11.07.2015 Views

beleidsnota - Gemeente Boxtel

beleidsnota - Gemeente Boxtel

beleidsnota - Gemeente Boxtel

SHOW MORE
SHOW LESS

Create successful ePaper yourself

Turn your PDF publications into a flip-book with our unique Google optimized e-Paper software.

Nota gemeentelijk archeologiebeleid <strong>Boxtel</strong>Beleidsregel 4.De gemeente <strong>Boxtel</strong> hanteert twee diepte-vrijstellingsgrenzen voor onderzoek. Voorhet buitengebied wordt de diepte-ondergrens van 0,5 m beneden maaiveldgehanteerd, voor het binnenstedelijk gebied een verstoringsdiepte van 0,4 mbeneden maaiveld. Ingrepen dieper dan de gestelde diepte-ondergrens zijnonderzoeksplichtig mits de oppervlakte-ondergrens eveneens overschreden wordt.3. 4. Oppervlakte-ondergrensIn de Wamz is bij artikel 41a een algemene vrijstelling 9 van de in bestemmingsplannen vast teleggen onderzoekseis opgenomen voor bodemingrepen kleiner dan 100 m² maar geeft tegelijkook aan dat de gemeenteraad afwijkende oppervlakten (groter dan wel kleiner danvoornoemde 100 m²) kan vaststellen. Deze beperking is ontstaan vanuit de gedachte dat helekleine initiatieven van vaak particulieren, niet onnodig verzwaard en belast moeten wordenmet onderzoeken die inhoudelijk niet zo heel veel bijdragen.Doch tegelijk is het Rijk zich ervan bewust dat ook ingrepen kleiner dan 100 m² totaanzienlijke schade kunnen leiden bij bepaalde archeologische vindplaatsen. Om die redenworden rijksmonumenten buiten deze vrijstelling gehouden en valt het om die reden teoverwegen een aantal ‘terreinen van hoge (bijzondere) archeologische waarde’ binnen degemeente in de toekomst via een erfgoednota aan te wijzen als gemeentelijk monument.Op de archeologische beleidskaart wordt het gemeentelijk grondgebied onderverdeeld in zevenarcheologische categorieën met daaraan voorschriften gekoppeld (zie tabel 1 en 2). Voor decategorieën gelden verschillende ondergrenzen voor het verplicht stellen van archeologischonderzoek bij ruimtelijke ontwikkelingen. Met deze ondergrenzen ten aanzien vanonderzoeksplicht voor de diverse categorieën is een verantwoorde balans gevonden tussenenerzijds wetenschappelijke en cultuurhistorische belangen en anderzijds de maatschappelijkebelangen en praktische uitvoerbaarheid.In bestemmingsplannen wordt een regeling opgenomen voor de omgang met de in deverbeelding opgenomen dubbelbestemming Waarde – Archeologie (WR-A). In hetbestemmingsplan worden aan de categorieën 2 tot en met 5 uit de beleidskaart door middelvan een dubbelbestemming regels verbonden. Voor de wettelijk beschermde monumenten(beleidscategorie 1) gelden de regels van de Monumentenwet 1988. Als zodanig dienen dezeterreinen altijd in de verbeelding te worden opgenomen. Dit geldt ook voor nog aan te wijzengemeentelijke archeologische monumenten. Categorie 6 (verwachtingswaarde laag) en 7(gebieden zonder een archeologische verwachting of archeologisch vrijgegeven terreinen)worden niet als dubbelbestemming in het bestemmingsplan opgenomen aangezien aan beidecategorieën geen onderzoeksplicht verbonden wordt. Het aantal voorkomende9 Deze vrijstelling geldt niet voor bodemingrepen in aangewezen wettelijk beschermde archeologischemonumenten. Het is immers verboden zonder vergunning een beschermd monument te wijzigen dan welte verstoren (artikel 11 MW).24

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!