12.07.2015 Views

Richtlijn Diabetische retinopathie - Nederlands Oogheelkundig ...

Richtlijn Diabetische retinopathie - Nederlands Oogheelkundig ...

Richtlijn Diabetische retinopathie - Nederlands Oogheelkundig ...

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

D i a b e t i s c h e r e t i n o p a t h i eNiveau 2Een snelle en sterke daling van het bloedglucosegehalte – zoals bijovergang op de insulinepomp – gaat in 10% van de gevallen gepaardmet een voorbijgaande maar soms behandelingbehoevende paradoxaleverergering van de <strong>retinopathie</strong>. 24-26DCCT Research Group 24 , DeWitt 25 , Henricsson 26Niveau 3Tijdens zwangerschap en puberteit is de kans op diabetische <strong>retinopathie</strong>verhoogd. 27,28Acerini 27 , Chew 28Overige overwegingenDe bovengenoemde risicofactoren hebben invloed op ontstaan en verergering van diabetische<strong>retinopathie</strong>.Voor zover beperking van risicofactoren mogelijk is, vergt dit een gezamenlijke inspanningvan patiënt en diabetesbehandelteam, inclusief de oogarts. Het team zal proberenhet HbA1c, de bloeddruk en het lipidenspectrum te optimaliseren. Goede zorg houdtin dat tussen de hoofdbehandelaar van de patiënt met diabetes mellitus en de oogartsuitwisseling plaatsvindt van informatie over de patiënt.Hoewel de reductie van risicofactoren leidt tot een vermindering van het optreden vandiabetische <strong>retinopathie</strong>, roept het volgende – echter weinig valide – onderzoek twijfelsop bij de vraag of de ernstige vormen van diabetische <strong>retinopathie</strong> daarmee wordenvoorkomen. Brown et al onderzochten de incidentie van achtergrond<strong>retinopathie</strong> en proliferatieve<strong>retinopathie</strong> in twee cohorten die ruim 20 jaar na elkaar werden onderzocht. 17In het jongste cohort waren de gemiddelde bloeddruk en de gemiddelde glucosespiegelsveel lager dan in het oudste cohort. In het jongste cohort kwam weliswaar veel minderachtergrond<strong>retinopathie</strong> voor, maar de prevalentie van proliferatieve <strong>retinopathie</strong> wasniet verschillend. Mogelijk zijn de risicofactoren voor achtergrond<strong>retinopathie</strong> en proliferatieve<strong>retinopathie</strong> verschillend. Hiernaar is echter nog geen onderzoek verricht.Over preventie van diabetische <strong>retinopathie</strong> valt het volgende op te merken. Primairepreventie, dat wil zeggen het voorkómen van diabetische <strong>retinopathie</strong>, kan worden gerealiseerddoor het optimaliseren van de genoemde beïnvloedbare risicofactoren en moetworden beschouwd als de gezamenlijke verantwoordelijkheid van diabetespatiënt enhoofdbehandelaar (internist, huisarts of kinderarts). Aan secundaire preventie, dat wilzeggen het voorkomen van progressie van diabetische <strong>retinopathie</strong>, kan een belangrijkebijdrage worden geleverd door degene die oogscreening verricht en door de oogarts.Deze bijdrage bestaat uit het informeren van de hoofdbehandelaar en de patiënt over zijnbevindingen en uit adequate oogheelkundige therapie. De hoofdbehandelaar kan vervolgensextra aandacht besteden aan te corrigeren bestaande risicofactoren.38

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!