Download rapport - Biax Consult

BIAXiaal 254 3Veel stukken hout (N=93; 12,9%) zijn mogelijk hergebruikt. 6 Ze hebben veelal pengatverbindingenof goten die geen functie lijken te hebben op het betreffende object, alkan dit niet altijd met zekerheid worden gezegd, omdat de precieze functie van het houtniet altijd duidelijk is. In bijlage 1 zijn al deze stukken als secundair gebruikt gemarkeerd.Een deel is als poer of als paal gebruikt, van de andere stukken zijn geen gegevens overde plaats in de huizen beschikbaar. Ze komen in alle huizen voor.Op het hout zijn kapsporen van bijlen en een dissel en zaagsporen waargenomen (ziebijlage 2). De kapsporen zijn niet compleet, zodat geen breedtes van de gereedschappenkunnen worden gegeven. De maximale gemeten breedte voor een bijl bedraagt 9 cm, voorde dissel 10 cm.Tabel 2Albrandswaard-Portland, het houtgebruik in de huizen. De getallen met vraagtekensgeven de stukken aan die niet met zekerheid aan het betreffende huis kunnen wordentoegewezen.H1 H2 H3 H4 H4/5 H5 ? totaalAppelachtigen 1 . . . . . . 1 PomoidaeBerk 1 5 1 . . 1 2 10 BetulaBerk/Els . 1 . . . . . 1 Betula/AlnusBerk? 1 . . . . . . 1 Betula?Beuk . 2 . . . . . 2 FagusDen . . . . 2 3 . 5 PinusEik 15 25 23 1 32 3 14 113 QuercusEik? . 1 . . 2 . . 3 Quercus?Els 58 85 102 9 40 17 21 332 AlnusEls? 13 7 3 5 5 1 1 35 Alnus?Es 29 24 22 . 37 3 7 122 FraxinusEs/Eik 1 . . . . . . 1 Fraxinus/QuercusEs? 1 . 1 . . . . 2 Fraxinus?Esdoorn . . . . 1 . . 1 AcerFijnspar/Lariks . . . . 1 . . 1 Picea/LarixKers-type . . . . . . 1 1 Prunus avium t.Liguster . . 1 . . . . 1 LigustrumSpaanse aak . . . . . . 1 1 Acer c.Vogelkers-type . . . . 1 . . 1 Prunus padus t.Wegedoorn . 1 1 . . . . 2 RhamnusWilg 3 4 2 . . . 5 14 SalixZilverspar . 2 1 . . . 1 4 Abiesindet. 17 12 5 2 14 . 3 53 indet.niet gedet. 3 4 4 . 3 1 5 20 niet gedet.totaal 143 173 166 17 138 29 61 727Er zijn 23 stukken eik gevonden die mogelijk geschikt zijn voor dendrochronologischonderzoek (zie tabel 3). In een aantal gevallen kon het aantal jaarringen niet wordengeschat vanwege verrommelde dwarsdoorsneden. Deze stukken dienen gezaagd teworden, waarna het aantal jaarringen kan worden geteld. Uit huis 3 zijn stukkenafkomstig die elk voor zich (waarschijnlijk) niet genoeg ringen hebben, maar die incombinatie mogelijk wel dateerbaar zijn. Bij de uiteindelijke selectie moet overigens welrekening worden gehouden met het feit dat sommige stukken mogelijk zijn hergebruikt.6 Met name deze stukken zijn door het BOOR getekend.