12.07.2015 Views

VoiceMail 15.pdf - HBA

VoiceMail 15.pdf - HBA

VoiceMail 15.pdf - HBA

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

15juli 2010vakmanschap ondernemerschap innovatie communic atie e-governanceIn dit nummer:SER-voorzitter Rinnooy Kan:“Ambachtseconomie onmisbaaronderdeel kenniseconomie”■ ■■■■■■■■■■ ■■■■■■■■■■■“Ambachtseconomie onmisbaaronderdeel kenniseconomie”De gaande man, de komende vrouwStaande ovatie voor Piet KalleAns Atsma gedecoreerdBoek over Ambachtseconomie‘Keramiek blijvend GOED’“Gunstig gesternte voorimagoverbetering ambachten”Week van het Ambacht trektrecordaantal bezoekers‘Passie voor Vers’Verkiezingskrant uit25 e Branchecode een feit“De ambachtseconomie is een onmisbaaronderdeel van onze samenleving en vanonze kenniseconomie.” Dat zei SERvoorzitterAlexander Rinnooy Kan op hetminicongres ‘Ambachtseconomie; detoekomst in eigen handen’ dat het <strong>HBA</strong>op 9 juni in Putten organiseerde.Vervolg op pagina 6<strong>HBA</strong> voorzitterschap:De gaande man, de komende vrouwNa veertien jaar <strong>HBA</strong>-voorzitterschap droegPiet Kalle op 1 juli jl. de hamer over aanElrie Bakker-Derks. Met haar aantredenbreekt een nieuwe periode aan. Zij isbijvoorbeeld de eerste <strong>HBA</strong>-voorzitter dieniet uit de ambachtswereld afkomstig is.Bovendien is zij de eerste vrouw in dezefunctie. Een gesprek met de gaande man ende komende vrouw.Vervolg op pagina 4Eerder verschenenVOICEmailszijn te vinden opwww.hba.nl


Staande ovatie voor Piet KalleOp een druk bezochte bijeenkomst in Kasteel De Vanenburg in Putten heeft Piet Kalle op 9 juni afscheid genomen als<strong>HBA</strong>-voorzitter. Niet alleen veel genodigden uit de ambachtswereld hadden gehoor gegeven aan de uitnodiging, ookvertegenwoordigers uit andere geledingen die direct of indirect deel uitmaken van de Ambachtseconomie gaven actede présence.Elrie Bakker, opvolger van Kalle en tevens dagvoorzitter, boodhem het eerste exemplaar aan van het boek ‘De toekomst ineigen hand; de Ambachtseconomie in perspectief’ (zie elders indeze editie een apart artikel over deze publicatie).Ziel en zaligheidGeert Rijzinga, vicevoorzittervan Het<strong>HBA</strong>, typeerde hetstralend middelpuntvan de dag als eenman die met hart enziel aan het ambachtverknocht is. Hijciteerde uit eeninterview datVoicemail in april2009 met Kalle had.Daarin antwoordde hij op de vraag naar zijn band metambachten: “Het is mijn ziel en zaligheid. Zelf kom ik voort uithet kappersvak. Dat is de combinatie van mensen mooi maken,maar ook met mensen leven. Een bruidje kappen voor demooiste dag van haar leven. Maar ook met oma een vriendelijkgesprek voeren als haar man onlangs is overleden. In wezen zitzo het hele ambacht in elkaar. Onlangs heb ik een wedstrijdgezien van stratenmakers. Die hebben een straat aangelegd bijeen bejaardencentrum. Ik heb gezien hoe gelukkig de oudemensen waren omdat ze met hun rollator niet langer door derommel hoefden te ploegen. Dat maakt zo’n vak ook heel ergmooi. Het ambacht is fantastisch.”BoegbeeldSER-voorzitter Alexander Rinnooy Kan herkende de hartstochtvan Kalle: “Ik kan je niet anders omschrijven dan als bezielenden verbindend. Je bent een passievolle vakman met hart voorhet ambacht, in al zijn verscheidenheid. En daarbij hou je net zomakkelijk een vlammend en aanstekelijk betoog voorstratenmakers als voor politici. Ook je sterk bindende vermogenviel mij op, met oog en respect voor ieders belang. Onder jouwvoorzitterschap is het <strong>HBA</strong> gegroeid van 40.000 naar 80.000aangesloten ondernemingen; met steeds weer nieuwebranches in de wachtkamer. Maar het meest treffend voor jouals bestuurder vind ik wel je start bij het <strong>HBA</strong>. Je kwam middenjaren tachtig als ANKO-voorzitter bij het <strong>HBA</strong> binnen met eenwel heel bijzondere opdracht. Of met de kappers het <strong>HBA</strong>verlaten, óf het <strong>HBA</strong> opblazen. De kappersbranche koos voorcontinuering van aansluiten en heeft daar nooit spijt van2gehad. Het siert je dat je inmiddels een van de boegbeeldenvan de PBO en het <strong>HBA</strong> in het bijzonder geworden bent.”“Nummer één word je nooit alleen”Kalle bekende in zijn toespraak vol oneliners, dat het hemmoeilijk viel om afscheid te nemen: “Als je niet meer aan tafelzit, wordt er niet meer voor je gedekt.” Hij maakte direct ookduidelijk dat het hem niet om het pluche te doen was:“Het ging mij niet om de stoel, maar om het doel.”Hij onderstreepte dat de bloei, die de Ambachtseconomie enhet <strong>HBA</strong> tijdens zijn voorzitterschap hebben doorgemaakt, eencollectieve prestatie is: “Nummer één word je nooit alleen.”Tot slot dankte hij de aanwezigen voor het vertrouwen dat ze inhem gesteld hadden. De zaal, van haar kant, gaf de scheidendvoorzitter daarop een langdurige staande ovatie.Ook in zijn afscheidsspeech toont Kalle zijn bevlogenheid en passie voor deambachten.


Het Dagelijks Bestuur (v.l.n.r. de heren Boerland, Wagemakers, Dalhuizen, Rijzinga, Woortman en Steijaert) met – vooraan – scheidendvoorzitter Piet Kalle en zijn opvolger Elrie Bakker.Lintje voor Ans Atsma (ProVoet)Op 19 juni jl. ontving Ans Atsma uit handen van de locoburgemeester van Oegstgeestmw. E. van Oortmerssen-Schutte, De Koninklijke Onderscheiding“Ridder in de Orde van Oranje Nassau”.Deze onderscheiding heeft zij verdiend met het vele goede werk dat zij voor devoetverzorgingsbranche heeft gedaan. Al ruim 40 jaar is zij actief in het onderwijs voor devoetverzorging en bestuurlijk speelt zij ook een belangrijke rol: namens ProVoet is zijvertegenwoordigd in verschillende commissies die betrekking hebben op het onderwijs enprofessionalisering van het pedicurevak. Op 19 juni jl. nam zij afscheid van het bestuur vanProVoet en is zij benoemd tot erelid van deze brancheorganisatie.3


Boek over Ambachtseconomie:Piet Kalle ontvangt eerste exemplaar“Piet, jij stónd voor het ambacht en je gíng voor hetambacht. Dit boek is dan ook een hommage aan jouwonvermoeibare inzet voor de ambachten.”Met deze woorden overhandigde aantredend <strong>HBA</strong>-voorzitterElrie Bakker-Derks het eerste exemplaar van het boek‘De toekomst in eigen hand; de Ambachtseconomie inperspectief’ aan haar voorganger Piet Kalle. Dit gebeurde ophet minisymposium ter gelegenheid van diens afscheid op9 juni. In deze rijk geïllustreerde uitgave staat deambachtseconomie in al zijn facetten centraal.Met bijdragen van wetenschappers, bestuurders, vakmensen,afgewisseld met portretten van jonge mensen die hun draai inhet ambacht hebben gevonden. Het uitbrengen van dit boekpast in de voortdurende campagne van het <strong>HBA</strong> om het belangvan de Ambachtseconomie over het voetlicht te brengen.>> Vervolg <strong>HBA</strong> voorzitterschapVraag aan Elrie Bakker: wat ‘heeft’ u met ambachten?Bakker: “Iedereen heeft iets met ambachten, ik dus ook. Mijnouders hadden een horeca-etablissement, waarin veelambachtelijke producten werden verwerkt. Bovendien haddenwe koks in dienst, ambachtslieden pur sang.Ik heb dus van huis uit affiniteit met ondernemen en kleinebedrijven waar mensen met hart en ziel werken. Die elke dagweer een topprestatie willen leveren. Mede daarom spreekthet voorzitterschap van het <strong>HBA</strong> mij sterk aan.”Moet je uit de ambachtenvoortkomen om een goede<strong>HBA</strong>-voorzitter te zijn?Kalle: “In de profielschets stondniet de voorwaarde dat denieuwe voorzitter over eenambachtsverleden moestbeschikken, maar wel dat hij ofzij daar sterke affiniteit meemoest hebben. Als je niet van sport houdt, moet je geenvoorzitter van de KNVB willen worden. De preses van devoetbalbond hoeft niet per sé een voetbalverleden te hebben,maar hij moet wel belangstelling voor het spelletje hebben.Daarnaast stelden we de eis dat de nieuwe voorzitter zichdienstbaar wil maken, met mensen bezig is, de wereld vooruitwil helpen. Dergelijke eigenschappen bepalen of je het in jehebt om een goede voorzitter te worden.”Bakker: “Strikt genomen liggen mijn ‘roots’ niet in deambachtswereld. Van jongs af aan echter heb ik wel het gevóeldat ik er uit afkomstig ben. Wil je goed kunnen sturen, dan isbetrokkenheid een noodzakelijke eigenschap. Natuurlijk moetje ook weten waar het over gaat. Ik zou niet kunnen werken ineen vak of een omgeving waar ik geen feeling mee heb. Aande andere kant moet je ook wel de dingen zakelijk kunnenbenaderen en vanuit een breed perspectief bekijken. Zonderpassie voor het ambacht kun je geen goede voorzitter zijn vanhet <strong>HBA</strong>, maar met passie alleen kom je er niet.”Kalle: “Stijl is eveneens belangrijk. Ik heb wel voorzittersgekend die er een eer in stelden om een vergadering er zo snel4


mogelijk ‘door te jassen’. Goede discussies zijn in zo’n opzetnatuurlijk niet mogelijk.”Bakker: “Bovendien draait het in het voorzitterschap niet alleenom vergaderingen. Ontmoetingen ‘tussen de bedrijven door‘zijn zeker zo belangrijk. Dat je het land in gaat, mensenbezoekt, je verhaal houdt en luistert. Soms is het ook nodig omop de troepen vooruit te lopen, om een bepaalde richting aante geven.”Moet er ondernemersbloed door je aderen stromenom leiding te geven aan het <strong>HBA</strong>?Kalle: “Dat denk ik wel. Daarmee wil ik absoluut niet zeggendat werknemers geen goede bestuurders kunnen zijn. Hetondernemen moet in je karakter zitten, een eigenschap zijn.”Bakker: “Ja, het gaat er om of je ondernemend bent.Initiatieven nemen, zaken oppakken, uitstraling, power,dynamiek hebben. Dat wil niet zeggen dat je ondernemer moetzijn. Ook in de zorg, het onderwijs en bij de overheid zijn er talvan ondernemende mensen.”Het <strong>HBA</strong> bundelt uiteenlopende ambachten.Variërend van echte mannenberoepen waaronderdakdekkers en straatmakers tot specifiek vrouwelijkeambachten zoals schoonheidsspecialisten enpedicures. Het <strong>HBA</strong> heeft tot nu toe altijd mannelijkevoorzitters gehad. Is het goed dat er nu een vrouwaan het roer komt? Of maakt het niet uit of een manof een vrouw voorzitter is?Kalle: “Ja, dat maakt wel uit, om de doodeenvoudige reden dathet aantal <strong>HBA</strong>-ondernemers tijdens mijn voorzitterschap metvijftig procent is gegroeid. Die vijftig procent zijn vooralvrouwen. Dan is het goed dat een vrouw de voorzittershamerin handen krijgt.”Bakker: “Ik ben hopelijk niet voorzitter geworden omdat ikvrouw ben!?”Kalle: “Nee, dat is geen selectiecriterium geweest.”Bakker: “Gelukkig maar. Voor mij telt dat helemaal niet, ik doegewoon ‘mijn ding’. Ik kom uit een gezin met vijf broers entwee zussen. Mijn moeder was een geëmancipeerde vrouw, diehaar hele leven heeft gewerkt. Dat heb ik ook altijd gedaan,ook toen mijn vier kinderen klein waren. Ik heb in veelbesturen gezeten waarin ik de enige vrouw was. Wel vind ikhet beter als besturen gemengd zijn samengesteld omdatmannen en vrouwen verschillend met dingen omgaan.Er ontstaat bovendien een andere sfeer als je met elkaar werkt.Ik hoop dat het een goede bijkomstigheid is dat ik vrouw ben.”Het verder op de kaart zetten van de ambachtseconomieis een belangrijk aandachtspunt in denieuwe beleidsvisie (‘De ambachtseconomie máákthet’). Houdt dat in dat de komende voorzitter zichmeer in kringen van beleidsmakers en politici moetbewegen dan in kringen van de ambachtelijkebrancheorganisaties en ondernemingen?Bakker: “Het is een wisselwerking. Jemoet altijd contact met je achterbanhouden. Steeds oog hebben voornieuwe branches, nieuwe beroepen,nieuwe ontwikkelingen. Maar ik gaook de boer op. Met de overheidpraten, zowel met bestuurders alsmet ambtenaren. Zij bepalen immersmede het bestaansrecht van het<strong>HBA</strong>. Ook in die kringen zul je heelherkenbaar aanwezig moeten zijn. Be good, and tell it! Maar devoeling met de eigen ambachten is en blijft de basis.”Kalle: “Ja, anders ontstaat het gevaar dat het bestuur zich metdingen bezig houdt waar de achterban geen behoefte aanheeft.”Is het voor Elrie een handicap dat zij moet werkenmet een beleidsvisie voor vijf jaar die eerder dit jaaris aangenomen en waar zij dus niet meer haar eigenstempel op kan drukken?Bakker: “Nee, helemaal niet. Het is juist een goed teken dat het<strong>HBA</strong> er zo bij staat. Dat is beter dan te beginnen bij eenorganisatie die in complete verwarring verkeert. Bovendien ishet juist mooi dat de visie vanuit de branches, de basis, isontstaan. Een voorzitter moet niet de zaken van bovenaf willenbedenken en opleggen. Ik zie het als een eer dat ik de visiemag uitdragen en mag helpen tot uitvoering te brengen.”Welke boodschap zou u, namens het <strong>HBA</strong>, aan deformateur van het nieuwe kabinet willen geven?Bakker: “Besef het belang van de ambachtseconomie, het is debasis van de economie in Nederland. Laten we er samen voorzorgen dat de mensen die daarin werken dat goed kunnenblijven doen, zodat de ambachtseconomie zich kan blijvenontwikkelen en innoveren.”Kalle, met een glimlach: “Ik sluit me volledig bij de voorzitteraan!”“Ik zie het als een eer dat ik de visie mag uitdragen en mag helpen tot uitvoering te brengen.”5


Vervolg pagina 1 - SER-voorzitter Rinnooy Kan:“Ambachtseconomie onmisbaar onderdeel kenniseconomie”> Daarmee wilde Rinnooy Kan naar eigen zeggen eventuelemisverstanden wegnemen. “Het beeld heerst wellicht dat dekenniseconomie draait om kenniswerkers, om mensen dievoornamelijk denkwerk doen. Dat is inderdaad een onderdeelervan, maar er is nadrukkelijk meer. Het beeld van eenkenniseconomie wordt compleet als u bedenkt dat deze állesoorten kennis en kunde omvat. En daarbij telt elk talent op elkniveau, van vmbo tot universiteit.” De SER-voorzitterconcludeerde dan ook: “Geen kenniseconomie zonderambachten, en meer specifiek: geen kenniseconomie zonderinnovatieve ambachtelijke ondernemers.”Winststijging door innovatieRinnooy Kan stelde vast dat in ambachtelijke bedrijven opallerlei terreinen wordt geïnnoveerd. Hij haalde het onderzoekover de omvang van de ambachtseconomie aan dat EIM eerderdit jaar in opdracht van het <strong>HBA</strong> heeft uitgevoerd. Daaruit blijktdat 41% van de ambachtelijke bedrijven, ofwel circa 90.000ondernemers, de afgelopen twee jaar één of meervernieuwingen heeft doorgevoerd. Bovendien zag zo’n 70%van de innoverende ambachtelijke ondernemers de winststijgen.Goed onderwijs voorwaardeVolgens de SER-voorzitter is goed onderwijs een voorwaardevoor het versterken van de kenniseconomie. Hij verweesnaar het advies dat de SER in 2009 heeft uitgebracht overde Europese kenniseconomie, ook wel bekend als deLissabonstrategie. Daarin gaat het concreet om vieraandachtspunten. Ten eerste zijn investeringen in onderzoek enontwikkeling noodzakelijk. Ten tweede zijn investeringen inonderwijs wenselijk. Met name in het tegengaan vanschoolverlaters zonder diploma en in het aanpassen vanopleidingen aan de eisen van deze tijd. Bevordering vaninnovatie en ondernemerschap is het derde aandachtspunt,gevolgd door het principe van een leven lang leren. Tegen dieachtergrond zei Rinnooy Kan: “Het is goed dat het PlatformAmbachtseconomie eraan werkt om ambachtelijk talent aan teboren en te waarderen. Elk verloren talent is een gemistebijdrage aan de samenleving. Elk talent verdient het omgekoesterd te worden en verdient een topdocent. Juist in deambachten is een gedegen vakopleiding essentieel, met kennisdie niet alleen uit het boekje, maar vooral ook in de praktijkwordt opgedaan.”DuurzaamheidDe SER-voorzitter benadrukte verder dat innovatie niet alleeneconomisch perspectief moet bieden maar ook behoort bij tedragen aan duurzaamheid. Ook daarvan trof hij voorbeelden inde ambachten, zoals glasbewerkingsbedrijven die zonnecellenverwerken in ramen. “Prachtig!”, aldus Rinnooy Kan. Daaropaansluitend daagde hij ambachtelijke ondernemers uit om tewerken volgens het principe van gesloten kringlopen ofwelcradle to cradle: “Afval is in die filosofie geen afval meer, maargrondstof voor een nieuw product. Ik ben ervan overtuigd dathet de ambachten vele kansen voor duurzame innovatie tebieden heeft.” ■KERAMIEK BLIJVEND GOEDOnder de titel ‘Keramiek Blijvend Goed’ heeft dekeramiekbranche in mei een informatieve brochureuitgebracht. De bedrijfstak wil hiermee antwoorden biedenop het toenemend aantal vragen in demaatschappij over het duurzamekarakter van producten.De brochure sluit aanop een meer omvattendduurzaamheidsprogrammavan de Stichting VerenigdeKeramische Organisaties.onder goede arbeidsomstandigheden met aandacht voor het milieuen hebben keramische producten een lange levensduur zonderonderhoudsnoodzaak. De titel van de brochure verwijst naar het feitdat keramische sier- en gebruiksvoorwerpen zowel in maatschappelijkals creatief opzicht ‘blijvend goed’ zijn.De brochure is het resultaat van samenwerking van de Stichting VKO,de Algemene Vereniging voor de Nederlandse Aardewerkindustrie(AVA) en de Nederlandse Vakgroep Keramisten (NVK) en werd medemogelijk gemaakt door het <strong>HBA</strong>. ■ Te downloaden op www.hba.nlPottenbakkers, keramisten en beeldend kunstenaars verwerken kleitot bijzondere kwaliteitsproducten. Dat klei een natuurlijkvoorkomende en in de natuur ruim voorradige grondstof is, wordt nogonvoldoende ingezien. Verder komen keramische producten tot stand6


Ben Tiggelaar:“Gunstig gesternte voor imagoverbeteringambachten”De witte boordenberoepen zijn uit, er bestaat een hangnaar echtheid en authenticiteit, het ondernemerschapgroeit in populariteit en een stijgend aantal mensenwil een beroep dat hen plezier geeft. Dat zijn vieromstandigheden die de ambachtseconomie, in haarstreven naar imagoverbetering, op dit moment in dekaart spelen. Dit wil echter nog niet zeggen datverandering van het imago een peulenschil is.Ben Tiggelaar is gespecialiseerd in onderzoek, training enadvies op het gebied van leiderschap, verandermanagementen gedrag. Hij legde op het minisymposium ‘Ambachtseconomie-de toekomst in eigen handen’ uit wat imago is,hoe beeldvorming tot stand komt en op welke wijzeimagoverandering in zijn werk gaat.“Het imago is het beeld dat iemand heeft van bijvoorbeeldeen organisatie, een beroep of een beroepsopleiding. Ditbestaat in hoge mate uit emoties, meningen en vluchtigeindrukken. Veel mensen kiezen hun beroepsopleidingbijvoorbeeld helemaal niet op rationele gronden. Vaak gebeurtdat op basis van informatie die iemand toevallig oppikt. In devorm van brochures, via een radio- of televisieprogramma ofpersoonlijke ervaringen van mensen in zijn naaste omgeving.gedrag. De overige 95% is onbewust, automatisch gedrag.Tiggelaar: “De Amerikaanse psycholoog Ajzen onderscheidtdrie factoren bij het vormen van bewuste plannen en daaruitvoortvloeiend gedrag. Ten eerste schatten we het nut in vanons voorgenomen gedrag. Wat heb ik eraan? Als ik een bepaaldberoep kies,wordt het dan “Imago vooral bepaald doorinteressantemoties, meningen enen leuk?Wat verdien indrukken”ik er mee?De tweede factor is de vraag wat anderen van dat plan vinden.Het kan zijn dat een bepaald beroep je wel aantrekkelijk lijkt,maar als je verwacht dat iedereen in je omgeving dat zalafkeuren, speelt dat zeker een rol. De derde factor draait om devraag of iemand zichzelf wel in staat acht om zijn voorgenomengedrag daadwerkelijk uit te voeren. Als je het imago van deambachtelijke beroepen wilt verbeteren, moet je je eerstafvragen op grond van welke van deze drie factoren iemandeen bepaald vak kiest. Die analyse is nodig om de volgendestap te kunnen zetten: wat laten we zien van dat beroep enhoe breng je dat over?”Plezier in het werkDeze drie factoren leveren volgens Tiggelaar geen ijzerenregels op, maar standpunten en gedachten die kunnenveranderen. Het is de kunst om de aantrekkelijke kanten,waarvan vast staat dat ze in een ambachtelijk vak reëelaanwezig zijn, te ‘matchen’ met de punten die jongeren in eenberoep aanspreken. Zo levert de dalende waardering voorkantoorwerk kansen op voor het ambacht. “Werken met jehanden is de afgelopen vijftig jaar iets geworden dat je nietmeer voor je kinderen wilde. Een kantoorfunctie, ofwel ‘witteboordenwerk’, was veel beter. Inmiddels hebben we eenoverschot aan witte boorden en aan managers die een meninghebben over wat de rest van de mensen allemaal moet doen.Daar begint langzamerhand irritatie over te ontstaan.Al die invloeden bij elkaar bepalen het beeld dat mensenuiteindelijk van een beroep hebben. Waarom wil een jongenvan zes jaar brandweerman worden? Waarom wil een meisjevan vijftien jaar arts worden? Ze hebben immers helemaalgeen ervaring met het werk. Het draait daar allemaal puurom het imago.”Gedrag voor 5% bewustTiggelaar tekent daarbij aan dat er twee soorten gedrag zijn.Slechts 5% procent van ons gedrag is echt bewust, geplandEen tweede omstandigheid die de ambachten in de kaartspeelt, is de waardering voor authentieke, op maat gemaakteproducten. Schoenontwerpers, kledingontwerpers en goud- enzilversmeden zijn maar een paar voorbeelden vanambachtslieden die daarop kunnen inspelen. De groeiendewens om een eigen zaak te beginnen kan eveneens alsargument worden gepresenteerd om voor het ambacht tekiezen. Jongeren vinden vrijheid en zelfstandigheid heelbelangrijk. Dat kunnen ze realiseren in een eigen zaak.Bovendien zoeken steeds meer mensen een beroep dat hunplezier geeft. Dat kan bij uitstek in het ambacht waar mentastbare producten maakt en waar men contact met deconsument zelf heeft.” ■7


Week van het Ambacht trektrecordaantal bezoekersMet een record van in totaal 6.000 bezoekers heeft de Week van het Ambacht, dieplaatsvond van 16 tot en met 23 april, de stijgende lijn van de afgelopen jarenvoortgezet. Ook deze vijfde editie was gericht op promotie van het ambacht en hetenthousiasmeren van jongeren voor een ambachtelijke carrière. Een terugblik op deWeek in woord en beeld waarin elke dag een andere plaats in het centrum van debelangstelling stond met een eigen ‘event’.WEEKHET16 april: Joure (kick-off)“Joure profileert zich als dé ‘Ambachtstad van Noord-Nederland”, zei burgemeester Bert Kuiper tijdens de kick offbijeenkomst. Hij overhandigde Mei Li Vos, toen nog TweedeKamerlid van de PvdA en (nog steeds) lid van het PlatformAmbachtseconomie, een in opdracht van de gemeenteSkarsterlân gemaakte speciale lesbrief voor het basisonderwijsover de mogelijkheden van ambachtelijke beroepen. Depublicatie leverde het beoogde resultaat op, want honderdenscholieren maakten er onbevangen kennis met de veleambachtelijke beroepen.Zadelmaker blijft nodigNederland telt nog krap 60 echte zadelmakers, schat Harrie vanden Bosch, zichzelf meegerekend. Het aantal loopt verderterug. “Jonge mensen kiezen er niet voor, ook door het matigeimago van ambachtelijk werk. “Maar dat is ten onrechte”, vindtdochter Josephine. Zij kiest wel voorhet vak en wil het bedrijf van haarvader op termijn overnemen. Zijdeelt zijn liefde voor paarden envoor alles wat er bij hoort, ookzadels maken. Harrie zelf leerde hetvak in Duitsland.“In Nederland kon je toen geenopleiding volgen.” De mede doorhem opgerichte NederlandseVereniging voor Zadelmakers enRijzadelspecialisten (NVZR) moet hettij keren. “De NVZR wil ons vak weerlevensvatbaar maken.”Harrie en Josephine bezoeken het event inJoure om hun verhaal uit te dragen eninspiratie op te doen.8


16-24 aprilVAN 2010AMBACHT19 april: GroningenHet event in de TCN Mediacentrale trok vooral volwassenwerkzoekenden die zich verdiepten in alternatievearbeidskansen. Met name de workshops over zelfstandigondernemerschap spraken de bezoekers aan.21 april: HeerhugowaardWethouder Jan Willem de Boer brak een lans voor een betereafstemming tussen onderwijs en bedrijfsleven. “Dat is nodigom jongeren makkelijker te kunnen laten kiezen voorambachtelijke beroepen. Jongeren moeten weten dat ze eengoede boterham kunnen verdienen na een vakopleiding.”20 april: HengeloEcht druk was het in de Gieterij bij ROCTwente. Al voor 08.00 uur schoven circa60 ondernemers aan voor een ondernemersontbijt. Jan Smit -topondernemer en voorzitter van SC Heracles - sprak over‘Ondernemen als Topsport’. Naast de andere activiteiten wasde door stylist Maik de Boer gepresenteerde modeshow eenpubliekstrekker.Op zoek naar iets andersEen van de bezoekers in Heerhugowaard wasMarjon Boeser (45). Net verhuisd naar SintPancras en op zoek naar werk. “Ik wil na 27 jaarkantoorwerk eigenlijk wel iets anders, ietscreatiefs, meer met mijn handen. Misschien weliets op het gebied van voetzorg, ik heb net eencursus voetreflexmassage afgerond. Ik heb hierzeker welinspiratieopgedaan.”Marjon Boeser9


22 april: NieuwegeinBurgemeester Cor de Vos zei trots te zijn dat zijn gemeente deWeek voor het derde jaar welkom mocht heten. Als specialegasten maakte een groep meisjes vanuit het project Girlsdaykennis met allerlei ambachtelijke mogelijkheden. Girlsday iseen Europees initiatief om jonge meisjes enthousiast te makenvoor techniek, bèta en ICT. Tijdens de jaarlijkse Girlsday, op devierde donderdag in april, kunnen meisjes deelnemen aanuiteenlopende excursies bij bedrijven en instellingen. Zij makenkennis met technische werkzaamheden in de dagelijkseberoepspraktijk.16-24 aprilWEEK VAN 2010HET AMBACHT23 april: DordrechtHet Stedelijk Dalton Lyceum bleek de ideale locatie voor hetlaatste event. Het werd zelfs een grande finale, compleet metbrassband, gratis ijs, prijsuitreikingen en rapportpresentaties.Demissionair staatssecretaris Marja van Bijsterveldt bezocht hieronder andere een workshop van tassenontwerper Omar Munie,lid van het Platform AmbachtseconomieVerrassend leuk“Ik ben verrast. Een heel aantrekkelijke presentatie vanambachten. Een goede manier om onze leerlingen te laten zienwelke beroepen er bestaan en ze te laten ontdekken wat ze zelfleuk vinden om te doen. En ze vinden het héél leuk.” Dat zegtRichard Susijn, leraar economie aan het Anna van Rijn College.Hij begeleidt een groep VMBO-ers uit het 3e jaar die een paaruur komen rondkijken op het event van de Week van hetAmbacht in Nieuwegein.Leraar Richard en zijn clubje10


‘Passie voor Vers’: de basis voor succesvolle samenwerking‘De Week van het Ambacht’, die dit jaar ruim 5.000bezoekers trok, groeit uit tot een begrip. Om te beginnenvoor de deelnemende organisaties. VOICEmail blikt terugmet enkele betrokkenen van het ‘Verscluster’.Frans Kimenai, adviseur praktijkopleiding SVO, is tevredenover de aanpak binnen het Verscluster, het samenwerkingsverbandtussen SVO, KNS en NBOV. Een maand na ‘De Week’kijkt hij met voldoening terug, samen met Martijn Verkerk,communicatiemedewerker bij NBOV, en Vera de Jonge(senior medewerker pr & communicatie bij KoninklijkeNederlandse Slagersorganisatie). De afgelopen maandentrokken zij intensief met elkaar op om hun deelname aande Week van het Ambacht tot een succes te maken. WaarbijVera, namens het Verscluster, de coördinatie verzorgdevanuit de Klankbordgroep met <strong>HBA</strong>, UWV WERKbedrijf ende andere clusters.zien, kunnen aanraken. Onze Voelkast – een primeur! - was ditjaar de blikvanger, een groot succes. In de voelkast verstop jeallerlei producten, die bezoekers dan op de tast moetenherkennen. Dat vinden ze een beetje eng en leuk tegelijk.”Martijn: “Iemand vroeg zelfs of er geen enge beesten inzaten!”Vera: “Meisjes begonnen vaak hard giechelend, maar wistenwel veel producten te herkennen, dat viel me echt op.”Leukste momenten tijdens de Week? Te veel om op te noemen,eigenlijk.Frans: “De verbazing en verrassing die je soms op gezichtenziet, het is voor jongeren toch vaak een eerste contact met deversbranche als beroepsmogelijkheid, ze ontdekken echtdingen.”Dat is ook mede het doel van ‘De Week’, jonge mensen opideeën brengen. Die misschien kunnen rijpen tot een echtekeuze. “Dan is wel een goed vervolgtraject wenselijk”, vervolgtFrans. “Daar werken we dus aan. Wij willen onder meer graaggastlessen verzorgen over versberoepen, daar willen wepersoonlijke afspraken over maken met decanen op VMBOscholen,daar zit toch ons grootste potentieel.” En banen zijn erversbreed genoeg.Wat is de belangrijkste motivatie om mee te doen, wat zien zijals het belang van ‘De Week’?Martijn: “Het contact met je doelgroepen, dat je jeenthousiasme over het versvak, over het bakkersvak, kuntoverbrengen.”Vera: “Het is een goede gelegenheid om scholieren endecanen te laten weten dat we er zijn!”Frans: “En dat je scholieren, maar ook decanen, kunt vertellenwaarom je moet kiezen voor een versberoep, een vakopleiding.Dat het leuk en afwisselend is, met goede toekomstmogelijkheden!”Marsepeinen roosjes en de VoelkastDe stand en de invulling spelen natuurlijk een rol.Frans: ”Je moet zorgen voor een echte versuitstraling; onzeproducten en ingrediënten zijn elke dag vers aangeleverd doorlokale specialisten, daar hadden we goede afspraken over.”Ook de bemensing van de stand is een succesfactor, verteltMartijn, die verantwoordelijk was voor de‘personele bezetting.“Het werkt goed als je gemotiveerde leerlingen kunt inzetten,die al bezig zijn met het versvak en er enthousiast over kunnenvertellen.”Bovendien moet er wat te beleven zijn, weet Vera. “Mensenwillen iets doen, zoals die marsepeinen roosjes vouwen, zelfhapjes maken en proeven, dat trekt altijd. Mensen willen ietsOp naar jubileumeditieNatuurlijk doet het Verscluster volgend jaar weer mee aan DeWeek van het Ambacht.“Zeker weten!” Zijn er nog speciale wensen voor delustrumeditie in 2011? Zaken die nog beter kunnen?Frans: “Laat ik eerst vooral gezegd hebben, dat de organisatievan De Week van het Ambacht een groot compliment verdient.Het was goed geregeld, de basisuitstraling van de stands enalle communicatie, is professioneel. Het <strong>HBA</strong> en de Weekhebben zich bewezen, als nuttig en effectief.” Een puntje vanaandacht is het drukwerk rond de Week van het Ambacht, datwas niet optimaal afgestemd op de deelnemende versgroepen.Dat zou bij de volgende Week anders kunnen, vindt men. Datde lustrumeditie weer groter zal zijn, lijkt het trio logisch.”Misschien dat je als organisatie wat meer eisen envoorwaarden mag stellen aan gemeentes die de Week van hetAmbacht binnen willen halen. Die kunnen een nog actievere rolspelen, zodat je zeker weet dat elk event nog beter bezochtgaat worden.” ■Partners in het VersclusterSVO is de opleidingspartner voor bedrijven in de foodsector. SVOricht zich op bedrijven in de versdetailhandel, de supermarkt,voedselverwerkende industrie en fastservice. www.svo.nlDe Koninklijke Nederlandse Slagersorganisatie, KNS, is de enigebrancheorganisatie voor alle slagerondernemers in Nederland.www.knsnet.nlDe Nederlandse Brood- en banketbakkers OndernemersVereniging (NBOV), is de branchevereniging voor deambachtelijke bakkerijbranche. www.nbov.nl11


vakmanschap ondernemerschap innovatie communic atie e-governance<strong>HBA</strong> en Platform Ambachtseconomiebrengen verkiezingskrant uitKIES VOOR DE AMBACHTSECONOMIE!Juni 2010Dit is een speciale verkiezingskrant van het Hoofdbedrijfschap Ambachten over de AmbachtseconomieEen week voor de Tweede Kamerverkiezingenheeft het <strong>HBA</strong> samen met het PlatformAmbachtseconomie een ‘verkiezingskrant’uitgebracht. Potentiële kamerleden van bijna allepolitieke partijen - alleen de PVV en de Partijvoor de Dieren hebben niet gereageerd - gavenin deze publicatie hun mening over deambachtseconomie. Tevens gingen ze in op devraag wat hun partij wil gaan doen voor deambachten in de komende kabinetsperiode.Naast parlementariërs in spe kwamen ook enkeleleden van het Platform Ambachtseconomie en devoormalige staatssecretarissen Van Bijsterveldten Klijnsma aan het woord.Met de verkiezingskrant, per post bezorgd bijruim 80.000 ambachtelijke ondernemers, hebbenhet <strong>HBA</strong> en het Platform Ambachtseconomie eenextra aanzet gegeven om de ambachtseconomieVoor toneelkappers, visagisten en grimeurs25 e Branchecode een feitOp 26 april heeft de toenmalige <strong>HBA</strong>-voorzitterPiet Kalle de eerste exemplaren van de Code vande Grimeur, Visagist en Toneelkapper uitgereikt.Hij deed dit op een gezamenlijke bijeenkomstvan de drie ambachten. Deze branchecodemarkeert een mijlpijl: het is de 25 ste Code die het<strong>HBA</strong> heeft uitgebracht. De Codes voorzien in eenbehoefte. Dat blijkt onder andere uit het gegevendat sinds de publicatie van de eerste Code, eindnegentiger jaren, meer dan 50.000 gedrukteexemplaren over de toonbank zijn gegaan.Daarnaast gebruiken steeds meer ondernemersde online versie.BranchespecifiekVoor veel ambachtelijkeondernemers is het ondoenlijk desteeds veranderende wet- enregelgeving te blijven volgen en dietot onderwerp vangesprek te maken inpolitiek Den Haag.Het uitbrengen vandeze krant stondniet op zichzelf.Eind april kregende bezoekers vande verkiezingscongressenvanverschillendepolitieke partijenal een flyer overde ambachtseconomie.Deverkiezingskrantkan worden gedownloadvia www.hba.nl ■Hans Kamps“De vakman of –vrouwdie iets kán!”De politiekaan het woordU mag als ambachtelijke vakman / -vrouw op 9 juni a.s.uw stem uitbrengen. Dus voor u is van belang hoe de politiciaankijken tegen de ambachten en wat zij daarvoor willendoen. Daarover gaat deze <strong>HBA</strong>-verkiezingsspecial. U kuntlezen wat de woordvoerders van verschi lende politiekepartijen ervan vinden. Leest u even mee! Maak de balansvoor u zelf op. Aan u de keus op 9 juni. Uw keus als éénvan de zo’n 80.000 ondernemingen die bij het <strong>HBA</strong> zijnaangesloten. Uw stem doet ertoe! Veel wijsheid gewenst.De ambachtseconomie in Nederlandveel groter dan gedachtIedereen weet uit eigen ervaring het belang dat eenvoldoende aanbod van ambachtelijke diensten enproducten beschikbaar is: van loodgieter tot kapper,van goudsmid tot bouwvakker, van banketbakkertot opticien, van dakdekker tot fietsenmaker.Maar hoe groot de ambachtseconomie als geheel is,weet bijna niemand. En onbekend betekent in hetnationale beleidscircuit: onbemind.Daarom heeft uw Hoofdbedrijfschap Ambachtende omvang van de ambachtseconomie latenonderzoeken:• Bijna een derde van a le ondernemingen in hetbedrijfsleven (30%) is ambachtelijk, het gaat omzo’n kwart miljoen bedrijven.• Eén op de negen (11%) van de mensen die inhet bedrijfsleven werken, is in dienst van eenambachtelijk bedrijf. Ruim 800.000. Dat is10% van de totale actieve beroepsbevolking,inclusief overheid.“De ambachtseconomie is eenbelangrijke speler in onze nationaleeconomie.”Totaalbeeld ambachtseconomie alsonderdeel van het bedrijfslevenOp basis van de meest recente cijfers vanhet CBS (2009) heeft het EIM de omvangvan de ambachtseconomie berekend intermen van :• Werkzame personen (w.p.): 814.000personen in bedrijven met minder dan100 w.p. (dit is 11% van a le w.p. in hettotale bedrijfsleven)• Aantal ondernemingen: 242.000ondernemingen met minder dan 100w.p. (dit is 30% van a leondernemingen in het bedrijfsleven)• Omzet: € 127 miljard voor bedrijvenmet minder dan 100 w.p. (dit is 9% vande omzet van he totale bedrijfsleven)• Toegevoegde waarde: € 40 miljardvoor bedrijven met minder dan 100w.p. (dit is 8% van he totalebedrijfsleven )Peter van Heeswijk“Het mooiste dat jekunt doen.”• De omzet in de ambachtseconomie bedraagt€ 127 miljard (9% van het bedrijfsleven, met eentoegevoegde waarde van € 40 miljard (8% vanhet bedrijfsleven).Dit betekent dat de ambachtseconomie een belangrijkespeler is in onze nationale economie, inomvang te vergelijken met de detailhandel of deindustrie. En dan gaat het nog om een zuinigeschatting! De conclusie is dan ook dat de omvangvan de ambachtseconomie, dus van a le meestalkleine ambachtelijke bedrijven samen, in Nederlandvolstrekt wordt onderschat.Ambachten zijn onmisbaarDe cijfers wijzen uit dat u met uw ambachtelijk werkdeel uitmaakt van de eredivisie van onze economie.Los van de vraag of onze beleidsmakers zich bewustzijn van de omvang van de ambachtseconomie, is ofzij ook wel doordrongen zijn van het belang vanuw ambachtelijk werk in het dagelijks leven vanmiljoenen Nederlanders. Zij zouden echt onthandzijn: zonder automonteur om hun auto te repareren,zonder kapper om hun haar te doen, zonder loodgieterom hun kraan te repareren, zonder tandtechnicusvoor hun kunstgebit, zonder bouwvakkersvoor een verbouwing van hun woning! De ambachtenzijn immers actief in de meeste levenssferen vaneen doorsnee burger.Omvang ambachtseconomievolgens meest recente gegevens (2009)De Nederlandse ambachtseconomie in cijfers*Behoefte aan vakmensenAmbachten zijn dus onmisbaar, ook in onze modernesamenleving. Maar dat zij in voldoende matebeschikbaar blijven, word te vaak als een vanzelfsprekendheidgezien. Onze samenleving ontgroenten vergrijst. Zelfs tijdens de recessie van de laatstejaren klagen vele ambachtelijke branches al over teweinig vakmensen. Laat staan als de economie weeraantrekt. Wil Nederland ook over een paar jaar nogover voldoende vakmensen beschikken, dan is deinspanning van velen vereist. Van de brancheorganisaties,van de bonden, van u als ambachtelijkeondernemers zelf, van ons als <strong>HBA</strong>, maar ook van deoverheid. Een overheid die omstandigheden creëertwaarin een vitale ambachtseconomie kan floreren.Op het gebied van belastingen, administratieve lasten,beroepsonderwijs, enz.Aan u de keusOp 9 juni zijn er weer verkiezingen en daarna wordteen nieuw kabinet gevormd. Daarom hebben wijvertegenwoordigers van de verschi lende partijengevraagd naar hun opvattingen over de ambachtenen over het belang van de ambachtseconomie. Ennaar de beleidsvoornemens van hun partij die deambachtseconomie en dus uw werk in de toekomstzal kunnen stimuleren. Neem daar kennis van en laathun antwoorden meewegen alvorens u op 9 juni hetstemhokje instapt. ●Als % van totale bedrijfslevenAantal werkzame personen 814.000 11%Aantal bedrijven 242.000 30%Omzet € 127 miljard 9%Toegevoegde waarde € 40 miljard 8%* Excl. bedrijven met meer dan 100 werkzame personen en parttime werkendezelfstandigen zonder personeelHOOFDBEDRIJFSCHAP AMBACHTEN KIES VOOR DE AMBACHTSECONOMIE!specifiek te vertalen in normen voor de eigenonderneming. Dit probleem heeft het <strong>HBA</strong>opgelost door op brancheniveau Codes op testellen met branchespecifieke richtlijnen. Dezenormen zijn gerangschikt op volgorde van hetbedrijfsproces en gaan over onderwerpen alskwaliteit, arbeidsomstandigheden en milieu.De in voor iedereen begrijpelijk Nederlandsgeschreven normen in de Code zijn zo opgestelddat ze direct toepasbaar zijn in het bedrijf. DeCodes zijn in eerste instantie bedoeld voorwerkgevers en werknemers in het betrokkenambacht. Daarnaast biedt hij houvast aanopleidingen, leveranciers, inspectiediensten,Arbo-diensten en verzekeraars. ■Mei Li Vos“Prachtig om te zien!”ColofonVOICEmail is een uitgave vanhet Hoofdbedrijfschap Ambachtenin het kader van het beleidsprogramma‘Vakkundig naar 2010’ en verschijnt4x per jaar.<strong>HBA</strong>Ierlandlaan 21, Postbus 895,2700 AW ZoetermeerT (079) 3161111F (079) 3520929E hba@hba.nlI www.hba.nlRedactieBosma Communicatie & PR, Den HaagKeijzer CommunicatieEindredactie<strong>HBA</strong>www.hba.nlV.l.n.r. Leen la Rivière (CNV Kunstenbond),Marianne van den Broek (Platform Visagie)en Irene van der Rol (Vereniging GrimeursNederland) met de eerste exemplaren vande Branchecode, uitgereikt door Piet Kalle.VormgevingOptima Forma bv, VoorburgFotografieErnst Jan Daniels, Clemens LeBlancBart van der Harst, Anton van der Riet12DrukOpmeer Drukkerij bv, Den Haag

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!