenblindheid. Van <strong>de</strong> 5 normaalhoren<strong>de</strong>nveran<strong>de</strong>r<strong>de</strong>n twee personen <strong>van</strong> beroepdoordat hun eerste keuze verkeerd was ten gevolge<strong>van</strong> onvoldoen<strong>de</strong> beroepenvoorlichting; twee personenomdat in <strong>het</strong> nieuwe beroep meer te verdienen viel en<strong>de</strong> werkomstandighe<strong>de</strong>n prettiger waren; één persoondoordat <strong>de</strong> eerste beroepskeuze een door <strong>de</strong> ou<strong>de</strong>rsafgedwongen keuze was.3. In <strong>de</strong> enquête kwamen drie vragen voor die verbandhiel<strong>de</strong>n met zelfstandigheid, zoals b.v. <strong>het</strong> nemen <strong>van</strong>initiatief. Bij bei<strong>de</strong> groepen lag <strong>het</strong> <strong>aan</strong>tal 'weinig'-zelfstandigen laag (n.h.: 21%; s.h.: 28%). Hoewel <strong>aan</strong><strong>de</strong>ze percentages door <strong>het</strong> zeer beperkte <strong>aan</strong>tal vragenen <strong>het</strong> klein <strong>aan</strong>tal proefpersonen geen 'bewijskracht'ontleend kan wor<strong>de</strong>n, menen wij er toch in dit verslagop te moeten ing<strong>aan</strong>. En dit dan met name inverband met een eventueel voort te zetten on<strong>de</strong>rzoek.Men hoort immers nog al eens <strong>de</strong> klacht <strong>van</strong> ou<strong>de</strong>rs<strong>van</strong> jonge slechthoren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren, dat zij hunslechthorend kind te afhankelijk vin<strong>de</strong>n.De vraag is of dit door <strong>de</strong> slechthorendheid komt.Voorlopig zou<strong>de</strong>n wij <strong>het</strong> volgen<strong>de</strong> willen opmerken.Niet alleen uit <strong>de</strong> enquête, maar ook uit <strong>de</strong> dagelijkseervaring blijkt dat er naast onzelfstandige slechthoren<strong>de</strong>nook zelfstandige slechthoren<strong>de</strong>n zijn.Ook met betrekking tot normaalhoren<strong>de</strong>n kan ditgezegd wor<strong>de</strong>n. Slechthorendheid op zich behoeft dusniet <strong>de</strong> hoofdoorzaak <strong>van</strong> onzelfstandigheid te zijn. Ditneemt niet weg, dat bepaal<strong>de</strong> vormen <strong>van</strong> slechthorendheidbij bepaal<strong>de</strong> karak<strong>ter</strong>typen en/of inbepaal<strong>de</strong> gezinssituaties onzelfstandigheid in <strong>de</strong> handkunnen werken. Maar afgezien daar<strong>van</strong>, meer in <strong>het</strong>algemeen zou wellicht gesteld kunnen wor<strong>de</strong>n datbijzon<strong>de</strong>re of 'verkeer<strong>de</strong>' <strong>aan</strong>dacht i.v.m. ziekten e.d. in<strong>de</strong> vroege jeugd één <strong>van</strong> <strong>de</strong> oorzaken is. Na<strong>de</strong>ron<strong>de</strong>rzoek is zeker gewenst, want een goed inzicht in<strong>de</strong>ze kwestie is n.l. <strong>van</strong> belang voor <strong>de</strong> parentguidanceen home-training. Dr. A. P. J. M. v.d. Horst, psych.J. v.d. Hoeven, maatsch. werker58Li<strong>ter</strong>atuur7. <strong>van</strong> <strong>de</strong>n Horst, A. P. J. M. Horen en Taal;Wol<strong>ter</strong>s-Noordhoff, Groningen, 1968.2. Groen, K. en R. H. Houwink De Dol<strong>de</strong>rse Schaal;J. B. Wol<strong>ter</strong>s, Groningen 1966.3. Musch<strong>ter</strong>, G. J. M. Verslag over een enquête,gehou<strong>de</strong>n on<strong>de</strong>r <strong>de</strong> oudleerlingen <strong>van</strong> <strong>de</strong> Mgr. Hermusschoolte Ams<strong>ter</strong>dam. Het Gehoorgestoor<strong>de</strong> Kind,1973.Het InstituutSt. Marie te EindhovenHet Instituut St. Marie is in 1951 gesticht <strong>van</strong>uit<strong>het</strong> Instituut voor Doven te St. Michielsgestel.Op 1 september <strong>van</strong> dat jaar wer<strong>de</strong>n <strong>de</strong> eersteleerlingen ingeschreven; op 27 september begon <strong>het</strong>in<strong>ter</strong>naat en op 1 oktober 1951 startte <strong>de</strong> school.Reeds op 5 oktober 1954 werd <strong>de</strong> school gesplitstin een jongens- en meisjesschool.In 1966 werd begonnen met <strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling voor zeerjeugdige, slechthoren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren.In 1969 werd <strong>de</strong> coïnstrucite en <strong>de</strong> coëducatieop <strong>de</strong> scholen en binnen <strong>het</strong> in<strong>ter</strong>naat doorgevoerd.In dat jaar werd tevens <strong>de</strong> af<strong>de</strong>ling voor VoortgezetBuitengewoon On<strong>de</strong>rwijs (V.B.O.) opgericht en kreeg<strong>het</strong> Instituut St. Marie een eigen MaatschappelijkWerks<strong>ter</strong>.Eveneens in 1 969 startte <strong>de</strong> Bijzon<strong>de</strong>re Af<strong>de</strong>ling(voor meervoudiggehandicapte, slechthoren<strong>de</strong>kin<strong>de</strong>ren).In 1975 hoopt <strong>het</strong> Bestuur te komen tot een af<strong>de</strong>lingvoor ernstig spraakgebrekkige kin<strong>de</strong>ren.Reeds in 1956 wer<strong>de</strong>n er plannen gemaakt voor eentotale nieuwbouw. Deze plannen gingen in 1962<strong>de</strong> 'ijskast in. Het Bestuur begon weer over nieuwbouwte <strong>de</strong>nken en te praten in 1969.Op 8 juli 1974 ontving <strong>het</strong> Bestuur <strong>de</strong> urgentieverklaringvoor <strong>de</strong> bouw <strong>van</strong> twee scholen voorslechthoren<strong>de</strong> kin<strong>de</strong>ren. Bij schrijven <strong>van</strong> 20 augustus1974 ontving <strong>het</strong> Bestuur <strong>de</strong> principiële goedkeuringvoor <strong>de</strong> renovatie <strong>van</strong> <strong>het</strong> in<strong>ter</strong>naat verbon<strong>de</strong>n <strong>aan</strong><strong>het</strong> Instituut St. Marie.Een felicitatie <strong>aan</strong> <strong>het</strong> Bestuur, <strong>de</strong> collega's en <strong>de</strong>kin<strong>de</strong>ren.redaktie


Verslag alg. verga<strong>de</strong>ringVerslag <strong>van</strong> <strong>de</strong> Algemene Verga<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>de</strong> Verenigingtot Bevor<strong>de</strong>ring <strong>van</strong> <strong>het</strong> On<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> Slechthoren<strong>de</strong>en Spraakgebrekkige kin<strong>de</strong>ren in Ne<strong>de</strong>rland,tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong> conferentie in 'De Blije Werelt' te Lun<strong>ter</strong>en,op 28 februari 1974.De Voorzit<strong>ter</strong> opent <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring en heet allegenodig<strong>de</strong>n, le<strong>de</strong>n, buitengewone le<strong>de</strong>n en ere-le<strong>de</strong>nwelkom.Agenda:De notulen <strong>van</strong> <strong>de</strong> Algemene Verga<strong>de</strong>ring, gehou<strong>de</strong>nop 1 maart 1973 en gepubliceerd in <strong>het</strong> tijdschrift <strong>van</strong><strong>de</strong>cember '73, wor<strong>de</strong>n zon<strong>de</strong>r op- of <strong>aan</strong>merkingen,on<strong>de</strong>r dankzegging <strong>aan</strong> <strong>de</strong> samensteller, goedgekeurd.De Heer K. W. Kortschot, secretaris, geeft eenoverzicht <strong>van</strong> <strong>de</strong> werkzaamhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>het</strong> afgelopenjaar.De Heer J. G. G. Spanhoff, penningmees<strong>ter</strong>, geeft eentoelichting op <strong>het</strong> financieel overzicht. Men isovergeg<strong>aan</strong> op een jaaroverzicht per kalen<strong>de</strong>rjaar.De Rijkssubsidie over 1973 is nog niet uitbetaald, weltoegezegd.De inning <strong>van</strong> <strong>de</strong> kontributie loopt re<strong>de</strong>lijk, hoewel nogveel le<strong>de</strong>n rechtstreeks <strong>aan</strong> <strong>de</strong> penningmees<strong>ter</strong> en nietvia een kontaktpersoon betalen.De Heer A. J. C. v. d. Lijcke brengt verslag uit namens<strong>de</strong> kaskommissie. De boeken zijn in or<strong>de</strong> bevon<strong>de</strong>n.De verga<strong>de</strong>ring wordt gevraagd om <strong>de</strong> penningmees<strong>ter</strong><strong>de</strong>charge te verlenen on<strong>de</strong>r dankzegging voor<strong>de</strong> verrichte werkzaamhe<strong>de</strong>n.Ingekomen stukken:- Een brief <strong>van</strong> <strong>de</strong> Heer Leeraar uit Groningen.Hij kan zelf niet zorgen voor <strong>de</strong> kontakten i.v.m.buitenlandse kongressen.- Een brief <strong>van</strong> <strong>de</strong> Heer Geilleit uit Eindhoven.a) Een rapport dat besproken moet wor<strong>de</strong>n met <strong>de</strong>Heer Gren<strong>de</strong>l.b) Een rapport over <strong>de</strong> struktuur <strong>van</strong> <strong>de</strong> Vereniging.Daarna volgen enkele me<strong>de</strong><strong>de</strong>lingen i.v.m. zaalwijzigingen.Het tijdschrift 'Het Gehoorgestoor<strong>de</strong> Kind'.De Heer Geilleit krijgt <strong>het</strong> woord:Er zijn oriën<strong>ter</strong>en<strong>de</strong> besprekingen geweest met <strong>de</strong>redaktie-le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> sektor dovenon<strong>de</strong>rwijs. Ditlever<strong>de</strong> zowel positieve als negatieve reakties op.Op 13 maart 1974 zal er een voltallige redaktieverga<strong>de</strong>ringzijn en dan zal o.a. <strong>het</strong> volgen<strong>de</strong> <strong>ter</strong> sprakekomen om uit <strong>de</strong> impasse te geraken:- Br. Marcus - <strong>van</strong> Veen en dhr. G. J. Geilleit (bei<strong>de</strong>nSt. Marie Eindhoven), zullen samen <strong>de</strong> eindredaktie<strong>van</strong> <strong>het</strong> tijdschrift op zich nemen en wel voor vijf jaar.- Uit <strong>de</strong> sektor <strong>van</strong> <strong>het</strong> on<strong>de</strong>rwijs <strong>aan</strong> slechthoren<strong>de</strong>en spraakgebrekkige kin<strong>de</strong>ren zal <strong>de</strong> eindredaktiebijgest<strong>aan</strong> wor<strong>de</strong>n door: De Heren J. Berman -Groningen; J. Bruyne - Lei<strong>de</strong>n; J. Hagens - Nijmegen;L Huynen - Drachten.- Er zal tweemaal per jaar een verga<strong>de</strong>ring zijn <strong>van</strong> <strong>de</strong>voltallige redaktie. Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze verga<strong>de</strong>ringen zal <strong>de</strong>inhoud <strong>van</strong> twee tijdschriften besproken wor<strong>de</strong>n.Het vier<strong>de</strong> nummer <strong>van</strong> <strong>de</strong> 14e jaargang ligt nogsteeds bij <strong>de</strong> vorige eindredakteur. Het kan - naarverluid - twee weken na dit congres verschijnen.Er is kopie genoeg voor één jaar. De le<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong>Vereniging wor<strong>de</strong>n nogmaals <strong>aan</strong>gespoord tot <strong>het</strong>schrijven <strong>van</strong> artikelen.Dhr. Geilleit wordt bedankt voor <strong>het</strong> vele werk en <strong>de</strong>wens wordt uitgesproken, dat <strong>het</strong> tijdschrift eennieuwe perio<strong>de</strong> <strong>van</strong> bloei tegemoet zal g<strong>aan</strong>.Benoeming kaskommissie. Aan <strong>de</strong> Mgr. Hanssenschoolte Heerlen wordt gevraagd om <strong>het</strong> komen<strong>de</strong>jaar een kaskommissie te leveren.Hiertegen is geen enkel bezwaar.Voorstel conferentie 1975.Deze zal gehou<strong>de</strong>n wor<strong>de</strong>n op 13 en 14 februari 1975in <strong>het</strong> Congrescentrum 'De Blije Werelt' te Lun<strong>ter</strong>en.Bestuursmutaties.Tussentijds zijn afgetre<strong>de</strong>n - om persoonlijke re<strong>de</strong>nen -<strong>de</strong> Heren G. J. Geilleit en J. Verschoor en <strong>de</strong> DamesL. Korver en J. Metsch.59


De dames en heren wor<strong>de</strong>n bedankt voor <strong>het</strong> werk datze verricht hebben.Aftre<strong>de</strong>nd en herkiesbaar zijn <strong>de</strong> Heren J. Hesse,K. Kortschot en J. Spanhoff. Zij blijven <strong>aan</strong>.De Heer J. Verschoor heeft erg veel tijd <strong>aan</strong> <strong>de</strong>Vereniging besteed en dat steeds geheel belangeloos.Hij is reeds lang ziek.Het Bestuur stelt voor hem een telegram te sturen:a) Om hem be<strong>ter</strong>schap te wensen.b) Om hem te benoemen tot erelid <strong>van</strong> <strong>de</strong> Vereniging.De verga<strong>de</strong>ring gaat hiermee <strong>van</strong> harte akkoord.Voor een bestuursfunktie hebben zich <strong>aan</strong>gemeld:1. De Heer Kunst uit Rot<strong>ter</strong>dam.2. Mevr. F. Reyn<strong>de</strong>rs uit Ams<strong>ter</strong>dam.Er zijn dus nog twee vacatures.De Heer Hakkenes stelt, st<strong>aan</strong><strong>de</strong> <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring, <strong>de</strong>Heer Klaver voor als bestuurslid.De Heer P. Evertse breekt enthousiast een lans voor<strong>het</strong> werk <strong>van</strong> <strong>de</strong> Vereniging.Rondvraag:1. Mevr. Duinkerken: Kan er een tijd afgesprokenwor<strong>de</strong>n om <strong>de</strong> rechtspositie <strong>van</strong> <strong>de</strong> logopedisten tebespreken?2. Dhr. Geilleit: De Vereniging <strong>van</strong> Audiologie viertfeest. Zij geeft een boekje uit met monografieën.Uitnodigingen g<strong>aan</strong> naar centra voor audiologie. Dezeg<strong>aan</strong> niet naar <strong>de</strong> scholen, hoewel <strong>de</strong> scholen óókcentra voor audiologie zijn. Hier moet <strong>aan</strong> gedachtwor<strong>de</strong>n.3. Mevr. v. Zaligen: De begroting 1974 geeft geenhoop op een batig saldo. Wordt dit <strong>de</strong> laatste conferentie? De penningmees<strong>ter</strong> antwoordt, dat er ƒ 6000.-subsidie komt en dat eventueel <strong>de</strong> contributie verhoogdkan wor<strong>de</strong>n.4. Dhr. Leeraar: Het vorig jaar is er voorgesteld om <strong>de</strong>contributie te verhogen. Is dit niet nodig, gezien <strong>de</strong>vorige vraag?Antwoord: Er hoeft geen geld over te blijven. Er hoeftgeen winst gemaakt te wor<strong>de</strong>n. Als <strong>het</strong> nodig is wordt<strong>de</strong> contributie <strong>aan</strong>gepast.60On<strong>de</strong>r dankzegging voor <strong>de</strong> me<strong>de</strong>werking en <strong>de</strong><strong>aan</strong>dacht <strong>van</strong> allen, sluit <strong>de</strong> voorzit<strong>ter</strong> <strong>de</strong> verga<strong>de</strong>ring.SchoolnieuwsJ. Greefhorst,secretaris.'Huize Martinus <strong>van</strong> Beek', in<strong>ter</strong>naat voor slechthoren<strong>de</strong>kin<strong>de</strong>ren te Nijmegen viert haar EERSTELUSTRUM.Leiding en kin<strong>de</strong>ren nodigen belangstellen<strong>de</strong>n gaarneuit <strong>het</strong> in<strong>ter</strong>naat te bezichtigen op woensdag16 oktober a.s. tussen 2 en 4 uur.Akkerl<strong>aan</strong> 44, Nijmegen, tel. 080-551217.Mej. F. M. SmitsKoninklijk Instituut voor Doven 'H. D. Guyot'GroningenOp 1 september j.l. was <strong>het</strong> 25 jaar gele<strong>de</strong>n, datcollega Hel<strong>de</strong>r <strong>aan</strong> <strong>het</strong> Instituut werd benoemd.Door <strong>de</strong> Hoofddirektie werd hem op 5 septembereen receptie <strong>aan</strong>gebo<strong>de</strong>n.Vele collega's en oudleerlingen kwamen dhr. Hel<strong>de</strong>rgelukwensen. Mevr. Harkema bood hem namens<strong>de</strong> Hoofddirektie een elektrische boormachine <strong>aan</strong>.De Direkteur, dhr. Breeman, memoreer<strong>de</strong> <strong>de</strong> tijddie dhr. Hel<strong>de</strong>r <strong>aan</strong> <strong>het</strong> Instituut heeft doorgebracht,<strong>ter</strong>wijl dhr. <strong>van</strong> Beers, Hoofd <strong>van</strong> <strong>de</strong> School voorV.B.O., namens <strong>het</strong> gezamenlijke personeel eengeschenkenbon <strong>aan</strong>bood.Tij<strong>de</strong>ns <strong>de</strong>ze ongedwongen, st<strong>aan</strong><strong>de</strong> receptie wer<strong>de</strong>ner drankjes en lekkere hapjes <strong>aan</strong>gebo<strong>de</strong>n, zodat<strong>het</strong> geheel een gezellige bijeenkomst was.De dames Labberté-Mul<strong>de</strong>r en <strong>van</strong> <strong>de</strong>r Wou<strong>de</strong>-Visser hebben ontslag gevraagd wegens uitbreiding<strong>van</strong> hun gezin.Drs. M. Karel, psycholoog, heeft een benoeming<strong>aan</strong>vaard bij <strong>het</strong> ge<strong>van</strong>geniswezen. Hij zal <strong>het</strong>Instituut per 1 oktober a.s. g<strong>aan</strong> verlaten.Mej. A. G. Kerkstra


Druk: Ja

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!