12.07.2015 Views

Jaarverslag 2008 (pdf) - ABN AMRO Pensioenfonds

Jaarverslag 2008 (pdf) - ABN AMRO Pensioenfonds

Jaarverslag 2008 (pdf) - ABN AMRO Pensioenfonds

SHOW MORE
SHOW LESS
  • No tags were found...

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2008</strong>Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.


InhoudPersonalia 6Kerncijfers 7Verslag van het BestuurHoofdlijnen <strong>2008</strong> 8Pensioenen 11Doelstelling 11Pensioenregeling 11Wijzigingen in het pensioenreglement 12Toeslagverlening 12Communicatie 12Klachten en geschillen 13Procedures 13Bestandsverloop 13Financiën 14Premie 14Technische voorzieningen 14Vermogenspositie pensioenfonds 14Herverzekeringen 15Baten en lasten 15Ontwikkeling van de dekkingsgraad 15Ontwikkelingen van de laatste vijf jaren 16Beleggingen 17Samenvatting 17Beleggingsbeleid 17Ontwikkelingen in <strong>2008</strong> 20Verantwoord beleggen 22Beleggingsresultaat 22Risicoanalyse 25Samenvatting 25Resultaten risicoanalyse 25Structuur Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. 27Stichting 27Bestuur 28Directie 30Raad van deelnemers 31Verantwoordingsorgaan 31Visitatiecommissie 32Pensioenbureau 32Toezicht 334


Oordeel van het verantwoordingsorgaan 35Reactie van het bestuur op het oordeel van hetverantwoordingsorgaan over <strong>2008</strong> 36Verslag van de visitatiecommissie 37Jaarrekening <strong>2008</strong>Balans per 31-12-<strong>2008</strong> 38Rekening van baten en lasten over <strong>2008</strong> 39Kasstroomoverzicht <strong>2008</strong> 40Toelichting op de jaarrekening <strong>2008</strong> 41Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling 41Financiële instrumenten 43Toelichting op de balans per 31 december <strong>2008</strong> 47Toelichting op de rekening van baten en lasten over <strong>2008</strong> 54Toelichting kasstroomoverzicht <strong>2008</strong> 58Actuariële analyse 59Overige gegevensMutaties personalia <strong>2008</strong> 60Gebeurtenissen na balansdatum 60Actuariële verklaring 61Accountantsverklaring 63Overeenkomsten 65Functies bestuursleden en directie 68Begrippenlijst 70SummaryKey figures 78<strong>2008</strong> highlights 79<strong>2008</strong> financial statements 825


Personalia (per 31 december <strong>2008</strong>)BestuurRaad van deelnemersDoor de raad van bestuur benoemde ledenKiesgroep deelnemersIr. J.B. Heukensfeldt JansenMr. H. DuijnMr. J.A. van Horzen (plaatsvervangend voorzitter)Drs. G. Farnholt RADrs. D.G. Maas (per 24 februari 2009)Drs. R.C.S. GommersDrs. R.J. Meuter (voorzitter)S.J. JoustraProf. dr. A.C.F. VorstDrs. R.J. LenselinkR.M. LooyestijnDoor de raad van deelnemers gekozen en benoemde leden H. LuingeGeleding deelnemersJ.C.M. LijtenMr. J.G.H. van den Bosch (secretaris)M. de Roos FFP (plaatsvervangend voorzitter)K.J.M. ten HoorMr. C.J. SchmidtL.M.R. Vanbockrijck AAG CFAA.W. SchutGeleding pensioengerechtigdenMr. H.P. Tjeenk WillinkMr. R.A. KleijnR.G.P. VlamingDrs. J. VoortmanDrs. B.P. Vreugdenhil (voorzitter)Drs. C.E.G. Zuidgeest (secretaris)Bestuurscommissie beleggingenIr. H.M.J. Bongaerts (per 3 maart 2009)Kiesgroep pensioengerechtigdenK.J.M. ten HoorP.F.L.M. BertramsDrs. J.L.M. de JongMr. E.J. BosMr. Ph. LambertProf. dr. F.H.M. GrapperhausDrs. J.M. OvermeerC. KabelProf. dr. A.C.F. Vorst (voorzitter)A.Th.C. Leemans-KoelmanMr. T.B. JanssBestuurscommissie communicatieJ. VroegopMr. J.G.H. van den Bosch (voorzitter)Ir. J.B. Heukensfeldt JansenVerantwoordingsorgaanDrs. R.J. MeuterDrs. L.F.E. BensdorpJ. van Hall RA/REBestuurscommissie financiënMr. J.W. LaviesMr. J.G.H. van den BoschDrs. M.B.G.M. Oostendorp (voorzitter)Mr. J.A. van Horzen (voorzitter)Drs. P.J. SaakesJ. WeststrateBestuurscommissie pensioenenIr. J.B. Heukensfeldt JansenVisitatiecommissieMr. R.A. Kleijn (voorzitter)R. van Dam AAGDrs. J. VoortmanDrs. ing. J.P.A. NelissenMr. H.J. Thoman (voorzitter)Bestuurcommissie pension fund governanceMr. J.A. van HorzenDirectieDrs. R.J. Meuter (voorzitter)Dr. C.L. DertDrs. J. VoortmanManagement pensioenbureauActuarisDr. C.L. Dert (hoofd)Watson WyattJ.T.W. Elfrink (operations)Drs. G.A.C. Leegwater CFA (beleggingen)AccountantIr. R.W.J. de Rijk (actuariaat)Ernst & Young Accountants6


Kerncijfers (bedragen afgerond in miljoenen €)<strong>2008</strong> 2007 2006 2005 2004Aantal verzekerdenDeelnemers 24.117 27.057 27.410 28.093 30.145Gewezen deelnemers 1 38.412 36.781 37.730 35.866 33.789Pensioengerechtigden 17.190 16.624 16.194 15.703 15.393Totaal 79.719 80.462 81.334 79.662 79.327InkomstenPremies 2 263 252 351 405 401Waardeoverdrachten 9 11 7 7 5Totaal 272 263 358 411 407UitkeringenPensioenen 296 281 259 241 228Waardeoverdrachten 26 31 22 31 30Totaal 322 312 282 271 258Technische voorzieningenDeelnemers 3.260 2.508 2.677 3.213 3.014Gewezen deelnemers 1.833 1.202 1.332 1.168 813Pensioengerechtigden 3.186 2.769 2.743 2.677 2.337Totaal 8.279 6.480 6.752 7.058 6.164PensioenvermogenVastrentende waarden 3 6.300 4.643 4.129 3.705 3.610Zakelijke waarden 1.998 3.887 4.209 3.740 3.075Overig pensioenvermogen 4 502 485 516 761 587Totaal 8.800 9.015 8.855 8.206 7.272Reserves (eigen vermogen) 5 521 2.536 2.102 1.147 1.107Minimaal vereist eigen vermogen 348 279 290 303Dekkingstekort 0 0 0 0Vereist eigen vermogen 474 1.158 1.333 1.431Reservetekort 0 0 0 283Beleggingsresultaten in %<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> -1,6 2,0 7,0 11,2 8,1Interne benchmark 2,0 2,1 6,5 10,6 8,9Dekkingsgraad 6 106 139 131 116 1181) Inclusief de ex- partners met een bijzonder nabestaandenpensioen.2) Met ingang van <strong>2008</strong> is een forfaitaire opslag voor de jaarlijkse uitvoeringskosten onderdeel van de premie. In <strong>2008</strong> bedraagt deze kostenopslag 2 42 miljoen.3) In <strong>2008</strong> heeft een herclassificatie plaatsgevonden van een liquiditeitenfonds van grondstoffen (Overig pensioenvermogen) naar kortlopendevorderingen (Vastrentende waarden). Deze herclassifcatie is ook verwerkt in de vergelijkende cijfers van 2007. De vastrentende waarden in 2007 zijn daardoorin bovenstaand overzicht 2 180 miljoen hoger dan in het jaarverslag van 2007 vermeld is.4) Het overig pensioenvermogen in 2007 is 2 158 miljoen lager dan in het jaarverslag 2007. Dit komt door de bij noot 3 aangegeven herclassificatie(- 2 180 miljoen) en een stelselwijziging betreffende de waardering van de annuïtaire overgangslening (+ 2 22 miljoen). Met ingang van <strong>2008</strong> (en in devergelijkende cijfers ook in 2007) is deze op marktwaarde gewaardeerd.5) Door de stelselwijziging met betrekking tot de waardering van de annuïtaire overgangslening (zie noot 4) zijn de reserves in 2007 in bovenstaand overzicht2 22 miljoen hoger dan in het jaarverslag van 2007 vermeld is.6) Technische voorzieningen (en dus ook dekkingsgraad) is voor het jaar 2004 bepaald op basis van de actuariële principes pensioenfondsen (APP) en voor dejaren 2005, 2006, 2007 en <strong>2008</strong> op basis van het financiële toetsingskader (FTK).7


verslag van het bestuurHoofdlijnen <strong>2008</strong>Structuur <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong><strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> is een zelfstandige stichting, die de pensioenovereenkomsten vande aangesloten ondernemingen op basis van uitvoeringsovereenkomsten uitvoert. Het bestuur,dat paritair is samengesteld uit vertegenwoordigers van de werkgever enerzijds en vertegenwoordigersvan de deelnemers en pensioengerechtigden anderzijds, is in zijn besluitvorminggeheel onafhankelijk van de aangesloten ondernemingen. Het bestuur stelt het beleid vanhet pensioenfonds vast en laat zich hierin adviseren door de raad van deelnemers, de beleggingscommissie,het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> pensioenbureau en derden. De dagelijkse leiding berust bijde directie. De directie legt verantwoording af aan het bestuur. Het bestuur legt verantwoordingaf aan het verantwoordingsorgaan over het beleid, de wijze waarop dit is uitgevoerd en over denaleving van de principes voor goed pensioenfondsbestuur. Het verantwoordingsorgaan bestaatuit vertegenwoordigers van de deelnemers, pensioengerechtigden en aangesloten werkgevers.Het intern toezicht wordt jaarlijks uitgeoefend door de visitatiecommissie, die bestaat uit driedoor het bestuur benoemde externe deskundigen. De commissie beoordeelt de beleids- enbestuursprocedures en -processen, de checks and balances, de wijze waarop het pensioenfondswordt aangestuurd en de wijze waarop wordt omgegaan met de lange termijnrisico’s. De commissierapporteert aan het bestuur. De werkzaamheden van het pensioenfonds zijn voor eengroot deel uitbesteed aan <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> pensioenbureau, een afdeling van <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.In het hoofdstuk ’Structuur Stichting Pensoenfonds van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.’ wordt dieperingegaan op de structuur van het pensioenfonds.Pension fund governanceDe visitatiecommissie en het verantwoordingsorgaan zijn in <strong>2008</strong> voor het eerst gedurende hethele jaar in functie geweest. De bevindingen van de visitatiecommissie en het oordeel van hetverantwoordingsorgaan zijn in dit jaarverslag opgenomen. De samenwerking met zowel het verantwoordingsorgaanals de visitatiecommissie wordt zonder meer als positief ervaren. Zie verderonder ’Oordeel van het verantwoordingsorgaan’ en ’Verslag van de visitatiecommissie’.DeskundigheidsplanHet deskundigheidsplan bevat een opleidingsplan dat mede is gebaseerd op de uitkomstenvan een periodieke toetsing op deskundigheid onder bestuursleden. In <strong>2008</strong> is voor het eerstgetoetst op deskundigheid. Het bestuur voldoet aan de deskundigheidsvereisten. Het deskundigheidsplanvoorziet tevens in periodieke training teneinde handhaving van het benodigdedeskundigheidsniveau te waarborgen.Ontwikkelingen sponsorIn <strong>2008</strong> heeft de Nederlandse staat de bancaire en verzekeringsactiviteiten van Fortis in Nederlandovergenomen. Dit is inclusief het aandeel van Fortis in de RFS Holdings (het consortiumvan RBS, Fortis en Banco Santander). Dit betekent dat de Nederlandse staat ondermeer eigenaaris geworden van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> onderdelen BU Nederland en BU Private Clients.Vooralsnog heeft de eigendomsverandering geen gevolgen voor het pensioenfonds. Het bestuurblijft de ontwikkelingen op de voet volgen.Financiële positieHet jaar <strong>2008</strong> is het jaar van de wereldwijde financiële crisis. Door deze crisis en de daling vande marktrente is de financiële positie van de pensioenfondsen sterk onder druk komen te staan.Ook de financiële positie van het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> is in <strong>2008</strong> aanzienlijk verminderd.8


De dekkingsgraad daalde van 139% naar 106%. Het pensioenfonds is in <strong>2008</strong> niet in een situatievan dekkings- of reservetekort geraakt. Dit is mede het gevolg van het in <strong>2008</strong> gevoerde dynamischrebalancingbeleid. In de hoofdstukken ’Financiën’ en ’Beleggingen’ wordt daarop naderingegaan.ToeslagverleningIn april <strong>2008</strong> werd aan alle pensioen- en aanspraakgerechtigden de stijging van de prijsindex van2,0% door het bestuur toegekend. Er zijn geen achterstanden in de toeslagverlening uit voorafgaandejaren.Herijking strategisch beleggingsbeleidHerijking van het beleggingsbeleid heeft ertoe geleid dat het beleid van 2007 in <strong>2008</strong> is voortgezet,behoudens een verdergaande afdekking van het renterisico. Zie verder onder ’Beleggingen’.Verantwoord beleggenIn 2007 heeft het bestuur de uitgangspunten bepaald op het gebied van verantwoord beleggen.Enerzijds dient verantwoord beleggen in beginsel bij te dragen aan een beter risicorendementsprofielvan de beleggingen van het pensioenfonds en anderzijds dient het voorwaarden tescheppen voor (toekomstige) maatschappelijke acceptatie van het pensioenfonds. In <strong>2008</strong> isbegonnen met de implementatie van het vastgestelde beleid. Zie verder onder ’Beleggingen’.RisicoanalyseIn 2007 en <strong>2008</strong> heeft het bestuur de risico’s van het pensioenfonds aan de hand van de FinanciëleInstellingen Risicoanalyse Methode opnieuw geïnventariseerd, beoordeeld en de aanwezigebeheersmaatregelen benoemd. Bij de genoemde methode worden tien risicogebiedenonderscheiden. Waar discrepantie tussen het residurisico (het risico dat resteert na de beheersmaatregelen)en het gewenste risico bestond, is onderzocht in hoeverre extra maatregelengetroffen dienden te worden. Er is geconcludeerd dat er geen significant verschil is tussen hetgeconstateerde residurisico en het gewenste risico.CommunicatieDe communicatiedoelstellingen uit 2007 zijn in <strong>2008</strong> gehandhaafd. Het communicatieplan <strong>2008</strong>is geheel uitgevoerd. In <strong>2008</strong> is de helpdesk gestart met het telefonisch begeleiden van deelnemersdie kort voor hun pensioneren staan bij het maken van hun pensioenkeuzes. Geblekenis dat dit zeer effectief was. TNS NIPO heeft een onderzoek verricht naar de tevredenheid overbepaalde communicatie-uitingen. Er was sprake van een lichte verbetering ten opzichte van eeneerder onderzoek. Zie verder onder ’Pensioenen’.Operationele uitvoeringDe uitvoering van de pensioenregeling is uitbesteed aan het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> pensioenbureau.Ultimo <strong>2008</strong> bedroeg het aantal fte’s bij het pensioenbureau 36,9 (2007: 35,1). Daarnaast warener op dat moment 4,4 externe fte’s ingehuurd (2007:4).Gebeurtenissen na balansdatumAls gevolg van verdere waardedaling van de beleggingen en verdere daling van de marktrente ishet pensioenfonds per ultimo februari 2009 in de positie gekomen dat sprake is van een reserveendekkingstekort. Ultimo maart 2009 is het dekkingstekort weer opgeheven. Dit is gemeld aanDNB. De raad van deelnemers, de visitatiecommissie en het verantwoordingsorgaan zijn hierovergeïnformeerd. Ten tijde van de opmaak van dit jaarverslag werden tevens voorbereidingengetroffen voor het indienen van een herstelplan. Dit voor het geval het reservetekort eind meinog niet is opgeheven.Gelet op de financiële positie van het pensioenfonds heeft het bestuur besloten per 1 april 2009geen toeslag te verlenen over de pensioenaanspraken en pensioenrechten. De stijging van devoor toeslagverlening relevante prijsindex was over de referentieperiode januari <strong>2008</strong> - januari2009 1,9%.9


verslag van het bestuurDankwoordHet bestuur is veel dank verschuldigd voor de inzet van de directie, de medewerkers van hetpensioenbureau, de leden van de raad van deelnemers, de leden van het verantwoordingsorgaanen de leden van de visitatiecommissie. De inzet van een ieder bij de totstandkoming vanhet beleid en de uitvoering daarvan wordt door het bestuur zeer gewaardeerd.10


PensioenenDoelstellingHet pensioenbeleid is erop gericht de pensioentoezeggingen door de bank en de overige aangeslotenondernemingen aan hun werknemers over te nemen en uit te voeren, tenzij sprake isvan strijdigheid met wet- en regelgeving of de financiële positie van het pensioenfonds dit niettoelaat.Voor de aangesloten ondernemingen geldt dezelfde pensioenregeling als voor de bank. Wijzigingenin de pensioenovereenkomst en/of uitvoeringsovereenkomst met de bank leiden tot eendienovereenkomstige wijziging van de pensioenregeling en/of uitvoeringsovereenkomst met deoverige aangesloten ondernemingen.Het pensioenfonds kan verworven pensioenaanspraken en -rechten uitsluitend verminderen,indien de technische voorzieningen langer dan een jaar niet meer volledig door waarden zijngedekt en het pensioenfonds niet in staat is binnen een redelijke termijn de technische voorzieningente dekken zonder dat de belangen van groepen belanghebbenden onevenredig veelworden geschaad.Het toeslagbeleid van het pensioenfonds is erop gericht om onder bepaalde voorwaarden op1 april van ieder jaar de pensioenen van alle pensioen- en aanspraakgerechtigden op dezelfdewijze aan te passen conform de consumentenprijsindex.PensioenregelingHet pensioenfonds kent één regeling: het Pensioenreglement 2006.De pensioenregeling is een aansprakenregeling, gebaseerd op voorwaardelijk geïndexeerd middelloon,met een pensioenrichtleeftijd van 65 jaar.Deelnemers verwerven pensioenaanspraken op basis van de maandelijkse pensioengrondslag.Dit is het verschil tussen het pensioengevend maandsalaris en het product van een twaalfde vande franchise en deeltijdfactor.Het pensioengevend maandsalaris is gelijk aan de som van het vaste genoten maandsalarisinclusief de aan de desbetreffende maand toe te rekenen vakantie-uitkering, de 13de maand enindien van toepassing de 4.2-toeslag en de pensioengevende toeslagen die door de deelnemerin de desbetreffende maand zijn genoten.De franchise is het fiscaal minimale bedrag behorend bij een opbouwpercentage van 2,15%,tenzij het bestuur op grond van hetgeen in de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>-CAO is bepaald, anders beslist.Per 1 januari 2009 bedraagt de franchise € 11.407.De opbouwpercentages voor het ouderdomspensioen en voor het partnerpensioen zijn respectievelijk2,15% en 1,505% van de maandelijkse pensioengrondslag.Overlijdt de deelnemer vóór de pensioendatum, dan wordt het partnerpensioen vastgesteld alsofde deelnemer tot de pensioenrichtleeftijd in dienst zou zijn geweest.Het wezenpensioen dat op risicobasis is verzekerd, is 20% van het partnerpensioen en wordtuitgekeerd tot het kind 21 jaar wordt.De feitelijke pensioendatum kan op verzoek van de (gewezen) deelnemer onder actuariëleherrekening worden vervroegd, op zijn vroegst naar de 57-jarige leeftijd. Indien de werkgeverhiermee instemt, is ook uitstel mogelijk, tot maximaal de 70-jarige leeftijd.Op de pensioendatum heeft de deelnemer de volgende keuzemogelijkheden:• uitruil van partnerpensioen in een hoger ouderdomspensioen en vice versa;• deeltijdpensioen;• de mogelijkheid om het ouderdomspensioen in hoogte te laten variëren.11


verslag van het bestuurWijzigingen in het pensioenreglementHet pensioenreglement is op 19 juni <strong>2008</strong> gewijzigd. Wanneer het deelnemerschap wordt beëindigden de deelnemer heeft geen partner, dan blijft het opgebouwde partnerpensioen staan.Het wordt dan niet, zoals voorheen, omgezet in extra ouderdomspensioen. Heeft de gewezendeelnemer op de pensioeningangsdatum geen partner, dan wordt het partnerpensioen op datmoment alsnog omgezet in extra ouderdomspensioen.ToeslagverleningDe pensioenrechten en -aanspraken worden met inachtneming van de toeslagruimte jaarlijks perpeildatum (1 april) aangepast met de procentuele ontwikkeling van de consumentenprijsindex(CPI) voor alle huishoudens, zoals vastgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek overde periode januari - januari, tenzij het bestuur anders beslist.Deze voorwaardelijke toeslagverlening, waarvoor geen bestemmingsreserve is gevormd, wordtgefinancierd uit toekomstige premies en/of overrendementen.Indien in enig jaar de toeslag niet of niet volledig is toegekend, kan dit in de daarop volgendejaren alsnog (gedeeltelijk) worden ingehaald. Toekenning van deze zogenaamde inhaaltoeslagmag niet tot gevolg hebben dat er een reservetekort ontstaat dan wel dat het reservetekortgroter wordt. Het pensioenfonds financiert de inhaaltoeslagen uit het eigen vermogen. De werkgeveris voor deze inhaaltoeslagen geen premies verschuldigd.In april <strong>2008</strong> werd de stijging van de prijsindex over de periode januari 2007 - januari <strong>2008</strong> van2% volledig toegekend. Er zijn geen achterstanden in de toeslagverlening tot en met <strong>2008</strong>.Het pensioenfonds behoudt zich het recht voor om het toeslagbeleid conform de bepalingenuit de statuten aan te passen. Toekomstige wijzigingen zijn bindend voor alle pensioen- en aanspraakgerechtigdenvan het pensioenfonds.CommunicatieDe in 2007 geformuleerde communicatiedoelstellingen waren in <strong>2008</strong> nog steeds actueel.Het bestuur heeft de volgende vier doelstellingen voor het communicatiebeleid vastgesteld:• de informatie moet voldoen aan de wettelijke vereisten. Een belangrijke wet in dit kader is dePensioenwet;• alle pensioen- en aanspraakgerechtigden dienen te allen tijde op basis van kennis en informatievolledig inzicht te hebben in hun pensioensituatie;• alle deelnemers kunnen op een verantwoorde wijze beslissingen (inzake hun oudedagsvoorziening)nemen;• alle deelnemers worden niet verrast door de hoogte van de uiteindelijke pensioenrechten of derisico’s die aan hun pensioenregeling zijn verbonden.Op basis van deze doelstellingen is een communicatieplan opgesteld. Alle daarin opgenomenactiepunten zijn gerealiseerd. In <strong>2008</strong> is de telefonische helpdesk gestart met het proactiefbenaderen van de bijna gepensioneerden. Met behulp van de Pensioenplanner konden de bijnagepensioneerden hun pensioenkeuzes optimaliseren.De Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen heeft deze aanpak als aansprekend voorbeeldvan pensioencommunicatie opgenomen in haar in november <strong>2008</strong> gepubliceerde rapport metbest practices voor effectievere pensioencommunicatie.Eind <strong>2008</strong> heeft TNS NIPO een onderzoek uitgevoerd, als vervolg op een onderzoek van eind2006. Doel was om naast de tevredenheid over de communicatie ook de effectiviteit vanbepaalde communicatie-uitingen vast te stellen. TNS NIPO constateerde een lichte verbeteringvan de tevredenheid ten opzichte van het eerdere onderzoek. De attentiewaarde onder dejongere deelnemers blijft gering.De uitkomsten van dit onderzoek zijn gebruikt bij het opstellen van het communicatieplan voor2009.12


Klachten en geschillenAlle verzoek-, klaag- en bezwaarschriften worden door het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> pensioenbureau afgehandeld.Eén keer per jaar controleren de voorzitter en de secretaris van het bestuur van hetpensioenfonds de wijze van afdoening. In <strong>2008</strong> zijn drie verzoekschriften, twee klaagschriftenen één bezwaarschrift ingediend. Met uitzondering van één klaagschrift is op alle ingediendegeschriften afwijzend gereageerd.Indien een afgewezen bezwaarschrift betrekking heeft op de uitvoering van het pensioenreglementkan de aanspraak- of pensioengerechtigde binnen zes weken na de beslissing beroepinstellen bij de Commissie van Beroep. De Commissie van Beroep is samengesteld uit één werkgevers-en één werknemerslid van het bestuur die gezamenlijk een - externe - derde aanwijzen.De hiervoor aangegeven mogelijkheid tot het instellen van beroep bestaat sinds 18 juli <strong>2008</strong>. Nauitspraak van de Commissie van Beroep bestaat de mogelijkheid de Ombudsman Pensioenenom bemiddeling te vragen. Wanneer bemiddeling door de Ombudsman Pensioenen niet resulteertin de oplossing van het geschil is er de mogelijkheid van arbitrage. In <strong>2008</strong> werd geenberoep ingesteld bij de Commissie van Beroep.ProceduresIn het jaarverslag over 2007 werd gewag gemaakt van een hoger beroep dat een ex-medewerkerhad ingesteld tegen een afwijzend vonnis van de kantonrechter. Dit hoger beroep is ingetrokken.Er loopt op dit moment één procedure tegen het pensioenfonds en <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. bij derechtbank Amsterdam (sector kanton). Het betreft een geschil met een gewezen deelnemer overin het bijzonder de toetredingsleeftijd tot het pensioenfonds. Het pensioenfonds verwacht niet,mocht de eis van betrokkene worden toegewezen, dat er schade van enige omvang voor hetpensioenfonds uit kan voortvloeien.BestandsverloopIn <strong>2008</strong> is het aantal actieve deelnemers teruggelopen met 2.940. De oorzaak is het grote aantaldeelnemers dat uit dienst is getreden, terwijl er relatief weinig nieuwe toetredingen zijn geweest.Het aantal gewezen deelnemers nam toe met 1.631 en het aantal pensioengerechtigden steegmet 566.Ontwikkeling aantal verzekerden in <strong>2008</strong>Deelnemers Gewezen Pensioen- Ouderdoms- Partner Wezendeelnemersgerechtigden pensioen pensioen pensioenStand eind 2007 27.057 36.781 16.624 11.155 5.101 368Nieuwe toetredingen 698 - - - - -Samenvoeging - -28 - - - -Premievrij geworden -3.083 3.083 - - - -Waardeoverdracht - -912 - - - -Afkoop - -198 -56 -33 -11 -12Ingang pensioen -539 -438 1.322 934 306 82Overlijden -42 -97 -627 -379 -248 -Afkoop - - -81 - - -81Echtscheiding - 327 - - - -Andere oorzaken 26 -106 8 5 -3 6Saldo mutaties -2.940 1.631 566 527 44 -5Stand eindeboekjaar 24.117 38.412 17.190 11.682 5.145 36313


verslag van het bestuurFinanciënPremieIn zijn premiebeleid houdt het pensioenfonds rekening met het toeslagbeleid. Daartoe is er in dekostendekkende premie een opslag voor toekomstige voorwaardelijke toeslagen opgenomen.Conform de uitvoeringsovereenkomst (zie Overige gegevens) is de werkgever jaarlijks de kostendekkendepremie aan het pensioenfonds verschuldigd. Deze kostendekkende premie bestaat uit:• de kosten van inkoop van pensioenrechten;• een solvabiliteitsopslag;• een opslag voor toekomstige voorwaardelijke toeslagen;• een opslag voor de kosten van premievrijstelling wegens arbeidsongeschiktheid;• een opslag voor toekomstige excassokosten;• een opslag voor de jaarlijkse uitvoeringskosten.De opslag voor de jaarlijkse uitvoeringskosten is in <strong>2008</strong> voor het eerst opgenomen. Tot en met2007 betaalde de werkgever deze kosten. In <strong>2008</strong> zijn het pensioenfonds en de werkgever eennieuwe uitvoeringsovereenkomst overeengekomen. Daarin is afgesproken dat de werkgeverjaarlijks een forfaitair bedrag betaalt aan het pensioenfonds ter dekking van de jaarlijkse uitvoeringskosten.Als de werkelijke jaarlijkse uitvoeringskosten hoger of lager zijn dan het forfaitairebedrag, komt het resultaat ten laste of gunste van het pensioenfonds. In <strong>2008</strong> bedroeg hetforfaitaire bedrag € 42 miljoen.Afgelopen jaar bedroeg de kostendekkende premie inclusief forfaitaire kostenopslag € 263miljoen.Technische voorzieningenIn 2006 is de AG Prognosetafel 2005-2050 geïntroduceerd. Deze overlevingstafel houdt rekeningmet een stijgende levensverwachting. Om administratief-technische reden werden in 2006 en2007 de technische voorzieningen (voorheen voorziening pensioenverplichtingen) berekend opbasis van de verouderde overlevingstafel gbm/v 1995-2000, waarna een opslag langleven werdbepaald, zodat de technische voorzieningen gelijkwaardig waren aan de technische voorzieningenberekend met de AG Prognosetafel 2005-2050.De programmatuur is inmiddels aangepast, zodat het pensioenfonds vanaf <strong>2008</strong> de actuariëleanalyse kan maken op basis van de AG Prognosetafel 2005-2050. Bovenop deze overlevingstafelwordt evenals bij de overlevingstafel gbm/v 1995/2000 gecorrigeerd voor ervaringssterfte, opbasis van sterftecijfers over de jaren 2005 en 2006 van twaalf grote Nederlandse pensioenfondsen.De overgang op een andere sterftetafel heeft, door de opslag langleven factor die voorheenwerd gehanteerd, geen gevolgen voor de hoogte van de technische voorzieningen.De technische voorzieningen in het jaar <strong>2008</strong> zijn gestegen van € 6.480 miljoen naar € 8.279miljoen. Deze forse stijging wordt in belangrijke mate veroorzaakt door een sterke daling van demarktrente in <strong>2008</strong>, van 4,85% naar 3,55%.Vermogenspositie pensioenfondsHet pensioenvermogen is in het verslagjaar met € 215 miljoen afgenomen tot € 8.800 miljoen.Doordat daarnaast de technische voorzieningen gestegen zijn met € 1.799 miljoen, is de vermogenspositievan het pensioenfonds aanzienlijk achteruit gegaan: het eigen vermogen daalde van€ 2.536 miljoen naar € 521 miljoen.Het minimaal vereiste eigen vermogen was eind <strong>2008</strong> € 348 miljoen. Het vereiste eigen14


vermogen bedroeg € 474 miljoen. Er was dus geen dekkingstekort en geen reservetekort.Het pensioenfonds heeft eind <strong>2008</strong> geen reservetekort omdat de daling van het pensioenvermogenrelatief beperkt is gebleven én het vereist eigen vermogen sterk gedaald is. De sterkedaling van het vereist eigen vermogen is het gevolg van het beleggingsbeleid in <strong>2008</strong>, dat eensignificante verschuiving naar defensieve beleggingen inhield. Bij die meer defensieve opstellinghoort een lager niveau voor het vereist eigen vermogen.herverzekeringenDe pensioenen worden in beginsel niet herverzekerd. De aan pensioenen inherente risico’s,waaronder beleggings-, kortleven-, langleven- en arbeidsongeschiktheidsrisico’s, komen daardoorvrijwel geheel voor rekening van het pensioenfonds. De post ‘Herverzekeringsdeel technischevoorzieningen’ op de balans betreft de in het verleden aan het pensioenfonds gecedeerdeindividuele en collectieve pensioenpolissen.Baten en lastenHet negatieve saldo van de baten en lasten over <strong>2008</strong> bedroeg € 2,0 miljard, voornamelijk veroorzaaktdoor de toename van de technische voorzieningen met € 1,8 miljard en het negatievesaldo van de directe en indirecte beleggingsresultaten van € 162 miljoen.Ontwikkeling van de dekkingsgraadDe pensioenverplichtingen worden gewaardeerd op marktwaarde. De daling van de marktrentein <strong>2008</strong> resulteerde in een hogere waarde van de technische voorzieningen. Daarnaast daaldehet pensioenvermogen, met als gevolg dat de dekkingsgraad is afgenomen.Ontwikkeling dekkingsgraadVERDELING MATCHING / RETURN PORTEFEUILLE EN ONTWIKKELING DEKKINGSGRAAD145%140%135%130%125%120%115%110%105%100%dec-07jan-08feb-08mrt-08apr-08mei-08jun-08jul-08aug-08sep-08okt-08nov-08dec-08VERDELING MATCHING / RETURN PORTEFEUILLE EN ONTWIKKELING DEKKINGSGRAADMatchingportefeuilleReturnportefeuilleDekkingsgraad100908070605040302010145%140%135%130%125%120%115%15110%105%


verslag van het bestuurDe dekkingsgraad is in het verslagjaar gedaald van 139% naar 106%.Deze afname is het resultaat van de volgende effecten:+1 % premie;+2 % uitkeringen;-9 % stijging verplichtingen door rentetoevoeging en toeslagverlening;-27% stijging technische voorzieningen als gevolg van daling marktrentevan 4,85% naar 3,55%;+18% rendement obligaties en rentederivaten;-20% rendement zakelijke waarden;+2 % overig.Ontwikkelingen van de laatste vijf jarenUit de kerncijfers (pagina 7) blijkt dat het aantal actieve deelnemers afgelopen jaar met 2.940 isafgenomen. Tegelijkertijd steeg het aantal gewezen deelnemers met 1.631 en het aantalpensioengerechtigden met 566.De premie in <strong>2008</strong> is hoger dan in 2007 doordat de jaarlijkse uitvoeringskosten (in <strong>2008</strong>€ 42 miljoen) in de premie inbegrepen zijn. Zonder rekening te houden met deze kosten, is depremie de afgelopen jaren gedaald. De oorzaak hiervan is de daling van het aantal actieve deelnemersen de rentestijging in de periode 2005 tot en met 2007. De rentes eind 2005, 2006 en2007 waren respectievelijk 3,7%, 4,26% en 4,85%. De premies worden berekend op basis vande grondslagen aan het eind van het voorafgaande boekjaar.De stijging van de technische voorzieningen in <strong>2008</strong> wordt veroorzaakt door de sterke daling vande marktrente. De rente die voor de berekening van de technische voorzieningen wordt gehanteerd,bedroeg in ultimo 2006, 2007 en <strong>2008</strong> respectievelijk 4,26%, 4,85% en 3,55%.De dekkingsgraad houdt alleen rekening met de nominale verplichtingen, dus zonder toekomstigetoeslagverlening. De technische voorzieningen en de dekkingsgraad kunnen ook berekendworden onder de vooronderstelling dat in de toekomst volledige toeslagverlening plaatsvindt.In dat geval en uitgaande van de break-even inflatie (ultimo <strong>2008</strong> ongeveer 1,98%) bedragen detechnische voorzieningen € 11.827 miljoen. Tezamen met het pensioenvermogen van € 8.800miljoen volgt hieruit een reële dekkingsgraad van 74%. De reële dekkingsgraad geeft aan welkpercentage van de volledig geïndexeerde toekomstige uitkeringen in de huidige financiële positieen marktomstandigheden risicoloos ingekocht kunnen worden.16


BeleggingenSamenvatting<strong>2008</strong> was een dramatisch jaar voor de financiële markten. De MSCI World daalde met maar liefst38%. Dat is het laagste jaarrendement sinds deze aandelenindex wordt gepubliceerd (1970).Voor pensioenfondsen vielen deze uitzonderlijk lage rendementen op aandelen samen met eenforse daling van de rente waardoor de waarde van de verplichtingen met ca. 27% toenam. Ookdat is een uitzonderlijk grote uitslag. Voor het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> heeft dit geresulteerdin een negatief beleggingsrendement van 1,6% en een daling van de dekkingsgraad van 139%naar 106%.In 2007 is ervoor gekozen om begin <strong>2008</strong> het renterisico voor de helft af te dekken en de helftvan het vermogen te beleggen in zakelijke waarden. Tevens is toen besloten een dynamischbeleggingsbeleid te voeren. Dit beleid voorzag in verkoop van zakelijke waarden en verdereafdekking van het renterisico bij een dalende dekkingsgraad. Als gevolg van dit beleid is gedurende<strong>2008</strong> een fors deel van de zakelijke waarden verkocht en is het renterisico verder teruggebracht.Zou er een traditioneel beleid gevoerd zijn waarbij de beleggingsmix gedurende hetjaar niet was bijgesteld dan was de dekkingsgraad per eind december nog circa 10 procentpuntlager uitgekomen.Het rendement op de interne benchmark bedroeg 2%. Met een rendement van -1,6% is hetportefeuillerendement 3,6% achtergebleven bij de benchmark.BeleggingsbeleidHoofdlijnenOm de beoogde pensioenuitkeringen op korte en lange termijn veilig te stellen, ziet het bestuurhet als zijn taak de toevertrouwde middelen te beleggen op een wijze die voldoet aan de beginselenvan veiligheid, kwaliteit en risicodiversificatie.Uitgangspunt bij het vaststellen van de beleggingsportefeuille is de aard en omvang van de verplichtingenvan het pensioenfonds en het beschikbare risicobudget. Het pensioenfonds voldoetaan de eisen die de pensioenwetgeving stelt aan beleggingen.Het bestuur bepaalt het beleggingsbeleid op basis van ALM-studies, alsmede op basis van deadviezen van de bestuurscommissie beleggingen, het pensioenbureau en eventueel adviesbureaus.Het beleggingsproces is als volgt schematisch weer te geven.1. Strategischemix2. Beleggingscategorieën3. Benchmark 4. Beleggingsmandaten8. Evalueren enaanpassen7. Bewaken 6. Implementatie 5. Vermogensbeheerders17


verslag van het bestuurHet bestuur laat jaarlijks een op Asset Liability Management (ALM) gebaseerde studie uitvoerenter ondersteuning van het vaststellen van het strategisch beleggingsbeleid. In de zomer van2007 is voor een nieuw strategisch beleggingsbeleid gekozen, dat in <strong>2008</strong> geïmplementeerd is.Dit nieuwe beleggingsbeleid is een dynamisch rebalancing beleid. De beleggingsportefeuille issindsdien opgedeeld in een matchingportefeuille (de ’oude’ vastrentende portefeuille, die eenandere benchmark heeft gekregen, te weten het rendement op de verplichtingen) en een returnportefeuille(alle portefeuilles exclusief vastrentende waarden). Doelstelling van deze indeling ishet maken van een heldere verdeling tussen een portefeuille die gericht is op het minimaliserenvan het risico en een portefeuille die gericht is op het behalen van een overrendement.Belangrijk uitgangspunt van het nieuwe strategisch beleggingsbeleid is dat de verdeling tussende matchingportefeuille en de returnportefeuille afhankelijk is van de dekkingsgraad. Op voorafvastgestelde momenten in <strong>2008</strong> werd vastgesteld wat de dekkingsgraad was en wat de verdelingtussen de beide portefeuilles bij deze dekkingsgraad behoorde te zijn. Wanneer de verdelingin de beleggingsportefeuille afweek van de beoogde verdeling, vond er een rebalancing plaats.De in <strong>2008</strong> gehanteerde regel voor rebalancingDekkingsgraad % matching- Bandbreedte % return- Bandbreedteportefeuilleportefeuille0% - 120% 90% 85% - 95% 10% 5% - 15%140% - 145% 50% 45% - 55% 50% 45% - 55%> 170% 30% 25% - 35% 70% 65% - 75%Bij een dekkingsgraad tussen 120% en 140% én tussen 145% en 170% wordt lineair geïnterpoleerdtussen de grenswaarden.Indien toepassing van bovenstaande regel er toe leidt dat de indexatie-ambitie naar verwachtingniet kan worden waargemaakt, wordt de regel voor de verdeling over de returnportefeuille ende matchingportefeuille zodanig aangepast dat het beleggingsbeleid weer in overeenstemmingis met de indexatie-ambitie. Eventuele beslissingen tot aanpassing van de regel vinden plaatstijdens de jaarlijkse herijking van het strategische beleggingsbeleid.Voor het uitvoeren van de rebalancing zijn twee vermogensbeheerders gecontracteerd. Deuitgevoerde rebalancings zijn zowel fysiek als synthetisch geïmplementeerd. Fysiek door hetaan- en verkopen van stukken van de onderliggende beleggingsportefeuilles, synthetisch doorhet aan- en verkopen van derivaten zoals interest rate swaps en futures.MatchingportefeuilleMet de introductie van de onderverdeling in een matchingportefeuille en een returnportefeuilleheeft de ’oude’ vastrentende portefeuille, die nu matchingportefeuille is geworden, een anderebenchmark gekregen. In het verleden bestond de benchmark voor de vastrentende portefeuillevoor 80% uit de Citigroup Euro Government Bond Index en voor 20% uit de Citigroup Worldex-Euro Government Bond Index. De karakteristieken van deze benchmark komen niet meerovereen met de beoogde karakteristieken van de matchingportefeuille. De nieuwe benchmarkvoor deze portefeuille is derhalve het rendement van de verplichtingen. Dit wordt berekend doorde geprognosticeerde uitkeringen te disconteren met de DNB rentetermijnstructuur.Tevens is, als gevolg van een bestuursbesluit van eind 2007, de matchingportefeuille in beheergegeven bij drie verschillende vermogensbeheerders. Naast de bestaande beheerder zijn tweeadditionele managers aangesteld voor het beheer van een deel van de matchingportefeuille.In de matchingportefeuille maken de vermogensbeheerders veelvuldig gebruik van derivaten.Het gaat hierbij met name om interest rate swaps die worden gebruikt om de benchmark vande verplichtingen zo goed mogelijk te repliceren. De benchmark van de verplichtingen heeft18


VERDELING MATCHING / RETURN PORTEFEUILLE EN ONTWIKKELING DEKKINGSGRAAD145%140%135%130%125%120%115%110%105%100%een duration van ongeveer 17 jaar. Dit komt doordat er nog tot ver in de toekomst uitkeringenvan het pensioenfonds zijn waardoor de gemiddelde looptijd van deze uitkeringen hoog is. Hetis beperkt mogelijk om voor deze zeer lange looptijden obligaties te kopen. Derhalve wordt hetrepliceren van de benchmark met behulp van interest rate swaps gedaan.ReturnportefeuilleDe returnportefeuille bestaat uit de beleggingscategorieën aandelen, onroerend goed engrondstoffen met de hierna beschreven karakteristieken. Doelstelling van deze portefeuille ishet behalen van overrendement ten opzichte van het rendement van de verplichtingen. Hetpensioenfonds gebruikt dit overrendement voor de financiering van toekomstige indexaties.dec-07jan-08feb-08mrt-08Verdeling matching- / returnportefeuille en ontwikkeling dekkingsgraad in <strong>2008</strong>apr-08mei-08jun-08VERDELING MATCHING / RETURN PORTEFEUILLE EN ONTWIKKELING DEKKINGSGRAADjul-08aug-08sep-08okt-08nov-08dec-08MatchingportefeuilleReturnportefeuilleDekkingsgraad100145%90140%807060504030135%130%125%120%115%20110%10105%0dec-07jan-08feb-08mrt-08apr-08mei-08jun-08jul-08aug-08sep-08okt-08nov-08dec-08100%ONDERLIGGENDE CIJFERS DEKKINGSGRAADVERLOOP PENSIOENFONDS140135130125120115110105100dec-07jan-08feb-08mrt-08apr-08mei-08jun-08jul-08aug-08sep-08okt-08nov-08dec-0819


verslag van het bestuurVerdeling en deelbenchmarks van de returnportefeuilleCategorie neutrale positie Benchmark(als % van dereturnportefeuille)Aandelen ontwikkelde 35% MSCI World aangepast *markten passiefnet dividendAandelen ontwikkelde 35% 50% MSCI World en 50%markten actiefMSCI World hedgednet dividendAandelen opkomende markten 10% MSCI Emerging MarketsOnroerend goed 10% Onroerend goed portefeuilleGrondstoffen 10% S&P GSCI* MSCI World aangepast: 50% MSCI Europe, 30% MSCI North America, 20% MSCI AsiaBeleid ten aanzien van derivatenDerivaten vormen, als afgeleide beleggingsinstrumenten, geen aparte beleggingscategorie. Devermogensbeheerder van een beleggingsmandaat mag van derivaten gebruik maken voor zoverdit past binnen het beleggingsbeleid en binnen de gestelde beleggingsrestricties. Dit gebeurtop grote schaal omdat de vermogensbeheerders dankzij de derivaten de benchmark efficiënterkunnen repliceren.ValutabeleidValutarisico’s in de mandaten vastrentende waarden, aandelen passief en groei-aandelenworden door middel van een overlaystructuur afgedekt. Hierbij heeft de manager van de valutaoverlaybeperkte ruimte om actief valutabeleid te voeren. De valutarisico’s in de waardeaandelenmandatenworden binnen de desbetreffende mandaten afgedekt. De vermogensbeheerdershebben een beperkte ruimte om actief valutabeleid te voeren. De valutarisico’s van de beleggingenin emerging markets worden niet afgedekt.StembeleidHet stembeleid van het pensioenfonds is afgestemd op de door het bestuur aanvaarde corporategovernance principles. Het pensioenfonds stemt op de vergaderingen van aandeelhouders vanin Nederland en in het buitenland gevestigde en beursgenoteerde vennootschappen.De uitvoering van het stembeleid werd voor de gehele portefeuille in de eerste helft van <strong>2008</strong>verzorgd door de afdeling Corporate governance & sustainable development van <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>Asset Management. In de tweede helft van het jaar heeft ISS, een gespecialiseerd voting servicebureau,de uitvoering van het stemmen verzorgd.Het pensioenfonds heeft in <strong>2008</strong> op circa 60 aandeelhoudersvergaderingen van merendeelsNederlandse ondernemingen gestemd. Voor een uitgebreide analyse van de wijze waarop isgestemd, wordt verwezen naar de website van het pensioenfonds. Het pensioenfonds publiceertop zijn website aan het einde van elk kwartaal het feitelijke stemgedrag per agendapunt van elkeaandeelhoudersvergadering waarin het pensioenfonds zijn stem uitbrengt.Ontwikkelingen in <strong>2008</strong>De dekkingsgraad is als gevolg van de extreem slechte marktomstandigheden in de loop van<strong>2008</strong> fors gedaald. Invoering van het nieuwe dynamische rebalancing beleid heeft ertoe geleiddat het pensioenfonds het belang in de returnportefeuille gedurende het jaar significant heeft20


afgebouwd ten faveure van de matchingportefeuille. Daarmee is sinds maart <strong>2008</strong> zowel degevoeligheid voor dalende aandelenmarkten als de gevoeligheid voor een dalende rente belangrijkverminderd. Dankzij deze dynamische rebalancing is een nog grotere daling van de dekkingsgraadvoorkomen. Het gevolg daarvan is wel dat de beleggingsportefeuille momenteel zeerdefensief is. De verdeling op jaareinde bedraagt 84,1% in de matchingportefeuille en 15,9% inde returnportefeuille. Dit is in lijn met de beoogde verdeling behorende bij de dekkingsgraad opjaareinde. Bij een ongewijzigde beleggingsmix zal het pensioenfonds slechts beperkt profiterenvan een eventueel herstel van de aandelenmarkten en/of een stijging van de lange rente.Half september heeft het bestuur in de jaarlijkse workshop strategisch beleggingsbeleid hetingezette beleid herijkt. Naar aanleiding van deze workshop is besloten het beleid grotendeels tecontinueren. De enige aanpassing betreft het besluit tot volledige afdekking van het renterisico.Aan het einde van het jaar is besloten de workshop strategisch beleggingsbeleid op 3 maart2009 opnieuw te houden. De aanleiding hiervoor zijn de ontwikkeling in de financiële markten,de introductie van het toeslaglabel en de oproep van AFM om de vaststelling van het toeslagenlabelte baseren op een continuïteitsanalyse met als peildatum 31 december <strong>2008</strong>. De uitkomstvan de workshop strategisch beleggingsbeleid bepaalt het toeslagenlabel.NPN AwardHet bestuur heeft eind oktober <strong>2008</strong> de NPN Award ontvangen voor het pensioenfondsmet het ’best practice beleggingsbeleid voor pensioenfondsen > 3 miljard Euro’.De award is toegekend voor de innovatieve wijze waarop het bestuur tot de keuze vanhet strategisch beleggingsbeleid komt (zie de hierboven beschreven workshop strategischbeleggingsbeleid).Het bestuur heeft zich in <strong>2008</strong> gebogen over het vraagstuk actief versus passief beleggen.Naar aanleiding van een uitgebreide analyse van dit onderwerp is in de tweede helft van <strong>2008</strong>besloten heldere, objectieve criteria vast te stellen op basis waarvan wordt getoetst of er actiefdan wel passief belegd wordt in een specifieke beleggingscategorie. Tevens zijn vergelijkbarecriteria vastgesteld op basis waarvan gecontracteerde vermogensbeheerders worden beoordeeldop de mate waarin ze toegevoegde waarde leveren. In het najaar van <strong>2008</strong> heeft een eerstetoets op basis van de overeengekomen criteria plaatsgevonden, waarna het bestuur heeftbesloten afscheid te nemen van een aantal vermogensbeheerders. Deze vermogensbeheerderszijn, als gevolg van de rebalancing tussen de matchingportefeuille en de returnportefeuille,niet vervangen.In <strong>2008</strong> is veel aandacht besteed aan risicomanagement. Zo is aan het begin van het jaar, metname als gevolg van de eerder genoemde toename in het gebruik van derivaten, een analysegemaakt van tegenpartijrisico en van de wijze waarop collateral management is ingericht.Verder is halverwege het jaar besloten volledig te stoppen met het uitlenen van stukken uit deportefeuille. In 2007 was reeds besloten om dit uitlenen, het zogenaamde securities lending, tebeperken door niet langer uit te lenen op basis van cash collateral. De motivatie om in <strong>2008</strong> volledigte stoppen was dat de drie lagen van bescherming, die onder normale omstandigheden bijsecurities lending aanwezig zijn, bij extreme marktomstandigheden zoals in het afgelopen jaaronder grote druk komen te staan. Het gaat hierbij om de keuze van de tegenpartij, de counterpartyindemnification van de custodian en het collateral management.Tot slot worden alle vermogensbeheerders die een actief mandaat beheren nadrukkelijk beoordeeldop het omgaan met het hen toebedeelde risicobudget in de vorm van de tracking error.De beleggingsportefeuille heeft niet direct geleden onder de kredietcrisis doordat niet belegdwas in de zogenaamde ’subprime’ hypotheekbeleggingen en de hieraan gerelateerde gestructureerdebeleggingen. Indirect heeft de kredietcrisis wel een zeer grote invloed gehad, door dedalende aandelenkoersen en grondstoffenprijzen.21


verslag van het bestuurDe wijze waarop de beleggingsresultaten worden gemeten en gepresenteerd is in het verslagjaarveranderd. Er is een nieuwe externe specialist gecontracteerd die onder andere verantwoordelijkis voor het meten van de beleggingsresultaten, de attributieanalyse en het maken vanperiodieke rapportages. Dankzij deze wijziging is er nu een maandelijkse rapportage beschikbaardie op verschillende niveaus inzicht geeft in de ontwikkeling van de beleggingen ten opzichtevan de verplichtingen en de ontwikkeling van de beleggingsportefeuille.Verantwoord beleggenNadat het bestuur eind 2007 zijn visie en beleid ten aanzien van verantwoord beleggen hadvastgesteld is in <strong>2008</strong> begonnen met de implementatie ervan. Met drie verschillende strategieëngeeft het bestuur hieraan concreet invulling. Het gaat hierbij om uitsluiten, stemmen en hetintegreren van criteria die inzicht geven in verantwoord beleggen in het aandelenselectieproces.Op de website wordt periodiek gerapporteerd over de ontwikkelingen bij het pensioenfonds ophet gebied van verantwoord beleggen.BeleggingsresultaatDe beleggingsportefeuille behaalde in <strong>2008</strong> een totaal rendement van -1,6%. Het rendementbestaat uit een positief rendement van 21,7% op de matchingportefeuille en een negatief rendementvan 42% op de returnportefeuille. Het hoge absolute rendement in de matchingportefeuilleis te danken aan de sterk gedaalde rente. Binnen de returnportefeuille lieten alle categorieën,met uitzondering van onroerend goed, negatieve rendementen zien.Met het rendement van -1,6% is de portefeuille 3,6% achtergebleven bij de intern gehanteerdebenchmark. Deze benchmark bestaat uit de relevante indices voor de matchingportefeuille,aandelen, onroerend goed en grondstoffen die de strategische asset allocatie van het pensioenfondsreflecteren. Er was sprake van een underperformance in zowel de matchingportefeuille alsde returnportefeuille.Het beleggingsresultaat van het pensioenfonds dient beoordeeld te worden in samenhang metde waardeontwikkeling van de verplichtingen in dezelfde periode. De waardeontwikkeling vande beleggingen dient bij te dragen aan een goede ontwikkeling van de dekkingsgraad van hetpensioenfonds. Daarom stemt het bestuur het beleggingsbeleid mede af op de structuur en demogelijke waardeontwikkeling van de verplichtingen. Doel daarbij is om op langere termijn eenbeleggingsrendement te behalen dat hoger is dan het rendement op de verplichtingen, zonderdaarbij disproportionele risico’s te nemen. Het rendement op de verplichtingen is hierbij gedefinieerdals de waardeverandering van de verplichtingen als gevolg van de rentetoevoeging in eenjaar en de verandering in de marktrente waartegen de geprognosticeerde uitkeringen wordengedisconteerd. In <strong>2008</strong> nam de waarde van de verplichtingen toe met 27%. Deze waardestijgingis grotendeels te wijten aan de daling van de marktrente gedurende het jaar. De beleggingsportefeuilleheeft deze waardeontwikkeling niet kunnen bijhouden. Dit komt voornamelijk doordatslechts een deel van de portefeuille was belegd in de matchingportefeuille, die de waardeontwikkelingvan de verplichtingen volgt. De mate waarin gealloceerd is naar deze portefeuille iswel toegenomen van 50% eind 2007 naar 85% eind <strong>2008</strong>. Deze verandering in de allocatie heefteen positieve bijdrage geleverd aan het resultaat. Zonder deze wijziging zou de dekkingsgraadvan het pensioenfonds circa 10% lager zijn geweest.22


Absolute en relatieve resultaten voor de matching- en de returnportefeuilleOnderdeel Benchmark resultaat Resultaat Out- of under- % van deportefeuille benchmark performance portefeuille(eind <strong>2008</strong>)Totaal beleggings- Samenstelling van -1,6% 2,0% -3,6%portefeuillerelevante indicesmatching- enreturnportefeuilleMatching- Benchmark van de 21,7% 25,8% -4,1% 84,1%portefeuille verplichtingen *Returnportefeuille Samenstelling -42,0% -38,1% -3,9% 15,9%van relevanteindices voorreturnportefeuille* Verplichtingen benchmark: de geprognosticeerde uitkeringen van het pensioenfonds gedisconteerd tegen deDNB rentetermijnstructuurMatchingportefeuilleDe matchingportefeuille is met een rendement van 21,7% achtergebleven bij de bijbehorendebenchmark. De underperformance bedraagt 4,1%. Een deel van de underperformance isveroorzaakt doordat er sprake is van een nieuwe benchmark voor het rendement op de verplichtingen.Deze nieuwe benchmark, die aan de vermogensbeheerders is gegeven, is zeer moeilijkte verslaan doordat het niet mogelijk is om deze benchmark risicoloos in de markt te kopen. Infeite dient de manager de markt te verslaan om het rendement op de benchmark bij te houden.Aanvankelijk was dit slechts in beperkte mate het geval. In de loop van <strong>2008</strong> is dit probleem alsgevolg van het oplopen van de spreads tussen Euribor en de risicovrije rentevergoeding op cashverergerd. Het is de vermogensbeheerders niet gelukt om dit verschil, middels actief beheer,goed te maken.Met een gerealiseerde tracking error van 1% zijn de beheerders ruim binnen het beschikbarerisicobudget van 2% gebleven.ReturnportefeuilleDe returnportefeuille heeft een rendement behaald van -42,0% en is daarmee 3,9% achtergeblevenbij de benchmark. Dit is vooral veroorzaakt door een forse underperformance op deactief beheerde portefeuilles van aandelen ontwikkelde markten.AandelenOp de aandelenportefeuille is een negatief rendement van 39,6% behaald. Hiermee heeft deportefeuille de benchmark met 0,2% verslagen. De vier onderdelen waaruit deze portefeuillebestaat, laten verschillende absolute en relatieve resultaten zien.De passief beheerde aandelenportefeuille, met als doelstelling het behalen van een risicorendementsprofielvergelijkbaar met een aangepaste MSCI World Net dividend, heeft in <strong>2008</strong>een rendement behaald van -34,7% (2007: 0,4%). Deze aangepaste MSCI World bestaat uitcirca 50% MSCI Europe, 30% MSCI North America en 20% MSCI Asia.Hoewel dit mandaat geen outperformancedoelstelling heeft, is als gevolg van het verschil individendbelastingdruk tussen het pensioenfonds en de benchmark, herbeleggingen, wijzigingen23


verslag van het bestuurin de samenstelling van de MSCI en valutaresultaten, een outperformance van 3,8 procentpuntbehaald.De portefeuille groei-aandelen wist in <strong>2008</strong> de relevante benchmark niet te verslaan. Met eenrendement van -46% bedroeg de underperformance 8,3 procentpunt ten opzichte van de benchmarkde MSCI World Net dividend. De tracking error over <strong>2008</strong> bedroeg 4,8%.De belegging in waardeaandelen daalde in <strong>2008</strong> ook flink in waarde. Het rendement bedroeg-45% (2007: -0.2%), een underperformance van 7,4 procentpunt. De tracking error van de drieportefeuilles is met 1,7% ruim onder het gestelde maximum gebleven.De portefeuille aandelen opkomende markten, bestaande uit beleggingen in gespecialiseerdebeleggingsfondsen, behaalde een negatief rendement van -47,8%. De portefeuille heeft hiermeede benchmark met 3,1 procentpunt verslagen. De tracking error van de portefeuilles is met 4,2%onder het gestelde maximum gebleven.GrondstoffenDe portefeuille grondstoffen heeft in <strong>2008</strong> een rendement van -42,4% laten zien. Hoewel ersprake is van een passieve belegging - er is geen sprake van actief beheer ten aanzien van dekeuze en omvang van verschillende grondstoffen - is de portefeuille toch achtergebleven bij deS&P GSCI. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door een valuta-effect: grondstoffenswaps wordenveelal in USD afgesloten, terwijl de onderliggende gelden in euro worden aangehouden. Anderzijdswordt er bij een van de drie grondstofbeleggingen structureel voor een lager percentagein olie belegd dan het gewicht van olie in de grondstoffenbenchmark, wat een afwijkend rendementveroorzaakt. De portefeuille bestond aan het einde van het jaar uit een belegging in eengespecialiseerd grondstoffen beleggingsfonds en uit ’total return swaps’.Onroerend goedDe portefeuille onroerend goed behaalde een rendement van 4,1% en was hiermee de enigeportefeuille binnen de returnportefeuille die een positief rendement behaalde. De portefeuillebestond aan het einde van het jaar uit beleggingen in een aantal gespecialiseerde nietgenoteerdeonroerend goed beleggingsfondsen verspreid over de sectoren woningen, winkels,kantoren en bedrijfsruimten. Het betreft alleen Nederlands onroerend goed. Het beheer wordtverzorgd door twee verschillende vermogensbeheerders.ValutamanagementHet afdekken van het valutarisico, sinds 2003 een strategische keuze van het pensioenfonds,leverde in <strong>2008</strong> een negatieve bijdrage aan het beleggingsresultaat van 4,7% (2007: 2,3%). Hetbetreft het afdekken van alle valuta exposure in de returnportefeuille, met uitzondering van debeleggingen in aandelen opkomende markten en de beleggingen in grondstoffen.De vermogensbeheerder die verantwoordelijk is voor het afdekken van valutarisico, heeftbeperkt de mogelijkheid actieve valuta posities in te nemen.24


RisicoanalyseSamenvattingIn 2007 en <strong>2008</strong> heeft het bestuur een nadere analyse gemaakt van de risico’s van het pensioenfonds,onder meer aan de hand van de Financiële Instellingen Risicoanalyse Methode (FIRM).FIRM geeft een framework voor het in kaart brengen van de risico’s bij pensioenfondsen. Dezemethode wordt ook gebruikt door DNB bij het beoordelen van risico’s die pensioenfondsenlopen.De resultaten van het eigen onderzoek zijn besproken met DNB en vergeleken met de resultatenvan DNB. Er is geconcludeerd dat er geen significant verschil is tussen het geconstateerde residurisicoen het bewust gekozen (gewenste) risico. Onder residurisico wordt verstaan het risicona de genomen beheersmaatregelen.De term gewenst risico impliceert dat het pensioenfonds bereid is risico’s te nemen. Het nemenvan risico’s is nodig om de toeslagambitie te kunnen waarmaken.Resultaten risicoanalyseFIRM onderscheidt 10 risicocategorieën. Het inflatierisico wordt hierbij niet apart genoemd,maar is onderdeel van het matching-/renterisico. Omdat het bestuur inflatierisico als een grootrisico aanmerkt, is het als subcategorie in het overzicht opgenomen.RisicoanalyseIn onderstaande tabel zijn de resultaten van de risicoanalyse weergegeven, met per categorie debeoordeling van het residurisico en het gewenste risico. De schaalverdeling hierbij is als volgt: 1laag, 2 beperkt, 3 aanzienlijk en 4 hoog. De definities van de risicocategorieën zijn in de begrippenlijstweergegeven (zie pagina 70 e.v.).R residu gewenstI. Matching- / renterisico (zonder inflatie) 2 2Ia. Inflatierisico 3 2II. Marktrisico 3 3III. Kredietrisico 1 1IV. Verzekeringstechnisch risico 2 2V. Omgevingsrisico 3 2VI. Operationeel risico 2 2VII. Uitbestedingsrisico 2 1VIII. IT-risico 2 1IX. Integriteitsrisico 1 1X. Juridisch risico 2 2Bij bijna alle risicocategorieën is het residurisico niet groter dan het gewenste risico. DNB heefteen vergelijkbare analyse van de risico’s bij het pensioenfonds gemaakt en de uitkomsten ervanweken nauwelijks af van de analyse van het bestuur.Waar sprake was van discrepantie tussen het residurisico en gewenst risico, is onderzocht inhoeverre extra beheersmaatregelen getroffen konden worden. Dat betreft inflatierisico, omgevingsrisico,uitbestedingsrisico en IT-risico.25


verslag van het bestuurInflatierisicoBij de herijking van het beleggingsbeleid in <strong>2008</strong> zijn scenario’s meegenomen, waarin het inflatierisicogeheel of gedeeltelijk afgedekt wordt. Bij deze strategische heroverweging heeft hetbestuur voor een strategie gekozen zonder aanvullende maatregelen tegen het inflatierisico.OmgevingsrisicoBij het pensioenfonds betreft dit voornamelijk het sponsorrisico, het risico dat <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> BankN.V. wegvalt als sponsor, niet meer kan voldoen aan zijn toekomstige verplichtingen of meer opafstand gaat staan. Daarnaast bestaat dit risico uit de veranderingen in wet- en regelgeving, deintensivering van het toezicht met mogelijke vertraging van besluitvorming en de gevolgen voorhet fonds van ontwikkelingen bij de sponsor.De volgende beheersmaatregelen zijn getroffen:• het afsluiten van een uitvoeringsovereenkomst;• het gebruikmaken van extern advies en• het bewaken van de onafhankelijkheid van het pensioenfonds.UitbestedingsrisicoDit risico is het gevolg van de uitbesteding van de uitvoering van de pensioenregeling aan hetpensioenbureau en de uitbesteding van het vermogensbeheer aan een aantal asset managers.Daarvoor zijn diverse beheersmaatregelen genomen. Zo is er een service level agreement overeengekomentussen het pensioenfonds en het pensioenbureau, worden uitgebreide vermogensrapportagesten behoeve van het bestuur gemaakt en worden de asset managers gemonitord.Verder vindt er interne controle plaats door group audit en externe controle door de externeactuaris en de externe accountant.IT-risicoDit is het risico dat systemen bij het pensioenfonds niet volledig naar behoren functionerenof ontoegankelijk zijn. Verder is het pensioenfonds op IT-gebied afhankelijk van <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>Bank N.V.Er is een service level agreement tussen het pensioenfonds en <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. waarinover en weer afspraken zijn vastgelegd. Daarnaast zijn om de administratie eenvoudig te houdende pensioenregelingen zoveel mogelijk geharmoniseerd. Tenslotte wordt gebruik gemaakt vanmoderne systemen, met een back-upsysteem.26


Structuur Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.VstichtingRechtsvorm en aangesloten ondernemingenDe bank en een aantal aan de bank (historisch) gelieerde ondernemingen laten hunpensioenovereenkomsten met werknemers uitvoeren door het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> pensioenfonds.Dit pensioenfonds heeft de stichting als rechtsvorm. Het bestuur is in zijn besluitvorming geheelonafhankelijk van de bank en de overige aangesloten ondernemingen. Eind <strong>2008</strong> waren devolgende ondernemingen bij het pensioenfonds aangesloten:• <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.• <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Arbo Services B.V.• Fortis Investment NL Holding N.V (voorheen <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Asset Management Holding N.V.).• Fortis Investment Management Netherlands N.V. (voorheen <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Asset Management(Netherlands) B.V.• <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Hypotheken Groep B.V.• BNY Mellon Asset Servicing B.V.• AAC Capital Holding B.V.• Altajo B.V.• Amstel Lease Maatschappij N.V.• Crédit Agricole Deveurope B.V.DoelHet pensioenfonds heeft als doel het op grond van met de bank en met de bank (historisch)gelieerde ondernemingen gesloten uitvoeringsovereenkomsten verlenen en uitkeren van pensioenen.De pensioenreglementen zijn gebaseerd op de pensioenafspraken die in het arbeidsvoorwaardenoverlegworden gemaakt, voor zover deze niet in strijd zijn met wet- en regelgeving,de financiële toestand van het pensioenfonds dit toelaat en de afspraken in redelijkheid uitvoerbaarzijn. Het pensioenfonds zelf is geen partij in het arbeidsvoorwaardenoverleg.Het bestuur richt zich bij de vervulling van zijn taak op de belangen van alle belanghebbenden enzorgt ervoor dat deze zich door hen op evenwichtige wijze vertegenwoordigd kunnen voelen.Bij het realiseren van zijn doelstellingen streeft het pensioenfonds ernaar alle pensioenafsprakenna te komen en de aanspraken en rechten volledig te indexeren.Daarnaast heeft het pensioenfonds als doel alle aanspraak- en pensioengerechtigden zo goed enzorgvuldig mogelijk te informeren over hun pensioen, inclusief de mogelijkheden, de beperkingenen de risico’s ervan. Een en ander op een zodanige manier dat de aanspraak- en pensioengerechtigdente allen tijde op verantwoorde wijze besluiten kunnen nemen en keuzes kunnenmaken met betrekking tot hun oudedagsvoorziening.Schematische weergavenHet proces van het tot stand komen van de pensioenafspraken en pensioenaanspraken is alsvolgt weer te geven.<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.PensioenafspraakWerknemers(vakbonden)UitvoeringsovereenkomstStichting <strong>Pensioenfonds</strong> vande <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> BANK N.V.Pensioenaanspraken27


Dagelijkse contactenverslag van het bestuurBeleid entoezichtDe functie beleid en toezicht én de functie uitbesteding van het pensioenfonds kunnen als volgtschematisch worden weergegeven.Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.CommissiebeleggingenHoofdbeleggingen/communicatieCommissiecommunicatieDirecteur <strong>Pensioenfonds</strong>Hoofd PensioenbureauHoofdactuariaatBestuurCommissiefinanciënCommissiepens. governance<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>PensioenbureauHoofdoperationsCommissiepensioenenAssetmanagersCustodianWaarmerkendActuarisAccountantRaad vandeelnemersUitbestedingpensioenregelingVerantwoordingsorgaanVisitatiecommissieVertegenwoordigingDe algemene vertegenwoordigingsbevoegdheid van het pensioenfonds berust bij twee gezamenlijkhandelende personen, hetzij de voorzitter (of diens plaatsvervanger) en de secretaris (ofdiens plaatsvervanger), hetzij een van deze bestuursleden en een directielid aan wie de bevoegdheidis toegekend.BestuurSamenstelling bestuurHet bestuur van het pensioenfonds bestaat uit tien leden. Voor de helft zijn dit door de raadvan bestuur van de bank benoemde (werkgevers)leden en voor de helft door de raad van deelnemersgekozen en benoemde (werknemers)leden. Van de werknemersleden waren ultimo <strong>2008</strong>twee leden vertegenwoordigers van de pensioengerechtigden. Op grond van de Pensioenwet isin <strong>2008</strong> een statutenwijziging doorgevoerd die tegemoetkomt aan de eis dat vertegenwoordigersvan de pensioengerechtigden in het bestuur worden gekozen door en uit de pensioengerechtigden.Na verkiezing - die voor het eerst in 2009 plaatsvindt - volgt benoeming door het bestuur.De raad van bestuur van de bank wijst de voorzitter en de plaatsvervangend voorzitter aan. Deraad van deelnemers wijst de secretaris en de plaatsvervangend secretaris aan. Met uitzonderingvan de vertegenwoordigers van de pensioengerechtigden ontvangen de leden van het bestuurvoor hun werkzaamheden van het pensioenfonds geen vergoeding.BestuurscommissiesHet bestuur heeft een aantal permanente bestuurscommissies, te weten beleggingen, communicatie,financiën, pensioenen en pension fund governance. De commissies hebben tot taaksamen met het pensioenbureau de besluitvorming binnen het bestuur voor te bereiden en devoorstellen binnen het bestuur toe te lichten. Voor de bezetting van de bestuurscommissieswordt verwezen naar het overzicht ’Personalia’.Het bestuur laat zich ten aanzien van het strategisch beleggingsbeleid onder andere adviserendoor de bestuurscommissie beleggingen. Het dagelijkse beleggingsbeleid wordt uitgevoerddoor de vermogensbeheerders. De leden van de bestuurscommissie beleggingen wordenbenoemd door het bestuur van het pensioenfonds. De commissie bestaat ultimo <strong>2008</strong> uit vijfleden, van wie twee bestuursleden en drie externen, waarvan één werknemer van de bank is.28


ZittingsduurDe leden van het bestuur hebben ten hoogste vier jaren zitting en zijn daarna herbenoembaar.Van de bestuursleden treedt om de twee jaar de helft af, volgens een door het bestuur vastgesteldrooster.Volgens het rooster zijn in 2007 de heren ir. J.B. Heukensfeldt Jansen, K.J.M. ten Hoor,drs. R.J. Meuter, drs. J. Voortman en prof. dr. A.C.F. Vorst afgetreden en herbenoemd vooreen periode van vier jaar. De overige leden van het bestuur zullen volgens het rooster in 2009aftreden. In verband met het organiseren van de verkiezing van de beide pensioengerechtigdenin het bestuur vindt deze verkiezing gelijktijdig plaats met de verkiezingen voor de raad vandeelnemers en treedt de heer Voortman eveneens in 2009 af. Om het aftreden volgens roostervervolgens weer in de pas te laten lopen, zal één van de werknemersleden van het bestuur dievolgens rooster in 2009 aftreedt, worden herbenoemd of worden opgevolgd door een nieuw tebenoemen bestuurder voor een termijn van twee jaar.VergaderfrequentieHet bestuur vergadert zo dikwijls als de voorzitter of twee leden dit nodig achten. In <strong>2008</strong>kwam het bestuur in totaal tien keer bijeen, waarvan twee keer gezamenlijk met de raad vandeelnemers, een keer gezamenlijk met de visitatiecommissie en een keer met het verantwoordingsorgaan.Vanwege de behandeling van de jaarrekening 2007 werden de vergadering van hetbestuur en de gezamenlijke vergadering van het bestuur en de raad van deelnemers op 10 april<strong>2008</strong> bijgewoond door de externe actuaris en de externe accountant.BesluitvormingBesluiten worden, tenzij de statuten anders bepalen, bij meerderheid van stemmen genomen.Besluiten worden conform de wet en in lijn met de statuten onafhankelijk van derden genomen.Geldige besluiten kunnen worden genomen indien de meerderheid van de bestuursleden ter vergaderingaanwezig is. Het pensioenbureau en de bestuurscommissies bereiden de voorstellenvoor. Deze worden ten behoeve van de besluitvorming binnen het bestuur door de bestuurscommissiesgepresenteerd en toegelicht.Belangrijke besluiten in het verslagjaar betroffen het mede naar aanleiding van de introductievan de Pensioenwet wijzigen van de statuten, de uitvoeringsovereenkomst met de bank, hetpensioenreglement 2006, de actuariële en bedrijfstechnische nota, het huishoudelijk reglementvoor de raad van deelnemers en de introductie van een reglement inzake verkiezingenpensioengerechtigden in het bestuur, het herijken van het communicatieplan en het beleggingsbeleid.Hiermee is volledig invulling gegeven aan het voorgenomen beleid.DeskundigheidsplanHet bestuur heeft een deskundigheidsplan. Hierin is onder meer vastgelegd aan welke deskundigheidseisende leden moeten voldoen. De eisen staan in het Besluit uitvoering Pensioenweten Wet verplichte beroepspensioenregeling en zijn door onder meer de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen(OPF) uitgewerkt in zeven aandachtsgebieden. De gebieden zijn:• het besturen van een organisatie;• relevante wet- en regelgeving;• pensioenregelingen- en pensioensoorten;• financieel technische en actuariële begrippen (waaronder financiering envermogensbeheer);• administratieve organisatie en interne controle;• het uitbesteden van werkzaamheden;• communicatie.Het deskundigheidsplan bevat een opleidingsplan dat mede is gebaseerd op de uitkomstenvan een periodieke toetsing op deskundigheid van de bestuursleden. In <strong>2008</strong> is voor het eerstgetoetst op deskundigheid. Het bestuur voldoet aan de deskundigheidsvereisten. Het deskundigheidsplanvoorziet tevens in periodieke training ten einde handhaving van het benodigdedeskundigheidsniveau te waarborgen.29


verslag van het bestuurDeskundigheid en betrouwbaarheidDe deskundigheid en betrouwbaarheid van de leden van het bestuur, de directie en de medebeleidsbepalersworden conform de wet en de statuten getoetst door De Nederlandsche Bank(DNB). Benoemingen geschieden onder voorwaarde van goedkeuring door DNB.Zelfevaluatie bestuurEén keer per jaar houdt de voorzitter functioneringsgesprekken met de overige bestuursleden.Ieder bestuurslid functioneert naar behoren. Tevens is het functioneren van het bestuur alsgeheel beoordeeld. Deze beoordeling heeft in <strong>2008</strong> voor het eerst plaatsgevonden op basis vanbeoordelingscriteria zoals geformuleerd door de Stichting voor Ondernemingspensioenfondsen(OPF). Het bestuur als geheel functioneert goed.ComplianceVóór 1 januari 2009 was uitsluitend de gedragscode van de bank van toepassing. Gedurende<strong>2008</strong> heeft de compliance officer van het pensioenbureau geen inbreuk op de complianceregelsvan de bank gerapporteerd. Vanwege de meer onafhankelijke rol van het pensioenfondsdoor ontwikkelingen op het terrein van de governance en - in samenhang daarmee - het feitdat niet alle bij het pensioenfonds betrokkenen onder de gedragscode van de bank vallen,heeft het bestuur besloten per 1 januari 2009 een eigen gedragscode in te voeren. De code isin belangrijke mate geïnspireerd op de model gedragscode opgesteld door de Stichting voorOndernemingspensioenfondsen (OPF) en afgestemd met de externe accountant, Ernst & YoungAccountants. De leden van het bestuur, de externe leden van de bestuurscommissie beleggingenen directie en management van het pensioenbureau (medebeleidsbepalers) vallen onder degedragscode. Het bestuur heeft de bevoegdheid andere (categorieën) personen als verbondenpersonen onder de gedragscode aan te wijzen. Dit is gebeurd met de leden van het verantwoordingsorgaan.Dwangsommen en boetesHet bestuur is niet bekend met overtredingen van wet- en regelgeving. Er zijn geen dwangsommenen boetes opgelegd door de toezichthouders. De toezichthouder heeft het pensioenfondsgeen aanwijzing, als bedoeld in artikel 171 van de Pensioenwet, gegeven. Er is bij het pensioenfondsgeen bewindvoerder aangesteld. Er was in <strong>2008</strong> geen korte- of langetermijnherstelplanvan toepassing.DirectieDagelijkse leidingDe dagelijkse leiding van het pensioenfonds berust bij de directie. Deze kan statutair uitmeerdere personen bestaan, maar bestaat bij het pensioenfonds uit één persoon. De directieis verantwoording verschuldigd aan het bestuur. De directie wordt benoemd en van haar taakontheven door het bestuur na overleg met de raad van bestuur van de bank. Benoeming van eenlid van de directie geschiedt onder voorwaarde van een positief oordeel omtrent diens deskundigheiden betrouwbaarheid door DNB.BevoegdhedenDe bevoegdheid van de directie is vastgelegd in een volmacht. Statutair is bepaald dat debevoegdheden van de directie nimmer de bevoegdheden van het bestuur te boven gaan.De voorzitter van het bestuur is de direct leidinggevende van de directeur, die tevens het hoofdvan het pensioenbureau is.30


Raad van deelnemersSamenstellingDe raad van deelnemers telt 22 leden: vijftien vertegenwoordigers van de deelnemers enzeven vertegenwoordigers van de pensioengerechtigden. De zetelverdeling tussen de tweecategorieën vertegenwoordigers vindt, conform de wet, plaats op basis van onderlinge getalsverhoudingvóór elke verkiezing. De vertegenwoordigers van de deelnemers worden gekozenuit en door de deelnemers van het pensioenfonds. De vertegenwoordigers van de pensioengerechtigdenworden gekozen uit en door de meerderjarige pensioengerechtigden. De raad vandeelnemers heeft in het verslagjaar naast de twee gezamenlijke vergaderingen met het bestuurnog zesmaal vergaderd. De verschillende commissies van de raad van deelnemers zijn meerderemalen bijeengeweest.RechtenDe raad van deelnemers is een wettelijk adviesorgaan van het bestuur. De raad heeft statutairgoedkeuringsrechten met betrekking tot de jaarrekening, de wijzigingen van statuten enpensioenreglementen, het huishoudelijk reglement en de liquidatie van het pensioenfonds.Goedkeuring door de raad van deelnemers voor een wijziging van het pensioenreglement is nietvereist, indien de wijziging noodzakelijk is geworden op grond van enige voor het pensioenfondsbindende regeling of voorschrift. Naast de goedkeuringsrechten heeft de raad van deelnemersook het recht van advies over onder meer maatregelen van algemene strekking, wijzigingen vaningegane pensioenen, de vaststelling van de uitvoeringsovereenkomst en de vaststelling van deactuariële en bedrijfstechnische nota.Statutair is bepaald wanneer en binnen welke termijn de raad van deelnemers tegen een besluitvan het bestuur in beroep kan gaan bij de Ondernemingskamer van het Gerechtshof te Amsterdam.Invloed pensioengerechtigdenZeven van de tweeëntwintig leden van de raad van deelnemers zijn gekozen uit en door demeerderjarige pensioengerechtigden. Twee van de tien bestuursleden van het pensioenfondszijn pensioengerechtigden die gekozen en benoemd zijn door de raad van deelnemers. Tegelijkmet de verkiezingen voor de raad van deelnemers vinden in 2009 voor het eerst verkiezingenplaats voor de twee zetels van de pensioengerechtigden in het bestuur. De pensioengerechtigdebestuursleden worden gekozen door en uit de meerderjarige pensioengerechtigden.VerantwoordingsorgaanSamenstellingHet verantwoordingsorgaan van het pensioenfonds bestaat uit zes leden, De bank benoemttwee leden als vertegenwoordigers van de bank en de geleding van de werknemers van de raadvan deelnemers benoemt twee leden als vertegenwoordigers van de deelnemers en de geledingpensioengerechtigden van de raad van deelnemers twee als vertegenwoordigers van depensioengerechtigden.TaakHet bestuur legt verantwoording af aan het verantwoordingsorgaan over het beleid, de wijzewaarop het is uitgevoerd en over de naleving van de principes voor goed pensioenfondsbestuur.Het accent ligt op de vraag of het bestuur bij de genomen besluiten op een evenwichtige wijzerekening heeft gehouden met de belangen van alle belanghebbenden. Het verantwoordingsorgaanheeft de bevoegdheid een oordeel te geven over het handelen van het bestuur, over hetdoor het bestuur uitgevoerde beleid en over beleidskeuzes voor de toekomst. Dit oordeel baseerthet verantwoordingsorgaan op het jaarverslag, de jaarrekening, de bevindingen van het interntoezicht door de visitatiecommissie en overige informatie. Het oordeel van het verantwoordingsorgaanwordt, samen met de reactie van het bestuur daarop, in het jaarverslag opgenomen, voorhet eerst in dit verslag.31


verslag van het bestuurRechtenHet verantwoordingsorgaan heeft recht op overleg met het bestuur. Het bestuur bespreekt tenminste eenmaal per jaar het gevoerde beleid en de resultaten daarvan met het verantwoordingsorgaan.Het verantwoordingsorgaan heeft recht op overleg met de externe accountant en deexterne actuaris. Het verantwoordingsorgaan heeft voorts recht op een schriftelijk en beargumenteerdereactie van het bestuur op het oordeel dat het verantwoordingsorgaan heeft gegevenover het door het bestuur gevoerde beleid. Het verantwoordingsorgaan heeft adviesrecht overonder meer het wijzigen van het beleid ten aanzien van het verantwoordingsorgaan, de vorm,inrichting en samenstelling van het intern toezicht en het vaststellen en wijzigen van het communicatie-en voorlichtingsbeleid.Indien het verantwoordingsorgaan van oordeel is dat het bestuur niet naar behoren functioneert,kan het zich, na raadpleging van de visitatiecommissie, wenden tot de Ondernemingskamer vanhet Gerechtshof te Amsterdam met het verzoek een onderzoek te bevelen naar het beleid van ende gang van zaken binnen het pensioenfonds en/of het functioneren van het bestuur als zodanigte toetsen.VisitatiecommissieHet bestuur heeft ervoor gekozen het intern toezicht jaarlijks te laten uitoefenen door een visitatiecommissie.SamenstellingDe visitatiecommissie van het pensioenfonds bestaat uit drie externe deskundigen die wordenbenoemd door het bestuur.TaakHet intern toezicht heeft betrekking op het kritisch bezien van het functioneren van (het bestuurvan) het pensioenfonds door onafhankelijke deskundigen met bestuurlijke ervaring. Het accentligt op het beoordelen van beleids- en bestuursprocedures en -processen, op ’checks and balances’,op de wijze waarop het pensioenfonds wordt aangestuurd en op de wijze waarop wordtomgegaan met de risico’s op lange termijn. De visitatiecommissie rapporteert aan het bestuur.Het bestuur bespreekt de rapportage en de eventueel daarop gebaseerde (voorgenomen)bestuursbesluiten met het verantwoordingsorgaan. De bevindingen van de visitatiecommissieworden in het jaarverslag opgenomen, voor het eerst in dit verslag.RechtenDe visitatiecommissie heeft recht op alle informatie die zij nodig acht om haar taak goed tekunnen uitvoeren, overleg met het bestuur over alle bestuurstaken en overleg met de externeaccountant en actuaris.PensioenbureauHet pensioenfonds heeft geen betaalde medewerkers in dienst en besteedt een groot deel vanzijn werkzaamheden uit aan derden. Het bestuur is verantwoordelijk voor de uitbestede werkzaamheden.Bij het uitbesteden van werkzaamheden wordt gehandeld in overeenstemming methet Besluit uitvoering pensioenwet en Wet verplichte beroepspensioenregeling.PensioenuitvoeringsorganisatieDe uitvoering van de pensioenregeling is door het bestuur opgedragen aan het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>pensioenbureau, een afdeling van <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. Het pensioenbureau ondersteunt enadviseert tevens het bestuur.De verantwoordelijkheden van het pensioenbureau zijn in een service level agreement vastgelegd.Zie hoofdstuk ’Overige gegevens’ onder paragraaf ’Overeenkomsten’, op pagina 65.De uitvoering ligt in handen van het managementteam van het pensioenbureau en de directeurvan het pensioenfonds (tevens hoofd van het pensioenbureau). Het managementteam bestaatuit het hoofd van het pensioenbureau en de hoofden van de afdelingen actuariaat, beleggingenen operations. Op de leden van het managementteam zijn de compliance-regels van zowel de32


ank als - sinds 1 januari 2009 - het pensioenfonds van toepassing. De compliance officer vanhet pensioenfonds is tevens compliance officer van het pensioenbureau. De compliance officerrapporteert in het kader van de gedragscode van het pensioenfonds aan de voorzitter van hetbestuur van het pensioenfonds en in het kader van de gedragscode van de bank aan het hoofdvan het pensioenbureau. Ernst & Young vervult de functie van compliance officer ten behoevevan de voorzitter en de directeur van het pensioenfonds.Jaarlijks wordt de uitvoering, alsmede de mate waarin het pensioenbureau zijn verplichtingen opgrond van de service level agreement naleeft, gecontroleerd door de externe accountant. Ookgroup audit van de bank controleert periodiek de gang van zaken bij het pensioenbureau. Debevindingen worden gerapporteerd aan het bestuur.Het pensioenbureau heeft in <strong>2008</strong> voldaan aan de eisen, die in de service level agreement zijngesteld.De uitvoering van de pensioenregeling is als volgt schematisch weer te geven.Service level agreementStichting <strong>Pensioenfonds</strong> vande <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> BANK N.V.Aanspraken / rechten<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> BANK N.V.Dagelijkse contacten• Deelnemers• Pensioengerechtigden• SlapersOverige partijen betrokken bij de uitvoeringHet pensioenbureau is niet de enige partij aan wie het pensioenfonds werkzaamheden heeftuitbesteed of van wie het pensioenfonds diensten betrekt. De uitvoering van het beleggingsbeleidis onder meer opgedragen aan vermogensbeheerders. Met deze vermogensbeheerderszijn vermogensbeheerovereenkomsten gesloten waarin onder meer beleggingsrichtlijnen zijnvastgelegd. Deze richtlijnen zijn in lijn met het door het bestuur vastgestelde strategische beleggingsbeleidvan het pensioenfonds. Eind <strong>2008</strong> waren met 11 vermogensbeheerders overeenkomstengesloten.VermogensGroep verzorgt de beleggingsrapportage, waaronder de resultaat- en attributiemeting.De uitvoering van het vastgestelde stembeleid is opgedragen aan ISS. Op de website van hetpensioenfonds wordt het stemgedrag gepubliceerd.De administratie en de bewaring van de effecten van het pensioenfonds zijn opgedragen aanBNY Mellon Asset Servicing B.V. De verplichtingen en verantwoordelijkheden zijn vastgelegd ineen custody contract en een service level agreement.Voorts zijn externe partijen betrokken bij de pensioenrechtenadministratie en de uitbetaling vande pensioenen.toezichtHet pensioenfonds heeft op grond van de Pensioenwet te maken met twee toezichthouders. Hetprudentieel en materieel toezicht berust bij DNB en het gedragstoezicht berust bij de AutoriteitFinanciële Markten (AFM).33


verslag van het bestuurPrudentieel en materieel toezicht door DNBOnder prudentieel toezicht wordt verstaan: het toezicht gericht op de normen ten aanzien vande financiële soliditeit van pensioenfondsen en het bijdragen aan de financiële stabiliteit van desector van pensioenfondsen. Het materieel toezicht is gericht op alle normen in de wet die geenonderdeel uitmaken van gedrags- of prudentieel toezicht. DNB heeft bijzondere bevoegdhedenvoor onder meer het toetsen op deskundigheid en betrouwbaarheid van beleidsbepalers vanpensioenfondsen, collectieve waardeoverdacht, de financiële opzet van pensioenfondsen entoezicht op accountants en actuarissen.Gedragstoezicht door de AFMGedragstoezicht is het toezicht gericht op de naleving van de normen voor voorlichting doorpensioenuitvoerders aan deelnemers, gewezen deelnemers, gewezen partners en pensioengerechtigdenen de normen ten aanzien van het begrenzen van beleggingsvrijheid bij de uitvoeringvan premieovereenkomsten met beleggingsvrijheid voor de individuele deelnemer of gewezendeelnemer. De AFM ziet tevens toe op de naleving van normen voor het tegengaan van misbruikvan voorwetenschap en het tegengaan van belangenconflicten over transacties in financiëleinstrumenten. Dit laatste toezicht wordt ook wel effectentypisch gedragstoezicht genoemd.Controlerend accountant en waarmerkend actuarisDe accountant geeft een verklaring over de getrouwheid bij de jaarrekening. De actuaris stelteen actuarieel rapport op waarin zijn verklaring is opgenomen. Zowel de accountant als deactuaris moet aan DNB desgevraagd inzicht bieden in zijn controlewerkzaamheden en moet alleoverige inlichtingen verstrekken die DNB redelijkerwijs nodig acht. In de ’Controle en overigestandaarden’ van het Koninklijk NIVRA is een aparte richtlijn opgenomen voor de samenwerkingtussen accountant en actuaris.Amsterdam, 12 mei 2009Het bestuur van de Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.34


Oordeel van het verantwoordingsorgaan over <strong>2008</strong>InleidingHet verslagjaar <strong>2008</strong> is het eerste volledige jaar waarin de in 2007 ingevoerde governance structuurvan het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> heeft gefunctioneerd. Het verantwoordingsorgaan heeftals taak jaarlijks een algemeen oordeel te geven over het handelen van het bestuur, het doorhet bestuur gevoerde beleid, de beleidskeuzes die op de toekomst betrekking hebben en denaleving van de principes van goed pensioenfondsbestuur. Over 2007 was het, gelet op de startvan het verantwoordingsorgaan en de visitatiecommissie in de loop van 2007, nog niet mogelijkom het oordeel in het jaarverslag op te nemen. Het oordeel over 2007 is wel gepubliceerd op dewebsite van het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong>. Het verantwoordingsorgaan heeft het oordeel over<strong>2008</strong> gevormd in haar vergadering van 8 april 2009 en dit oordeel in een gezamenlijk overlegmet het bestuur op 21 april 2009 besproken.Het in Nederland bestaande pensioenstelsel heeft in <strong>2008</strong> grote schokken te verwerken gekregen.De uitzonderlijke combinatie van een vertrouwenscrisis in de financiële sector, dalendeaandelenkoersen en dalende renteniveaus, heeft grote effecten gehad op de pensioenfondsen.Sterke toenames van de technische voorzieningen, sterke dalingen van de dekkingsgraden ende discussies over de toepassing van de jaarlijkse indexatie hebben zelfs tot onzekerheid tenaanzien van de nominale pensioenaanspraken geleid. Voor het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> in hetbijzonder kan daar nog de wijziging in het eigendom van de voormalige Fortis onderdelen - dekoop van <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank NV door de Nederlandse Staat - aan toe worden gevoegd.Tegen deze achtergronden heeft het verantwoordingsorgaan haar oordeel over <strong>2008</strong> gevormd.Bij het vormen van haar oordeel heeft het verantwoordingsorgaan zich gebaseerd op het jaarverslag,de jaarrekening (alsmede de verklaringen van de accountant en de actuaris), de notulenvan de bestuursvergaderingen en andere relevante informatie, waaronder de bevindingen vande visitatiecommissie. De visitatiecommissie heeft op 3 februari 2009 verslag gedaan van haarbevindingen. Onder andere door het bijwonen van het periodiek overleg tussen het bestuur ende raad van deelnemers is het verantwoordingsorgaan in <strong>2008</strong> in staat gesteld zich direct eenoordeel te vormen over de samenwerking tussen het bestuur en de raad van deelnemers.Oordeel <strong>2008</strong>Het algemeen oordeel van het verantwoordingsorgaan over de wijze waarop het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong><strong>Pensioenfonds</strong> in <strong>2008</strong> is bestuurd is zonder voorbehoud positief. De dekkingsgraad van het<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> daalde in <strong>2008</strong> sterk maar minder dan het gemiddelde van de Nederlandsepensioenfondsen. De reserves en het vereiste vermogen daalden eveneens fors, maar perultimo <strong>2008</strong> was er geen sprake van een dekkings- of reservetekort. Een groot deel van de negatieveeffecten van een rentedaling op de technische voorzieningen werd met succes ingedekt.Uiteraard zijn voor de deelnemers van het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> de risico’s ten aanzienvan toeslagverlening/indexatie toegenomen. In <strong>2008</strong> is echter de balans tussen de risico’s metbetrekking tot de dekkingsgraad, de mate van toekomstige indexaties en de pensioenkostenvoor de sponsors bewaard gebleven.Met genoegen hebben wij kunnen constateren dat het in 2007 ingevoerde dynamische beleggingsbeleidin <strong>2008</strong> zijn kracht heeft bewezen. In dat verband is het vermeldenswaardig dat hetbestuur van het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> in november <strong>2008</strong> de NPN Award heeft ontvangenvoor de innovatieve wijze waarop het bestuur telkens tot de keuze van het strategische beleggingsbeleidkomt. Het verantwoordingsorgaan is van mening dat het overleg tussen het bestuuren de raad van deelnemers gedurende het jaar op kundige en prettige wijze is verlopen en dat bijde besluitvorming rekening is gehouden met de belangen van alle betrokkenen.35


verslag van het bestuurSlotHet governance model van het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> heeft in <strong>2008</strong> uitstekend gewerkt.Onder uitzonderlijke omstandigheden zijn met deskundigheid en inzet relatief goede resultatenbehaald en zijn de principes van goed pensioenfondsbestuur nageleefd. Tevens realiserenalle betrokkenen zich welke uitdagingen er voor het <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> de komendejaren zijn.Het verantwoordingsorgaan dankt het bestuur, de raad van deelnemers en het pensioenbureauvoor het vele werk dat is verzet en de constructieve wijze waarop door alle betrokkenen in <strong>2008</strong>is samengewerkt.Amsterdam, 21 april 2009Drs. M.B.G.M. Oostendorp, voorzitterReactie van het bestuur op het oordeel van hetverantwoordingsorgaan over <strong>2008</strong>Het bestuur is verheugd over het positieve oordeel van het verantwoordingsorgaan over hethandelen van het bestuur, het gevoerde beleid, de gemaakte beleidskeuzes en de naleving vande principes van goed pensioenfondsbestuur.Amsterdam, 21 april 2009Drs. R.J. Meuter, voorzitter36


Verslag van de visitatiecommissieHet bestuur heeft besloten het intern toezicht bij het fonds in te richten door middel van visitatie.De visitatie heeft een permanent karakter in die zin dat per kalenderjaar telkens een deel van deprocessen en procedures wordt beoordeeld.De commissie maakt voor haar oordeelsvorming gebruik van de beoordeling door de interne enexterne accountant alsmede het oordeel van de waarmerkend actuaris.De werkzaamheden van de commissie zijn eerst gestart nadat de productie van het jaarverslag2007 als was afgerond.De commissie heeft medio <strong>2008</strong> haar eerste indrukken aan het bestuur gerapporteerd. Dezeindrukken zijn opgedaan bij bestudering van de basisdocumenten en rapportages die voor hetpensioenfonds van toepassing zijn.Op zijn beurt heeft het bestuur deze met het verantwoordingsorgaan besproken.Nadien heeft de commissie de door het pensioenbureau gehanteerde processen en proceduresmet betrekking tot (de nakoming van) de pensioenverplichtingen beoordeeld.In 2009 zullen primair de beleggingsprocessen worden beoordeeld; in 2010 de overige processen.Gaande die periode zal een oordeel worden gevormd over de vraag hoe het bestuur omgaatmet de risico’s op lange termijn.Begin 2009 heeft de visitatiecommissie het bestuur uitgebreid gerapporteerd over haar bevindingen.Het oordeel van de commissie is dat het fonds met grote inzet en deskundigheid wordt bestuurden daarbij door een professioneel pensioenbureau adequaat wordt ondersteund.Zij is niet op grote zorgpunten gestuit. Datgene wat is opgemerkt, zijn vooral punten die omaandacht van het bestuur vragen.Het gaat dan in hoofdzaak om het ontwikkelen van toekomstscenario’s, evaluatie en zo nodigherbeoordeling van de governance alsmede het verbeteren van de communicatie met deelnemers.Voorts is aandacht gevraagd voor een aantal aspecten van organisatorische aard.De visitatiecommissie heeft ervaren dat haar visie door het bestuur serieus wordt genomen,getuige de naar aanleiding van de geuite bevindingen ontplooide initiatieven.Amsterdam, 3 februari 2009R. van Dam AAGDrs. Ing. J.P.A. NelissenMr. H.J. Thoman (voorzitter)37


Balans per 31-12-<strong>2008</strong> (in duizenden €)aCTIEF31-12-<strong>2008</strong> 31-12-2007BeleggingenVastgoedbeleggingen (1) 1 298.233 218.693Aandelen (2) 1 1.034.464 3.841.251Vastrentende waarden (3) 2 6.300.149 4.642.721Derivaten (4) 693.597 102.942Overige beleggingen (5) 3 313.663 385.404JAARREKENING <strong>2008</strong>Totaal beleggingen 8.640.106 9.191.011Herverzekeringsdeel technischevoorziening (6) 47.081 46.851Vorderingen en overlopende activa (7) 8.243 14.038Liquide middelen 178.038 73.2538.873.468 9.325.153PASSIEFReserves (8) 520.841 2.535.527Technische voorzieningen (9) 8.278.974 6.479.748Overige schulden en overlopendepassiva (10) 73.653 309.8788.873.468 9.325.153De nummers tussen haakjes verwijzen naar de nummers bij de toelichting op de balans.1) In <strong>2008</strong> is een herclassificatie van aandelen in vastgoedfondsen van vastgoedbeleggingen naar aandelen doorgevoerd.In de vergelijkende cijfers is dat ook aangepast, met als gevolg een toename van aandelen en een afname van vastgoedbeleggingenmet 2 31 miljoen.2) In <strong>2008</strong> heeft een herclassificatie van een liquiditeitenfonds plaatsgevonden van grondstoffen naar kortlopende vorderingen(vastrentende waarden). Deze herclassifcatie is ook verwerkt in de vergelijkende cijfers van 2007. De vastrentende waardenin 2007 zijn daardoor in bovenstaand overzicht 2 180 miljoen hoger dan in het jaarverslag van 2007 vermeld is.3) Het overig pensioenvermogen in 2007 is 2 158 miljoen lager dan gemeld in het jaarverslag 2007. Dit komt door de bij noot2 aangegeven herclassificatie (- 2 180 miljoen) en een stelselwijziging betreffende de waardering van de annuïtaire overgangslening(+ 2 22 miljoen). Met ingang van <strong>2008</strong> (en in de vergelijkende cijfers ook in 2007) is deze op marktwaardegewaardeerd.38


Rekening van baten en lasten over <strong>2008</strong> (in duizenden €)Baten<strong>2008</strong> 2007Premiebijdragen (11) 262.647 252.117Directe beleggingsresultaten (12) 288.926 310.790Indirecte beleggingsresultaten (13) 1 -451.269 -131.181Overige baten (14) 4.592 4.963Lasten104.896 436.689Pensioenuitkeringen (15) 296.456 280.604Pensioenopbouw 128.671 147.606Indexering 129.794 132.491Rentetoevoeging 307.127 294.399Onttrekking voor pensioenuitkeringen -298.720 -298.901Wijziging marktrente 1.552.388 -593.834Wijzing uit hoofde van overdrachtvan rechten -17.112 -20.723Overige mutatietechnische voorzieningen -2.922 66.527Mutatie technische voorzieningen 1.799.226 -272.435Mutatie herverzekeringsdeeltechnische voorzieningen (16) -230 3.147Saldo overdrachten van rechten (17) 16.259 20.008Kosten niet zijnde vermogensbeheer (18) 7.827 -Overige lasten (19) 47 8012.119.585 32.125Saldo van baten en lasten -2.014.689 404.564Bestemming van het saldovan baten en lastenAlgemene reserve -2.033.261 404.564Bestemmingsreserve uitvoeringskosten 18.572 -saldo van baten en lasten -2.014.689 404.564De nummers tussen haakjes verwijzen naar de nummers bij de toelichting op de rekening vanbaten en lasten.1) Als gevolg van de stelselwiijziging betreffende de waardering van de annuïtaire overgangslening zijn in de vergelijkendecijfers van 2007 de indirecte beleggingsopbrengsten met 2 6,4 miljoen gecorrigeerd.39


Kasstroomoverzicht <strong>2008</strong> (in duizenden €)Kasstromen uitPensioenuitvoeringsactiviteiten<strong>2008</strong> 2007JAARREKENING <strong>2008</strong>Ontvangen premies 221.072 252.117Ontvangen forfaitaire kostenopslaguitvoeringskosten 41.575 -Ontvangen in verband met overdrachtvan rechten 9.405 11.174Betaalde pensioenuitkeringen -296.456 -280.604Betaald in verband met overdrachtvan rechten -25.664 -31.182Ontvangen uitkeringen van herverzekeraars 4.250 4.497Betaalde premies herverzekeraars -46 -55Kosten niet zijnde vermogensbeheer -7.827 -Overige kasstromen 15.681 1.297Totaal kasstromen uitpensioenuitvoeringsactiviteiten -38.010 -42.756Kasstromen uitbeleggingsactiviteitenVerkopen en aflossingen van beleggingen 57.414.220 13.686.111Ontvangen directebeleggingsopbrengsten 288.926 310.790Mutatie lopende intrest 12.967 -20.925Indirecte beleggingsopbrengstliquiditeiten en futures 105.573 -541Aankopen beleggingen -57.663.382 -13.930.518Overige kasstromen -15.509 -14.211Totaal kasstromenuit beleggingsactiviteiten 142.795 30.706Mutatie liquide middelen 104.785 -12.050liquide middelenBalanswaarde 1 januari 73.253 85.303Mutatie 104.785 -12.050Balanswaarde 31 december 178.038 73.25340


Toelichting op de jaarrekening <strong>2008</strong>Grondslagen voor waardering en resultaatbepalingAlgemeenDe jaarrekening is opgesteld overeenkomstig de wettelijke bepalingen, zoals deze zijn gepubliceerdin Titel 9, Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en met inachtneming van de Richtlijnen voorde <strong>Jaarverslag</strong>geving. De presentatie van de balans en de staat van baten en lasten zijn conformde indeling uit richtlijn 610.Voor zover niet anders vermeld, worden activa en passiva gewaardeerd op actuele waarde.BeleggingenDe beleggingen van het pensioenfonds worden in de balans onderscheiden naar vastgoedbeleggingen,aandelen, vastrentende waarden, derivaten en overige beleggingen. De vastrentendewaarden zijn inclusief lopende intrest en deposito’s met een resterende looptijd van langer daneen jaar. In de toelichting vindt verdere uitsplitsing plaats. Derivaten met een negatieve waardeworden niet opgenomen onder beleggingen, maar onder overige schulden en overlopende passiva.De directe en indirecte beleggingsopbrengsten worden verwerkt in de rekening van baten enlasten. De koersverschillen betreffen de som van waarderings- en valutaverschillen, alsmede deresultaten van de valutatermijncontracten.Beursgenoteerde aandelen, indirecte vastgoedbeleggingen, vastrentende waarden en participatiesin beursgenoteerde beleggingsinstellingen zijn gewaardeerd tegen de per balansdatumgeldende beurskoersen. Indien aandelen, vastrentende waarden of participaties in beleggingsinstellingenniet-beursgenoteerd zijn, vindt waardebepaling plaats op basis van de door de beheerderberekende netto vermogenswaarde ultimo boekjaar.Derivaten worden gewaardeerd op reële waarde, te weten de relevante marktnotering of, als dieer niet is, de waarde die wordt bepaald met behulp van marktconforme en toetsbare waarderingsmodellen.Stelselwijziging annuïteitenleningDe overgangskosten van de pensioenregeling 2000 per 1-1-2000 (1 501 miljoen) worden doorde bank aan het pensioenfonds betaald op basis van een 4% maximaal 15-jarige annuïteit.Daarnaast betaalt de bank jaarlijks de cao-loonindexatie over de restwaarde van de lening.Op 1 januari 2007 heeft een stelselwijziging plaatsgevonden. De waardering van de annuïteitenlening is gewijzigd naar marktwaarde in overeenstemming met de gehele beleggingsportefeuille.Voorheen werd de annuïteiten lening op nominale waarde gewaardeerd.Technische voorzieningenIn 2007 werd de overlevingstafel GBM/V 1995-2000 gehanteerd, met een opslag langleven van5,5%. De technische voorzieningen zijn met ingang van <strong>2008</strong> op basis van de AG Prognosetafel2005 - 2050 gebaseerd. In deze overlevingstafel wordt rekening gehouden met de verwachtetoekomstige stijgende levensverwachting.1. Rekenrente Rentetermijnstructuur, zoals gepubliceerd door DNB.2. Sterfte AG prognosetafel 2005-2050, met ervaringssterfteconform de Actuariële en bedrijfstechnische nota(ABTN)3. Kostenopslagen De opslag voor toekomstige excasso- en administratiekostenbedraagt 1%.41


JAARREKENING <strong>2008</strong>4. Leeftijdsvaststelling Leeftijden en duren worden in maanden nauwkeurigvastgesteld.5. Partnerschap Voor actieve en premievrije deelnemers wordt hetonbepaalde partnersysteem gehanteerd, uitgaande vande volgende partnerfrequenties:• t/m leeftijd 20 : 0• man vanaf 21 tot 37 : 0,05 x (leeftijd – 20)• vrouw vanaf 21 tot 34 : 0,05 x (leeftijd – 20)• man vanaf 37 tot 65 : 0,85• vrouw vanaf 34 tot 65 : 0,7• vanaf leeftijd 65 : 1Verondersteld wordt dat de vrouw drie jaar jongeris dan de man.6. Wezen Voor latent wezenpensioen wordt 5% van het tarief voorlatent partnerpensioen gebruikt.7. Arbeidsongeschiktheid Voor arbeidsongeschikte deelnemers wordt eenvoorziening getroffen ter hoogte van de contantewaarde van de toekomstige pensioenopbouw.8. Uitkeringen Verondersteld wordt dat de pensioenuitkeringencontinu geschieden.9. Actuariële omzettingen Omzettingen van pensioenaanspraken (bijvoorbeelduitruil en vervroeging) geschieden op basis vangeslachtsonafhankelijke factoren (zie reglement).Voor de berekening van het aandeel herverzekeraars in de Technische voorziening wordeneveneens bovenstaande grondslagen gehanteerd zonder korting in verband met kredietwaardigheidvan de herverzekeraars. Het betreft uitsluitend in het verleden aan het pensioenfondsgecedeerde individuele en collectieve pensioenregelingen.ReservesDe reserves worden bepaald door het bedrag dat resteert nadat alle andere posten in de balanszijn opgenomen. De reserves dienen onder andere tot dekking van algemene risico’s, zoalsadministratiekosten, beleggingsrisico’s en dergelijke. Onder de reserves is een bestemmingsreserveuitvoeringskosten opgenomen (zie nummer 8 van de toelichting op de balans).Overige activa en passivaDe vorderingen en overlopende activa, de liquiditeiten en de overige schulden en overlopendepassiva zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde. Hierbij is voor zover nodig met het risicovan oninbaarheid rekening gehouden. De looptijd bedraagt minder dan één jaar.Bedragen in vreemde valuta zijn omgerekend tegen de slotkoersen in het verslagjaar. Hieruitvoortkomende koersresultaten zijn in de rekening van baten en lasten verwerkt.ResultaatbepalingBaten en lasten worden toegerekend aan het boekjaar waarop zij betrekking hebben.PremiebijdragenDe werkgever is maandelijks de pensioenpremie en jaarlijks het jaargedeelte van de overgangskosten2000 verschuldigd.De pensioenpremie wordt maandelijks betaald en bestaat uit de kostendekkende premie en,afhankelijk van de vermogenspositie eventueel opslagen en kortingen. De koopsommen wordenvastgesteld op basis van de actuariële grondslagen. Daarbij wordt uitgegaan van de vermogenspositieen de rentetermijnstructuur van 31 december van het voorafgaande jaar.42


Kostendekkende premie, opslag reservetekort, opslag dekkingstekort en kortingVoor de kostendekkende premie, de opslagen reserve- en dekkingstekort en premiekortingwordt verwezen naar ’Overige gegevens’, paragraaf ’Overeenkomsten’ onder ’Uitvoeringsovereenkomsten’.PensioenuitkeringenDit betreft de som van de daadwerkelijke uitkeringen aan pensioengerechtigden en de afkoopvan pensioenen.ToeslagverleningIn het pensioenreglement en de uitvoeringsovereenkomst is vastgelegd dat op de pensioenaansprakenen pensioenrechten onder bepaalde voorwaarden op 1 april ieder jaar een toeslag wordtverleend van maximaal de procentuele ontwikkeling van de consumentenprijsindex. Zie voor desystematiek van toeslag verlenen ook ’Overige gegevens’, paragraaf ’Overeenkomsten’ onder’Toeslagbeleid’.In april <strong>2008</strong> werd de stijging van de prijsindex van 2,0 procentpunt volledig toegekend(kosten 1 130 miljoen). Er zijn geen achterstanden meer in de toeslagverlening.RentetoevoegingDe rentetoevoeging ten behoeve van de technische voorzieningen volgt uit de nominale rentetermijnstructuurvan DNB ultimo het voorafgaande boekjaar. De te hanteren rentevoet is de 1ejaarsrente. Voor het verslagjaar <strong>2008</strong> is de 1e jaarsrente uit de rentetermijnstructuur van ultimo2007, te weten 4,696%, in aanmerking genomen. In boekjaar 2007 is 4,26% gehanteerd.Overgenomen pensioenverplichtingenDit is het bedrag dat als gevolg van de waardeoverdracht aan het pensioenfonds is overgemaakt.Voor de deelnemers worden op basis van het overgemaakte bedrag rechten toegekend.Overgedragen pensioenverplichtingenDit is het bedrag dat als gevolg van waardeoverdracht door het pensioenfonds wordt overgemaakt.Voor de gewezen deelnemers wordt op basis van de rechten in de administratie eenbedrag overgedragen.KostenTot en met 2007 werden de uitvoeringskosten gedragen door de bank. Met ingang van <strong>2008</strong> vergoedtde bank aan het pensioenfonds jaarlijks een forfaitair bedrag voor de jaarlijkse uitvoeringskosten,waaronder vermogensbeheer. Het pensioenfonds draagt de werkelijke gemaakte kosten.Financiële instrumentenAlgemeenDe in de balans opgenomen financiële instrumenten zijn beleggingen, vorderingen en kortlopendeschulden. Financiële instrumenten zijn opgenomen tegen actuele waarde, voor zoverniet anders aangegeven. Tenzij specifiek anders toegelicht, benadert de boekwaarde de actuelewaarde per einde boekjaar.De belangrijkste risico’s zijn de aandelen-, valuta-, rente- en kredietrisico’s. Risico’s ten aanzienvan de financiële instrumenten worden, behoudens de valutarisico’s en het renterisico, niet specifiekafgedekt. Voor de belangrijkste risico’s zijn wel risicobeheersingsmaatregelen genomen.43


ValutarisicoDe returnportefeuille (vastgoed, aandelen, beleggingsfondsen en grondstoffen) is voor ca 50%in andere valuta dan de euro belegd. De returnportefeuille beslaat ultimo <strong>2008</strong> ongeveer 16%van de totale beleggingen. Het valuta risico in de matchingportefeuille (de overige beleggingscategorieën)is nihil, doordat de door de betreffende vermogensbeheerders te volgen benchmarkeuro gerelateerd is. Het totale valutarisico is ultimo <strong>2008</strong> ongeveer 8% van de totale beleggingen.De beleggingen in vreemde valuta kunnen per categorie als volgt worden gespecificeerd:Beleggingen vreemde valuta (in miljoenen €)31 dec. <strong>2008</strong> 31 dec. 2007JAARREKENING <strong>2008</strong>Aandelen 1.010 3.678Vastrentende waarden 823 718totaal 1.833 4.396De valutapositie voor en na afdekking door valutaderivaten (in miljoenen €)31 dec. <strong>2008</strong> Valuta- 31 dec. <strong>2008</strong> 31 dec. 2007(voor) Derivaten Nettopositie (na) Nettopositie (na)EUR 6.568 1.819 8.387 8.249GBP 390 -417 -27 32JPY 165 -194 -29 -6USD 1.070 -878 192 301Overig 208 -217 -9 104Totaal 8.401 113 8.514 8.680RenterisicoHet renterisico heeft betrekking op de technische voorzieningen en op de vastrentendewaarden, zoals obligaties en leningen op schuldbekentenis. In de matchingportefeuille (84%van de beleggingen) wordt het renterisico volledig afgedekt, gedeeltelijk met behulp vanswaps. Bij 16% van de beleggingen is het renterisico niet gematcht. De duration van detechnische voorzieningen is ultimo <strong>2008</strong> gelijk aan 17. Dat betekent dat indien de rente met1 procentpunt daalt ten opzichte van het niveau ultimo <strong>2008</strong>, terwijl alle overige variabelenconstant blijven, de dekkingsgraad met ongeveer 2,7% daalt en vice versa.KredietrisicoHet kredietrisico, dat wordt gelopen met betrekking tot de financiële instrumenten, bestaatuit het mogelijke verlies dat zal ontstaan wanneer de tegenpartij in gebreke blijft haarcontractuele verplichtingen na te komen. Dit risico wordt in beginsel beperkt door te beleggenin obligaties en leningen op schuldbekentenis, waarvan de tegenpartijen een hoge44


kredietwaardigheid hebben, door gebruik te maken van kredietlimieten per bedrijfstak en pertegenpartij en door zorgvuldig collateral management.De financiële markten waren in <strong>2008</strong> in de greep van de kredietcrisis. Ook de beleggingsportefeuillevan het pensioenfonds heeft hier onder geleden. Direct doordat ten tijde vanhet faillissement van Lehman Brothers er sprake was van een netto vordering op hen vanca. 1 17 miljoen. Indirect heeft de kredietcrisis een grote invloed gehad op de rendementen vanspecifieke vastrentende instrumenten en op de rendementen van de aandelen in de portefeuille.Risicobeleid alternatieve beleggingenHet risico alternatieve beleggingen betreft het risico met betrekking tot het beleggen in grondstoffen.Dit risico wordt in beginsel beperkt door een gespreide portefeuille van beleggingen ingrondstoffen aan te houden, welke tevens over meerdere partijen is gespreid. De operationelerisico’s verbonden aan het beleggen in grondstoffen worden in beginsel beperkt door te beleggenin erkende beleggingsfondsen en door uitbesteding van het beheer aan een vermogensbeheerder.SolvabiliteitsrisicoHet solvabiliteitsrisico is het risico dat het vermogen op de lange termijn onvoldoende is om aande verplichtingen te kunnen voldoen. Volgens het Financieel Toetsingskader, onderdeel van dePensioenwet, dient het pensioenfonds daarom een vereist eigen vermogen aan te houden. Hetvereist eigen vermogen is zodanig vastgesteld, dat de kans dat het pensioenvermogen van hetpensioenfonds binnen één jaar minder is dan de technische voorzieningen kleiner of gelijk aan2,5% is.Zie onderstaande tabel voor de bepaling van de technische voorzieningen, het vereist eigen vermogen,het vereist vermogen, het aanwezig vermogen en het daaruitvolgende surplus.Solvabiliteitsrisico (in miljoenen €)<strong>2008</strong> 2007Technische voorzieningvolgens de jaarrekening 8.279 6.480Buffers:S1 Renterisico 149 448S2 Risico zakelijke waarden 239 842S3 Valutarisico 46 15S4 Grondstoffenrisico 34 66S5 Kredietrisico 36 7S6 Verzekeringstechnisch risico 324 221Diversificatie-effect -354 -441Door formule berekende totaal S(vereist eigen vermogen) 474 1.158Vereist vermogen (art. 132 Pensioenwet) 8.753 7.638Aanwezig vermogen (totaal activa -schulden = pensioenvermogen) 8.800 9.015surplus 47 1.37745


LiquiditeitsrisicoHet liquiditeitsrisico is het risico dat beleggingen niet tijdig en/of niet tegen een aanvaardbareprijs kunnen worden omgezet in liquide middelen, waardoor het pensioenfonds op korte termijnniet aan zijn verplichtingen kan voldoen.Het pensioenfonds heeft daartoe een liquiditeitsbeleid, dat erop gericht is de maandelijksepremieontvangsten en uitbetalingen van pensioenen zoveel mogelijk samen te laten vallen,zodat onnodige liquidaties van beleggingen worden voorkomen. In het verslagjaar bedroegende premies 1 263 miljoen, de directe beleggingsopbrengsten 1 289 miljoen en de inkomendewaardeoverdrachten 1 9 miljoen. Hiertegenover stonden pensioenuitkeringen van 1 296 miljoenen uitgaande waardeoverdrachten van 1 26 miljoen. De verwachting is dat het pensioenfondszijn korte termijnverplichtingen kan blijven voldoen.JAARREKENING <strong>2008</strong>Verzekeringstechnische risico’sDe belangrijkste verzekeringstechnische risico’s zijn de risico’s van langleven, overlijden enarbeidsongeschiktheid.Het pensioenfonds hanteert bij de bepaling van de technische voorzieningen de meest recenteoverlevingstafel, de AG prognosetafel 2005-2050. In deze overlevingstafel wordt rekeninggehouden met de stijgende levensverwachting. De overlevingstafel wordt bovendien gecorrigeerdmet ervaringssterfte. In het vereist eigen vermogen wordt een buffer aangehouden (deS6) voor het verzekeringstechnisch risico, met name voor het langlevenrisico.Ter dekking van het risico van overlijden van actieve deelnemers voor de pensioendatum hanteerthet pensioenfonds een risico opslag in de premie.Een onderdeel van de kostendekkende premie is een opslag voor het risico van arbeidsongeschiktheidter grootte van 5% van de netto premie. Uit de ervaring van de afgelopen jarenen nader onderzoek in <strong>2008</strong> blijkt deze opslag toereikend voor het dekken van het risico vanarbeidsongeschiktheid.IndexatierisicoDe toeslagverlening is voorwaardelijk. Er wordt geen bestemmingsreserve voor deze voorwaardelijketoezegging gevormd. In het hoofdstuk Pensioenen (pag. 11) is de toeslagverlening nadertoegelicht.Het pensioenfonds streeft er naar om een toeslag te verlenen ter grootte van de consumentenprijsindex.Een risico is dat een hoge inflatie deze index omhoog stuwt en daarmee detoeslagverlening duur maakt. Dit inflatierisico en de mogelijkheid om dit geheel of gedeeltelijkaf te dekken heeft het bestuur bij de herijking van het beleggingsbeleid in <strong>2008</strong> meegenomen.Uiteindelijk is voor een strategie gekozen zonder aanvullende maatregelen tegen inflatierisico.Zie ook hoofdstuk Risicoanalyse (pag. 25).Operationeel risicoOperationeel risico van een onjuiste afwikkeling van transacties, fouten in de verwerking vangegevens, het verloren gaan van informatie, fraude en dergelijke.De uitvoering van de pensioenregeling is uitbesteed aan het pensioenbureau. Het operationeelrisico is daarom daar aanwezig.De belangrijkste beheersmaatregel is de met het pensioenbureau overeengekomen service levelagreement (SLA) die gemonitord wordt door group audit. Daarnaast doet de externe accountantjaarlijks een audit naar de SLA-afspraken en rapporteert daarover aan het bestuur.SysteemrisicoSysteemrisico betreft het risico dat het mondiale financiële systeem (de internationale markten)niet langer naar behoren functioneert, waardoor beleggingen van het pensioenfonds niet langerverhandelbaar zijn en zelfs, al dan niet tijdelijk, hun waarde kunnen verliezen. Net als voor anderemarktpartijen, is dit risico voor het pensioenfonds niet beheersbaar.46


Toelichting op de balans per 31 december <strong>2008</strong>(in duizenden €)1. Vastgoedbeleggingen<strong>2008</strong> 2007BeleggingsfondsenBalanswaarde 1 januari 218.693 -Bij: aankopen 96.894 217.357Af: verkopen -8.903 3.251Koersverschil -8.451 -1.915Balanswaarde 31 december 298.233 218.6932. Aandelen<strong>2008</strong> 2007Beursgenoteerde aandelen 845.235 3.369.553Beleggingsfondsen 189.229 471.698Balanswaarde 31 december 1.034.464 3.841.251Beursgenoteerde aandelenBalanswaarde 1 januari 3.369.553 3.671.219Bij: aankopen 1.207.760 3.676.752Af: verkopen -2.544.814 -3.897.733Koersverschil -1.187.264 -80.685Balanswaarde 31 december 845.235 3.369.553BeleggingsfondsenBalanswaarde 1 januari 471.698 419.876Bij: aankopen 114.616 31.162Af: verkopen -171.394 -44.091Koersverschil -225.691 64.751Balanswaarde 31 december 189.229 471.6983. Vastrentende waarden<strong>2008</strong> 2007Obligaties 3.586.917 4.153.627Lopende intrest obligaties 65.690 114.260Kortlopende vorderingen op banken 2.628.092 373.736Lopende intrest kortlopendevorderingen op banken 19.450 1.098Balanswaarde 31 december 6.300.149 4.642.72147


<strong>2008</strong> 2007ObligatiesBalanswaarde 1 januari 4.153.627 4.020.652Bij: aankopen 13.566.854 6.782.244Af: verkopen en aflossingen -14.337.857 -6.535.472Koersverschil 204.293 -113.797Balanswaarde 31 december 3.586.917 4.153.627Kortlopende vorderingen op bankenBalanswaarde 1 januari 373.736 47.299Bij: aankopen 42.358.980 2.328.606Af: verkopen en aflossingen -40.093.473 -1.998.328Koersverschil -11.151 -3.841JAARREKENING <strong>2008</strong>4. DerivatenBalanswaarde 31 december 2.628.092 373.736<strong>2008</strong> 2007Valutatermijncontracten 111.330 85.506Grondstoffenswap - 17.436Lopende interest swaps 16.545 -Renteswap 560.661 -Credit default swap 1.530 -Inflations contracts 2.818 -Lopende interest inflation contracts 713 -Balanswaarde 31 december 693.597 102.942ValutatermijncontractenBalanswaarde 1 januari 85.506 110.228Bij: aankopen - -Af: verkopen 166.813 -258.552Koersverschil -140.989 233.830Balanswaarde 31 december 111.330 85.506renteswapBalanswaarde 1 januari -275.885 -26.373Bij: aankopen 19.796 -Af: verkopen -120.258 -Koersverschil 937.008 -249.512Balanswaarde 31 december 560.661 -275.885Credit default swapBalanswaarde 1 januari - -Bij: aankopen 178.669 -Af: verkopen -189.617 -Koersverschil 12.478 -48Balanswaarde 31 december 1.530 -


<strong>2008</strong> 2007inflation contractsBalanswaarde 1 januari - -Bij: aankopen - -Af: verkopen -304 -Koersverschil 3.122 -Balanswaarde 31 december 2.818 -Omdat de balanswaarden van de grondstoffenswap, de futures contracts trades en de equity futuresnegatief zijn, worden deze posten in de balans niet onder beleggingen opgenomen, maar onder deoverige schulden en overlopende passiva.<strong>2008</strong> 2007grondstoffenswapBalanswaarde 1 januari 17.436 -Bij: aankopen 114.292 -Af: verkopen -59.009 -Koersverschil -82.268 17.436Balanswaarde 31 december -9.549 17.436Futures, contracts tradedBalanswaarde 1 januari - -Bij: aankopen 222 -Af: verkopen -222 -Koersverschil -11.549 -Balanswaarde 31 december -11.549 -Equity futuresBalanswaarde 1 januari - -Bij: aankopen - -Af: verkopen -2 -Koersverschil -7.521 -Balanswaarde 31 december -7.523 -5. Overige beleggingen<strong>2008</strong> 2007Grondstoffen 58.757 92.498Lopende intrest grondstoffen - -Beleggingsfondsen (overige) -15 4Lopende intrest beleggingsfondsen(overige) - -Annuïtaire lening overgangsregeling 254.921 292.902totaal overige beleggingen 313.663 385.40449


<strong>2008</strong> 2007GrondstoffenBalanswaarde 1 januari 92.498 50.475Bij: aankopen 5.299 142.139Af: verkopen en aflossingen -5.021 -109.672Koersverschil -34.019 9.556Balanswaarde 31 december 58.757 92.498Beleggingsfondsen overigeBalanswaarde 1 januari 4 60.393Bij: aankopen 0 752.258Af: verkopen en aflossingen 1.115 -812.558Koersverschil -1.134 -89JAARREKENING <strong>2008</strong>Balanswaarde 31 december -15 4annuïtaire lening overgangsregelingBalanswaarde 1 januari 292.902 303.668Bij: stelselwijziging 0 28.564Balanswaarde 1 januari na stelselwijziging 292.902 332.232Af: aflossing -34.275 -32.956Koersverschil -3.706 -6.374Balanswaarde 31 december 254.921 292.902De annuïtaire lening overgangsregeling werd gewaardeerd op nominale waarde. Met ingangvan <strong>2008</strong> wordt deze lening op marktwaarde gewaardeerd. De annuïtaire lening is ultimo 2007en ultimo <strong>2008</strong> gewaardeerd met de reële rentetermijnstructuur op basis van inflatieswaps.Op 1 januari 2007 is de reële rentetermijnstructuur op basis van geïndexeerde staatsobligatiesgebruikt, daar de reële rentetermijnstructuur op basis van inflatieswaps nog niet voorhanden was.De overgang naar waardering op marktwaarde is als stelselwijziging primo 2007 verwerkt. Heteffect van de stelselwijziging op het vermogen bedraagt 1 29 miljoen. Aan het eind van 2007 en<strong>2008</strong> ontstaan koersverschillen (indirecte beleggingsopbrengsten) door de overgang naar dereële rentetermijnstructuur van respectievelijk ultimo 2006 naar ultimo 2007 en ultimo 2007 naarultimo <strong>2008</strong>.6. Herverzekeringsdeel technische voorzieningen<strong>2008</strong> 2007Balanswaarde 1 januari 46.851 49.998Mutatie VPV herverzekering 230 -3.147Balanswaarde 31 december 47.081 46.85150


7. Vorderingen en overlopende activa<strong>2008</strong> 2007Aangesloten ondernemingen 2.357 0Te vorderen dividenden en dividendbelasting 4.138 7.406Overige vorderingen beleggingen 1.362 5.558Te vorderen op deelnemers 73 5Lopende intrest liquide middelen 150 157Overige 163 912Balanswaarde 31 december 8.243 14.038Niet uit de balans blijkende rechten en verplichtingenasset manager Tegenpartij Ontvangen Exposure AfdekkingscollateralpercentageRogge RBS 82.508 84.556 98%Morgan Stanley 1.658 1.355 122%BlackRock Barclays 17.026 11.597 147%Goldman Sachs 57.872 53.143 109%<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> 58.659 54.742 107%RBS 66.417 62.525 106%Deutsche Bank 57.433 54.018 106%Citigroup 37.089 34.578 107%Credit Suisse 10.782 10.059 107%Morgan Stanley 1.145 504 227%8. Reserves<strong>2008</strong> 2007Bestemmingsreserve uitvoeringskosten 18.572 -Reserve overig 502.266 2.535.527Balanswaarde 31 december 520.838 2.535.527Bestemmingsreserve uitvoeringskostenBalanswaarde 1 januari - -Saldo baten en lasten 18.572 -Balanswaarde 31 december 18.572 -Algemene reserveBalanswaarde 1 januari 2.535.527 2.102.398Stelselwijziging - 28.564Balanswaarde na stelselwijziging 2.535.527 2.130.961Saldo van baten en lasten -2.033.261 404.566Balanswaarde 31 december 502.266 2.535.52751


Met ingang van verslagjaar wordt een bestemmingsreserve uitvoeringskosten aangehouden.Wanneer in enig jaar een overschot optreedt tussen de forfaitaire kosten en de werkelijkgemaakte kosten, wordt dit overschot via bestemming van het saldo baten en lasten aan dezebestemmingsreserve toegevoegd. Wanneer in een volgend jaar een tekort optreedt, wordt dit,voorzover het saldo toereikend is, aan de bestemmingsreserve onttrokken en aan de (algemene)reserves toegevoegd. De forfaitaire kosten waren in <strong>2008</strong> 1 41,6 miljoen en zijn onderdeel vande kostendekkende premie. De werkelijke uitvoeringskosten bedroegen 1 23 miljoen. Daarvan is1 15,2 miljoen uitvoeringskosten vermogensbeheer, die in mindering gebracht zijn op de directebeleggingsopbrengsten. De uitvoeringskosten niet zijnde kosten vermogensbeheer, ter groottevan 1 7,8 miljoen zijn als aparte onderdeel onder de lasten opgenomen. Het overschot dat resulteertuit de ontvangen forfaitaire kostenopslag en de werkelijke uitvoeringskosten was gelijk aan1 18,6 miljoen. Dit is toegevoegd aan de bestemmingsreserve uitvoeringskosten.DekkingsgraadJAARREKENING <strong>2008</strong><strong>2008</strong> 2007Minimaal vereist eigen vermogen 347.717 278.629Vereist eigen vermogen 473.864 1.157.664Dekkingsgraad 106% 139%Het minimaal vereist eigen vermogen bedraagt 4,2% van de technische voorzieningen.Het vereist eigen vermogen is het vermogen dat behoort bij de evenwichtssituatie van hetpensioenfonds. In die situatie is het eigen vermogen zodanig vastgesteld dat met de wettelijkvastgestelde zekerheidsmaat van 97,5% ten aanzien van de als onvoorwaardelijk aangemerkteonderdelen van de pensioenovereenkomsten wordt voorkomen dat het pensioenvermogen vanhet pensioenfonds binnen één jaar minder is dan de voorziening pensioenverplichtingen.De dekkingsgraad is het quotiënt van het pensioenvermogen (de som van de beleggingen, hetherverzekeringsdeel technische voorzieningen, de vorderingen en overlopende activa en deliquide middelen onder aftrek van de overige schulden en overlopende passiva) en de technischevoorzieningen.9. Technische voorzieningenHet resultaat over <strong>2008</strong> is ten laste genomen van de reserves.<strong>2008</strong> 2007Balanswaarde 1 januari 6.479.748 6.752.183Mutatie technische voorzieningen 1.799.226 -272.435Balanswaarde 31 december 8.278.974 6.479.748De technische voorzieningen zijnals volgt verdeeld:Actieve deelnemers 3.259.778 2.508.276Gewezen deelnemers 1.832.842 1.202.305Pensioengerechtigden 3.186.354 2.769.167totaal voorzieningpensioenverplichtingen 8.278.974 6.479.74852


10. Overige schulden en overlopende passiva<strong>2008</strong> 2007<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. 23.372 6.113Af te dragen loonheffing en ZFW-premie 7.066 6.202Waardeoverdrachten 71 2.923Pensioenuitkeringen 81 117Kosten 1.201 -Derivaten met negatieve posities 28.621 275.885Overige 13.244 18.638Totaal overige schulden enoverlopende passiva 73.656 309.87853


Toelichting op de rekening van baten en lasten over <strong>2008</strong>(in duizenden €)Baten11. Premiebijdragen<strong>2008</strong> 2007<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. 206.266 245.591Aangesloten ondernemingen 13.223 5.974Bijdragen FVP 1.583 553JAARREKENING <strong>2008</strong>Premie 221.072 252.118Forfaitaire uitvoeringskosten 41.575Kostendekkende premie 262.647 252.118Opslag of korting - -totaal 262.647 252.118De premie is als volgt verdeeld:Pensioenopbouw 128.671 147.606Solvabiliteitsopslag 22.736 29.283Indexatieopslag 70.530 75.623Opslag/vrijval excassokosten -865 -395De opslag voor premievrijstelling bij arbeidsongeschiktheid van 5% is opgenomen in depensioenopbouw, de solvabiliteitsopslag en de indexatieopslag.De forfaitaire opslag ten behoeve van de jaarlijkse uitvoeringskosten die de bank met ingangvan <strong>2008</strong> is verschuldigd, bestaat uit een in <strong>2008</strong> vastgesteld bedrag dat jaarlijks met het CAOloonindexcijferwordt aangepast en 0,35% van de marktwaarde van de beleggingen van hetpensioenfonds per ultimo van het voorafgaande jaar. Voor <strong>2008</strong> resulteert dit in 1 41,6 miljoen,waarvan 1 11,2 miljoen een vast bedrag is en 1 30,4 uitvoeringskosten is gerelateerd aan vermogensbeheer.Zie de actuariële analyse voor het gemaakte resultaat op uitvoeringskosten.Bovenop bovenstaande premie betaalt de bank de overgangskosten van de pensioenregeling2000 (1-1-2000: 1 501 miljoen) op basis van een 4% 15-jarige annuïteit. Daarnaast betaalt debank jaarlijks de cao-loonindexatie over de restwaarde van de lening. Voor <strong>2008</strong> resulteert dit in1 51 miljoen, bestaande uit 1 34 miljoen aflossing lening (zie balans) en 1 16 miljoen intrest (ziedirecte beleggingsresultaten). Voor 2007 zijn de vergelijkende cijfers respectievelijk 1 49 miljoen,1 33 miljoen en 1 16 miljoen.54


12. Directe beleggingsresultaten<strong>2008</strong> 2007Vastgoedbeleggingen 3.481 5.477Beursgenoteerde aandelen 67.864 85.350Beleggingsfondsen (aandelen) 2.384 1.283Obligaties 132.540 182.244Kortlopende vorderingen op banken 72.975 5.927Grondstoffen - 21Beleggingsfondsen (overige) -12.289 876Derivaten 34.042 -Dividend 2.540 6.539Annuïtaire lening overgangsregeling 16.482 15.618Betaalde kosten vermogensbeheer -15.177 0Liquide middelen -18.661 3.385Lending 2.745 4.070totaal directe beleggingsresultaten 288.926 310.790De werkelijke uitvoeringskosten over <strong>2008</strong> bedroegen 1 15,2 miljoen kosten vermogensbeheeren 1 7,8 miljoen uitvoeringskosten niet zijnde vermogensbeheer. De kosten vermogensbeheerzijn ten laste van de Directe beleggingsresultaten opgenomen. De uitvoeringskosten niet zijndekosten van vermogensbeheer zijn onderdeel van de kosten (zie nr. 18).13. Indirecte beleggingsresultaten<strong>2008</strong> 2007Vastgoedbeleggingen -8.451 -1.915Beursgenoteerde aandelen -1.187.264 -80.685Beleggingsfondsen (aandelen) -225.691 64.751Obligaties 204.293 -113.797Kortlopende vorderingen op banken -11.151 -3.841Valutatransacties -140.989 233.830Renteswap 937.008 -249.512Grondstoffenswap -82.268 17.436Credit default swap 12.478 -Future contracts, traded -11.549 -Equity futures -7.521 -Inflation contracts 3.122 -Grondstoffen -34.019 9.556Beleggingsfondsen (overige) -1.134 -89Liquide middelen beschikbaarvoor beleggingen - -Futures 111.606 -703Liquide middelen -6.033 162Annuïteitenlening -3.706 -6.374totaal indirecte beleggingsresultaten -451.269 -131.18155


Indirecte beleggingsresultaten betreffen gerealiseerde en ongerealiseerde waardefluctuatiesals gevolg van marktontwikkelingen. De annuïteitenlening wordt met ingang van <strong>2008</strong> en in devergelijkende cijfers van 2007 op marktwaarde gewaardeerd. De daardoor ontstane waardeveranderingis onderdeel van de indirecte beleggingsresultaten.14. Overige baten<strong>2008</strong> 2007Uitkeringen herverzekering 4.250 4.497Overig 342 466totaal overige baten 4.592 4.963JAARREKENING <strong>2008</strong>Lasten15. Pensioenuitkeringen<strong>2008</strong> 2007Ouderdomspensioen 226.952 211.478Partnerpensioen 67.588 64.397Wezenpensioen 1.451 1.536Afkoopsommen/overige uitkeringen 465 3.193totaal uitkeringen 296.456 280.60416. Mutatie herverzekeringsdeel technische voorzieningen<strong>2008</strong> 2007Rentetoevoeging 2.206 1.937Premies 46 55Uitkeringen -4.250 -4.497Overige mutaties 1.875 1.177Wijziging marktrente 353 -1.819totaal mutatie herverzekeringsdeeltechnische voorzieningen 230 -3.14717. Saldo overdrachten van rechten<strong>2008</strong> 2007Overgedragen pensioenverplichtingen 25.664 31.182Overgenomen pensioenverplichtingen -9.405 -11.174totaal saldo overdrachten van rechten 16.259 20.00856


18. Kosten<strong>2008</strong> 2007Personeelskosten 3.420Accountantskosten, controle jaarrekening 241Accountantskosten, controle overig 28Overige uitvoeringskosten,niet zijnde kosten vermogensbeheer 4.138 -totaal uitkeringen 7.827 -In <strong>2008</strong> worden de kosten voor het eerst gedragen door het pensioenfonds in plaats van desponsor. Bij het pensioenfonds zijn geen bezoldigde werknemers in dienst. De werkzaamhedenworden grotendeels verricht door werknemers die in dienst zijn van de werkgever. Ultimo <strong>2008</strong>bedroeg het aantal fte’s bij het pensioenbureau 36,9. De hieraan verbonden kosten bedragen1 3,4 miljoen en worden doorbelast aan het pensioenfonds.De accountantskosten controle overig bestaan uit controle FAS/IAS19 (1 13 duizend), controleFVP (1 8 duizend) en controle Service Level Agreement (1 7 duizend).19. Overige lasten<strong>2008</strong> 2007Premies herverzekering 46 55Overige 1 746totaal andere lasten 47 801Omzet<strong>2008</strong> 2007Directe beleggingsresultaten 288.926 310.790Premies 262.647 252.117totaal omzet* 551.573 562.907*Op grond van de definitie in de richtlijnenvoor de jaarverslaggeving.De activiteiten van het pensioenfonds zijn vrijgesteld van belastingheffing in het kader van devennootschapsbelasting.57


Toelichting kasstroomoverzicht <strong>2008</strong>Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. Hieronder volgt een toelichtingop de ontwikkelingen van de posten in de rekening van baten en lasten en de posten in hetkasstroomoverzicht.BeleggingsopbrengstenIn het kasstroomoverzicht zijn de waardeontwikkelingen van de beleggingen niet meegenomen.JAARREKENING <strong>2008</strong>KostenMet ingang van het verslagjaar betaalt het pensioenfonds zelf de gemaakte uitvoeringskosten enontvangt hiervoor van de bank een forfaitaire kostenopslag. De werkelijke uitvoeringskosten zijnonderverdeeld in werkelijke uitvoeringskosten vermogensbeheer en werkelijke uitvoeringskostenniet zijnde kosten van vermogensbeheer. De werkelijke uitvoeringskosten vermogensbeheerter grootte van 1 15,2 miljoen zijn onderdeel van de ontvangen directe beleggingsopbrengsten.Liquide middelenDe eindstand ad 1 178 miljoen heeft betrekking op de kas-, bank- en girosaldi en kortlopendedeposito’s opgenomen onder liquide middelen.58


Actuariële analyseSaldo van baten en lasten<strong>2008</strong> 2007rendement en inflatieDirecte beleggingsresultaten 288.926 310.790Indirecte beleggingsresultaten -451.269 -131.181-162.343 179.609Rentetoevoeging aan de technischevoorzieningen -307.127 -294.399Indexering -129.794 -132.491Wijziging marktrente -1.552.388 593.834-1.989.309 166.944-2.151.652 346.553FinancieringPremiebijdragen 221.072 252.117Pensioenopbouw -128.671 -147.60692.401 104.511KostenForfaitaire kostenopslag uitvoeringskosten 41.575 -Kosten ten laste van het pensioenfonds -23.003 -18.572 -risicoprocesLevenskansen -10.196 -13.280Arbeidsongeschiktheid 12.787 7402.591 -12.540Overige mutaties 23.399 -33.960saldo van baten en lasten -2.014.689 404.564Amsterdam, 12 mei 2009Het bestuur van de Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.Mr. J.G.H. van den BoschIr. J.B. Heukensfeldt JansenK.J.M. ten HoorMr. J.A. van HorzenMr. R.A. KleijnDrs. D.G. MaasDrs. R.J. MeuterL.M.R. Vanbockrijck AAG CFADrs. J. VoortmanProf. dr. A.C.F. Vorst59


Mutaties personalia <strong>2008</strong>Mutaties <strong>2008</strong> bestuur en bestuurscommissiesDe bank benoemde de heer D.A. Cole als opvolger van mevrouw mr. E.C.C. Simon Thomas dievanwege haar benoeming door de bank in het verantwoordingsorgaan eind 2007 tussentijdsterugtrad. De heer Cole is op 31 oktober <strong>2008</strong> teruggetreden. Mevrouw drs. D.G. Maas is zijnbeoogd opvolger.De heer mr. F.J. de Bruin is begin <strong>2008</strong> tussentijds teruggetreden. De heer mr. R.A. Kleijn is zijnopvolger in het bestuur en in de bestuurscommissie pensioenen.In <strong>2008</strong> trad de heer drs. A.J. Blok terug als lid van de bestuurscommissie beleggingen. Hij isniet opgevolgd.Mutaties <strong>2008</strong> raad van deelnemersKiesgroep deelnemers: In de loop van <strong>2008</strong> trad de heer L. Prijs tussentijds af. Zijn plaats werdingenomen door de heer mr. C.J. Schmidt.Mutaties <strong>2008</strong> verantwoordingsorgaanDe bank benoemde de heer J. van Hall RA/RE als opvolger van mevrouw mr. E.C.C. SimonThomas die vanwege vertrek bij de bank tussentijds terugtrad.Mutaties <strong>2008</strong> visitatiecommissieIn <strong>2008</strong> zijn naast de heer mr. H.J. Thoman (voorzitter) de heer R. van Dam AAG en de heer drs.ing. J.P.A. Nelissen toegetreden tot de visitatiecommissie.OVERIGE GEGEVENSMutaties <strong>2008</strong> management pensioenbureauDe heer drs. C.A.M. Hertogh AAG is als hoofd actuariaat opgevolgd door de heer ir. R.W.J.de Rijk. De heer drs. C.N. Telkamp trad eind <strong>2008</strong> wegens een interne reorganisatie van hetpensioenbureau terug uit het management.Gebeurtenissen na balansdatumAls gevolg van verdere waardedaling van de beleggingen en verdere daling van de marktrente isvastgesteld dat per ultimo februari 2009 het pensioenfonds in de positie is gekomen dat sprakeis van een reserve en dekkingstekort. Ultimo maart 2009 is het dekkingstekort weer opgeheven.Dit is gemeld aan DNB. De raad van deelnemers, de visitatiecommissie en het verantwoordingsorgaanzijn hierover geïnformeerd. Ten tijde van de opmaak van dit jaarverslag werden tevensvoorbereidingen getroffen voor het indienen van een herstelplan. Dit voor het geval het reservetekorteind mei nog niet is opgeheven.Gelet op de financiële positie van het pensioenfonds heeft het bestuur besloten per april 2009geen toeslag te verlenen. De stijging van de voor toeslagverlening relevante prijsindex was overde referentieperiode 1,9%.60


Actuariële verklaringOpdrachtDoor Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. te Amsterdam is aan Watson WyattB.V. de opdracht verleend tot het afgeven van een actuariële verklaring als bedoeld in dePensioenwet over het boekjaar <strong>2008</strong>.GegevensDe gegevens waarop mijn onderzoek is gebaseerd, zijn verstrekt door en tot stand gekomenonder de verantwoordelijkheid van het bestuur van het pensioenfonds. Voor de toetsing vande fondsmiddelen en voor de beoordeling van de vermogenspositie heb ik mij gebaseerd opde financiële gegevens die ten grondslag liggen aan de jaarrekening. In overeenstemmingmet de richtlijn ’Samenwerking tussen accountant en actuaris ter zake van de controle vanverantwoordingen van verzekeringsinstellingen’ heeft de accountant van het pensioenfonds mijgeïnformeerd over zijn bevindingen ten aanzien van de betrouwbaarheid en de volledigheid vande administratieve basisgegevens en de overige uitgangspunten die voor mijn oordeelsvormingvan belang zijn.WerkzaamhedenTer uitvoering van de opdracht heb ik onderzocht of is voldaan aan de artikelen 126 tot en met140 van de Pensioenwet.De door het pensioenfonds verstrekte administratieve basisgegevens en de bevindingen vande accountant ten aanzien hiervan zijn zodanig dat ik die gegevens als uitgangspunt voor mijnbeoordelingswerkzaamheden heb aanvaard.Als onderdeel van de werkzaamheden voor de opdracht:• heb ik ondermeer onderzocht of de technische voorzieningen, het minimaal vereist eigen vermogenen het vereist eigen vermogen toereikend zijn vastgesteld, en• heb ik mij een oordeel gevormd over de vermogenspositie van het pensioenfonds.Mijn onderzoek heb ik zodanig uitgevoerd, dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregendat de resultaten geen onjuistheden van materieel belang bevatten. Ik heb mij een oordeelgevormd over de waarschijnlijkheid waarmee het pensioenfonds de tot balansdatum aangeganeverplichtingen zal kunnen nakomen. De beschreven werkzaamheden en de uitvoering daarvanzijn in overeenstemming met de binnen het Actuarieel Genootschap geldende normen engebruiken, en vormen naar mijn mening een deugdelijke grondslag voor mijn oordeel.OordeelMet inachtneming van het voorafgaande en het navolgende verklaar ik dat naar mijn overtuigingis voldaan aan de artikelen 126 tot en met 140 van de Pensioenwet.De technische voorzieningen zijn, overeenkomstig de beschreven berekeningregels en uitgangspunten,toereikend vastgesteld. Het eigen vermogen van het pensioenfonds is op de balansdatumten minste gelijk aan het wettelijk minimaal vereist eigen vermogen. Het eigen vermogenvan het pensioenfonds is op de balansdatum ten minste gelijk aan het wettelijk vereist eigenvermogen.Gemeten naar de wettelijke maatstaf is ten aanzien van de verplichtingen, aangegaan tot balansdatum,sprake van een toereikende solvabiliteit.61


OVERIGE GEGEVENSDe vermogenspositie van Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. is op de balansdatumnaar mijn mening voldoende, mede gelet op mogelijkheden tot het realiseren van debeoogde toeslagen. Daarbij is bepalend de mate van waarschijnlijkheid dat het pensioenfondszal kunnen voldoen aan de verplichtingen, aangegaan tot balansdatum, in aanmerking nemendhet streven inzake toeslagen, zoals aan verzekerden meegedeeld en de in wet- en regelgevingopgenomen criteria. Het toeslagbeleid is voorwaardelijk, maar het pensioenfonds ambieert depensioenaanspraken jaarlijks aan te passen aan de procentuele ontwikkeling van de consumentenprijsindex.Amstelveen, 12 mei 2009B. den Hartog AAGverbonden aan Watson Wyatt B.V.62


AccountantsverklaringVerklaring betreffende de jaarrekeningWij hebben de in dit verslag opgenomen jaarrekening <strong>2008</strong> van Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> vande <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. te Amsterdam bestaande uit de balans per 31 december <strong>2008</strong> en derekening van baten en lasten over <strong>2008</strong> met de toelichting gecontroleerd.Verantwoordelijkheid van het bestuurHet bestuur van de stichting is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening die hetvermogen en het resultaat getrouw dient weer te geven, alsmede voor het opstellen van hetverslag van het bestuur, beide in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW. Deze verantwoordelijkheidomvat onder meer: het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteemrelevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de jaarrekening vanvermogen en resultaat, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg vanfraude of fouten bevat, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiëleverslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijkzijn.Verantwoordelijkheid van de accountantOnze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis vanonze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht.Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen enzijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate vanzekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatieover de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De keuze van de uit te voeren werkzaamhedenis afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronderbegrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg vanfraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmakenvan en getrouw weergeven in de jaarrekening van vermogen en resultaat relevante internebeheersingssysteem, teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamhedendie onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doelhebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van destichting. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van detoegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen diehet bestuur van de entiteit heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van dejaarrekening.Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is alsbasis voor ons oordeel.63


OVERIGE GEGEVENSOordeelNaar ons oordeel geeft de jaarrekening een getrouw beeld van de grootte en de samenstellingvan het vermogen van Stichting <strong>Pensioenfonds</strong> van de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. per 31 december<strong>2008</strong> en van het resultaat over <strong>2008</strong> in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 BW.Verklaring betreffende andere wettelijke voorschriften en/of voorschriften vanregelgevende instantiesOp grond van de wettelijke verplichting ingevolge artikel 2:393 lid 5 onder f BW melden wij dathet verslag van het bestuur, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekeningzoals vereist in artikel 2:391 lid 4 BW.Den Haag, 12 mei 2009Ernst & Young Accountants LPPw.g. dr. N.G. de Jager RA64


OvereenkomstenUitvoeringsovereenkomstenIn de uitvoeringsovereenkomsten zijn de verplichtingen van het pensioenfonds en de werkgevervastgelegd, waaronder het premiemechanisme en het toeslagbeleid.In <strong>2008</strong> is de uitvoeringsovereenkomst tussen het pensioenfonds en de <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.(de werkgever) aangepast. Deze aanpassing was nodig in verband met bepalingen uit dePensioenwet die per 1 januari <strong>2008</strong> van kracht zijn geworden. De uitvoeringsovereenkomst is inwerking getreden op 1 januari <strong>2008</strong> en aangegaan voor een periode van één jaar en zal daarnatelkens worden verlengd dan wel herzien voor een periode van één jaar. De belangrijkste aanpassingten opzichte van de vorige uitvoeringsovereenkomst is dat de werkgever met ingang van<strong>2008</strong> een opslag op de premie verschuldigd is voor de jaarlijkse uitvoeringskosten en kosten vanvermogensbeheer. Voorheen werden deze kosten rechtstreeks door de werkgever betaald.PremiemechanismeHet premiemechanisme in de uitvoeringsovereenkomsten ter financiering van de verplichtingenvan het pensioenfonds is erop gericht het eigen vermogen van het pensioenfonds• ingeval van een dekkingstekort binnen één jaar te brengen op het minimaal vereist eigenvermogen, en• in geval van een reservetekort binnen vijftien jaar te brengen op het vereist eigen vermogen.Hiervoor werkt het pensioenfonds met een premiesysteem waarbij in geval van een reservetekortof dekkingstekort, opslagen worden betaald. Bij een overschrijding van de premiekortinggrenswordt een korting verleend. De opslag of korting wordt toegepast op de kostendekkendepremies en de overgangskosten 2000.Kostendekkende premieDe kostendekkende premie bestaat uit:a de inkoop van de pensioenopbouw van de deelnemers, inclusief de risicopremie voor hetpartnerpensioen voor toekomstige opbouw en het wezenpensioen;b de solvabiliteitsopslag, zijnde het product van enerzijds de verhouding tussen het vereist eigenvermogen en de voorziening pensioenverplichtingen en anderzijds het bedrag bedoeld onder a;c een opslag voor de toekomstige voorwaardelijke toeslagen; de opslag is gelijk aan het bedragbedoeld onder a berekend met een rente die 2 procentpunten lager is, verminderd met debedragen bedoeld onder a en b, echter ten minste nihil;d een opslag voor de dekking van de kosten van premievrijstelling wegens arbeidsongeschiktheidvan 5% van de som van de bedragen bedoeld onder a, b en c;e een opslag of vrijval voor de excassokosten van 1% van het verschil tussen de som van debedragen bedoeld onder a, b en c en de stand van de uitkeringen aan het begin van het jaar;f een opslag voor de uitvoeringskosten en vermogensbeheer van respectievelijk 1 11,2 miljoen(bedrag <strong>2008</strong>, jaarlijks geïndexeerd met het CAO-loonindexcijfer) en 0,35% van de marktwaardevan de beleggingen van het <strong>Pensioenfonds</strong> per ultimo van het voorafgaande jaar.Opslag reservetekortIndien op 31 december sprake is van een reservetekort, is de werkgever met ingang van 1januari daaropvolgend een opslag ter grootte van 1/15e deel van het vastgestelde reservetekortverschuldigd. Deze jaarlijkse opslag wordt in maandelijkse termijnen door de werkgever betaald.Voor ieder opvolgend jaar waarin sprake is van een reservetekort geldt dat de hoogte van deverschuldigde opslag wordt gelijkgesteld aan het maximum van de opslag over het voorgaandejaar en 1/15e deel van het dan vastgestelde reservetekort. Is de zo berekende opslag groter dan65


het reservetekort, dan wordt de opslag gelijkgesteld aan het reservetekort. De aldus berekendeopslag blijft jaarlijks verschuldigd tot het reservetekort is weggewerkt. De jaarlijkse opslag wordtin maandelijkse termijnen door de werkgever betaald.Opslag dekkingstekortIndien aan het eind van een maand sprake is van een dekkingstekort wordt binnen tweemaanden, of zoveel eerder als De Nederlandsche Bank bepaalt, een kortetermijnherstelplanopgesteld om uiterlijk binnen een jaar geen dekkingstekort meer te hebben. In dit plan wordtrekening gehouden met de kostendekkende premie, de opslag reservetekort, het verwachtefondsrendement (uitgaande van de parameters zoals vastgesteld in een algemene maatregel vanbestuur op grond van geldend pensioenwetgeving) en het niet toekennen van indexatie. Als hetdekkingstekort naar verwachting niet binnen de in het kortetermijnherstelplan genoemde termijnis opgeheven, dan is met ingang van de maand volgend op de maand waarin het dekkingstekortis ontstaan een zodanige opslag verschuldigd door de werkgever dat het dekkingstekort uiterlijkbinnen de genoemde termijn is opgeheven. Met ingang van de maand volgend op de maandwaarin is vastgesteld dat geen sprake meer is van een dekkingstekort is deze opslag niet langerverschuldigd. De maandelijkse opslag en de termijn waarbinnen het dekkingstekort wordtingelopen kunnen afwijkend worden vastgesteld als De Nederlandsche Bank met het voorsteldaartoe instemt.KortingIndien de vermogenspositie van het pensioenfonds aan het einde van het kalenderjaar - metinachtneming van een voornemen tot het verlenen van toeslag - de premiekortinggrens heeftbereikt, geeft het dan aanwezige vermogen boven de premiekortinggrens het bestuur de mogelijkheidtot het geven van korting op de door de werkgever te betalen premie, met dien verstandedat de premie niet negatief kan worden.OVERIGE GEGEVENSOvergangskosten pensioenregeling 2000De overgangskosten 2000 (per 1-1-2000 1 501 miljoen) worden in maximaal 15 jaar vanaf1 januari 2000 aan het pensioenfonds betaald. De werkgever is in januari van ieder jaar de jaarlijkseaflossing en intrest van de 15-jarige annuïteit met een rentevoet van 4% verschuldigd. Inde maand waarin de cao-loonronde van de werkgever plaatsheeft, wordt een bedrag verschuldigdgelijk aan de cao-loonindex maal de restwaarde van de annuïteit.ToeslagbeleidOp de pensioenrechten en pensioenaanspraken wordt met inachtneming van de toeslagruimtejaarlijks per 1 april een toeslag verleend van maximaal de procentuele ontwikkeling van deconsumentenprijsindex, tenzij het bestuur anders beslist. Is de genoemde prijsindex negatief,dan is de toeslag 0%. In het jaar of de jaren hierna wordt, zolang de negatieve procentueleontwikkeling in voorafgaande jaren nog niet is verrekend, slechts een procentuele verhogingtoegekend voor zover deze hoger is dan het restant van de negatieve procentuele ontwikkelinguit voorafgaande jaren. Voor deze voorwaardelijke indexatietoezegging is geen bestemmingsreservegevormd. Deze voorwaardelijke indexatietoezegging wordt gedeeltelijk uit een opslag inde kostendekkende premie gefinancierd.Het bestuur bepaalt de hoogte van een te verlenen toeslag in beginsel door de procentuele verhogingvan de consumentenprijsindex te vermenigvuldigen met de toeslagruimte. Het bestuurbeslist jaarlijks of en in hoeverre pensioenrechten en pensioenaanspraken worden aangepast enkan daarbij afwijken van het hiervoor bepaalde.De toeslag is algemeen en is gelijkelijk van toepassing op de toeslagverlening aan alle deelnemers,gewezen deelnemers en pensioengerechtigden van het pensioenfonds.Indien in enig jaar de toeslag niet of niet volledig is toegekend, dan gebeurt dit in de daaropvolgende jaren, per 1 april van het jaar van toekenning, alsnog (gedeeltelijk) voor toekomstige66


uitkeringen. Voorwaarde is dat na deze toekenning de toeslagruimte per 31 december tenminste100% bedraagt en de toekenning naar het oordeel van het bestuur aanvaardbaar is. De werkgeveris voor de inhaaltoeslagen geen premies verschuldigd. De inhaaltoeslagen worden uit heteigen vermogen van het pensioenfonds gefinancierd.Het pensioenfonds behoudt zicht het recht voor om het toeslagenbeleid volgens de bepalingenuit de statuten aan te passen.Service level agreement pensioenbureauIn <strong>2008</strong> is de service level agreement tussen het pensioenfonds en het pensioenbureau herzien.Naast de taakomschrijving zijn prestatiebenchmarks vastgelegd waaraan het pensioenbureaumoet voldoen. Het pensioenbureau rapporteert elk kwartaal aan het bestuur van het pensioenfondsof en in hoeverre aan de prestatiebenchmarks wordt voldaan. De externe accountantrapporteert jaarlijks achteraf aan het bestuur in hoeverre het pensioenbureau de service levelagreement is nagekomen. De service level agreement heeft betrekking op onder meer devolgende zaken:• deelnemersadministratie, waaronder de vastlegging van pensioenaanspraken, waardeoverdrachten,FVP-aanvragen, pensioenverevening, herverzekering en arbeidsongeschiktheid;• financiële administratie, waaronder grootboekadministratie, premienota’s, informatiepensioenkosten en betalingen;• verslaglegging, waaronder actuarieel jaarwerk, samenstellen van het jaar- en actuarieel verslagen het vervaardigen van verslagstaten;• pensioenuitkeringen;• algemene ondersteuning en consultancy, waaronder het voorbereiden van bestuurs- enbestuurscommissievergaderingen, vastleggen en uitvoeren van bestuursbesluiten, opstellenvan conceptteksten statuten, reglementen en overeenkomsten, verstrekken van vakinhoudelijkeinformatie en overige ondersteuning;• speciale projecten, waaronder studies;• informatieverstrekking, waaronder informatie aan alle belanghebbenden, bestuur en commissiesalsmede externe partijen zoals toezichthouders, accountants, actuarissen en dergelijke;• verantwoording en rapportage.VermogensbeheerovereenkomstenHet pensioenfonds heeft meerdere vermogensbeheerders aangesteld als beheerder van het vermogen.Aan de vermogensbeheerders is met beheerovereenkomsten, die aansluiten bij de doorhet bestuur vastgestelde beleggingsrichtlijnen, volmacht verstrekt voor het beleggen en herbeleggenvan het vermogen voor rekening en risico van het pensioenfonds. Het pensioenbureauen Mellon Analytical Solutions controleren of de vermogensbeheerders binnen hun mandatenopereren. VermogensGroep verricht de resultaat- en attributiemeting.Overeenkomst van effectenbewaringHet pensioenfonds heeft BNY Mellon Asset Servicing B.V. aangesteld als custodian voor deadministratie en bewaring van haar effecten.67


Hoofdfunctie- en nevenfuncties van de bestuursleden en directiehoofdfunctienevenfunctie(s)Mr. J.G.H. van den Bosch Senior Restructurer -Bestuurslid <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>Afdeling Financial<strong>Pensioenfonds</strong>Restucturing en-Bestuurslid <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>Recovery <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> BelangenverenigingBank N.V.ZiektekostenIr. J.B. Heukensfeldt Jansen Algemeen directeur IFN -Bestuurslid <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>Finance B.V. en IFN<strong>Pensioenfonds</strong>Group B.V.-Bestuurslid Alcover AG-Commissaris Leons B.V.K.J.M. ten Hoor Hoofd Instituten en -Bestuurslid <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>Charitas Private<strong>Pensioenfonds</strong>Banking Noord-Oost -Bestuurslid Vereniging voor<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V. Christelijk OnderwijsMidden GroningenMr. J.A. van Horzen Hoofd van Group tax -Bestuurslid <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>department <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong>Bank N.V.-Raadsheer plaatsvervangerbij de Belastingkamer van hetGerechtshof Amsterdam-Lid van de examencommissievan de Federatie vanbelastingadviseursOVERIGE GEGEVENSMr. R.A. Kleijn Bestuurslid <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> -President commissaris<strong>Pensioenfonds</strong>Zorgconsult Nederland-Vice voorzitter Raad vanToezicht Tergooi Ziekenhuizen-Lid Raad van Toezicht Nierstichting-Adviseur Ferro Marketing enCommunicatieDrs. R.J. Meuter Voorzitter <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> -Commissaris Friesland Bank N.V.<strong>Pensioenfonds</strong>-Commissaris TD Waterhouse BankN.V.-Lid Raad van Toezicht KNRM-Bestuurslid StichtingPro Senectute-Bestuurslid NCD-Bestuurslid Ubbo Emmius Fonds-Voorzitter Curatorium ControllersOpleiding Erasmus Universiteit68


hoofdfunctienevenfunctie(s)L.M.R. Vanbockrijck ALM BU NL / Funding -Bestuurslid <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>AAG CFA and Liquidity Management <strong>Pensioenfonds</strong><strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.Drs. J. Voortman Bestuurslid <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> -Voorzitter vereniging van<strong>Pensioenfonds</strong> eigenaren Minervalaan 40-52AmsterdamProf. dr. A.C.F. Vorst <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>/Group Risk -Bestuurslid <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong>Management <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong>Bank N.V./ gedetacheerd -Professor Quantitative Riskbij RBS/Group Head of Management, Vrije UniversiteitRisk AnalyticsAmsterdamDirectie: Directeur <strong>Pensioenfonds</strong>/ -Extern lid Beleggingsadvies-Dr. C.L. Dert Hoofd pensioenbureau commissie <strong>Pensioenfonds</strong>Hoogovens-Extern lid BeleggingscommissieKLM <strong>Pensioenfonds</strong>en69


BegrippenlijstAandelenselectie:het samenstellen van een portfolio aandelen binnen een land, regio of sector.Actief beleggen:op grond van een bepaalde marktvisie wordt afgeweken van de benchmark, om zo te trachteneen beter resultaat te behalen.Actuariële analyse of verzekeringstechnische analyse:in de actuariële analyse wordt door de actuaris de betekenis van opgetreden verschillen tussende actuariële grondslagen en de werkelijke ontwikkelingen geanalyseerd.Actuariële en bedrijfstechnische nota (ABTN):een door de Pensioenwet voorgeschreven nota, waarin de hoofdlijnen van de pensioenregelingen,de actuariële grondslagen, de financieringsopzet, de sturingsmiddelen,het beleggingsbeleid en de organisatorische opzet van het pensioenfonds zijn beschreven.Actuariële grondslagen:de veronderstellingen met betrekking tot onder meer de rekenrente, kansstelsels en kostenopslagendie een actuaris hanteert bij het vaststellen van de pensioenverplichtingen en depensioenpremie.OVERIGE GEGEVENSActuariële principes pensioenfondsen (APP):de door DNB aangegeven principes op grond waarvan DNB tot 2007 (of eerdere overgang ophet financieel toetsingskader) de actuariële en bedrijfstechnische opzet en de financiële positievan een pensioenfonds beoordeelt. In dit kader waren voorschriften geformuleerd betreffendede toereikendheid van de voorzieningen en compensatie van eventuele tekorten.ALM-studie of Asset Liability Managementstudie:Asset Liability Management is een onderzoekstechniek om bij verschillende scenario’s enuitgangspunten op het gebied van de beleggingen en de verplichtingen het effect op definanciële positie van het pensioenfonds te kunnen voorspellen. De uitgangspunten hebbenbetrekking op het beleggings-, indexatie- en premiebeleid in samenhang met de economischeomstandigheden en de risicohouding van het pensioenfonds. De uitkomst van een ALM-studieis een beleggingsmix met een aanvaardbare combinatie van nettopremieniveau, premievolatiliteit,kansen op onderdekking en kansen op (volledige) indexatie.Annuïtaire lening:de annuïtaire lening betreft de financiering van de overgangskosten van de pensioenregeling2000 per 1 januari 2000 ad 1 501 miljoen. De annuïteit wordt maximaal 15 jaar betaald op basisvan 4% intrest. De restwaarde van de lening wordt tot het vermogen van het pensioenfondsgerekend.Annuïteit:een serie gelijkblijvende betalingen, die bestaan uit een rente- en een aflossingsdeel en diedienen om een schuld mee af te lossen. Bij elke (gelijkblijvende) betaling neemt de restschuldaf en daarmee ook de rentevergoeding over de restschuld. Omdat de som van de rente ende aflossing steeds gelijk blijft, neemt het aflossingsdeel in de (gelijk blijvende) betaling toegedurende de terugbetalingsperiode.70


Benchmark:een objectieve maatstaf voor zowel de samenstelling als de performance van het belegdevermogen. De benchmark wordt gebaseerd op een in beginsel vaste samenstelling van beleggingen;fluctuaties in de waarde van de benchmark worden veroorzaakt door de koersfluctuatiesvan de in de benchmark opgenomen beleggingen.Beleggingsmix (asset mix):de verhouding van te onderscheiden beleggingscategorieën zoals aandelen, converteerbareobligaties, onroerende zaken, obligaties, leningen op schuldbekentenis, hypotheken en liquiditeiten.Break-even inflatie:het verschil tussen het reële effectieve rendement (rendement onafhankelijk van inflatie) opeen geïndexeerde obligatie en het nominale effectieve rendement op de vergelijkbare nominaleobligatieCredits:obligatieleningen aan financiële instellingen en ondernemingen.Contante waarde:de waarde op dit moment van een toekomstige geldstroom, rekening houdend met eenbepaalde rentevoet en – als het gaat om pensioenuitkeringen – actuariële grondslagen.Conversie:de omzetting van pensioenaanspraken in andere pensioenaanspraken.Dekkingsgraad:de dekkingsgraad is het pensioenvermogen als percentage van de pensioenverplichtingen.De dekkingsgraad wordt als graadmeter gezien voor de mate van zekerheid dat de toegezegdepensioenen ook daadwerkelijk kunnen worden uitbetaald.Dekkingstekort:er is een dekkingstekort indien de reserves minder zijn dan het minimaal vereist eigen vermogen.Derivaten:financiële contracten, waarvan de waarde wordt afgeleid van een onderliggende waarde(bijvoorbeeld een aandeel), een referentieprijs of een index (bijvoorbeeld de AEX-index).De bekendste derivaten (ook wel afgeleide financiële instrumenten genoemd) zijn opties,futures en forwards.Diversificatie-effect:het effect dat het totale risico kleiner is dan de som van de afzonderlijke risico’s doordat debetreffende gebeurtenissen slechts zelden tegelijk optreden.Duration:de duration van vastrentende waarden geeft de gewogen gemiddelde looptijd weer, waarbijweging plaatsvindt op basis van de contante waarden van iedere kasstroom. De duration is eenmaatstaf voor de rentegevoeligheid van vastrentende waarden. Zo geeft een duration van vijfjaar aan dat bij een stijging (c.q. daling) van de rentestand met 1%-punt, de koers van de vastrentendewaarde met 5 procentpunten daalt (of stijgt).Excassokosten:de kosten die verbonden zijn aan de uitkering van het pensioen.71


Exposure:bedrag waarover prijs/koersrisico wordt gelopen. Voor beleggingen kunnen deze risico’sgelegen zijn in onder meer valuta-, rente- en koersfluctuaties. Voor pensioenverplichtingenonder meer in sterftekansen en indexaties.Financieel toetsingskader (FTK):het toezichtregime dat per 1 januari 2007 van toepassing is op de financiële positie en hetfinanciële beleid van het pensioenfonds. De nieuwe waarderingsmethoden vervangen deActuariële Principes <strong>Pensioenfonds</strong>en (APP).Franchise:aangezien er ook AOW wordt uitgekeerd wordt een gedeelte van het pensioengevend salaris bijde berekening van het pensioen en de premie buiten beschouwing gelaten.Futures:een termijncontract in effecten, goederen of vreemde valuta, dat gestandaardiseerd is voorde termijn, de uitoefenprijs en het aantal onderliggende waarden.FVP-regeling:deze regeling stelt onder voorwaarden onvrijwillige werkloze deelnemers in staat om hunpensioenregeling tijdens de werkloosheidsperiode voort te zetten. De pensioenpremiebijdragenkomen voor rekening van de Stichting Financiering Voortzetting Pensioenverzekering.Geldmarktrente:de rente op leningen met een relatief korte looptijd (1 tot 12 maanden). Ook wel de korterente genoemd. Als referentie voor de geldmarktrente wordt het 3-maands Euribor tariefaangehouden.OVERIGE GEGEVENSGewezen deelnemer:iemand die een premievrij, nog niet ingegaan pensioen heeft bij het pensioenfonds.Groeiaandelen:aandelen van ondernemingen die worden gekenmerkt door hogere groeiverwachtingen dan demarkt. Vaak is er sprake van een hoge koers-winstverhouding.Groeimandaat:een beleggingsmandaat aan een vermogensbeheerder waarbij wordt belegd in aandelen vanondernemingen die worden gekenmerkt door hogere groeiverwachtingen dan de markt. Vaak iser sprake van een hoge koers-winstverhouding.Herverzekeringsdeel technische voorzieningen:de herverzekeringen van het pensioenfonds die voortvloeien uit collectieve en individuele overgangenuit het verleden. De waarde van de herverzekeringen wordt tot het vermogen van hetpensioenfonds gerekend.Indexatie:de aanpassing van opgebouwde pensioenaanspraken en -rechten aan prijs- of loonontwikkelingen.Ook wel toeslagverlening genoemd.Integriteitsrisico:het risico dat de integriteit van de instelling dan wel het financiële stelsel wordt beïnvloed alsgevolg van niet integere, onethische gedragingen van de organisatie, medewerkers dan wel vande leiding in het kader van de wet- en regelgeving en maatschappelijke en door de instellingopgestelde normen.72


Interest rate swap (renteswap):overeenkomst tussen twee partijen waarbij vaste rentebetalingen geruild worden tegenvariabele rentebetalingen.IT-risico:het risico dat bedrijfsprocessen en informatievoorziening onvoldoende integer, niet continu ofonvoldoende beveiligd worden ondersteund door IT.Juridisch risico:het risico samenhangend met wet- en regelgeving, het mogelijk bedreigd worden van haarrechtspositie, met inbegrip van de mogelijkheid dat contractuele bepalingen niet afdwingbaar ofniet correct gedocumenteerd zijn.Kansstelsels:veronderstellingen met betrekking tot sterftekansen, invalideringskansen, ontslag, gehuwdheiden individuele loonontwikkelingen.Korting:indien de vermogenspositie van het pensioenfonds, na betaling van een eventuele inhaalindexatie,de premiekortingsgrens heeft bereikt, strekt dit vermogenssurplus in mindering op de doorde werkgever te betalen premie, met dien verstande dat de premie niet negatief kan worden.Kredietrisico:het risico dat een tegenpartij contractuele of andere overeengekomen verplichtingen nietnakomt.Lange rente:de rente op leningen met een relatief lange looptijd. Ook wel kapitaalmarktrente genoemd.In de regel wordt daarbij de rente van tienjarige staatsleningen als referentie aangehouden.Leningen op schuldbekentenis:leningen tussen twee partijen die niet via de effectenbeurs worden verhandeld (onderhandseleningen).Marktrisico:het risico als gevolg van het blootstaan aan wijzigingen in marktprijzen van verhandelbarefinanciële instrumenten binnen een (handels)portefeuille.Matchtingportefeuille en returnportefeuille:een matchingportefeuille is een vastrentende portefeuille waarvan het rendement het rendementop de verplichtingen van het pensioenfonds volgt. In een dergelijke portefeuille is geensprake meer van renterisico of mismatch risico. Er wordt nog wel renterisico gelopen als gevolgvan het feit dat de matchingportefeuille slechts een deel van de gehele beleggingsportefeuille is.Een returnportefeuille wordt zo samengesteld dat daarmee naar verwachting een hoger rendementwordt behaald dan op de verplichtingen van het pensioenfonds.Matching-/renterisico:het risico als gevolg van het niet gematcht zijn van activa en passiva, dan wel inkomsten enuitgaven in termen van rentevoet, rentetypische looptijden, basisvaluta, liquiditeit typischelooptijen en gevoeligheid voor ontwikkeling in prijspeil.Middelloon:bij een middelloonregeling wordt bij de opbouw van het pensioen uitgegaan van het gemiddeldepensioengevend salaris over de duur van het deelnemerschap.73


Minimaal vereist eigen vermogen:MSCI:het minimaal vereist eigen vermogen bedraagt 4,2% van de technische voorzieningen.Morgan Stanley Capital International, een organisatie die indices samenstelt, welke gebruiktkunnen worden als benchmark.Omgevingsrisico:het risico als gevolg van buiten de instelling of groep komende verandering op het gebied vanconcurrentieverhoudingen, belanghebbenden, reputatie en ondernemingsklimaat.Operationeel risico:het risico samenhangend met ondoelmatige of onvoldoende doeltreffende procesinrichting danwel procesuitvoering.Opslag:indien ultimo enig jaar sprake is van een reservetekort, is de werkgever met ingang van 1 januaridaaropvolgend een opslag ter grootte van 1/15de deel van het vastgestelde reservetekort verschuldigd.Deze jaarlijkse opslag wordt in maandelijkse termijnen door de werkgever betaald.Overgangskosten 2000:dit zijn de kosten verbonden aan de overgang naar de nieuwe pensioenregeling per 1-1-2000(1 501 miljoen); deze hangen samen met de vervroeging van de pensioendatum. Deze kostenworden maximaal in 15 jaar door de bank aan het pensioenfonds betaald. De overgangskosten2000 bestaan jaarlijks (ten minste) uit de 15-jarige annuïteit met een rentevoet van 4% en decao-loonindexatie over de restwaarde van de annuïteit.OVERIGE GEGEVENSOverlevingstafel:een overlevingstafel geeft aan wat de levens- en sterftekansen van mannen en vrouwen zijn,afhankelijk van de bereikte leeftijd. De overlevingstafels worden door actuarissen gebruikt bijhun berekeningen van de technische voorzieningen en de pensioenpremies.Passief beleggen:het beleggen conform de samenstelling van een bepaalde benchmark.Pensioenovereenkomst:hetgeen tussen de werkgever en een werknemer is overeengekomen betreffende het pensioen.Passief mandaat:een beleggingsmandaat aan een vermogensbeheerder waarbij conform de samenstelling van devan toepassing zijnde benchmark wordt belegd.Pensioenvermogen:het pensioenvermogen is de som van de beleggingen, het herverzekeringsdeel technische voorzieningen,de vorderingen en overlopende activa en liquide middelen onder aftrek van de overigeschulden en overlopende passiva.Performance:de performance van het belegd vermogen is het totale directe en indirecte rendement uitgaandevan de marktwaarde van de beleggingen. Deze performance wordt vergeleken met de performancevan de benchmark. Door middel van een performance-attributieanalyse wordt hetverschil tussen beide op kwantitatieve wijze verklaard.74


Performance-attributieanalyse:in de performance-attributieanalyse wordt het totale rendement opgesplitst en toegeschrevenaan de verschillende keuzes die binnen het beleggingsproces zijn gemaakt, zoals de bijdrage vanallocatie van het beleggingsvermogen (asset mix) en van de aandelenselectie. Op deze manierkomen de sterke en zwakke punten van het gevoerde beleid naar voren.Premiekortinggrens:de premiekortinggrens wordt bereikt indien het pensioenfonds beschikt over het vereist eigenvermogen en het eigen vermogen voldoende is om dekking te kunnen bieden aan cumulatievestijging van alle opgebouwde aanspraken met 2% per jaar.Premievrije aanspraak:pensioenaanspraken van voormalige werknemers van wie het actieve deelnemerschap aan depensioenregeling is beëindigd en waarvoor geen premies meer behoeven te worden afgedragen.Rating:de rating van een belegging of een onderneming geeft het credit risk of debiteurenrisico van eenbepaalde belegging weer. De ratings worden vastgesteld door gespecialiseerde rating agents.Rekenrente:de door DNB aan pensioenfondsen voorgeschreven disconteringsvoet op basis van de marktrentebij de berekening van de voorziening pensioenverplichtingen.Rendement op de verplichtingen:de groei van de verplichtingen als gevolg van de rentetoevoeging in een jaar en de veranderingin de marktrente waartegen de cashflows van de verplichtingen worden verdisconteerd.Rentetoevoeging:de rentetoevoeging ten behoeve van de voorziening pensioenverplichtingen(deze volgt uit de rentetermijnstructuur van DNB).Reserves:de reserves zijn het verschil van het pensioenvermogen en de voorziening pensioenverplichtingen.Reservetekort:er is een reservetekort indien de reserves minder zijn dan het vereist eigen vermogen, maarhoger dan het minimaal vereist eigen vermogen.Risicobudget:het risicobudget is het toegestane risico in de beleggingsportefeuille. De hoogte van het risicowordt bepaald door de ex ante tracking error. De ex ante tracking error is een statistische maatstafdie weergeeft hoe groot de kans is dat de outperformance zal afwijken van nul. De ex antetracking error is gelijk aan de standaarddeviatie van de outperformance. Het is een goede maatstafvoor het meten van het extra risico van de portefeuille ten opzichte van de benchmark.Voorbeeld. Stel, er is een verwacht rendement op de portefeuille van 5% en een ex ante trackingerror van 2%. Dit betekent dat er een kans van 67% is dat het rendement op de portefeuille tussen3% en 7% ligt (+/- 2% ten opzichte van het verwachte rendement).Sekseneutraal:men spreekt van sekseneutraal als bij de vaststelling van tarieven die gehanteerd worden bijomzetting van een kapitaal in een periodieke pensioenuitkering of bij uitruil van diverse pensioenvormen(bijvoorbeeld nabestaandenpensioen inruilen voor hoger ouderdomspensioen) geenonderscheid wordt gemaakt naar het geslacht van de verzekerde.75


Securities lending:het uitlenen van effecten tegen een vergoeding, waarbij een pand op effecten (doorgaans staatsobligaties)wordt verkregen ter dekking van het risico van het niet terugleveren van uitgeleendeeffecten.Sponsor:de werkgever, in casu <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V en overige aangesloten ondernemingen.Swap overlay:een portefeuille van interest rate swaps met als doelstelling het reduceren van het renterisicovan het pensioenfonds.Technische voorziening:een voorziening die nodig is om aan de reeds bestaande pensioenverplichtingen jegens de verzekerdente voldoen.Toereikendheidstoets:de toets die door de actuaris in het kader van de actuariële verslaglegging ten behoeve vaneen pensioenfonds wordt opgesteld over de toereikendheid van de aangehouden activa om deaangegane pensioenverplichtingen op de langere termijn, dus ook in tijden van tegenspoed, tekunnen nakomen.OVERIGE GEGEVENSToeslagruimte:de toeslagruimte is gelijk aan het quotiënt van het verschil tussen het eigen vermogen en hetminimaal vereiste vermogen enerzijds en het verschil tussen het vereiste eigen vermogen en hetminimaal vereiste eigen vermogen anderzijds, met een minimum van 0% en een maximum van100%. Het uit de toeslagruimte voortvloeiende percentage wordt, indien het bestuur daartoebesluit, toegepast op de procentuele verhoging van de consumentenprijsindex. De toeslagruimteis algemeen, en is derhalve van toepassing voor alle pensioen- en aanspraakgerechtigdenvan het pensioenfonds.Toeslagverlening:de aanpassing van opgebouwde pensioenaanspraken en -rechten aan prijs- of loonontwikkelingen.Ook wel indexatie genoemd.Tracking error:een statistische maatstaf die weergeeft hoe groot de kans is dat het resultaat van de portefeuillezal afwijken van het resultaat van de benchmark. De tracking error is gelijk aan de standaarddeviatievan de out- en underperformances. Het is een goede maatstaf voor het meten van hetextra risico dat in de portefeuille is genomen ten opzichte van de benchmark. Een hoge trackingerror betekent veel kans op een rendement ver onder of boven de benchmark; veel extra risicoten opzichte van de benchmark.Uitbestedingsrisico:het risico dat continuïteit, integriteit en/of kwaliteit van de aan derden uitbestede werkzaamhedendan wel door deze derden ter beschikking gestelde apparatuur en personeel wordtgeschaad.Uitgesteld pensioen:zie premievrije aanspraak.Uitvoeringsovereenkomst:een overeenkomst tussen de sponsor/werkgever en het pensioenfonds met betrekking tot definanciering van de pensioenverplichtingen.76


Valutahedging:het afdekken van valutarisico door middel van contante of valutatermijntransacties.Valuta-overlay-mandaat:een vermogensbeheermandaat waarin actief beleid ten aanzien van vreemde valutapositieswordt toegepast, met als doelstelling extra rendement te verkrijgen.Vastrentende waarden:obligaties, leningen op schuldbekentenis, medium term notes en hypothecaire leningen.Vereist eigen vermogen:het vereist eigen vermogen is het vermogen dat behoort bij de evenwichtssituatie van hetpensioenfonds. In die situatie is het eigen vermogen zodanig vastgesteld dat met de wettelijkvastgestelde zekerheidsmaat van 97,5% ten aanzien van de als onvoorwaardelijk aangemerkteonderdelen van de pensioenovereenkomsten wordt voorkomen dat het pensioenvermogen vanhet pensioenfonds binnen één jaar minder is dan de technische voorzieningen.Verzekeringstechnisch risico:het risico dat uitkeringen niet gefinancierd kunnen worden vanuit premie- en/of beleggingsinkomstenals gevolg van onjuiste en/of onvolledige aannames en grondslagen bij de ontwikkelingen premiestelling van het product.Volatiliteit:maatstaf voor de afwijking naar boven of beneden van een berekende prijs- dan wel koersreeksten opzichte van het gemiddelde. Bij beleggers is volatiliteit een maatstaf voor het risico datwordt gelopen.Waarde-aandelen:aandelen van ondernemingen die om welke reden dan ook zijn ondergewaardeerd.Waarde mandaat:een beleggingsmandaat aan een vermogensbeheerder waarbij wordt belegd in aandelen vanondernemingen die om welke reden dan ook zijn ondergewaardeerd.Waardeoverdracht:een wettelijk recht om in individuele gevallen opgebouwde pensioenrechten over te dragen aande pensioenuitvoerder van de nieuwe werkgever.Waardevast pensioen:een pensioen dat meegroeit met de algemene prijsstijgingen.Welvaartsvast pensioen:een pensioen dat meegroeit met de algemene loonontwikkelingen.Zakelijke waarden:vastgoedbeleggingen, aandelen en derivaten.77


Key figures (amounts rounded to the nearest € million)<strong>2008</strong> 2007 2006 2005 2004Number of insuredMembers 24,117 27,057 27,410 28,093 30,145Former members 1 38,412 36,781 37,730 35,866 33,789Pensioners 17,190 16,624 16,194 15,703 15,393Total 79,719 80,462 81,334 79,662 79,327IncomeContributions 2 263 252 351 405 401Value transfers 9 11 7 7 5Total 272 263 358 411 407Benefits paidPensions 296 281 259 241 228Value transfers 26 31 22 31 30Total 322 312 282 271 258Technical provisionsMembers 3,260 2,508 2,677 3,213 3,014Former members 1,833 1,202 1,332 1,168 813Pensioners 3,186 2,769 2,743 2,677 2,337Total 8,279 6,480 6,752 7,058 6,164Plan assetsFixed-income securities 3 6,300 4,643 4,129 3,705 3,610Equities and property 1,998 3,887 4,209 3,740 3,075Other 4 502 485 516 761 587Total 8,800 9,015 8,855 8,206 7,272Reserves (equity) 5 521 2,536 2,102 1,147 1,107Minimum capital requirement 348 279 290 303Funding shortfall 0 0 0 0Required equity capital 474 1,158 1,333 1,431Reserve deficit 0 0 0 283Investment results in %<strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Pension Fund -1,6 2,0 7,0 11,2 8,1Internal benchmark 2,0 2,1 6,5 10,6 8,9SummaryFunding ratio 6 106 139 131 116 1181)Including former partners2)From <strong>2008</strong> a flat-rate surcharge for the annual administrative costs is part of the contribution. This surcharge is 2 42 million in <strong>2008</strong>.3)In <strong>2008</strong> a liquidity fund was reclassified from commodities to short-term receivables (fixed-income securities). The comparative figures have been restatedto reflect this reclassification. As a result, fixed-income securities in 2007 are 2 180 million higher in the above overview than shown in the 2007 financialstatements.4)Other plan assets in 2007 are 2 158 million lower than the figure recognised in the 2007 financial statements. This is due to the reclassification referred to innote 3 (- 2 180 million) and a system change involving the valuation of the annuity transitional loan(+ 2 22 million). This will be shown at market value from <strong>2008</strong> (and also in 2007 in the comparative figures).5) As a consequence of the system change involving the valuation of the annuity transitional loan (see note 4), the reserves in 2007 in the above summary are2 22 million higher than shown in the 2007 financial statement.6) The technical provisions (and hence funding ratio) were determined on the basis of the pension funds actuarial principles for 2004 and on the basis of thefinancial assessment framework for 2005, 2006, 2007 and <strong>2008</strong>.78


<strong>2008</strong> highlightsStructure of <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong><strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> is an independent foundation that administers the pension agreementsof the participating companies based on administration agreements. The board, which isjointly made up of representatives of the employer on the one hand and representatives of themembers and pension beneficiaries on the other, is entirely independent from the participatingcompanies in its decision-making. The board sets the policy of the pension fund and is advisedby the council of members, the investment committee, the <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> pensioenbureau(pension office) and third parties. The day-to-day management is the responsibility of theexecutive committee, which is accountable to the board. The board is accountable to theverantwoordingsorgaan for policy, its implementation and compliance with the principles ofgood pension fund management. The verantwoordingsorgaan is made up of representatives ofthe members, pension beneficiaries and participating employers. Internal supervision is carriedout annually by the visitatiecommissie, which is made up of three external experts appointed bythe board. The committee reviews the policy and management procedures and processes,the checks and balances, how the pension fund is managed and how the long-term risks areaddressed. The committee reports to the board. Most of the work of the pension fund isoutsourced to <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> pensioenbureau, a department of <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> Bank N.V.Pension fund governance<strong>2008</strong> was the first full year that the visitatiecommissie and the verantwoordingsorgaan had beenin post. The findings of the visitatiecommissie and the opinion of the verantwoordingsorgaan areincluded in this annual report.The visitatiecommissie reports in its findings that the fund is managed with considerableengagement and expertise and is adequately supported in its work by a professional pensionoffice. It did not encounter any major areas of concern.The general opinion of the verantwoordingsorgaan about the way the <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong>was managed in <strong>2008</strong> is positive, without qualifications.The board’s experience of working with the verantwoordingsorgaan and the visitatiecommissiewas altogether positive.Statement of expertiseThe statement of expertise contains a training plan, based in part on the outcome of a regularreview of expertise among the board members. Expertise was reviewed for the first time in<strong>2008</strong>. The board meets the expertise requirements. The statement of expertise also provides forregular training to safeguard the required level of expertise.Developments of sponsorIn <strong>2008</strong>, the Dutch State took over the banking and insurance activities of Fortis in theNetherlands, including Fortis’ stake in RFS Holdings (the consortium of RBS, Fortis and BancoSantander). This means that the Dutch State became the owner of the <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> businessunits Netherlands and Private Clients.79


The change of ownership has so far had no impact on the pension fund. The board continues tofollow developments closely.Financial position<strong>2008</strong> was the year of the global financial crisis. As a result of this crisis and the decline in themarket rate of interest, the financial position of pension funds came under considerablepressure. The financial position of <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> <strong>Pensioenfonds</strong> also declined sharply in <strong>2008</strong>.The funding ratio based on market value fell from 139% to 106%. The pension fund did notexperience a funding shortfall or reserve deficit in <strong>2008</strong>. This is partly the result of the dynamicrebalancing policy implemented in <strong>2008</strong>.Index-linkingIn April <strong>2008</strong>, the board awarded the increase in the price index of 2.0% to all pension andentitlement beneficiaries. There are no arrears in index-linking from previous years.Review of strategic investment policyThe review of the investment policy led to the policy adopted in 2007 being continued into <strong>2008</strong>,except for a more extensive hedging of the interest rate risk.Responsible investmentIn <strong>2008</strong>, the board set the points of reference for responsible investment. On the one hand,responsible investment should in principle contribute to an improved risk / reward profile ofthe pension plan assets, and on the other hand it should create conditions for future socialacceptance of the pension fund. In 2009, the policy on responsible investment will take moredefinitive shape.Risk analysisIn 2007 and <strong>2008</strong>, the board re-identified and re-assessed the risks of the pension fund usingthe Financial Institutions Risk Analysis Method and announced the controls. Under the methodreferred to, ten risk areas are identified. Where there is a discrepancy between the residual risk(the risk that remains after the controls) and the preferred risk, it was investigated to what extentextra controls should be introduced. The conclusion was that there was no significant differencebetween the residual risk identified and the preferred risk.CommunicationThe 2007 communication targets were maintained in <strong>2008</strong>. The <strong>2008</strong> communication plan wasimplemented in full. In <strong>2008</strong>, the helpdesk began providing telephone support to members dueto retire shortly to help them make choices in relation to their pension. This proved to be veryeffective. TNS-NIPO conducted a survey to find out how satisfied survey participants were withcommunication messages. It identified a slight improvement compared to its previous survey.SummaryOperational implementationThe implementation of the pension plan has been outsourced to <strong>ABN</strong> <strong>AMRO</strong> pensioenbureau.At year-end <strong>2008</strong>, the number of FTEs working at the pension office was 36.9 (2007: 35.1). Inaddition, at year-end <strong>2008</strong>, 4.4 external FTEs had been insourced (2007:4).Post balance sheet eventsAs a result of the further decline in value of the investments and a further fall in market interestrates, at the end of February 2009, the pension fund experienced a funding shortfall and reservedeficit. At the end of March 2009, the funding shortfall was remedied. This was reported to theDutch Central Bank. The council of members, the visitatiecommissie and the verantwoordingsorgaanwere informed accordingly. At the time of writing, preparations are being made to80


submit a recovery plan for the reserve deficit should this not have been made up by the end ofMay. Given the financial position of the pension fund, the board has decided not to index-linkthe pension entitlements and pension benefits with effect from 1 April 2009. The increase in theprice index relevant to index-linking was 1.9% for the reference period January <strong>2008</strong> - January2009.A word of thanksThe board is very grateful to the management, the staff of the pension office, the membersof the council of members, the members of the verantwoordingsorgaan and the members of thevisitatiecommissie for the commitment they have shown. The board is extremelyappreciative of the contribution of everybody in preparing and implementing the policy.81


<strong>2008</strong> Financial StatementsBalance sheet as at 12/31/<strong>2008</strong> (in €1,000)assets12-31-<strong>2008</strong> 12-31-2007investmentsProperty investments 1 298,233 218,693Equities 1 1,034,464 3,841,251Fixed-income securities 2 6,300,149 4,642,721Derivatives 693,597 102,942Other investments 3 313,663 385,404Total investments 8,640,106 9,191,011Reinsurance part of technical provision 47,081 46,851Receivables, prepayments and accruedincome 8,243 14,038Cash and cash equivalents 178,038 73,2538,873,468 9,325,153liaBILITIESReserves 520,841 2,535,527Technical provisions 8,278,974 6,479,748Other liabilities, accruals and deferredincome 73,653 309,8788,873,468 9,325,153Summary1) In <strong>2008</strong> shares in property funds were reclassified from property investments to equities. As the comparative figures too wereadjusted, equities increased and property investments decreased by 2 31 million.2) In <strong>2008</strong> a liquidity fund was reclassified from commodities to short-term receivables (fixed-income securities).The comparative figures have been restated to reflect this reclassification. As a result, fixed-income securities in 2007 are2 180 million higher in the above overview than shown in the 2007 financial statements.3) Other plan assets in 2007 are 2 158 million lower than the figure recognised in the 2007 financial statements. This is dueto the reclassification referred to in note 2 ( - 2 180 million) and a system change involving the valuation of the annuitytransitional loan (+ 2 22 million). This will be shown at market value from <strong>2008</strong> (and also in 2007 in the comparative figures).82


Statement of income and expenditure for <strong>2008</strong> (in €1,000)income<strong>2008</strong> 2007Contributions 262,647 252,117Direct investment result 288,926 310,790Indirect investment result 1 -451,269 -131,181Other income 4,592 4,963Expenditure104,896 436,689Pension payments 296,456 280,604Pension accrual 128,671 147,606Indexation 129,794 132,491Addition of interest 307,127 294,399Withdrawal for pension payments -298,720 -298,901Change in market interest 1,552,388 -593,834Change on account ofassignment of rights -17,112 -20,723Other change in technical provisions -2,922 66,527Change in technical provisions 1,799,226 -272,435Change in reinsurance partof technical provisions -230 3,147Balance of assigned rights 16,259 20,008Costs not related to asset management 7,827 -Other expenditure 47 8012,119,585 32,125Balance of incomeand expenditure -2,014,689 404,564aPPropriation of the balanceOF income and expenditureGeneral reserve -2,033,261 404,564Appropriation reserve administrative costs 18,572 -Balance of incomeand expenditure -2,014,689 404,5641) As a consequence of the system change involving the valuation of the annuity transitional loan, the indirect investment resultwas adjusted by 2 6.4 million in the comparative figures of 2007.83


ColofonProductie en realisatieVormgevingDrukwerkvMtB Communicatie, DriehuisM.Art, Haarlem, Fonts+Files, HaarlemThieme Almere84

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!