Rapport Patiëntveiligheid, de rol van de bestuurder - Veilige zorg ...
Rapport Patiëntveiligheid, de rol van de bestuurder - Veilige zorg ... Rapport Patiëntveiligheid, de rol van de bestuurder - Veilige zorg ...
domeinnamen met het woord “patiëntveiligheid” geclaimd was. Het zouzelfs tot november 2005 duren voordat er een Nederlandse definitie was voorhet woord “patiëntveiligheid”. Er was geen enkel voorbeeld binnen Nederlandwaar de Kerncommissie zich door kon laten inspireren. De Raad vanBestuur had zich vooraf ook niet uitgelaten over een gewenste richting vanhet advies. Wel had ze verzocht om het advies binnen enkele maanden af teronden. De agenda werd gedurende de eerste bijeenkomsten door de Kerncommissiezelf bepaald. Vanwege de grootte van de groep en de complexiteitvan het onderwerp was het niet altijd mogelijk om iedereen voldoende aanhet woord te laten komen. Daarom ging het staflid Raad van Bestuur, die decommissie ambtelijk ondersteunde, tussen de vergaderingen door individueellangs de leden van de commissie zodat iedereen voldoende gelegenheidkreeg om inhoudelijk bij te dragen. In de loop van de bijeenkomsten bleekdat er in een aantal andere landen, zoals de Verenigde Staten, Engeland enDenemarken, organisaties waren die een patiëntveiligheidsprogrammahadden ontwikkeld. Het viel op dat een aantal thema’s terugkwamen in dezeprogramma’s, zoals “blame free” incident melden, incidentanalyse enproactieve analyse. De Kerncommissie heeft deze thema’s opgenomen inhaar advies aan de Raad van Bestuur. De kerncommissie meende datmedewerkers gestimuleerd moesten worden en zich geborgen genoegmoesten voelen om gevaarlijke situaties en eigen (bijna) fouten te melden.Melden moest veilig zijn en tastbaar effect hebben. De Raad van Bestuurheeft het advies van de Kerncommissie Patiëntveiligheid overgenomen (zieappendix A voor het volledige advies van de Kerncommissie Patiëntveiligheid).15Samenstelling Kerncommissie PatiëntveiligheidVoorzitter Raad van Bestuur (voorzitter)Voorzitter Verpleegkundig ConventManager Zorg Divisie ChirurgieDirecteur Facilitair BedrijfManager Zorg Divisie HersenenVerpleegkundig afdelingshoofd Divisie Interne Geneeskunde en DermatologieVoorzitter Medisch StafconventMedewerker PatiëntenserviceVoorzitter Meldingscommissie Incidenten PatiëntenzorgAdjunct Directeur CBO (extern lid)Staflid Raad van Bestuur (ambtelijk secretaris)Patiëntveiligheid, de rol van de bestuurder 163
Actief beleid voor toename aantal meldingenVanaf 2004 zijn er wijzigingen ingevoerd in het gehele traject van de MIP,van melder tot rapportage. Het doel van deze wijzigingen was om het aantalmeldingen te doen toenemen, om de zichtbaarheid van de patiëntveiligheidsproblematiekte vergroten opdat er hierdoor een beter beeld zou ontstaanvan de kwetsbaarheden van de organisatie. Tevens zou een toenamevan het aantal meldingen aangeven dat meer medewerkers zich bewust zijnvan de onveiligheid van zorgprocessen en het veilig en zinvol vinden om hieropen over te communiceren. Een toename van het aantal meldingen zou dusniet alleen meer inzicht geven, maar werd ook gezien als een parameter vande veiligheidscultuur binnen de organisatie.1617, 18Het doel was het genereren van meer incidentmeldingen. Vanuit de luchtvaartsectorwas al bekend dat het succes van een systeem voor incidentmeldingenvooral afhing van drie aspecten: het systeem moet veilig, eenvoudigen zinvol zijn. Omdat de MIP afhankelijk was van vrijwillige rapportage doormedewerkers en er redenen waren waarom medewerkers niet meldden,besloten de MIP en de Kerncommissie Patiëntveiligheid dat het geen zin zouhebben om een campagne te starten waarin medewerkers werden aangespoordom incidenten te melden. Eerst moesten de oorzaken van onderrapportageworden aangepakt. Als medewerkers zelf zouden ervaren dat hetveilig, eenvoudig en zinvol is om incidenten te melden, zou het aantalmeldingen toenemen.Centrale positionering MIP bleef gehandhaafdRond 2004 begon in Nederland een discussie over de positionering van deMIP binnen zorginstellingen. Er was in een aantal ziekenhuizen evaringopgedaan met zogenaamde “decentrale MIP commissies”, meldingscommissiesdie op divisie- of afdelingsniveau werkten. Een van de resultaten vandeze werkwijze was een forse stijging van het aantal meldingen op dieafdelingen. Het UMC Utrecht koos ervoor om één centrale MIP te handhaven.Hiervoor waren meerdere argumenten. De Raad van Bestuur meendedat een centrale MIP noodzakelijk was om overzicht te kunnen houden overde aard en het aantal incidentmeldingen binnen de organisatie en dat ditoverzicht nodig was om te kunnen voldoen aan haar plicht om te zorgenvoor verantwoorde zorg. Ook vond de Raad van Bestuur het belangrijk dateen medewerker twijfel over veiligheid kon melden aan een instantie dieonafhankelijk was van de eigen afdeling en leidinggevende zodat eeneventueel intern conflict of vertrouwensprobleem geen drempel zou zijn omte melden. Daarnaast speelde praktische overwegingen. Het UMC Utrecht164Hoofdstuk 6 | Meldingscommissie Incidenten Patiëntenzorg (MIP)
- Page 113 and 114: 151617, 18Professionele habitat…
- Page 115 and 116: 3 “KWALITEIT VAN ZORG” ALS VOOR
- Page 117 and 118: 252627- effectief zijn;- efficiënt
- Page 119 and 120: 2829Kwaliteit wordt bepaald vanuit
- Page 121 and 122: overtuiging: De patiënt kan het va
- Page 123 and 124: 31noodzaak tot kostenbeheersing. In
- Page 125 and 126: 32Tabel 2: Ongestructureerde proble
- Page 127 and 128: 37kan echter op een andere plek onw
- Page 129 and 130: Projectmatige sturing leidt bij ong
- Page 131 and 132: nals. Er is binnen deze samenwerkin
- Page 133 and 134: aansturingsvormen maken het de orga
- Page 135 and 136: Tabel 3: Het toepassen van sturings
- Page 137 and 138: 5657InhoudEen risico van bovenstaan
- Page 139 and 140: Zowel inhoudelijke, hiërarchische
- Page 141 and 142: met de belemmeringen die het aanstu
- Page 143 and 144: 19 | Bruijn H de. Managers en profe
- Page 146 and 147: 6Hoofdstuk 6MeldingscommissieIncide
- Page 148 and 149: De werkwijze van de MIP verschilt t
- Page 150 and 151: ander zegt: “maar dat wás helema
- Page 152 and 153: echter niet haalbaar. Wanneer een m
- Page 154 and 155: alle parkeerplaatsen voor medewerke
- Page 156 and 157: aan de MIP de melder ontslaat van v
- Page 158 and 159: ingevoerd waardoor een ander niet e
- Page 160 and 161: woorden. De leidinggevenden hebben
- Page 162 and 163: eerste melder de correspondentie va
- Page 166 and 167: had ongeveer 60 afdelingen en het z
- Page 168 and 169: veilig meldsysteem geen afbreuk doe
- Page 170 and 171: het functioneren van de MIP en daar
- Page 172 and 173: meldingen door artsen toenam. Een a
- Page 174 and 175: Vragenlijst zette aan tot denkenVoo
- Page 176 and 177: Bemensing en herkenbaarheid MIPMIP
- Page 178 and 179: Begrippenkader kerncommissie:Veilig
- Page 180 and 181: het bestraffen van de betrokken med
- Page 182 and 183: Tabel 3: Gebruikte strategieën om
- Page 184 and 185: Belemmerende factorenAls voorbeeldf
- Page 186 and 187: van de MIP commissie aan het woord
- Page 188 and 189: leiding vrijheidsgraden waardoor de
- Page 190 and 191: Gevoel van urgentie op niveau melde
- Page 192 and 193: edelijk termijn tot een uitkomst te
- Page 194 and 195: Noten bij hoofdstuk 61 | UMC Utrech
- Page 196: Patiëntveiligheid, de rol van de b
- Page 199 and 200: 1 INLEIDINGToelichting hoofdstukIn
- Page 201 and 202: kunnen leiden tot schade. Ook kunne
- Page 203 and 204: eigen handelen en heeft dit niet in
- Page 205 and 206: patiënt gaf zelf niet aan dat dit
- Page 207 and 208: groep om bacteriële infecties te v
- Page 209 and 210: 3 DE IMPLEMENTATIE VAN SIREDe imple
- Page 211 and 212: medisch specialist, 7 verpleegkundi
- Page 213 and 214: dat ze de centrale ondersteuning er
Actief beleid voor toename aantal meldingenVanaf 2004 zijn er wijzigingen ingevoerd in het gehele traject <strong>van</strong> <strong>de</strong> MIP,<strong>van</strong> mel<strong>de</strong>r tot rapportage. Het doel <strong>van</strong> <strong>de</strong>ze wijzigingen was om het aantalmeldingen te doen toenemen, om <strong>de</strong> zichtbaarheid <strong>van</strong> <strong>de</strong> patiëntveiligheidsproblematiekte vergroten opdat er hierdoor een beter beeld zou ontstaan<strong>van</strong> <strong>de</strong> kwetsbaarhe<strong>de</strong>n <strong>van</strong> <strong>de</strong> organisatie. Tevens zou een toename<strong>van</strong> het aantal meldingen aangeven dat meer me<strong>de</strong>werkers zich bewust zijn<strong>van</strong> <strong>de</strong> onveiligheid <strong>van</strong> <strong>zorg</strong>processen en het veilig en zinvol vin<strong>de</strong>n om hieropen over te communiceren. Een toename <strong>van</strong> het aantal meldingen zou dusniet alleen meer inzicht geven, maar werd ook gezien als een parameter <strong>van</strong><strong>de</strong> veiligheidscultuur binnen <strong>de</strong> organisatie.1617, 18Het doel was het genereren <strong>van</strong> meer inci<strong>de</strong>ntmeldingen. Vanuit <strong>de</strong> luchtvaartsectorwas al bekend dat het succes <strong>van</strong> een systeem voor inci<strong>de</strong>ntmeldingenvooral afhing <strong>van</strong> drie aspecten: het systeem moet veilig, eenvoudigen zinvol zijn. Omdat <strong>de</strong> MIP afhankelijk was <strong>van</strong> vrijwillige rapportage doorme<strong>de</strong>werkers en er re<strong>de</strong>nen waren waarom me<strong>de</strong>werkers niet meld<strong>de</strong>n,besloten <strong>de</strong> MIP en <strong>de</strong> Kerncommissie Patiëntveiligheid dat het geen zin zouhebben om een campagne te starten waarin me<strong>de</strong>werkers wer<strong>de</strong>n aangespoordom inci<strong>de</strong>nten te mel<strong>de</strong>n. Eerst moesten <strong>de</strong> oorzaken <strong>van</strong> on<strong>de</strong>rrapportagewor<strong>de</strong>n aangepakt. Als me<strong>de</strong>werkers zelf zou<strong>de</strong>n ervaren dat hetveilig, eenvoudig en zinvol is om inci<strong>de</strong>nten te mel<strong>de</strong>n, zou het aantalmeldingen toenemen.Centrale positionering MIP bleef gehandhaafdRond 2004 begon in Ne<strong>de</strong>rland een discussie over <strong>de</strong> positionering <strong>van</strong> <strong>de</strong>MIP binnen <strong>zorg</strong>instellingen. Er was in een aantal ziekenhuizen evaringopgedaan met zogenaam<strong>de</strong> “<strong>de</strong>centrale MIP commissies”, meldingscommissiesdie op divisie- of af<strong>de</strong>lingsniveau werkten. Een <strong>van</strong> <strong>de</strong> resultaten <strong>van</strong><strong>de</strong>ze werkwijze was een forse stijging <strong>van</strong> het aantal meldingen op dieaf<strong>de</strong>lingen. Het UMC Utrecht koos ervoor om één centrale MIP te handhaven.Hiervoor waren meer<strong>de</strong>re argumenten. De Raad <strong>van</strong> Bestuur meen<strong>de</strong>dat een centrale MIP noodzakelijk was om overzicht te kunnen hou<strong>de</strong>n over<strong>de</strong> aard en het aantal inci<strong>de</strong>ntmeldingen binnen <strong>de</strong> organisatie en dat ditoverzicht nodig was om te kunnen voldoen aan haar plicht om te <strong>zorg</strong>envoor verantwoor<strong>de</strong> <strong>zorg</strong>. Ook vond <strong>de</strong> Raad <strong>van</strong> Bestuur het belangrijk dateen me<strong>de</strong>werker twijfel over veiligheid kon mel<strong>de</strong>n aan een instantie dieonafhankelijk was <strong>van</strong> <strong>de</strong> eigen af<strong>de</strong>ling en leidinggeven<strong>de</strong> zodat eeneventueel intern conflict of vertrouwensprobleem geen drempel zou zijn omte mel<strong>de</strong>n. Daarnaast speel<strong>de</strong> praktische overwegingen. Het UMC Utrecht164Hoofdstuk 6 | Meldingscommissie Inci<strong>de</strong>nten Patiënten<strong>zorg</strong> (MIP)