11.07.2015 Views

Jaarverslag 2012 - Aquafin

Jaarverslag 2012 - Aquafin

Jaarverslag 2012 - Aquafin

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

werken aan zuiver water<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Meedenken met de klantBE-GAAP


<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Meedenken met de klantBE-GAAP


2<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Inhoud56Maatschappelijkverantwoordondernemen4<strong>Aquafin</strong> kort10Voorwoord14Verslag van de raadvan bestuur overhet boekjaar <strong>2012</strong>74Jaarrekening


4<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><strong>Aquafin</strong> kortEEN STERKE PARTNER VOORHET VLAAMSE GEWESTSchoon water in beken en rivieren en een optimaaltransport van afvalwater, daar maakt <strong>Aquafin</strong> elke dag werkvan. Het bedrijf is in 1990 opgericht door het Vlaamse Gewestom de rioolwaterzuiveringsinfrastructuur van het gewestverder uit te bouwen, te beheren en te financieren.<strong>Aquafin</strong> vangt het huishoudelijke afvalwater van degemeentelijke riolen op in verzamelriolen en voert het naarzuiveringsinstallaties, waar het wordt behandeld volgensde Europese en Vlaamse normen.De kosten voor de uitgevoerde infrastructuurwerken ende werkingskosten van <strong>Aquafin</strong> worden via de drinkwater -maatschappijen gedeeltelijk doorgerekend aan de drinkwaterverbruiker.Het saldo wordt betaald via een werkingstoelageuit het Minafonds.We willen een werkelijke waarde toevoegen aan de samen -leving en aan de natuurlijke omgeving. Een integrale kijk opwaterbeheer is daaraan inherent. Intelligent omspringen metenergie, recuperatie van grondstoffen uit het afvalwater enhet beperken van emissies bij het waterzuiveringsprocesstaan centraal in al onze activiteiten. Door onze opgebouwdeknowhow en jarenlange ervaring zijn we een gegeerde partnerin binnen- en buitenlandse onderzoeksprojecten. De kennisdie <strong>Aquafin</strong> zo verwerft, komt ten goede aan het VlaamseGewest en de gemeenten.


6<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>PRODUCTEN EN DIENSTEN BUITEN DEOVEREENKOMST MET HET VLAAMSE GEWESTnVoor de Vlaamse gemeenten<strong>Aquafin</strong> biedt zijn diensten ook aan voor de uitbouw en hetbeheer van het gemeentelijke stelsel. Een stad of gemeentekan kiezen voor een samenwerking op lange termijn via eenconcessie, of ad hoc opdrachten toewijzen aan <strong>Aquafin</strong>.Daarnaast bestaat de mogelijkheid om in te stappen insamen werkingsverbanden die <strong>Aquafin</strong> heeft met drinkwater -maatschappijen AWW en TMVW (rio-link), De Watergroep(RioAct en RioP) en Vivaqua.nVoor de industrie in Vlaanderen en buitenlandse partnersAquaplus NV, het dochterbedrijf van <strong>Aquafin</strong>, richt zich inhet binnenland vooral op de exploitatie van industriëlezuiveringen om aan de Europese richtlijnen te voldoen. In hetbuitenland gaat Aquaplus naar de markt met technologischeassistentie en studies. We werken er vooral via partners enjoint ventures.INFRASTRUCTUUR IN BEHEERVOOR HET VLAAMSE GEWEST26696,5 %rioolwaterzuiveringsinstallaties5.172 kmleidingenvan de RWZI’s voldedenaan alle normen1.333pompstations en bergbezinkingsbekkensKERNCIJFERSBedragen in 000 euro 2008 2009 2010 2011 <strong>2012</strong>Bedrijfsopbrengsten 326.340 352.047 362.540 426.391 483.441Te bestemmen winst 6.289 6.531 7.084 9.585 9.705Balanstotaal 2.280.359 2.429.354 2.671.015 3.021.359 3.163.989Eigen vermogen 169.908 167.236 216.561 230.545 231.022Financiering korte termijn 82.994 30.500 140.600 82.006 127.000Financiering lange termijn 1.192.967 1.303.608 1.355.393 1.724.036 1.755.663Medewerkers <strong>Aquafin</strong> 820 854 882 892 921Medewerkers VMM 95 92 89 87 81Medewerkers totaal (aantal) 915 946 971 979 1.002PROJECTEN IN PORTEFEUILLE VOOR HET VLAAMSE GEWEST31 december <strong>2012</strong> Aantal projecten Waarde (mio euro)Opgeleverd 2.416 3.141,35Gegund en aanbesteed 343 402,14In ontwerp 833 813,17Totaal 3.592 4.356,66


<strong>Aquafin</strong> kort7


8<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><strong>2012</strong> in een oogopslag1.Januari> De Vlaamse Regering keurt hetoptimalisatie programma 2013 goedvoor 250 miljoen euro.2.Februari> <strong>Aquafin</strong> is vanaf nu actief aanwezigop Twitter, YouTube en Facebook.> Oprichting contactcenter alsaanspreekpunt voor vragenvan burgers.5.Mei> <strong>Aquafin</strong> inspireert op FlandersSynergy met ons verhaal vande kanteling van de organisatie naareen procesgerichte insteek.6.Juni> Onze expertise rond de impactvan de klimaatverandering en deverwijdering van micropolluenten valtop tijdens een expo in Zuid-Korea.9.September> Vlaanderen voldoet aan EuropeseRichtlijn Stedelijk Afvalwater.De laatste collector wordt in dienstgenomen.> Derde satellietkantoor van <strong>Aquafin</strong>geopend in Leuven, na Drongenen Herentals.10.Oktober> Afsluiting van een lenings -overeenkomst van 200 miljoen euromet de EIB.> De Vlaamse Regering keurt hetoptimalisatie programma 2014 goed,voor een bedrag van 250 miljoen euro.


3.Maart> Eerste fase in de uitrol van onzenieuwe ICT-architectuur.4.April> Buurtbewoners bezoeken KWZI Asse-Bekkerzeel, de eerste opendeur vaneen reeks van negen.7.Juli> Invoering van een objectiefmeetsysteem voor aannemersom hun getuigschrift van goedeuitvoering te krijgen. Doel is eenverdere verbetering van de kwaliteitvan de uitvoering van de werken.8.Augustus> De eerste gistingsinstallatie bereikteen productie van 1 miljoen kWh,later volgen er nog vier.<strong>Aquafin</strong> streeft tegen 2020 naar eenproductie van 13% groene stroom.11.November> Afsluiting van een nieuwe rollendekredietlijn voor 100 miljoen eurovoor een periode van 3 jaar.12.December> Uitbreiding van de directie nade kanteling van <strong>Aquafin</strong> toteen klantgerichte organisatie.> Start multilaterale overeenkomstenmet studiebureaus als kwaliteits -garantie.<strong>Aquafin</strong> kort 9


10<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>


VoorwoordMEEDENKEN MET DE KLANT<strong>Aquafin</strong> is voor het Vlaamse Gewest en de gemeenteneen betrouwbare partner, die meedenkt en anticipeert opmogelijke veranderingen in regulaties, maatschappelijke eneconomische ontwikkelingen.De actieve opdrachtenportefeuille met investerings -projecten voor het Vlaamse Gewest bedroeg op 31 december<strong>2012</strong> ruim 1,2 miljard euro voor 1.176 projecten. <strong>Aquafin</strong> leverdetot die datum 2.416 investerings- en renovatieprojecten op voor3,1 miljard euro. Voor de verdere uitvoering van de projectenin portefeuille, is in <strong>2012</strong> een nieuwe kader overeenkomstondertekend met de Europese Investeringsbank voor een leningop lange termijn van 200 miljoen euro. Ook werd de revolvingcredit facility van 100 miljoen euro geherfinancierd.<strong>Aquafin</strong> behaalde goede zuiveringsresultaten voor hetaangevoerde huishoudelijke afvalwater, met 96,5% van dezuiveringsinstallaties die aan alle normen voldoen. De weers -omstandigheden waren een stuk minder gunstig dan tijdenshet voorgaande jaar, maar onze nauwgezette procesopvolgingheeft de impact daarvan sterk beperkt.In <strong>2012</strong> is het laatste collectorproject uitgevoerd dat inVlaanderen nog nodig was om volledig te voldoen aan deEuropese richtlijn Stedelijk afvalwater. Voor het VlaamseGewest is de volgende uitdaging om te voldoen aan deEuropese Kaderrichtlijn Water. De Vlaamse Regering heeftdaartoe in <strong>2012</strong> en begin 2013 nieuwe optimalisatie programma’sopgedragen aan <strong>Aquafin</strong>, beide voor 250 miljoen euro.11


12<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Bijkomend moet de uitgebouwde infrastructuur ookworden onderhouden en gerenoveerd om de levensduur ervante maximaliseren. Informatie van onze buurlanden leert dat erdaarvoor jaarlijks nog 1 à 2% van het totale geïnvesteerdevermogen zou moeten worden gereserveerd.De grootste financiële druk ligt echter bij de steden engemeenten. Volgens een rekenmodel van VMM zou er in totaal15 miljard euro nodig zijn om deze rioolstelsels uit te bouwen,te beheren en te renoveren zodanig dat ze aan de geldendewetgeving voldoen. Een deel daarvan (0,7 miljard) heeft hetgewest overgenomen via het Lokaal Pact met de gemeenten.De Vlaamse Regering besliste in 2008 om gedurende zeven jaarjaarlijks 100 miljoen euro gemeentelijke riolerings inspanningenten laste te nemen via het investeringsprogrammaopgedragen aan <strong>Aquafin</strong>. Daarnaast doen ook steeds meergemeenten zélf een beroep op <strong>Aquafin</strong>, al dan niet via eensamenwerkingsverband met een drinkwatermaatschappij.De meeste onder hen hebben zelf niet de nodige technischeen technologische kennis in huis om hun beperkte financiëlemiddelen optimaal aan te wenden. Ze kiezen daarom voorzekerheid door de uitbouw en het beheer van hun rioolstelseltoe te vertrouwen aan de meest ervaren aanbieder vanrioleringsdiensten op de gemeentelijke markt. Vorig jaarwas <strong>Aquafin</strong> zelfs de enige speler die nieuwe contracten metgemeenten kon afsluiten.<strong>Aquafin</strong> is een gespecialiseerd bedrijf, maar met een bredeblik op de wereld om aan de behoeften van onze klanten tevoldoen. Op middellange termijn willen we zowel het gewestals onze klant-gemeenten nieuwe producten aanbieden,die gericht zijn op asset management en op de adaptatie aande veranderende klimaatomstandigheden in Vlaanderen.Onze medewerkers hebben heel uiteenlopende profielen,maar één ding hebben ze gemeen: ze geven elke dag het bestevan zichzelf voor een properder milieu. De kennisopbouw die zijsamen realiseren, is de grote kracht van het bedrijf, nu en inde toekomst.Luc Bossynsgedelegeerd bestuurderMarc van den Abeelenvoorzitter


Voorwoord13


14<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>


Verslag van de raadvan bestuur overhet boekjaar <strong>2012</strong>overeenkomstig de toepasselijke bepalingenvan het wetboek van vennootschappenCorporate governance verklaring 16Verslag van de raad van bestuur 25Belangrijkste evoluties tijdens het boekjaar 26Uitbouw van de zuiveringsinfrastructuur voor het Vlaamse Gewest 30Bouwactiviteit per bekken in <strong>2012</strong> 34Beheer van de zuiveringsinfrastructuur voor het Vlaamse Gewest 38Diensten buiten de overeenkomst met het Vlaamse Gewest 45Onderzoek en productontwikkeling 47Belangrijkste risicofactoren 49Belangrijkste evoluties na het boekjaar 51Commentaar bij de balans 52Commentaar bij de resultatenrekening 54Voorstel aan de algemene vergadering 5515


16<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>CorporateGovernanceVerklaringALGEMEENHet eerste corporate governance charter heeft de raad vanbestuur op 26 januari 2006 goedgekeurd. Dit charter werdopgesteld overeenkomstig de bepalingen van de Belgischecorporate governance code van 9 december 2004. Na debekendmaking van de nieuwe versie van de code van maart2009 en wegens de uitgifte van een obligatielening diendehet charter te worden aangepast. De raad van bestuur heeftop 14 januari 2010 het nieuwe charter goedgekeurd. De meestrecente versie kan worden geraadpleegd via www.aquafin.be.


RAAD VAN BESTUURnSamenstellingSinds 3 augustus 2010 is de raad van bestuur samengesteld zoals weergegeven in onderstaande tabel.Naam Aard mandaat/onafhankelijk/(niet-)uitvoerend Einde mandaatVOF Thedes, vertegenwoordigd door Marc van den Abeelen Voorzitter, niet-uitvoerend 2014Luc Bossyns Gedelegeerd bestuurder, uitvoerend 2014Alain Bernard Niet-uitvoerend 2014Pol Cools Niet-uitvoerend 2014Marijke Mahieu Onafhankelijk, niet-uitvoerend 2014VOF Materie, vertegenwoordigd door Erik Matthijs Onafhankelijk, niet-uitvoerend 2014Francine Swiggers Niet-uitvoerend 2014Jhony Van Steen Onafhankelijk, niet-uitvoerend 2014Ivo Van Vaerenbergh Niet-uitvoerend 2014Vlaamse Milieuholding NV, vertegenwoordigd door Matrix NV, Niet-uitvoerend 2014vertegenwoordigd door Roland Van DierdonckDe raad van bestuur van <strong>Aquafin</strong> telt drie niet-uitvoerende bestuurders die beantwoorden aan de criteria van artikel 526bisvan het wetboek van vennootschappen: VOF Materie vertegenwoordigd door Erik Matthijs, Jhony Van Steen en Marijke Mahieu.Deze bestuurders beantwoorden tevens aan de onafhankelijkheidscriteria vermeld in Bijlage A bij de Belgische corporategovernance code. Hierdoor voldoet de raad van bestuur aan de bepaling 2.3 van de corporate governance code dat minstensdrie leden van de raad van bestuur onafhankelijk zijn.De raad van bestuur wordt bijgestaan door de secretaris, Alain Vanden Bon.Verslag van de raad van bestuur17


18<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>nVoorstelling van de bestuurdersMarc van den AbeelenMarc van den Abeelen is doctor in derechten van de Vrije Universiteit Brussel.Hij werd hoogleraar fiscaal recht en wasdirecteur-generaal van de Hoge Raad voorDiamant. Tussen 1995 en 2009 was hijvolksvertegenwoordiger. Van 1999 tot2004 was hij voorzitter van de commissieFinanciën en vanaf 2004 tot 2009 voorzitter van de commissievoor Openbare Werken, Mobiliteit en Energie van het VlaamsParlement. Sinds 2004 is hij bestuurder bij het Pensioenfondsvan het Vlaams Parlement en sinds 2008 is hij bestuurderbij CEGEKA NV. Daarnaast is hij voorzitter van het World TradeCenter Antwerpen. In 2009 werd hij voorzitter van <strong>Aquafin</strong>.Luc BossynsLuc Bossyns is burgerlijk ingenieurscheepsbouwkunde van de RijksuniversiteitGent. Hij behaalde een extra postuniversitairdiploma Bedrijfsbeheer aan de UFSIA(Antwerpen). Hij begon zijn professioneleloopbaan bij Cockerill Yards Hoboken in1977. Daarna werkte hij voor CMB (hoofdNieuwbouwafdeling) en Boelwerf (technisch directeur).Van 1993 tot 1995 was hij directeur-generaal en bestuurdervan Boelwerf Vlaanderen. Daarna maakte hij de overstap naarStork MEC, waar hij afgevaardigd bestuurder was. Van 1995tot 2011 was hij ook vereffenaar van alle middelgrotescheepswerven in Vlaanderen. Daarnaast is hij sinds 1995zaakvoerder van Bamboss BVBA en vanaf 2003 bestuurder bijde firma Etap NV. Hij zetelt eveneens in de raad van bestuurvan het Vlaams Kenniscentrum Water VZW, rio-link NV enASEWater Technologies Pvt. Ltd. In mei 2000 is hij aangesteldals gedelegeerd bestuurder bij <strong>Aquafin</strong> NV.Alain BernardAlain Bernard is burgerlijk ingenieurbouwkunde en burgerlijk ingenieurindustrieel beleid, afgestudeerd aan deKatholieke Universiteit Leuven. Hij starttezijn loopbaan bij T.V. Zeezand voor deuitbouw van de buitenhaven van Zeebrugge.Tussen 1982 en 1985 werkte hij alsprojectmanager bij NV Dredging International. Daarna werdhij directeur-generaal bij NV Hydro Soil Services. Vanaf 1990werkte hij opnieuw voor de NV Dredging International, eerstals directeur van de Benelux-divisie en van 1995 tot 2006 alsdirecteur-generaal. Van 1997 tot 2006 was hij eveneens actiefals chief operating officer van D.E.M.E.-Group (DredgingEnvironmental & Marine Engineering). Sinds 2006 is hijchief executive officer van D.E.M.E.-Group en bestuurder bijverschillende dochterbedrijven uit de D.E.M.E.-Group: DEC,C-POWER, Scaldis, GEOSEA…Sinds 2004 is hij ook voorzitter van de BelgischeBaggerfederatie. In 2007 werd hij benoemd tot bestuurdervan <strong>Aquafin</strong> NV.Pol CoolsPol Cools studeerde aan de Rijks -universiteit Gent af als burgerlijk ingenieurarchitecten ingenieur in de milieusanering.Hij startte zijn loopbaan in 1972 bij hetWegenfonds en was in 1976 attaché bijhet kabinet van minister van OpenbareWerken Defraigne. In 1977 vestigde hij zichals zelfstandig architect, eerst met het bureau ir Pol Cools,vanaf 1990 met de studievennootschap Arch & Teco NV,waarvan hij bestuurder was. Hij bouwde het oorspronkelijkearchitectuuratelier uit tot Arch & Teco Group. Deze multi -disciplinaire studie- en consultinggroep bestaat uit achtautonome business units, opgericht door Pol Cools tussen1977 en 2005. Tot de activiteiten behoren: architectuur,restauratie en ruimtelijke planning; stabiliteit, burgerlijkebouwkunde en waterbouwkunde; infrastructuur; wegenisenrioleringsontwerp; uitrustingstechnieken; EPB en EPC;veiligheidscoördinatie, expertise; milieutechnieken; telecom -netwerken en GIS-projecten; change management; facilitymanagement; consulting; projectmanagement en - coördinatie.In 2005 breidde Pol Cools zijn activiteiten op internationaalvlak uit met de oprichting van de joint venture Ase StructureDesign Pvt Ltd in Chennai (India), waarvan hij bestuurder is.Sinds 2006 is hij eveneens lid van het College van Vereffenaarsbij Berlaymont NV 2000. In 2007 werd hij benoemd totbestuurder van <strong>Aquafin</strong> NV.Marijke MahieuMarijke Mahieu is licentiate in derechten, afgestudeerd aan de UniversiteitGent. Van 1975 tot 1981 werkte ze alsadvocaat in Gent. Sinds 1981 is zeambtenaar bij de stad Gent. Tot 1995werkte ze op de Juridische dienst inverschillende functies. Daarna promoveerdeze tot directeur-manager van de dienst AdministratieTechnische Diensten. In 1999 werd ze directeur-managervan de dienst Leefmilieu en Natuurontwikkeling en in 2001waarnemend directeur-generaal van het departementEconomie, Milieu en Volksgezondheid. Sinds 2003 is zedepartementshoofd Werk en Economie en lid van hetmanagementteam van de stad Gent. Vanuit haar functieis ze ook lid van het directiecomité van het Innovatie- enincubatiecentrum NV van de Universiteit Gent, lid van hetdirectiecomité en bestuurder van de NV De Punt Gent,voorzitter van de raad van bestuur van VZW Labeur Gent enlid van de raad van bestuur van Max Mobiel Gent. In 2007werd ze benoemd tot bestuurder van <strong>Aquafin</strong> NV.


Erik MatthijsErik Matthijs is doctor in deveeartsenijkunde, afgestudeerd aan deRijksuniversiteit Gent. Hij was praktiserenddierenarts tot oktober 1992. In 1986 werdhij schepen van Financiën van de stadEeklo. In oktober 1992 werd hij aangeduidals nationaal gecoöpteerd senator.Hij zetelde in de Belgische Senaat tot juni 1995. Op 1 januari1995 werd hij burgemeester van de Stad Eeklo, een ambt dathij bekleedde tot eind december 2006. Hij was in die periodeook lid van de raad van beheer van de Katholieke Hogeschoolvoor Gezondheidszorg te Gent. In 1995 en 1999 werd hijrechtstreeks verkozen als lid van het Vlaams Parlement voorhet arrondissement Gent-Eeklo. In juni 2004 werd hij opnieuwverkozen tot Vlaams Volksvertegenwoordiger, maar dan voorde provincie Oost-Vlaanderen. In de Senaat was hij lid vande commissie Onderwijs en Wetenschap en het Adviescomitévoor Europese Aangelegenheden. In het Vlaams Parlementwas hij meer dan tien jaar vast lid van de commissieLeefmilieu, Natuur en Ruimtelijke Ordening. Van 2004 tot2009 was hij eveneens ondervoorzitter van de commissieAlgemeen Beleid, Financiën en Begroting van het VlaamsParlement. Hij is medeauteur van het vernieuwde bodem -saneringsdecreet en werkte eind 2004 ook mee aan dereorganisatie van de watersector in Vlaanderen. In mei 2009werd hij aangeduid als bestuurder van <strong>Aquafin</strong> NV envoorzitter van het auditcomité.Francine SwiggersFrancine Swiggers is licentiate toegepasteeconomische wetenschappen en master inbusiness administration van de KatholiekeUniversiteit Leuven. Ze begon haarprofessionele loopbaan bij het NationaalFonds voor Wetenschappelijk Onderzoek.In 1977 maakte ze de overstap naar BacobBank. In 1997 werd ze benoemd als lid van het directiecomitévan Groep Arco waar ze voorzitter werd van het directiecomitéin november 2007. Ze is nu lid van het college van vereffenaarsvan Arcopar/Arcofin/Arcoplus. Naast bestuursmandaten inAuxipar NV en Interfinance is ze Censor bij de Nationale Bankvan België. In 1998 werd ze bij <strong>Aquafin</strong> NV benoemd totbestuurder.Roland Van DierdonckProf. Dr. Roland Van Dierdonck isburgerlijk werktuigkundig-elektrotechnischingenieur van de Universiteit Gent endoctor of business administration van deHarvard University. Van 1978 tot 1980doceerde hij aan IMD in Lausanne. In 1980keerde hij naar België terug om les tegeven aan de Universiteit Gent. Van 1987 tot 1990 en vanaf1996 tot 1998 was hij voorzitter van de School voorManagement van de Universiteit Gent. In de periode 1985tot 1992 was hij gastprofessor bij Insead, École National desPonts et Chaussées in Parijs en de University of North Carolinain Chapel Hill. Van 1995 tot 2001 was hij gastdocent aande Rotterdam School of Management van de ErasmusUniversiteit. Van 1998 tot 2007 was hij decaan van deonafhankelijke Vlerick Leuven Gent Management School.Op 1 oktober 2007 werd hij professor emeritus van deUniversiteit Gent. Hij was lid van de raad van bestuur vandiverse profit en non-profit organisaties. Sinds september2010 is hij associate director van de European Foundation forManagement Development. Op dit ogenblik is hij voorzittervan de raad van bestuur van de Vlaamse Milieuholding NV enlid van de raad van bestuur van Indaver NV en <strong>Aquafin</strong> NV.Jhony Van SteenNa het beëindigen van zijn studieseconomische wetenschappen aan de VrijeUniversiteit Brussel in 1970, was JhonyVan Steen tot 1978 aan deze universiteitverbonden als wetenschappelijk mede -werker. In 1978 stapte hij over naar deASLK, waar hij verantwoordelijk wasvoor de jongerenpolitiek en als eerste in België homebankingintroduceerde in 1985. Van 1989 tot 1992 was hij achtereen -volgens adviseur, kabinetschef en adjunct-kabinetschef ophet kabinet PTT en het kabinet Overheidsbedrijven. Tussen 1992en 1993 vervulde hij de functie van bestuurder-directeurbij ASLK Verzekeringen. Vanaf januari 1994 was hij actiefals directeur Publieke en Social Profit Sector voor Fortis-bank.Hij bekleedde verschillende bestuursmandaten in verzekerings -maatschappijen in België en Luxemburg, bij ES-finance,Belgacom, GIMV, PMV/ VPM, VIOM en de scholengroep Dender.Ook vandaag is hij nog actief in een aantal raden van bestuurin de publieke en de social profit sector. Sinds 2001 is hijbestuurder bij <strong>Aquafin</strong> NV en heden is hij ook voorzittervan het benoemings- en remuneratiecomité.Verslag van de raad van bestuur19


20<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Ivo Van VaerenberghIvo Van Vaerenbergh is burgerlijkwerktuigkundig ingenieur en ingenieur inde milieusanering van de Vrije UniversiteitGent. Hij behaalde een postgraduaatbedrijfskunde en een master in businessadministration aan de Katholieke UniversiteitLeuven. Hij startte zijn loopbaan bij dediensten Eerste Minister - Programmatie van het Wetenschaps -beleid. Als operationeel directeur stond hij in voor de nationaleR&D programma’s Energie, Leefmilieu en SecundaireGrondstoffen. Vanaf 1979 tot in 1994 was hij afgevaardigdbestuurder van Metallo Chimique NV. Hij was voorzitter vande raad van bestuur van het Studiecentrum voor Kernenergiein Mol (1986-1989) en van de Vlaamse Milieuholding(1994-2002). Als ondernemer is hij sinds 1986 voorzitterafgevaardigdbestuurder van de REM.B Hydraulics Group(Beerse, Roosdaal) en bestuurder bij Renewable Ventures Fundcvba, ENERGIUS NV, Thenergo NV en W-Kracht NV. Verder ishij bestuurder bij Reynaers Aluminium NV, ZiekenhuisNetwerk Antwerpen vzw, Lanbokas en Edan Business SystemsNV. Gedurende twintig jaar was hij in de Kempen voorzittervan Voka - Kamer van Koophandel Kempen en tot op vandaagzit hij de Regionale Nucleaire Coördinatiecel (RNC) voor.Sinds 1995 is hij bestuurder bij <strong>Aquafin</strong> NV. Tussen 1999 enmei 2009 was hij voorzitter.nActiviteitenverslag en aanwezighedenNaast de uitoefening van de bevoegdheden zoals omschrevenin het charter, heeft de raad van bestuur in het afgelopenboekjaar ook werk gemaakt van de aanpassing van definanciering aan de gewijzigde marktomstandigheden,de heroriëntering van een samenwerkingsverband, een haalbarefinanciering voor de uitbouw en het onderhoud van deinfrastructuur van het Vlaamse Gewest en de verdere uitbouwvan <strong>Aquafin</strong> als procesgerichte organisatie.Tijdens <strong>2012</strong> vergaderde de raad van bestuur acht keer.Op vijf vergaderingen waren negen bestuurders aanwezig enop de overige drie bijeenkomsten waren acht bestuurdersaanwezig. Vijf bestuurders waren aanwezig op allevergaderingen. Eén bestuurder was op één vergaderingverontschuldigd, drie bestuurders waren elk op tweebijeenkomsten verontschuldigd. Een andere bestuurderwas verontschuldigd voor vier vergaderingen.AUDITCOMITÉnSamenstellingVoorzitterVOF Materie, vertegenwoordigd doorErik MatthijsPol CoolsMarijke MahieuFrancine SwiggersVlaamse Milieuholding, vertegenwoordigddoor Matrix NV, vertegenwoordigd doorRoland Van DierdoncknActiviteitenverslag en aanwezighedenHet auditcomité hield conform de haar toevertrouwdetaken toezicht op de integriteit van de financiële informatie.Binnen het kader van de interne controle en het risico -management besprak het comité het auditplan en hetrentemanagement, met bijzondere aandacht voor de resultatenvan de hedging. Het (half)jaarverslag, de management letteren het business continuity management werden grondiggeanalyseerd en geadviseerd.In <strong>2012</strong> kwam het auditcomité viermaal samen. Op driebijeenkomsten was het comité voltallig, bij één vergaderingwas één bestuurder afwezig.


BENOEMINGS- EN REMUNERATIECOMITÉnSamenstellingVoorzitterJhony Van SteenAlain BernardIvo Van VaerenberghnActiviteitenverslag en aanwezighedenNaast de gebruikelijk domeinen inzake loonpolitiek, extralegale voordelen, CAO-onderhandelingen, de opstelling vande doelstellingen voor het directiecomité en evaluatie van derealisatie van deze doelstellingen, adviseerde het comitéde raad van bestuur inzake de vervanging van een lid vanhet directiecomité en de opmaak van een nieuw organogram.Ook de implicaties van het federaal regeerakkoord op de arbeids -kosten voor het bedrijf werden geanalyseerd. De uitslag vande sociale verkiezingen, de resultaten van de interne enquête‘<strong>Aquafin</strong> als werkgever’ en de aantrekkelijkheid van het bedrijfop de markt kwamen ook aanbod. Daarnaast werden dekrachtlijnen uitgewerkt voor de toekenning van eretitels aangewezen leden van het directie comité of de raad van bestuur(zonder geldelijke voordelen).Tijdens het voorbije boekjaar kwam het benoemings- enremuneratiecomité vijf keer samen. Twee leden woondenalle vergaderingen van het comité bij, één bestuurder wastweemaal verontschuldigd.V.l.n.r., achteraan: Hans Bruynooghe, Danny Baeten, Dirk De Waele enJohan Maes. Vooraan: Sabine Schellens, Luc Bossyns en Erik Poppe.In afwachting van het advies van het BRC en de beslissingvan de raad van bestuur omtrent het nieuwe organogramen de hiermee samenhangende nieuwe samenstelling vanhet directiecomité, werden zijn verantwoordelijkheden tijdelijkverdeeld over de andere directies.Sinds 1 januari 2013 ziet de samenstelling van het directie -comité er als volgt uit:DIRECTIECOMITÉn SamenstellingGedelegeerd bestuurderOperatiesInfrastructuurCommercieelProcesinnovatie enInformatiesystemenLuc BossynsErik PoppeDirk De WaeleBoudewijn Van De Steene(tot 30/06/<strong>2012</strong>)Danny BaetenGedelegeerd bestuurderAsset managementInfrastructuurMarketing & ICTOperatiesFinancierenOrganisatie-ontwikkelingLuc BossynsErik PoppeDirk De WaeleDanny BaetenHans BruynoogheJohan MaesSabine SchellensVOORNAAMSTE ELEMENTEN VANHET EVALUATIEPROCES VAN DE RAADVAN BESTUUR, DE COMITÉS ENDE INDIVIDUELE BESTUURDERSOp 27 april <strong>2012</strong> benoemde de Vlaamse Regering BoudewijnVan De Steene tot leidend ambtenaar met de graad vandirecteur-generaal bij de Vlaamse Maatschappij voorWatervoorziening, nu De Watergroep. De raad van bestuuren het management danken de heer Van De Steene voorzijn jarenlange inzet voor het bedrijf.De leden van de raad van bestuur evalueren op regelmatigebasis de omvang, samenstelling en de werking van dit orgaan.De actuele samenstelling wordt getoetst aan de gewenstesamenstelling. Ook wordt de relatie en interactie met hetdirectiecomité bekeken. De bestuurders ontvangen hierovereen analyse van het benoemings- en remuneratiecomité.Om deze interactie te beoordelen, komen de niet-uitvoerendebestuurders ten minste éénmaal per jaar samen, in afwezigheidvan de gedelegeerd bestuurder.Verslag van de raad van bestuur21


22<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Binnen het evaluatieproces van het auditcomité wordende volgende elementen behandeld: het interne reglement,de samenstelling en benoeming, de vergaderingen, de opleidingvan de leden en de middelen hiervoor, de klokkenluiders -procedure en de relatie met de raad van bestuur. Er wordt ookeen evaluatie gemaakt van de verantwoordelijkheden inzakede financiële rapportering van de vennootschap, de internecontrole en risicobeheerssystemen en tenslotte zowel deinterne als externe audit.Het benoemings- en remuneratiecomité maakt om detwee jaar een evaluatie van haar eigen effectiviteit endoeltreffendheid. Voor deze zelfevaluatie wordt eenindividuele vragenlijst voorgelegd aan de leden van hetcomité. De resultaten worden besproken tijdens eenvergadering van dit comité en voorgelegd aan de raad vanbestuur. Verder wordt een analyse gemaakt van de interactietussen het directiecomité en de raad van bestuur. Het comitégeeft tenslotte advies over de prestaties van de individuelebestuurders met het oog op hun eventuele herbenoeming,met bijzondere aandacht voor de evaluaties van de diversevoorzitters.REMUNERATIEVERSLAGnNiet-uitvoerende bestuurdersDe algemene vergadering besliste in 2005 om een vastevergoeding per jaar uit te betalen, aangevuld met eenvergoeding per bijgewoonde vergadering van de raad vanbestuur of één van haar comités. Deze bedragen wordenverhoogd met 20% voor de voorzitter van de raad van bestuuren de voorzitters van de comités.Als de bestuurders een taak uitoefenen die los staat vanhun normale taken als bestuurder, krijgen ze overeenkomstigde beslissing van 2009 een onkostenvergoeding. Het gaathierbij alleen om opdrachten die door de raad van bestuur ofhet directiecomité af en toe aan individuele bestuurdersworden toevertrouwd. Deze vergoedingen worden ten lastegenomen van de algemene kosten.nUitvoerend bestuurderDe totale bruto-vergoeding die over <strong>2012</strong> door devennootschap BVBA Bamboss, waarvan de zaakvoerder deuitvoerend (gedelegeerd) bestuurder is, aan <strong>Aquafin</strong> werdgefactureerd is als volgt samengesteld:Basisvergoeding: € 398.914,32Variabel deel: € 142.637,66Pensioenrechten:nvtAndere vergoedingsbestanddelen: € 1.359,30Hij ontvangt geen vergoeding als bestuurder (binnen deraad van bestuur).nDirectiecomitéDe totale bruto-verloning die over <strong>2012</strong> aan de leden vanhet directiecomité werd toegekend 1 , met uitzondering vande uitvoerend (gedelegeerd) bestuurder, bedraagt:Basissalaris: € 565.631,34Variabel deel 2 : € 50.671,98Pensioenrechten: € 143.490,07Andere vergoedingsbestanddelen: € 105.324,84NaamOntvangen bedrag totaalVOF Thedes, vertegenwoordigd door Marc van den Abeelen (V) € 38.865,45Alain Bernard € 11.095,37Pol Cools € 13.155,95Marijke Mahieu € 13.472,96VOF Materie, vertegenwoordigd door Erik Matthijs (V) € 16.896,67Francine Swiggers € 11.782,23Jhony Van Steen (V) € 15.311,62Ivo Van Vaerenbergh € 12.786,10VMH NV, vertegenwoordigd door Matrix NV, vertegenwoordigd door Roland Van Dierdonck € 11.782,23((V) = voorzitter)1 Bruto-verloning aan Boudewijn Van De Steene t.e.m. 30 juni <strong>2012</strong>.2 Het totale bedrag van dit inkomstenbestanddeel wordt verdeeld in een bedrag dat als brutopremie wordt uitgekeerd en ook onder deze rubriekis opgenomen en een bedrag dat deel uitmaakt van de pensioenrechten en opgenomen werd in de rubriek met die naam.


nAlgemeenNa advies van het benoemings- en remuneratiecomitélegt de raad van bestuur het loonbeleid vast, zowel voor hetuitvoerend management als voor de gedelegeerd bestuurder.Doel van dit beleid is het aantrekken, behouden en motiverenvan deskundige personen. De omvang van de vergoeding houdtrekening met de individuele taken en verantwoordelijkhedenvan de leden van het directiecomité.De prestaties van het directiecomité worden eenmaal perjaar in aanwezigheid van de gedelegeerd bestuurder beoordeeld.Uiteraard gebeurt de beoordeling van de gedelegeerd bestuurderin zijn afwezigheid. Het benoemings- en remuneratiecomitévolgt de gehele procedure nauwgezet, die ook door de raadvan bestuur wordt goedgekeurd. Elk jaar worden op basis vanhet reglement bedrijfs-, persoonlijke en commerciëledoelstellingen geformuleerd. Aan elk van deze doelstellingenwordt vooraf een bepaald gewicht in de evaluatie toegekend.Voor <strong>2012</strong> hadden de elementen van evaluatie betrekkingop onder meer organisatorische, budgettaire, economischeen ecologische aspecten en/of resultaten. Ook het totalefunctioneren van het directielid wordt beoordeeld, naast deevaluatie op basis van de geformuleerde doelstellingen.De periode waarbinnen deze prestaties beoordeeld werden,loopt van 1 januari <strong>2012</strong> tot en met 31 december <strong>2012</strong>.Er werden geen aandelen(opties) en/of rechten om aandelente verwerven toegekend aan de leden van het uitvoerendmanagement (inclusief de gedelegeerd bestuurder).Er werden ook geen arbeidsovereenkomsten gesloten metde gedelegeerd bestuurder of een ander lid van het directie -comité op of na 1 juli 2009.VOORNAAMSTE KENMERKENVAN DE INTERNE CONTROLE- ENRISICOBEHEERSSYSTEMEN VANDE VENNOOTSCHAPDe raad van bestuur is zich bewust van haarverantwoordelijkheden en houdt rekening met de risico’sbij het bepalen van de strategische richting die het bedrijfuitgaat. Op haar vergaderingen komen de risicogerelateerdeonderwerpen aan bod. Ook het directiecomité is zich bewustvan het belang van een goede interne controle en een goedrisicobeheer. Risicogerelateerde onderwerpen worden besprokenop de wekelijkse vergaderingen.Binnen alle afdelingen wordt een risicobeheerbeleidgevoerd, waarbij de beleidslijnen zijn bepaald, procedureswerden uitgeschreven, handtekeningbevoegdheden bepaaldwerden, knipperlichten werden ingebouwd en gebruikgemaakt wordt van checklists. Tevens worden de wijzigingenin de wetgeving opgevolgd. Er werden ook de nodigemaatregelen getroffen voor de beveiliging van informatie.Een aantal specifieke afdelingen focussen zich sterk op risico’s:Preventie en Bescherming, Milieu en Kwaliteit, ComplianceManagement, de verantwoordelijke Minder Hinder, de ombuds -man en de interne auditor. Daarnaast maakt de vennootschapook werk van de opvolging en rapportering van risico’s.Hierbij wordt gebruik gemaakt van een betrouwbaar informatie -systeem en de Balanced Scorecard, zowel als meetinstrumentals rapporteringsysteem. Op de geïnstalleerde proceduresworden intern kwaliteitsaudits uitgevoerd. Zowel de interneauditor, externe auditor als de economisch toezichthouder vanhet Vlaamse Gewest houden toezicht op de vennootschap.Verslag van de raad van bestuur23


24<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>CONTROLE VAN DE VENNOOTSCHAPOp 8 juni 2011 werd Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBA,J. Englishstraat 52 te Borgerhout, vertegenwoordigd doorRonald Van den Ecker, benoemd als commissaris van devennootschap door de algemene vergadering.Het mandaatvan de commissaris eindigt bij het sluiten van de algemenevergadering die zich uitspreekt over de jaarrekening in 2014.De jaarlijkse vergoeding van de commissaris voor destatutaire controle over de jaarrekening van de vennootschapbedraagt 45.675 euro (exclusief BTW).Tijdens het afgelopen boekjaar werd als bijzondereopdracht aan de commissaris en aan personen met wie hijberoepshalve in samenwerkingsverband staat een bedragvan 4.715 euro betaald in het kader van een fiscaal dossier.Deze opdracht werd door het auditcomité besproken.AANDEELHOUDERSSTRUCTUUREN KRUISPARTICIPATIESDe Vlaamse Milieuholding bezit alle aandelen van <strong>Aquafin</strong>NV. Er bestaan geen kruisparticipaties.TOELICHTING BIJ DE AFWIJKING TENOPZICHTE VAN DE CODE<strong>Aquafin</strong> past de bepalingen zoals vastgesteld in de“Belgische corporate governance code” voor genoteerdebedrijven toe. In bepaalde gevallen wordt afgeweken van decode wegens het eigen karakter van het aandeelhouderschapvan de onderneming. De bepalingen van deze code die nietnageleefd worden, worden hierna verder toegelicht.• Bepaling 5.2/4: meerderheid van onafhankelijke bestuurdersin het auditcomité.Het auditcomité telt vijf leden die allen niet-uitvoerendebestuurders zijn. Twee leden zijn volgens de BelgischeCorporate Governance Code onafhankelijk. Het auditcomité isdaardoor niet in meerderheid samengesteld uit onafhankelijkebestuurders. De raad van bestuur is van oordeel dat met hethuidige aantal onafhankelijke bestuurders het auditcomitéevenwichtig is samengesteld uit betrokkenen die belanghebben bij een goede en onafhankelijke werking van hetauditcomité en dat dit voldoende garantie biedt voor eendeugdelijk en efficiënt functioneren van het comité.• Bepaling 5.4/1: meerderheid van onafhankelijke bestuurdersin het benoemings- en remuneratiecomité.Het benoemings- en remuneratiecomité is samengestelduit drie niet-uitvoerende bestuurders waarvan één bestuurderals onafhankelijk kan worden beschouwd volgens de criteriavan de Belgische corporate governance code. De redenhiervoor is dat een zinvolle bijdrage aan het benoemings- enremuneratiecomité slechts mogelijk is wanneer de leden hetbedrijf en de specifieke context waarbinnen het moet werkendoor en door kennen.• Bepaling 8.8: samenroepen van /voorstellen indienen vooralgemene vergaderingen.In de statuten van de vennootschap is de wettelijkedrempel van 20% voor de bijeenroeping van een algemenevergadering opgenomen. Gelet op de eigenheid van hetaandeelhouderschap van de vennootschap heeft eenverlaging van de drempel voor de indiening van voorstellenvoor de algemene vergadering tot op vandaag geen nut.TRANSACTIES MET VOORWETENSCHAPEN MARKTMISBRUIKVermits de Richtlijn 2003/6/EC betreffende de handelmet voorwetenschap en marktmanipulatie sinds de uitgiftevan de obligatielening van toepassing is op de vennootschap,werden in het vernieuwde charter (goedgekeurd door de raadvan bestuur op 14 januari 2010) maatregelen opgenomenom te voldoen aan de bepalingen van deze richtlijn. De rol vande compliance officer inzake de naleving van de toepasselijkebepalingen en de nodige informatieverstrekking is omschreven.Een verhandelingsregelement zal indien nodig worden opgestelddoor de raad van bestuur.De heer A. Vanden Bon, secretaris van de raad van bestuur,is aangesteld als compliance officer.In <strong>2012</strong> werden er geen meldingen gedaan waarop dezebepalingen van toepassing zijn.


Verslagvan de raadvan bestuurOVER HET BOEKJAAR <strong>2012</strong>Schoon water in onze beken en rivieren, daar maakt<strong>Aquafin</strong> elke dag werk van. Onze focus ligt vandaag niet alleenmeer op de zuivering en een optimaal transport vanhuishoudelijk afvalwater. Voor onze klanten willen we ook inruimere zin meewerken aan oplossingen voor properewaterlopen. We zijn het voorbije jaar verder gegaan met deuitwerking van ons strategisch plan en hebben de organisatienu volledig gekanteld in de richting van de klant. De eersteresultaten daarvan zijn goed merkbaar. We hebben al onzetargets gehaald voor de aanbesteding en oplevering vanprojecten voor het Vlaamse Gewest. Gezien het natte jaarhebben we ook prima zuiveringsresultaten behaald.Daarnaast zijn we de enige operator op de commerciële marktdie het aantal klant-gemeenten vorig jaar wist uit te breiden.Op middellange termijn willen we zowel het gewest als onzeklant-gemeenten nieuwe producten aanbieden, die gericht zijnop de adaptatie aan de veranderende klimaat omstandighedenin Vlaanderen.Verslag van de raad van bestuur25


26<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Belangrijksteevolutiestijdens hetboekjaarFOCUS OP DE KLANTWat <strong>Aquafin</strong> bijzonder maakt binnen Europa, is onze volledigekennis van de afvalwatercyclus. We kunnen het Vlaamse Gewest enonze klant-gemeenten een totaalpakket aan diensten aanbieden,van gebiedskennis, technische en technologische kennis totoperationele ervaring, asset management en financiële expertise.Als kennisbedrijf willen we voortdurend verdere innovatieveproducten ontwikkelen in samenwerking met onze klanten, om aanhun werkelijke behoeften te kunnen voldoen. Die ambitie vroegom een hertekening van de organisatie en een slim gebruik van data.Om wendbaar te zijn hebben we onze organisatie verrijkt meteen procesgerichte insteek. Waar nodig worden medewerkersvan verschillende afdelingen samengebracht in wisselende multi -disciplinaire teams. Er zijn binnen onze organisatie geen apartesilo’s meer.De kernprocessen Financieren, Visievorming op het netwerk,Versnelde uitvoering en Transporteren en zuiveren van afvalwaterwaren de voorgaande jaren al in kaart gebracht. In <strong>2012</strong> hebben weons vijfde kernproces uitgetekend, de zorg voor Betrouwbare enperformante installaties.


NIEUWE DIRECTIES VOOR EEN MEERGERICHTE AANSTURINGNa de kanteling van <strong>Aquafin</strong> tot een klantgerichteorganisatie werden de bestaande directies omgevormd enuitgebreid om de gedefinieerde processen beter te kunnenaansturen.Wegens de omvang en de ouderdom van de zuiverings -infrastructuur in Vlaanderen, werd Asset Managementeen aparte directie. Bijkomend kreeg Financieren de plaats diehet gezien zijn belang voor de organisatie vereist. De sturendeprocessen die extern gericht zijn werden samengebracht in dedirectie Marketing en ICT, terwijl de processen die op interneontwikkeling gericht zijn gebundeld werden onder de directieOrganisatie-ontwikkeling.Na een rigoureuze selectieprocedure, en op advies vanhet benoemings- en remuneratiecomité, besliste de raad vanbestuur op 6 december <strong>2012</strong> volgende nieuwe directeurs/leden van het directiecomité te benoemen: Hans Bruynooghe,Johan Maes en Sabine Schellens.BETER SAMENWERKEN DOOR EEN SLIMMERDATABEHEEROm echt op maat van de klant te kunnen werken, moetenook de ICT-voorzieningen aan de veranderde behoeftenkunnen voldoen. De uitrol van het nieuwe documentmanagement systeem Alfresco was de eerste stap in deheroriëntering van de ICT-architectuur die nu plaats vindt.Tegelijk wordt de portaalomgeving gemoderniseerd.Achterliggend vindt de opzet van een business processmodelling systeem plaats, dat de wendbaarheid van de ICTomgevingvergroot. In <strong>2012</strong> werd ook gestart met dedigitalisering van de inkomende facturen en creditnota’s ende daaraan gekoppelde goedkeuringsstroom in AS400.Daarnaast werd Geopunt gelanceerd, een gebruikersinterfacevoor het visualiseren van onze centrale geografische databank.De beste software biedt uiteraard geen toegevoegdewaarde zonder betrouwbare brongegevens. In <strong>2012</strong> boog eeninterne werkgroep zich over het data- en informatiebeheerbinnen de organisatie, omdat we er garant voor willen kunnenstaan dat onze rapportering rond IFRS en onze facturatievolledig betrouwbaar zijn. Ook in 2013 maken we verder werkvan een optimalisering van ons data- en informatiebeheer.NIEUWE DIRECTIESFINANCIERING VAN AQUAFININ EEN VERANDERENDE MARKTnGEDELEGEERD BESTUURDERFINANCIERINGKostenefficiënt financierenJohan MaesINFRASTRUCTUURVisie op het netwerk - Versnelde uitvoeringDirk De WaeleOPERATIESTransporteren en zuiveren van afvalwaterHans BruynoogheASSET MANAGEMENTBetrouwbare en performante installatiesErik PoppeMARKETING EN ICTSturende processenDanny BaetenORGANISATIE-ONTWIKKELINGSturende processenSabine SchellensVerdere verschuiving naar institutionele investeerdersHet Basel III akkoord van het Basel Committee on BankingSupervision heeft als reactie op de kredietcrisis sterkerekapitaalseisen aan de banken gesteld. Een gevolg daarvan isdat de ruimte om kredieten te verstrekken voor de bankensteeds beperkter wordt. Daardoor wordt het voor bedrijvenvoortdurend moeilijker en duurder om financiering op langetermijn te verkrijgen. <strong>Aquafin</strong> is de voorbije jaren dus op zoekgegaan naar alternatieve financieringsmogelijkheden. Die hebbenwe gevonden bij institutionele beleggers als pensioenfondsenen verzekeringsmaatschappijen. Hun aandeel in de financieringvan <strong>Aquafin</strong> neemt verder toe.Verslag van de raad van bestuur27


28<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>n Bijkomende kaderovereenkomst met de EuropeseInvesterings bankDe Europese Investeringsbank (EIB) staat in voor de helftvan de financieringsbehoeften van <strong>Aquafin</strong> en verstrekt nogwel leningen met een lange looptijd. In <strong>2012</strong> is een nieuwekaderovereenkomst ondertekend van 200 miljoen euro.Daarvan is een eerste schijf van 50 miljoen euro op 30 jaaropgenomen. Aan de basis van deze lening lag een auditwaarbij <strong>Aquafin</strong> gescreend werd op zijn toekomstgerichtheid,zijn inspanningen om te anticiperen op de klimaat verandering,zijn technologische performantie en innovatieve kracht.Het gaat al om de achtste lening van de EIB aan <strong>Aquafin</strong> sinds1994 voor investeringen in de Vlaamse waterzuiverings -infrastructuur. Daarmee heeft deze instelling de uitbouw vande zuiveringsinfrastructuur in Vlaanderen al voor 1,4 miljardeuro gesteund.<strong>Aquafin</strong> is de EIB zeer dankbaar voor de goedesamenwerking, het advies en de ondersteuning gedurende aldie tijd. In 2013 zal met grote waarschijnlijkheid het tweedeluik van deze lening ten bedrage van 150 miljoen euroondertekend worden.nHernieuwing van de financieringslijnen op korte termijnOnze behoefte aan financiering op korte termijn wordtvoor een belangrijk deel opgevangen via commercial paper,dat vooralsnog probleemloos geplaatst kan worden in demarkt. De rest van de behoefte wordt gedekt doorverschillende korte termijnlijnen, aangezien de banken zichook voor leningen op korte termijn aan nieuwe bepalingenmoeten houden. De invloed daarvan is merkbaar op dekostprijs van de aangehouden kredietlijnen, zowel wat betreftde reserveringscommissies als de opnamemarges.Om een evenwicht te behouden tussen de kostprijs vandeze instrumenten en de omvang ervan, keurde de raad vanbestuur in <strong>2012</strong> een nieuwe strategie goed om een deelvan de benodigde (korte termijn) financiering te kunnenblijven garanderen en dus over voldoende potentiëleextra financieringsbronnen te kunnen blijven beschikken.Alle krediet lijnen worden in functie van de nieuwe strategieheronderhandeld, een operatie die zal afgerond worden inhet eerste kwartaal van 2013.Ook in <strong>2012</strong> werd de revolving credit facility geherfinancierd.Verschillende banken voerden een nek aan nek race omde lead te kunnen nemen. Met KBC als Mandated LeadArranger werd de lijn onderschreven voor een bedrag van100 miljoen euro. <strong>Aquafin</strong> kan terugkijken op een partnershipdat teruggaat tot 2003, het jaar waarin de eerste revolvingcredit facility getekend werd.nActief rentemanagement vermindert de financieringskostDoor het renterisico actief te beheren, wil <strong>Aquafin</strong> definancieringskosten optimaliseren. In 2006 heeft de raad vanbestuur de krijtlijnen van een dynamisch beheer van hetrenterisico goedgekeurd. In 2008 werd het rentebeleidaangepast. In 2009 werden voornamelijk de omschrijvingen endefinities aangepast. Aan de principes zelf werd niets gewijzigd.Het actief rentemanagement mag toegepast worden op35% van de uitstaande schuld op lange termijn. Ook detoekomstige rentelasten mogen ingedekt worden totmaximum 50% van de gebudgetteerde toekomstige schuldenop lange termijn met een horizon van 5 jaar. Hierbij zijnde risico’s steeds ingedekt en is er steeds een onderliggendelening tegenover de indekkingsstructuur.


Het financiële resultaat van het rentemanagement wordtberekend tegen individuele benchmarks (het resultaat van eenindividuele strategie in vergelijking met de geldende swaprente op het moment van het opzetten/uitvoeren van destructuur). De rentekost van de onderliggende lening moetworden samengenomen met het resultaat van de structuurdie hierop gebouwd is, om de uiteindelijke financieringslastte kennen. De besparingen die zo gerealiseerd werden, zijn ookin <strong>2012</strong> conform de afspraken verrekend met de drinkwater -maatschappijen.De omgeving waarbinnen de hedging structuren opgezetworden is ook onderhevig aan de Basel III regelgeving, waarbijbanken rekening moeten houden met hun – beperkte – eigenmiddelden. <strong>Aquafin</strong> zal zich dan ook voorbereiden op destelselmatig verstrengende voorwaarden van deze financiëleinstellingen.nRating blijft stabielDe doorlichting van de kredietwaardigheid van <strong>Aquafin</strong>wordt jaarlijks opgevolgd door kredietbeoordelaar Moody’s.De rating blijft ten opzichte van vorig jaar ongewijzigd. In deanalyse komt duidelijk de nauwe band met het VlaamseGewest naar voren. Met haar Aa2 rating voor leningen oplange termijn heeft de organisatie dan ook dezelfdebeoordeling als het Vlaamse Gewest, die hoger blijft dande rating van België. Voor leningen op korte termijn heeft<strong>Aquafin</strong> een P-1 rating. Daarmee behoort <strong>Aquafin</strong> tot de top vankredietwaardige bedrijven, wat ook blijkt uit het vertrouwendat de organisatie blijft genieten bij de verschillendekredietverstrekkers.WIJZIGINGEN AAN HET SAMENWERKINGS -VERBAND RIO-LINKSinds 2004 mag <strong>Aquafin</strong> mee concurreren met de andereriooloperatoren op de gemeentelijke markt. <strong>Aquafin</strong> trad inmaart 2011 toe tot rio-link, een samenwerkingsverbandtussen drinkwatermaatschappijen TMVW en AWW, door deverwerving van een derde van de aandelen. De overigeaandelen zijn in handen van de cvba water-link. Op die manierkon de eerdere samenwerking tussen AWW en <strong>Aquafin</strong> (onderde naam RI-ANT) verder gevaloriseerd worden binnen rio-link.Op 6 december <strong>2012</strong> nam de raad van bestuur verschillendebeslissingen in verband met de activering van rio-link. Zo werdeen voorstel goedgekeurd in verband met de verlaging vanhet aantal bestuurders, de verdeling van de zetels in de raadvan bestuur tussen de aandeelhouders, het voorzitterschapvan de raad van bestuur en het aanstellen van een algemeendirecteur. Verder werd de dienstverleningsovereenkomst tussenAWW en <strong>Aquafin</strong> vervangen door één tussen rio-link en <strong>Aquafin</strong>.De krachtlijnen zijn dezelfde als diegene die in de eersteovereenkomst golden. Kleinere aanpassingen formaliseerdenpraktische afspraken inzake werkverdeling, zonder fundamenteleimpact op <strong>Aquafin</strong>’s positie. De aandeelhoudersovereenkomstwerd eveneens aangepast.AANKOOP VAN INSTALLATIES EN GRONDENVAN DE VLAAMSE MILIEUMAATSCHAPPIJIn het kader van de beheersovereenkomst tussen hetVlaamse Gewest en <strong>Aquafin</strong> kreeg het bedrijf in 1994 hetgebruiksrecht van de installaties die al opgericht warenvoordat het bedrijf actief was. Deze installaties staan niet opde balans van <strong>Aquafin</strong>. De investeringen voor renovaties enuitbreidingen van deze installaties, die <strong>Aquafin</strong> de voorbijejaren heeft uitgevoerd, staan wel op onze balans. Omdat hetbeheer van dit patrimonium door twee partijen niet efficiëntbleek, ging de Vlaamse Regering in op de vraag van <strong>Aquafin</strong>om de installaties en de bijhorende gronden die in handen zijnvan de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) door <strong>Aquafin</strong>zelf te laten aankopen, exploiteren en financieren. Om definanciering van de uitgaven voor deze aankoop van VMMinstallatiesmogelijk te maken, zijn de beheersovereenkomsten de affectatieovereenkomst aangepast.De aankoop verliep in twee fases, verspreid over 2010en 2011. In januari <strong>2012</strong> werd als uitloper van de tweede fasede verkoop van de RWZI’s Antwerpen-Noord en Oostendevoltooid voor een bedrag van bijna € 58 miljoen.EU-BOETE VOOR BELGIË: EEN LAATSTE STANDVAN ZAKENOp het moment voldoet België nog niet aan de bepalingenvan de Europese richtlijn Stedelijk Afvalwater voor deagglomeraties boven 10.000 inwoners. Europa legde in ditdossier een verzoekschrift neer bij het Europese Hof methet oog op een veroordeling van België.Alhoewel België zal veroordeeld worden, zullen de eventueelopgelegde boetes moeten verdeeld worden tussen de driebetrokken gewesten. Die maakten echter nog geen afsprakenover een mogelijke verdeling.Voor Vlaanderen ging het nog om één enkele agglomeratie/zuiveringsinstallatie die niet volledig in orde was, met namedie van Beersel. Die installatie was operationeel, maar deverplichte staalnames konden nog voor geen volledig jaarvoorgelegd worden. Wat Vlaanderen betreft lijkt het Hof nute aanvaarden dat er voor de agglomeratie Beersel de nodigebemonsteringen plaatsvonden. Gelet op deze vaststelling zalVlaanderen mogelijk geen dwangsom hoeven te betalen.Verslag van de raad van bestuur29


30<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Uitbouw vande zuiverings -infrastructuurvoor het VlaamseGewestIn <strong>2012</strong> heeft <strong>Aquafin</strong> alle gestelde targets gehaald voorhydronautstudies, aanbestedingen en opleveringen van projecten.De overstap één jaar geleden naar procesgericht werken ingeografisch bepaalde business units, heeft ondertussen al duidelijkzijn meerwaarde bewezen. De volgende jaren zullen we onsconcentreren op een optimale uitvoering van de ontwerpfase enrisicobeheersing bij de projectuitvoering.


De actieve opdrachtenportefeuille met investerings -projecten voor het Vlaamse Gewest bedroeg op 31 december<strong>2012</strong> ruim 1,2 miljard euro voor 1.176 projecten. <strong>Aquafin</strong> leverdetot die datum 2.416 investerings- en renovatieprojecten opvoor 3,1 miljard euro.Per 31 december <strong>2012</strong> was <strong>Aquafin</strong> verantwoordelijk voorde exploitatie van 265 rioolwaterzuiveringsinstallaties*. Om hetafvalwater naar de zuiveringsinstallaties te transporteren,heeft <strong>Aquafin</strong> 5.172 km leidingen in beheer. <strong>Aquafin</strong> beheert1.333 bovengemeentelijke pompstations en berg bezinkings -bekkens.WAARDE PROJECTENPORTEFEUILLEOP 31 DECEMBER <strong>2012</strong>OPLEVERINGEN HYDRONAUTS (mio euro)4,03,53,02,52,01,51,00,502008 2009 2010 2011 <strong>2012</strong>nOpgeleverd3.141,35Gegund en aanbesteed402,14In ontwerp813,17mioeuromioeuromioeuroVisie-ontwikkeling over de uitbouw en het beheer vande zuiveringsinfrastructuurIn hydraulische studies worden de fysische parametersvan het stelsel geregistreerd en vastgelegd. In <strong>2012</strong> heeft<strong>Aquafin</strong> 59 hydronautstudies opgeleverd, voor een totaal van3,4 miljoen euro. Hiervan waren 46 studies nodig voor deuitbouw van het rioolstelsel, de overige 13 studies haddentot doel de kennis over de zuiveringsgebieden te vergroten.De target voor 2013 ligt opnieuw op 3,4 miljoen euro.nMultilaterale overeenkomsten met studiebureaus in voege<strong>Aquafin</strong> werkte de voorbije jaren een concept uit waarmeehet wil bouwen aan duurzame relaties met de studiebureaus.Na een periode van uitgebreid overleg met sector vertegen -woordigers, wijzen we sinds eind <strong>2012</strong> via multilateraleovereenkomsten jaarlijks een bepaald percentage van onzeportefeuille voor transportprojecten toe aan geselecteerdestudiebureaus.Het percentage ligt vast voor vier tot zes jaar en staat inverhouding tot de prijs, de kwaliteit en de capaciteit van hetstudiebureau. Op deze manier reserveert <strong>Aquafin</strong> gegarandeerdecapaciteit waarop het steeds op zeer korte termijn een beroepkan doen en waardoor de doorlooptijd van het project verkort.Een meer structurele samenwerking met <strong>Aquafin</strong> geeft destudiebureaus dan weer de zekerheid dat het de moeite loontom te investeren in specialisatie, wat opnieuw de kwaliteitten goede komt. De opsplitsing van Vlaanderen in regionaledeelgebieden maakt het bovendien ook voor kleinere studie -bureaus, die vaak over een goede gebiedskennis beschikken,mogelijk om een partnership met <strong>Aquafin</strong> aan te gaan.Door een gerichte samenwerking op te zetten tussen onzekernprocessen Visie op het netwerk, Transporteren enzuiveren van afvalwater en het vorig jaar gedefinieerdeBetrouwbare en performante installaties, hebben we ons nogbeter georganiseerd om te komen tot optimaal werkendezuiveringsgebieden. Uiteraard moeten we daarvoor ooknauw samenwerken met overheden, administraties en andereinstanties.* Exclusief RWZI Laarne, in beheer van <strong>Aquafin</strong>, maar geëxploiteerd door derden.Verslag van de raad van bestuur31


32<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>VLAANDEREN BEANTWOORDT AAN EUROPESERICHTLIJN STEDELIJK AFVALWATERIn september <strong>2012</strong> activeerde Vlaams minister van LeefmilieuJoke Schauvliege de laatste collector die in Vlaanderen nodigwas om te voldoen aan de Europese Richtlijn StedelijkAfvalwater. Het huishoudelijke afvalwater van alle agglomeratiesvanaf 2.000 inwoners wordt nu eerst gezuiverd vooraleer hetin een waterloop terecht komt. De realisatie van de RichtlijnStedelijk Afvalwater betekent in elk geval niet dat er niet meergeïnvesteerd wordt in de bovengemeentelijke riolerings -infrastructuur. De volgende uitdaging is immers om ook tevoldoen aan de Europese Kaderrichtlijn Water, die een goedekwaliteit van het oppervlaktewater beoogt tegen 2015.Hoewel onze beken en rivieren er door de zware inspanningende afgelopen twee decennia sterk op vooruit gingen, zijn ernog heel wat optimalisaties in het rioolstelsel nodig om dewaterkwaliteit te verbeteren. Vanzelfsprekend moet allezuiveringsinfrastructuur ook onderhouden en geëxploiteerdworden. Informatie van onze buurlanden leert dat er jaarlijks1 à 2% van het totale geïnvesteerde vermogen moet wordengereserveerd voor structureel onderhoud van het patrimonium.In <strong>2012</strong> werden 10 nieuwe zuiveringsinstallaties opgeleverd:in Moelingen, Overslag, Stavele, Gistel-Moere, Sint-Jan-in-Eremo,Brakel-Michelbeke, Beauvoorde, Lovie, Ninove–Rendestede enMelsbroek. Negen zuiveringsinstallaties werden gerenoveerd ofuitgebreid. Het gaat om de installaties in Wichelen, Tongeren,Mol, Merksplas, Eisden, Beverlo, Ninove, Lichtaart en Brugge.l Nieuwe zuiveringsinstallatiesl Gerenoveerde zuiveringsinstallaties


AANBESTEDINGSRITME (mio euro)OPLEVERINGSRITME (mio euro)2001801601401201008060402002008 2009 2010 2011 <strong>2012</strong>2001801601401201008060402002008 2009 2010 2011 <strong>2012</strong>n Ingediende dossiersn Totaal opgeleverde dossiersn Hoogste aanbestedingsvolume sinds 2002<strong>Aquafin</strong> bracht in <strong>2012</strong> het afgesproken volume projectenten bedrage van 177 miljoen euro op de markt. Door degunstige prijzen in de tweede jaarhelft konden de voorzieneprojecten worden aanbesteed voor een totaal van 163 miljoeneuro. In totaal ging het om 120 projecten.Voor 2013 ligt de target op 170 miljoen euro, vooropgestelddat die doelstelling past binnen de budgetten van hetVlaamse Gewest.Door samenwerking met gemeentes en intercommunalessteeg het bedrag van 163 miljoen euro dat <strong>Aquafin</strong> voor hetgewest realiseerde tot ruim 260 miljoen euro.nHoogste opleveringsvolume van de voorbije vier jaarInfrastructuurprojecten uitvoeren moet in een steedscomplexere omgeving gebeuren. Zo worden vergunning -verlenende instanties steeds veeleisender, zijn er steeds meerpartijen in de projecten en worden burgers kritischer. Toch heeft<strong>Aquafin</strong> in <strong>2012</strong> voor een bedrag van 195 miljoen europrojecten uitgevoerd. Omdat de projecten kleiner worden,moest hiervoor een recordaantal van 130 dossiers ingediendworden bij het Vlaamse Gewest.Het Vlaamse Gewest stelde zich in <strong>2012</strong> net zoals het jaarvoordien zeer strikt op in verband met de administratievecorrectheid van de dossiers. Daardoor heeft de klant maar voor175 miljoen euro aan projecten als opgeleverd beschouwd.De andere dossiers worden in de loop van 2013 waar nodigadministratief bijgewerkt.De vormelijke aspecten van de dossiers die we indienen,zullen in 2013 nog nauwlettender worden opgevolgd door<strong>Aquafin</strong>.De target voor 2013 bedraagt voor de opleveringen 160miljoen euro, ook hier mits de nodige budgetten en middelenworden goedgekeurd.In de nabije toekomst willen we evolueren naar een vastopleveringsvolume. In eerste instantie werden hiervoor denodige projectvoorstellen gedaan aan het Vlaamse Gewest.Naast de aandacht voor de opleveringen en de aanbestedingenzullen we meer focussen op de ontwerpfase, om al vanaf danmaximaal te kunnen anticiperen op eventuele risico’s opvertraging of problemen bij uitvoering. In <strong>2012</strong> werden voortechnische kennisdomeinen alvast interne materie deskundigenaangewezen. Verder werd een systeem ontwikkeld voor eenprojectspecifiek communicatieplan voor werken in uitvoering.In 2013 zal verder werk worden gemaakt van een pro-actiefrisicobeheer bij uitvoeringsprojecten en een optimale invullingvan projectmanagement. Ook onze samenwerking met denutsmaatschappijen blijft een belangrijk aandachtspunt.<strong>Aquafin</strong> heeft begin 2013 alvast met Eandis een samen -werkingsprotocol afgesloten om duidelijke afspraken temaken over het verplaatsen van nutsleidingen en het meldenvan stroomonderbrekingen.Verslag van de raad van bestuur 33


34<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Bouwactiviteit per bekken in <strong>2012</strong>IJZER - BRUGSE POLDERS - GENTSE KANALEN - LEIEKNOKKE●●HEISTWATERVLIET●BOEKHOUTE●BRUGGE ●●MALDEGEMSINT-JAN-IN-EREMO●MOERBEKE -OOSTENDE ●KRUISSTRAAT●ZELZATE ● ● ●● BRUGSE POLDERSEEKLO● STEKENEOVERSLAGJABBEKE●●●ERTVELDEMOERBEKESINT-NIKLAAS●GISTEL - MOEREIJZERBEERNEMSINAAI SINT-NIKLAAS -●GENTSE KANALEN●●ZOMERGEM●HEIMOLENWULPENAALTER●●RUDDERVOORDE ●●● EVERGEMLOKEREN - DOORSLAAR●● PERVIJZE KOEKELAREBALIEBRUGGE ●● SINT-PIETERSVELDADINKERKE●KORTEMARKWINGENENEVELE●● GENTBEAUVOORDE●●WOUMEN● LATEM●●TIELTSTADEN● DEURLELO ●●●DEINZEPITTEMSTAVELE●ROESELARE● VLETEREN●●●ROESBRUGGELANGEMARKOLSENELOVIE●● INGELMUNSTER●IEPER● WAREGEM●●WATOUPOPERINGEZONNEBEKE MOORSLEDELEIE●●● BEVEREN-LEIE● VLAMERTINGE●●● HARELBEKEHEUVELLANDLEDEGEMWESTOUTER-CENTRUMIEPER - HOLLEBEKEHEULE● KRUISEKE●●KEMMELMENENLOKER●●●●●KRUISEKE●l in exploitatie genomen in <strong>2012</strong>IJZERZuiveringsgraad: 77,08% (76,5% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 23 RWZI’sl 113 pompstationsl 399 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 32 21.961.424 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 11 6.699.430 €GENTSE KANALENZuiveringsgraad: 82,37% (80,6% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 18 RWZI’sl 85 pompstationsl 420 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 10 4.796.526 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 8 4.760.589 €BRUGSE POLDERSZuiveringsgraad: 85,99% (84,9% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 12 RWZI’sl 106 pompstationsl 352 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 9 3.376.886 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 14 9.474.900 €LEIEZuiveringsgraad: 75,03% (72,8% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 17 RWZI’sl 67 pompstationsl 370 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 22 11.121.737 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 9 9.325.239 €


BENEDEN-SCHELDE - BOVEN-SCHELDE - DENDERBERENDRECHTANTWERPEN - NOORDBENEDEN-SCHELDE● BRASSCHAATKIELDRECHT ●KALLOSCHOTENDE KLINGE ●MERKSEM ● ●●●●SCHILDEBEVERENDEURNEBURCHT ●●WOMMELGEMANTWERPEN - ZUID ●● BOECHOUT●●●AALBEKE -TOLPENHOEK● ●ROLLEGEM●●●●TEMSE●● ●HAMME BORNEM●● ● EDEGEMAARTSELAAR● BOOM●LOKERENDESTELBERGEN● ●SINT-AMANDSBLAASVELDZELE●●●RUISBROEKBERLAREOVERSCHELDE●●DENDERMONDEMERELBEKE●●●● ●WICHELENLONDERZEELMELLE ●WETTERENDE PINTE - ZEVERGEM ●●LEDE ●LEBBEKE - ROOIEN●EKE ●OOSTERZELEAALSTBAMBRUGGE●MERCHTEM●GAVERE ●BAVEGEM ●●●● ASSE - BOLLEBEEKKRUISHOUTEMDIKKELVENNELIEDEKERKEHELDERGEM●ASSE - BEKKERZEELBOVEN-SCHELDE● ZWALM●DENDEROUDENAARDEBRAKEL-MICHELBEKE SINT-ANTELINKSSINT-MARIA-LIERDE● NINOVE● ELSEGEM BRAKEL ● ● ZANDBERGEN●NINOVE - RENDESTEDESCHORISSE ●● KLUISBERGENPARIKE● GERAARDSBERGEN●AVELGEM●●RONSE● GALMAARDENHELKIJN●● NINOVE - RENDESTEDEl in exploitatie genomen in <strong>2012</strong>BENEDEN-SCHELDEZuiveringsgraad: 90,6% (88,3% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 41 RWZI’sl 205 pompstationsl 835 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 26 23.222.261 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 37 44.384.045 €DENDERZuiveringsgraad: 79,63% (79,4% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 13 RWZI’sl 101 pompstationsl 450 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 18 13.499.951 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 8 4.936.827 €BOVEN-SCHELDEZuiveringsgraad: 69,32% (68,1% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 18 RWZI’s (inclusief RWZI Laarne, geëxploiteerd door derden)l 46 pompstationsl 188 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 17 11.742.677 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 12 7.824.109 €Verslag van de raad van bestuur35


36<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>DIJLE - NETERAVELS●OUD-TURNHOUTBEERSE ●●● TURNHOUT● ARENDONK●MALLE ●●VOSSELAARMOL-POSTEL● ZOERSEL● RETIE● LICHTAART● DESSELPULDERBOS●GROBBENDONK ● GEEL - MOSSELGORENVIERSEL ● ● ●●●HERENTALSMOLNIJLENNETEHOVE ●● ●MORKHOVENLIER● GEEL●DUFFEL - MIJLSTRAATBERLAAR● ITEGEMDUFFEL ●HEIST-OP-DEN-BERG ●●● WESTERLOMECHELEN - NOORD ●HULSHOUTBONHEIDEN●WOLFSDONK●ZEMST - KESTERBEEK ZEMST - HOFSTADE●ZEMST - LAREBEEK ● ●● BOORTMEERBEEK●HUMBEEKMELSBROEK● KAMPENHOUT●GRIMBERGEN ●STEENOKKERZEEL - NOORD●KORTENBERG ● LEUVEN●●LENNIK - VARENBERGBEEK●NEGENMANNEKE●SINT-PIETERS-LEEUW●BEERSELDIJLETERVUREN●●BIERBEEK● OUD-HEVERLEE●HULDENBERGl in exploitatie genomen in <strong>2012</strong>DIJLEZuiveringsgraad: 73,11% (72,0% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 20 RWZI’sl 183 pompstationsl 509 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 23 29.356.641 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 18 31.198.860 €NETEZuiveringsgraad: 75,93% (75,7% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 31 RWZI’sl 132 pompstationsl 528 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 21 7.749.545 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 7 14.886.869 €


DEMER - MAASESSEN ●KALMTHOUT ●MEER ●HOOGSTRATEN●POPPEL●●●ZONDEREIGENMAASLOENHOUT●MERKSPLAS●BRECHTACHEL●● HAMONTLOMMEL ● ●OVERPELT●LOZEN●BOCHOLTEKSEL ●KINROOI●● ●KESSENICH●BREEPEER● NEEROETERENBEVERLOMAAS●TESSENDERLO● KOERSEL● DILSEN●ENGSBERGENHEUSDENHOUTHALEN - CENTRUM●ZICHEM●●MESSELBROEK●● LUMMEN - GENEIKENHOUTHALEN - OOSTZONHOVEN● ●●AARSCHOT ● ●DIEST ZOLDER ● HASSELT - KIEWIT●EISDENRILLAAR●●●● ●●HALENKERMTBOORSEM ●●HASSELT BOKRIJK GENKROTSELAAR●LANAKEN● GEETBETSSINT-JORIS-WINGE DEMER● BILZENALKEN ●●VISSENAKENSINT-TRUIDEN WIMMERTINGENROOSBEEK●●HOESELT ●RIEMSTNEERVELPZOUTLEEUW ●BORGLOON - TIVOLIBIERBEEK - KLEINBEEK ●●HOEPERTINGEN ●TIENEN ● OPLINTER ●●●RIKSINGENBORGLOON - NEREM●ZICHEN●●●●HOEGAARDENGELMENTONGERENLANDEN -RUMSDORPMOELINGEN●VOEREN - VEURS●●●●●●l in exploitatie genomen in <strong>2012</strong>DEMERZuiveringsgraad: 71,28% (70,7% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 43 RWZI’sl 177 pompstationsl 645 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 50 35.751.667 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 16 19.094.118 €MAASZuiveringsgraad: 85,08% (84,4% in 2011)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 30 RWZI’sl 115 pompstationsl 470 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 4 551.704 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 11 21.999.196 €Verslag van de raad van bestuur37


38<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Beheer vande zuiverings -infrastructuurvoor het VlaamseGewestIn <strong>2012</strong> behaalde <strong>Aquafin</strong> goede zuiveringsresultaten voor hetaangevoerde huishoudelijke afvalwater, met 96,5% van de zuiverings -installaties die aan alle normen voldoen. De weersomstandighedenwaren een stuk minder gunstig dan tijdens het voorgaande jaar,maar onze goede procesopvolging heeft de impact daarvan sterkbeperkt.De effluentresultaten van <strong>2012</strong> werden geëvalueerd voor 257 riool -waterzuiveringsinstallaties (RWZI’s). Dat zijn de zuiveringsinstallatieswaarvan het Vlaamse Gewest in 1994 de exploitatie aan <strong>Aquafin</strong>toevertrouwde en de installaties die <strong>Aquafin</strong> zelf bouwde enopleverde aan de aannemer vóór juli <strong>2012</strong> én waarvoor de VlaamseMilieumaatschappij een controleprogramma lopende heeft.


96,5% VAN DE RIOOLWATERZUIVERINGS -INSTALLATIES VOLDEDEN AAN ALLEOPGELEGDE NORMENIn <strong>2012</strong> voldeden 248 installaties of 96,5% aan alleopgelegde emissiegrenswaarden (witte balken in de figuur).De grafiek geeft de evolutie weer over tien jaar. Het is de eerstekeer sinds de oprichting van <strong>Aquafin</strong> dat alle geëvalueerdezuiveringsinstallaties voldoen aan de normen van de Europeserichtlijn Stedelijk afvalwater, die tot april 2004 ook de sectoralenormen waren van het Vlaamse Gewest. Wel voldeden er negeninstallaties niet aan de huidige strengere Vlaamse normering.Ze worden in de figuur aangegeven met een oranje balkje.De RWZI’s Lede, Ertvelde, Aalter, Maldegem en Jabbekeschoten tekort voor het verplichte verwijderingspercentagevoor stikstof, waarbij Jabbeke ook te kort kwam voor hetverwijderingspercentage voor BZV. KWZI Pervijze voldeed nietaan het verwijderingspercentage voor CZV, RWZI Vlamertingeniet aan de verplichte rendementen voor zwevende stoffen enfosfor. Het rietveld van Zemst-Larebeek kreeg zoveel verdundafvalwater te verwerken dat het niet voldeed aan de verplichteverwijderingspercentages voor BZV en CZV.RWZI Hamont werd gerenoveerd in <strong>2012</strong>. De installatievoldeed nipt niet aan het jaargemiddelde voor fosfor en kendeook één overschrijding van het dagmaximum voor stikstof.REGENJAAR BEÏNVLOEDTZUIVERINGSRESULTATENElke drie liter water die op een zuiveringsinstallatie toekomt,kan ruwweg worden ingedeeld in één liter afvalwater, één literhemelwater en één liter parasitair debiet. Het afvalwater inde riool wordt dus evenveel verdund door hemelwater datafstroomt van verharde oppervlakten, als door de zogenaamdeparasitaire debieten: aangesloten oppervlaktewater en grond -water dat in de riolering sijpelt.Schoon water dat op de riolering zit, verdunt het afvalwaterdat op de zuiveringsinstallaties toekomt. Het klinkt paradoxaal,maar hoe schoner – lees verdunder – het afvalwater is, hoe groterhet nadelige effect op het zuiveringsproces. Bij regenweerworden er grotere volumes water naar de zuiverings installatiesgetransporteerd, waardoor de verblijftijd van het toegeleverdewater er korter wordt en het nabezinkingsproces onder drukkomt te staan.EVALUATIE VAN DE WERKING VAN DE RIOOLWATERZUIVERINGSINSTALLATIES100%90%80%70%60%50%40%30%20%10%0%2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 <strong>2012</strong>n Voldaan t.o.v. alle normenn Niet voldaan (t.o.v. de strengere normen Vlarem Kleine Trein)n Niet voldaan (t.o.v. de normen van 2003)Verslag van de raad van bestuur39


40<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Bovendien gaan de overstorten op het rioleringsstelsel ersneller door werken, waardoor er vaker ongezuiverd waterin onze waterlopen terecht komt. Dat bijkomende debietzorgt ook nog eens voor extra pompkosten op de zuiverings -installaties en de tussenliggende pompstations.Tot 2004 waren de normen voor gezuiverd afvalwater inVlaanderen een kopie van de Europese normen, opgelegd viade richtlijn Stedelijk Afvalwater (ERSA). Op Vlaams niveau werdenze echter door een VLAREM-wijziging tussen 2004 en 2006verstrengd. De doelstellingen uit VLAREM zijn dikwijls strengerdan die opgelegd in de RWZI-vergunningen. De wetgeving laatimmers toe om tijdelijk af te wijken van de zeer strenge eisen,zolang minimum voldaan blijft aan de Europese normen.In samenspraak met de vergunningsverleners en de VlaamseMilieumaatschappij werden er de voorbije jaren versoepelingenbepaald per rioolwaterzuiveringsinstallatie, in functie van demogelijkheden van de installatie en de belasting ervan. Heel vaakis de verdunning van het influent echter de belangrijksteoorzaak voor het niet halen van de doelstellingen. Als hetafvalwater al sterk verdund is op het moment dat het opde zuiveringsinstallatie toekomt, is het vaak onmogelijk omde verwijderingspercentages opgelegd door VLAREM te halen.De eerste reeks versoepelingen van de verwijderings -percentages (2006-2010) was onder meer gebaseerd op deeffluentresultaten en verwijderingspercentages van het zeernatte jaar 2002. De huidige versoepelingswaarden houden geenrekening meer met een extreem nat jaar, omdat alleen de drievoorgaande kalenderjaren in beschouwing worden genomen.Nochtans heeft de neerslaghoeveelheid een duidelijke invloed opde efficiëntie van de afvalwatercollectering en de waterzuivering.VERWIJDERINGSRENDEMENTEN BLIJVENRUIM BOVEN TARGETHet gemiddelde verwijderingspercentage blijft al sinds eenpaar jaren stabiel voor BZV (97%), CZV (89%) en zwevendestoffen (95%). De verwijderingspercentages voor de nutriëntendaalden in <strong>2012</strong> met 2% ten opzichte van het jaar ervoor.Wel blijven ze met 5% (stikstof) en 9% (fosfor) ruim bovende target van 75% die de Vlaamse Regering in 1995 vastlegdevoor de totaliteit van de openbare waterzuiveringsinstallaties.Deze lichte daling werd veroorzaakt door de vele neerslagvan het voorbije jaar.Met 976,5 mm neerslag was <strong>2012</strong> het elfde natste jaar sindshet begin van de metingen van het KMI. Op de tweede eneerste plaats staan 2002 en 2001. In 2002 viel 1.077,8 mmneerslag. 2001 was zelfs nog natter, met 1.088,5 mm neerslag.MEER ZWEVENDE STOFFEN AANGEVOERDÉN VERWIJDERDHet regenweer heeft ook als neveneffect dat slib datbezonken is in het rioolstelsel deels terug uitgespoeld wordtrichting zuiveringsinstallaties. <strong>2012</strong> was hierdoor dan ook eenrecordjaar voor wat betreft zwevende stoffen. Nooit werdenzoveel zwevende stoffen aangevoerd én verwijderd in dezuiveringsinstallaties.


VERWIJDERDE VUILVRACHT EN ZUIVERINGSRENDEMENTVAN ALLE RIOOLWATERZUIVERINGSINSTALLATIESnBiologisch zuurstofverbruikn Zwevende stoffen75100120100Verwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)70656095908580VerwijderingspercentageVerwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)1101009095908580Verwijderingspercentage55758075‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘11 ‘12‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘11 ‘12nChemisch zuurstofverbruiknStikstof2001002085190951880Verwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)180170160908580VerwijderingspercentageVerwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)161412757065Verwijderingspercentage150751060‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘11 ‘12‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘11 ‘12nFosforVerwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)3,22,82,49085807570VerwijderingspercentageIn de grafieken wordt de verwijderde vuilvracht van detotaliteit van de rioolwaterzuiveringsinstallaties voorgesteld,samen met het verwijderingspercentage. Per gemetenparameter (BZV, CZV, zwevende stoffen, stikstof en fosfor)wordt het verschil bepaald tussen de biologisch behandeldevuilvracht en de restvuilvracht die geloosd wordt nabiologische zuivering. Het verschil is de verwijderdevuilvracht, aangegeven in 1.000 ton/jaar. Het verwijderings -percentage is gelijk aan de tijdens de biologischebehandeling verwijderde vuilvracht, gedeeld door de totalebiologisch behandelde vuilvracht.2,0‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘11 ‘1265nlVerwijderde vuilvrachtVerwijderingspercentageVerslag van de raad van bestuur41


42<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>MEER VUILVRACHT AANGEVOERDEN BIOLOGISCH VERWERKTBENCHMARKS BEVESTIGEN GOEDEOPERATIONELE AANPAKIn <strong>2012</strong> heeft <strong>Aquafin</strong> opnieuw aan de onderzoekenvan EBC en Aquabench deelgenomen. De resultatenliggen zoals verwacht in de lijn van de vorige jaren,maar het proces biedt interessante mogelijkheden totkennisuitwisseling met andere deelnemers.De European Benchmarking Cooperation is een nonprofitorganisatie die de prestaties van (afval)water -bedrijven onderling vergelijkt. Aan hun jongste projectnamen 31 voornamelijk Europese afvalwateroperatorendeel. De oefening wees opnieuw uit dat <strong>Aquafin</strong> een heelhoog investeringsritme aanhoudt, vergeleken met deandere bedrijven. Onze personeelskost per gezuiverdekubieke meter afvalwater ligt nog steeds bij de laagstebedragen. Dat betekent dat we efficiënt werken, zekergezien de hoge loonkosten in België.Aquabench is als organisatie vergelijkbaar met EBC,maar dan specifiek gericht op Duitse (afval)water -bedrijven. Acht operatoren in afvalwaterzuivering vanverschillende grootte deden mee. Bij deze oefeningscoorde <strong>Aquafin</strong> (als enige buitenlandse participant)opnieuw goed op operationeel gebied, in onze kost pergezuiverd inwonersequivalent. Die ligt bij <strong>Aquafin</strong>opnieuw zo’n 20% lager dan bij de andere deelnemers,al komt dat deels door andere lokale omstandigheden.Uit de cijfers blijkt zeer duidelijk dat onze installaties tenopzichte van hun ontwerpcapaciteit hoog belast worden.Qua verbruik van elektrische energie zitten we gemiddeld.De Duitse bedrijven scoren wel nog steeds opvallendhoger op de productie van groene energie, maar ook datkomt grotendeels door een andere influentsamenstellingen meer mogelijkheden op het gebied van covergisting.De gemeten vuilvrachten die op de zuiveringsinstallatiesaangevoerd worden, kunnen omgezet worden in het aantalinwoners die al op de zuiveringsinfrastructuur aangeslotenzijn. Het Vlaamse Gewest telt ruim 6,35 miljoen inwoners.Aangezien in <strong>2012</strong> de zuiveringsgraad meer dan 80% bedroeg,wil dat zeggen dat er in theorie 5,1 miljoen inwoners moetenaangesloten zijn op de collectieve waterzuivering. Trekt menhiervan de Vlaamse huishoudens af waarvan het afvalwaterin de twee Brusselse zuiveringsinstallaties behandeld wordt,dan komt men op 5,0 miljoen inwoners waarvan de vuilvrachtverondersteld wordt aangesloten te zijn op de zuiverings -installaties van <strong>Aquafin</strong>. Hierbij is nog geen rekeninggehouden met de vuilvracht van de bedrijven aangeslotenop de collectieve zuivering.Voor het ontwerp van rioolwaterzuiveringsinstallatieswordt rekening gehouden met de theoretische dagelijksevuilvracht van elke Vlaming: 54 g BZV, 135 g CZV, 90 gzwevende stoffen, 10 g stikstof en 2 g fosfor. Als we devuilvrachten die in <strong>2012</strong> aangevoerd werden herrekenen naardeze hoeveelheden, zou er momenteel een vuilvracht van4,7 miljoen inwoners aangevoerd worden (gemiddelde vande schattingen op basis van de vijf parameters). De gegevensover nutriënten geven een overschatting, de gegevens overBZV en zwevende stoffen een onderschatting. Deze cijferstonen aan dat de vuilvracht die theoretisch naar de riool water -zuiveringsinstallaties gevoerd wordt, er ook daadwerkelijktoekomt.Voor de onderschatting op basis van de BZV-gegevens zijner twee verklaringen. Metingen uitgevoerd op het rioolstelselvan Tielt hebben een daling van de BZV-concentratie van 18%aangetoond ten gevolge van biodegradatie: micro-organismenbreken het BZV in de riool af. Bovendien blijkt de theoretischedagelijkse vuilvracht waar men vanuit gaat, niet te kloppen.Een inwoner zou volgens een EPAS-studie in opdracht vanVMM geen 54 g BZV per dag lozen, maar slechts 44 g.Latere studies van EPAS gaven een gemiddelde BZV-vrachtvan maar 38 g per inwoner. Als het aantal aangesloteninwonerequivalenten op basis van 44 g/IE/dag bepaald wordt,dan is het resultaat voor BZV ook 4,6 miljoen IE. De overschattingvoor nutriënten kan verklaard worden door nutriëntenrijkinsijpelend of geloosd grondwater en water van aangeslotengrachten. Tijdens het afvalwatertransport gebeurt er geennutriëntverwijdering. Organische stikstof wordt weliswaarbacterieel omgezet in ammonium, maar dit vermindert detotale stikstofvracht niet.


VISPOPULATIES HERSTELLEN ZICHHet optrekken van de zuiveringsgraad in Vlaanderen van 30% naar80% heeft er toe geleid dat er veel minder vervuiling rechtstreeks in dewaterlopen terecht komt. Daardoor is de toestand van de Vlaamsewaterlopen er de laatste jaren sterk op vooruit gegaan. Daarnaast is ookde kwaliteit van de zuivering zelf in de loop der jaren steeds verbeterd.In tegenstelling tot onze buurlanden worden in alle Vlaamsezuiveringsinstallaties voor meer dan 2.000 inwoners ook fosfor enstikstof uit het afvalwater gehaald. <strong>Aquafin</strong> doet hiervoor zelfs veel beterdan de Vlaamse normen voorschrijven, met een rendement voor stikstofvan 80% en voor fosfor van 84%. Daarnaast wordt op meer dan 80% vanonze RWZI’s het volledige debiet dat binnenkomt, biologisch behandeld.De keuze die <strong>Aquafin</strong> in 2000 maakte om een debiet tot tien keer deaanvoer bij droog weer biologisch te behandelen, is tot vandaag uniekin Europa en wellicht zelfs op wereldvlak.Alle inspanningen hebben als resultaat dat er nu drie tot vijf keerminder vervuiling in onze beken en rivieren terecht komt. De laatstemetingen van de Belgische Biotische Index tonen aan dat 35% vande waterlopen nu een goede biologische waterkwaliteit hebben en 20%een slechte. Twee decennia terug scoorde slechts 15% goed en maar liefst60% slecht. Sinds de metingen van 2000 wordt overigens geen enkelewaterloop nog als ‘uiterst slecht’ gekwalificeerd, terwijl we het aandeeldat ‘zeer goed’ scoort, steeds groter zien worden.Dat de verbetering van de waterkwaliteit ook de biodiversiteit nieuwleven inblaast, is bijvoorbeeld duidelijk te merken in het Scheldeestuarium.Zee- en brakwatervissen als haring, sprot, kabeljauw, zeetong,vinden hun weg weer naar de Schelde. Spiering, een typischeestuariumsoort, wordt sinds 2001 meer en meer ook opgemerkt in hetopwaartse deel van de Schelde, net zoals trekvissen zoals de rivierprik.Na de vissen volgen onvermijdelijk ook de jagers. Deze zomer werdeen recordaantal zeehonden geteld in de Westerschelde. Er zijn nietalleen veel meer observaties, ze komen ook veel meer verspreid voor.Het herstel van de vispopulaties is wel het meest opvallend in de rivieren.De vissoorten beschermd door de Habitatrichtlijn vormen eenbelangrijke indicator. Begin jaren ’90 waren soorten zoals de beekprik,de rivierdonderpad en de kleine modderkruiper door de toenemendevervuiling quasi uitgestorven. Via de Habitatrichtlijn kreeg hun biotoopeen beschermend karakter. Twintig jaar later verspreiden verschillendepopulaties zich opnieuw op zijtakken van de IJzer, de Dender, de Neteen de Maas. De verbetering van de waterkwaliteit kwam net op tijdom de restpopulaties te redden.Verslag van de raad van bestuur 43


44<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>NORMEN VOOR GEZUIVERD HUISHOUDELIJK AFVALWATERHet gezuiverde afvalwater (effluent) moet aan bepaaldenormen voldoen, die afhankelijk zijn van de agglomeratie -grootte waarvoor de installatie gebouwd is. Tot 2004 warendeze normen een kopie van de Europese normen, opgelegd viade richtlijn Stedelijk Afvalwater (ERSA). Op Vlaams niveauwerden ze door een Vlarem-wijziging tussen 2004 en 2006verstrengd. <strong>Aquafin</strong> volgt vijf parameters op: biologischzuurstofverbruik (BZV), chemisch zuurstofverbruik (CZV),totaal stikstof, totaal fosfor en zwevende stoffen. Het biologischezuurstofverbruik geeft aan hoeveel zuurstof bacteriën nodighebben om op 5 dagen tijd bij 20° C de organische vuilvrachtin 1 liter gezuiverd afvalwater af te breken.Bij hoge BZV-waarden ontwikkelen de bacteriën zich zosnel dat het risico bestaat dat ze door hun ademhalingalle zuurstof uit het water opnemen. Het chemische zuurstof -verbruik geeft aan hoeveel zuurstof er nodig is om deaanwezige vuilvracht volledig te oxideren. De parameterzwevende stoffen geeft een maat voor de zwevende (nietoplosbare) stoffen die in het gezuiverde afvalwater mogenachterblijven. Te veel stikstof en fosfor in het water, brengteen explosieve algenbloei op gang. ’s Nachts onttrekken dezealgen zuurstof aan het water, waardoor vissen, waterplantenen andere organismen het moeilijk krijgen.


Diensten buitende overeenkomstmet het VlaamseGewestDe minister van Leefmilieu stimuleert <strong>Aquafin</strong> om onzeknowhow te valoriseren bij de gemeenten en de industrie inVlaanderen, maar ook in het buitenland. Steeds meer gemeentendoen een beroep op <strong>Aquafin</strong>, voor de uitbouw en het beheer vanhun rioolstelsel, al dan niet via een samenwerkingsverband meteen drinkwatermaatschappij. In <strong>2012</strong> waren we zelfs de enigespeler op de gemeentelijke markt die nieuwe contracten konafsluiten. Dochtermaatschappij Aquaplus heeft het voorbije jaareen nieuw strategisch plan opgesteld en zich in het binnenlandverder verdiept in de exploitatie van industriële zuiveringen. In hetbuitenland werken we nog steeds aan de opstart van ASEWaterTechnologies, een joint venture met een Indische partner.BETROUWBARE PARTNER VOOR DE UITBOUWEN BEHEER VAN DE GEMEENTELIJKE ZUIVERINGS -INFRASTRUCTUUROm in orde te zijn met de kaderrichtlijn Water, wacht degemeenten nog steeds een investering van bijna 7 miljard euro.Een deel daarvan (0,7 miljard) heeft het gewest overgenomen viahet Lokaal Pact met de gemeenten. Maar het blijft gaan omenorme investeringen, waarvoor de meeste gemeenten zelf nietde nodige technische kennis in huis hebben.Verslag van de raad van bestuur45


46<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Sinds 2004 mag <strong>Aquafin</strong> mee concurreren met de andereriooloperatoren op de gemeentelijke markt. Gemeenten kunnenkiezen voor een rechtstreekse concessieovereenkomst met<strong>Aquafin</strong>, of aansluiten bij één van de samen werkings verbandendie <strong>Aquafin</strong> is aangegaan met Vivaqua, TMVW en AWW (rio-link)en De Watergroep (RioAct en RioP).Waar RioAct de gemeenten bijstaat in de uitbouw, hetbeheer en onderhoud van hun rioleringsstelsel, is RioP eenconstructie die het rioleringsstelsel van de gemeenten volledigoverneemt. Begin juli heeft VMW (nu De Watergroep) interneen aparte business unit opgericht voor rioleringsactiviteiten,die de naam RioPACT kreeg. Zowel RioAct als RioP werden indeze nieuwe business unit ondergebracht. De diensten blijvenechter onveranderd en ook voor <strong>Aquafin</strong> zijn er geen wijzigingen.Door de oprichting van RioPACT verstevigt De Watergroep welde samenwerking met <strong>Aquafin</strong> en kunnen we beter inspelenop de wensen van onze klanten.Het voorbije jaar leverden we diensten aan 196 gemeenten.We hebben opnieuw zeven gemeenten mogen verwelkomenals klant met een langlopende overeenkomst, wat het totaalbegin 2013 op 92 brengt. Via deze 92 gemeenten bereiken we2,25 miljoen inwoners.In <strong>2012</strong> ging er één nieuwe concessie van start en kozendrie gemeenten voor uitgebreide Rio-Totaalcontracten metverschillende modules. Drie gemeenten sloten aan bij RioAct.Eén gemeente heeft haar samenwerking met <strong>Aquafin</strong>verbroken.De volgende jaren zal <strong>Aquafin</strong> zijn dienstenaanbodvoor klant-gemeenten uitbreiden. Door de huidige klimaat -verandering wordt het voor steden en gemeenten steedsbelangrijker om een plan op te maken voor een optimaleinfiltratie, buffering en afvoer van regenwater. Vanaf 2013zullen we ons ook toeleggen op de opmaak van hemelwaterplannen,die zullen aangeven hoe het water dat op de openbareweg of op openbaar domein valt, het best kan infiltreren ofworden afgevoerd. Ze zullen realistische oplossingen bevatten,toegesneden op de lokale situatie, met correcte ramingen enplanningen voor de meest prioritaire projecten. Tegelijk zullenwe onze klant-gemeenten ondersteunen bij de uitvoeringvan hun afkoppelingsbeleid, door een ecologisch-economischoptimum vast te leggen en onderzoek te doen naar dehaalbaarheid van regenwaterhoofdassen. Ook voor degemeenten wordt asset manangement steeds belangrijker.Daarom zullen we ons meer gaan richten op de uitvoeringvan sleetstudies voor de gemeentelijke rioolstelsels.SPREIDING VLAAMSE INWONERSPER RIOOLBEHEERDEERn <strong>Aquafin</strong> (inclusief RTD*) 44%n AquaRio (TMVW) 21%n IWVA 1%n Vivaqua (BIWM) 2%n Hidrorio/Hidrosan/Hidrogem (Pidpa) 8%n Infrax (incl. RioBra) 24%* RioTotaal dienstverleningsovereenkomstn Rio-Pact(De Watergroep-AQF) 19%n <strong>Aquafin</strong> (concessie) 6%n <strong>Aquafin</strong> (RTD) 5%n rio-link (AWW-AQF) 14%ONDERSTEUNING VAN DE INDUSTRIE ENBUITENLANDSE PROJECTEN VIA AQUAPLUSVoor Aquaplus NV, het commerciële dochterbedrijf van<strong>Aquafin</strong>, werd in <strong>2012</strong> een nieuw business plan opgesteld.In het binnenland blijft het bedrijf zich richten op de nodenvan de industrie, via exploitatie en onderhoud van zuiverings -installaties, de uitvoering van studies en audits en de uitvoeringvan nieuwbouw of projectmanagement. In het buitenland focustAquaplus zich op de opstart van ASEWater Technologies, en opproducten en diensten die samen met partners geleverd worden.In Vlaanderen heeft Aquaplus mooie opdrachten lopen,die aansluiten bij de kernactiviteiten van <strong>Aquafin</strong>. In <strong>2012</strong>werden er een aantal van de lopende exploitatieopdrachtenuitgebreid.In Indië werd in november 2011 ASEwater Technologiesboven de doopvont gehouden, een joint venture tussen Aquaplusen het Indo-belgische ASE Structure Design. Door dezesamenwerking met een buitenlandse partner, die goedverankerd is in de lokale markt, verwacht Aquaplus om eengrotere afzetmarkt te kunnen penetreren. De opgerichtevennootschap wil zich immers profileren als een Indischbedrijf, maar met Europese knowhow. Omwille van lokaleadministratieve problemen duurt de oriëntatieperiode voordit bedrijf langer dan voorzien.


Onderzoeken product -ontwikkelingOnderzoek en productontwikkeling heeft van bij de oprichtingvan <strong>Aquafin</strong> een belangrijke plaats binnen het bedrijf gekregen.We blijven inzetten op verbetering en vernieuwing om dezuiveringsinfrastructuur die ons toevertrouwd is optimaal uit tebouwen en te beheren, met zo min mogelijk impact op het milieu.Tegelijk anticiperen we op toekomstige topics, om het VlaamsGewest en onze klant-gemeenten maximaal te kunnenondersteunen met de kennis die we opgebouwd hebben.Omdat <strong>Aquafin</strong> zich in de toekomst intensiever wil toeleggenop het inspelen op de gevolgen van de klimaatwijziging, werdStrategische Innovatie en Klimaat eind <strong>2012</strong> een aparte staffunctie.Zo kan het bedrijf de nieuwste ontwikkelingen op nationaal eninternationaal niveau opvolgen en opportuniteiten in een vroegstadium opsporen. Ons direct toepasbaar onderzoek blijft gerichtop kostenbeheersing, de garantie van de effluentnormen ende introductie van best beschikbare technologieën. Het strategischonderzoek is gegroepeerd rond de pijlers duurzame water zuivering,integraal waterbeheer en asset management van de (riool) -infrastructuur.Verslag van de raad van bestuur47


48<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>BIJDRAGE AAN EEN INTEGRAAL WATERBEHEERDe Vlaamse overheid is bezig om de Europese zwemwater -richtlijn in praktijk om te zetten. Een van de actiepunten isde bacteriologische vervuiling in kaart brengen die viaverschillende wegen de zee bereikt. <strong>Aquafin</strong> heeft ervaringmet kwalitatieve metingen van overstortwater uit de riool enkon de Vlaamse Milieumaatachappij het voorbije jaar bij haaronderzoek ondersteunen door een meetcampagne uit tevoeren op een overstort aan de kust.Onnodige overstorten voorkomen, is een voorwaarde vooreen goed werkend rioolstelsel. Systematische overstort -bemetingen kunnen blokkeringen van knijpconstructies alvroeg opsporen. Daarom ontwikkelden we het EPIGONEnetwerk, waarin overstortmetingen gekoppeld worden aaninformatie van een buienradar om overstortgebeurtenissenbij droog weer te kunnen detecteren.In <strong>2012</strong> bouwden we verder ervaring op met ComputationalFluid Dynamics modellering. We gebruiken deze methodiek o.a.om slibuitspoeling in nabezinktanks te bestuderen, oplossingente zoeken voor zandophoping in beluchtingsbekkens ofproblemen met omloopsnelheid of menging te analyseren.ASSET MANAGEMENTIn de riool kunnen zich allerlei dampen of gassen vormen,waarvan waterstofsulfide wellicht het best bekend is.Betoncorrosie veroorzaakt door de productie van water stof -sulfide, is een wereldwijd probleem in rioolstelsels. Op basisvan modelmatige analyse en metingen ontwikkelden weeen beslissingsboom die geval per geval de nodige lengte aancorrosiebestendige buis berekent. Op die manier kande problematiek van betoncorrosie al van bij het ontwerpworden opgevangen. In bestaande situaties dienen operationelemaatregelen genomen te worden, zoals bijvoorbeeld dedosering van ijzer of nitraat, om sulfidevorming en de eruitvolgende aantasting te vermijden of terug te dringen.Ook de bepaling van deze maatregelen maken deel uit vande nieuwe aanpak.EUROPESE EN VLAAMSE PROJECTENIn <strong>2012</strong> was <strong>Aquafin</strong> betrokken in 7 onderzoeksprojectenmet externe partners. Vier projecten worden gefinancierddoor Europa en zijn vorig jaar nieuw gestart. In een stedelijkeomgeving kan de warmte die nog aanwezig is in de riolennuttig worden hergebruikt. <strong>Aquafin</strong> onderzoekt binnen hetproject INNERS mee de mogelijke voordelen voor het milieuvan een toepassing op grote schaal. Minotaurus test nieuwetechnologieën uit om organische vervuilende stoffen uit afval -water, grondwater en de bodem te verwijderen. In de toekomstzullen de normen waaraan het gezuiverde afval water moetvoldoen, immers alleen maar strenger worden. Sanitas wilde impact van het stedelijk watersysteem op klimaatveranderingminimaliseren en omgaan met toekomstige variaties inwaterkwantiteit en -kwaliteit. Binnen Raingain wordt gewerktaan de beschikbaarheid van gedetailleerde neerslag- en water -overlastgegevens. Die moeten operationele water beheerdersin de stad in staat stellen adequaat te reageren op hevigeneerslag en de schade door wateroverlast te voorkomen.Verder neemt <strong>Aquafin</strong> deel aan drie Vlaamse projecten diein <strong>2012</strong> werden opgestart. Van restwarmte naar proceswarmteis een Vlaams gesubsidieerd onderzoeksproject van dehogeschool West-Vlaanderen, dat tot doel heeft restwarmte inde industrie op te waarderen voor verschillende toepassingen.De blauwe cirkel is een Vlaams collectief innovatietrajectvan een ruime groep van grote bedrijven en KMO’s rond hetduurzaam hergebruik van water en valorisatie van reststromenmet hoge concentratie aan zouten. Doel is het nagaan vanhet valorisatiepotentieel van anorganische zoutstromen,waaronder voor <strong>Aquafin</strong> slibwaters van slibgistingen.Innovatieve stikstofverwijdering in actief-slib is een Vlaamsgesubsidieerd onderzoeksproject gericht op de optimalisatievan het Anammoxproces. Bij dit proces verloopt de biologischestikstofverwijdering via een verkorte stikstofcyclus, wat leidttot een hogere energie-efficiëntie.


BelangrijksterisicofactorenAFREKENINGEN VAN DE FINANCIËLE JAREN 2010& 2011 DOOR HET ECONOMISCH TOEZICHTOp 20 juli <strong>2012</strong> heeft de Vlaamse Regering de rekening vanhet boekjaar 2010 goedgekeurd. Een zeer beperkt bedrag werdverworpen.Het advies over het boekjaar 2011 werd door het economischtoezicht overgemaakt aan de Minister van Leefmilieu. Het voorstelwordt door de minister in beraad gehouden. Na analyse vanhet advies heeft <strong>Aquafin</strong> een antwoord geformuleerd op degestelde vragen en aangegeven onduidelijkheden. Wij menende redelijkheid van de gemaakte kosten voldoende te hebbenaangetoond. Om die reden is er dan ook geen provisie aangelegdvoor eventueel te verwerpen kosten.OPLEVERINGSDOSSIERS VOOR HET GEWESTTijdens de laatste maanden van <strong>2012</strong> werd bij het opleveren vannieuwe installaties vastgesteld dat het Vlaamse Gewest, meer danvroeger, de redelijkheid van kosten betwist. <strong>Aquafin</strong> is zich terdegebewust van deze gewijzigde houding en probeert er pro-actiefop in te spelen door zijn dossiers aan te passen en nog beter voorte bereiden.Daar waar <strong>Aquafin</strong> meent dat het Vlaamse Gewest bepaaldekosten ten onrechte weigert, neemt ze aangepaste remediërendeacties.Verslag van de raad van bestuur49


50<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>JURIDISCHE GESCHILLENVERZEKERINGSDOSSIERSnWateroverlast in een woonwijknOnvoldoende betonwapening op RWZI DeurneDit dossier behandelt schade als gevolg van wateroverlastbij ongeveer vierhonderd bewoners van een woonwijk in 1998.Eind 2010 deed de rechter een voor <strong>Aquafin</strong> gunstigeuitspraak, waarbij het overgrote deel van de eisen als verjaard,niet toelaatbaar of ongegrond werden beoordeeld. Tegen dezeuitspraak is door de tegenpartijen in april 2011 beroepingesteld. Deze beroepsprocedure loopt nog steeds.Bovenstaande ontwikkelingen geven geen aanleiding omde vroegere beslissing geen provisie aan te leggen te wijzigen.nRWZI Deurne - instorting tussenmuurOp RWZI Deurne stortte in september <strong>2012</strong> de muur tussenhet anaërobe bekken en een beluchtingsbekken in. De instortingbracht een aanzienlijke materiële gevolgschade met zich mee.<strong>Aquafin</strong> heeft na verder onderzoek uit veiligheids overwegingenbijkomende maatregelen genomen, zoals het leegpompen vaneen extra bekken. Deze maatregelen hadden dan weer impactop de waterzuivering en de slibverwerking in de droger.Naast de materiële schade, lijdt <strong>Aquafin</strong> dus ook aanzienlijkeoperationele schade.Om deze gevolgschade te beperken zonder onze kansenom de schade bij eventuele derde aansprakelijke partijen terecupereren in het gedrang te brengen, nam <strong>Aquafin</strong> hetinitiatief om een gerechtsdeskundige te laten aanstellen.Zijn opdracht bestaat erin om het zo snel mogelijk opnieuw ingebruik nemen en herstellen van de installatie te combinerenmet het onderzoek naar mogelijke oorzaken.In januari 2013 gaf de gerechtsdeskundige de toestemmingom één bekken weer in gebruik te nemen en kon de drogeropnieuw opstarten. Ondertussen werd onderzoek gedaannaar mogelijke oorzaken en werden de eerste stappen gezetom het herstel van de installatie mogelijk te maken.Aangezien er duidelijke indicaties zijn dat derde partijentechnische aansprakelijkheid dragen, is er op dit ogenblik noggeen reden om een provisie aan te leggen.In 2007 werd ontdekt dat de wanden van bepaaldebeluchtingsbekkens van de zuiveringsinstallatie van Deurneonvoldoende gewapend waren, als gevolg van een ontwerp -fout. Volgens <strong>Aquafin</strong> is dit schadegeval deels gedekt dooronze Alle Bouwplaatsrisico-verzekering (ABR) en deels doorde beroepsaansprakelijkheidsverzekering van het betrokkenstudiebureau.Het niet door de ABR-verzekeraar betaalde bedrag werdin 2011 deels teruggevorderd van het studiebureau dat deontwerpfout maakte en deels van het op de werf actievecontroleorganisme. Deze recuperatieprocedures worden actiefopgevolgd maar lopen nog steeds. Dit deel van de kostenwerd geprovisioneerd.nBetonproblematiek op RWZI BruggeBij de voorlopige oplevering van de renovatie van RWZIBrugge werd in een beluchtingsbekken een aftekening vande wapening in het beton vastgesteld. Later kwam vast testaan dat deze schade zich verder zet en niet alleen in ditbekken. Een analyse door <strong>Aquafin</strong> besteld, duidde tweeoorzaken aan: een onvoldoende betondekking en verhoogdechloridewaarden. Op basis van de studie werd in samenspraakmet de aannemer een herstelmethode uitgewerkt. Waar nodigmoet de beton worden hersteld en aangevuld en moet erook een zogenaamde kathodische bescherming wordenaangebracht. De eigenlijke herstellingen werden uitgevoerdin de afgelopen jaren. Ze worden in 2013 afgerond. De kostenvan het eerst vermelde deel van het herstel worden door deaannemer gedragen, de kosten van het laatste gedeelte door<strong>Aquafin</strong>. Er is een dading afgesloten tussen de verzekerings -maatschappij en de verzekerden en tussen de verzekerdenonderling.De ABR-verzekeraar ACI is voor een aanzienlijk bedrag tussengekomen. Dit bedrag dekte enerzijds de reeds uitgevoerdeherstel- en beschermingsmaatregelen en zal anderzijds dienenom de kost van de nog uit te voeren werken te dekken.In dit dossier wijzen de feiten niet op een noodzaak tot hetaanleggen van een provisie.


Belangrijkste evolutiesna het boekjaarGOEDKEURING OPTIMALISATIEPROGRAMMA 2014Op 19 oktober <strong>2012</strong> heeft de Vlaamse Regering het budgetvoor de uitbouw van de bovengemeentelijke zuiverings -infrastructuur voor het programmajaar 2014 opnieuwvastgelegd op 250 miljoen euro. Op 4 januari 2013 werd deopdracht tot uitvoering van dit programma door Vlaamsminister van Leefmilieu Joke Schauvliege overgemaakt aan<strong>Aquafin</strong>.Het optimalisatieprogramma 2014 voorziet budget voor126 nieuwe projecten en 21 projecten die werden doorgeschovennaar dit programma. Verder wordt er voor 9 projecten alleenhet studiewerk (opmaak technisch plan) opgedragen.Het opgedragen bedrag voor al deze projecten bedraagt139,5 miljoen euro, waarvan 71,5 miljoen euro is toegewezenvoor investeringen in het kader van het lokaal pact met degemeenten.Om de toekomstige prijsstijgingen voor deze projectenop te vangen, werd er 60 miljoen euro voorzien. De resterende50 miljoen euro is in dit programma expliciet ter beschikkinggesteld voor de afbouw van de gecumuleerde overschrijdingvan het investerings- en het renovatieprogramma vanvroegere programmajaren.De optimalisatieprogramma’s worden opgemaakt doorde Vlaamse Milieumaatschappij, in overleg met <strong>Aquafin</strong>,de provincies en de bekkenbesturen. Ze omvatten projectengericht op de bijkomende sanering van lozingspunten,de bouw van kleinschalige zuiveringsinstallaties en de aanlegvan strategische regenwaterleidingen om de bestaandeinfrastructuur te verbeteren. Bij de keuze van de projectenwordt gelet op hun ecologisch en economisch rendement.OPGEDRAGEN PROJECTEN (mio euro)300250200150100500IP20042002-2003IP20052004OP20062005OP20072005OP20082006-2007OP20092008OP20102009OP20112010OP<strong>2012</strong>2011OP2013<strong>2012</strong>OP20142013n Waarde projectenn Lokaal pactn Toegezegd budgetVerslag van de raad van bestuur 51


52<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Commentaarbij de balansOp het einde van het boekjaar bedraagt het balanstotaal3.164 miljoen euro, 143 miljoen euro hoger dan vorig boekjaar.Deze toename is enerzijds een gevolg van de netto-aangroeivan de investeringen in de waterzuiveringsinfrastructuur,uitgevoerd in opdracht van het Vlaamse Gewest. Zo werden in <strong>2012</strong>investerings- en optimalisatieprojecten opgeleverd voor een totaleaannemingswaarde van bijna 175 miljoen euro. Anderzijds kocht<strong>Aquafin</strong> in <strong>2012</strong> VMM-installaties aan voor bijna 64 miljoen euro inhet kader van de uitvoering van addendum N° 7 aan de beheers -overeenkomst (bedrag inclusief registratierechten en kosten).Alle installaties blijven eigendom van <strong>Aquafin</strong> tot het einde vande beheersovereenkomst met het Vlaamse Gewest.In <strong>2012</strong> was er een afname van de activa in aanbouw met 6%tot 255 miljoen euro. Onder de activa in aanbouw worden allebovengemeentelijke projecten in uitvoering opgenomen. De afnamevan deze rubriek is een gevolg van de daling van de marktprijzenin <strong>2012</strong>.Onder de financiële vaste activa is onder andere de meerderheids -participatie opgenomen van <strong>Aquafin</strong> in Aquaplus, ten bedrage van0,704 miljoen euro. Per 31 december <strong>2012</strong> werd deze participatie bij<strong>Aquafin</strong> gewaardeerd op basis van de meest recente financiëleinformatie.De prestaties buiten het kader van de beheersovereenkomstdie nog niet voltooid zijn, worden opgenomen onder de rubriek‘bestellingen in uitvoering’. Door de toegenomen bouwactiviteitbuiten het kader van de Beheersovereenkomst groeiden de voorradenen bestellingen in uitvoering met 64% tot 136 miljoen euro.


De toename van de handelsvorderingen is gedeeltelijk eengevolg van de snellere facturatie van de werkingskosten m.b.t.het 1e kwartaal 2013 en nagekomen kosten project opleveringen.Deze vorderingen zijn nog niet vervallen per einde <strong>2012</strong>.Anderzijds is er een afname van de tijdelijke kas overschotten(geldbeleggingen), die per einde 2011 nog 53 miljoen eurobedroegen. In januari <strong>2012</strong> werden deze fondsen aangewendvoor de hoger vermelde aankoop van VMM-installaties.Indien de algemene vergadering de voorgestelde winst -verdeling aanvaardt, wordt de wettelijke reserve met 0,486miljoen euro verhoogd.In uitvoering van de beheersovereenkomst met het VlaamseGewest werden de investeringen initieel terug betaald over15 jaar. Doordat dit terugbetalingsritme sneller verliep dan deafschrijvingen, ontstond een positief saldo voor de verderefinanciering van de afschrijvingen na de terugbetalings periode.Dit positief saldo werd met goedkeuring van de CommissieBoekhoudkundige Normen op een speciale passiefrekeninggeregistreerd, namelijk ‘vergoeding Vlaamse Gewest’.Eind 2008 werd de termijn van de jaarlijkse vergoedingvoor aannemingen bouwkunde van 15 jaar op 30 jaar gebrachtvoor de opleveringen vanaf 1 januari 2009. Dat gebeurde viaeen addendum aan de beheersovereenkomst tussen hetVlaamse Gewest en <strong>Aquafin</strong>. Deze nieuwe termijn sluit beteraan bij de economische levensduur van de infrastructuur.In 2009 werd ook de resterende terugbetalingstermijnvan bouwkundige projecten opgeleverd vóór 1 januari 2009verdubbeld. Deze aanpassing ging in op 1 januari 2010.In <strong>2012</strong> was er een beperkte toename van de ‘vergoedingVlaamse Gewest’ van 800 miljoen euro tot 811 miljoen euro.De voorziening voor risico’s en lasten neemt licht toe tenopzichte van 2011. Op basis van de meest recente gegevenswerden de nodige aanpassingen gedaan. De voorziening voorrisico’s en lasten heeft betrekking op juridische geschillen,verzekeringsdossiers, geschillen in het kader van de uitvoeringvan de beheersovereenkomst, verwerking van het slibgebufferd in de installaties en brugpensioenen.De financiering op lange termijn is gebaseerd op deaffectatie overeenkomst. Die bepaalt dat het saldo van dekredieten op lange termijn kleiner moet zijn dan de toekomstigeaanspraken die <strong>Aquafin</strong> heeft op de drinkwater maatschappijen,respectievelijk het Vlaamse Gewest. Deze aanspraken bestaanuit het nog niet betaalde gedeelte van de investerings -projecten die al opgeleverd zijn. Per einde <strong>2012</strong> was dit bedrag1.721 miljoen euro. In <strong>2012</strong> heeft <strong>Aquafin</strong> 190 miljoen eurokredieten op lange termijn opgenomen, waarvan 100 miljoeneuro bij de Europese Investeringsbank en 90 miljoen euro bijcommerciële banken en/of institutionele investeerders.Rekening houdend met de terugbetalingen van al eerderopgenomen leningen bedraagt het saldo van de bankleningen oplange termijn onder affectatie 1.491 miljoen euro, waarvan bijna146 miljoen euro binnen het jaar moet worden terugbetaald.In het afgelopen boekjaar was er een toename van definanciering op korte termijn via commercial paper van 73 miljoeneuro per einde 2011 naar 127 miljoen euro per einde <strong>2012</strong>.<strong>Aquafin</strong> beschikt over een kredietlijn van 165 miljoen euro,inclusief de gesyndiceerde lening voor de korte termijnfinanciering van activiteiten binnen het kader van debeheersovereenkomst. Voor de financiering op korte termijnvan gemeentelijke transportprojecten heeft <strong>Aquafin</strong> eenkredietlijn van 17 miljoen euro beschikbaar. Binnen beidekredietlijnen werden geen opnames verricht per einde <strong>2012</strong>.Verslag van de raad van bestuur53


54<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Commentaar bijde resultatenrekeningIn de beheersovereenkomst met het Vlaamse Gewest isbepaald dat de vergoeding van <strong>Aquafin</strong> gebeurt op basis vande doorrekening van alle redelijke kosten, verhoogd met eenvergoeding voor de aandeelhouders die gebaseerd is op huninbreng in het eigen vermogen. Hieruit volgt dat de kosten enopbrengsten in grote mate een spiegelbeeld zijn van elkaar.De verhoging van de kosten en in het bijzonder die van dehandelsgoederen, grond- en hulpstoffen, diensten en diversegoederen, bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen, ligt inde lijn van de groei van de infrastructuur die door <strong>Aquafin</strong>geëxploiteerd en uitgebouwd wordt, zowel binnen als buitenhet kader van de beheersovereenkomst. Het steeds groeiendpatrimonium verklaart ook de continue groei van deafschrijvingen.De beweging op de waardeverminderingen en provisiesheeft betrekking op waardeverminderingen en provisiesvoor bedragen die het Vlaamse Gewest tijdens het afgeslotenboekjaar heeft betwist. Voor nieuwe juridische geschillen werdbeslist een provisie aan te leggen ter waarde van de redelijkeinschatting van de claim, rekening houdend met de slaagkans.De sterke toename van de financiering met vreemdvermogen tijdens 2011 en <strong>2012</strong> resulteert in een stijging vande kosten van schulden met 12,8 miljoen euro ten opzichtevan boekjaar 2011.Met een actief beheer van het renterisico wil <strong>Aquafin</strong> definancieringskost optimaliseren. Sinds 2006 heeft de Raadvan Bestuur de implementatie van een dynamisch beheervan het renterisico goedgekeurd, waarbij de krijtlijnen voorhet rente management zijn uitgetekend.Na verrekening van de provisies, de waardeverminderingenen de niet aan het Vlaamse Gewest doorgerekende kostenen opbrengsten, inclusief het resultaat van de commerciëleactiviteiten, wordt de winst voor belastingen 12,08 miljoen euro.Vanaf aanslagjaar 2007 werd het begrip notionele interest -aftrek ingevoerd in de vennootschapsbelasting, waardoor de kostvan de waterzuivering voor de burger lager wordt.


Voorstel aande algemenevergaderingRekening houdend met de winst na belastingen van hetboekjaar van 9.695.405,26 euro en een overgedragen winst van9.302,86 euro, bedraagt de te bestemmen winst 9.704.708,12 euro.l toevoeging aan de wettelijke reserve: 486.000,00 eurol vergoeding van het kapitaal: 9.218.371,23 eurol overgedragen winst: 336,89 euroIndien de algemene vergadering de voorgestelde winst -verdeling goedkeurt, zal op 22 april een bruto dividend uitbetaaldworden van:ll10,84 euro voor de aandelen die volledig volstort zijn2,71 euro voor de aandelen die niet volledig volstort zijn.Verslag van de raad van bestuur55


56<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>


Maatschappelijkverantwoord ondernemenConcrete engagementen naar stakeholders 58Proactief financieel beleid voor onze aandeelhouder 59Bouwen aan een duurzame relatie met onze klanten 60Respect voor het milieu 61Oog voor onze omgeving 66Zorg voor medewerkers 7057


58 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Concreteengagementennaar stakeholders<strong>Aquafin</strong> wil een werkelijke waarde toevoegen aan de samenleving,aan de natuurlijke omgeving en toekomstige generaties. Daarom hebbenwe onze bedrijfswaarden vertaald in duidelijke engagementen naaronze aandeelhouder, onze klanten, onze omgeving, het milieu en onzemedewerkers.We willen in dialoog gaan en samenwerken met onze stakeholderswaar dat kan. Voor een optimale uitbouw en beheer van dezuiveringsinfrastructuur is het belangrijk dat alle betrokken actorenen belanghebbenden samen constructief aan de best mogelijkeoplossingen werken voor mens en milieu.


“In de voorbije 20 jaar heeftde Europese Investerings bank<strong>Aquafin</strong> zien uitgroeien tot eenEuropese koploper inzake afval -waterzuivering, die sterk opverbetering gericht is en zijnmissie optimaal vervult.<strong>Aquafin</strong>’s voortdurende blik opde toekomst was een cruciaalelement voor de voortzetting vanons partnership. We waarderende anticipatie van het bedrijfop de klimaatverandering,zijn technologische performantieen zijn innovatieve kracht.De projecten die <strong>Aquafin</strong> metde financiering van de EIB kanrealiseren, zullen bijdragen toteen verdere verbetering vande waterkwaliteit in de Vlaamsewaterlopen, met een directeimpact op de Schelde enop de Noordzee.”Vice-President EIBPim Van BallekomProactieffinancieel beleidvoor onzeaandeelhouder<strong>Aquafin</strong> engageert zich om steeds de belangen van de aandeelhoudervoor ogen te houden, in evenwicht met de andere gedefinieerde domeinen.<strong>Aquafin</strong> gaat zeer omzichtig om met de financiële middelen dieworden geïnvesteerd in de zuiveringsinfrastructuur van het gewest.We zorgen voor deze infrastructuur als een goede huisvader. Voor definanciering van de uitbouw van de zuiverinsinfrastructuur trekken we zogoedkoop mogelijk middelen aan. Ook voor de exploitatie van dezuiveringsinstallaties springen we zuinig om met de beperkte middelen,maar we zorgen er uiteraard wel voor dat de normen altijd gerespecteerdworden. Voor een deel van onze leningen op lange termijn doen weaan rentemanagement, ook al heeft het bedrijf zelf daar geen directebaten bij.<strong>Aquafin</strong> gaat steeds vroeg mee met interessante evoluties op definanciële markt en past zich aan de veranderende financiële wereld aan.Het bedrijf was bij de eerste in de sector om een commercial paperprogrammaop te zetten, of om een obligatielening uit te geven waarook particulieren op konden intekenen. Door onze hoge rating, maar ookdoor het feit dat we onze beloftes in de financiële wereld altijd nakomen,geniet <strong>Aquafin</strong> het volle vertrouwen van de bankwereld. Daardoor kunnenwe de zware investeringen in de zuiveringsinfrastructuur voor het gewestoptimaal financieren.Door de oefeningen met betrekking tot activity based costing is<strong>Aquafin</strong> vandaag in staat om snel in te spelen op vragen met betrekkingtot kostprijs en budgetmodellen.Maatschappelijk verantwoord ondernemen59


60 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Bouwen aaneen duurzamerelatie metonze klanten<strong>Aquafin</strong> wil zowel aan het Vlaamse Gewest als aan de Vlaamsegemeenten producten en diensten leveren, die een meerwaardehebben op lange termijn. We denken mee met onze klanten enhouden een open blik op de wereld om ons heen, om te anticiperenop ecologische, administratieve of regulatieve wijzigingen.Een integrale kijk op waterbeheer wint vandaag meer en meeraan belang. In plaats van betonnen bufferbekkens te bouwen, wordteerder gezocht naar natuurlijke oplossingen. Daarnaast staat ookVlaanderen voor de uitdaging om in te spelen op de gevolgen vanklimaatwijzigingen. Tegelijk blijft duurzaam ondernemen hoog opde agenda. Intelligent omspringen met energieverbruik, energie -recuperatie, recuperatie van grondstoffen uit het afvalwater enhet beperken van emissies bij het waterzuiveringsproces zijn hetonderwerp van heel wat onderzoekswerk binnen <strong>Aquafin</strong>. Het bedrijfbereidt zich ook voor op strenger wordende Europese normenwaaraan het gezuiverd afvalwater in de toekomst zal moeten voldoen,zoals het verwijderen van moeilijk oplosbare organische stoffen.<strong>Aquafin</strong> wil op maat van de gemeenten werken door devolgende jaren trekker te zijn op het gebied van hemelwater -plannen en asset management instrumenten. We blijven er echterover waken dat onze producten en diensten voor de gemeentenin lijn blijven met onze missie en onze kernactiviteiten voor hetVlaamse gewest.“Omwille van het veranderendeklimaat wil de gemeente proactiefinzetten op het voorkomen vanwateroverlast. We willen op ditgebied een voorloper zijn met deopmaak van een hemelwaterplan,waarvoor we een beroep doenop de knowhow van <strong>Aquafin</strong>.”Nico D´Haese,Diensthoofd Infrastructuur Wetteren“Zonder het roer uit handen tegeven en binnen de budgettairemogelijkheden van onze stad,beheren wij de bestaanderioleringen en de nieuweprojecten samen met <strong>Aquafin</strong>.De terreinkennis van onzemedewerkers en de expertisevan <strong>Aquafin</strong> is een perfecte mixvoor een goed rioolbeheer.Recent maken we ook gebruik vande financierings mogelijkheden.Een uitgebreid marktonderzoek3 jaar geleden heeft ons totde juiste rioolbeheerder geleid.”Leen Beke,Schepen voor Openbare Werken Geel


Respect voorhet milieu“De terugkomst van prachtigewaterdieren als de otter of dezeehond toont aan dat het metde waterkwaliteit in Vlaanderende goede kant opgaat.De bijdrage die <strong>Aquafin</strong> daarin devoorbije decennia geleverd heeft,is daarbij van doorslaggevendbelang geweest.”Bij al onze beslissingen wegen we af wat de beste keuze is voorhet milieu. We streven naar een duurzaam gebruik van materialen,grondstoffen, energie en ruimte, om de ecologische voetafdruk vanhet waterzuiveringsproces zo laag mogelijk te houden.ENERGIEVERBRUIK VERLAGENOP DE ZUIVERINGSINSTALLATIESUit audits blijkt dat onze zuiveringsinstallaties qua energie -verbruik efficiënt ontworpen zijn. Toch blijft het zuiveringsprocesbehoorlijk energie-intensief. De energiekost voor de zuiveringvan afvalwater bedraagt immers zo’n 25 miljoen euro per jaar,een kwart van de totale operationele kost van <strong>Aquafin</strong>.Chris Steenwegen,directeur NatuurpuntOp het gebied van on-line sturing van het zuiveringsproces,zijn we al bij de voorlopers in Europa. Sensoren voor zuurstof-,nitraat-, ammonium-, fosfaat- en turbiditeitsmetingen helpenom het zuiveringsproces op de installaties zo precies mogelijk testuren, zodat er geen kostbare energie verspild wordt.<strong>Aquafin</strong> wil werk maken van een nog meer doorgedrevenenergiebeheer. Het bedrijf wil de volgende jaren telkens besparenop zijn energiefactuur. Daarom zal <strong>Aquafin</strong> elk jaar minstens500.000 euro aan energieprojecten besteden.De grootste energiebesparingen verwezenlijken we metprojecten die de beluchting van het afvalwater optimaliseren,omdat dat proces bijna de helft van het energieverbruik van eenwaterzuivering uitmaakt. Minder grote, maar niet minderbelangrijke besparingen realiseren we door de verwarming vanonze gebouwen milieuvriendelijker aan tepakken. Dit soort projecten heeft tegelijkeen grote sensibiliseringskracht voor onzemedewerkers, omdat ze aangeven dat energiebesparen een prioriteit is voor <strong>Aquafin</strong>.Maatschappelijk verantwoord ondernemen61


62 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong><strong>Aquafin</strong> streeft tegen 2020 naar een productie van 13%groene stroom. Dit engagement leefde in <strong>2012</strong> duidelijkbinnen het bedrijf. In 2011 waren er twee slibgistings -installaties die meer dan 1 miljoen kWh per jaar produceerden,wat al een heel mooie prestatie was. In <strong>2012</strong> overschredenmaar liefst vijf gistingen deze grens, op de RWZI’s inAntwerpen-Zuid, Hasselt, Harelbeke, Gent en Leuven.Ook ons streven naar een vermindering van hetelektriciteitsverbruik met 20% wordt door alle medewerkersop de zuiveringsinstallaties ter harte genomen. Het specifiekeenergiegebruik (kWh/IE) van alle RWZI’s samen daalt continu,ook al hebben we in <strong>2012</strong> veel meer water moeten verpompendan in 2011 doordat het zo’n nat jaar was.ENERGIEBELEIDSVERKLARINGOm het energieverbruik terug te dringen volgt <strong>Aquafin</strong>de filosofie van de Trias Energetica. Het model maaktgebruik van drie stappen, die achtereenvolgens doorlopenmoeten worden. De eerste en de belangrijkste stap isenergieverbruik vermijden. Elke kWh die we nietverbruiken, hoeft namelijk ook niet opgewekt te worden.We willen dat elke medewerker het energieverbruik in hetachterhoofd houdt bij het op punt stellen van processen,de aankoop van materialen en de bouw of exploitatie vanonze infrastructuur. De volgende stap is de benodigdeenergie zoveel mogelijk duurzaam opwekken. We willeneen maximaal rendement uit onze slibgistingen halen,op een ethisch verantwoorde manier. De groene energiedie we niet zelf kunnen opwekken, zullen we aanvullenmet de aankoop van groene stroom tot minstens debesparing van 20% op primaire energie en 13% groenestroomproductie. Stap drie is de ‘eindige’ fossiele energie -bronnen zo efficiënt mogelijk gebruiken. Daartoe zoekenwe continu naar verbeteringen, zowel in de processen alsin de apparatuur die we inzetten.De energiebeleidsverklaring van<strong>Aquafin</strong> is gestoeld op de EuropeseKlimaatdoelstelling.Tegen 2020 willen we 20% primaireenergie sparen, 20% op transportsparen en 13% groene stroomopwekken, wat ook de doelstellingvoor lidstaat België is.Tegen 2020 willen we onze transportenergie verminderdhebben met 20%. In <strong>2012</strong> hebben we gefocust op één deel -aspect van het transport: vloeibaar slib. Jaarlijks transporteert<strong>Aquafin</strong> bijna 1 miljoen m³ vloeibaar slib over een totaleafstand van bijna 2 miljoen km. We willen dit transport met20% verminderen door het drogestofgehalte van het slib 1%hoger te krijgen. Zo daalt het volume van dit vloeibare slib met20%. In <strong>2012</strong> is het drogestofgehalte al met 0,3% toegenomen,waarmee we in één jaar tijd al zo’n 2000 vrachten van de weghebben gehaald. In 2013 zullen we ook meer gaan focussen opde andere vormen van transportenergie, met name het woon/werk en werk/werk transport.<strong>Aquafin</strong> wil niet enkel energie besparen, maar zijn focusverbreden tot de CO 2 -problematiek. In 2013 zullen webeginnen met een inventaris maken van de activiteiten diede grootste CO 2 uitstoot veroorzaken.ENERGIERECUPERATIE EN -PRODUCTIEUIT SLIBTijdens het waterzuiveringsproces worden grote hoeveel -heden zuiveringsslib geproduceerd. In die actief-slibmassa levenmiljoenen bacteriën en andere micro-organismen. Ze verbruikende vervuiling in het rioolwater als voedsel. Door de gunstigeleefomstandigheden in het afvalwater, groeit de massa snelaan. Het slib dat overtollig is, wordt in aanzienlijke matebeperkt door indikking, vergisting, ontwatering en droging.De verwerking en afzet van resterend zuiveringsslib is nietalleen een zware kost voor <strong>Aquafin</strong>, maar ook een belastingvoor het milieu, door de vele duizenden transporten aanvloeibaar slib en gedroogd slib per jaar. Een berekeningsmodeloptimaliseert de logistieke keten van de slibverwerking.Het model maakt het eenvoudiger om strategischebeslissingen te nemen, maar biedt ook de mogelijkheid omwekelijkse fluctuaties in de slibtransporten te minimaliseren.


EINDAFZET VAN HET ONTWATERDE ZUIVERINGSSLIB100%80%60%40%20%n Bodemverbeteraar/landbouwn Storten (eventueelna solidificatie)n Afdichting stortplaatsn Verbrandingn Co-verbrandingna droging0%199719981999200020012002200320042005200620072008200920102011<strong>2012</strong>AFZET ZUIVERINGSSLIB IN <strong>2012</strong>IN TON DROGESTOFnElektriciteit en warmte door biogasproductieAfdichting stortplaats1.609Verbranding <strong>Aquafin</strong>22.840Verbranding extern40.160Co-verbranding externna droging32.381Bij het vergisten van waterzuiveringsslib wordt organischmateriaal bacterieel afgebroken en omgezet in biogas.Hierdoor vermindert het volume slib dat nog verder moetbehandeld worden. Dit biogas is bovendien een energiedrager.Het bevat ongeveer 65% methaan, dat zowel in warmte als inelektriciteit kan omgezet worden. De opwekking van elektriciteitgebeurt met gasmotoren, die een elektrisch vermogen hebbenvan 200 tot 500 kW elektrisch . De koelingswarmte van degasmotoren wordt bovendien gebruikt voor de verwarmingvan de slibgisting en in een aantal gevallen ook voor deverwarming van de dienstgebouwen.De geproduceerde groene elektriciteit wordt steeds op dezuiveringsinstallatie zelf gebruikt. Daardoor moet <strong>Aquafin</strong>minder elektriciteit aankopen en krijgt het bedrijf al sinds2002 groenestroom certificaten. Een groenestroomcertificaattoont aan dat 1.000 kWh elektriciteit werd opgewekt uit eenhernieuwbare energiebron. Vanaf 2013 zal er echter eennieuwe wetgeving in voege treden, waardoor het (financiële)belang van de groenestroomcertificaten afneemt. Eén MWhgroene stroom zal dan niet meer met één groenestroom -certificaat beloond worden. Dat neemt niet weg dat <strong>Aquafin</strong>er verder naar zal streven om de productie van groene stroomverder te laten stijgen.Op de site van RWZI Deurne wordt het biogas niet omgezetin elektriciteit, maar verbrand in een stookketel omzuiveringsslib te drogen. Het geproduceerde biogas vervangter dus aardgas in verbrandingsprocessen.In <strong>2012</strong> werd 50% van de 110.229 ton drogestofzuiveringsslibvergist. Hierbij ontstond biogas waarmee onzegasmotoren samen 9,5 miljoen kWh elektrisch opwekten. Dat isopnieuw 1.200.000 kWh of 14,5% meer dan het jaar ervoor,terwijl er geen bijkomende slibgistingen in gebruik genomenwerden. Onze verhoogde aandacht voor de productie vangroene energie heeft er dus toe geleid dat op drie jaar tijd bijna100% meer groene elektriciteit is geproduceerd dan voorde start van het energiemanagement. Er blijven nu nog tweegistingen waarvan we mogen verwachten dat ze de kaap vanmeer dan 1 miljoen kWh groene stroom kunnen overschrijden.Maatschappelijk verantwoord ondernemen63


64 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Dendermonde moet daar in 2013 in slagen en Genk – datmomenteel stil ligt omdat het gerenoveerd wordt – zal daarvermoedelijk in 2014 of 2015 ook nog bijkomen.nSlibpellets als bron van thermische energieOm het niet-vergiste slib en het overblijvende slib nade slibgisting te drogen, heeft <strong>Aquafin</strong> vier drooginstallatiesin gebruik. Ze vormen een milieutechnische eenheid met deRWZI’s van Deurne, Houthalen, Leuven en Brugge. Sinds deopstart van de slibdrooginstallatie van Leuven in 2003 isde voorziene slibdrogingsinfrastructuur van <strong>Aquafin</strong> vollediguitgebouwd. De drogers van Brugge en Houthalen daterenvan 2001, die van Deurne van 1998. Waar 10 jaar geledenhet drogen nog voor 100% gebeurde in installaties van derden,wordt het slib momenteel voor 99,96% gedroogd in droog -installaties van <strong>Aquafin</strong>.De slibdroging, in 1997 nog maar goed voor 5% van de afzet,werd belangrijker waarbij het aandeel slib dat gedroogd werdin <strong>2012</strong> een 33% bedroeg. Hierin is het slib dat in Bruggegedroogd wordt alvorens ter plaatse verbrand te worden nietmeegerekend. Het is vervat in de categorie ‘verbranding’.Drogen van ontwaterd slib levert een drogestofgehalte opvan ca. 90%. Het zuiveringsslib wordt gedroogd tot korrelswaarvan de calorische waarde nuttig kan gebruikt worden omandere brandstoffen te vervangen in steenkool- of bruin kool -gestookte elektriciteitscentrales en in cementovens; in <strong>2012</strong>ging het over 32.381 ton droge stof. Men spreekt in dit gevalvan co-verbranding. Ook ontwaterd niet-gedroogd slib kanco-verbrand worden.nVerbranden van slibIn <strong>2012</strong> werd in totaal 62.999 ton slib omgerekend naardroge stof verbrand. 61,6% daarvan werd verbrand in de SLECOverbrandingsoven te Beveren en 37,9% in de slibverbrandings -installatie van Brugge die <strong>Aquafin</strong> in dienst heeft. De rest gingnaar twee andere verbrandingsinstallaties.HERGEBRUIK VAN AFVALWARMTEVAN DERDENPRODUCENT VAN GRIJS WATERNiet alleen in het zuiden, maar ook in het noorden vanEuropa is de druk op de natuurlijke waterbronnen hoog.Gezuiverd huishoudelijk afvalwater kan een aanvullende bronvan water zijn voor bedrijven uit verschillende sectoren inde buurt van een zuiveringsinstallatie.Om onze natuurlijke watervoorraden te beschermen,heeft de overheid de voorwaarden voor het oppompen vangrondwater en het gebruik van oppervlaktewater verstrengd.Bedrijven die in hun productieproces veel water gebruiken,moeten daardoor op zoek gaan naar alternatieve bronnen vanwaterbevoorrading. Een optie is de toepassing van gezuiverdhuishoudelijk afvalwater, geleverd door de zuiverings installatiesvan <strong>Aquafin</strong>.<strong>Aquafin</strong> heeft verspreid over Vlaanderen 264 installatiesin dienst voor de zuivering van rioolwater, die samen jaarlijks800 miljoen m³ behandeld water produceren. In principe kandat water opgewaardeerd worden tot elke gevraagde water -kwaliteit, als de juiste technologieën ingeschakeld worden.Gezuiverd afvalwater kan met een kleine voorbehandelingworden gebruikt voor laagwaardige industriële toepassingendie geen drinkwaterkwaliteit vereisen, zoals reinigingswater ofkoelwater. Tot nu toe maken 5 bedrijven en intercommunalesgebruik van het gezuiverde water van <strong>Aquafin</strong>. Daarnaast hebbenwe contracten met 17 ruimfirma’s, die op de zuiveringsinstallatiezelf water komen afhalen voor reinigingsdoeleinden.Met meer voorafgaande behandelingen, kan het gezuiverderioolwater worden opgewaardeerd tot drinkwater, zoals drink -watermaatschappij IWVA met het effluent van RWZI Wulpendoet. In principe kan effluentwater zelfs verder wordengezuiverd tot ultrapuur water, dat de kwaliteit van drinkwateroverschrijdt, zoals nodig voor de productie van elektronica.Hergebruik van gezuiverd afvalwater is dus een milieu -vriendelijke manier om de druk op de natuurlijke watervoorradente verlichten. <strong>Aquafin</strong> wil deze optie in de toekomst blijvenbenadrukken, zowel bij bedrijven als bij de overheid.In de slibdrogingsinstallatie van Houthalen wordt geenbiogas of aardgas ingezet. <strong>Aquafin</strong> gebruikt er de warmtevan de naastliggende huisvuilverbrandingsinstallatie vanBionerga. De warmte die ontstaat bij de verbranding vanhet restafval wordt in stoom omgezet, die aan <strong>Aquafin</strong>wordt verkocht. Bionerga leverde in <strong>2012</strong> bijna 24 miljoenkWh thermisch .


PRODUCENT VAN GRONDSTOFFENEen zuiveringsinstallatie levert meer op voor de maatschappijdan gezuiverd water en energie, ze is ook een producentvan grondstoffen.Ontwaterd slib kan nuttig gebruikt worden in de afdicht -lagen van stortplaatsen. Zo’n laag moet voorkomen dat waterhet stort zou binnendringen. Hydrostab® is een alternatief voorklassiek gebruikte afdichtingsmaterialen als zand-bentoniet -mengsels. In het Hydrostabprocedé worden afval stoffengebruikt in plaats van natuurlijke bodemmaterialen. In <strong>2012</strong>werd 1.609 ton slib omgerekend naar droge stof afgezetvoor gebruik als afdichtlaag op stortplaatsen zoals de HoogeMaey in Antwerpen. Ook de vliegassen van de slib verbrandings -oven van Brugge krijgen hierbij een nuttige toepassing.De zuivering van huishoudelijk afvalwater kan ookbijdragen aan de instandhouding van de fosforkringloop.Hoewel de nadruk nu nog ligt op een teveel aan fosfaat inde bodem en in het water, is het grootste probleem eigenlijkeen tekort aan fosfaat om de wereldbevolking te kunnenblijven voeden. Op 33 van onze grootste zuiveringsinstallaties(goed voor 2.480.000 IE) kan de defosfatatie van hetafvalwater biologisch gebeuren in plaats van chemisch. Bij debouw werden ze voorzien van een anaerobe tank om metbehulp van een specifieke bacteriesoort voldoende fosfor uithet afvalwater te verwijderen. Doordat bij deze techniek fosforniet chemisch gebonden wordt, vormt de mogelijkheid totfosforrecuperatie een bijkomend ecologisch voordeel.<strong>Aquafin</strong> zal in 2013 alvast RWZI Leuven ter beschikkingstellen voor een proefproject rond het terugwinnen vanstruviet uit het zuiveringsslib. Struviet is een mineraal datontstaat door het neerslaan van fosfor, een van de nutriëntendie in het waterzuiveringsproces uit het afvalwater wordengehaald. Het project werd door VLAKWA geselecteerd naeen oproep voor innovatieve projecten in de watersector.Vier West-Vlaamse KMO’s staan in voor de bouw, installatie enexploitatie van de ketels op onze zuiveringsinstallatie. Ook VITO,het Vlaams Instituut voor Technologische Ontwikkeling,is betrokken en zal de meetcampagnes begeleiden samenmet <strong>Aquafin</strong>.VRAAG NAAR EEN BETERE EFFLUENT -KWALITEIT IN HABITATRICHTLIJNGEBIEDVlarem II voorziet geen nutriëntnormen voor KWZI’s meteen capaciteit tot 1.000 IE. Een biorotor of een SAF metnageschakeld wortelzonerietveld zijn dan ook de meestgeziene technieken voor deze installaties. Maar op eenaantal plaatsen in Vlaanderen moeten er KWZI’s gebouwdworden in Habitatrichtlijngebied. Dergelijke gebiedenzijn Europees beschermd voor het instandhouden vande biodiversiteit. Het lozen van nutriënten zou er nefastzijn voor de gevoelige fauna en flora. In overleg metde Vlaamse Milieumaatschappij en het Gewest mocht<strong>Aquafin</strong> er voor installaties kiezen die aan strengerezuiveringsnormen kunnen voldoen. Voor Bornem OudeSchelde, Zwalm Rozebeke, Lapscheure, Oudenhove-Maarkedal en Teuven werd er als techniek gekozen vooreen combinatie van actief-slib met membraan technologie.De eerste KWZI’s zijn momenteel in de aanbestedingsengunningsfase.KEUKENAFVAL VERBETERTENERGIERECUPERATIEIn <strong>2012</strong> werd het MIP project Sewage Plus beëindigd.In dit project werden samen met o.a. Vito nieuwetechnologische concepten geëvalueerd voor een maximaleenergierecuperatie uit geconcentreerde afvalstromenverdund met huishoudelijk afvalwater. De bijdrage van<strong>Aquafin</strong> bestond uit piloottesten voor co-vergisting vanRWZI slib met keukenafval en bermmaaisel. De testentoonden aan dat toevoegen van beperkte hoeveelhedenkeukenafval zowel de afbreekbaarheid als de methaan -productie kon verhogen. In de praktijk is toepassing vandeze concepten voor <strong>Aquafin</strong> momenteel echter nietmogelijk door wettelijke restricties.Maatschappelijk verantwoord ondernemen65


66 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Oog voor onzeomgevingDe jongste jaren is aandacht voor de omgeving bij de planningen uitvoering van infrastructuurwerken bijna vanzelfsprekendgeworden. Dat is voor een groot deel te danken aan het pioniers -werk dat <strong>Aquafin</strong> op dit gebied verricht heeft. We informeren deburgers die met werken te maken krijgen zo uitgebreid mogelijk,maar ook het brede publiek laten we kennis maken met wat hetbedrijf doet. Op die manier hopen we een zo breed mogelijkdraagvlak voor onze activiteiten te verkrijgen. Hoe groter hetwederzijds begrip, hoe vlotter we kunnen werken en hoe sneller wehet gewenste milieuresultaat bereiken.“De mensen van <strong>Aquafin</strong>hebben bijzonder veel ervaring.Bijna elke situatie hebben ze aleens meegemaakt en opgelost.”Marc T’Syen,Schepen voor Openbare Werken OlenOMGEVINGSVRIENDELIJK WERKEN<strong>Aquafin</strong> wordt erkend als voortrekker op het gebied vanhinderbeperking door verschillende overkoepelende instanties,gemeenten, nutsmaatschappijen en technische partners.Zowel voor de aanleg van riolering als voor de bouw of renovatievan zuiveringsinstallaties volgen we een Minder Hinderdraaiboek,dat regelmatig wordt bijgewerkt op basis van onze ervaringenen die van onze partners. Aanvullend ontwikkelden we in <strong>2012</strong>een tool die de projectmanagers in staat stelt om snel eencommunicatieplan op maat van elk specifiek project te genereren,rekening houdend met de impact van de geplande werken opde omgeving.


Een project staat of valt uiteraard met de kwaliteit van hetontwerp en de uitgevoerde werken. Studiebureaus hebbeneen zeer grote impact op de timing, kwaliteit en kost van onzeprojecten en studies. Via de toewijzing van multilateraleovereenkomsten, kunnen we sinds eind <strong>2012</strong> snel een beroepdoen op een studiebureau dat beantwoordt aan onzekwaliteits normen. <strong>Aquafin</strong> engageert zich om de geselecteerdestudiebureaus een vast percentage van onze projecten -portefeuille voor transportprojecten toe te wijzen. Het aandeelin het engagement ligt vast voor de komende vier tot zes jaaren staat in verhouding tot de prijs, kwaliteit en capaciteitvan het studiebureau. Het studiebureau van zijn kant geeftde garantie om steeds voldoende capaciteit te reserveren omonze projecten op een kwalitatieve manier te realiseren.Samen met de bouwsector ontwikkelde <strong>Aquafin</strong> eensysteem om hogere kwaliteitseisen aan aannemers te kunnenstellen. Dat deden we via de koppeling van de uitreiking vanhet getuigschrift van goede uitvoering aan de kwaliteit vande uitgevoerde werken. Aannemers hebben die getuigschriftennodig om overheidsopdrachten uit te voeren binnen eenbepaalde erkenning en klasse. Projecten die vanaf juli <strong>2012</strong>aanbesteed werden, zullen aan objectieve criteria moetenvoldoen om hun getuigschrift nog te krijgen. Het gaat omtechnische, meetbare waarden uit het standaardbestek 250,uitvoeringstermijnen en de PV’s van vaststelling van ingebreke blijven, die het studiebureau opstelt bij flagrantetekortkomingen of inbreuken op de werf.Tegelijk werkt <strong>Aquafin</strong> een tweede, louter internekwaliteits meting uit, gebaseerd op onze risicomatrix. In eeneerste fase zullen we de verzamelde gegevens alleengebruiken om de aannemers tijdens de uitvoering van hunwerken te coachen.Nu de koppeling tussen kwaliteit en het getuigschrift eenfeit is, willen we nog een stap verder gaan en aannemerskwaliteitsafhankelijk selecteren tegen 2016. Vanaf 2017 willenwe kwaliteit als gunningscriterium toepassen.<strong>Aquafin</strong> werkt ook mee aan het GIPOD (generiekinformatie platform openbaar domein), een project dat degeplande werken van de nutsmaatschappijen centraliseertmet als doel de verschillende werken beter op mekaar afte stemmen. De basis voor dit platform werd in <strong>2012</strong> gelegd.KwaliteitsbewakingStudiebureaus > raamcontractenAannemers > voorwaarden voor attestvan goede uitvoeringINTERNE INSPANNINGENOm de buurtbewoners zo snel mogelijk te informerenwordt in ontwerpfase al een eerste infoavond georganiseerd.Infoavond 2 vindt minimum één week voor de start van dewerken plaats en moet het concrete project voorstellen aande buurt. In <strong>2012</strong> vonden er in totaal 173 informatieavondenplaats. Tijdens de werken kunnen burgers de werken op de voetvolgen via onze website. Jaarlijks wordt deze informatie doormeer dan 25.000 unieke bezoekers bezocht.Maatschappelijk verantwoord ondernemen67


68 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Na de uitvoering van een rioleringsproject houden weeen enquête bij de leidend ingenieur van het studiebureau,de projectmanager, de werftoezichter, de verantwoordelijkevan de Technische dienst van de gemeente/stad enverantwoordelijken van andere betrokken besturen die dewerken mee hebben opgevolgd. Bijkomend voert <strong>Aquafin</strong> nawerken in dichtbewoonde gebieden ook een tevredenheids -onderzoek uit bij de buurtbewoners. Zowel de interneprojectmanager als de technische uitvoerders krijgen deresultaten voorgelegd om eruit te kunnen leren.Het vernieuwde protocol tussen <strong>Aquafin</strong> en de boeren -organisaties (Boerenbond en Algemeen Boerensyndicaat)werd afgetoetst en in lijn gebracht met deze afgesloten doorFluxys en Elia met dezelfde organisaties. Dit protocol regeltde vergoedingen voor landbouwers die ten gevolge van deuitgevoerde werken schade hebben geleden (teeltschade,terreinschade, moeilijke uitbating omwille van aanwezigheidvan inspectieputten in het terrein, …). De gefinaliseerde tekstwerd in 2013 formeel bekrachtigd.Enquêtes uitgevoerd in <strong>2012</strong>> 56 technische enquêtes, waarvoor235 formulieren werden uitgestuurd.De responsgraad was 75%.> 45 tevredenheidsonderzoeken,waarvoor 6.103 formulieren werdenverstuurd. De responsgraad was11,5%.AWARD VOOR AANNEMERSEN STUDIEBUREAUSIn oktober reikte <strong>Aquafin</strong> opnieuw de jaarlijkse awardsuit waarmee we kwaliteitsvol en omgevingsvriendelijkwerken waarderen. De Minder Hinder award werd voorde vijfde keer uitgereikt aan de aannemer van riolerings -werken die het meest rekening hield met de omgevingwaarin gewerkt moest worden. De jury rangschikt deaannemers die meer dan één project voor het bedrijfhebben uitgevoerd volgens 5 criteria: de Minder Hinderinspanningenvan de aannemer, gecombineerd met deveiligheidsstatistieken, schadegevallen, noodoproepenen het aantal klachten. Het was de derde keer dat VBG NVuit Herentals de award won.Voor de derde keer ook reikte <strong>Aquafin</strong> een award uitaan het studiebureau dat het meest kwalitatief, kosten -bewust en klantgericht tewerk ging bij het ontwerp vaneen rioleringsproject. Bureau Cnockaert nam deze awardal voor de tweede keer mee naar huis.OMBUDSMAN ALS BEMIDDELAARTUSSEN BURGER EN BEDRIJFIn <strong>2012</strong> registreerde de ombudsman 296 ontvankelijkeklachten, 70 minder dan het jaar voorheen. Drie vierde hadte maken met werken in uitvoering en één vierde ging overde bestaande infrastructuur. Twee soorten klachten blijveneruit springen: lawaai-, trillings- en geurhinder, gevolgd dooreen onvoldoende goed herstel in oorspronkelijke staatvan privaat terrein of openbaar domein. Een kleinere groepbetreft de moeilijke toegankelijkheid van straten en woningen.Ondanks onze inspanningen gaat nog steeds een deel vande klachten over ontoereikende of niet-geactualiseerdecommunicatie over aanvang, duurtijd en verdere planning vande werken.75% werken,25% bestaande infrastructuur> lawaai-, trillings- en geurhinder> onvoldoende herstel domein> toegankelijkheid


DIALOOG MET HET BREDE PUBLIEKHet brede publiek blijft een belangrijke doelgroep om eendraagvlak te creëren voor de infrastructuurprojecten van<strong>Aquafin</strong>. In <strong>2012</strong> organiseerde het bedrijf zes burenbezoeken opnieuwe of gerenoveerde zuiveringsinstallaties. Een buren bezoekis kleinschalig en het budget is beperkt, maar de return oninvestment is groot. Drie keer werd in <strong>2012</strong> een opendeurdaggeorganiseerd, telkens op vraag van een derde partij.Op 8 juli nam <strong>Aquafin</strong> opnieuw als hoofdsponsor deel aande Big Jump. Op 19 locaties in Vlaanderen was een standje tevinden van <strong>Aquafin</strong> waar eigen medewerkers uitleg gavenover de activiteiten van <strong>Aquafin</strong> en de link ervan met properoppervlaktewater. Via aankondigende advertenties, affiches,flyers en sociale media werkte <strong>Aquafin</strong> actief mee aan depromotie van het evenement en kregen onze activiteiten zelfook meer naambekendheid.Scholen en verenigingen kunnen op weekdagen op 24installaties terecht voor een geleid bezoek. Tijdens zo’n bezoekleggen we uit hoe de installatie functioneert en hoe zemaximaal werd aangepast om zo goed mogelijk in de buurtgeïntegreerd te worden.Iets minder groepsbezoeken vonden plaats in <strong>2012</strong>: 687tegenover 750 in 2011. Met het oog op de budgettaire impactvoor het bedrijf werd geen extra promotie gemaakt rondde te bezoeken installaties.CONTACTCENTEREen belangrijke stap in het kader van onzebereikbaarheid was de opstart van het contactcenter injanuari <strong>2012</strong>. Burgers kunnen er met hun vragen, klachtenen opmerkingen terecht via mail of telefonisch opweekdagen. Het aantal oproepen leert dat eind <strong>2012</strong> hetbestaan van het contactcenter nog niet voldoendegekend was. Een verder doorgedreven communicatievia de infobrieven in het kader van projecten en binnende klantgemeenten, moet hieraan tegemoet komen.De eerste stappen in het opzetten van sociale media -kanalen zette het bedrijf al in 2011. De echte opstart kwam erin het eerste kwartaal van <strong>2012</strong>. <strong>Aquafin</strong> beschikt over eenactief profiel op Facebook, LinkedIn, Twitter en YouTube.In <strong>2012</strong> verstuurden we 65 persberichten, de meeste in hetkader van lopende of aangekondigde projecten. De preciezeactiviteiten van <strong>Aquafin</strong> zijn de jongste jaren beter bekend bijde lokale pers. Door de nationale pers worden we steeds meerbeschouwd als kenniscentrum voor vragen rond rioolbeheer,waterzuivering en alle andere aspecten van de water -zuiveringscyclus.Maatschappelijk verantwoord ondernemen69


70 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Zorg voormedewerkersDe grote kracht van <strong>Aquafin</strong> ligt in zijn opgebouwde kennis enervaring. Het aantrekken, strategisch inzetten en laten groeienvan getalenteerde medewerkers is dan ook een spilproces in deorganisatie. Om jobs te creëren waarin elke medewerk zich goedvoelt, heeft het bedrijf een HRM-beleid opgezet dat werken bij<strong>Aquafin</strong> vanuit verschillende invalshoeken benadert. Veiligheid enverantwoordelijkheidszin vormen de basis van het bedrijfsbeleid..In de loop van <strong>2012</strong> werden voor het HRM-beleid vierinvalshoeken bepaald: tijd- en plaats van het uitgevoerde werk(waar en wanneer werken we), leiderschap en cultuur (hoe werkenwe), job en carrière (wat houdt het werk in) en structuur enorganisatie (met wie en op welke manier). Ze werden mee bepaalddoor de leidinggevenden en voorgesteld aan de ondernemings -raad.nTijd en plaatsWaar en wanneer er gewerkt kan worden, is flexibel binnen<strong>Aquafin</strong>. In <strong>2012</strong> is er een derde satellietkantoor bijgekomen inLeuven, als aanvulling op de kantoren in Herentals en Drongen.In het Dijlebekken is een proefproject met gebruik van de team -centra als hotspots succesvol afgerond. Collega’s uit heel Vlaanderendie zich voor een afspraak verplaatsen, kunnen ervoor of ernaaanloggen op zo’n hotspot om verder te werken. Vorig jaar is erook een werkgroep opgericht die zich buigt over de mogelijkheidtot uitbreiding van het tijds- en plaatsonafhankelijk werkenbinnen <strong>Aquafin</strong>.“94% van onze medewerkerszou <strong>Aquafin</strong> als werkgeveraanraden bij familie envrienden.”


nLeiderschap en cultuurHoe we werken, wordt steeds bepaald door onze bedrijfs -waarden en onze engagementen. Voor leidinggevenden werder via opleidingen verder gewerkt aan de overgang van eentraditionele hiërarchische leiderschapsstijl naar de coachendeleiderschapsstijl van een procesgerichte organisatie. Elke mede -werker krijgt sinds <strong>2012</strong> ook de mogelijkheid om een team ofeen groep te bezoeken waarmee (in)direct wordt samenwerkt,om een breder zicht te krijgen op de context waarin hij of zijzijn job uitoefent. Vorig jaar gaf het bedrijf vorm aan hetAlcohol-en drugspreventiebeleid en het Stresspreventiebeleid.Dat is een wettelijke verplichting, die ook volledig past in deengagementen van <strong>Aquafin</strong> ten opzichte van zijn medewerkers.De toepassing zal verder gestimuleerd en opgevolgd wordenvia het CPBW.AQUAFIN BLIJFT EEN BEKENDE NAAMOP DE ARBEIDSMARKTEen studie van een onderzoeksbureau onder 300ingenieurs in <strong>2012</strong>, wees uit dat de naamsbekendheidvan <strong>Aquafin</strong> verder toegenomen is. Het bedrijf heeftde toppositie ten opzichte van onze concurrenten opde arbeidsmarkt waarmee de vergelijking gemaakt werd.<strong>Aquafin</strong> wordt door 52% van de deelnemers gezien als eenbedrijf met visie en 45% noemt het bedrijf technologischvoorop. Net zoals vorige jaren blijven de maatschappelijkerelevantie van onze opdracht en de relatieve werkzekerheidgrote troeven.nStructuur en organisatieIn <strong>2012</strong> lag de focus van het bedrijf op ‘slimmer werken’.Met de uittekening van een vijfde kernproces van <strong>Aquafin</strong>,is de organisatie nu klaar om volledig procesgericht te gaanwerken. Doel is een verhoging van de productiviteit, maar ookde creatie van ‘gezondere’ jobs voor alle medewerkers. Bij deuitrol van procesgericht werken streven we ernaar omiedereen binnen zijn job voldoende speelruimte te geven omzijn taken volgens persoonlijk inzicht optimaal uit te voeren. Inde nieuwe manier van werken wordt het voor elkemedewerker duidelijk wat zijn of haar bijdrage oplevert voor<strong>Aquafin</strong>.nJob en carrièreVoldoende regelbereik, een voelbare impact op het resultaaten kansen om te groeien zijn belangrijke voorwaarden voorjobtevredenheid. We geven medewerkers de kans om in hun jobte groeien, maar ook om in de breedte te groeien door een rolin de organisatie op te nemen naast hun functie. Het kaderdaarvoor is in <strong>2012</strong> geformaliseerd. In totaal werden er méérdan 3.200 opleidingsdagen georganiseerd wat neerkomt opgemiddeld 3,25 dagen per medewerker. 95% van onzetechnische opleidingen worden door interne trainers gegeven.Nog in <strong>2012</strong> hebben we een interne enquête uitgevoerd,waaruit bleek dat maar liefst 94% van de mensen het bedrijfzou aanraden aan familie of vrienden die werk zoeken. Dat iseen zeer hoge score waar we echt trots op zijn.Tijd- en plaats> waar en wanneer werken weLeiderschap en cultuur> hoe werken weStructuur en organisatie> met wie en op welke manier werken weJob en carrière> wat houdt het werk inDe bestaande functieclassificatie binnen het bedrijf kreegeen groot onderhoud om het systeem transparant enbeheersbaar te houden. Ook werd er een nieuwe algemenecao afgesloten voor werken in ploegenarbeid en volcontinu,die meteen ook de aparte cao’s voor de drogers van Deurne,Leuven en Houthalen integreert.In januari <strong>2012</strong> werd het starterstraject geïntroduceerd.Dat is een beleid op maat van specifieke jonge medewerkersen schoolverlaters, dat tot doel heeft hen zo snel mogelijk teintegreren binnen <strong>Aquafin</strong> en hen financieel zo snel mogelijkte laten klimmen naar een marktconform loon.Maatschappelijk verantwoord ondernemen71


72 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>VEILIGE WERKOMSTANDIGHEDENHet preventiebeleid wordt vooral beheerd op de werkvloer.Veiligheidsinstructies- en regels worden niet alleen via dehiërarchische lijn doorgegeven, maar ook op persoonlijke wijzedoor de afdeling Preventie en Bescherming overgebracht aanelk niveau binnen het bedrijf.In <strong>2012</strong> was er een geruststellende dalende trend in hetaantal arbeidsongevallen. Ook de ernstgraad van de ongevallenbleef duidelijk binnen onze gestelde doelstelling. We blijvenhet daarmee beter doen dan de gemiddelden uit de chemie -sector en de energiesector. We merken wel op dat we op RWZIDeurne op een haar na ontsnapt zijn aan een ongeval dat eendodelijke afloop zou hebben gehad, als de bekkenwand die hetbegeven heeft, acht uur later was ingestort. Dat besef heeftde betrokkenheid van alle medewerkers rond het veiligheids -actieplan alleen maar verder verhoogd.DIALOOG TUSSEN MEDEWERKERSEN MANAGEMENTResultaten van werkgroepen worden bekend gemaakt viaposters, nieuwsbrieven en middagvergaderingen, die ookopgenomen worden en later via het intranet verspreidworden. Op aanvraag worden thema’s ook mondelingtoegelicht buiten het hoofdkantoor. Elke week wordt internde agenda verspreid met de punten die aan bod kwamen opde vergadering van het directiecomité. De leidinggevendenkrijgen een mondeling verslag van de afgehandelde punten,voor de andere medewerkers wordt er een samenvatting op hetintranet geplaatst. Zo krijgt iedereen de kans om op de hoogtete blijven van organisatienieuws en organisatie veranderingen.Tegelijkertijd stimuleert <strong>Aquafin</strong> bottum-up participatiein denkoefeningen. De jongste jaren hebben honderdenmedewerkers zo deelgenomen aan verbeterprojecten die aldan niet rechtstreeks met hun job te maken hadden.De preventiedienst verzorgde halfjaarlijks de uitwisselingvan veiligheidsinformatie in een honderdtal interactievesessies met de operationele basis. Bijkomend werdenverschillende veiligheidsopleidingen georganiseerd, voor intotaal 396 personen. Nieuwe medewerkers kregen 8 uurveiligheidsopleiding en een begeleidende meter of peter inhun directe werkomgeving.In <strong>2012</strong> zijn we gestart met de veiligheidscoördinatie bijontwerp op 108 transportprojecten en 5 zuiveringsprojecten.De veiligheidscoördinatie bij uitvoering vond plaats voor 97projecten. We hebben indienststellingsonderzoeken uitgevoerdop 11 zuiveringsinstallalties, 53 pompstations en berg bezinkings -bekkens, 8 2DWA-leidingprojecten en naar aanleiding van17 installatieaanpassingen. Bijkomend werden er 10 auditsuitgevoerd op bestaande installaties.Ook naar onze technische partners promoten we veiligwerken. Een werkgroep van <strong>Aquafin</strong> stelde in <strong>2012</strong> samen metaannemers en fabrikanten richtlijnen op om de risico’s bijhet afstoppen van grote watervolumes te minimaliseren,naar aanleiding van een dodelijk ongeval dat zich op een werfvan derden voordeed. De richtlijn voor het veilig gebruikvan rioolafsluiters is toegevoegd aan het Veiligheids- engezondheidsplan van <strong>Aquafin</strong>. Ze is ook toegelicht aan studie -bureaus en aannemersfederaties en staat ter beschikkingvan iedereen in de sector. De veiligheidsprestaties van deaannemers worden bovendien jaarlijks mee in beschouwinggenomen voor de toekenning van de Minder Hinder Awardvan <strong>Aquafin</strong>.


Maatschappelijk verantwoord ondernemen73


74<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>


JaarrekeningVerslag van de commissaris 76Balans en resultatenrekening 78Waarderingsregels 90Bijkomende info 93Belangrijkste risicofactoren 94Affectatie-overeenkomst 9575


76<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Verslag van de commissarisVERSLAG VAN DE COMMISSARIS AANDE ALGEMENE VERGADERING DERAANDEELHOUDERS VAN AQUAFIN NV OVERDE JAARREKENING OVER HET BOEKJAARAFGESLOTEN OP 31 DECEMBER <strong>2012</strong>Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen,brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaatvan commissaris. Dit verslag omvat ons oordeel over dejaarrekening evenals de vereiste bijkomende vermeldingen.VERKLARING ZONDER VOORBEHOUD OVERDE JAARREKENINGWij hebben de controle uitgevoerd van de jaarrekeningover het boekjaar afgesloten op 31 december <strong>2012</strong>, opgesteldovereenkomstig het in België van toepassing zijndeboekhoudkundig referentiestelsel, met een balanstotaal van€ 3.163.988.705,88 en waarvan de resultatenrekening afsluitmet een winst van het boekjaar van € 9.695.405,24.nVerantwoordelijkheid van de raad van bestuur voor hetopstellen en de getrouwe weergave van de jaarrekeningHet opstellen van de jaarrekening valt onder deverantwoordelijkheid van de raad van bestuur. Deze verant -woordelijkheid omvat: het opzetten, implementeren en instand houden van een interne controle met betrekking tothet opstellen en de getrouwe weergave van de jaarrekeningdie geen afwijkingen van materieel belang als gevolg vanfraude of het maken van fouten bevat; het kiezen entoepassen van geschikte waarderingsregels; en het makenvan boekhoudkundige schattingen die onder de gegevenomstandigheden redelijk zijn.Overeenkomstig deze controlenormen hebben wij controle -werkzaamheden uitgevoerd ter verkrijging van controleinformatieover de in de jaarrekening opgenomen bedragenen toelichtingen. De keuze van deze controlewerkzaamhedenhangt af van onze beoordeling alsook van onze inschattingvan het risico dat de jaarrekening afwijkingen van materieelbelang bevat als gevolg van fraude of het maken van fouten.Bij het maken van onze risico-inschatting houden wij rekeningmet de bestaande interne controle van de vennootschap metbetrekking tot het opstellen en de getrouwe weergave vande jaarrekening ten einde in de gegeven omstandighedende gepaste werkzaamheden te bepalen, maar niet om eenoordeel te geven over de effectiviteit van de interne controlevan de vennootschap. Wij hebben tevens de gegrondheid vande waarderingsregels, de redelijkheid van de betekenisvolleboekhoudkundige schattingen gemaakt door de vennootschap,alsook de voorstelling van de jaarrekening, als geheelbeoordeeld. Ten slotte hebben wij van de raad van bestuuren van de verantwoordelijken van de vennootschap de vooronze controlewerkzaamheden vereiste ophelderingen eninlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door onsverkregen controle-informatie een redelijke basis vormt voorhet uitbrengen van ons oordeel.nOordeelNaar ons oordeel geeft de jaarrekening afgesloten op31 december <strong>2012</strong> een getrouw beeld van het vermogen,de financiële toestand en de resultaten van de vennootschap,overeenkomstig het in België van toepassing zijnde boekhoud -kundig referentiestelsel.nVerantwoordelijkheid van de commissarisHet is onze verantwoordelijkheid een oordeel over dezejaarrekening tot uitdrukking te brengen op basis van onzecontrole. Wij hebben onze controle uitgevoerd overeenkomstigde wettelijke bepalingen en volgens de internationaleauditstandaarden (ISA’s). Deze controlenormen vereisen datonze controle zo wordt georganiseerd en uitgevoerd dateen redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat dejaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat.


BIJKOMENDE VERMELDINGENHet opstellen en de inhoud van het jaarverslag, alsookhet naleven door de vennootschap van het Wetboek vanvennootschappen en van de statuten, vallen onder deverantwoordelijkheid van de raad van bestuur.In het kader van ons mandaat, is het onze verantwoorde -lijkheid om, in alle van materieel belang zijnde opzichten,de naleving van bepaalde wettelijke en reglementaireverplichtingen na te gaan. Op grond hiervan doen wij devolgende bijkomende verklaringen die niet van aard zijnom de draagwijdte van ons oordeel over de jaarrekeningte wijzigen:• Het jaarverslag behandelt de door de wet vereisteinlichtingen en stemt overeen met de jaarrekening.Wij kunnen ons echter niet uitspreken over de beschrijvingvan de voornaamste risico’s en onzekerheden waarmeede vennootschap wordt geconfronteerd, alsook van haarpositie, haar voorzienbare evolutie of de aanmerkelijkeinvloed van bepaalde feiten op haar toekomstigeontwikkeling. Wij kunnen evenwel bevestigen dat deverstrekte gegevens geen onmiskenbare inconsistentiesvertonen met de informatie waarover wij beschikken inhet kader van ons mandaat.• Onverminderd formele aspecten van ondergeschiktbelang, werd de boekhouding gevoerd overeenkomstigde in België van toepassing zijnde wettelijke enbestuursrechtelijke voorschriften.• Wij dienen u geen verrichtingen of beslissingen medete delen die in overtreding met de statuten of hetWetboek van vennootschappen zijn gedaan of genomen.De verwerking van het resultaat die aan de algemenevergadering wordt voorgesteld, stemt overeen met dewettelijke en statutaire bepalingen.Antwerpen, 2 april 2013Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBACommissarisvertegenwoordigd doorRonald Van den EckerVennootRef: 13RVE0091Jaarrekening77


78<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Balans en resultatenrekeningBALANS NA WINSTVERDELINGACTIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarVASTE ACTIVA 20/28Materiële vaste activa 22/27Terreinen en gebouwen 22Installaties, machines en uitrusting 23Meubilair en rollend materieel 24Leasing en soortgelijke rechten 25Overige materiële vaste activa 26Activa in aanbouw en vooruitbetalingen 27Financiële vaste activa 28Verbonden ondernemingen 280/1Deelnemingen 280Andere financiële vaste activa 284/8Aandelen 284Vorderingen en borgtochten in contanten 285/8VLOTTENDE ACTIVA 29/58Voorraden en bestellingen in uitvoering 3Bestellingen in uitvoering 37Vorderingen op ten hoogste één jaar 40/41Handelsvorderingen 40Overige vorderingen 41Geldbeleggingen 50/53Overige beleggingen 51/53Liquide middelen 54/58Overlopende rekeningen 490/1TOTAAL DER ACTIVA 20/582.970.031.3412.969.215.140191.113.8572.518.781.7652.396.941713.3691.272.225254.936.983816.202704.049704.049112.152100.06212.090193.957.365136.179.372136.179.37242.950.41542.864.72385.6931.478.0001.478.0002.329.84811.019.7303.163.988.7062.841.823.6462.841.027.061177.472.1272.387.830.3112.412.177932.0581.394.815270.985.574796.585693.753693.753102.832100.0622.770179.535.08783.067.38183.067.38116.767.38011.790.5494.976.83152.976.31652.976.31618.435.7878.288.2233.021.358.733


PASSIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarEIGEN VERMOGEN 10/15Kapitaal 10Geplaatst kapitaal 100Niet opgevraagd kapitaal 101Reserves 13Wettelijke reserve 130Beschikbare reserve 133Overgedragen winst 14Kapitaalsubsidies 15VOORZIENINGEN EN UITGESTELDE BELASTINGEN 16Voorzieningen voor risico's en kosten 160/5Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 160Overige risico's en kosten 163/5SCHULDEN 17/49Schulden op meer dan één jaar 17Financiële schulden 170/4Leasingschulden en soortgelijke schulden 172Kredietinstellingen 173Overige schulden 178/9Schulden op ten hoogste één jaar 42/48Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen 42Financiële schulden 43Kredietinstellingen 430/8Handelsschulden 44Leveranciers 440/4Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen 46Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 45Belastingen 450/3Bezoldigingen en sociale lasten 454/9Overige schulden 47/48Overlopende rekeningen 492/3TOTAAL DER PASSIVA 10/491.042.158.275210.900.006248.400.02437.500.01820.121.85511.522.3368.599.519337811.136.0772.519.1662.519.166828.3351.690.8312.119.311.2651.510.772.5301.510.593.7621.351.9371.509.241.826178.768593.120.687246.826.960131.552.186131.552.18673.758.04273.758.042109.092.83422.672.29315.265.8337.406.4609.218.37115.418.0483.163.988.7061.030.788.194210.900.006248.400.02437.500.01819.635.85511.036.3368.599.5199.303800.243.0302.257.3662.257.366513.9811.743.3861.988.313.1721.568.387.5241.568.254.0561.757.6581.566.496.398133.468403.816.284157.904.15184.145.08084.145.08075.572.24975.572.24969.073.5939.010.4571.760.6697.249.7898.110.75416.109.3653.021.358.733Jaarrekening79


80 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>RESULTATENREKENINGCodes Boekjaar Vorig boekjaarBedrijfsopbrengsten 70/74 483.440.568 426.391.389Omzet 70 428.877.734 382.196.646Toename in de voorraad goederen in bewerking en gereed producten in de bestellingen in uitvoering 7153.111.990 38.813.962Andere bedrijfsopbrengsten 741.450.8445.380.782Bedrijfskosten 60/64 393.281.730 350.261.834Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen 60 95.362.893 89.980.165Aankopen 600/8 95.362.893 89.980.165Diensten en diverse goederen 61 89.809.134 72.992.685Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 62 61.694.266 59.187.009Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten,op immateriële en materiële vaste activa 630 140.890.259 123.917.384Waardeverminderingen op voorraden, bestellingen in uitvoeringen handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemingen -) 631/4-342.174255.269Voorzieningen voor risico's en kosten(toevoegingen +, bestedingen en terugnemingen -) 635/7261.800-144.961Andere bedrijfskosten 640/85.605.5514.074.283Bedrijfswinst 9901 90.158.83976.129.555Financiële opbrengsten 756.174.2642.232.214Opbrengsten uit vlottende activa 7516.160.4682.184.562Andere financiële opbrengsten 752/913.79647.652Financiële kosten 65 84.260.413 66.803.254Kosten van schulden 650 76.581.865 63.827.754Andere financiële kosten 652/97.678.5472.975.500Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening, voor belasting 9902 12.072.68911.558.515Uitzonderlijke opbrengsten 7610.2971.779Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa 76110.2971.779Winst van het boekjaar voor belasting 9903 12.082.986 11.560.294Belastingen op het resultaat 67/772.387.5811.980.028Belastingen 670/32.503.7361.980.028Regularisering van belastingen en terugneming van voorzieningenvoor belastingen 77116.155Winst van het boekjaar 99049.695.4059.580.265TE BESTEMMEN WINST VAN HET BOEKJAAR 99059.695.4059.580.265


RESULTATENVERWERKINGCodes Boekjaar Vorig boekjaarTe bestemmen winstsaldo 9906 9.704.708 9.585.496Te bestemmen winst van het boekjaar 9905 9.695.405 9.580.265Overgedragen winst van het vorige boekjaar 14P 9.303 5.231Toevoeging aan het eigen vermogen 691/2 486.000 1.480.000Aan de wettelijke reserves 6920 486.000 480.000Aan de overige reserves 6921 1.000.000Over te dragen winst 14 337 9.303Uit te keren winst 694/6 9.218.371 8.096.194Vergoeding van het kapitaal 694 9.218.371 8.096.194Jaarrekening81


82 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>TOELICHTINGSTAAT VAN DE MATERIELE VASTE ACTIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarTERREINEN EN GEBOUWENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8191P 208.867.327Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8161 16.186.115Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8191 225.053.442Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8321P 31.395.200Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8271 2.544.385Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8321 33.939.585NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 22 191.113.857INSTALLATIES, MACHINES EN UITRUSTINGAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8192P 3.751.068.322Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8162 57.784.351Overboeking van een post naar een andere 8182 209.811.381Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8192 4.018.664.054Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8322P 1.363.238.011Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8272 136.644.278Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8322 1.499.882.289NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 23 2.518.781.765MEUBILAIR EN ROLLEND MATERIEELAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8193P 15.029.810Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8163 1.203.138Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8193 16.232.948Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8323P 12.617.633Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8273 1.218.375Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8323 13.836.007NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 24 2.396.941LEASING EN SOORTGELIJKE RECHTENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8194P 4.373.770Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8194 4.373.770Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8324P 3.441.713Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8274 218.689Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8324 3.660.401NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 25 713.369Waarvan terreinen en gebouwen 250 713.369


TOELICHTINGSTAAT VAN DE MATERIELE VASTE ACTIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarOVERIGE MATERIELE VASTE ACTIVAAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8195P 5.485.907Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8165 141.944Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8195 5.627.851Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8325P 4.091.092Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8275 264.534Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8325 4.355.626NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 26 1.272.225ACTIVA IN AANBOUW EN VOORUITBETALINGENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8196P 270.985.574Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8166 193.762.790Overboeking van een post naar een andere 8186 -209.811.381Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8196 254.936.983NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 27 254.936.983STAAT VAN DE FINANCIELE VASTE ACTIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarVERBONDEN ONDERNEMINGEN - DEELNEMINGEN EN AANDELENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8391P 1.938.284Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8391 1.938.284Waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8521P 1.244.531Mutaties tijdens het boekjaarTeruggenomen want overtollig 8481 10.297Waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8521 1.234.234NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 280 704.049ANDERE ONDERNEMINGEN - DEELNEMINGEN EN AANDELENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8393P 100.062Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8393 100.062NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 284 100.062ANDERE ONDERNEMINGEN - VORDERINGENNETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 285/8P 2.770Mutaties tijdens het boekjaarToevoegingen 8583 9.320NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 285/8 12.090Jaarrekening83


84 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>TOELICHTINGINLICHTINGEN OMTRENT DE DEELNEMINGENDEELNEMINGEN EN MAATSCHAPPELIJKE RECHTEN AANGEHOUDEN IN ANDERE ONDERNEMINGENAquaplus NVIngberthoeveweg 21B-2630 Aartselaar0462.755.821Aangehouden maatschappelijke rechten - aandelen op naamrechtstreeks aantal: 39.999rechtstreeks %: 99,99Gegevens geput uit de laatste beschikbare jaarrekening per 31 december <strong>2012</strong>eigen vermogen:704.049 euroNettoresultaat:10.297 euroOVERIGE GELDBELEGGINGEN EN OVERLOPENDE REKENINGEN Codes Boekjaar Vorig boekjaarOVERIGE GELDBELEGGINGENTermijnrekeningen bij kredietinstellingen 53 1.478.000 52.976.316Met een resterende looptijd of opzegtermijn van hoogstens één maand 8686 1.478.000 52.976.316OVERLOPENDE REKENINGENUitsplitsing van de post 490/1 van de activaVoorafbetaalde kosten 335.048Projecten buiten overeenkomst 439.992Aankoop VMM deel eigen vermogen 5.626.148Overlopende rente 4.618.543STAAT VAN HET KAPITAAL EN DE AANDEELHOUDERSSTRUCTUUR Codes Boekjaar Vorig boekjaarSTAAT VAN HET KAPITAALMaatschappelijk kapitaalGeplaatst kapitaal per einde van het boekjaar 100P 248.400.024Geplaatst kapitaal per einde van het boekjaar 100 248.400.024Wijzigingen tijdens het boekjaar Codes Bedragen Aantal aandelenGewone aandelen 248.400.024 1.001.613Op naam 8702 1.001.613Niet-opgevraagd Opgevraagd,Codes bedrag niet gestort bedragNiet-gestort kapitaal 101 37.500.018Niet-opgevraagd kapitaalAandeelhouders die nog moeten volstorten: Vlaamse Milieuholding NV 37.500.018


TOELICHTINGVOORZIENINGEN VOOR OVERIGE RISICO’S EN KOSTENUitsplitsing van de post 163/5 van de passivaBoekjaarVoorziene kosten voor laattijdigheid 13.984Voorziene kosten voor juridische geschillen 1.301.179Voorziene kosten voor geschillen mbt de beheersovereenkomst 160.000Voorziene kosten geschillen diverse 40.000Voorziene kosten afvoer slib 175.668STAAT VAN DE SCHULDEN EN OVERLOPENDE REKENINGEN Codes BoekjaarUITSPLITSING VAN DE SCHULDEN MET EEN OORSPRONKELIJKE LOOPTIJD VAN MEER DAN EEN JAAR,NAARGELANG HUN RESTERENDE LOOPTIJDSchulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallenFinanciële schulden 8801 246.826.960Leasingschulden en soortgelijke schulden 8831 405.721Kredietinstellingen 8841 246.421.239TOTAAL DER SCHULDEN OP MEER DAN ÉÉN JAAR DIE BINNEN HET JAAR VERVALLEN 42 246.826.960Schulden met een resterende looptijd van meer dan één jaar maar hoogstens 5 jaarFinanciële schulden 8802 762.908.577Leasingschulden en soortgelijke schulden 8832 1.351.937Kredietinstellingen 8842 761.556.640Overige schulden 8902 178.768TOTAAL DER SCHULDEN MET EEN RESTERENDE LOOPTIJD VAN MEER DAN 1MAAR HOOGSTENS 5 JAAR 8912 763.087.345Schulden met een resterende looptijd van meer dan 5 jaarFinanciële schulden 8803 747.685.185Kredietinstellingen 8843 747.685.185TOTAAL DER SCHULDEN MET EEN RESTERENDE LOOPTIJD VAN MEER DAN 5 JAAR 8913 747.685.185SCHULDEN MET BETREKKING TOT BELASTINGEN, BEZOLDIGINGEN EN SOCIALE LASTENBelastingenNiet-vervallen belastingschulden 9073 15.265.833Bezoldigingen en sociale lastenAndere schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten 9077 7.406.460OVERLOPENDE REKENINGENUitsplitsing van de post 492/3 van de passivaTe betalen interesten 14.153.147Interest rentemanagement 1.112.764Overige overlopende posten 152.136Jaarrekening85


86 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>TOELICHTINGBEDRIJFSRESULTATEN Codes Boekjaar Vorig boekjaarBEDRIJFSKOSTENWerknemers ingeschreven in het personeelsregisterTotaal aantal op de afsluitingsdatum 9086 921 892Gemiddeld personeelsbestand berekend in voltijdse equivalenten 9087 863 846Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren 9088 1.415.619 1.384.725PersoneelskostenBezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen 620 44.055.164 42.552.326Werkgeversbijdragen voor sociale verzekeringen 621 12.306.709 11.597.101Werkgeverspremies voor bovenwettelijke verzekeringen 622 3.125.747 2.710.733Andere personeelskosten 623 2.093.721 2.216.388Pensioenen 624 112.924 110.462Voorzieningen voor pensioenenToevoegingen (bestedingen en terugnemingen) 635 314.355 250.737WaardeverminderingenOp handelsvorderingenGeboekt 9112 209.457 653.077Teruggenomen 9113 551.631 397.808Voorzieningen voor risico's en kostenToevoegingen 9115 759.533 1.048.072Bestedingen en terugnemingen 9116 497.733 1.193.034Andere bedrijfskostenBedrijfsbelastingen en -taksen 640 4.919.025 3.666.860Andere 641/8 686.526 407.424Uitzendkrachten en ter beschikking van de onderneming gestelde personenTotaal aantal op de afsluitingsdatum 9096 5 12Gemiddeld aantal berekend in voltijdse equivalenten 9097 8 9Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren 9098 14.868 17.338Kosten voor de onderneming 617 393.287 463.557FINANCIELE EN UITZONDERLIJKE RESULTATENUitsplitsing van de overige financiële opbrengstenOverige financiële opbrengsten 13,795,94 47.652Uitsplitsing van de overige financiële kostenBankkosten 2.073.793 2.650.930Overige financiële kosten 16.903 173Kosten rentemanagement 5.587.851 324.396BELASTINGEN EN TAXEN Codes BoekjaarBELASTINGEN OP HET RESULTAATBelastingen op het resultaat van het boekjaar 9134 2.416.107Verschuldigde of betaalde belastingen en voorheffingen 9135 2.416.107Belastingen op het resultaat van vorige boekjaren 9138 87.629Verschuldigde of betaalde belastingsupplementen 9139 87.629


TOELICHTINGCodes Boekjaar Vorig boekjaarBELASTINGEN OP DE TOEGEVOEGDE WAARDE EN BELASTINGEN TEN LASTE VAN DERDENIn rekening gebrachte belasting op de toegevoegde waardeAan de onderneming (aftrekbaar) 9145 153.804.435 129.169.161Door de onderneming 9146 80.861.474 78.389.947Ingehouden bedragen ten laste van derden alsBedrijfsvoorheffing 9147 12.762.683 12.168.810NIET IN DE BALANS OPGENOMEN RECHTEN EN VERPLICHTINGENBoekjaarBELANGRIJKE VERPLICHTINGEN TOT AANKOOP VAN VASTE ACTIVAGegunde nog niet geactiveerde projecten 296.898.187Aankoopverplichtingen 3.825.554AARD EN ZAKELIJK DOEL VAN BUITENLANDSE REGELINGENTegoeden contracten drinkwatermaatschappijen 1.721.281.527BETREKKINGEN MET VERBONDEN ONDERNEMINGEN Codes Boekjaar Vorig boekjaarVERBONDEN ONDERNEMINGENFinanciële vaste activa 280/1 704.049 693.753Deelnemingen 280 704.049 693.753Vorderingen 9291 169.906 183.990Op hoogstens één jaar 9311 169.906 183.990CodesBoekjaarFINANCIELE BETREKKINGEN MET DE COMMISSARIS EN DE PERSONEN MET WIE HIJ VERBONDEN ISBezoldiging van de commissaris 9505 45.675Bezoldigingen voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachtenuitgevoerd binnen de vennootschap door de commissarisBelastingadviesopdrachten 95062 4.715BoekjaarAFGELEIDE FINANCIELE INSTRUMENTEN DIE NIET GEWAARDEERD ZIJN OP BASIS VAN DE REELE WAARDESchatting van de reële waardeHedging Strategies -187.011.199De onderneming heeft geen geconsolideerde jaarrekening en geconsolideerd jaarverslag opgesteld, omdat zij daarvan vrijgesteld is omde volgende reden: de onderneming is zelf dochteronderneming van een moederonderneming die een geconsolideerde jaarrekening,waarin haar jaarrekening door consolidatie opgenomen is, opstelt en openbaar maakt.MoederondernemingVlaamse Milieuholding NVOude Graanmarkt 631000 Brussel 10440.019.813Jaarrekening87


88 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>SOCIALE BALANSSTAAT VAN DE TEWERKGESTELDE PERSONEN Codes Totaal Mannen VrouwenWERKNEMERS INGESCHREVEN IN HET PERSONEELSREGISTERTijdens het boekjaarGemiddeld aantal werknemersVoltijds 1001 728,3 599,0 129,3Deeltijds 1002 177,3 69,1 108,2Totaal in voltijdse equivalenten (VTE) 1003 862,9 651,9 211,0Aantal daadwerkelijk gepresteerde urenVoltijds 1011 1.203.371 991.016 212.355Deeltijds 1012 212.248 84.139 128.109Totaal 1013 1.415.619 1.075.155 340.464PersoneelskostenVoltijds 1021 52.288.766,63 43.758.383,63 8.530.383,00Deeltijds 1022 9.292.575,00 3.774.158,00 5.518.417,00Totaal 1023 61.581.341,63 47.532.541,63 14.048.800,00Bedrag van de voordelen bovenop het loon 1033 1.029.953,43 780.155,46 249.797,97Tijdens het vorige boekjaarCodes P. Totaal 1P. Mannen 2P. VrouwenGemiddeld aantal werknemers in VTE 1003 845,8 638,0 207,8Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren 1013 1.384.725 1.051.691 333.034Personeelskosten 1023 59.076.547,79 45.599.175,72 13.477.372,07Bedrag van de voordelen bovenop het loon 1033 488.692,85 377.183,00 111.509,85Totaal inCodes Voltijds Deeltijds voltijdse equivalentenOp de afsluitingsdatum van het boekjaarAantal werknemers ingeschrevenin het personeelsregister 105 745 176 878,0Volgens de aard van de overeenkomstOvereenkomst voor een onbepaalde tijd 110 734 175 866,3Overeenkomst voor een bepaalde tijd 111 11 1 11,7Volgens het geslacht en opleidingsniveauMannen 120 613 66 661,7Secundair onderwijs 1201 364 51 402,3Hoger niet-universitair onderwijs 1202 162 11 171,3Universitair onderwijs 1203 87 4 88,1Vrouwen 121 132 110 216,3Secundair onderwijs 1211 37 34 62,3Hoger niet-universitair onderwijs 1212 43 46 77,7Universitair onderwijs 1213 52 30 76,3Volgens beroepscategorieBedienden 134 745 176 878


SOCIALE BALANSUITZENDKRACHTEN Codes UitzendkrachtenTIJDENS HET BOEKJAARGemiddeld aantal tewerkgestelde personen 150 7,50Aantal daadwerkelijke gepresteerde uren 151 14.868Kosten voor de onderneming 152 393.287,23TABEL VAN HET PERSONEELSVERLOOPTotaal inTIJDENS HET BOEKJAAR Codes Voltijds Deeltijds voltijdse equivalentenINGETREDENAantal werknemers die tijdens het boekjaarin het personeelsregister werden ingeschreven 205 50 4 53,1Volgens de aard van de overeenkomstOvereenkomst voor een onbepaalde tijd 210 39 3 41,4Overeenkomst voor een bepaalde tijd 211 11 1 11,7UITGETREDENAantal werknemers met een in het personeelsregisteropgetekende datum waarop hun overeenkomst tijdenshet boekjaar een einde nam 305 20 5 24,5Volgens de aard van de arbeidsovereenkomstOvereenkomst voor een onbepaalde tijd 310 19 4 22,7Overeenkomst voor een bepaalde tijd 311 1 1 1,8Volgens de reden van beëindiging van de overeenkomstPrepensioen 340 2 2,0Afdanking 342 3 3,0Andere reden 343 15 5 19,5INLICHTINGEN OVER DE OPLEIDING VOORDE WERKNEMERS TIJDENS HET BOEKJAAR Codes Mannen Codes VrouwenTotaal van de opleidingsinitiatieven ten laste van de werkgeverAantal betrokken werknemers 5801 676 5811 189Aantal gevolgde opleidingsuren 5802 18.596 5812 4.696Nettokosten voor de onderneming 5803 1.568.596 5813 404.202waarvan brutokosten rechtstreeks verbonden met de opleiding 58032 1.497.193 58131 378.118waarvan ontvangen tegemoetkomingen (in mindering) 58033 74.729 58133 18.873Totaal van de minder formele en informele voortgezetteberoepsopleidingsinitiatieven ten laste van de werkgeverAantal betrokken werknemers 5821 152 5831 68Aantal gevolgde opleidingsuren 5822 173.864 5832 82.464Nettokosten voor de onderneming 5823 165.604 5833 78.546Totaal van de initiële beroepsopleidingsinitiatieven ten lastevan de werkgeverAantal betrokken werknemers 5841 0 5.851 0Aantal gevolgde opleidingsuren 5842 0 5.852 0Nettokosten voor de onderneming 5843 0 5.853 0Jaarrekening89


90<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Waarderingsregels1. OPRICHTINGSKOSTEN - KOSTENKAPITAALVERHOGINGOprichtingskosten worden geboekt tegen aanschaffings -waarde en worden ten laste gelegd van het boekjaar waarinde kosten gemaakt of waarvoor verbintenissen aangegaanworden.Kosten van kapitaalverhogingen zijn ten laste van hetboekjaar waarin de kapitaalverhoging gebeurt.2. MATERIËLE VASTE ACTIVAMateriële vaste activa worden geboekt tegen aanschaffings -waarde, d.i. de aankoopprijs en de bijkomende kosten.Vanaf boekjaar 2003 werd krachtens artikel 196, $ 2 WIB 92opgelegd dat de eerste afschrijvingsannuïteit ten aanzien vantijdens het boekjaar verkregen of tot stand gebrachte vasteactiva slechts als beroepskosten aangemerkt wordt inverhouding tot het gedeelte van het boekjaar waarin de vasteactiva zijn verkregen of tot stand gebracht.Voor het boekjaar 2003, 2004 en 2005 werd hiervoor aan<strong>Aquafin</strong> NV een afwijking toegestaan. Vanaf boekjaar 2006wordt dit artikel integraal toegepast op basis van eenproratering op maandbasis.nVolgende afschrijvingspercentages worden toegepast:voor vaste activa eigen aan het hoofdkantoor- kantoormateriaal: lineair 20,00%- meubilair: lineair 15,00%- rollend materieel: lineair 25,00%- telefooninstallatie: lineair 20,00%- computer hard- en software: lineair 33,00%- installatie- en inrichtingskostenvan gehuurde gebouwen: lineair 33,00%- machines en uitrusting: lineair 20,00%- inrichting labo: lineair 20,00%- geleasde kantoorgebouwen: lineair 5,00%- installatie- en inrichtingskostenvan geleasde gebouwen: lineair 33,00%- hydronautprojecten na oplevering: lineair 6,667%.nvoor vaste activa eigen aan de projectenDeze activa worden overgeboekt van werken in uitvoeringnaar materiële vaste activa op het ogenblik van de opleveringvan een project.Vier klassen worden onderscheiden in functie van huneconomische levensduur. Hiervoor worden volgende afschrijvings -percentages toegepast:- klasse 1: lineair 25,00%- klasse 2: lineair 14,25%- klasse 3: lineair 6,66%- klasse 4: lineair 3,03 %.Volgende investeringen behoren tot klasse 1:Computers, kantoormachines, software, telemetrischeapparatuur, draagbaar gereedschap en uitrusting, radiouitrusting,telecommunicatie-apparatuur, monsternameapparatuur,meetapparatuur, grasmaaiers, laboratorium -uitrusting, personenwagens, lichte bedrijfsvoertuigen.Eveneens tot klasse 1 behoren de sinds 1 januari 2010geactiveerde uitgaven m.b.t. verbeteringen & aanpassingen,gedeelte lichte uitrusting. Deze lijst is niet limitatief.Volgende investeringen maken deel uit van klasse 2:Draagbare pompen, beluchters, mixers en generatorenvan < 25 KW, landbouwuitrusting, renovatie van de gebouwen,meubels, zwaar rollend materieel zoals wagens voor slib,vrachtauto’s, tractoren en frontladers. Eveneens tot klasse 2behoren de sinds 1 januari 2010 geactiveerde uitgaven m.b.t.verbeteringen & aanpassingen, gedeelte zware uitrusting.Deze lijst is niet limitatief.Volgende investeringen maken deel uit van klasse 3:Omheiningen, monster- en meetstations, werkplaats -machines, verplaatsbare kranen, of pompen en generatoren> 25 KW, stalen opslagtanks, vaste elektrische en mechanischeuitrusting van nieuwgebouwde installaties. Eveneens totklasse drie behoren de tot 1 januari 2005 genaamdeéénmalige kosten, met uitzondering van verzekeringskosten,schadeclaim kosten, kosten controlebureau en kosten bouw -plaats beschrijving. Eveneens tot klasse 3 behoren de sinds1 januari 2010 geactiveerde uitgaven m.b.t. vervangings -investeringen en verbeteringen & aanpassingen (gedeelteEM). Deze lijst is niet limitatief.


Volgende investeringen maken deel uit van klasse 4:nVoor aankoop van VMM-activaWegen, constructies voor rioolwaterzuiveringsinstallatiesen pompstations, gebouwen, lozingsconstructies, riolen:collectoren, prioritaire riolen, persleidingen, inspectieputten,rolbruggen, beplantingen. Eveneens tot klasse 4 behoren desinds 1 januari 2010 geactiveerde uitgaven m.b.t. verbeteringen& aanpassingen, gedeelte bouwkunde. Deze lijst is niet limitatief.Aanverwante kosten worden, gronden uitgezonderd, bij deoplevering van een project in het resultaat van het boekjaaropgenomen.nVoor vaste activa eigen aan de directie OperatiesVolgende afschrijvingspercentages worden toegepast :- voor de investeringen m.b.t. de renovatie aan terbeschikking gestelde gebouwen: lineair 14,25%- voor de investeringen m.b.t. de oprichting van dienst- ofkantoorgebouwen: lineair 3,03%.Verder worden er twee klassen onderscheiden in functie vande economische levensduur, waarvoor volgende afschrijvings -percentages worden gebruikt :- klasse 1: lineair 25,00%- klasse 2: lineair 14,25%.Niet limitatieve opsomming van de inhoud van klassen 1en 2 is terug te vinden onder het vorige punt.nVoor renovatie van VMM-installatiesDe herstellingswerken waarvoor een technisch plan wordtopgemaakt, worden geactiveerd. Volgens de overeenkomstmet het Vlaamse Gewest zijn dit de herstellingswerken meteen geschatte minimale levensduur van meer dan 7 jaar.Deze activa worden overgeboekt van ‘Werken in uitvoering’naar ‘Overige materiële vaste activa’ op het ogenblik vande oplevering van een project.De opdeling in klassen en de daarmee samenhangendeafschrijvingspercentages zijn analoog aan die voor de vasteactiva eigen aan de projecten.In het kader van addendum 7 aan de beheersovereenkomstworden een aantal VMM-activa aangekocht, gespreid over2010, 2011 en <strong>2012</strong>. Voor de aangekochte VMM-activa is eenaanpassing van de bestaande waarderingsregels noodzakelijk.Vermits het gaat om reeds bestaande, operationele installaties,wordt de economische levensduur geschat op 20 jaar.In overeenstemming met het verslag van de raad vanbestuur 2010/101 zijn de waarderingsregels voor deze activaals volgt vastgelegd: de activa, gronden uitgezonderd,aangekocht van VMM, inclusief gerelateerde kosten, wordenlineair afgeschreven over een periode van 20 jaar.Op materiële vaste activa in aanbouw worden geenafschrijvingen geboekt.Op materiële vaste activa kunnen aanvullende ofuitzonderlijke afschrijvingen genomen worden, wanneer doorverandering of wijziging van de economische en technologischeomstandigheden, de gebruikswaarde voor de onderneminglager is dan de boekwaarde.Materiële vaste activa die buiten gebruik zijn of niet meerduurzaam bijdragen tot de activiteit, zullen bijkomendworden afgeschreven zodat de waarde overeenstemt metde geraamde realisatiewaarde.Facturen van activa met een bedrag van minder dan2.500 euro worden onmiddellijk ten laste van het resultaatgenomen met uitzondering van:- activa opgericht in het kader van een goedgekeurdtechnisch plan- voorschotfacturen- facturen die betrekking hebben op gedeelten ofuitbreidingen van activa.Activa aangekocht in het kader van specifieke projectenworden lineair afgeschreven over de looptijd van dezeprojecten.Jaarrekening91


92<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>3. FINANCIËLE VASTE ACTIVADe deelnemingen, aandelen en vastrentende effectenworden gewaardeerd aan aanschaffingswaarde. De bijkomendekosten worden onmiddellijk ten laste van het resultaat geboekt.Waardeverminderingen op deelnemingen en aandelenkunnen worden geboekt in geval van duurzame minder -waarde of ontwaarding, verantwoord door de toestand,de rendabiliteit of de vooruitzichten van de vennootschapwaarin de deelnemingen of aandelen worden aangehouden.Waardeverminderingen worden geboekt wanneer derealisatiewaarde bij het afsluiten van het boekjaar lager ligtdan de boekwaarde.7. LIQUIDE MIDDELENLiquide middelen worden geboekt tegen nominale waarde.Waardeverminderingen worden geboekt wanneer de realisatie -waarde bij het afsluiten van het boekjaar lager ligt dande boekwaarde.4. VORDERINGEN OP MEER DAN ÉÉN JAARVorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waardemet uitzondering van de vorderingen onder de vorm van vast -rentende effecten, die tegen de laagste van volgende waardenworden geboekt, de aanschaffingsprijs of de terugbetalings -prijs. De bijkomende kosten worden onmiddellijk ten laste vanhet resultaat geboekt.Een waardevermindering wordt toegepast indien debetaling op de vervaldag onzeker is.5. VORDERINGEN OP TEN HOOGSTE ÉÉN JAARVorderingen worden gewaardeerd aan nominale waarde.Vastrentende effecten worden gewaardeerd aan het laagstevan volgende bedragen, aanschaffingswaarde of terug -betalingsprijs. De bijkomende kosten worden onmiddellijk tenlaste van het resultaat geboekt.Waardeverminderingen worden toegepast indien voor hetgeheel of een gedeelte van de vordering onzekerheid bestaatover de betaling ervan op de vervaldag.6. GELDBELEGGINGENTegoeden bij financiële instellingen worden gewaardeerdaan nominale waarde. Effecten worden gewaardeerd aan delaagste van volgende bedragen, aanschaffingsprijs of terug -betalingsprijs. De bijkomende kosten worden onmiddellijkten laste van het resultaat geboekt.8. SCHULDENSchulden worden geboekt tegen nominale waarde.9. VREEMDE VALUTASchulden en vorderingen uitgedrukt in vreemde valutaworden bij het afsluiten van het boekjaar gewaardeerd aande wisselkoers van de laatste werkdag van het boekjaar.10. OVERLOPENDE REKENINGENDe overlopende rekeningen worden geboekt en gewaardeerdaan aanschaffingswaarde en in de balans opgenomen vanhet gedeelte dat betrekking heeft op volgend boekja(a)r(en).11. BESTELLINGEN IN UITVOERING -WAARDERING VAN PROJECTEN BUITENDE UITVOERING VAN DE OVEREENKOMSTMET HET VLAAMSE GEWESTKosten opgelopen in het kader van projecten buitende overeenkomst met het Vlaamse Gewest worden in dejaarrekening verwerkt als ‘Bestellingen in uitvoering’.Bestellingen in uitvoering worden gewaardeerd tegende vervaardigingsprijs.


Bijkomende infon Waarderingsmethode t.e.m. boekjaar 2010:Het positief verschil tussen de verkoopprijs en devervaardigingsprijs (winst) wordt pas in de resultatenrekeningtot uitdrukking gebracht na volledige uitvoering van debestelling.Ten aanzien van bestellingen in uitvoering worden opafsluitdatum waardeverminderingen toegepast indien hunvervaardigingsprijs, vermeerderd met het geraamd bedrag vande nog te maken kosten, hoger is dan de netto verkoopprijsof de contractueel bedongen prijs.n Waarderingsmethode vanaf boekjaar 2011:Op balansdatum wordt een inschatting gemaakt van hetresultaat van het project – verschil tussen de geraamdeverkoopprijs en de vervaardigingsprijs – evenals het stadiumvan afwerking van de projectactiviteiten. Deze afwerkings -graad wordt toegepast op de geraamde vervaardigingsprijsen de verkoopprijs om het bedrag van kosten en opbrengstente bepalen dat in de resultatenrekening van de periode komt.Indien op afsluitdatum een verlies verwacht wordt op hetcommercieel project, wordt dit onmiddellijk ten laste vanhet resultaat genomen.EIGEN VERMOGEN: KAPITAALSUBSIDIESVERVANGEN DOOR ONTVANGENVERGOEDINGEN DRINKWATER -MAATSCHAPPIJEN/VLAAMSE GEWESTDe ontvangen vergoedingen van de drinkwater -maatschappijen/Vlaamse Gewest zijn de vergoedingentoegekend door het Vlaamse Gewest aan de vennootschapuit hoofde van tijdens het afgelopen boekjaar door devennootschap aan het Vlaamse Gewest opgeleverdeinstallaties. Deze vergoeding wordt ten gunste van hetresultaat gebracht ten belope van hetzelfde bedrag vande afschrijvingskost waarop de vergoeding betrekking heeft.nNiet in balans opgenomen rechten en verplichtingenTegoeden op de drinkwatermaatschappijen/VlaamseGewest: 1.721.281.527 euroDeze tegoeden betreffen de nog niet door het VlaamseGewest terugbetaalde investeringskosten van projecten diereeds aan het Vlaamse Gewest werden opgeleverd.OVERDRACHT ACTIVA BIJ AFLOOP VAN DEOVEREENKOMST MET HET VLAAMSE GEWEST<strong>Aquafin</strong> NV houdt de volle eigendom van de installaties dieworden opgericht op terreinen die deel uitmaken van hetopenbaar domein omdat het Vlaamse Gewest gedurendede hele duur van de overeenkomst afziet van het recht totnatrekking. Vanaf het ogenblik dat de overeenkomst afloopt,wordt het eigendomsrecht op deze installaties en anderebouwwerken aan het Vlaamse Gewest overgedragen zonderdat deze tot betaling van enige vergoeding verplicht is.Indien <strong>Aquafin</strong> NV op eigen terreinen allerlei installaties ofandere bouwwerken opricht die onontbeerlijk zijn voor deuitvoering van een technisch plan, dan worden deze na afloopvan de overeenkomst overgedragen aan het Vlaamse Gewestzonder dat dit tot betaling van de vergoeding verplicht is.Jaarrekening93


94<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2012</strong>Belangrijkste risicofactorenAFREKENINGEN VAN DE FINANCIËLE JAREN2010 & 2011 DOOR HET ECONOMISCH TOEZICHTOp 20 juli <strong>2012</strong> heeft de Vlaamse Regering de rekeningvan het boekjaar 2010 goedgekeurd. Een zeer beperkt bedragwerd verworpen.Het advies over het boekjaar 2011 werd door heteconomisch toezicht overgemaakt aan de Minister vanLeefmilieu. Het voorstel wordt door de minister in beraadgehouden. Na analyse van het advies heeft <strong>Aquafin</strong> eenantwoord geformuleerd op de gestelde vragen en aangegevenonduidelijkheden. Wij menen de redelijkheid van de gemaaktekosten voldoende te hebben aangetoond. Om die reden is erdan ook geen provisie aangelegd voor eventueel te verwerpenkosten.OPLEVERINGSDOSSIERS VOOR HET GEWESTTijdens de laatste maanden van <strong>2012</strong> werd bij het opleverenvan nieuwe installaties vastgesteld dat het Vlaamse Gewest,meer dan vroeger, de redelijkheid van kosten betwist.<strong>Aquafin</strong> is zich terdege bewust van deze gewijzigde houdingen probeert er pro-actief op in te spelen door zijn dossiers aante passen en nog beter voor te bereiden.Daar waar <strong>Aquafin</strong> meent dat het Vlaamse Gewestbepaalde kosten ten onrechte weigert, neemt ze aangepasteremediërende acties.JURIDISCHE GESCHILLENnWateroverlast in een woonwijkDit dossier behandelt schade als gevolg van wateroverlast bijongeveer vierhonderd bewoners van een woonwijk in 1998.Eind 2010 deed de rechter een voor <strong>Aquafin</strong> gunstigeuitspraak, waarbij het overgrote deel van de eisen als verjaard,niet toelaatbaar of ongegrond werden beoordeeld. Tegen dezeuitspraak is door de tegenpartijen in april 2011 beroepingesteld. Deze beroepsprocedure loopt nog steeds.Bovenstaande ontwikkelingen geven geen aanleiding omde vroegere beslissing geen provisie aan te leggen te wijzigen.nRWZI Deurne - instorting tussenmuurOp RWZI Deurne stortte in september <strong>2012</strong> de muurtussen het anaërobe bekken en een beluchtingsbekken in.De instorting bracht een aanzienlijke materiële gevolgschademet zich mee. <strong>Aquafin</strong> heeft na verder onderzoek uitveiligheidsoverwegingen bijkomende maatregelen genomen,zoals het leegpompen van een extra bekken. Deze maatregelenhadden dan weer impact op de waterzuivering en de slib -verwerking in de droger. Naast de materiële schade, lijdt <strong>Aquafin</strong>dus ook aanzienlijke operationele schade.Om deze gevolgschade te beperken zonder onze kansenom de schade bij eventuele derde aansprakelijke partijen terecupereren in het gedrang te brengen, nam <strong>Aquafin</strong> hetinitiatief om een gerechtsdeskundige te laten aanstellen.Zijn opdracht bestaat erin om het zo snel mogelijk opnieuw ingebruik nemen en herstellen van de installatie te combinerenmet het onderzoek naar mogelijke oorzaken.In januari 2013 gaf de gerechtsdeskundige de toestemmingom één bekken weer in gebruik te nemen en kon de drogeropnieuw opstarten. Ondertussen werd onderzoek gedaannaar mogelijke oorzaken en werden de eerste stappen gezetom het herstel van de installatie mogelijk te maken.Aangezien er duidelijke indicaties zijn dat derde partijentechnische aansprakelijkheid dragen, is er op dit ogenblik noggeen reden om een provisie aan te leggen.VERZEKERINGSDOSSIERSnOnvoldoende betonwapening op RWZI DeurneIn 2007 werd ontdekt dat de wanden van bepaaldebeluchtingsbekkens van de zuiveringsinstallatie van Deurneonvoldoende gewapend waren, als gevolg van een ontwerp -fout. Volgens <strong>Aquafin</strong> is dit schadegeval deels gedekt dooronze Alle Bouwplaatsrisico-verzekering (ABR) en deels doorde beroepsaansprakelijkheidsverzekering van het betrokkenstudiebureau.Het niet door de ABR-verzekeraar betaalde bedrag werdin 2011 deels teruggevorderd van het studiebureau dat deontwerpfout maakte en deels van het op de werf actievecontroleorganisme. Deze recuperatieprocedures worden actiefopgevolgd maar lopen nog steeds. Dit deel van de kostenwerd geprovisioneerd.


nBetonproblematiek op RWZI BruggeBij de voorlopige oplevering van de renovatie van RWZIBrugge werd in een beluchtingsbekken een aftekening van dewapening in het beton vastgesteld. Later kwam vast te staandat deze schade zich verder zet en niet alleen in dit bekken.Een analyse door <strong>Aquafin</strong> besteld, duidde twee oorzaken aan:een onvoldoende betondekking en verhoogde chloride -waarden. Op basis van de studie werd in samenspraak met deaannemer een herstelmethode uitgewerkt. Waar nodig moetde beton worden hersteld en aangevuld en moet er ook eenzogenaamde kathodische bescherming worden aangebracht.De eigenlijke herstellingen werden uitgevoerd in de afgelopenjaren. Ze worden in 2013 afgerond.De kosten van het eerst vermelde deel van het herstelworden door de aannemer gedragen, de kosten van het laatstegedeelte door <strong>Aquafin</strong>. Er is een dading afgesloten tussende verzekeringsmaatschappij en de verzekerden en tussende verzekerden onderling.De ABR-verzekeraar ACI is voor een aanzienlijk bedragtussen gekomen. Dit bedrag dekte enerzijds de reedsuitgevoerde herstel- en beschermingsmaatregelen en zalanderzijds dienen om de kost van de nog uit te voeren werkente dekken. In dit dossier wijzen de feiten niet op een noodzaaktot het aanleggen van een provisie.Affectatie-overeenkomstFINANCIËLE VERSLAGEN<strong>Aquafin</strong> NV heeft tijdens het boekjaar 1994 een affectatieovereenkomstondertekend. Deze overeenkomst tussen <strong>Aquafin</strong>NV, het Vlaamse Gewest, de Europese Investeringsbank enBelfius bepaalt dat, in geval <strong>Aquafin</strong> NV in gebreke blijft,de verplichtingen te opzichte van zijn lange termijn-financiersna te komen, de aanspraken op het Vlaamse Gewest voor deinvesteringen en de interesten op de leningen niet langer doorhet Vlaamse Gewest aan <strong>Aquafin</strong> zullen betaald worden.Deze vergoedingen zullen door het Vlaamse Gewest alssolvens van <strong>Aquafin</strong> aan Belfius, dat als agent van de langetermijn-kredietverleners van <strong>Aquafin</strong> optreedt, betaald worden.Lange termijn-kredieten met een originele looptijd langerdan of gelijk aan 5 jaar vallen onder deze overeenkomst.Jaarrekening95


AQUAFIN NVColofonVerantwoordelijke uitgever: Luc Bossyns, gedelegeerd bestuurder <strong>Aquafin</strong> NVGrafische vormgeving: AlteraFotografie: fotovdb.com, Jan Locus, Misjel Decleer en medewerkers van <strong>Aquafin</strong> NVHet jaarverslag <strong>2012</strong> is ook beschikbaar in het Engels.U kan de twee taalversies downloaden op www.aquafin.be,of extra exemplaren aanvragen via info@aquafin.be


<strong>Aquafin</strong> ontwikkelt en implementeertdoeltreffende oplossingen die zorgenvoor zuivere waterlopen en duurzaamwater(her)gebruik. We spelen proactiefin op te verwachten evoluties inde watersector. Hierdoor brengen wijop maat en in nauwe relatie met onzeklanten de realisatie van de Europesedoelstellingen elke dag opnieuwdichterbij.<strong>Aquafin</strong> NV, Dijkstraat 8, B-2630 AartselaarTel. 03 450 45 11 n fax 03 458 30 20e-mail: info@aquafin.be n www.aquafin.beV.U.: Luc BossynsAlso available in English

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!