4.1 PersoneelslastenLonen en salarissen<strong>2009</strong> Begroting Afwijking 2008Brutolonen en salarissen 5.119,5 5.580,0 460,6 4.579,9Sociale lasten 421,9 232,8 189,1- 330,7Pensioenpremies 690,3 685,5 4,8- 595,4Overige personele lastenDotaties personelevoorzieningenPersoneel niet inloondienstDoorberekening salarissenaan projecten e.d.Personeellasten Seminarium(niet-subsidiabel)6.231,6 6.498,4 266,7 5.506,0358,3 100,0 258,3- 268,4217,8 50,0 167,8- 512,9255,9- 255,9Overig 309,3 490,9 181,6 494,0629,4 640,9 11,5 1.275,36.861,0 7.139,3 278,2 6.781,3Lonen en salarissenPer 1 januari vond conform CAO-bepalingen salarisaanpassing plaats(2,1%) en is de eindejaarsuitkering met 1,9% verhoogd. Deze postblijft met 4,1% onder de begroting met name door (nog) nietingevulde vacatures. Aan pensioenuitkeringen oud-hoogleraren is358,9 uitbetaald welk bedrag rechtstreeks ten laste van de voorzieningis gebracht.Overige personele lastenInzake Dotaties personele voorzieningen is aan de voorzieningpensioenverplichtingen op basis van een actuele waardebepaling dooreen actuaris een bedrag toegevoegd van 100,1 en is de voorzieningvoor wachtgeld aangevuld met 191,6 wegens een additioneleverplichting ultimo <strong>2009</strong>. Voor jubileumverplichtingen is een bedragtoegevoegd van 8,1 en aan de voorziening verlofsparen een bedragvan 58,4.Een aantal medewerkers (gedetacheerden) is in 2008 nogverantwoord onder Personeel niet in loondienst. Vanaf <strong>2009</strong> zijnalle detacheringscontracten beëindigd of omgezet in een PThUdienstverband en bestaat deze post louter uit ingehuurde krachtenvan met name ondersteunend personeel waarvan de vacatures nogniet werden ingevuld en tijdelijke vervanging of uitbreiding. Dedoorberekening van personeel welke in dienst is genomen op basis vangesubsidieerde NWO-projecten (202,9), innovatie activiteiten (26,6)en GC&S onderzoek (26,4) is op een separate regel hier zichtbaargemaakt. De doorberekening van de salarislast van het Seminarium,subsidiabel naar niet-subsidiabel, bedraagt 343,3.De post Overig bestaat uit o.a. de kosten voor studie en opleiding(74,0), reiskosten woon/werk (96,4), de zgn. 30%-regeling (70,3),aanvulling geldwaarde verlofdagen (20,7) en overige personeelslastenzoals assessments, juridische bijstand en arbo (79,4).Aantal fte’s<strong>2009</strong> Formatie Afwijking 2008WP 57,78 62,8 5,01- 56,41OBP 30,85 34,2 3,34- 27,27Totaal fte's ultimorapportageperiode88,63 97,0 8,35- 83,68Gemiddeld aantal fte's 87,05 79,95Het aantal personeelsleden ultimo <strong>2009</strong> bedraagt 128 zijnde 88,63 fte.De formatie betreft het aantal fte’s dat in de begroting is op genomen.De 12 fte’s inzake de pensioenuitkeringen oud-hoogleraren zijn nietopgenomen in het overzicht.In het OBP is 1,8 fte van het CvB opgenomen. Onderzoekers,promovendi en studentassistenten met in totaal 19,35 fte hebbeneen tijdelijke aanstelling. Van het overig personeel heeft 6,72 fte eencontract voor bepaalde tijd.46 Terug naar inhoudsopgave<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2009</strong>
4.2 Afschrijvingen4.3 HuisvestingslastenAfschrijvingslastgebouwen/inventaris tlvministerieAfschrijvingskosten opeigen rekeningVrijval investeringssubsidies<strong>2009</strong> Begroting Afwijking 200892,4 264,9 172,5 80,522,5 24,0 1,5 22,3264,9- 264,9-114,9 24,0 90,9- 102,8Naar analogie van de Richtlijnen voor de jaarverslaggevingworden investeringssubsidies via de Balans in mindering gebrachtop de investeringen. De vrijval uit deze subsidie is gelijk aan determijnen van de afschrijvingen over de materiële vaste activa tot2007 (jaar van de oprichting). De afschrijvingslasten vanaf 2007komen niet in aanmerking voor genoemde vrijval ten laste van deinvesteringssubsidies. In de begroting was hier (nog) geen rekeningmee gehouden.HuisvestingslastensubsidiabelDotatie voorzieningonderhoudHuisvestingslastenniet-subsidiabelLasten gebouwen(niet-subsidiabel)<strong>2009</strong> Begroting Afwijking 2008291,6 250,2 41,4- 279,4127,6 104,7 22,9- 102,6105,7 87,4 18,3- 95,835,7 26,5 9,2- 60,1560,6 468,7 91,9- 537,9De subsidiabele huisvestingslasten zijn inclusief de huurvergoedingenvoor de locaties Utrecht en Leiden (149,5) en de interne doorberekendehuurvergoeding van private panden naar subsidiabel (37,7)welke niet in de cijfers van vorig jaar was opgenomen. Zie 3.6 Overigebaten. De verzekeringspremie van de gebouwen is door hertaxatie vande panden in 2008 verhoogd met 26,4. De dotatie aan de voorzieningis incidenteel verhoogd met 25,0 door de geplande maar niet begroterenovatie van de filmzaal in het Koornmarktpand.De huisvestingslast niet-subsidiabel bestaat uit interne doorberekeningvan buitenlandse studentenhuisvesting (17,3) en betaalde huurvergoedingvan het Seminarium (88,4). De niet-subsidiabele lastengebouwen zijn kosten voor onderhoud en energie van de privatepanden.<strong>Protestantse</strong> <strong>Theologische</strong> <strong>Universiteit</strong>Terug naar inhoudsopgave47