ADRESSERING - BTicino

ONONOFFOFFONON346851346851ONOFFONOFFONOFFONOFFADRESSERINGSYSTEEMUITBREIDINGSMODULE ART. NR. 346851Toegepast als interface voor onafhankelijke stijgleidingenMOD=5 wordt gebruikt om het maximaal aantal oproepen te verhogen totmaximaal 3900 stuks.M = Stijgleidingnummer (max. 39)MOD = 5Systeemuitbreidingsmodule art. nr. 346851MMOD5Er mogen maximaal 3 interfaces art. nr. 346850 en 346851 in cascadegeschakeld worden. Met de volgende punten moet rekening gehoudenworden:- Tussen de buitenpost, interfaces en de laatste binnenpost, mag onderlingmaximaal 200 meter kabel toegepast zijn voor de “A lijn”.- De kabellengte tussen de buitenpost en de laatste binnenpost magmaximaal 600 m zijn.Alle drie de interfaces worden aangesloten op een extra voeding (art.nr. 346000) waardoor extra componenten aangesloten kunnen worden.Bovenstaande maximale kabellengtes gelden bij gebruik van BTicino kabelart. nr. 336904.A = lengte tussen de buitenpost of interfaces en de laatste binnenpostB = Lengte tussen buitenpost of interface en voeding (van buitenpostrichting binnenpost)C = Lengte tussen voeding en interface of laatste buitenpost, (van buitenpostrichting binnenpost).Toegepast met adressering MOD = 0Nr. van destijgleidingStijgleiding1ON346851Stijgleiding2interface vooronafhankelijkestijgleidingen2 2 22 2 2 22 DRAADS backboneM = 1MOD = 5ON346851M = 2MOD = 5Stijgleiding3ON346851M = 39MOD = 5MOD=0 wordt gebruikt om de maximale kabellengte te verlengen en/of omhet opgenomen electrisch vermogen te verdelen over galvanisch gescheidensystemen.M = oplopend getal in het systeemMOD = 0M MOD- Vanaf de centrale buitenpost is het adres van een binnenpost gelijkaan het stijgleiding nummer x 100 + adres van betreffende binnenpost.Bijvoorbeeld voor binnenpost met N adres 18 van de 7e stijgleiding is hetadres: (7 x 100) + 18 = adres 718.Stijgleiding 72Binnenpost 18N = 187182346851346851M = 7MOD = 5ON22Hoofd buitenpost2 DRAADS backbone181