Examenvragen en antwoorden - Student Onbekend.nl

Examenvragen en antwoorden - Student Onbekend.nl Examenvragen en antwoorden - Student Onbekend.nl

studentonbekend.nl
from studentonbekend.nl More from this publisher
11.07.2015 Views

Voederanalyse / analytische scheikunde 1/9Antwoorden examenvragen (2007-2008)Analytische scheikunde – antwoorden examenvragen1) Bespreek de werking van een elektrochemische cel (II 1)Opgebouwd uit 2 halve cellen die elk een elektrode bevatten = anode & kathode, ineenzelfde/verschillende elektrolytoplossing (geleidt stroom, ionenbalans steeds in evenwicht),verbonden d.m.v. zoutbrug gesloten circuit; 2 soorten: galvanische en elektrolysecellenKathode: reductie, hoogste EE waarde. Anode: oxidatie.2) Bespreek de werking van een galvanische cel (II 1)Elektrochemische reacties/elektrodereacties/chemische verandering t.h.v. elektroden spontaan (øelektrolysecel) met ermee gepaard gaande productie van elektrische energie, kathode +, anode -.3) Bespreek de Nernstvergelijking (II 2)E = EE + RT/nF ln (a A a * a B b … / a M m * a N n …)E = elektrodepotentiaalEE = standaardpotentiaalF = Faraday constanteR = gasconstanteT = absolute temperatuurn = # uitgewisselde elektronenA, B, … M, N, … = componenten zelfdehalfreactieRT/nF ln = 0,059 (25 EC, n=1)a = activiteit, voor oneindige verdunning a = C(want uitdrukking van zijn vermogen)Geeft de elektrodepotentiaal/potentiaal van een halfcel. Elektrodepotentiaal bouwt zich op t.h.v. hetgrensvlak elektrode / oplossing, grootte is afhankelijk van de aard van het systeem.Als er ook protonen tussenkomen in de elektrodereactie dan geldtE = EE’ + 0,059/n log (a ox /a red )waarbij EE’ = EE - 0,059/n mpHomdat elektrodereacties vaak bij nagenoeg constante pH verlopen.4) Bespreek het begrip activiteit (II 4). beschikbaarheid, rekening gehouden met wederzijdse beïnvloeding van de bestanddelen inelektrolytoplossing, niet voor elk bestanddeel volledige uitdrukking vermogen verzekerd; analytischeconcentratie verschilt van effectieve concentratie.a = f a * Cf a = activiteitscoëfficiënt (0 a C = molaire concentratieBij oneindige verdunning: f a = 1 a = CHoewel a aangegeven, toch vaak C gemeten, omdat interactie- en repulsiekrachten niet sterk genoegzijn om te interfereren met aflopende reacties.Activiteitscoëfficiënt ion in waterige oplossing: vb0,01 M HNO 3 pH = -log CH + = -log 10 -2 = 2experimenteel gemeten: pH = 2,08 H + omringd door NO 3 - , dus niet beschikbaar oplossing basischerpH = -log a H+ 2,08 = 10 -2,08 = f H+ * 10 -2 of f H+ = 0,83 83% protonen schijnbaar aanwezig 17% “verstopt”Formele reductiepotentiaal E f veel nuttiger: oxidans & reductans aanwezig als 1F concentratie inwelomschreven elektrolytoplossing.5) EE-waarde: definitie, teken, bepaling (II 5)• Definitie: standaard- of normaalpotentiaal• Teken:© Student Onbekend.nl studentonbekend.nl/studiehulp Fouten voorbehouden

Voederanalyse / analytische scheikunde 1/9Antwoord<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong> (2007-2008)Analytische scheikunde – antwoord<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong>1) Bespreek de werking van e<strong>en</strong> elektrochemische cel (II 1)Opgebouwd uit 2 halve cell<strong>en</strong> die elk e<strong>en</strong> elektrode bevatt<strong>en</strong> = anode & kathode, ine<strong>en</strong>zelfde/verschill<strong>en</strong>de elektrolytoplossing (geleidt stroom, ion<strong>en</strong>balans steeds in ev<strong>en</strong>wicht),verbond<strong>en</strong> d.m.v. zoutbrug geslot<strong>en</strong> circuit; 2 soort<strong>en</strong>: galvanische <strong>en</strong> elektrolysecell<strong>en</strong>Kathode: reductie, hoogste EE waarde. Anode: oxidatie.2) Bespreek de werking van e<strong>en</strong> galvanische cel (II 1)Elektrochemische reacties/elektrodereacties/chemische verandering t.h.v. elektrod<strong>en</strong> spontaan (øelektrolysecel) met ermee gepaard gaande productie van elektrische <strong>en</strong>ergie, kathode +, anode -.3) Bespreek de Nernstvergelijking (II 2)E = EE + RT/nF ln (a A a * a B b … / a M m * a N n …)E = elektrodepot<strong>en</strong>tiaalEE = standaardpot<strong>en</strong>tiaalF = Faraday constanteR = gasconstanteT = absolute temperatuurn = # uitgewisselde elektron<strong>en</strong>A, B, … M, N, … = compon<strong>en</strong>t<strong>en</strong> zelfdehalfreactieRT/nF ln = 0,059 (25 EC, n=1)a = activiteit, voor oneindige verdunning a = C(want uitdrukking van zijn vermog<strong>en</strong>)Geeft de elektrodepot<strong>en</strong>tiaal/pot<strong>en</strong>tiaal van e<strong>en</strong> halfcel. Elektrodepot<strong>en</strong>tiaal bouwt zich op t.h.v. hetgr<strong>en</strong>svlak elektrode / oplossing, grootte is afhankelijk van de aard van het systeem.Als er ook proton<strong>en</strong> tuss<strong>en</strong>kom<strong>en</strong> in de elektrodereactie dan geldtE = EE’ + 0,059/n log (a ox /a red )waarbij EE’ = EE - 0,059/n mpHomdat elektrodereacties vaak bij nag<strong>en</strong>oeg constante pH verlop<strong>en</strong>.4) Bespreek het begrip activiteit (II 4). beschikbaarheid, rek<strong>en</strong>ing gehoud<strong>en</strong> met wederzijdse beïnvloeding van de bestanddel<strong>en</strong> inelektrolytoplossing, niet voor elk bestanddeel volledige uitdrukking vermog<strong>en</strong> verzekerd; analytischeconc<strong>en</strong>tratie verschilt van effectieve conc<strong>en</strong>tratie.a = f a * Cf a = activiteitscoëfficiënt (0 a C = molaire conc<strong>en</strong>tratieBij oneindige verdunning: f a = 1 a = CHoewel a aangegev<strong>en</strong>, toch vaak C gemet<strong>en</strong>, omdat interactie- <strong>en</strong> repulsiekracht<strong>en</strong> niet sterk g<strong>en</strong>oegzijn om te interferer<strong>en</strong> met aflop<strong>en</strong>de reacties.Activiteitscoëfficiënt ion in waterige oplossing: vb0,01 M HNO 3 pH = -log CH + = -log 10 -2 = 2experim<strong>en</strong>teel gemet<strong>en</strong>: pH = 2,08 H + omringd door NO 3 - , dus niet beschikbaar oplossing basischerpH = -log a H+ 2,08 = 10 -2,08 = f H+ * 10 -2 of f H+ = 0,83 83% proton<strong>en</strong> schijnbaar aanwezig 17% “verstopt”Formele reductiepot<strong>en</strong>tiaal E f veel nuttiger: oxidans & reductans aanwezig als 1F conc<strong>en</strong>tratie inwelomschrev<strong>en</strong> elektrolytoplossing.5) EE-waarde: definitie, tek<strong>en</strong>, bepaling (II 5)• Definitie: standaard- of normaalpot<strong>en</strong>tiaal• Tek<strong>en</strong>:© Stud<strong>en</strong>t Onbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong> stud<strong>en</strong>tonbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong>/studiehulp Fout<strong>en</strong> voorbehoud<strong>en</strong>


Voederanalyse / analytische scheikunde 2/9Antwoord<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong> (2007-2008)o Elektrochemische conv<strong>en</strong>tie: EE gelijkgesteld aan EMK van e<strong>en</strong> galvanisch elem<strong>en</strong>t (linksNHE, anode -; rechts beschouwde reactie, kathode +), EMK = E r – E l altijd als reductiegeformuleerd.o Thermodynamische conv<strong>en</strong>tie: EMK moet in overe<strong>en</strong>stemming zijn met thermodynamischeconv<strong>en</strong>tie van de reactie die in de cel gebeurt: -)G = nF E galvanische cel , bij spontane reactie va<strong>nl</strong>inksrechts dan )G


Voederanalyse / analytische scheikunde 3/9Antwoord<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong> (2007-2008)* [Cl - ] )pot<strong>en</strong>tiaal refer<strong>en</strong>tie elektrode 2 signaal – Cl - eraf – H + eraf – H + erop/erdoor – pHextern= red<strong>en</strong> dat je kan met<strong>en</strong> met 2 refer<strong>en</strong>tie-elektrod<strong>en</strong>.Bolvormige dunne glaz<strong>en</strong> membraan met hoge elektrische weerstand, binn<strong>en</strong>in gevuld met chlorideoplossingmet welbepaalde constante pH (7), waarin Ag/AgCl elektrode gedompeld. In de oplossingwaarvan met de pH wil met<strong>en</strong>, wordt e<strong>en</strong> externe refer<strong>en</strong>tie-elektrode geplaatst galvanische cel:ref elektr 1 | H + intern | glasmembraan | H + extern = ? | ref elektr 2E = Q + RT/F ln (a H+ + Ka M+ )a H+ , a M+ = activiteit H + - <strong>en</strong> M + -ion<strong>en</strong> inuitw<strong>en</strong>dige oplossingK = selectiviteitsfactor, afhankelijk van glas,grootte-orde varieert binn<strong>en</strong> zeer wijdegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong>.Als a H+ >> Ka M+ :E = Q + RT/F ln a H+(bij 25 EC: E = Q – 0,059pH) pot<strong>en</strong>tiaal = zuivere H + functie, elektrode meet activiteit H + -ion<strong>en</strong>, als pH pot<strong>en</strong>tiaal 59mV.Theoretische constante Q ge<strong>en</strong> echte EE want f():i) gebruikte glassoort & voorbehandeling glas, asymmetriepot<strong>en</strong>tiaal niet gek<strong>en</strong>d, verschilt perelektrode & in tijd regelmatig herijk<strong>en</strong>ii) activiteit H + -ion<strong>en</strong> in interne vuloplossingiii) pot<strong>en</strong>tiaal interne Ag/AgCl refer<strong>en</strong>tie-elektrode = zelf f(a Cl- binn<strong>en</strong>oplossing)Tijd<strong>en</strong>s met<strong>en</strong> moet<strong>en</strong> bijdrag<strong>en</strong> Q & pot<strong>en</strong>tiaal refer<strong>en</strong>tie-elektrode 2 constant blijv<strong>en</strong>.Diffusiepot<strong>en</strong>tiaal: bouwt op t.h.v. contactplaats refer<strong>en</strong>tie-elektrode 2 & externe H + -oplossing.Fasegr<strong>en</strong>spot<strong>en</strong>tiaaltheorie: ion<strong>en</strong>uitwisselingsf<strong>en</strong>om<strong>en</strong><strong>en</strong> t.h.v. gehydrateerde oppervlaktelaag.Membraan: chemisch gebond<strong>en</strong> Na 2 O & Si 2 O, voor gebruik moet buit<strong>en</strong>oppervlak gehydrateerdword<strong>en</strong> (binn<strong>en</strong>oppervlak is al gehydrateerd) unival<strong>en</strong>te Na + -ion<strong>en</strong> uitgewisseld voor proton<strong>en</strong> membraan 3 del<strong>en</strong>:i) inactieve niet-gehydrateerde midd<strong>en</strong>laag, alle plaats<strong>en</strong> bezet door Na +ii) twee gehydrateerde oppervlakte lag<strong>en</strong>, aan buit<strong>en</strong>kant alle plaats<strong>en</strong> bezet door H +(kiezelzuur), naar binn<strong>en</strong> toe steeds meer Na + .Fasegr<strong>en</strong>spot<strong>en</strong>tiaal bepaald door activiteit H + in twee gellag<strong>en</strong> + externe + interne oplossing,gellag<strong>en</strong> id<strong>en</strong>tiek & interne oplossing steeds dezelfde <strong>en</strong>kel afhankelijk van proton<strong>en</strong>activiteitexterne oplossing. Ion<strong>en</strong> verton<strong>en</strong> neiging te migrer<strong>en</strong> in richting waar activiteit kleiner is microscopische ladingslaag t.h.v. membraanoppervlak.Alkalifout: sterk alkalisch milieu (vanaf pH ± 10), a H+ klein, grote hoeveelheid alkalimetal<strong>en</strong>: Ka M+ nietlanger verwaarloosbaar pot<strong>en</strong>tiaal verandert minder dan 59mV per pH elektrode ziet meer H +dan er is pH-aflezing te laag. Na + geeft grootste fout<strong>en</strong>. Grootte afwijking sterk afhankelijk van soortglas (bijv. Na 2 O Li 2 O fout door Na + ).Zuurfout: te hoge pH afgelez<strong>en</strong>, waarschij<strong>nl</strong>ijk doordat in geconc<strong>en</strong>treerd zuur milieu de activiteit vanwater


Voederanalyse / analytische scheikunde 5/9Antwoord<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong> (2007-2008)T = P/P 0 = e -a’*cof P = P 0 * e -a’*cWet van Bouguer-Lambert-Beer: basisbetrekking absorptiemetrie:T = P/P 0 = 10 -a*b*c of P = P 0 * 10 -a*b*clog T = log P/P 0 = -a*b*cAbsorptie (A) ingevoerd om negatief tek<strong>en</strong> te omzeil<strong>en</strong>:A = log 1/T = log P 0 /P = a*b*c lineaire betrekking tuss<strong>en</strong> A & c, ev<strong>en</strong>redigheidsfactor a = specifieke absorptiecoëfficiënt, als c inmol/l a = molaire absorptiecoëfficiënt = 0 = a*MM = maat voor gevoeligheid.%T = P/P 0 * 100 = T*100A = log 1/T = log 100/%T = log 100 – log %T = 2 – log %TWet van Bouguer steeds geldig. Wet van Beer veel uitzondering<strong>en</strong>: meestal door chemischeverandering<strong>en</strong> absorber<strong>en</strong>d materiaal. Nagaan binn<strong>en</strong> welke conc<strong>en</strong>tratiegr<strong>en</strong>z<strong>en</strong> Wet van Beer geldtals e<strong>en</strong> lineair verband tuss<strong>en</strong> absorptie <strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratie. Ev<strong>en</strong>tueel verdunn<strong>en</strong>.Wet van BLB geldt alle<strong>en</strong> voor monochromatisch licht bij constante temperatuur:A = a 8 *b*c = c 8 *b*c M15) Welke informatie hal<strong>en</strong> we uit de absorptiecurv<strong>en</strong>? (III 8)Verband absorptie – golfl<strong>en</strong>gte absorptiespectrum, y: absorptie/transmissie (transmissiespectra)/logabsorptie (kleurcurve), x: golfl<strong>en</strong>gte/frequ<strong>en</strong>tie/golfgetal. Vorm curv<strong>en</strong> onafhankelijk van conc<strong>en</strong>tratiewanneer log absorptie (kleurcurve) mogelijk vergelijk<strong>en</strong> oplossing<strong>en</strong> met verschill<strong>en</strong>deconc<strong>en</strong>traties, wel meer spectrale details verlor<strong>en</strong>. Met<strong>en</strong> absorpties bij voorkeur bij 8 max :i) gevoeligheid grootst: maximale absorptieii) resultat<strong>en</strong> nauwkeurigstiii) afgeronde top curve kleine afwijking geeft kleinste verschil in absorptieiv) bij minder “monochromatisch” licht Wet van BLB langer gevolgd.16) Bespreek verschil in opbouw van e<strong>en</strong> spectrofotometer met fotomultiplicatorbuis <strong>en</strong>diode array als detector (III 10, 16)Algem<strong>en</strong>e onderdel<strong>en</strong>: lichtbron, monochromator, cuvett<strong>en</strong>houder, lichtdetectiesysteem, versterker,meetapparatuur, registreer-/rek<strong>en</strong>e<strong>en</strong>heid.- Fotomultiplicatorbuis (“fotomultipliers”,elektron<strong>en</strong>verm<strong>en</strong>igvuldigers): vacuümlampwaarin e<strong>en</strong> reeks dynod<strong>en</strong> zitt<strong>en</strong> die positief t.o.v.elkaar gelad<strong>en</strong> zijn. Uit fotokathode word<strong>en</strong>elektron<strong>en</strong> geslag<strong>en</strong> aangetrokk<strong>en</strong> door eerstedynode meer e - vrij = secundaireelektron<strong>en</strong>transmissie aangetrokk<strong>en</strong> doortweede dynode 8-10 dynodes: 10 6 xstroomversterking collector anode: met<strong>en</strong>elektrische stroom door galvanometer. Enormgevoelig, makkelijk storing<strong>en</strong>.- Silicium fotodiodes, diode array detector:gebaseerd op halfgeleidsbaarheid silicium & datdit beïnvloed kan word<strong>en</strong> door gecontroleerd“doper<strong>en</strong>” met elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> uit groep III <strong>en</strong> V (Si:IV). Lichtgevoelig, “capaciteit<strong>en</strong>” die bij belichtingpartieel word<strong>en</strong> ontlad<strong>en</strong>, “heropladingsstroom”ev<strong>en</strong>redig met int<strong>en</strong>siteit invall<strong>en</strong>d licht.Opgebouwd uit serie van 100-<strong>en</strong> fotodiodes =DAD. Polychromatisch licht op monster gestuurd gedispergeerd door polychromator © Stud<strong>en</strong>t Onbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong> stud<strong>en</strong>tonbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong>/studiehulp Fout<strong>en</strong> voorbehoud<strong>en</strong>


Voederanalyse / analytische scheikunde 6/9Antwoord<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong> (2007-2008)spectrum geprojecteerd op DAD. Multi-golfl<strong>en</strong>gte detectie mogelijk,


Voederanalyse / analytische scheikunde 7/9Antwoord<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong> (2007-2008)21) IJking van e<strong>en</strong> fluorimeter (III 26)Te analyser<strong>en</strong> staal fungeert zelf als lichtbron absoluut signaal dat naar willekeur kan word<strong>en</strong>versterkt reproduceerbaar afregel<strong>en</strong> van versterking, uiteindelijk gemet<strong>en</strong> signaal afhankelijk vaninstelling van de versterking van de fotomultiplier. Kalibrer<strong>en</strong> bij stabiele fluorofoor met meestgeconc<strong>en</strong>treerde standaard, bij onstabiele fluorofoor met andere fluorofoor (kininesulfaat,perspexstaaf met uranylion<strong>en</strong> (hoge quantumopbr<strong>en</strong>gst M)).22) Bespreek begrip doving (III 26)= qu<strong>en</strong>ching, doving fluoresc<strong>en</strong>tie van e<strong>en</strong> geëxciteerd fluorofoor M* door interactie met qu<strong>en</strong>cher Q,onder vorming van complex [M*…Q] dat excitatie <strong>en</strong>ergie verliest onder vorm van warmte ( M) standaardadditie toepass<strong>en</strong>.Kleurqu<strong>en</strong>cher: al kleur in oplossing waardoor omslag niet te zi<strong>en</strong> is.23) Hoe bepaal je de conc<strong>en</strong>tratie van e<strong>en</strong> stabiele susp<strong>en</strong>sie? (III 25)Fluoresc<strong>en</strong>tie-int<strong>en</strong>siteit is recht ev<strong>en</strong>redig met hoeveelheid geabsorbeerd licht.F = M (I 0 - I)(betrekking van Kavanagh)I = int<strong>en</strong>siteit opgestraalde lichtI 0 = int<strong>en</strong>siteit bij verlat<strong>en</strong> kuvet met fluorofoorM = quantumopbr<strong>en</strong>gst =geëmitteerde/geabsorbeerde foton<strong>en</strong>, 0-1Anderzijds Wet van Bouguer-Beer:I = I 0 * 10 -a*b*c F = M * I 0 (1 – 10 -a*b*c ) reeks van Taylor F = 2,303 M * I 0 * a*b*c fluoresc<strong>en</strong>tie-int<strong>en</strong>siteit rechtstreeks ev<strong>en</strong>redig met int<strong>en</strong>siteit opvall<strong>en</strong>d licht & conc<strong>en</strong>tratie.pH, temperatuur, natuur & zuiverheid oplosmiddel spel<strong>en</strong> e<strong>en</strong> rol./ met turbidimetrie <strong>en</strong> nefelometrie:Bij bestral<strong>en</strong> van susp<strong>en</strong>sies treedt verstrooiing op: het verstrooide licht volgt e<strong>en</strong> andere weg:- turbidimetrie: meet hoeveel licht (stralings<strong>en</strong>ergie) dat wordt “geabsorbeerd” (cfr. spectro). Somslineair verband tuss<strong>en</strong> absorptie <strong>en</strong> conc<strong>en</strong>tratie.- nefelometrie: meet int<strong>en</strong>siteit verstrooide licht (cfr. fluoro)Probleem: het weinig stabiel <strong>en</strong> reproduceerbaar karakter van e<strong>en</strong> susp<strong>en</strong>sie. Meestal bescherm<strong>en</strong>dcolloïd toegevoegd om stabiliteit te bevorder<strong>en</strong>.24) Opbouw van e<strong>en</strong> vlamfotometer (III 29)• drukregelaars & debietmeters:vlam met constante T, constanteonderdruk (bepaaltopzuigsnelheid staal)• verstuiver-brander-e<strong>en</strong>heid:1. totale consumptiebrander:alle opgezog<strong>en</strong> staal in vlam2. “laminaire flow” branders:afzonderlijke verstuivings- <strong>en</strong>m<strong>en</strong>gkamer, alle<strong>en</strong>fijnverdeelde druppels invlam, grotere druppels cond<strong>en</strong>ser<strong>en</strong> = overmaat afgevoerd. Merkerbrander(rond)/spleetbrander (bij atoomabsorptie spectrofotometrie)• optisch systeem: monochromator (filter/prisma/rooster), uit het door de vlam uitgezond<strong>en</strong> lichtwordt de specifieke straling van het te doser<strong>en</strong> elem<strong>en</strong>t gezeefd• lichtgevoelige detector + versterker + afleese<strong>en</strong>heid (galvanometer)© Stud<strong>en</strong>t Onbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong> stud<strong>en</strong>tonbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong>/studiehulp Fout<strong>en</strong> voorbehoud<strong>en</strong>


Voederanalyse / analytische scheikunde 8/9Antwoord<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong> (2007-2008)25) Bespreek het atomisatieproces (III 28)Het creër<strong>en</strong> van e<strong>en</strong> atoomreservoir is ess<strong>en</strong>tieel, hiervoor zijn hoge temperatur<strong>en</strong> vereist: elektrischeboog/vork, vlam, grafietov<strong>en</strong> of inductief gekoppelde plasmaingang.Staal wordt in de vlam verstov<strong>en</strong> (aërosol), na verdamp<strong>en</strong> oplosmiddel dissociër<strong>en</strong> vaste deeltjes neutrale atom<strong>en</strong> (CaCl 2 CaC + 2ClC), aantal kan geëxciteerd word<strong>en</strong> o.i.v. <strong>en</strong>ergietoevoer vlamA º (T, hL) A*want in vlam atom<strong>en</strong> voortdur<strong>en</strong>d beweg<strong>en</strong> botsing<strong>en</strong> kinetische <strong>en</strong>ergie overgedrag<strong>en</strong> aanval<strong>en</strong>tie-elektron geëxciteerd = in hoger <strong>en</strong>ergi<strong>en</strong>iveau, m<strong>en</strong> meet geëmitteerde licht bij terugvall<strong>en</strong>naar grondtoestand)E = E 2 – E 1 = hL = h*c/8Golfl<strong>en</strong>gte karakteristiek voor elk elem<strong>en</strong>t = kwalitatief aspect, lichtint<strong>en</strong>siteit rechtev<strong>en</strong>redig metconc<strong>en</strong>tratie = kwantitatief aspect.26) Bespreek de interfer<strong>en</strong>ties bij vlamfotometrie (III 30)= alle verschijnsel<strong>en</strong> die vlamemissie van het te doser<strong>en</strong> elem<strong>en</strong>t kunn<strong>en</strong> beïnvloed<strong>en</strong>.• spectraalinterfer<strong>en</strong>tie: emissie van e<strong>en</strong> bepaald species in de vlam treedt bij dezelfde golfl<strong>en</strong>gteop als deze van de te doser<strong>en</strong> compon<strong>en</strong>t (bijv. met<strong>en</strong> Na, interfer<strong>en</strong>tie door Ca dat in vlamovergaat in CaO), vermindert bij stijg<strong>en</strong>de T; ook: achtergrondemissie van de vlam (continuspectrum) blancobepaling do<strong>en</strong>.• chemische interfer<strong>en</strong>tie: sommige elem<strong>en</strong>t<strong>en</strong> + bepaalde anion<strong>en</strong> “refractaire” verbinding<strong>en</strong> dissociër<strong>en</strong> onvolledig tot atom<strong>en</strong>; toevoeg<strong>en</strong> releasing ag<strong>en</strong>t, cheler<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong> of vlamT.• ionisatie-interfer<strong>en</strong>tie: bij lage ionisatiepot<strong>en</strong>tiaal elem<strong>en</strong>t kan deel atom<strong>en</strong> geïoniseerd word<strong>en</strong> licht andere golfl<strong>en</strong>gte, vermindert bij T = geeft echter problem<strong>en</strong> met voorgaande interfer<strong>en</strong>ties gemakkelijker ioniseerbaar elem<strong>en</strong>t toevoeg<strong>en</strong> overmaat e - waardoor ionisatie te bepal<strong>en</strong>elem<strong>en</strong>t niet meer doorgaat.Na Na + + e -Cs Cs + + e - overmaat Na Na + + e -• matrixinterfer<strong>en</strong>tie: opzuigsnelheid/verstuivingsproces niet id<strong>en</strong>tiek voor monsters &standaardoplossing<strong>en</strong>; bepaald door fysieke eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong>: viscositeit, dichtheid, dampspanning,oppervlaktespanning, T, aard solv<strong>en</strong>t, zoutconc<strong>en</strong>tratie, verstopp<strong>en</strong> capillair opzuigsysteem.Oploss<strong>en</strong> door: toevoeg<strong>en</strong> interferer<strong>en</strong>de bestanddel<strong>en</strong> aan standaard/additie deterg<strong>en</strong>s aanstandaard<strong>en</strong>, toepass<strong>en</strong> standaard-additiemethode, toepass<strong>en</strong> methode van de inw<strong>en</strong>digestandaard• zelfabsorptie: geëxciteerde atom<strong>en</strong> bots<strong>en</strong> in vlam teg<strong>en</strong> atom<strong>en</strong> in grondtoestand deelemissielicht geabsorbeerd I hL, oploss<strong>en</strong> door te verdunn<strong>en</strong>• andere fout<strong>en</strong>bronn<strong>en</strong>: contaminatie, (ad)sorptieverschijnsel<strong>en</strong> (aan wand<strong>en</strong> container), allebeivoornamelijk bij zeer lage conc<strong>en</strong>traties belangrijk27) Bespreek de meest aangewez<strong>en</strong> calibratiemethode bij vlamfotometrie (III 32, I 6)Vanwege groot aantal variabele parameters voorkeur gegev<strong>en</strong> aan standaard-additiemethode ofmethode van de inw<strong>en</strong>dige standaard.Inw<strong>en</strong>dige standaard: comp<strong>en</strong>seert voor variaties in opzuigsnelheid, verstuivings- <strong>en</strong>atomiseringsefficiëntie (matrixinterfer<strong>en</strong>tie), schommeling<strong>en</strong> vlamparameters. Gek<strong>en</strong>de conc<strong>en</strong>tratieelem<strong>en</strong>t toegevoegd dat niet in het monster voorkomt, maar wel met dezelfde vlamkarakteristiek<strong>en</strong>(i.g.v. Na Li), signal<strong>en</strong> word<strong>en</strong> op hetzelfde mom<strong>en</strong>t gemet<strong>en</strong> = zelfde voorwaard<strong>en</strong> quotiënt blijftonveranderd. K<strong>en</strong>nis van response factor (RF) nodig = factor waarmee het signaal van Na moetverm<strong>en</strong>igvuldigd word<strong>en</strong> opdat verhouding conc<strong>en</strong>traties gelijk gesteld zou mog<strong>en</strong> word<strong>en</strong> aanquotiënt van de signal<strong>en</strong>, of: verhouding van de signal<strong>en</strong> bij gelijke conc<strong>en</strong>traties.29) Bespreek het principe van ion<strong>en</strong>uitwisselingschromatografie (IV 4 16)Zure of basische groep<strong>en</strong> gebond<strong>en</strong> op drager (silica, polysaccharide, -styre<strong>en</strong>, -methacrylaat).Voor lage druk: cellulose <strong>en</strong> dextraan, voor hoge druk: silica gesulfoneerd/carboxygemethyleerd/geamineerd kation-/anionuitwisselaar.Gebond<strong>en</strong> functionele groep kationuitwisselaar sterk (SO 3 - ) of zwak (COO - ) zure groep,anionuitwisselaar sterk (N + R 3 ) of zwak (N + HR 2 ) basische groep, bepaalt afhankelijkheid ionisatie vande pH.© Stud<strong>en</strong>t Onbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong> stud<strong>en</strong>tonbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong>/studiehulp Fout<strong>en</strong> voorbehoud<strong>en</strong>


Voederanalyse / analytische scheikunde 9/9Antwoord<strong>en</strong> exam<strong>en</strong>vrag<strong>en</strong> (2007-2008)Mechanisme gebaseerd op competitie kation<strong>en</strong> (anion<strong>en</strong>) voor negatieve(positieve) lading<strong>en</strong> van de stationaire fase van de drager, netto-lading eiwitbepaalt door zijn pI, voor efficiënte binding moet eiwit netto teg<strong>en</strong>gesteldelading hebb<strong>en</strong>. In meeste toepassing<strong>en</strong> ion<strong>en</strong>conc<strong>en</strong>tratie gewijzigd metstapp<strong>en</strong>-/lineaire gradiënt.[Diefka: Stationaire fas<strong>en</strong>, waarbij gelad<strong>en</strong> groep<strong>en</strong> coval<strong>en</strong>t ingeplant zijn op e<strong>en</strong> onoplosbarevertakte polymere matrix (of hars). Met deze ionaire groep<strong>en</strong> zijn teg<strong>en</strong>ion<strong>en</strong> geassocieerd t.g.v.elektrostatische aantrekkingskracht<strong>en</strong> (niet coval<strong>en</strong>t). Deze teg<strong>en</strong>ion<strong>en</strong> kunn<strong>en</strong> vrij beweg<strong>en</strong> in dematrix <strong>en</strong> stoichiometrisch (wet der massawerking) <strong>en</strong> reversibel uitgewisseld word<strong>en</strong>.Sterke ion<strong>en</strong>uitwisselaars zijn over het hele pH bereik geïoniseerd <strong>en</strong> dus bruikbaar, zwakke slechtsmeer beperkt pH bereik. Toch vaak zwakke gebruikt, omdat sterke vaak aa<strong>nl</strong>eiding gev<strong>en</strong> totd<strong>en</strong>aturatie.]30) Bespreek gelpermatiechromatografie (gelexclusie) (IV 4 18)Verschilt van andere types, want ge<strong>en</strong> interactie tuss<strong>en</strong> monster & drager.Grootte poriën in matrixkorrels bepaalt overgang van macromolecule vanmobielestationaire fase & indringdiepte in poriën. Verdelingsconstante (K S )bepaalt fractie stationaire fase (V S ) welke toegankelijk is voor opgeloste stof(V M ), als K S =0 poriën niet toegankelijk elueert bij V R = V M . Als K S = 1 porie volledig toegankelijk V R = V M + V S .Exclusielimiet is de molaire massa van e<strong>en</strong> m<strong>en</strong>gselcompon<strong>en</strong>t die de korrels nog kan binn<strong>en</strong>dring<strong>en</strong><strong>en</strong> dus minimaal wordt vertraagd.Molecuulgrootte bepaalt de scheiding.31) Bespreek de basisprincipes van chromatografie (IV 4 1)= scheid<strong>en</strong> van opgeloste stoff<strong>en</strong> door medium van verdel<strong>en</strong>de deeltjes welke selectief bepaaldeopgeloste stoff<strong>en</strong> gaan vertrag<strong>en</strong>, verschill<strong>en</strong>de verdeling over mobiele <strong>en</strong> stationaire fase van hetsysteem verschill<strong>en</strong>de affiniteit• distributiecoëfficiënt<strong>en</strong> = de verdeling van e<strong>en</strong> stof over twee fas<strong>en</strong> wordt uitgedrukt door deverdelingsfactor k <strong>en</strong> de verdelingsconstante Kverdelingsisotherm = relatie tuss<strong>en</strong> hoeveelheid stof gebond<strong>en</strong> aan stationaire fase & conc<strong>en</strong>tratiein mobiele fasei) lineaire: verdelingsfactor onafhankelijk van conc<strong>en</strong>tratie opgeloste stofii) verdelingsfactor daalt bij to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de conc<strong>en</strong>tratieiii) verdelingsfactor stijgt bij to<strong>en</strong>em<strong>en</strong>de conc<strong>en</strong>tratie• ret<strong>en</strong>tietijd t R = t M + t S , t S op te del<strong>en</strong> voor verschill<strong>en</strong>de stoff<strong>en</strong>• plaathoogte is gecorreleerd met piekbreedte eluer<strong>en</strong>de stof• bandbreedte bepaalt plaatwaarde (#) van de kolom. Factor<strong>en</strong> aan basisbandverbreding:i) niet-uniforme stroming mobiele fase, Eddy diffusie, onafhankelijk van debiet Fii) longitudinale diffusie opgeloste stof, - 1/Fiii) effect<strong>en</strong> van massa overdracht: chromatografer<strong>en</strong>de stof steeds geadsorbeerd &gedesorbeerd van stationaire fase, bij desorptie komt stof terecht aan achterzijdechromatografer<strong>en</strong>de zone, omdat mobiele fase al verder is gelop<strong>en</strong>, -F. Totalebandverbreding Van Deemter vergelijking.• scheid<strong>en</strong>de eig<strong>en</strong>schapp<strong>en</strong> bepaald doori) solv<strong>en</strong>tefficiëntieii) kolomefficiëntie, bepaald door # theoretische plat<strong>en</strong>bepal<strong>en</strong> sam<strong>en</strong> kolomresolutie, optimalisatie: kolomafmeting<strong>en</strong>, grootte matrixkorrels,kolompakking, debiet elu<strong>en</strong>s, T, staalvolumea) goede solv<strong>en</strong>tefficiëntie <strong>en</strong> kolomefficiëntie resulter<strong>en</strong>d in e<strong>en</strong> goede kolomresolutieb) goede solv<strong>en</strong>tefficiëntie, slechte kolomefficiëntie, resulter<strong>en</strong>d in e<strong>en</strong> slechte resolutiec) goede solv<strong>en</strong>tefficiëntie comp<strong>en</strong>seert de slechte kolomefficiëntied) slechte solv<strong>en</strong>tefficiëntie <strong>en</strong> goede kolomefficiëntie resulteert in e<strong>en</strong> slechte resolutieVrag<strong>en</strong> 8, 28, 32 gaan over del<strong>en</strong> die niet te k<strong>en</strong>n<strong>en</strong> zijn <strong>en</strong> zijn dus niet opg<strong>en</strong>om<strong>en</strong>. Figur<strong>en</strong> zijn © prof. dr. G. van Dessel.© Stud<strong>en</strong>t Onbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong> stud<strong>en</strong>tonbek<strong>en</strong>d.<strong>nl</strong>/studiehulp Fout<strong>en</strong> voorbehoud<strong>en</strong>

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!