10.07.2015 Views

Waarom Muziek? - Poppunt

Waarom Muziek? - Poppunt

Waarom Muziek? - Poppunt

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

Bronnen ......................................................................................................... 100Bijlagen: ........................................................................................................ 102


InleidingNiet iedereen kent de kracht van de muziek. Toch ervaart iedereen de sterkeaanwezigheid van muziek in ons dagelijks leven. Sommigen sterk bewust,anderen weer onbewust. Er is ook een groep mensen die muziek niet alleenervaart, maar zelfs gebruikt, componeert, bewerkt om andere mensen bepaaldezaken te doen ervaren. In dit geval lijkt muziek al sterk op een middel. Eenmiddel om op agogische wijze een positieve ontwikkeling bij een cliënt tebewerkstelligen.Een agoog wordt geacht krachten en middelen te kennen om iemand met welkeproblematiek dan ook te ondersteunen en te begeleiden. Niemand van henheeft echter voor elk probleem de juiste oplossing. Met 100 jaar werkervaringen grondige kennis van alle literatuur zou men nog te kort komen. Is dit danonbegonnen werk of is het rendement dan zo laag? Er bestaan tallozemethodieken. Iedere agoog of agoog in opleiding hanteert zijn methode(s),gebaseerd op ervaring en capaciteiten in combinatie met verworven kennistijdens zijn of haar opleiding. Er kan ook kennis vergaard zijn tijdens dewerksituatie, bijscholingen, zij het dan in een meer praktische omgeving. Ditis dan ook een deel van de ervaring die iemand heeft (opgedaan).Ik heb tijdens mijn stage in het dagcentrum uiteenlopende methodiekendoorlopen: van grote uitgewerkte projecten tot kleine zelfbedachte activiteiten.Door mijn opleiding tot vrijetijdsagoog aan het HIRL en mijn interesse in muziekheb ik al op vele manieren mijn agogische capaciteiten ingezet. Het middel datik hiertoe hanteerde was doorgaans cultuur, meer specifiek, muziek. Ik heb indie twee laatste jaren stage in het dagcentrum, geleerd hoe ik muziek kaninzetten voor niet- en/of buitenmuzikale doelen.Vaak worden er in de literatuur beschrijvingen meegegeven vanorthopedagogische muziekbeoefening in relatie tot muziektherapie. Men zou bijhet eerstgenoemde, muziek meer als een doel hanteren en bij de therapieuitsluitend als middel. Voor mij is muziek altijd een middel: je gebruikt muziekals een middel om een doel te bereiken. Dit doel kan het spelen van eenmuziekstuk zijn, maar ook het kalmeren van iemand die agressieve neigingenheeft, het troosten van een persoon wiens moeder is gestorven, het bevorderenvan het sociale gedrag van een meer introverte gast,... <strong>Muziek</strong> is hier niet altijdhet doel, maar muziek is hier altijd een aangewezen middel. <strong>Waarom</strong> zet je alsagoog muziek in? Omdat je hebt gezien dat er een hulpvraag is, en niet zozeeromdat jij wilt dat de cliënt sonates van Mozart kan spelen. Tenzij dat despecifieke hulpvraag is van de cliënt. Maar bedenk dat je met muziek zo veelmeer kan doen dan enkel het technische aspect aanleren We antwoordenmet muziek op de hulpvraag omdat de cliënt aan heeft gegeven dat hij of zijgraag met muziek bezig is en wanneer de agoog acht dat muziek het gewezenmiddel is om de hulpvraag mee te beantwoorden. Uiteraard met inspraak vande gast.5


In dit eindwerk bekijken we de specifieke werking van het dagcentrum kort,omdat ze wel van belang is bij het uitwerken van een visie op “<strong>Waarom</strong><strong>Muziek</strong>?” binnen dit dagcentrum. Een muziekatelier moet binnen de werkingpassen, en aanvaard worden door de gasten, de begeleiding en het beleid.Anders kan het naar mijn mening niet optimaal werken.Ik zal proberen een antwoord te zoeken op de vraag wat muziek eigenlijk is, enwat de functie van muziek kan zijn, binnen de samenleving en dus ook binnenhet dagcentrum.Vervolgens kan je mijn analyse van het dagcentrum op een chronologischemanier doornemen in dit eindwerk. Let wel, er zijn natuurlijk fases die elkaaroverlappen, maar dat wordt allemaal duidelijk wanneer je het eindwerk leest. Ikbegin met een analyse van het dagcentrum zelf, is er ruimte, tijd, nood vanuithet dagcentrum aan een muziekatelier? Daarna bekijk ik elke gast individueel,ik bekijk zijn noden op muzikaal gebied en breng aan de hand van deondersteuningsplannen de intrinsieke mogelijkheden per persoon in kaart.Hieruit kan ik de persoonlijke voorkeuren bepalen en zo proefateliers doenontstaan om vanuit de praktijk te kunnen steunen wat ik beweer in de analyses.Omdat het dagcentrum in het verleden al muzikale ateliers had, en de gastenmij hiermee associeerden, ben ik al redelijk vroeg begonnen met proefateliers.Maar er is aan de gasten duidelijk gemaakt dat dit op proef was, zodat ze hetmeer als een extra atelier zagen, wanneer de kans zich voordeed, dan eennieuw vast atelier. Dat was (voorlopig) de bedoeling, totdat er vanuit het beleidwerd toegestemd om een vast muziekatelier op te richten.Om af te sluiten zal ik aan de hand van enkele proefateliers de gebruiktemethodieken uit de doeken doen en de rol van de agoog toelichten. Het zijndiverse proefateliers die verschillende methodes van aanpak vereisen en ditbetekent dat de agoog dus erg polyvalent moet zijn dat treft dan als jeSRW’er bent, zoals ik. Maar het gaat verder. Er worden specifieke techniekenaangeleerd die je niet zomaar verwerft Moet je zo nodig die muzikalevaardigheden hebben, of kan elke agoog muzikale ateliers brengen?Het eindwerk eindigt met enkele conclusies die algemeen zijn, voor hetvakgebied, maar ook met de uit de analyse getrokken conclusies voor hetdagcentrum Dit is een besluit dat uitlegt wat de volgende stap zou moetenworden. Als laatste bespreek ik mijn persoonlijke conclusies. Hoe ik het procesheb doorlopen, en als tussenpersoon diende tussen de gasten, de begeleidingvan het dagcentrum en het beleid.Ik wil ook meegeven dat dit eindwerk niet enkel als eindwerk bedoeld is, maarook als intern adviesdocument voor het beleid van mijn stageplaats. Zij zijn vrijdit advies naast zich neer te leggen, maar ze zullen het wel lezen. Dit heeft dusook grotendeels mijn schrijf- en werkwijze bepaald. Ik geef geen uitgebreide,maar tegelijk algemene, beschrijving van de doelgroep. Enerzijds omdat elkemens toch uniek is, ongeacht zijn of haar pathologie, en anderzijds, omdat de6


mensen voor wie dit werk bedoeld is, de doelgroep en zijn pathologieën alkennen en het dus niets zou bijbrengen aan mijn eindwerk, naast bladvulling.Naast het feit dat het een document is dat in eerste plaats als internadviesdocument zal worden gebruikt op mijn stageplaats, is het ook bedoeldvoor andere begeleiders, of stagiairs in een dagcentrum, die interesse tonen omeen muziekatelier op te starten. De specifieke eigenschappen van hetdagcentrum of organisatie zullen wel verschillen, maar de manier vananalyseren zal kunnen worden overgenomen.Om het lezen iets gemakkelijker te laten verlopen meld ik nog dat ik in de eerstepersoon spreek als het over mijn persoonlijke inzichten of proefateliers gaat, ikspreek in de eerste persoon meervoud (we) als ik het heb over dingen die opmijn stage beslist zijn. Er zullen ook gelegenheden zijn waar ik in de derdepersoon enkelvoud spreek (men) en dat is meestal wanneer ik een bronbespreek.Als laatste wil ik aan alle lezers nog een laatste raad meegeven. Verlies tijdenseen werk als dit nooit uit het oog dat de gasten de belangrijkste personen zijn.Het gaat om hun welzijn. Zij moeten dit als eerste willen en (aan)kunnen.Daarnaast mag je ook niet de organisatie, als beleid vergeten, zij zorgen datdeze dingen mogelijk worden gemaakt en de begeleiding moet zijn steunverlenen aan jouw project, dus help hen, zodat ze jou ook helpen. Het is vanvitaal belang dat je werkt als een team. En teamplay klinkt mij als muziek in deoren!7


Hoofdstuk 1: Voorstelling Stageplaats enstageopdracht1.1 StageplaatsHeel kort wil ik mijn stageplaats aan u voorstellen. Eerst geef ik de sector die zeinneemt op de sociale kaart mee, waar men actief is het adres van destageplaats. Dan bespreek ik kort de doelgroep. Ik doe dit enkel algemeen,zonder in te gaan op de specifieke problematieken, omdat dit werk bedoeld isvoor mensen die al werken binnen de sector. Ik bespreek vervolgens de globaledoelstellingen van het dagcentrum. De specifieke doelstellingen worden laterbesproken tijdens de analyse van de intrinsieke mogelijkheden van de gasten.Als laatste bespreek ik ook de verschillende vaste ateliers binnen mijnstageplaats. Deze zijn belangrijk om een eerste, algemene, maar duidelijkeindruk te krijgen van het niveau en de draagkracht van de gasten in hetdagcentrum.Mijn stageplaats is Intesa vzw. Het werkveld is de gehandicaptensector. Intesais de afkorting van Integratie in de Samenleving. Intesa heeft dagcentra enwoonwerkingen. Mijn stage had plaats in het dagcentrum in Broekom, maardaarover dadelijk meer. Neem ook eens een kijkje op www.intesa.be.INTESA vzwTongersesteenweg 843840 Borgloontel: 012/39.04.60fax: 012/74.68.24e-mail: centrale@intesa.beDe algemene doelgroep van Intesa is mensen met een mentale en/ofmeervoudige handicap, die nood hebben aan ondersteuning in dezemaatschappij. Ondersteuning op het gebied van wonen, zinvolle dagbesteding,verwerven en onderhouden van vaardigheden en bevorderen van dezelfredzaamheid.Deze algemene doelgroep kan je opsplitsen in vier groepen. De handicap kanlicht zijn, matig, ernstig en diep. De verdeling binnen het dagcentrum inBroekom, waar dit eindwerk over handelt en ik mijn stage doorliep, staat hier nubeschreven. (Bollen, 2005)De volgende titels zijn telkens de namen van de verschillende ateliers.Hieronder vind je de omschrijving ervan, gevolgd door de doelen van het atelieren de omgeving waarin het gepland staat. Als laatste geef ik per atelier ook debegeleidingsaandacht, aangezien die voor mij als agoog erg belangrijk is. Af entoe zal ik een voorbeeld geven uit de praktijk om deze dingen duidelijk temaken.8


1.1.1 Atelier 1: De oude creaOmschrijving:In dit – en alle andere ateliers wordt er gezorgd voor een aangenamedagbestedingsomgeving. De verzorgingsmomenten en het eten staan centraalen zijn verwerkt in het programma. Naast basale stimulatieactiviteiten wordt hetprogramma aangevuld met praktische huishoudelijke en persoonlijkeredzaamheidsactiviteiten en (re)creatieve activiteiten. Er wordt bijvoorbeeld deafwas gedaan met de gasten en er zijn veel spelmomenten.Doelen:Het onderhouden en/of verwerven van de praktisch persoonlijke - enhuishoudelijke taken, samen met het aanbieden van een aangename enontspannende dagbestedingsomgeving, is het doel van dit atelier. In dezesubgroep zitten ook deelnemers die komen tot een vorm van creatievevaardigheden.Omgeving:Dit is een speciaal daartoe ingericht of aangepast lokaal. Het is gezellig,huiselijk ingericht en heeft zijn eigen keukentje. Het moet een rustgevendeinvloed hebben op de gasten. Er zijn ook aangepaste stoelen, tafels voor deminder mobiele gasten en er is voldoende ruimte om zich te verplaatsen meteen rolwagen. De toiletten zijn net buiten het lokaal gelegen om snelleinterventies mogelijk te maken. De gasten kunnen in subgroepen deelnemenaan paramedische of vormende sessies in andere lokalen.Begeleidingsaandacht:In dit atelier gaat men niet resultaatgericht werken maar wel naar het uitvoerenvan de activiteiten. De activiteiten zijn gericht op een zinvolle dagbesteding enaangepast aan de individuele noden. Er is nood aan constante begeleiding. Viaherhaling en gewoontevorming kan een geringe vorm van zelfstandigheid bij deactiviteiten worden ontwikkeld. Door de specifieke noden dient de begeleidingte gebeuren door mensen met een orthopedagogische achtergrond.Begeleiders of stagiairs met een andere graad, kunnen en mogenondersteuning bieden.9


1.1.2 Atelier 2 : Creatief /arbeidsgericht (Bolletjes)Omschrijving:De dag wordt gestructureerd aan de hand van eenvoudige taken, (re)creatieveen vormende activiteiten. Er wordt thematisch gewerkt. Tevens is er eenaanbod van arbeidsgerichte activiteiten (inpakken van bolletjes voor inkauwgumautomaten). De deelnemers zijn in beperkte mate in staat, mits veeltraining en individuele begeleiding, deel te nemen aan eenvoudige enaangepaste taken. Deze activiteiten worden door sommigen toch ook vaak als“werken” ervaren. Er is aandacht voor functietraining en het aanleren vanelementaire en eenvoudige handvaardigheden.Doelen:Naast het aanbieden van een zinvolle dagbesteding, zal deze groep ookwerken aan het onderhouden en/of verwerven van een aantal vaardigheden.Tevens staat tot doel het verkrijgen en/of behouden van een positief zelfbeeld.Het genieten van de verschillende functies van arbeid is een doel op zich.Deze functies zijn contact met anderen, stijging van de zelfwaarde enzelfstandigheid. Er is ook sociale beloning, namelijk het behalen van een goed(werk)resultaat.Omgeving:Een speciaal daartoe ingericht of aangepast lokaal. Het moet gezelligheiduitstralen en aanzetten tot creativiteit. Het lokaal is ingericht naar de specifiekegebruikersnoden, zoals speciale stoelen, voldoende ruimte om met rolwagenste manoeuvreren, Ze kunnen deeltijds deelnemen aan vormende- ofparamedische sessies in een ander lokaal.Tijdens de dag komt men tot een duidelijk tijdsschema.Begeleidingsaandacht:Er is geen eis met betrekking tot het behalen van een resultaat, wel naar hetuitvoeren van de activiteiten. De begeleidingsaandacht is gericht op hetaanbieden van een zinvolle dagbesteding, aangepast aan de individuele noden.Er is nood aan constante begeleiding. Gezien er sprake is van productie enrendement kunnen er eisen gesteld worden. De begeleiding richt zich tot hetaanleren van nieuwe technieken of deeltaken. Eens de technieken verworvenzijn, kunnen deze onder toezicht plaatsvinden. De begeleidingsaandacht gaatnaar basisvaardigheden die noodzakelijk zijn voor het uitvoeren van deactiviteiten en het werken in groep. Via herhaling en gewoontevorming kan eengeringe vorm van zelfstandigheid bij de activiteiten worden ontwikkeld. Door despecifieke noden dient de begeleiding te worden gedragen door mensen meteen orthopedagogische achtergrond. Begeleiders of stagiairs met een anderegraad, kunnen en mogen ondersteuning bieden.10


1.1.3 Atelier 3: De kook- bak en huishoud groep:Omschrijving:De doelgroep kan niet (meer) werken in een regulier of beschermdtewerkstellingscircuit. In het aanbod van activiteiten ligt de nadruk op hetarbeidsmatige: er worden activiteiten aangeboden die een resultaat of productafleveren en met een zekere tijdsdruk. Er worden aanvullend (in mindere mate)ontspannings-, vormings- en sportactiviteiten aangeboden.Doelstellingen:Het gaat om activiteiten waar het verplichtende karakter een zekere rol speelten waarbij duidelijk appèl gedaan wordt op het gevoel ‘aan het werk te zijn’. Deactiviteiten kennen een zekere tijdsdruk en dienen kwalitatief goed afgewerkt teworden. Het gaat hier om de voeding van het alle dagcentra van de vzw Intesa.Deze middagmalen worden in de voormiddag bereidt. De deelnemer isgemotiveerd om dit rendement te halen.Omgeving:Het werk kan uitgevoerd worden in een interne locatie die specifiek werdingericht.De ontspannende-, vormende activiteiten vinden best plaats in een rustigeomgeving, bij voorkeur hun eigen lokaal of een ander lokaal, dat specifiek isingericht voor de activiteit die men wil doen.Begeleidingsaandacht:Omdat het rendementsgerichte activiteiten zijn worden er duidelijke eisen aande deelnemers gesteld. De begeleiding richt zich vooral op werkbegeleiding,waarin het mogelijk wordt dat deelactiviteiten na training zelfstandig uitgevoerdworden. De begeleiding past de organisatie en het werk aan de mogelijkhedenvan de deelnemers aan. Naast het verwerven van specifieke vaktechnischevaardigheden, moeten ook de persoonlijke en sociale ontwikkeling, deontplooiing en het welzijn van de begeleide personen, bevorderd worden. Debegeleiders zijn over het algemeen mensen (al dan niet met eenorthopedagogische achtergrond) die het werk goed beheersen. Naast een vasteorthopedagoog zit er ook een gediplomeerde kok bij om op het technischegedeelte toe te zien.11


1.1.4 Atelier 4: Arbeidsgericht /creatief atelier met nood aan structuur:Omschrijving:Er is een aanbod van arbeidsgerichte activiteiten (er worden lolly’s ingepakt),maar deze deelnemers kunnen het continue van deze activiteiten niet (meer)aan. Er is zekere vorm van productiviteit en rendement. Deze activiteitenkunnen gecombineerd worden met deeltijdse creatieve- vormende- sport- en/ofontspanningsmomenten. De arbeidsgerichte activiteiten primeren, maar er zalaltijd gelet worden op de draagkracht van de gasten.Doelstellingen:Het genieten van de verschillende functies van arbeid is een doel op zich. Dezefuncties zijn contact met anderen, stijging van de zelfwaarde en zelfstandigheid.Er is ook sociale beloning, namelijk het behalen van een goed (werk)resultaat.Binnen dit atelier wordt er gewerkt met aandacht voor het behalen van eengoed (werk)resultaat.We zorgen voor een duidelijk dagschema voor elke gast. Dit structureren vande dagbesteding is nodig omdat de deelnemers kwetsbaar en gevoelig zijn vooromgevingsveranderingen en stressfactoren. Door binnen een dagschema takente bespreken, de volgorde van handelingen vooraf te bepalen met hen,proberen we deze omgevingsveranderingen en stressfactoren tot een minimumte beperken. Zo kunnen ze werken binnen een voor hen veilige en geborgenomgeving.Omgeving:Een speciaal daartoe ingericht of aangepast lokaal. Tijdens de dag komt mentot een duidelijk tijdsschema dat zorgt voor structuur en eenduidigheid in detaakverdeling.Hoe beter het atelier (de werkomgeving) is ingericht, hoe meer garantiesgeboden worden tot een goede zorg voor deze doelgroep. het moet een lokaalzijn dat uitnodigt om te werken. Dit wil zeggen, functioneel ingericht maar tochgezellig.Begeleidingsaandacht:Gezien er sprake is van productie en rendement kunnen er eisen gesteldworden. De begeleiding richt zich tot het aanleren van nieuwe technieken ofdeeltaken (lolly’s inpakken op de juiste manier, lolly’s tellen,). Eens detechnieken verworven zijn kunnen deze zelfstandig, maar onder toezichtplaatsvinden.Begeleidingsaandacht gaat naar basisvaardigheden die noodzakelijk zijn voorhet uitvoeren van de activiteiten en het werken in groep. Door de specifiekenoden voor deze doelgroep dient de begeleiding te worden gedragen doormensen met ortho(ped)agogische/paramedische achtergrond en technischebekwaamheden.12


We moeten onze medewerkers anders (leren) laten kijken naar personen meteen gedragsprobleem en hen duidelijk maken dat dit gedrag niet enkelsamenhangt met de kenmerken van de persoon, maar ook met de kenmerkenvan zijn omgeving.1.1.5 Atelier 5: De structuurgroep:De omschrijving, de doelstellingen, de omgeving en de begeleidingsaandachtvan arbeidsmatige ateliers gelden hier ook, maar worden aangevuld omwillevan de specifieke doelgroep, namelijk personen met een bijkomendgedragsprobleem.Blijvend kwetsbare personen met beperkte aanpassingsvermogens zullenslechts leven met een algemeen gevoel van welbehagen wanneer ze vertoevenin een omgeving met voortdurende ondersteuning en aangepaste fysiekeomstandigheden.Hoe beter de zorg (lees het inrichten van de werkvloer) en de structuur aansluitbij de unieke behoefte, hoe groter de kans is dat hij of zij zich gelukkiger kanvoelen. Er zullen in dit atelier bijvoorbeeld persoonlijke taakschema’s wordenopgesteld in overleg met de gasten.De medewerkers moeten anders (leren) kijken naar personen met eengedragsprobleem en hen begrijpen dat dit gedrag niet enkel samenhangt metde kenmerken van de persoon, maar ook met de kenmerken van zijn omgeving.1.1.6 Besluit:Mijn stage had plaats in een dagcentrum. De globale doelstelling van hetdagcentrum is de gasten een zinvolle dagbesteding te geven, ze te helpen methet verwerven en onderhouden van vaardigheden en het bevorderen van dezelfredzaamheid. De doelstellingen van het dagcentrum, specifiek naar degasten specifiek toe, worden later dieper toegelicht, tijdens de analyses, wantdeze gebeuren uiteraard aan de hand van de doelstellingen van hetdagcentrum.13


1.2 Vanwaar de vraag naar een muziekatelier?Door de reorganisatie binnen de dagwerking van het dagcentrum van Broekomzijn alle gasten onderverdeeld in vaste ateliers met vaste begeleiders en vastetaken. Voordien was er een wildgroei van verschillende ateliers en er was eenconstante onzekerheid onder begeleiding en gasten die zich afvroegen, wiewat, wanneer en waar moest doen? Dit was om verschillende redenen nietgoed. Zowel de gasten, als het beleid, als het personeel vroegen om eenhouvast en dus om een fundamentele verandering.Alles is nu tot de basis herleid. Enkel de atelierspecifieke semi – industriële- enverzorgingstaken worden uitgevoerd. Deze zijn in de vorige pagina’sbesproken. De communicatie tussen beleid en dagcentrum verloopt sinds dehervorming elke dag beter en de onderlinge communicatie binnen hetdagcentrum zelf, wordt constant opgevolgd door een sterke coördinator.Ondertussen is men begonnen met de structurele heropbouw van extra ateliers.Er worden geregeld wandelingen ingelegd, met vrijwilligers en een vastebegeleider. Er worden terug vormingen georganiseerd (ik geef er eentje rond deeuro). De coördinator probeert een zwemgroepje op te richten,Dit terugkeren naar de basis is in functie van de op til staande verhuis naar eennieuw en functioneler gebouw. Met die verhuis probeert de organisatie eenfrisse start te nemen en zal ze behoren tot de middelgrote instellingen inVlaanderen.Mijn specifieke opdracht bestaat eruit – vanuit het beleid – een analyse temaken van het dagcentrum, betreffende de mogelijke kansen op succes vooreen muziekatelier.Met vanuit het beleid bedoel ik, het beleid moet alles wat ik doe steunen,begrijpen en als verantwoord beschouwen. In het verleden zijn hier watproblemen geweest met terugkoppeling van het dagcentrum naar het beleid toeen nu wil de organisatie die fout niet meer maken.Met analyse bedoel ik, een analyse van de beginsituatie, van het niveau vaninteresses en van de intrinsieke mogelijkheden van de deelnemers,... met alseindresultaat een gefundeerde verantwoording, waarom muziek een plek moetkrijgen binnen de atelierwerking van het dagcentrum.Natuurlijk zou ik deze opdracht niet gekregen of aanvaard hebben als er geenduidelijke hulpvraag vanuit de gasten omtrent muziek zou bestaan. Hetmerendeel van de gasten ervaart muziek positief en wil er ook mee bezig zijn,op verschillende niveaus. Die niveaus gaan we in de analyse verderonderzoeken en proberen vast te leggen.14


1.3 BesluitMijn stageplaats is een dagcentrum voor mensen met een mentale en/of fysiekehandicap. De vaste werkstructuur binnen het dagcentrum zijn vijf (werk)ateliers,die naar de noden en de niveaus van de gasten zijn ingedeeld. Het zijn dusredelijk homogene groepen. De hervorming was nodig om de communicatietussen het beleid en het dagcentrum en de onderlinge communicatie binnen hetdagcentrum beter te kanaliseren. De wildgroei van verschillende ateliers,zonder goedkeuring van het beleid moest ook een halt worden toegeroepen. Dehervorming is een voorbereidende stap op de verhuis naar de nieuwbouw, netals de extra ateliers die nu in de lade liggen, waaronder het muziekatelier alsgrootste.15


Hoofdstuk 2: <strong>Muziek</strong>?2.1 Wat is muziek?Dit is misschien wel de meest moeilijke opdracht van deze thesis. Eenbevredigend antwoord geven op de vraag “Wat is muziek?”. <strong>Muziek</strong> is moeilijkte beschrijven met woorden. Al schrijf ik hier 20 pagina’s vol, over wat ik denkdat muziek is, enkel de ervaring van muziek kan duidelijk maken wat muziek is.En een ervaring is persoonlijk. Volgens mij kan iedereen muziek andersomschrijven, maar ik zal aan de hand van verschillende professionele opiniesproberen te komen tot een eenvormig beeld, een visie op wat muziek is, infunctie van dit eindwerk. Let wel, ik zal geen “echte” definitie geven, geen vijfzinnen die alles samenvatten. Het onderstaande geheel zal een soort verklaringvan het begrip muziek zijn.Allereerst wil ik de weg van de logica bewandelen. Wat zegt onze vriend vanDale (1995: 1879) over muziek? In de – als standaard aanvaarde woordenboek– van Dale wordt muziek als volgt omschreven:• Het kunstzinnig ordenen van klanken.• Voortbrengselen der toonkunst, instrumentale muziek die in generleibetrekking staat tot uiterlijke motieven of tot een andere kunst.• Uitvoering van muziekstukken.• Geheel van samenklinkende geluiden (al dan niet aangenaam)• Geschreven of gedrukt stuk met muzikale tekens.Deze omschrijving is natuurlijk juist. Maar naar mijn mening niet volledig.<strong>Muziek</strong> is veel meer dan hetgeen in deze uitleg wordt beschreven. Ik zou graagenkele citaten meegeven uit boeken of uit interviews met mensen uit demuziekwereld. Ik zal ze ook toelichten.Allereerst een definitie van muziek die vaak wordt meegegeven en relevant isvoor de agogische processen die we willen bekomen. Dit is de meestmuziektechnische uitleg van wat muziek is, zonder in onverstaanbare notentaalte beginnen spreken. Op de volgende pagina’s halen we de definitie in stukjesuit elkaar om ze vervolgens te analyseren.“<strong>Muziek</strong> is een gestructureerd, akoestisch spel in de tijd en met de tijd.”(ter Burg 1985: 19-21)16


<strong>Muziek</strong> is een spel:Hiermee bedoelt men niet het spel dat wij en de gasten spelen, maar het spelvan krachten en eigenschappen dat zich in de muziek zelf afspeelt. (zie defuncties van muziek op het einde van dit hoofdstuk.)<strong>Muziek</strong> is een akoestisch spel:Het spelmateriaal is geluid, klanken en tonen (hoge, lage, zachte, doffe, enz).Maar ook sis-, schuur-, kraak-, ruis-, fluit-, en tokkelgeluiden kunnen in het spelbetrokken worden. Het akoestisch materiaal blijft dus niet beperkt tot klankenvoortgebracht op de ons vertrouwde muziekinstrumenten.<strong>Muziek</strong> is een gestructureerd akoestisch spel:Wat het klankenspel tot muziek maak, is de ordening, de structuur. Ordening intonen, in tijd, in timbre en in vorm. Dat kan een strakke, maar ook een vageordening zijn. In elk geval gaat het om een bewuste, weloverwogen ordeningvan het muzikale materiaal tot een zinvol geheel.Om dit te verduidelijken een voorbeeld uit mijn stage:Een van de gasten staat met een slagstok in de hand voor een tafel met daaropeen klavecimbel. Zij heeft niet eerder op dit instrument gespeeld, maar heeftwel kennis van het instrument. Ze heeft het al eerder zien bespelen dooriemand anders. Ze slaat met één hand op de plaatjes. Al spelend ontdekt zij demogelijkheden van het klavecimbel. Per plaatje is er een aparte klank, als jeharder slaat klinkt het ook harder, aan de zijkanten heb je een andere klank,etc.Tot zover is er nog geen sprake van muziek, er zit nog geen structuur in. Het isenkel een spel, een verkenningsspel.Iets later komt er een tekening in haar spel. Ze speelt alle plaatjes van linksnaar rechts (van laag naar hoog) en weer terug. Dit herhaalt zich. Dan komener variaties. Op een bepaald moment ontdekt ze dat ze de eerste zes of zevennoten van ‘Broeder Jacob’ kan spelen. Ze blijft dit herhalen en meezingen.Telkens als ze dit gedaan heeft straalt ze en begint ze opnieuw te spelen. Nuontstaat er muziek. Ze speelt met klankkleur, met klanksterkte, met tijd (snellerof trager spelen) en met structuur (afwisseling van noten die telkens terugkomt).Ze ervaart dit als een zinvol geheel. Ze beeldt iets uit. Wat zij uitbeeldt is niet inwoorden te vertellen. Daaraan heeft zij ook geen behoefte.In een later stadium zal zij zich aanpassen aan een strakke voorgeschrevenordening, ordening in maat, ritme, etc. Ze zal bijvoorbeeld ‘Broeder Jacob’ ineen vast tempo, en een vaste ordening, leren spelen. In beide gevallen is ersprake van structuur. In het eerste geval een min of meer vage ordening, in hettweede geval van een strakke ordening.17


<strong>Muziek</strong> is een gestructureerd akoestisch spel in de tijd en met de tijd.Tijd is een niet te definiëren begrip, maar iedereen weet wat we met tijdbedoelen. Uitdrukkingen als ‘de tijd staat niet stil’ of ‘de tijd vliegt’ enzovoort,geven aan dat de tijd steeds in beweging is, altijd voortschrijdend. In relatie totmuziek gaat het niet om tijdsaanduiding, niet om de kloktijd, maar omtijdservaring, tijdsbeleving. <strong>Muziek</strong> beweegt zich in geordende tijdsstructuren.Op het moment dat we muziek waarnemen, verandert de diffuse tijdservaring ineen gestructureerde tijdsbeleving. Tijd wordt hoorbaar en vooral voelbaar. Dezintuiglijke waarneming brengt in ons een proces op gang dat leidt tot hetmeebeleven van en het reageren op het muzikale bewegingsspel. Hoe dieperde waarneming, hoe sterker de werking en de drang naar reactie.Maat, de ordening in min of meer gelijke tijdseenheden, is een aspect. Eendaarmee verweven aspect is het ritme, een structuur van korte(re) en lange(re)geluiden, klanken en tonen, dat onderbouwd wordt door en verstrengeld is metde maat. Maat is de ordening in tijd, ritme is het spel met de tijd. Twee facettenvan het akoestisch, in de tijd geordend bewegingsspel.De andere aspecten als melodie en harmonie voegen zich in deze ordening enbeïnvloeden op hun beurt het bewegingsspel.“<strong>Muziek</strong> komt van het Griekse Mousiké, wat zoveel betekent als kunst vande muzen.” (www.dobrego.com)Bij de oude Grieken was dit de algemene artistieke opleiding, in tegenstelling totde lichamelijke opvoeding. Pas in de christelijke tijd werd het die kunsttak die uitritme, melodie en harmonie is opgebouwd.“<strong>Muziek</strong> is het enige geluid waarvoor je moet betalen.” (Alexandre Dumas)(Polaris 1999: 22)Dit lijkt misschien een rare uitspraak, maar het is wel degelijk zo. Als je devorige twee ‘definities’ in het achterhoofd houdt daag ik u als lezer uit om eenvorm van muziek te zoeken waar er niemand voor moet betalen. Daarom nietbetalen met geld, je kan ook tijd erin investeren, dan ‘betaal’ je met tijd, etc.Straatmuzikanten moet je niet betalen, maar ze staan daar wel te spelen omgeld te verdienen, om naar de radio te kunnen luisteren moet je een radiokopen, als je zelf muziek wil maken heb je een instrument nodig, als je eengoed concert wil meepikken, zal je verlof moeten nemen, een andere activiteitafzeggen, eventueel het ticket betalen,...18


“<strong>Muziek</strong> heb je nooit uit. <strong>Muziek</strong> ruist voort en overtreft het leven.” (PierreJanssen) (Polaris 1999: 22)Je kan duizenden maal een muziekstuk horen en het geweldig vinden. Als jehet niet meer leuk vindt, als je het uit hebt, zal je op een ander muziekstukstoten en dit onnoemelijk mooi vinden. <strong>Muziek</strong> gaat ook verder wanneer hetmensenleven eindigt. <strong>Muziek</strong> blijft ook bestaan nadat de maker ervan isheengegaan“<strong>Muziek</strong> is geen kunst maar in de eerste plaats een kunde.” (Peleman2006)Het muziek maken is misschien algemeen aanvaard als een kunstvorm. Axlvindt dit niet geheel juist. “<strong>Muziek</strong> maken is een kunde.”, zegt hij. Hij bedoelthiermee dat je niet van vandaag op morgen ‘muzikant’ bent. Je wordt dat. Nietenkel door scholing maar door ervaring. Je moet er kundig in worden voordatmen kwaliteit herkent. Dat is niet altijd zo met andere kunstvormen, niet dat dieminderwaardig zijn!“Ik beschouw de muziek niet slechts als een kunst om het oor teverrukken, maar als een van de machtigste middelen om het hart teontroeren en gevoelens op te wekken.” (W. Von Gluck) (Margadant 1990:393)Dit kunnen we al als een functie van muziek beschouwen. Hierover later meerin dit hoofdstuk. <strong>Muziek</strong> is dus een machtig instrument, een machtig middel, datde mens beheerst. Dit is belangrijk. We kunnen het dus gebruiken in eenagogische setting.“<strong>Muziek</strong> zit in de lucht, muziek zit overal. Er bestaat zoveel muziek en jeneemt gewoon zoveel als je nodig hebt.” (Edward Elgar) (Polaris 1999: 21)Dit is weer een waarheid als een koe. Je vindt op de meeste werkvloeren eenradio, in elke stad weergalmt muziek door de winkelstraten. In elke uithoek vanhet land zijn er optredens, voorstellingen, en je kan zelf kiezen hoeveel jeervan meepikt, waar je voorkeur ligt,“<strong>Muziek</strong> is iets heel vreemd. Ik zou bijna zeggen, dat het een wonder is,want het staat halverwege gedachte en fenomeen, tussen geest enmaterie. Een soort vage tussenweg die wel en niet lijkt op de zaken waarhet tussenin ligt – geest die uiting in de tijd vereist en materie die hetzonder ruimte kan stellen.” (Heinrich Heine) (Polaris 1999: 21)“<strong>Muziek</strong> is liefde!” (Hanslick) (Polaris 1999: 21)19


“De beste muziek gaat door merg en been.” (Quinte van ABN) (Wablieft2001)“Er is geen lawaai, enkel geluid, en elk geluid dat we horen kan muziekzijn.” (John Cage) (Wikipedia 2006)“Door muziek kan je, anders dan door de wetenschap, het verleden tot zijnwezen terugbrengen.” (Vaughan Williams) (Polaris 1999: 21)“<strong>Muziek</strong> is de kunst van de profeten, de enige kunst die de roerselen vande ziel tot kalmte kan brengen; het is een van de indrukwekkendste enheerlijkste gaven die God ons heeft gegeven.” (Luther) (Polaris 1999: 21)2.1.1 Besluit:Uit deze citaten kunnen we afleiden dat muziek voor ieder iets anders is. Maardat ieder mens ook een mening heeft over muziek. Dat muziek, met anderewoorden, de mens niet onberoerd laat.Het volgende citaat is het laatste. Ik heb het teruggevonden in vele eindwerkenen (recente) boeken, maar ik geef de bron van het oudste boek dat ik vond(Van Hemel: 1932: 9), om de tijdloze geest van het citaat mee te onderstrepen.Het is het bewijs dat muziek en mens met elkaar verbonden zijn. Geen mens,geen muziek, en omgekeerd Hier komt het“<strong>Muziek</strong> is onafscheidelijk van het doen en laten van de mens: zebegeleidt hem, door tonen van alle aard, van de wieg tot het graf!”20


2.2 De taal van muziekIs muziek een taal, zo ja, wat kan er met die taal gezegd worden? Hoe zit ze inmekaar? Wie spreekt de taal van muziek?Dit stukje wil ik ook inleiden met enkele interessante citaten, die ik o.a. haaldeuit het eindwerk van Greet Pollaris (1999: 21-22), enkele citatenboeken en eeninterview met mijn maat en collega muzikant, Axl Peleman.“<strong>Muziek</strong> is de kunst van het denken (en spreken) met klanken.” (JulesCombarieu) (Polaris 1999: 22)“<strong>Muziek</strong> is de universele taal van de mens.” (H. W. Longfellow) (Polaris1999: 21)“Het belangrijkste van de muziek staat niet in haar noten.” (Gustaf Marbler)(Buddingh 1982: 421)“<strong>Muziek</strong> is de stenografie van de emotie.” (Leo Tolstoj) (de Ley 1990: 565)“Men zegt dat muziek de taal is van de engelen: geen enkele andereuitingsvorm van de mens wordt als zo goddelijk beschouwd. <strong>Muziek</strong>brengt ons dichter bij het eeuwige.” (Thomas Carlyle) (Polaris 1999: 22)“<strong>Muziek</strong> is een taal, de taal. Volgens mij is muziek de Esperanto; iedereenverstaat muziek. Ik heb in Amerika zomaar spontaan een namiddag zittenjammen met een zwarte, die geen Engels sprak, gewoon op zijn‘backporch’, maar we begrepen elkaar, met enkel onze gitaren enstemklanken.” (Axl Peleman, 2006)“<strong>Muziek</strong> is de wereldtaal: zij hoeft niet vertaald te worden, daar spreektziel tot ziel.” (Weber) (Margadant 200: 392)“Waar de spraak ophoudt, daar begint de muziek.” (E.T.A. Hoffmann)(Buddingh 1982: 420)“<strong>Muziek</strong> is een hogere openbaring dan alle wijsheid en filosofie.” (Ludwigvan Beethoven) (Polaris 1999: 22)21


Vele functies die een verbale of geschreven taal ook heeft, vinden we terugbinnen de muziek. Mensen aan het denken zetten, communiceren, emoties enreacties uitlokken, Kennelijk kan dit door middel van muziek beter dan anderevormen van communicatie. <strong>Muziek</strong> kan dieper gaan, meer betekenis geven daneen heel boek vol woorden. Of ondersteunend werken, bij een tekst.Er is veel recent onderzoek gedaan naar de wisselwerking tussen geluid en dewerking van onze hersenen. Er dient nog veel onderzocht te worden, maar hetis wel al duidelijk dat geluid, en dan met name geordend geluid, in de vorm vanmuziek, bijzonder sterk op ons inwerkt (www.music-abc.com). Waarschijnlijkzelfs sterker dan visuele prikkels omdat er hier minder 'vertalingen' hoevenplaats te vinden. Dit dan iedereen wel bevestigen. Ieder van ons heeft wel eenservaringen gehad met muziek die onweerstaanbaar ontroert, die een directelichamelijke bewegingsrespons teweegbrengt of die bijvoorbeeld agressieoproept. Al eeuwenlang wordt muziek op effectieve wijze gebruikt om teverleiden, om mensen te laten dansen of om soldaten aan te vuren in de strijd.En nog veel ouder zijn bezweringsriten, mantra's en Vedische gezangen.Afgezien van percussie-instrumenten, die waarschijnlijk nog verder teruggaan,blijken blaasinstrumenten ook al zo'n 40.000 jaar oud te zijn.“<strong>Muziek</strong> heeft zijn eigen letters. Net zoals onze schrijf- en spreektaal hetalfabet heeft, ‘spreken’ we in de muziek met noten. Deze zijn overal, inelke cultuur dezelfde. Er zijn variaties op, vooral onderverdelingen, maarde basis blijft dezelfde. Do Re Mi Fa Sol La Si Do, met zijn 5 kruizen ofmollen (halve noten).” (Axl Peleman 2006)Taal is iets dat mensen verbindt. Het zorgt er mede voor dat verschillendevolkeren zich van elkaar kunnen onderscheiden. Maar door dezeonderscheiding zorgt het wel voor een sterke band tussen een hoop mensen.<strong>Muziek</strong> kan dit ook. Kijk maar naar wat muzikale manifestaties zoals ‘live-aid’ teweeg kunnen brengen, het kan miljoenen mensen verenigen voor eengemeenschappelijk doel. (Dewhurst-Maddock 1993: 8)2.2.1 Besluit:<strong>Muziek</strong> is dus een taal, een sterke taal, maar ook een eenvoudige taal. Ze isopgebouwd uit 12 basisletters, de noten. De taal van muziek wordt over de helewereld, in elke cultuur gemaakt met deze 12 noten, weliswaar met nog extraonderverdelingen van deze noten, maar in essentie kan iedereen muziekverstaan. <strong>Muziek</strong> is een gestructureerd spel in de tijd en met de tijd, waardoorwe inzien dat ook de taal van muziek een gestructureerde taal is, die dooriedereen kan worden ontcijferd. <strong>Muziek</strong> zorgt voor beweging, reactie, bij demens. <strong>Muziek</strong> doet dat ook; muziek kan verschillende gevoelens uitlokken bijverschillende mensen. Soms bij velen de zelfde, en soms bij iedereen eenander gevoel<strong>Muziek</strong> heeft ook iets bovennatuurlijks, waardoor het de taal vande engelen, de goden, wordt maar in werkelijkheid spreken velen enverstaat iedereen die het horen kan/wil, de taal van muziek.22


2.3 <strong>Waarom</strong> muziek binnen een agogische setting?<strong>Waarom</strong> gebruiken we muziek binnen een agogische setting? We moeten dusde functie van muziek bespreken met betrekking tot het dagcentrum. Wehebben bij de bespreking van de taal van muziek al enkele functies verraden.Deze gaan we nu toelichten met wat theorie en praktijkvoorbeelden, samen metnog andere belangrijke en relevante functies. Eerst bespreek ik nog muziek alsmedium of muziek als doel. Ik leg het verschil uit en verantwoord waarom wewel voor het ene kiezen en niet voor het andere, binnen de context van ditdagcentrum.<strong>Waarom</strong> we muziek gebruiken in hulpverleningssituaties kan ik best omvattendoor een citaat mee te geven van Willem Brons (Pollaris 1999: 22):“<strong>Muziek</strong> is een wonderlijk medium dat op onverklaarbare wijze een mensboven zijn beperkingen doet uitstijgen en hem in contact brengt met hetonbegrensde.”Ik werd op mijn stage aan bezoekers soms voorgesteld als de muziektherapeutvan de voorziening. Dat klinkt mooi, maar ik zal nooit spreken overmuziektherapie binnen mijn stage. Misschien leunen bepaalde activiteiten tegende muziektherapie aan, maar de term muziektherapie wordt (te) vaak gebruikt.Meestal gaat het wel om een methodische toepassing van muziek, maar omecht van muziektherapie te mogen spreken moet men zeer specifieke studiesgedaan hebben. De ‘echte muziektherapie’ gaat ook veel verder en dieper alsdat wat we doorgaans muziektherapie noemen.Ook in de literatuur is er een grote begripsverwarring en vaagheid merkbaar.Tegenwoordig wordt muziek bij tal van doelgroepen zoals chronische zieken,psychiatrische patiënten, verstandelijke-, motorische- en sensorische andersvaliden, kinderen met psychosociale moeilijkheden, aangewend, met heelverschillende bedoelingen.De veelgebruikte term ‘muziektherapie’ dekt dan ook een ruime ladingactiviteiten en methodieken zoals begeleiding gericht op persoonsgroei, totpsychotherapie, gericht op het oplossen van emotionele en psychischeconflicten. (Van Walleghem 1989).Om de verschillende methodische toepassingen van muziek, elk met specifiekebedoelingen, toe te lichten, verwijs ik naar Prof. Dr. Van Walleghem en BeatrijsMaes (1989), die een situering binnen een ortho(ped)agogisch kaderopbouwden. Dit kader ontlenen ze in hoofdzaak aan Kok (1987) en VanGennep (1985). In onderstaand schema wordt hun gedachtegang samengevat.23


Schema 1: situering van toepassingen van muziek in het ortho(ped)agogischkader.De ortho(ped)agogische hulpverlening omvat in essentie het aanknopen vaneen persoonlijke en respectvolle relatie met de anders valide waarbij men deontwikkeling van de totale persoon stimuleert met het oog op een uiteindelijkewelzijnsverbetering.Deze hulp krijgt concreet gestalte in verschillende handelingsvormen:• de vorming• de maatschappelijke ‘emancipatie’• de dagelijkse omgang• de ontwikkeling van de totale persoon• de behandeling van sociaal – emotionele moeilijkheden.Er zijn dus, zoals al eerder aangegeven, twee onderscheidingscriteria.Enerzijds is er de functionaliteit van muziek en anderzijds zijn er denagestreefde doelstellingen. Dit laat toe om aan elk van deze vijfhandelingsvormen een specifieke toepassing van het medium muziek tekoppelen bij mensen met een mentale handicap. (zie schema 1)24


2.3.1 <strong>Muziek</strong> als middel of als doel?2.3.1.1 <strong>Muziek</strong> als doel op zich:In de eerst plaats gaat het hier om de muziek zelf: het is niet de begeleider diekiest maar de persoon met de handicap. De begeleider kan wel dingenaanreiken. <strong>Muziek</strong> is hier geen middel maar een doel. Ik maak bijvoorbeeldmuziek om mijzelf positief te uiten, iemand anders om kritiek te spuien. Denieuwe plaat van Neil Young is bijvoorbeeld volledig tegen het beleid vanPresident Bush gericht.Muzikale vorming:Bij muziek als doel denken we allereerst aan muzikale vorming. Net als in degewone opvoeding vormt muziek ook bij mentaal anders validen sedert lang hetvoorwerp van muzikale vorming. Dit is object – georiënteerd; het gaat om hetverwerven van kennis en vaardigheden betreffende muziek in al haar aspecten:zingen, instrumenten ontdekken en bespelen, muziek beluisteren en bewegen.Recreatieve muziekbeoefening:Daarnaast kan muziek voor mensen met een mentale handicap een hobby zijnin de recreatieve muziekbeoefening. Hier is de invalshoek een zinvollevrijblijvende vrijetijdsbesteding waaraan men plezier beleeft en voldoeninguithaalt. Een instrument bespelen, aan koren deelnemen, een concertbezoeken, De laatste jaren zijn de mogelijkheden voor dergelijke activiteitenbinnen gehandicaptenorganisaties zowel kwalitatief en kwantitatief gegroeid.Luisteren naar hun lievelingsmuziek zal wel de meest ingeburgerdevrijetijdsbesteding zijn van heel wat volwassenen met een mentale en/of fysiekehandicap. En dat is zeker niet anders binnen Intesa. Vooral tijdens dewoonwerking zijn er privé-momenten voor de gasten, zodat ze op hun eigenradio naar hun eigen muziek kunnen luisteren.Deze toepassing van muziek binnen Intesa en binnen het dagcentrum, sluit aanbij de handelingsvorm maatschappelijke emancipatie omdat ze de mentaalandersvalide de kans geeft om een gewaardeerde en evenwaardige plaats inde samenleving in te nemen, die ook ruimte biedt voor meer sociale contacten.25


2.3.1.2 <strong>Muziek</strong> als agogische medium:Hier vormen muziek en het muziekgegeven niet het centrum, maar muziekwordt aangewend als een middel om een vooropgesteld doel te bereiken.<strong>Muziek</strong> wordt een middel om de gasten iets te leren (ortho - pedagogisch) ofwaarmee je een in gebreke blijvend functioneren bij een persoon kanverbeteren of genezen (therapeutisch). Men kan hierin een indeling maken opgrond van de aard van de doelstellingen en op grond van de methodischespecificiteit.<strong>Muziek</strong> in de dagelijkse omgang:<strong>Muziek</strong> levert een grote bijdrage tot het creëren van een aangepast leefklimaat.<strong>Muziek</strong> is sfeerscheppend en ontspannend in het dagelijks leven. Er is overalmuziek in het dagelijkse leven van de mens, radio, televisie, in het straatbeeld,op de werkvloer, thuis, Men moet ook streven naar een optimaalgeluidsklimaat. Overdaad moet worden tegengaan door bewust met geluid omte gaan.Er kunnen regels ingevoerd worden hieromtrent. In het dagcentrum staat deradio de hele dag aan en zetten begeleiders vaak doelgericht bepaalde cd’s,liedjes, op, om een bepaalde sfeer te creëren. Er zijn ook regels metrumoerige gasten opgesteld in verband met de geluidsoverlast die ze vaakveroorzaken, Tijdens busritten worden er bijvoorbeeld geregeld liedjesgezongen. De gasten zijn dan veel opener en opgewekter.Orthopedagogische muziekbeoefening:De orthopedagogische muziekbeoefening is erop gericht de vele verborgenmogelijkheden van de persoon met een mentale handicap te ontdekken en teontwikkelen. <strong>Muziek</strong> vormt hier dus een betekenisvolle hulp bij het op gangbrengen van persoonlijke ontplooiingsprocessen.Dit centrale begrip ‘persoonsontwikkeling’ wordt opgedeeld in drie deelaspectenwaarin muziek telkens een eigen bijdrage heeft.• Met betrekking tot de ontwikkeling als actualisatie van organische enpsychische functies kan muziek de motorische, de emotionele, deverstandelijke en de sociale functies bevorderen.• Als tweede is er ontwikkeling als initiatie. Namelijk het ingeleid worden inhistorisch – culturele verworvenheden van de samenleving. Dit komtondermeer tot uiting in het hanteren van de instrumenten die in de loop vande geschiedenis zijn ontworpen.26


• Als laatste is er ontwikkelijking als zelfverwerkelijking in interpersoonlijkeinteracties met anderen. In ortho(ped)agogische muziekactiviteiten kan deeigen identiteit bevestigd worden in communicatie met anderen. Dezepersoonlijkheidsontwikkeling is wel geen doel op zichzelf. De uiteindelijkebedoeling van het muzikaal bezig zijn is het verruimen van het persoonlijkwelbevinden van de persoon met een mentale handicap. In functie van ditwelzijn streeft men een optimale zelfverwerkelijking na. Hierbij bepaaltdatgene wat iemand aankan als persoon, datgene wat iemand nodig heeftom vreugde te beleven aan zijn mens-zijn of om zich goed te voelen alspersoon, wat optimaal is.Via systematische en doelgerichte muzikale activiteiten biedt men zo veelmogelijk groeibevorderende ervaringsmomenten aan, waarin de verschillendeaspecten van de totale persoon geïntegreerd worden.De doelstellingen worden vooral via de omgang met het muzikale materiaalbereikt. De activiteiten kunnen individueel of in groepsverband uitgevoerdworden. De participatie aan de muzikale spelen kan variëren van receptiefluisteren naar muziek tot actief musiceren en bewegen.<strong>Muziek</strong>therapie:Dit is een behandelingsmethode die muziek aanwendt in het kader van eentherapeutische interventie om intra-psychische en bepaalde sociaal-emotionelemoeilijkheden op te heffen.Men (Van Walleghem 1989) formuleert vier mogelijke aanwijzingen voor demuziektherapie bij mensen met een mentale handicap.• <strong>Muziek</strong> leent zich in de eerste plaats goed tot het behandelen vanpsychische stoornissen zoals psychosen, neurotische toestanden en eenzwak ik-besef. In de muziektherapie streeft men naar een versterktzelfgevoel, naar een positievere verwachting ten aanzien van de eigenmogelijkheden en naar een groter zelfvertrouwen.• Ten tweede kan muziektherapie gebruikt worden wanneer er zichcommunicatieve- en sociale moeilijkheden voordoen. Men probeert degestoorde interacties en communicatieprocessen te herstellen en teactiveren, in hoofdzaak op een non-verbaal niveau. Een duidelijk voorbeeld,die als casestudie wordt meegegeven in verschillende boeken is hetdoorbreken van het isolement van mentaal andersvaliden en autisten doorcontactopbouw met de therapeut.27


• Emotionele problemen zoals angsten, onzekerheden en stoornissen in deregulatie van de agressie vormen een derde mogelijke indicatie voormuziektherapie. <strong>Muziek</strong> herstelt, ondersteunt en activeert emotioneleprocessen. De doelstellingen kunnen in dit geval heel verschillend zijn. Wedenken aan het scheppen van een sfeer van veiligheid, het bieden vanemotionele warmte en het leren uiten van persoonlijke gevoelens.• Tot slot kan muziektherapie een behandelingsmethode zijn voor secundairestoornissen, voornamelijk op sensorisch of motorisch vlak.In de muziektherapie streeft men de bovengenoemde doelstellingen na viagerichte methoden en technieken die veelal psychotherapeutisch georiënteerdzijn. De therapeut tracht op methodische wijze een relatie te vestigen, testructureren en te hanteren om de stoornissen op te heffen en te verminderen.De in therapie naar voorkomende verschijnselen en uitingen moetengeïnterpreteerd en overeenkomstig beantwoord worden, zodat de conflicten enproblemen tijdens de sessies op verschillende wijzen doorgewerkt enherbeleefd kunnen worden.Vaste spelvormen worden minder en minder belangrijk, terwijl het procesgerichtwerken met liederen en muzikale improvisaties een steeds grotere plaats gaatinnemen.Ik heb niet de pretentie mezelf een muziektherapeut te noemen. Daarvoor ismijn opleiding niet specifiek genoeg. Ik probeer wel te werken met dezelfdedoelstellingen. Ik gebruik het middel muziek op dezelfde manier. Ik probeerbewust een agogisch proces op gang te trekken, te ondersteunen, Eenagogisch proces, dat breder is dan een therapeutisch proces, aangezien eenagoog op alle bestaanskringen probeert in te werken (bijlage 1: het agogischeproces) en de therapeut enkel op de persoonlijke bestaanskring.2.3.1.3 Enkele bedenkingenVaak wordt in voorzieningen waar gewerkt wordt met media zoals muziek entoneel nogal kleinerend gedaan over het resultaatgericht werken. Wevermoeden dat dit komt omdat er teveel nadruk wordt gelegd op het medium,het therapeutische. Het resultaat is niet zo belangrijk, het proces is belangrijker.Dat proces, het bezig zijn, is inderdaad belangrijk en moet blijvend boeiendgemaakt worden. Maar daar tegenover staat dat met resultaatgericht werkenhet verleggen van de grenzen van de eigen mogelijkheden, het werken naarmooiere resultaten juist een stimulans kan zijn, interesse kan wekken, wanneerer bijvoorbeeld erkenning komt door buitenstaanders.We moeten hier wel rekening houden met het feit dat de gasten ditresultaatgericht werken niet altijd willen of aankunnen. Bespreek als agoog altijdmet de gasten wat de doelstelling kan zijn van een muzikale activiteit.28


Ondanks de vele begrippen zoals medium, expressie, vorming, therapie,blijven de middelen altijd dezelfde. Je gebruikt de instrumenten, je lichaam, jestem, toestellen, telkens op dezelfde manier.Het slaan op een trommel zal bijvoorbeeld door een ergotherapeut aangewendworden als zelfredzaamheidsoefening, en de kinesitherapeut zal het hanterenals motorisch uithoudingsvermogen. De logopedist zal het inkleden alsauditieve discriminatie en de muziektherapeut zal tenslotte zeggen; “Zie je wel,we zijn aan de hele mens aan het werken en dat doen de therapeuten niet,nee dat doet de kracht van de muziek.”.2.3.2 Agogische aspecten aan de muziekEr zijn ook agogische aspecten aan het werken met muziek. Deze zal ik kortverduidelijken aan de hand van enkele wijd bekende principes binnen desociale sector.2.3.2.1 Het integratieprincipe:In de visie en missie van Intesa staat duidelijk dat dit principe wordt gehanteerd,je kan het zelf opmaken uit de naam van de organisatie. Men moet streven naareen zo goed mogelijke integratie van de gasten in de samenleving.We hebben de gasten die wilden de mogelijkheid gegeven op te treden op eencarnavalsfeest in Tongeren, waar ‘echte’ carnavalssterren kwamen optreden,zoals Franz Theunis (bekende carnavalzanger). Dit was een feest vooriedereen toegankelijk. Er hebben twee gasten van ons dagcentrum opgetredenen we zijn met een tiental naar het feest geweest. Achteraf kregen ze velecomplimenten en er is veel communicatie geweest tussen de andere mensenop het feest en de gasten.2.3.2.2 Het normalisatieprincipe:Men moet aan de mensen met een handicap een leefwereld en eenbehandeling aanbieden die zo dicht mogelijk aansluit bij het gewone, normaleleven. Dit is ook terug te vinden in de visie en missie van Intesa. Een groot deelvan de bevolking doet actief aan muziekbeoefening. Er bestaan zelfs apartemuziekzenders op het belangrijkste massacommunicatiemiddel vandaag dedag, de televisie, meer nog dan sportzenders. Radiozenders zijn voor 90%bezig zijn met uitzenden van muziek, Hieruit valt af te leiden dat het overgrotedeel van de bevolking dus aan muziekbeleving doet. Dit betekent datmuziekbeleving en muziekbeoefening logisch gezien een significant deel vanhet programma uitmaken in een instelling voor mensen met een mentalehandicap, wanneer men streeft naar een dagbesteding die dicht aanleunt bij dedagbesteding van de “normale” mens.29


2.3.2.3 Het personalisatieprincipe:Om de de-humanisering tegen te gaan, moet men niet enkel in grote aantallendezelfde begeleiding aanbieden aan alle mensen met een mentale handicap.Men moet ook naar de specifieke noden en vragen van de persoon met eenmentale handicap luisteren. En van uit het in het vorige punt gestelde ideeomtrent de plaats van muziek in de samenleving, kan men verwachten dat,vanuit die persoonlijke benadering van iedere gast zijn individuele behoeften, ereen significant percentage van mensen met een mentale handicap ook explicietgaan vragen om muziekbeleving, actief of passief, in hun programma teverwerken. Keuzevrijheid, inspraak, privacy en grotere zelfstandigheid zijnpeilers waar Intesa op steunt. <strong>Muziek</strong> is één van de middelen om dit te kunnenbieden.2.3.3 Besluit:<strong>Muziek</strong> heeft dus zijn nut binnen een agogische setting dit hebben we kunnenaantonen aan de hand van verschillende principes uit de sociale sector. <strong>Muziek</strong>wordt altijd als middel gebruikt, omdat men altijd een resultaat beoogt doormiddel van muziek, anders werkt men niet agogisch.30


2.4 De functie van muziek:Welke betekenissen kunnen we nu aan muziek toeschrijven. Welke functies kanmuziek vervullen binnen de dagwerking van Intesa? Wanneer we om ons heenkijken dan valt vooral het aantal functies en betekenissen op die de muziek inonze hedendaagse maatschappij vervult. Deze zijn ook belangrijk aangezienwe als organisatie het (eind)doel stellen de ‘integratie in de maatschappij’ vanonze gasten. Als we voor een muzikale activiteit kiezen willen we daar een doelmee bereiken. Om dat doel te bereiken moet je een zicht hebben op deappèlwaarde, de aantrekkingskracht van muziek. Met andere woorden defuncties van muziek.2.4.1 De genezende functieHet genezen van mensen door middel van klanken en muziek gaat terug tot inde prehistorie, in het rijk van de religie en het geheugen van de ziel. Egyptischepapyrusrollen van ongeveer 2600 jaar oud vermelden bezweringen ter genezingvan insectenbeten, reumatische pijnen en zelfs onvruchtbaarheid. In de bijbelvinden we dat David door zijn harpspel koning Saul van zijn depressiesverloste. Hippocrates noemde de muziek “vis medicatrix naturae”, denatuurlijke genezende kracht. <strong>Muziek</strong> heeft waarschijnlijk in alle culturen weleen rol gespeeld in de geneeskunde. Ze had bijvoorbeeld een wezenlijkefunctie in de tempels der geneeskunst in het oude Griekenland. Bijna iedereprimitieve stam gebruikt muziek tijdens geneeskundige praktijken. Denk maaraan de medicijnmannen, druïden (priestergenezer) en sjamanen (toverpriester).Zingen en dansen is niet weg te denken bij hun manier van werken. De kennisvan klanken, ritmes en rituele gezangen was een essentieel bestanddeel vande geneeskracht. (Dewhurst-Maddock 1993 11-12)”<strong>Muziek</strong> is de medicijn van de geest.” (Logan) (Margadant 1990: 391)In onze huidige maatschappij en meer specifiek in het sociale werkveld is er demuziektherapie die met muziek probeert te ‘genezen’. Al de in dit stukvoorkomende voorbeelden zijn fictief en illustratief. Het doel van demuziektherapie volgens muziektherapeute Angelique Drabbels (2005) isverandering, ontwikkeling, stabilisatie of acceptatie op emotioneel,gedragsmatig, cognitief, sociaal of lichamelijk gebied te bewerkstelligen. Hetmedium muziek dat gebruikt wordt in de therapie berust op een aantalspecifieke, door haar beschreven, eigenschappen:31


2.4.1.1 <strong>Muziek</strong> en emotiesLuisteren naar muziek kan associaties met een emotionele lading oproepen enwie muziek maakt, kan emoties tot uitdrukking brengen. <strong>Muziek</strong> kan ook eenveilig medium zijn, in die zin dat bijvoorbeeld een woede-uitbarsting op hetdrumstel vervliegt in de tijd. De nauwe band tussen muziek en emoties biedttherapeutische mogelijkheden in de hulpvraag van de cliënt.Mieke heeft weinig mogelijkheden zich emotioneel te uiten. Ze heeft daardoorveel onvrede met zichzelf en is beschadigend naar zichzelf en anderen. Ze ziteen groot gedeelte van de dag gefixeerd in haar stoel. Bij de muziektherapiekrijgt zij de mogelijkheid zich met klanken en stem te uiten, waardoor zij eengedeelte van haar emotionele lading kwijt kan. Op dat moment hoeft zij nietgefixeerd te zijn, omdat zij zich binnen haar eigen mogelijkheden begrepenvoelt door de ander.2.4.1.2 <strong>Muziek</strong> en communicatie<strong>Muziek</strong> maken in gezelschap betekent communicatie. Het gezamenlijkmusiceren of zingen kan een sterk socialiserende werking hebben. Doordat bijmuzikale communicatie de spelers tegelijkertijd zender en ontvanger zijn, iscontinu afstemming op elkaar mogelijk.Pieter is een jongen die zich gevangen lijkt te voelen in zijn eigen lijf. Hij wilgraag communiceren met anderen, maar hij weet niet hoe hij dit moet doen.Hierdoor sluit hij zich af voor anderen. Door middel van muziek wordt een appèlgedaan op het non-verbale communiceren, waardoor hij een andere maniervindt om zichzelf uit te drukken.2.4.1.3 <strong>Muziek</strong> en structuur<strong>Muziek</strong> heeft per definitie structuur. Door muzikale elementen als ritme,melodie, klankkleur, harmonie, tempo en herhaling wordt de muziek opnatuurlijke wijze gestructureerd. Mensen voelen zich veilig binnen die structuuren veranderingsprocessen kunnen stapsgewijs geïntroduceerd worden.Door Chantals verstandelijke beperking heeft zij weinig besef van tijd. Daardoorkan zij moeilijk vat krijgen op het verloop van de dag, waardoor ze regelmatigniet weet wat er van haar verwacht wordt. Door gebruik van muziek in haardagprogramma worden bepaalde activiteiten herkenbaar, bijvoorbeeld eenwelkomstliedje, ‘smakelijk eten’. Ook de structuur in de muziek zelf geeftChantal het veilige gevoel van afbakening, dat ze in andere situaties moeilijkkan ervaren.32


2.4.1.4 <strong>Muziek</strong> en motoriekZowel bij actief musiceren als bij luisteren naar muziek bestaat er een natuurlijkverband tussen muziek en beweging. Dit biedt mogelijkheden voor activering,regulering of structurering van de motoriek. Soms ga je vanzelf met je voet ofvinger mee tikken. De maatsoort bepaalt of er vloeiende of wiegendebewegingen worden gemaakt of juist een aanzet tot klappen, stampen ofmarcheren.Monique is bedlegerig als gevolg van haar ernstige lichamelijke beperking. Metbehulp van aangepaste muziekinstrumenten kan ze door middel van heel kleinebewegingen klanken teweegbrengen. Dit sterkt haar zelfvertrouwen, stimuleertde motoriek en daagt haar uit om deze bewegingen ook in andere situaties in tezetten.2.4.1.5 <strong>Muziek</strong> en lichaam<strong>Muziek</strong> heeft invloed op ons lichaam, o.a. op het hormoonsysteem en hetimmuunsysteem. Dit gegeven biedt aanknopingspunten voor onder meer debehandeling van psychosomatische aandoeningen en het gebruik van muziekvoor vermindering van stress en pijn. Bovendien heeft het luisteren naar rustigemuziek een ontspannende werking; met name voor mensen met verkrampingenen spasmen kan het zeer positief werken.Rob is door zijn lichamelijke beperking gebonden aan zijn rolstoel. Zijn lichaamis door vaak in dezelfde houding te zitten verkrampt en stijf. Tijdens demuziektherapie mag Rob uit z’n rolstoel en kan hij door te luisteren naar rustigemuziek en het voelen van de trillingen zijn lijf langzaam ontspannen. Dit voeltprettig aan en vermindert eventuele pijnklachten.<strong>Muziek</strong>therapie werkt dus voornamelijk op de persoonlijke bestaanskring enbinnen deze bestaanskring werkt muziektherapie op emoties, communicatie,structuur, motoriek en lichaam.2.4.2 De sociaal-maatschappelijke functiesZoals op het einde van 2.3.1.2 al kort is aangehaald, werkt de muziektherapievoornamelijk in op de persoonlijke bestaanskring van de hulpvrager. Binneneen agogisch hulpproces proberen we alle bestaanskringen, namelijk depersoonlijke-, de functionele- en de structurele bestaanskring, te bewerken, tebeïnvloeden. Daarom wordt er niet enkel gekeken wat muziek betekent voor degasten, maar wat de betekenis van muziek is binnen het sociale gebeuren,binnen de maatschappij, aangezien dat integratie in de maatschappij toch eenhoofddoel is van de organisatie. Er worden dus nog functies van muziekbijgevoegd aan de functies die binnen de muziektherapie al uit de doeken zijngedaan.33


Ik bespreek de functies van muziek binnen de samenleving. De volgorde vanbespreken is willekeurig. <strong>Muziek</strong> heeft binnen de maatschappij en hetdagelijkse sociale leven overal wel een functie. Als je even nadenkt zie je datmuziek thuis dient om bijvoorbeeld van te genieten. Er zijn nog anderevoorbeelden zoals muziek in de winkelstraat om sfeer te scheppen (erg expliciettijdens feestperiodes zoals kerstmis), muziek bij de tandarts om de aandacht afte leiden van de angst, muziek in de discotheek om op te dansen (expressie),Als basis gebruik ik de indeling die Bal (2002) gebruikt en die erg goed issamengevat op de website van De Laak (2006). Ik vul ze aan met anderebronnen (Diamond 1990: 16-28), ervaringen en bedenkingen.2.4.2.1 <strong>Muziek</strong> als integratiemiddel<strong>Muziek</strong> werkt integrerend. Iedereen begrijpt muziek en apprecieert muziek.Iedereen kan op zijn niveau muziek maken en hiervoor aanvaard wordenbinnen de maatschappij. Bepaalde gasten van het dagcentrum hebben aloptredens gedaan buiten het dagcentrum en dat werd telkens goed onthaald.Ze gaan ook naar optredens. <strong>Muziek</strong> is ook een manier om een communicatieop gang te trekken tussen mensen met en mensen zonder handicap.2.4.2.2 <strong>Muziek</strong> & communicatieIn 2.2 is al duidelijk gemaakt dat muziek een taal is, een middel om tecommuniceren. Er werd ook in duidelijk dat door middel van muziek vaak meeren ook gemakkelijker kon gecommuniceerd worden. Het omvat niet enkel decommunicatie vanuit en naar de persoon met een handicap in relatie met zijntherapeut, waar men handelt op de persoonlijke bestaanskring, maar met debredere omgeving, de functionele en structurele bestaanskringen. (Bijlage 1)Er is ook de link met muziek en taal. Zingen is niet enkel een oefening instembeheersing, maar ook een oefening en/of verbetering van de uitspraak enhet taalgebruik. Men kan iemand het volume van zijn stem beter lerencontroleren, woordenschat uitbreiden, een juistere uitspraak bekomen, doormiddel van gerichte zanglessen. <strong>Muziek</strong> kan in dit opzicht ook als extracommunicatiemiddel gebruikt worden wanneer er spraakproblemen zijn (bvbafasie).<strong>Muziek</strong>activiteiten leren je beter luisteren, niet enkel naar tekst en muziek maarook naar jezelf en anderen.<strong>Muziek</strong> maakt je opener ten aanzien van de wereld en jezelf. <strong>Muziek</strong> is eenuniversele taal die iedereen verstaat. Contact met nieuwe gasten, stagiairs,verloopt vlotter tijdens een spel of een muzikale activiteit, als een vorm vangroepstherapie gewenst is om het leggen van sociale contacten te bevorderen34


(intern, dmv in aanraking te komen met gasten uit andere groepen, en extern,dmv externe gastdocenten, optredens, andere organisaties,)2.4.2.3 <strong>Muziek</strong> & genieten, ontspanning en zinvolle tijdsbestedingVan muziek genieten kan, door er naar te luisteren, door weg te dromen op detonen van je lievelingsmuziek. <strong>Muziek</strong> kan dienen als ontspanning; genietenvan een rustig deuntje, lachen en dansen op een up-tempo nummer,iedereen kan zich terugvoelen in muziek, welke muziek dan ook.Men kan ook genieten van muziek tijdens het spelen of het maken van muziek.Een toffe groove of melodie vinden en die dan uitvoeren, eventueel samen metanderen,Er is een rechtstreekse invloed van muziek op het humeur. Wanneer je naarmuziek moet luisteren die je niet tof vindt ga je slechter gehumeurd worden,maar omgekeerd is hetzelfde waar. Mensen worden ook rustiger van rustigemuziek, terwijl de meeste mensen opgejaagd worden van te drukke muziek,Hier kan door begeleiders op ingespeeld worden wanneer je een groep actieverof passiever wilt krijgen<strong>Muziek</strong> zorgt voor ontspanning na de drukke werkdag. Vele gasten hebben inde woonwerking een luistermoment. Dan mogen ze met een hoofdtelefoon naarhun favoriete muziek luisteren. Dit brengt de gasten tot rust.<strong>Muziek</strong> kan niet alleen doen genieten, het kan ook irriteren. Wanneer iemandniet graag naar een bepaalde muzieksoort luistert, zal het langdurig blootstellenaan die muzieksoort een grote invloed hebben op zijn/haar humeur. Vroegerwerd bijvoorbeeld in China muziek als marteltuig gebruikt door het spelen vanhoge tonen die tot aan het uiterste van de gehoorgrens reikten (Pollaris 1999:27). Als agoog moet je dit natuurlijk niet gaan doen, maar je moet wel bewakendat dit niet gebeurt!<strong>Muziek</strong> kan een welgekomen afwisseling binnen het (strakke) werkschema inhet dagcentrum of activiteitencentrum zijn, zodat men met vernieuwde energiehet werk kan hervatten.2.4.2.4 <strong>Muziek</strong> & expressieDit gebeurt door zelf muziek te maken. <strong>Muziek</strong> is een communicatiemiddel, datis al gezegd geweest. Via muziek kan men uiting geven aan zijn gevoelens. Destem is het allerbelangrijkste middel tot expressie en communicatie waarover demens beschikt. Toch blijkt het soms moeilijk om via de stem gevoelens te uiten.<strong>Muziek</strong> kan daar dan bij helpen. Het leent zich vaak voor het uitdrukken van diegevoelens die via andere media moeilijk tot uiting te brengen zijn. Het is dusheel goed mogelijk om door middel van muziek aan anderen duidelijk te makenwat er in je omgaat.35


<strong>Muziek</strong> wordt ook expliciet gebruikt als expressiemiddel (naar agressie toe,)om zo moeilijk te vertellen verhalen, emoties, naar buiten te laten vloeien. Hetkan een belangrijk hulpmiddel zijn voor begeleiders om meer te weten te komenover hoe een gast zich bij bepaalde situaties voelt, muziek kan gebruiktworden wanneer een directe benadering (zoals gesprekstherapie) te moeilijk, tezwaar, ligt.<strong>Muziek</strong> helpt bij het uiten van emoties. Het is een uitstekend expressiemiddel.Het is ook een uitstekend hulpmiddel voor mensen die geen blijf weten met hunemoties, gevoelens, om die zo te kunnen kanaliseren en ventileren.2.4.2.5 <strong>Muziek</strong> & emoties, gevoelensIk begin met een tekst van Louis van Dijk, de bekende NederlandseChansonnier van de jaren ’50, om aan te tonen dat muziek iets in de mens kanteweeg brengen. <strong>Muziek</strong> kan de mens beïnvloeden op verschillende vlakken.“<strong>Muziek</strong> kan troosten, muziek kan openbreken,<strong>Muziek</strong> kan erotisch zijn, muziek kan irritant zijn,Je kunt zo nog wel even doorgaan,Omdat muziek is als de mens die het maakt,Veelkleurig en immer boeiend, en soms ook vermoeiend,Vooral voor de muzikant, al reizend door het land,Om mensen te troosten, open te breken,Te verleiden, te irriteren;Ik moet nog wel even doorgaan!” (Louis van Dijk)<strong>Muziek</strong> herstelt de energiebalans. Een luistermoment brengt de gasten nietalleen tot rust maar geeft ook een nieuwe energie of zorgt bij de gasten die watoveractief zijn dat ze tot rust kunnen komen. <strong>Muziek</strong> activeert de levensenergie.Uit muziek kan je terug energie putten om er weer tegen aan te gaan.<strong>Muziek</strong> verkleint de stressgevoeligheid en muziek verhoogt de pijndrempel, nahet beluisteren van je favoriete muziek kan je er weer tegen aan. Je kan ietsmeer tegenslag verwerken wanneer die komt. <strong>Muziek</strong> kan ook pijnstillend alsverdovend werken. Dit heeft zijn voor en nadelen en kan zeer goed gebruiktworden in een dagcentrum. Zeker met gasten die agressiestoornissen hebben.<strong>Muziek</strong> helpt het verwerken van verlies, trauma’s, Dit betreft het troostendeaspect van de muziek. Denk maar aan begrafenissen, waar muziek vaakgebruikt wordt als troostingsmiddel. Men gebruikt muziek die door deoverledene is gekozen, zodat die dichter bij ons blijft,<strong>Muziek</strong> help bij het creëren van een veiligheidsgevoel (ritmischebewegingen,) voor gasten die een duidelijke dagstructuur nodig hebben is diteen goed hulpmiddel.36


<strong>Muziek</strong> kan choqueren. Tegenwoordig zijn er vanuit Amerika velemuziekgroepen die tot doel hebben te choqueren. Dit uit zich in extreem gedragop het podium, vreemde, onsamenhangende teksten en melodieën, overdrevenluid gespeelde muziek. Die muziek dient om hun levensvisie naar debuitenwereld te kunnen uiten.<strong>Muziek</strong> kan je ontroeren, je kan emotioneel worden van het beluisteren vanmuziek. De schoonheid van muziek kan je raken tot in je ziel, waardoor jekippenvel krijgt en de tranen je in de ogen komen te staan. Maar muziek kan diesombere stemming ook doen verdwijnen en je blij maken. Wanneer je een liedjespeelt in een atelier dat de gasten kennen en goed vinden, zie je ze zoopfleuren. Als ze iets lukt op een instrument, dan stralen ze.<strong>Muziek</strong> speelt in op de emoties van de mens en de emoties van de mensspelen in op de muziek.2.4.2.6 <strong>Muziek</strong> & beheersing en gevoel voor detailDoor muziek te maken, en naar muziek te luisteren leer je er beheerst mee omgaan. Niet enkel beheersing van het instrument, maar ook van zichzelf, zowelmotorisch als mentaal. Er ontstaat op lange termijn ook gevoel voor detail in demuziek en dit kan zich ook vertalen op andere gebieden.2.4.2.7 <strong>Muziek</strong> en persoonlijke ontplooiingDit kunnen we verder onderverdelen in de volgende aspecten; creatief aspect,motorisch aspect, cognitief aspect en sociaal aspect.Creatief aspect:Door middel van muziek en in het maken van muziek kan men met de gasten(leren) Improviseren, experimenteren, uiteenlopende mogelijkheden benuttenen leren vormgeven.Het creatief proces wordt uitvoerig besproken in 4.2. (de rol van de agoog).37


Motorisch aspect:<strong>Muziek</strong> kan dienen tot het ontwikkelen van een vaardigheid (specifiek hetspelen van een instrument). Dit is een vaardigheid die ook zijn integrerendefuncties heeft.<strong>Muziek</strong> kan helpen in het ontwikkelen van fijn motorische vaardigheden(fingerspitsengefül). Voor mensen met een fysieke handicap of achterstanden inde ontwikkeling van de fijne motoriek kan het leren bespelen of knutselen vanbepaalde instrumenten een hulp zijn in het ophalen van deze achterstand. Deontwikkeling van de grove motoriek kan zowel met dans als percussie of het(leren) bespelen van een ander instrument bevorderd worden.<strong>Muziek</strong> helpt het ontwikkelen van ritmegevoel, timing, lichaamsbeheersing,coördinatievermogen van het lichaam en de extremiteiten. Deze vaardighedenzijn niet alleen nodig bij muzikale activiteiten, maar gewone dingen zoalswandelen, lopen, simultane bewegingen, worden ook beïnvloed door dezevaardigheden. Door middel van muzikale ateliers worden deze vaardighedenverder ontwikkeld.<strong>Muziek</strong> en beweging zijn onmiskenbaar met elkaar verbonden. Je kan nietstilzitten wanneer je je favoriete nummers hoort. Bij de meeste muziek gaat hetmerendeel van de mensen meezingen, neuriën, knikken, meetappen met devoet, tot dansen. En iedereen weet dat beweging goed is voor het lichaam!Ook binnen de revalidatietherapie (kiné,) wordt er gewerkt met muziek om hetlichaam (terug) te leren beleven.Sociale aspect:Tijdens muziekactiviteiten leert men samen iets doen, samenwerken, sameniets ontwikkelen, uitvinden, maken, als men naar een resultaat werkt leertmen er ook verantwoordelijkheid voor dragen, net als voor de instrumentenwaar mee gewerkt wordt,De gasten leren luisteren naar anderen en leren openstaan voor kritiek. Als zedit niet doen dan gaan ze hun doelstellingen niet bereiken en dat beseffen zezelf maar al te goed. Ze leren ook tot consensus komen, een bereidheid totaanpassing, met andere gasten en de agoog.<strong>Muziek</strong> helpt zelfvertrouwen kweken. Het resultaat is duidelijk voor iedereen.Men krijgt snel de bewondering en de positieve bevestiging van zijn omgeving.<strong>Muziek</strong> kweekt assertief gedrag, je leert op een goede manier voor jezelfopkomen. <strong>Muziek</strong> is een expressiemiddel dat mensen meer open maakt.<strong>Muziek</strong> helpt het ontwikkelen van een eigenheid, een eigen persoonlijkheid.Doordat mensen meer open geraken kunnen ze meer zichzelf leren kennen enzijn. Binnen zijn/haar muzikale ontwikkeling groeit ook de eigen persoonlijkheid.38


Cognitief aspect:Door middel van muziek kan je leren hoe je leert. Dit helpt je tot zelfkennis.<strong>Muziek</strong>therapie is er ook voor cognitieve problemen (bijvoorbeeld stoornissen inhet vasthouden van de aandacht, in het geheugen, in het organisatie- enplanningsvermogen, enzovoort) wanneer een behandelingsvorm gewenst is,waarbij op een indirecte wijze aan deze problemen gewerkt wordt, in dit gevalspelenderwijs via muziek.Door middel van muziek kan je ook de concentratie bevorderen. De gasten zijnbezig met een activiteit die ze graag doen en ze doen hun best om dat lang volte houden, lang geconcentreerd er mee bezig te zijn.2.4.3 BesluitDeze opsomming poogt een beeld te geven van het feit dat muziek eenveelzijdig begrip is. Ze kan een positieve als negatieve invloed hebben,afhankelijk van persoon tot persoon. Gevoelens zijn subjectief enbovenvermelde opsomming zal dus niet op hetzelfde moment gelden vooriedereen. Wat de ene mooi vindt, is voor de andere misschien een bron vanirritatie, stress,... Toch geldt voor iedereen dat muziek een invloed uitoefent, ofmen er zich nu van bewust is of niet.39


Hoofdstuk 3: De analyses van het dagcentrum3.1 <strong>Waarom</strong> deze analyse?De motivatie vanuit de organisatie heb ik toegelicht in punt 2.2.Mijn persoonlijke motivatie heeft te maken met mijn opleiding. Er wordt onsgeleerd om methodisch te denken. De juiste stappen te nemen als je eenprobleem wilt helpen oplossen als agoog. We volgen het methodiekmodel vanhet Hoger Instituut voor Sociale Readaptatiewetenschappen, dat we o.a.kunnen terugvinden in de cursus agogiek uit het eerste jaar (Decuber 2004:bijlage) Alles wordt geconcretiseerd binnen mijn stageplaats en mijn opdracht.<strong>Muziek</strong> met mensen met een mentale en/of fysieke handicap, als middel, omhet doel van de organisatie, naar de gasten toe, te bereiken.Ik wilde dit eindwerk ook maken omdat ik wist dat er vanuit de organisatie eenvraag was. Met vanuit de organisatie, bedoel ik vanuit de gasten en daardoorvanuit het beleid. Ik wist uit mijn vorige stage dat mijn kwaliteiten daar zoudenliggen. Ik kan zo een analyse uitwerken en ik kan de bewuste ateliers bedenkenen begeleiden. Het lag dus voor de hand dat, als ik binnen deze organisatiestage zou lopen in mijn laatste jaar, zij mij ook zouden vragen om mijn eindwerkhieromtrent te maken.40


3.2 Analyse van de beginsituatie3.2.1 De fysieke beginsituatieIk heb om te beginnen een analyse gemaakt van de beginsituatie. Dit is eenverkenning binnen het dagcentrum, om te kijken of het dagcentrum eenvoedingsbodem kan bieden voor muziekateliers. Als eerste bekijk ik de fysiekebeginsituatie van de organisatie.3.2.1.1 Accommodatie:Ik ging kijken of er een lokaal beschikbaar is, voldoende bereikbaar voor allegasten, specifiek ingericht, Dit was al niet het geval. Mijn eerste week heb ikdus samen met één gast, die ontzettend graag opruimt, het polyvalent lokaalopgeruimd. Dit was het polyvalent lokaal, maar stond inmiddels al meer daneen jaar vol met rommel. Nog meer dan op mijn laatste stagedag, vorigschooljaar.Nadat het opgeruimd was, wat een hele kluif was, heb ik het proberen in terichten als prikkelarm en polyvalent lokaal. Ik heb twee tafels en een aantalstoelen ter beschikking gekregen, samen met alle muziekinstrumenten dieaanwezig waren maar daarover meer in de materiaalanalyse. Het lokaalbeschikt ook over twee grote kasten. In één kast staat al het percussiemateriaalopgeborgen en in de andere kast staat al het kerstmateriaal. Het is en blijft eenpolyvalent lokaal, hé. Ik probeer per verschillende activiteit het lokaal anders inte richten, wat betreft stoelen en tafels, zodat ik een optimaal gebruik kanmaken van het lokaal. Dit impliceert onmiddellijk dat ik een redelijk kaal lokaalzal hebben. Enkel een gitaar op statief en een keyboard zullen zichtbaar zijnnaast het meubilair. Op de vensterbank staan verschillende zelfgemaaktemuziekinstrumenten die hopelijk uitnodigen tot gebruik ervan. Op de murenmag niks gehangen worden. Er komt binnenkort wel een rails waar weschilderwerken mogen aan ophangen die door de gasten zijn gemaakt, en er isal een prikbord, waar ik toffe tekeningen en partituren, liedjesteksten,schema’s, ophang.Het enige nadeel aan dit lokaal – nadat het was opgeruimd – is het feit dat hetop de eerste verdieping gelegen is. Niet elke gast is mobiel genoeg om ditlokaal te bereiken, ook niet met ondersteuning. Voor deze gasten moeten wenaar een oplossing zoeken als ze aan muzikale ateliers willen deelnemen. Wezullen activiteiten in hun lokaal laten doorgaan, of in een ander lokaal op degelijkvloers, indien dit vrij is. Dit lokaal zal waarschijnlijk het kinélokaal zijn. Dekinésist komt enkel op dinsdag en donderdag middag. Hij is meestal wel bezigtot na het startmoment van de namiddagactiviteiten, dus daar moet ik ookrekening mee houden.41


3.2.1.2 Tijdsanalyse:Ik heb ook schema’s opgemaakt die duidelijk in kaart brachten welke deactiviteiten in de voor- en namiddag per atelier waren. Ik dacht dat dit aanwezigwas in elk atelier, maar dat was dus niet. Ik heb hiermee de organisatie goedgeholpen want deze schema’s moesten wel aanwezig zijn voor de inspectie, dieinmiddels is gepasseerd. Door dit in kaart te brengen zijn er enkeleverschuivingen gebeurt in de ateliers, die toen zwart op wit zagen dat ze nietaltijd even efficiënt werkten. Het gaf mij en het beleid ook een duidelijk overzichtin welke ateliers er ‘vrije tijd’ was om eventueel een muzikale (of andere)activiteit aan te bieden. In twee ateliers waren ook al wekelijksemuziekmomenten, voornamelijk muziekbeleving. Door deze tijdsindeling werdmij ook duidelijk welke lokalen eventueel ook beschikbaar waren voor muzikaleactiviteiten, wanneer er een minder mobiele gast wilde deelnemen. Elk atelierheeft zijn vast lokaal maar kan uitwijken voor een andere activiteit. In devoormiddag kan ik bijvoorbeeld occasioneel gebruik maken van het lokaal vande keukengroep, aangezien zij in de keuken aan het werk zijn. Dit moet dan welop voorhand worden besproken. Vervolgens kan je lezen hoe de tijd isingedeeld per atelier. Deze tijdschema’s zijn de meest recente versies, metandere woorden, mijn originele versie, herwerkt door de coördinator van hetdagcentrum, op een teamvergadering. Er gebeuren natuurlijk constantwijzigingen op de werkvloer, maar dit is de basis, de vaste structuur voor elkatelier. Je kan hierin duidelijk zien wat er in hoofdstuk 1 meer in theorie isbesproken De omschrijving van de ateliers, de werkdruk, dat wordt allemaalweerspiegeld in de volgende schema’s. Je kan ze deftig doornemen of gewoondoorbladeren. Ze zitten in het eindwerk omdat ze voor mij belangrijk waren,alsook voor de organisatie.42


3.2.1.3 MateriaalanalyseIk heb een inventaris gedaan van het muzikale materiaal. Er was vooral oudritmemateriaal aanwezig. Enkele trommels, afkomstig van een afgedanktdrumstel, en een collectie rammelaars, kleine slaginstrumentjes (vaakzelfgemaakt) een oud orgeltje, een keyboard zonder adapter en twee goedeklavecimbels was het enige materiaal aanwezig. Ik heb dit materiaal proberenop te kalefateren en te sorteren. Ik heb ze ook een plaatsje gegeven binnen hetpolyvalent lokaal. Zoals ik al heb vermeld was er één kast voorzien voor ditmateriaal. Er schijnt nog een hoop materiaal, zoals trommels en dergelijkevermist te zijn, maar die zijn tot op heden nog niet gevondenEen groot gemis voor een muziekatelier is natuurlijk een radio en een cd-speler.Deze werd mij onmiddellijk beloofd bij de eerste besprekingen rond eenmuziekatelier, maar op het einde van de stage was er nog steeds geen tebespeuren. De organisatie is wel op zoek naar een grotere installatie die dan inhet polyvalent lokaal zou komen te staan. Zo een aankoop is kostelijker, daardoet men natuurlijk ook langer over, en dan nog voor een half jaartje een cdspelerkopen is niet echt de moeite. Ik heb mijn cd-speler van thuismeegebracht en gebruikt in afwachting van de installatie.De organisatie wil, zoals ik ook aanraad (zie volgende pagina) een goede multifunctionelemuziekinstallatie kopen, die men dan een plaats zou geven in het(muziek)lokaal. Dit omdat ze deze installatie voor meerdere dingen kunnengebruiken, en omdat ze dan dagelijks kan gebruikt worden door de gasten inhet dagcentrum.Ik kon enkel een voorlopig besluit trekken uit deze inventaris omtrent materiaal,omdat ik nog niet wist wat de noden en de wensen van de gasten waren opgebied van muziek. De voorlopige conclusie luidt toch dat er te weinig materiaalaanwezig is. Het aanwezige materiaal is vaak achterhaald, van lage kwaliteit enduurbaarheid of het is versleten.Vanuit deze analyse heb ik ook een verantwoording opgesteld naar (nieuw)materiaal toe. Deze verantwoording kan je hieronder doornemen. Het is eenschematische en voorlopige schatting van wat er nodig zal zijn om eenmuziekatelier optimaal te kunnen laten draaien.Ik ben hier afgegaan op wat ik denk nodig te hebben en wat er in anderegelijkaardige organisaties wordt gebruikt. Omdat ik aan het budget van deorganisatie moet denken, begin ik met een degelijke basisuitrusting. Ik wilhierbij ook zeggen dat ik zeker de mogelijkheid zie om vele van dezebenodigdheden via sponsoring te verkrijgen. De richtprijzen haal ik uit decatalogus van Musicstore. Deze staat tegenwoordig on-line opwww.musicstore.de. Dit is een Duitse winkel, maar met een ongelooflijk grootaanbod en de prijzen zijn ongeveer dezelfde als in België voor deze producten.51


1. Zanginstallatie:Deze installatie moet compact, multifunctioneel en praktisch zijn.Ze zal minimaal aan de volgende criteria moeten voldoen:• Kwalitatief:- 4 of meer ingangen (2x micro, 2x cd – speler)- +/- 200 watt- 2 boxen op statief (betere geluidsverdeling)- compact, makkelijk transporteerbaar, opstelbaar, duidelijkegebruiksmethode voor leken,- inclusief microfoons, statieven en 2 cd - spelers• Gebruiksmogelijkheden:- Oefensessies, repetities met gasten in Broekom of Kerniel- Optredens van de gasten- Kerstfeest, zowel om op te treden als om muziek langs af te spelen,speeches te houden,- Sportdag- Carnavalsfeest- Eetdagen- Kienen- Occasionele speeches (nieuwjaarsreceptie,)- Uitlenen/verhuren aan zusterorganisaties,- • Voordelen:- Je bent als organisatie onafhankelijk, je hebt je eigen materiaal, je hebteen betere controle over het materiaal dat je anders leent en niet zekervan bent,- Dit is een veelzijdig instrument dat vele gebruiksmogelijkheden binnende organisatie heeft.- De gasten zijn dit systeem gewend en hoeven zich niet aan te passenaan de andere, niet altijd even goed functionerende en telkensverschillende, systemen. Ze zullen ook zekerder en rustiger zijn wantze zijn er vertrouwd mee.- Één systeem vervangt verschillende halfwerkende hulpmiddelen, zoalsde stereo-installatie die af en toe van onder het stof wordt gehaald inzijn logge houten dozen en niet meer fatsoenlijk werkt,- De organisatie is up to date met zijn materiaal.- Het is een éénmalige kost die lange jaren actief blijft binnen dewerking.• Kostprijs:- +/- 500 euro52


2. Gitaar:In het dagcentrum is er in principe geen gitaar. Bruno (begeleider) heeft éénvan zijn gitaren ter beschikking gesteld, maar dit mag niet als een giftaanschouwd worden. Er zou een gitaar moeten komen waarvan men zeker isdat ze permanent aanwezig is, en waar zowel gasten als begeleiders op mogenspelen, al dan niet onder supervisie van een begeleider in het geval van degasten. Zo kan je andere gasten ook de kans geven om gitaar te (leren) spelen,te ervaren, In eerste instantie moet er gestreefd worden naar één extra gitaar,en naar verloop van tijd moet de nood naar uitbreiding hiervan wordenonderzocht en opgevolgd.• Kwalitatief:- Goed bespeelbaar, zowel voor beginners als “gevorderden”- Klassiek model 3/4 of 4/4• Gebruiksmogelijkheden:- Om gitaarles te geven (zowel gebruik door gast als begeleider)- Om op te treden op allerhande feesten met de gasten- Om groepen op te vrolijken- Tijdens zangstonden- Tijdens oefensessies van acts voor feesten,- Tijdens alle andere muziek georiënteerde ateliers- • Voordelen:- Vaak moet er een begeleider wachten op de gitaar, dit zal dan nietmeer het geval zijn.- Momenteel zijn er twee gitaren aanwezig, één van een vastebegeleider en één van een stagiair.- De gasten kunnen nu duidelijker begeleid worden, er moet nietconstant gewisseld worden van gitaar (ieder heeft zijn instrument)- Intesa heeft zijn eigen gitaar en is hierin weer onafhankelijk.- Klassiek model = zachte snaren- • Kostprijs- Tussen de 50 en 100 euro per gitaar.3. Pupiters:• Deze statieven zijn onontbeerlijk om fatsoenlijk muziek te kunnen lezentijdens het muziekspelen. Ze zorgen dat je een duidelijk zicht krijgt en jevrijer in een natuurlijkere positie kan muziek maken.• Kostprijs: +/-15 euro per stuk, we gaan ze 2e hands proberen tebemachtigen of via een bevriende fanfare.53


4. Slaginstrumenten:• Een uitbreiding van het arsenaal klavecimbels en cimbalen(statieven) zouvele mogelijkheden openen voor vele gasten. Met de kleurennotatie is hetperfect mogelijk voor het gros van de gasten om muziek te maken en er veelplezier aan te beleven.• Drumsticks en dergelijke zullen ook aangekocht moeten worden.• De prijs wordt nog nagevraagd.5. Reservematerialen:• Reservesnaren, reservedrumsticks, stickertjes van de kleurennotatie,moeten in voorraad zijn om zo telkens tijdig te kunnen anticiperen oponvoorziene omstandigheden.6. Boeken (pianolesboek, jostiband boeken en cd’s)• Prijs jostibandmateriaal dat nog nodig is: 70 euro (is aangekocht!)• Prijs pianoboek: +/-18 euro7. inbindmateriaal:• om de tekstboekjes in te binden, dit kan heel simpel, door eenschuifplastiek. Deze zijn niet zo duur. Ik heb er tien nodig. (is aangekochtdoor stagiair.)8. Budget om muzikale acts te boeken, te gaan bezichtigen met de gasten,gastbegeleiders uit te nodigen, (alternatieve dag,)Het zou geweldig zijn om ook buiten de voorziening met mensen te werken,zoals we gaan doen op de alternatieve dag die ik aan het organiseren ben, opeen brugdag. Vrijdag 26 mei 2006 zal een alternatief programma uitgewerktworden rond muziek en muziekbeleving. Er zullen op deze dag verschillendeexterne mensen komen meehelpen uit de muziekwereld. Zij komen een ateliergeven om zo de gasten ook eens kennis te laten maken met anderemuzikanten en activiteiten. Op het einde van de dag zullen nog verschillendeartiesten een toonmoment hebben, samen met de gasten. Enkele artiesten dieal bevestigd hebben zijn Yanah, Mario Pesic (Camden), Jonas Vanesch(Camino, School of Quiet). Deze organisatie is ook nog deel van mijn stage enhoopte ik in dit eindwerk nog verwerkt te krijgen. Dit zal nu niet gaan omdatdeze dag nog niet heeft plaatsgevonden.54


Het beleid vroeg mij om los van de noden van de gasten te verantwoorden datmuziek zijn nut zou hebben binnen de atelierwerking van het dagcentrum.Daarom heb ik een analyse ‘waarom muziek in een dagcentrum’ opgesteldwaarin ik zo een beetje de belangrijkste, meest relevante functies van muziekbeschrijf, om aan te tonen dat een muziekatelier volledig in de werking past vandit dagcentrum (en alle andere gelijkaardige dagcentra). (bijlage 3). Het wasmijn basistekst voor dit eindwerk.55


3.3 Analyse van de intrinsieke mogelijkheden van de cliëntenAan de hand van de Ondersteuningsplannen (OP’s) en de algemenedoelstellingen van het dagcentrum naar de gasten, ben ik aan een analyse pergast begonnen.Ik gebruik de inhoud van de OP’s, gesprekken met de gasten en begeleiders,en persoonlijke ervaringen die ik heb opgedaan met de gasten, om een analysete maken op basis van de algemene doelstellingen van het dagcentrum, en diezijn:• Aanbieden van zinvolle dagbesteding• Onderhouden en/of verbeteren van vaardigheden (door o.a. activiteiten,kiné,)• Aanvaarden van en rekening houden met het eigen tempo en eigenmogelijkheden van de gasten.• Bijleren, zich vormen en ontwikkelen.• Bevorderen van de mobiliteit• Stimuleren van de ontwikkeling van de communicatie• Het aanbieden van structuur• Keuzevrijheid ervaren• Voldoende inspraak hebben (gebruikersraad, dagoverleg,)Eerst geef ik een eerste analyse weer, gestaafd door info uit het OP en eigenervaringen. Na invulling van de doelstellingen geef ik een persoonlijkebedenking, mogelijkheden tot realisatie van het doel. Als laatste geef ik de –volgens mij – meest geschikte mogelijkheden om de doelstelling te bereiken.Op de volgende pagina’s vind je enkele voorbeelden van zo een analyse.Gast 1: Uit atelier 3• Aanbieden van zinvolle dagbestedingDe gast krijgt gitaar- en zanglessen omdat het een culturele ontwikkeling is diede gast ten goede zal komen in het verdere leven. De invulling van “zinvolledagbesteding” is voor de gast gitaar- en zangles dus gaat de instelling op dezevraag in. Met deze activiteit zal het zelfvertrouwen van de gast en het zelfbeeldversterkt worden.Dit heeft ook te maken met een goede accommodatie met prikkelarmeomgeving voor zulke activiteiten. Hier moet men naar streven.56


• Onderhouden en/of verbeteren van vaardigheden (door o.a. activiteiten,kiné,)De fijne en grove motoriek van de bovenste ledematen, de oog handcoördinatie en het geheugen van de gast wordt door deze activiteitonderhouden en/of verbeterd. Zij zal op lange termijn minder hinderondervinden van de fysieke handicap door de verworven competenties. De gastzal het gitaarspel ook beter weten te beheersen en zelfstandig aan de slagkunnen met muzikale opdrachten. Haar uitspraak en timing en ritmegevoelwordt ook getraind door de zanglessen.• Aanvaarden van en rekening houden met het eigen tempo en eigenmogelijkheden van de gasten.De gast geeft zelf het werktempo aan en als begeleider kan je dingenaanbieden maar niet opleggen. Als begeleider moet je aanvoelen enoverleggen met de gast waar die naar toe wil en op welke manier dit haalbaaris.• Bijleren, zich vormen en ontwikkelen.Het leren van een competentie als “gitaar spelen” is extra bagage voor de gastin de samenleving. Het zorgt voor een mentale en fysieke ontwikkeling die degast ten goede komt. Ook zangles en stemoefeningen interesseren de gast. Ditzal de uitspraak verbeteren. De timing met zang en gitaarspel is ook eenwerkpunt. De gast wil liedjes zingen en spelen op gitaar, wat positief onthaaldwordt in haar onmiddellijke omgeving.• Het aanbieden van structuurDe gast moet weten wanneer gitaar spelen kan en mag in de voorziening,wanneer de les doorgaat, waar, van wie, Het is belangrijk voor zowel de gastals de begeleider om hier structuur in te brengen. Het moet een vastebegeleider zijn waar een vertrouwensband mee kan worden opgebouwd, eenvaste plek, een vast lokaal zou ideaal zijn gecombineerd met vaste tijdstippenwaar men op werkt.• Keuzevrijheid ervaren & Voldoende inspraak hebbenDe activiteiten moeten door de gasten zelf kunnen gekozen worden en in dieactiviteiten mogen de gasten in samenspraak met de begeleiding de richtingbepalen waarin er gewerkt wordt.57


Ik wil mijn doelstelling bereiken door de gast op een animatieve, recreatievewijze vorming te geven over en in het gitaar spelen. Het moet interessant(vorming) blijven, de gast moet iets bijleren en tegelijkertijd hoort het plezant(animatief) te zijn zodat de gast gemotiveerd blijft om ervoor te werken op hettempo dat de gast zichzelf oplegt (recreatief), waar ik als begeleider niks aanprobeer te veranderen. Ik zal de richting die de gast kiest zelf volgen en ervoorstellen in doen vanuit mijn achtergrondkennis in het vakgebied om de gastiets bij te brengen. Ik kies niet voor een bepaalde activiteit, dat is een beslissingvan de gast in samenwerking met mij, waarbij de mening van de gast deoverhand heeft.Ik wil deze gast graag begeleiden omdat ik zag dat er nood aan was vanuit degast en vanuit de voorziening. Dit is een taak die ik tot een goed einde kanbrengen en zo het welzijn van een van de gasten mee vooruit kan helpen.Mogelijke invalshoeken:• gitaarles• Zangles• Zangstondes (ook als begeleiding met de gitaar)• Luistersessies• <strong>Muziek</strong>geschiedenisGast 2: Uit atelier 1Ze houdt van luisteren naar muziek uit de oude doos en snoezelen. Af en toekan een dansje er wel af met hulp van de begeleiding. Het is vooral de sfeerdie haar aanspreekt. Het mag ook allemaal niet te luidruchtig zijn, dan laat zehaar ongenoegen merken.• Aanbieden van zinvolle dagbesteding<strong>Muziek</strong> kan sfeerbepalend zijn, en dit is voor gast 2 zeker het geval. Om haardag zinvol te laten zijn, en aangezien ze niet aan de meeste activiteiten kandeelnemen door de ernst van haar handicap, krijgt gast 2 sfeergerichte enrecreatieve activiteiten aangeboden. Muzikale activiteiten passen daar zekeronder. We moeten wel respecteren dat ze dit graag doet in een vertrouwdeomgeving en dat haar vast lokaal met vaste begeleiding dus haar voorkeurgeniet.• Onderhouden en/of verbeteren van vaardigheden (door o.a. activiteiten,kiné,)Als doelstelling wordt in de OP’s gesteld dat haar geregeld prikkels moetenaangeboden worden die te maken hebben met zien, horen en voelen. Muzikaleactiviteiten zullen zich vooral op het horen en zien, maar ook op het voelenrichten. Dit door middel van bvb dans, instrumentontdekking,58


• Aanvaarden van en rekening houden met het eigen tempo en eigenmogelijkheden van de gasten. Keuzevrijheid ervaren & Voldoende inspraakhebbenGast 2 geeft zelf aan wanneer iets niet naar haar zin is, door non verbalecommunicatie en door te schreeuwen. We moeten hier rekening mee houdenwanneer ze deel uitmaakt van een muzikale activiteitengroep. Het is ookbelangrijk dat de groep niet te groot is waar ze in vertoeft, zodat ze zich telkensveilig en geborgen voelt.• Het aanbieden van structuurZolang Gast 2 zich in een veilige omgeving bevindt, is het mogelijk omaanpassingen te maken in haar schema.Ik wil mijn doelstelling bereiken door deze gast op een animatieve, recreatievewijze een aangename dagbesteding te bezorgen, met als middel muzikaleateliers.Ik wil deze gast graag begeleiden omdat ze graag met muziek wordtbeziggehouden en dit ook therapeutische mogelijkheden biedt, zoals hetonderhouden van zicht, gehoor en motoriek.Mogelijke invalshoeken:• Snoezelen• <strong>Muziek</strong>beleving, dans59


3.4 Verder bepalen van de voorkeuren van de cliëntenAan de hand van de vorige analyses die gemaakt zijn worden dan in overlegmet het beleid en het personeel, na voorstellen van mij, proefateliersvoorgesteld. Deze proefateliers leid ik af uit de voorkeuren van de gasten, die ikheb bepaald in mijn gastenanalyses. Ik weeg deze selectie af tegen deanalyses van de beginsituatie, wat is mogelijk binnen de organisatie. Wanneerze zijn goedgekeurd zal ik met de begeleiders van een atelier een datum,tijdstip, afspreken en al eens polsen bij de gasten of er nog voldoendeinteresse is in dit atelier.3.5 Besluit:Deze analyse was nodig, voor de organisatie, vanuit het beleid, zodat deanalyse de steun zou krijgen van de ganse organisatie. Voor mezelf als(toekomstig) agoog was ze ook nodig om duidelijk te maken dat ik procesmatigkan werken binnen een agogisch proces.Nadat de vraag van beleid en gasten is gekomen naar muziekateliers moetenwe ergens beginnen. De analyse van de beginsituatie is de volgende stapbinnen het agogisch proces. Ik heb met alle factoren rekening gehouden om dejuiste conclusies straks te kunnen nemen. Ik heb eerst de fysieke beginsituatiegeanalyseerd, zoals gebouw, tijdsindeling, materiaal, om daarna over te gaanop de specifieke intrinsieke -al dan niet expliciete- vragen naar muziekateliersdoor de gasten. Dit was aan de hand van de ondersteuningsplannen engesprekken met de gasten en begeleiders tot stand gekomen. Van daaruitkonden we ook afleiden welke ateliers hun het beste zou liggen. Dit moetnatuurlijk nog proefondervindelijk getest worden. Vandaar het volgendehoofdstuk over de proefateliers.60


Hoofdstuk 4: De organisatie van de proefateliersNadat ik een analyse heb kunnen maken ben ik begonnen aan de opstart vanproefateliers. Dit zijn muziekateliers, met als bijkomend doel het uittesten vanverschillende methodieken met de gasten en de interesse in de ateliers. Dezeinformatie gebruikte ik ook om de muziekdossiers van de gasten aan te vullen.In dit hoofdstuk zal ik eerst de belangrijkste methodieken uitleggen die gebruiktwerden tijdens de proefateliers. Vervolgens heb ik het over de rol van de agoog.Dit gaat over de specifieke begeleidingsaandacht en de bagage die de agoogmoet hebben om zulke ateliers tot een goed einde te brengen.Er zitten ook enkele voorbereidingen bij van ateliers, net als evaluaties. Vooreen serieuze benadering van dit soort ateliers is een deftige voorbereiding enafronding of evaluatie nodig. Als je een volgende keer met bepaalde gasten wilwerken, of iemand anders wil een muzikale activiteit doen, kan altijd op dezevoorbereidingen en evaluaties worden teruggevallen, en op worden verdergewerkt. Enkel en alleen zo kan je optimale resultaten bereiken.4.1 De methodiekenIk ben op zoek gegaan naar verschillende muzikale oefeningen. Ik zocht heelruim. Het enige criterium was dat het mogelijk moet zijn om de activiteit binnende voorziening te doen, met zo weinig mogelijk budget.De methodieken die voor mensen met een mentale en/of fysieke handicapworden gebruikt, zijn meestal afgeleid van de methodieken die voor kinderenworden gebruikt.De zoektocht naar een goede, flexibele methodiek om muziek aan te leren, eenmuziekinstrument te leren bespelen, was niet zo gemakkelijk. Uiteindelijk ben ikdoor het eindwerk van Geert Polaris (1999: 17) te lezen, gestoten op dekleurennotatie van de Jostiband. Deze methode is de meest polyvalente vanalle methodes die ik heb bekeken. Ik ben in verschillende muziekwinkels (J&R,Jacky Claes) te raden gegaan op zoek naar een complete methode, maar elkboek dat ik daar te zien kreeg, elke website die ze me aanraadden(www.melodica.nl) gaf maar een deel mee van het te kennen geheel, was ergtheoretisch gericht of er was weinig ruimte voor differentiatie. Vaak waren hetadepten van de jostibandmethode. Ook waren sommige boeken gericht om ééninstrument. Ik zocht een methode die ik kon gebruiken voor alle instrumentenen die gemakkelijk uitvoerbaar was en uitgebouwd.Om goede muzikale groepsactiviteiten te vinden, gericht op ontdekking enbeleving van de muziek was geen probleem. Ik kende vanuit vorige en huidigeopleidingen nog vele goede boeken en websites. Dit soort ateliers wordt ookvaak vanuit spelvormen opgebouwd. Vele gekende jeugdverenigingspelen61


zoals dirigentje, zakdoek leggen, klankmassages, zijn uiterst geschikt vooronze doelgroep. Er kan binnen deze spellen veel variatie gestoken worden omgasten van elk niveau aan te spreken.4.1.1 De kleurennotatie van de Jostiband4.1.1.1 <strong>Waarom</strong> een muzieknotatie?Bij het leren spelen van een instrument, of het in groeps- of orkestverbandmusiceren, is het bijna altijd mogelijk een melodie zingend of spelend over tedragen. Daar is geen bladmuziek voor nodig.Toch bestaat er vroeg of laat de behoefte om de ‘muzikale’ afspraken vast teleggen of te ‘beschrijven’. Dit als een geheugensteun voor de uitvoerenden enter ondersteuning van de totale muzikale ontwikkeling. Dit loopt parallel met deontwikkelingsgang van muziek en de geschiedenis van het muziekschrift.Het met schrifttekens vastleggen van klanken en klankconstructies is in onzetijd vol geluidsopname- en afspeelapparatuur toch niet helemaal te vermijden.Het is wel belangrijk na te gaan waar een notatie de muzikale ontwikkelingsteunt en waar de notatie het spontane bezig zijn belemmert.(Brussen 2004: 1-2)4.1.1.2 Welke notatie gebruiken we dan?Ik heb, in samenspraak met enkele vaste begeleiders en de coördinator van hetdagcentrum, gekozen voor de kleurennotatie van de Jostiband. Ze is specifieken wetenschappelijk ontwikkeld voor mensen met een handicap, ze is decompleetste en de meest flexibele. De mogelijkheid tot differentiatie meteenzelfde notatie is erg groot. Welk instrument je ook bespeelt, je kan dezenotatie gebruiken.4.1.1.3 De JostibandEven een woordje over de Jostiband. Dit zal al veel duidelijk maken waarom ikvoor deze notatie heb gekozen. De Jostiband is een orkest dat bestaat uitongeveer 200 mensen met een mentale handicap. Zij bestaan 40 jaar enhebben al onnoemelijk veel podia betreden. Dit gebeurt voornamelijk vanuit eengrote voorziening voor mensen met een mentale handicap, namelijk ‘DeBruggen’ in Zwammerdam, Nederland. Ongeveer 100 orkestleden wonenbinnen deze voorziening. (Jostiband 2006)Het orkest beschikt over een grote verscheidenheid aan instrumenten. Hetinstrumentarium omvat bijna 70 keyboards, accordeons, een elektronischeaccordeon, piano's, elektronische orgels, viool en een contrabas.62


Ook is er een uitgebreid scala van slagwerk- en percussie-instrumentenwaaronder 3 complete drumstellen, marimba's, metalofoon, crotales, xylofoon,klokkenspel, buisklokken, carillonklokken, 2 pauken, conga's, bongo's,snarentroms, stealdrums en bekkens. (Jostiband 2006)Een groot aantal deelnemers musiceert met een koffer gevuld met triangels,tamboerijnen, klokkenkrans, bellenkrans, castagnetten, diverse maracas enimitatie- en effectinstrumenten. (Jostiband 2006)Dit is dus een groot verschil met mijn stageplaats. Natuurlijk is de Jostibandvanuit 35 gasten naar 200 gegroeid op 40 jaar. Wij beginnen pas en het is nietons primair doel om een orkest samen te stellen. Pas wanneer de gasten ditaangeven, zullen we hier stappen in ondernemen. Maar de methode die wordtgebruikt door de Jostiband om individuele en misschien kleine groepssessies inmuziektechnische vaardigheden te geven is erg toepasbaar op de doelgroep.Niet enkel onze doelgroep profiteert van deze methodiek. Deze wordttegenwoordig gebruikt voor kinderen in vele muziekscholen, als instapmethode.Ook slechtzienden profiteren van deze methode, dankzij de goed gekozenkleuren en de grootte van de tekens. (Jostiband 2006)4.1.1.4 De kleurennotatieAl bij de start van dit orkest was er vanuit de begeleiding nood aan eeneenvormige notatie, omdat de muzikanten wel op een bepaald moment metelkaar moesten spelen en ze gemakkelijk met elkaar moesten kunnencommuniceren over de muziek. Er moest ook duidelijk gemaakt worden wie watzou spelen, aan mensen met een uiteenlopend verstandelijk niveau.De begeleiding heeft dan vanuit de standaardnotatie (met notenbalken), eennotatie ontworpen die aan alle criteria voldeed.Onder de gewone notenbalk staan bolletjes met verschillende kleuren. In diebolletjes staat de letter van de noot die de kleur vertegenwoordigd. Dit geeft degasten drie manieren om de noten te lezen. Ofwel lees je de noot in denotenbalk, ofwel lees je de letter van de noot, ofwel ‘lees’ je de kleur. Die kleuris erg handig om te beginnen musiceren. (zie afbeelding 1). (Brussen 2004: 1-2)Afbeelding 1:63


4.1.1.5 De kleurenDe kleuren die gebruikt worden, zijn niet zomaar gekozen. Er is onderzoek(Brussen 2004: 3) verricht naar kleurcontrast – helderheid – overstraling -wederzijdse beïnvloeding, bij 50 gasten van de voorziening, en aan de handvan de kleurencirkel (zie afbeelding 2) en dit onderzoek zijn de volgendekleuren en opeenvolging tot stand gekomen.Afbeelding 2:4.1.1.6 Plaats van de kleuren?Naast de keuze van heldere en herkenbare kleuren is de plaats van de kleur opeen toetseninstrument belangrijk. Het onderlinge contrast, het verschil tussende kleuren op het toetseninstrument zijn zo groot mogelijk gehouden. (Brussen2004: 5)Door de kleuren, op basis van het contrast en onderling verschil, een plaats tegeven ontstaat een indeling waarbij licht en donker, helder en minder helderelkaar afwisselen. Zie afbeelding 3 ter illustratie hoe het wordt aangegeven opeen toetseninstrument.De A is wit. De B is zwart. Licht en donker wisselen elkaar af. De kleur geelwordt geflankeerd door het zwart van de B en het blauw van de D. Op dezewijze wordt het contrast, de afstand en het verschil in positieve zin bevorderd endaarbij ook de waarneming.In de werking van kleuren verzwakt WIT de stralingskracht van de kleuren enmaakt ze donkerder; ZWART verhoogt de stralingskracht en doet de kleurenhelder schijnen.Afbeelding 3:64


De zwarte toetsen worden vergeten, zou je kunnen opmerken. Wel, dit zijn dehalve noten, de kruisen en mollen. De samenstelling van hun naam is de nootwaar ze naast is gelegen, aangevuld met ‘es’ of ‘is’, naargelang of men van eenlagere of hogere noot komt. Ze worden aangegeven met twee kleuren, de tweekleuren waar ze tussen in liggen (zie afbeelding 4). De benamingen in hetcirkeltje zijn gekozen naar de verschillende toonladders waar de Jostiband inwerkt.Afbeelding 4:4.1.1.7 Hoe te beginnen?Hoe begin je er nu aan? Het is in eerste instantie belangrijk de juiste keuze temaken van instrument. Niet alle gasten kunnen verbaal hun voorkeur uiten. Eris vaak alleen maar geweten dat ze willen muziek maken. Dan moet men degasten laten kennis maken met de verschillende muziekinstrumenten en zeobserveren en zien waar hun sterktes, voorkeuren, liggen.Het is van belang de gasten te leren een ogenblik stil te zijn en te lerenluisteren. Wie stil kan zijn en kan luisteren kan bijna altijd een instrument lerenbespelen. Het raden naar een bekende melodie die wordt voorgespeeld ofvoorgezongen en het afmaken of meezingen van het melodietje is daarbij somseen goede manier. (Brussen 2004: 8)Dit kan men combineren met een tekst en een melodie die aansluit op het lerenvertrouwd te worden met het instrument. Want laten we ons daarin nietvergissen. Met name het populaire keyboard met alle technische mogelijkhedenis een instrument waar de muzikanten mee moeten leren omgaan en waar menvertrouwd mee moet raken. (Brussen 2004: 8)Zo kan worden begonnen met het aan en uitzetten en het aansluiten enloskoppelen van een keyboard. Stiekem de stekker er uit halen en samen destoring opzoeken. Leren een bepaalde klank te registreren. Leer eerst eenvaste klank, een vaste instelling te maken op het instrument. (Brussen 2004: 8)Probeer een stoomboot (kort-lang), trein, brandweer of politieauto te imiteren.Verschillende korte of lange tonen maken etc. Een verhaal te vertellen over deolifant, brom, brom, (laag) en de muis, piep, piep (hoog). (Brussen 2004: 9)Wat zeer op prijs wordt gesteld is het direct kunnen mee spelen met eenbekend liedje. "De Vogeltjesdans" of iets dergelijks. We plakken dan 2 stickersop het instrument; de G/rood en de B/zwart en leren deze twee tonen op 4-kwarten in te drukken. De eerste 3 maten 11 maal de rode toets (G uit C-65


akkoord) en daarna 4 maten 16 maal de zwarte toets (B uit G akkoord). Danweer 4 maten de rode toets 16 maal en dan weer 4 maten is 16 maal de zwartetoets en tenslotte ruim 1 maat 5 maal de rode toets. (Brussen 2004: 9)De verkenning en het snel resultaat kunnen boeken zijn twee belangrijkefacetten om de gasten enthousiast te houden bij het aanleren van eeninstrument.Belangrijk is dat de aankomende muzikant de sfeer proeft van het zelf meedoenals er muziek gemaakt wordt. Het is mede daarom van belang dat de leidingzelf ook een instrument bespeelt. Niet als solist maar in een rol van bescheidenbegeleider, aangever. Met het voorspelen, luisteren en naspelen kunnen we alheel veel overdragen. En het wordt aangenamer om naar te luisteren. (Brussen2004: 9)Vraag-en-antwoord spelletjes en het tijdens het spelen opzeggen van tekstenworden over het algemeen zeer gewaardeerd. Vooral als het wat ondeugendeteksten zijn. Dit bezig zijn met muziek moet niet worden ervaren als lerenmuziek maken maar als plezier hebben met muziek en met elkaar. (Brussen2004: 10)Wij vinden het zo gewoon dat we lezen van links naar rechts, regel voor regel,van boven naar beneden. Toch is dat helemaal niet zo vanzelfsprekend. Voordie gasten die kunnen lezen is het eveneens niet direct duidelijk hoe je demuzieknotatie met al die kleuren moet lezen. Het zijn toch geen letters. Het isdaarom heel belangrijk, dat wanneer blijkt dat een gast niet weet wat deleesrichting is, hier de nodige aandacht aan wordt besteed. (Brussen 2004: 10)Door een verhaaltje te vertellen over namen maak ik duidelijk dat ook alletoetsen op ons instrument een naam hebben. Net zoals alle mensen. Gelukkigmaar. Wie geen naam heeft kan je ook niet roepen. Sommige mensen hebbeneen naambordje op de deur. Dan kan je buiten al zien wat hun naam is. Hetinstrument heeft een naam maar ook alle toetsen hebben een eigen naam enkleur. (Brussen 2004: 10)Door samen met de muzikant de sticker op het instrument te plakken(naambordjes) worden er namen gegeven (Brussen 2004: 10). Let op! Nietmeer stickers op het instrument plakken dan nodig voor het spelen van eeneenvoudige melodie. De stickers dienen zo hoog mogelijk, bijna tegen dezwarte toetsen te worden geplakt op een toetseninstrument. Daar zijn tweebelangrijke redenen voor:• Bij het indrukken van een toets blijft de kleur op de toets zichtbaar. Demuzikanten zien tijdens het spelen welke toets zij indrukken.• Daarnaast wordt vermeden dat de sticker steeds met de volle vinger wordtaangeraakt. Het blijkt dan nodig regelmatig de stickers te vernieuwen.66


4.1.1.8 Hoe geven we de juiste toonhoogte aan?Een noot kan men spelen op verschillende toonhoogtes. In deze muzieknotatiemoet de juiste toonhoogte worden afgelezen uit de notenbalk. Want er zijn maarzeven kleuren beschikbaar. De kleur alleen geeft niet de juiste toonhoogte aan.De begrippen hoog en laag in zien en horen komen dan aan de orde.Door te wijzen op de plaats van de noot in de gewone muzieknotenbalk kanmen leren vast te stellen om welke geel, blauw of bruine toets het gaat.• Staat de noot onder de notenbalk• of staat deze in de notenbalk• of staat de noot boven de notenbalk.Afbeelding 5:Blijkt na verloop van enige tijd dat de muzikant niet ziet of hoort welke toets vandezelfde kleur hij/zij moet spelen dan kan het kleurenballetje onder de muziekworden gemarkeerd (zie afbeelding 5). Er zijn veel mogelijkheden om deoctaafhoogte aan te geven. Je kan bijvoorbeeld de rondjes vierkant maken, erkadertjes omheen tekenen, zonnetjes van maken, etc. (Brussen 2004: 13)67


4.1.1.9 Is meerstemmige muziek met akkoorden mogelijk?Akkoorden zijn notenreeksen uit een bepaalde toonladder. Zij staan boven denotenbalk genoteerd. De letter die het akkoord weergeeft staat in een cirkeltjedat dezelfde kleur heeft als de grondnoot van het akkoord (zie afbeelding 6). Jekan een lijntje bijkleuren, zolang het akkoord van toepassing is, kortom er zijnvoldoende differentiatiemanieren binnen de notatie om akkoorden duidelijk tekunnen noteren en lezen (zie afbeelding 7). (Brussen 2004: 14)Afbeelding 6:Afbeelding 7:4.1.1.10 Is differentiatie mogelijk?We hebben al enkele voorbeelden gezien van differentiatie die mogelijk isbinnen de kleurennotatie. De kleurennotatie van het Jostiband Orkest is eenbasis- notatie. Ze hebben voornamelijk die elementen er in opgenomen, dieminimaal nodig zijn. Het is soms nuttig de kleurennotatie uit te breiden of aan tepassen als dit nodig is. (Brussen 2004: 14)In de praktijk blijkt dat gehandicapten tot veel meer in staat zijn dan wij van henverwachten. Er moet hen daarom wel de tijd gegund worden om aan demuzieknotatie te wennen. Als het even niet lukt moet er niet te snel beslotenworden de notatie dan maar te wijzigen. Aanpassingen en vereenvoudigingendie mensen zonder handicap logisch en verklaarbaar vinden, worden doormensen met een handicap lang niet altijd als zodanig ervaren. Rondjes wordenvierkant, stippen en zonnetjes, Strepen en vlaggetjes maken van de notatiesoms een kunstwerk in plaats van een overzichtelijk muziekstuk. Deoverzichtelijkheid moet natuurlijk bewaard blijven. (Brussen 2004: 15)68


4.1.1.11 Tenslotte!De kleurennotatie van het Jostiband Orkest bevat op dit moment bijna 150meerstemmig uitgeschreven muziekstukjes. Een bijzondere uitbreiding van demogelijkheden is de notatiesticker (zie afbeelding 8). Met deze sticker kan mende zelf uitgeschreven of aangekochte muziek op een gelijke wijze coderen.Afbeelding 8:De kleurennotatie staat niet los van de algemene muziekleer of muziektheorie.Bij het gebruik dienen de begrippen in samenhang met de kleuren als eeneenheid te worden toegepast.Nu geef ik nog enkele korte muziekstukjes mee die je met behulp van dekleurennotatie kunnen gespeeld worden. Deze vind je ook terug in ‘KlinkendeKleuren’ van Bussen (2004: 12) en ik heb ze gebruikt als initiatie op stage.De muziekstukjes A (zie afbeelding 9) en B (zie afbeelding 10) zijn geschikt omkennis te maken met de muzieknotatie met kleuren. We plakken dan 5instrumentstickers, samen met de gast(en), op de instrumenten. De C/geel; deD/blauw; de E/bruin; de F/groen; de G/rood.Afbeelding 9 Afbeelding 10Deze oefenstukjes bieden volop gelegenheid de eerste beginselen van demuziektheorie en het gebruik van de kleuren te verklaren en te beoefenen. Hetis wenselijk muziekstukje A (afbeelding 6) en B (afbeelding 7) gelijktijdig naast69


elkaar te gebruiken. Daarbij kan men denken aan de leesrichting, begrippen alskort en lang. Bij oefenstukje B "kort, kort, kort, kort, lang" of "bruin, 2, 3, 4, rood"etc. Maar ook het opzeg versje: "Speel je met me mee, alleen of met z'n twee".Het oefenstukje C ( zie afbeelding 11) "Drie maal drie is negen" sluit aan op hetvoorgaande. Nu moet 5 maal de E/bruin worden gespeeld. Dat kan zo: Bruintwee-drie-vier-vijf, rood, rood, groen, twee-drie-vier, wit, rood, rood. Hieruit blijktdat er een sticker bij geplakt moet worden. Doe dit samen met de leerling!Afbeelding 11<strong>Muziek</strong>stukje D (zie afbeelding 12) is "Kortjakje". Enige afwisseling enuitbreiding van de mogelijkheden is zeker wenselijk om het leuk te houden.Zodra er wat samenhang bij het musiceren merkbaar is kan het nuttig zijn 1 ofmeer muziekstukjes gelijktijdig te oefenen.Afbeelding 12De kleurennotatie van de Jostiband is dus een dynamisch, gedifferentieerd encompleet systeem om muziek aan te leren aan mensen met een mentale en/offysieke handicap. Hier is muziek zowel doel als middel om de doelstellingen vande voorziening ten opzichte van de gasten te bereiken.70


4.1.1.12 Andere technische methodieken, hulpmiddelen:Ik ben natuurlijk ook op zoek gegaan naar liedjes, teksten, de juiste akkoordenbij die teksten, zowel voor gitaar als keyboard als,, technische handboeken,etc. in functie van de noden van de gasten.Tegenwoordig is internet een belangrijke bron geworden vaninformatieverspreiding. Wanneer je in een zoekmachine een titel ingeeft vaneen liedje krijg je vaak honderden resultaten. Wanneer je dan nog eensspecificaties ingeeft als lyrics (teksten), tabs (tablature) of chords (akkoorden)krijg je bijna altijd het gewenste resultaat. Ik heb ook enkele vaste sites waar ikop ga zoeken, wanneer ik teksten en gitaar of keyboardakkoorden nodig heb,namelijk:• www.chordfind.com: een site waar je gemakkelijk akkoorden kan opzoeken.• www.guitarnotes.com, www.guitartabs.com, www.911tabs.com,www.tabsrus.nl: sites met teksten en akkoorden.Ik heb ook enkele boeken van de Jostiband aan mogen kopen van Intesa,namelijk ‘Klinkende Kleuren’, ‘<strong>Muziek</strong>notatie met kleuren: startset’, ‘21 PopulaireLiedjes’, ‘21 Kerstliedjes’.Voor de keyboardlessen aan te vullen heb ik nog het boek ‘The Pianist’s PictureChords’ (Day 1978) aangekocht waarin alle akkoorden kort staan beschrevenmet een foto hoe men zen hand moet plaatsen. Dit maakt het begrip ‘akkoord’meer visueel voor de gasten (Zie afbeelding 13). Er werd dan een stickertjebijgeplakt van de kleurennotatie om alles op elkaar af te stemmen.Afbeelding 1371


4.1.2 Groepsactiviteiten, spelvormenDit deel gaat over de methodes die ik heb gebruikt om de belevingsateliers in tevullen. Dit zal korter zijn omdat er veel van wordt uitgelegd wanneer deverschillende proefateliers worden besproken en bij de uitleg van de rol van deagoog.Ik werk vooral met spelvormen. Spelvormen zijn je eerste keuze als agoogwanneer je de te bereiken doelstellingen en de setting in het achterhoofd houdt.We weten inmiddels dat muziek op zich al een spel is, uit hoofdstuk 2. Ik voelme als begeleider ook goed bij spelvormen.4.1.2.1 SpelvormenIk werk in groepssessies voornamelijk met spelvormen met verschillenderedenen. Tijdens een spel wordt muziek gehanteerd als middel en niet als doelop zich. Ook in individuele sessies komen spelvormen voor zoals vraagantwoord-oefeningen.Dan is muziek ook het middel om een van de doelen(muziek maken) te bereiken.Spelvormen zijn plezant. Iedereen speelt graag. Het kan spontaan gebeuren envoelt niet zo erg als een ‘opdracht’ aan. Iedereen vindt ook gemakkelijk zijnplaats in een spel en je kan spelenderwijs je kwaliteiten ontdekken. Plezierbeleven is de primaire doelstelling bij een spel. De belangrijkste persoon omalles in goede banen te leiden en om te zorgen dat het spel plezierig blijft is debegeleider. Hij mag evenwel alle andere doelstellingen ten opzichte van degasten niet uit het oog verliezen.Spelvormen hebben het voordeel dat ze gemakkelijk aan te passen zijn aan hetniveau van de doelgroep, de ruimte, het tijdstip, het aanwezige materiaal, Meteen beetje creativiteit kan je als begeleider eindeloos blijven variëren.Spelvormen moeten een hoofddoel hebben en eventueel een nevendoel. Hethoofddoel is normaal erg duidelijk. Dit is ook het algemeen doel. Het doel datvoor elke deelnemer hetzelfde zal zijn. Dit zal bijna altijd een zinvolledagbesteding zijn. Of in het geval van ritmespelen, zal het hoofddoel hetverbeteren van het ritmegevoel zijn. Binnen een spellenreeks zullen dus spellenworden gebruikt met overeenkomstige doelen.De nevendoelen zijn per deelnemer anders. Deze nevendoelen zijn bepaald inde analyse van de gasten individueel en moeten voor elke sessie doorgenomenworden, zodat de begeleider ze niet uit het oog verliest.72


4.2 De rol van de agoogDe agoog als begeleider van muziekateliers moet bepaalde vaardighedenhebben. Deze worden in dit deel besproken. In deze rol zie ik mezelf ookoptimaal functioneren binnen een dagcentrum. De doelstellingen voor de agoogworden hier in een willekeurige volgorde besproken, omdat ze naar mijn inziensallemaal even belangrijk zijn. Ze vullen elkaar aan. Ze kunnen elkaar ookbeperkt compenseren. Met behulp van Fockema (Fockema 1977: 58) en vanWijck (Van Wijck 1985: 18) heb ik de kennis die ik omtrent het agoog zijn hebopgedaan binnen mijn omleiding kunnen concretiseren naar muziekateliers toe.Ik heb ze dan gestructureerd aan de hand van de stage-evaluatieschaal die inhet derde jaar SRW wordt gehanteerd (HIRL 2006). Deze omvat in principe alleagogische vaardigheden waarover een agoog moet beschikken binnen desociale sector.4.2.1 Kennis en inzichtAgogische kennisDit is een basisvereiste voor methodisch-agogisch handelen. Als agoog moet jeeen juist beeld hebben van de visie van de organisatie en zijn doelstellingen,van de problematiek van de doelgroep, van de wettelijke omkadering, van degehanteerde methoden en technieken, van het bredere netwerk waar deorganisatie deel van uitmaaktIedere gast heeft zijn eigen problematiek en pathologie. Iedere gast heeft ookzijn eigen dossier. Deze dossiers en de literatuur over de problematieken enpathologieën doornemen, is ook een belangrijke taak om als agoog gericht degasten te kunnen helpen zichzelf te helpen. Zoek binnen die dossiers niet enkelnaar de problematiek van de gast, maar kijk ook naar de socio-economische enpsycho-sociale problematieken.De spelbegeleider van het muzikale atelier heeft de analyses zelf gemaakt of iszich bewust van de inhoud. De analyses zijn gebaseerd op observaties vanderden en zichzelf.73


Specifieke kennisMijn grootste hamvraag voor ik begon aan deze opdracht was: ‘moet een agoogdie muziekateliers geeft, muzikale kennis hebben?’.Het antwoord is ja maar niet noodzakelijk voor elke muzikale activiteit. Voortechnische ateliers moet er een zekere muzikale bagage zijn. Je moet tijdenstechnische ateliers als agoog kunnen voorspelen, je moet raad kunnen gevenover muziektechnische vaardigheden, noten kunnen lezen is een pluspunt,maar met de kleurennotatie heb je dat zelf snel geleerd. De gasten hebben ookvaak nood aan een rolmodel en dat is vaak de begeleider. Om dansles te gevenmoet je een goed besef hebben van je motoriek en onderlegd in het dansen. Ikheb een basisopleiding genoten om dansles te mogen geven. Voordoen is eenmachtig communicatiemiddel naar de gasten toe. Ik kan je vertellen dat je omchoreografieën in elkaar te steken ook nog eens een besef moet hebben vanhoe muziek is opgebouwd. De structuur van een muziekstuk moet je kunnenanalyseren. Maar dat kan je eventueel samen met de gasten doen.Voor belevingsateliers ligt dit toch enigszins anders. Het doel is niet in de eersteplaats muziek maken, maar beleven. Er zijn verschillende doelen. Een agoogmoet in zulke situaties niet perse een onderlegd muzikant te zijn. Hij moet deactiviteiten in goede banen leiden en animeren. Naast het spel goed te leidenmoet hij ook de doelen blijven in de gaten houden, zorgen voor rust en variatie.Een goed ritmegevoel en een goed gehoor zijn toch pluspunten voor een agoogbinnen muzikale belevingsateliers.We kunnen hier dus besluiten dat muzikale kennis voor technische ateliers eenmust is, maar dat die voor belevingsateliers enkel als pluspunt of als extra troefkunnen worden uitgespeeld. Tijdens muziekateliers doe je soms aankennisoverdracht, wat betekent dat je eerst zelf die kennis moet bezitten. Invele boeken met muzikale activiteiten staat uitleg voor de beginnende(muziek)agoog (bijvoorbeeld Van Wijck 1985).4.2.2 Administratieve vaardighedenEen agoog zal in een opstart van muzikale ateliers nood hebben aanadministratieve vaardigheden. Hij zal dossiers moeten aanleggen, verslagenmoeten maken, over de voorziening, de gasten, zoals de voorgaandeanalyses. Wanneer die gedaan zijn, moet de agoog ze ook bijvullen, up to datehouden. Hij zal documentatiemateriaal moeten kunnen verzamelen, ordenen endoelgericht kunnen hanteren (literatuurstudie,).Om dit grondig en snel te kunnen doen, om efficiënt te werken, zal de agoogadministratieve hulpmiddelen zoals een computer, fax, kopieerapparaat,moeten kunnen hanteren. Deze zijn binnen de voorziening voor handen.74


4.2.3 Communicatieve vaardighedenDit omvat de communicatieve vaardigheden van de agoog in relatie tot deverschillende individuen of groepen (doelgroep, collega’s, beleid, derden,) enin verschillende situaties (telefonisch, intakegesprek, groepsgesprek,vergadering,)Een goed telefoongesprek voeren kan wel van belang zijn, aangezien het beleiddoorgaans telefonisch wordt bereikt. Ze bevinden zich op een andere locatie.Een eerste contact leggen binnen de muzikale setting is erg belangrijk. Het zetde toon voor het verdere verloop van de sessie. Vooral de rol van de agoog ishier belangrijk. Hoe vang je de gasten op, zeker als het hun eerste ontmoetingis met het nieuwe lokaal, met de begeleider,Het is belangrijk om een functioneel gesprek te kunnen voeren met iedereenbinnen de organisatie. Met iedereen wordt bedoeld; cliënten, medewerkers, eengroep en beleidsfiguren. Dit vereist een flexibiliteit in de manier vancommuniceren. De agoog zal op een andere manier spreken, met een anderewoordenschat, tegen mensen van het beleid dan tegen de gasten,bijvoorbeeld. Het is ook belangrijk dat de agoog uit de gesprekken informatiekan putten, op alle niveaus. Dit om zijn analyses, doelstellingen,nauwkeuriger te kunnen uitwerken.Bij het opstarten, het plaats zoeken van een nieuw atelier of gewoon een extraatelier, zal de agoog ook veel onderhandelingsgesprekken moeten voeren. Methet beleid in functie van materiaal, budget, tijd, plaats, Met de gasten om tekijken wat de gasten willen, hoe ze het willen, Met de begeleiders van devaste ateliers om hen te overtuigen van het nut van het extra atelier en omgasten uit hun atelier te mogen halen, (op voorwaarde dat de gasten dit willennatuurlijk!). In het verlengde daarvan ligt ook het probleemoplossend gesprekdat een agoog ook moet kunnen voeren. Bij de opstart en het in stand houdenvan een extra atelier kom je sowieso obstakels tegen. Die moeten besprokenworden. Dit zal weer op de verschillende niveaus gebeuren (beleid, groep, gast,medewerker). Actief aan vergaderingen deelnemen is ook een vaardigheid dieelke agoog moet hebben.Een erg belangrijke communicatieve vaardigheid binnen muziekateliers is ooghebben voor non-verbale communicatie. Hier gaat het over degelaatsuitdrukkingen van de gasten, maar ook over wat ze proberen te zeggendoor middel van muziek. De analyse van de taal van muziek. Dit niet enkeltijdens de ateliers maar ook voor en na. Voor de ateliers om een idee op tebouwen wat er mogelijk is met deze gasten, dit gaat weer over de analyses diebehandeld zijn in het vorige hoofdstuk. Daarna kan de agoog tijdens de ateliersobserveren hoe ze reageren op bepaalde muziekinstrumenten, hoe ze hier meeomgaan, welke methodes het beste zijn om het doel te bereiken binnen demuziekateliers en hoe de gasten de ateliers beleven. Het sociale gedrag van degasten binnen de ateliers kan geobserveerd en geanalyseerd worden.75


Vanuit deze observaties en analyses worden dan weer evaluaties opgesteld,die de analyses kunnen aanvullen. De evaluaties worden nog verder besprokenin 4.4.4.2.4 Expressieve vaardighedenDeze vaardigheden leunen sterk aan bij de communicatieve vaardigheden,maar behelzen tegelijk meer. De agoog zal spreekvaardig moeten zijn, zichschriftelijk kunnen uitdrukken en lichaamstaal moeten kunnen hanteren. Ditbetreft ook het uiterlijk voorkomen, uitstraling. Deze moet positief enuitnodigend zijn.Het maken van een folder, een affiche, een werkblad, behoort ook tot devereiste expressieve vaardigheden van een agoog.De agoog zal ook moeten kunnen animeren en creativiteit tonen.AnimerenDe beleving van de activiteit staat voorop. Een onpersoonlijke, te zakelijkeaanpak, het spelen op een te laag of te hoog niveau scheptongeïnteresseerdheid. Niets is dodelijker voor het verloop en de animo dan dat.Als je als agoog de interesse wilt houden in je activiteit is het aanbieden vangoede activiteiten niet voldoende. Je moet als agoog ook kunnen boeien. Jeuitstraling moet positief, zelfzeker, respectvol en gemotiveerd zijn.Je moet naast de nodige theoretische kennis, ook voldoende socialevaardigheden hebben om te kunnen omgaan met de doelgroep. Je moet eengoede conversatie kunnen voeren op het niveau van de gasten en hengemotiveerd houden.Bij individuele activiteiten krijgt de gast individuele aandacht van de begeleider.Dan zal de sfeer meer intimistisch zijn. Bij groepsactiviteiten wordt ergeprobeerd om de totale groep te betrekken. Het is belangrijk om dan hetgroepsgevoel te stimuleren en iedereen de aandacht proberen te schenken diehij of zij verdient. Je kan ook in subgroepen werken om gasten intensiever telaten samenwerken.Vele gasten missen structuur, dus binnen je animatief kader moet jeconsequent optreden. Je moet zorgen dat niemand zich bevoordeeld ofbenadeeld voelt. Afhankelijk van de gasten of groepen waarmee je werkt zal jegrenzen moeten trekken, regels opleggen. Doe dit altijd in overleg met degasten, zodat ze (het gevoel hebben dat ze) hebben meebeslist. Wees nietbang om regels op te leggen. De structuren en regels geven de deelnemerseen gevoel van veiligheid en houvast.76


CreativiteitVroeger werd creativiteit geassocieerd met genialiteit, kunstzinnigheid, uniciteiten prestatie. Nu gaat men ervan uit dat creativiteit een vorm is van menselijkgedrag. Creatief zijn is een proces. Creatieve processen gaan steeds gepaardmet een grote mate van emotionele betrokkenheid. (Fockema 1977: 20) Menmoet dus als agoog enerzijds een creatief proces op gang trekken bij zichzelfen anderzijds bij de gasten.Ten eerste de creativiteit in de begeleiding. De agoog moet creatief zijn in hetbedenken van en zoeken naar activiteiten. De activiteiten moeten aanverschillende criteria voldoen en creativiteit helpt een agoog om dezeactiviteiten (uit) te vinden.Het materiaal dat voor handen is moet creatief aangewend worden. Binnen desociale sector heeft men meestal geen geld in overvloed. De begeleider moetcreatief omspringen met het materiaal, meerdere gebruiksmanieren ervoorzoeken en bijvoorbeeld zelf materiaal maken met de gasten.Het werken rond thema’s kanaliseert de creativiteit. Dit is niet slecht,integendeel. Een thema kan als voedingsbodem dienen voor de creativiteit.Pasen, kerstmis, valentijn, winter, herfst, bepaalde muziekgenres, dit soortthema’s zorgen voor creatieve processen en structuur bij de agoog als bij degasten.Een muziekatelier kan ook als doel hebben een creatief proces op te starten bijde gasten. Zelfs als het geen echt doel is, zal het vaak gebeuren. Ze moeten naeen oefening met een bepaald slaginstrument bijvoorbeeld zelf op zoek naareen andere oefening met dat instrument, een ander ritme,Het creatief proces (Fockema 1977: 20-23)Creatieve processen gaan altijd gepaard met een grote mate van emotionelebetrokkenheid. Deze betrokkenheid kan variëren. Ze neemt toe of af naargelang de fase waarin men verkeert binnen het creatief proces.De eerste fase van het creatief proces behelst het op gang komen van hetcreatief proces. Hier is een directe of indirecte aanleiding voor nodig. De vormwaarin de aanleiding zich manifesteert bepaalt in belangrijke mate het verdereverloop. Van hieruit komt men tot exploratie van materiaal en mogelijkheden. Zovindt een groei plaats naar een totaalbeeld, dat steeds duidelijker naar vorenkomt.Tenslotte kunnen we spreken van een innerlijke voorstelling van hettotaalbeeld. Dit noemt men het creatief moment. Dit beeld is weliswaar nogdiffuus, maar opent toch de weg naar het concrete eindproduct. Op dit momentzijn de emotionele betrokkenheid maximaal.77


Het creatief moment is niet enkel het einde van de eerste fase, maar ook destart van de tweede en de derde fase.Fase twee en drie, van innerlijke voorstelling tot eindproduct. Hoewel het hiergaat om één lijn is er toch sprake van twee verschillende fasen hierin.Fase twee stelt als het ware het verlaten van de innerlijke voorstelling voor,waarbij een steeds grotere afstand ontstaat. Het verloop van fase twee wordtgekenmerkt door het afnemen van betrokkenheid en spanning en een verliesaan overzicht omdat men bezig is met talrijke details.Fase drie heeft betrekking op de benadering van het ‘eindproduct’. In fase drieontstaat er weer een toename van het zicht op het totaal, door zinvollerangschikking van de inmiddels uitgewerkte details. Bij het benaderen van heteindproduct ontstaat weer een relatie met de oorspronkelijke voorstelling.Het eindproduct zal in meerdere of mindere mate overeenkomsten hebben metde ‘innerlijke voorstelling’ maar zal in tegenstelling tot de laatste niet diffuus zijn.De betekenis die het eindproduct heeft zal afhangen van de attitude van demaker. In ieder geval kan nu afstand genomen worden.Het eindproduct kan weer een vertrekpunt zijn voor verder reikende processen.Bij een onbevredigend verloop van het creatief proces, zal een gevoel van falenen frustratie onvermijdelijk zijn. Het is ondermeer ter vermijding van dezemogelijke frustratie dat veel mensen blijven steken in het ‘creatief moment’. Ditmoeten we als agoog nooit doen en zeker bij onze gasten in het oog houden.Schema 2: het creatief proces (Fockema 1977: 23)78


4.2.5 Methodische-agogische vaardighedenZet als agoog je activiteiten altijd op vanuit de organisatievisie en deorganisatiedoelen. Zo verwerf je de steun van het beleid en de medewerkers.Werk systematisch met een tijdsplanning en voortgangscontrole aan jeactiviteiten. Het is de taak van de coördinator van de voorziening om de agoogdaarin te ondersteunen.Maak een grondige analyses van de doelgroep en het probleem. Dit kan menbeschouwen als de probleemexploratie uit het methodiekmodel van het H.I.R.L.(Decuber 2004: bijlage) Dit werd gedaan in hoofdstuk 1 en 3.Kies als agoog de juiste technieken om informatie te verzamelen. Gebruik eenmix van verschillende technieken, om zo volledig mogelijk te zijn. Haal denodige informatie uit gesprekken met gasten, begeleiding en beleid,observaties, al bestaande dossiers, evaluatiemomenten, (hoofdstuk 4)De agoog moet niet enkel naar de problematiek van de gast alleen kijken enproberen op te lossen. Zoals al is besproken in 2.4, moet de agoog ook desociaal-maatschappelijke factoren die meespelen onderzoeken en in rekeningbrengen met het uitdokteren van interventies en opstellen van doelstellingen.Een agoog moet ook helder en duidelijk doelen kunnen formuleren. In diteindwerk werden die geformuleerd binnen de analyses (hoofdstuk 3). Eengemakkelijke methode om dit te doen is gebruik maken van het SPIRO-model.Als agoog heb je bij aanvang van een activiteit doelen vooropgesteld die je wilbehalen. Je moet proberen die doelen niet uit het oog te verliezen en ze tebereiken. Het middel hier is duidelijk: muziek. Vraag je als agoog bij een keuzeen uitwerking van een activiteit voortdurend af wat deze activiteit kan bijbrengenom je doelen te bereiken.Nadat de doelen zijn opgesteld moet de agoog ook een strategiekeuze makenen motiveren (4.4). Hier moet een agogische activiteit, een muziekactiviteit in ditgeval, uit voortvloeien om de vooropgestelde doelen te bereiken. Ditmuziekatelier, moet hij kunnen uitvoeren volgens de vooropgesteldemethodieken, technieken en planningen.De agoog moet de muziekateliers, grondig evalueren vanuit de voorgaandepunten. Hij moet de sterke en zwakke punten detecteren en analyseren, en vandaaruit voorstellen doen tot een eventuele andere aanpakBelangrijk is dus dat de agoog en alle andere betrokken partijen een procesdoormaken en zich daarbij ook betrokken voelen. Er moet ook structuur in zittenen een theoretische basis hebben. Er moet voortdurend de mogelijkheid zijn totevaluatie en aanpassing.79


4.2.6 AttitudesOmgang met eigen emoties t.o.v. de cliënten of de medewerkersIn de eerste plaats gaan we er van uit dat mensen geen dingen zijn. Je moet alsagoog geloven in de kracht van ieder individu. Je moet ook aanvaarden datiedereen anders is en respect hebben voor ieder zijn individualiteit. Als agoogwerk je met mensen en je vertrekt van wat ze wel kunnen. Een positieveingesteldheid is van vitaal belang.De agoog dient een openheid te bewaren naar de gasten toe. Stap als agooghet atelier binnen als gelijke, als partner. Binnen een vertrouwensrelatie wordter altijd efficiënter gewerkt.De agoog moet zijn emoties altijd in de hand hebben. Hij moet rationeel kunnenblijven handelen en mag geen uitspraken doen die hij niet kan nakomen.Wees als agoog ook altijd discreet en respecteer het beroepsgeheim. Binnenhet muziekatelier kan de gast vaak zijn diepste gevoelens kwijt en als datgebeurt moet de agoog daar adequaat op reageren.TeamspelerJe werkt niet alleen met de gasten van de voorziening maar ook de begeleidersen het beleid vormen deel van je werkomgeving. Sterker nog, ze zijn jewerkomgeving. Je moet niet als individu gaan werken, want dat zal niet langblijven duren. Je moet zorgen dat je activiteiten binnen het grotere structurelegeheel van de organisatie passen, net zoals de rest van het team.Allereerst moet je de steun van het beleid hebben. Zij bepalen wat kan en nietkan binnen de organisatie. Zij zijn ook degenen die zorgen voor financiële enmateriële ondersteuning. Wees transparant naar het beleid over de richting dieje uit wil.Het personeel van de voorziening moet je respecteren en dat respect verdienje. Ga als agoog niet op je muzikaal eiland zitten, maar help binnen de vasteateliers met allerlei taken. Help met de afwas, het eetmoment, sla een babbeltjetijdens de pauze, wees een luisterend oor. Laat ze ook meedenken binnen hetmuziekatelier en laat ze die ook mee volgen indien ze dat willen, nodig ze uit.Zorg ook niet voor teveel geluidsoverlast.Het personeel kan je nuttige informatie bezorgen over de gasten. Zij houdenvergaderingen met de gasten om te polsen naar hun voorkeuren, zij werkenmee aan de ondersteuningsplannen waar je je informatie haalt en zij hebben upto date informatie over hoe het ‘nu’ met de gast gesteld is.80


Een teamspeler zijn binnen de organisatie kan ervoor zorgen dat je atelierskunnen blijven draaien. Ze bepalen wel onrechtstreeks de kwaliteit van jeateliers mee. Het beleid zorgt voor het materiaal, het lokaal, en het personeelvoor belangrijke informatie.Een agoog heeft dus zin voor engagement, zin voor constructieve kritiek tenaanzien van de organisatie en zichzelf, en integreert die kritiek ook in zijnmanier van werken. De agoog heeft verantwoordelijkheidszin, kan assertief zijnen kan omgaan met conflicten. Hij/zij durft initiatief nemen en heeft zin voorleiderschap.Binnen elk atelier moet de agoog zijn rol kennen. Hij/zij kan een actieve en eenpassieve rol aannemen binnen het atelier. Een actieve rol wordt aangenomenwanneer de agoog een groep/persoon begeleidt die nog veel begeleiding nodigheeft. Dan neemt de agoog nadrukkelijk de leiding op zich. Een passieve rolwordt ingenomen door de agoog wanneer je met een groep/persoon werkt dieweet wat er verwacht wordt. De agoog schept voorwaarden, zoals het zorgenvoor een ruimte, materiaal, het uitnodigen van de gasten, De agoog legt uitwat de bedoeling is maar bemoeit zich niet uitdrukkelijk met de activiteit. Vaakkiest de agoog voor een combinatie van de twee. Hij start de activiteit sterkactief, en zo helpt hij de activiteit op gang. Naarmate de groep/persoon er raadtmee weet, neemt de agoog wat meer afstand. (De Laak 2006)Zorgen voor rustDit kan je als begeleider doen met een goede instelling, een kalmerendeuitstraling. Maar er zijn nog andere factoren die meespelen. Zorgen voor rust isbelangrijk want rust bevorderd de concentratie. Concentratie ligt aan degrondslag van elke handeling die een mens verricht. Het is dus duidelijk datzoveel mogelijk voorwaarden zal moeten worden voldaan om een zodanigeomgeving en sfeer te creëren dat er optimale mogelijkheden zijn voor goedeaandacht en rust van de gasten. Dit om hun vaak chaotische wereld testructureren.Hoewel concentratie van meer dan één factor afhankelijk is, zoals stemming,lichamelijke gesteldheid, tijdstip, blijven er genoeg elementen over die vanbuiten af kunnen worden beïnvloed, met name: de ruimte. De agoog moet deruimte gericht inkleden. Het lokaal, moet voor de juiste sfeer zorgen, de sfeerdie past bij een bepaalde activiteit. Het lokaal moet prikkelarm zijn. De prikkelsdie aanwezig zijn moeten wijzen op de activiteit (snoezelen = rustgevendemuziek, kussens,; dansatelier = open ruimte, muziekinstallatie, eventueel eenspiegel,), de overbodige prikkels zoals geluidoverlast van de buren, te grotelichtinval, te warm, te koud, moeten worden geweerd.81


Empathisch vermogenAl kijkend en werkend vanuit het invoelingsvermogen zal men als begeleider dejuiste trap, het juiste niveau, moeten leren inschatten, om van daaruit verder tegaan. Het aanbieden van spelen op het juiste niveau (niet te hoog, maar zekerniet te laag!) zal de speler ertoe aanmoedigen tot goede resultaten te komen,ook al zijn die resultaten soms nauwelijks zichtbaar. Het proces is in dezeateliers belangrijker dan het product!Voor de gasten is het niet gemakkelijk om met een vreemd muziekinstrumentom te gaan. Verdiep u daarom, naast de verdieping in de leefwereld van degasten, ook eens zelf in zo’n ‘apparaat’. Het blijft belangrijk vooraf zelf eeninschatting te maken van de te verwachten problemen en daar al oplossingenvoor te bedenken. Probeer in te schatten of er geen motorische of andereproblemen te verwachten zijn die het musiceren kunnen belemmeren. Kan menkleuren "lezen"/herkennen, benoemen en/of vergelijken?Men moet zich tijdens het musiceren prettig en plezierig voelen. Dat lukt alleenals de angst, verlegenheid en terughoudendheid met het instrument isoverwonnen. Dit is niet enkel zo voor de gasten maar ook voor de begeleider!Emancipatorisch werkenVanuit de doelstellingen van de organisatie (3.3) kan er afgeleid worden datIntesa emancipatorisch werkt. Er is ook al gezegd geweest (4.2.5.) dat deagoog moet werken vanuit de doelstellingen en visie van de organisatie. Dit isnogmaals een verklaring voor het feit dat de analyses van de gasten zijngemaakt vanuit de doelstellingen van de organisatie.De agoog dient de gasten tijdens de activiteiten te stimuleren totzelfwerkzaamheid. Door middel van zijn activiteiten, zoals muziek in dit gevalprobeert de agoog om de draagkracht van de gasten te verhogen, om op diemanier de zelfwaarde van de gasten ook op te krikken. Dit helpt om op langeretermijn meer greep te krijgen op de structurele oorzaken van het onwel zijn vande gasten en verhoogt de zelfstandigheid, de zelfredzaamheid van de gasten.Zoals besproken in 2.4. leent muziek zich uitstekend tot emancipatorischwerken.82


4.3 De proefateliersDe proefateliers kunnen leiden tot vaste ateliers, maar het moet voor de gastenduidelijk zijn dat het proefateliers blijven. Dit wordt hen ook duidelijk gemaakt.Enerzijds door de vaste begeleiding en de muziekbegeleiding, anderzijds doorde sporadische frequentie van de proefateliers per gast. Indien er voor elke gastwekelijks een atelier zou zijn, dan zou het na een half jaar heel moeilijk zijn omduidelijk te maken aan hen dat het opeens gedaan is met de muziekateliers,omdat ze inmiddels een vaste plek hebben verworven binnen hundagwerkingsstructuur.Ik heb ze opgedeeld in twee groepen. De belevingsateliers en de technischeateliers. Dit is een simpele maar duidelijke indeling, naargelang de aard van deactiviteit. Niet te verwarren met het doel van de activiteit, want het hoofddoelvan de activiteit is altijd agogisch, zoals voordien al besproken.De proefateliers worden ALTIJD voorbereid. Er zijn op voorhand ooknoodvoorbereidingen klaar om, indien er een plotselinge vraag komt vanuit eenatelier dat bijvoorbeeld onverwachts zonder werk zit, de gasten te kunnenopvangen.De inhoud van de ateliers wordt bepaald door de begeleider. Hij of zij haalt zijninspiratie wel uit de gasten. De begeleider zorgt voor een aanbod in activiteiten,binnen de interessesfeer van de gasten. De doelstelling omtrent keuzevrijheidmoet wel worden gerespecteerd. De mening van de gasten wordt ten alle tijdenwaardevol geacht en als aanvulling en verbetering voor de proefateliersgebruikt. Tijdens zangstondes ga ik bijvoorbeeld verzoeknummers zingen, diede gasten graag (willen) horen en zingen. Als ze tijdens een zangatelier willendansen, mag dat natuurlijk, willen ze even rusten, dan is dat geen probleem.Het is erg belangrijk dat de gasten zich op elk moment veilig voelen tijdens deateliers. Op die manier gaan ze meer durven participeren en positief sociaalgedrag vertonen naar andere gasten toe. Wat voor sommigen al eendoelstelling kan zijn op zich.83


4.3.1 De belevingsateliersDeze ateliers zijn vrijblijvend van aard. De gasten worden niet verplicht, erwordt geen engagement van hen verwacht en er wordt in de breedste zinberoep gedaan om hun creativiteit. De begeleider moet de activiteit gevarieerdopbouwen en geanimeerd begeleiden, zodat de motivatie van de gasten om teparticiperen hoog blijft. Het zijn meestal groepsactiviteiten en het sociale speeltook een grote rol. De onderlinge omgang wordt hier gestimuleerd en decommunicatie verloopt makkelijker tijdens deze activiteiten. Vergelijk het metjonge mensen die op een fuif ook gemakkelijker met elkaar contact leggen,tijdens het dansen, meezingen, mensen die plezier maken staan meer openvoor anderen.4.3.1.1 <strong>Muziek</strong>beleving:Er zal muziek gespeeld worden, in samenspraak met de gasten, en er zalgeluisterd, gedanst en gezongen worden, afhankelijk van het niveau van degroep. Hieruit ontstaan ook spontane trommelsessies (ritmebeleving). Maar hetis meer dan beleven van de muziek. Het behelst ook het beleven van zichzelf,van zijn eigen muzikale mogelijkheden. We verkennen de mogelijkheid om methet eigen lichaam muziek te maken of met hulpmiddelen. We gaan op zoekwelke stemmingen we met muziek kunnen opwekken en we proberen dit uit.4.3.1.2 Ritmetraining/ritmebeleving:Ritmebeleving is de gasten prikkelen om mee te kloppen, klappen, met hetritme van de muziek, het ritme dat aangegeven wordt door de begeleider, doorhenzelf, maar er is geen verplichting. Het is vaak een onderdeel van demuziekbeleving en wordt vooral gedaan bij de zwakkere groepen. Ritmetrainingis het daadwerkelijk trainen. Het is nog geen les slagwerk, omdat het erspeelser aan toe gaat. En het gebeurt vaak ook in groep.4.3.1.3 Zangstondes:Dit is een zeer populaire atelier. De gasten zingen luidkeels de gekendenummers mee. Ik heb zangboekjes opgesteld waarin telkens de volledige tekst,met het herhalen van de refrein,terugkomt. Erg concreet. Want de tekst lezenen ze terwijl zingen bemoeilijkt het zingen. (bijlage 2) Telkens als ik een atelierbinnen kom krijg ik de vraag van enkele gasten “Komt ge ons nu halen om tezingen, of wanneer mogen we nog eens?”. Ik geef ook de analfabeten eenzangboekje, gewoon omdat ze het plezant vinden om een boekje vast tehebben. Ze dringen ook aan om de juiste pagina open te leggen enzovoort,84


4.3.1.4 Dansbeleving (dansles):Vaak ook een deel van muziekbeleving, maar kan ook voorkomen tijdenszangstondes tijdens bijvoorbeeld de kabouterdans. Dansbeleving endanslessen komen vaak voor wanneer we naar een voorstelling moetentoewerken en er weinig tijd is. Dan doen de gasten een dansje op een gekendliedje. Ze hebben op een liedje van hun grote held Frans Bauer, samen met mij,een choreografie uitgewerkt. Het gaat dan nog steeds meer om beleving van demuziek, want ze maken een choreografie op de tekst, een uitbeeldende dans.Ze geven als het ware weer wat ze beleven in de muziek, wat de muziek methun doet.4.3.1.5 Snoezelen:Dit atelier staat op het programma om opgestart te worden maar door hetgebrek aan een goede ruimte wordt het uitgesteld tot na de verhuis naar denieuwbouw, waar er een snoezelruimte is voorzien. Ik vind dat ze onder demuzikale ateliers hoort omdat muziek een grote rol speelt tijdens een geslaagdesnoezelactiviteit. Het is ook goed om hier een vaste begeleider mee laten bezigte zijn en mijn mening is dat de muziekbegeleider hier de aangewezen persoonvoor is.Snoezelen is net als alle andere muziekateliers gericht op het contact leggenmet anderen in een veilige omgeving en zintuigactivering. opwww.worldwidesnoezelen.com (2006) staat een stappenplan om eensnoezelatelier op een agogisch verantwoorde manier op te starten.4.3.1.6 Instrumenten maken:De organisatie heeft twee bouwprojecten lopen, en dus moet elke euro tweekeer worden omgedraaid, zoals zij het zeggen, voordat er iets kan wordenaangekocht. Daarom dat de ateliers die tijd hebben, en waar naast hetproductieve, ook de nadruk ligt op het creatieve, vaak in samenspraak ensamenwerking met mij en een occasionele andere stagiair, instrumentenmaken. Er zijn ondertussen al een twintigtal rammelaars en regenpijpengemaakt, o.a. door atelier 4.85


4.3.2 Technische muziekateliers:Deze ateliers worden specifiek gevraagd door bepaalde gasten. Ze willen meeren dieper ingaan op bepaalde facetten van muziek. Meestal willen ze eeninstrument leren spelen, beter leren zingen, extra kennis op doen. Hier ligt delat hoger. Let wel, de lat wordt vaak door de gasten hoger gelegd. Hoe hoog delat precies ligt, wordt in onderling overleg bepaald. Deze sessies zijn ookmeestal in kleinere groepjes of individueel.4.3.2.1 Gitaarles:Ik geef momenteel aan één gast gitaarles, deels door gebrek aan een goedegitaar voor de gasten, aangezien deze gast haar eigen gitaar meebrengt. Er zijnwel enkele andere gasten die interesse tonen. Ik probeer voor de gast waar ikal les aan geef, de liedjes die ze wil spelen op haar niveau, en samen met haar,te ontleden. Ze heeft ook een fysieke beperking waar ik rekening mee moethouden. Ze heeft ook al zelf twee nummers gecomponeerd. Eentje ging overmij. Ik had haar meegenomen naar een optreden en daar heeft ze een nummerover geschreven. Een voorbeeld van een voorbereiding van dit atelier vind je inbijlage 4. Deze voorbereiding is één van de eerste lessen die ik heb gegeven.Dit dateert nog van voor de reorganisatie waarvan sprake is in 1.2. Dezevoorbereiding bevat de basiselementen die al de voorbereidingen bevatten.Daarom vond ik deze een goed voorbeeld.4.3.2.2 Keyboardles:Er zijn enkele gasten waaraan ik – zelf geen onderlegd toetsenist – les aangeef. Gelukkig ligt bij de meeste het niveau niet zo hoog, ze spelen meestal metéén hand een melodie uit een boek. Er is er eentje die wel ontzettendgetalenteerd is, die speelt met twee handen en speelt akkoorden die ik niet zogemakkelijk neem, maar ik kan hem wel goed coachen. En meer vraagt hijniet. Binnenkort beginnen we met een atelier melodica spelen. Dit is eentoetseninstrument om op te blazen. Er is interesse voor geuit door de gasten,en vanuit het beleid is er groen licht gegeven om enkele instrumenten aan tekopen.4.3.2.3 <strong>Muziek</strong>kennis:Dit behelst, naast het zuiver kennen van de muzieknotatie en zo meer, hetkennen van muziek, bands, artiesten, stijlen, om dit te trainen en teonderzoeken doen we bijvoorbeeld een muziekquiz. Tijdens het leren spelenvan liedjes probeer ik de gasten ook iets bij te brengen naast de nummers. Datde gasten de uitvoerend artiest en de titel van het nummer kennen is bijnavanzelfsprekend, maar enkele leuke weetjes helpen de gasten om de dingenbeter te onthouden en ordenen. Waar gaat de tekst over, hoe oud is dit liedje ofde artiest, Het plaatst muziek in een maatschappelijk kader.86


4.3.2.4 Zangles:Dit is een iets intensievere en meer gerichte vorm van de zangstondes en hetaantal deelnemers is maximaal 3. We beginnen de zangles ook met eenopwarming van de stem, wat zachtjes neuriën, zingen, en eens goed diep inen uit ademen, met tegelijkertijd aandacht voor een goede rechte houding,Het grootste gedeelte van deze zanglessen gaat ook vaak naar het vanbuitenleren van de tekst, dit is zeker voor de analfabeten onder de gasten geenvanzelfsprekende taak. Je moet het vaak herhalen,87


4.4 Evaluatie van de ateliersNadat we proefateliers hebben gedaan, of tijdens een reeks proefateliers is eraltijd opvolging van de werking van de proefateliers. Zowel de begeleider, alsde gasten mogen elkaar evalueren.Er zijn verschillende vormen van evaluatie mogelijk. Ik heb de evaluatiesbeschreven van de gasten na elk atelier. Zowel voor de technische als debelevingsateliers. Soms waren het groepsverslagen, soms persoonlijkeverslagen.Na elk atelier vroeg ik wat de gasten ervan vonden. Deze reacties schreef ikook op, om er uit te leren. Het is belangrijk dat je de gasten de mogelijkheidgeeft te ventileren over wat ze vonden van het proefatelier. Dit deed ikonmiddellijk na de proefateliers, of als slot van het atelier, samen met degasten.Achteraf hoor je ook van de vaste begeleiding dat de gasten hebben verteld dathet plezant is geweest, dat ze het wel of niet nog eens willen doen, Dit zijn demeest eerlijke evaluaties door de gasten want sommigen durven/kunnen niethelemaal rechtuit te zijn als je erbij zit. Ze kunnen zich ook een ander beeldhebben gevormd nadat ze het lokaal hebben verlaten.Natuurlijk is er ook een evaluatie van de werking van de proefateliers op zich.Door middel van de proefateliers zocht ik wat het ideale aantal gasten om meete werken in groep is, hoe lang we optimaal kunnen blijven werken, wat eengoede intensiteit is voor de verschillende ateliers, Ik probeer er ook achter tekomen wat de resultaten kunnen zijn naargelang de doelstellingen per gast enwat er kan aangepast worden per atelier.4.4.1 Evaluatie van de gastenDe evaluatie van de gasten is verschillend naar gelang de aard van de ateliers.Ik bespreek de evaluatie van de belevingsateliers en de evaluatie van detechnische ateliers. Dit omdat ze een andere invalshoek hebben zoalshierboven al besproken. Het belangrijkste verschil naast de intensiteit engerichtheid van het ateliers is dat belevingsateliers bijna altijd in groep wordengedaan en technische ateliers meestal individueel zijn.88


4.4.1.1 BelevingsateliersDe evaluaties van de gasten binnen belevingsateliers worden in de muzikaleanalyses van de gasten verwerkt. Bepaalde gedragingen worden ookmeegegeven aan de vaste begeleiders die dit zullen noteren in het dagboek. Ditdagboek wordt gebruikt om OP’s mee op te stellen.Zo blijven de dossiers over de gasten up to date en dynamisch, kan je dedoelen aanpassen, en blijft er je een hoop extra papierwerk bespaard.4.4.1.2 Technische ateliersBinnen technische ateliers worden aparte evaluaties bijgehouden. Dit omdat zefrequenter voorkomen en het dossier te uitgebreid zou raken. In een aparteevaluatie kan er ook een chronologische lijn gevolgd worden. Je kan per sessievolgen hoe ver je staat met elke doelstelling of de doelstelling waar je aangewerkt hebt binnen die sessie. Je kan de vooruitgang (of achteruitgang!)schetsen in de tijd. Hieronder vind je een deel van de evaluatie van gast 1, diewe kennen nog uit hoofdstuk 3. Een evaluatie is altijd opgebouwd rond wat ergebeurt is binnen het atelier.Gitaarles:18/10/2005: Gast 1 kan de strofes en het refrein van “het stamcafé” spelen.Zingen erbij lukt nog niet zo goed, daarvoor ligt het speeltempo nog te laag.“under the bridge” en “”summer of ‘69” gaan een stuk vlotter en Gast 1 is er zelftevreden over. Ze hoort de stukjes er nu echt in, zegt ze.04/11/2005: Gast 1 en ik hebben afgesproken dat we gaan werken op het strakspelen van de nummers en dat we het nummer per nummer gaan aanpakken,om gericht te werken, met “sneller” en “beter” resultaat. We hebbenafgesproken dat we eerst verder gaan met “het stamcafé” totdat we beidentevreden zijn met het resultaat. Hier merk ik dat Gast 1 zelf een beter zicht krijgtop haar kunnen en zichzelf een realistisch beeld heeft gevormd van watmogelijk is, maar vaak denkt ze toch nog wat zwartgallig. Het goed hieraan isdat ze zichzelf kan verrassen.15/11/2005: Het gaat goed. Gast 1 kan “het stamcafé” zingen en spelen. Vooralhet spelen gaat erg vlot, beter dan zij en ik hadden verhoopt, zeker op hetgebied van snelheid. Het is nog niet strak maar dat komt nog wel, Gast 1 gaatnu oefenen met een metronoom. We hebben ook afgesproken dat ze moetletten op haar linkerhand. Dit is haar slaghand, die verlamd is geweest, en diede snaren niet altijd zuiver aanslaat. Dit komt enkel en alleen door de manierwaarop ze dit doet. Wanneer ze hier enkele weken op zou letten, verbetert ditsnel. Ze wil ook heel graag “kortjakje” leren spelen.89


18/11/2005: Vandaag beginnen we met het “ontvangstcomité”, een nummer datGast 1 zelf geschreven heeft en kortjakje krijgt ze ook eventjes mee, termotivatie. “Het stamcafé” gaat vlot, zowel het zingen als het spelen. De timing isnog niet altijd perfect, maar daar gaan we binnenkort op werken. Eerst gaan wenog “het ontvangstcomité” en “kortjakje” leren spelen en zingen metondersteuning van een metronoom. Om haar linkerhand te oefenen, en om demetronoom gewend te worden, speelt ze toonladders op het tempo van demetronoom.29/11/2005: Gast 1 merkt dat de timing niet goed zit, vooral bij “hetontvangstcomité”. Ze vindt de akkoordenschema’s boven de teksten zeer nuttig,hieruit kan ze de juiste plaatsing van de akkoorden en woorden halen. We gaannu op de timing oefenen, zodat alles als een geheel klinkt.Zangles:18/10/2005: Stilletjes aan vraag ik Gast 1 om ook eens te zingen zonder gitaar.Dit helpt haar om haar zang te ontwikkelen, naast haar gitaarspel, aangezienhet moeilijk is om tegelijkertijd op de twee geconcentreerd te zijn.4/11/2005: Gast 1 geniet van alleen te zingen. Ze merkt ook dat ze dan deteksten beter kan onthouden wanneer ze af en toe eens alleen zingt. Ze kanhaar daar dan ook volledig in geven.29/11/2005: Oefenen op de timing is erg nodig vanaf nu, als afwerking van denummers. Het was even weer moeilijk voor Gast 1, aangezien dit eigenlijk weeriets nieuws is, maar ze was er relatief snel mee weg en het gaat goed nu. Zemerkt zelf de vooruitgang zegt ze.<strong>Muziek</strong>geschiedenis04/11/2005: Gast 1 houdt van “harde” muziek, zegt ze zelf. Ze vraagt geregeldof ik cd’s heb die ze zou kunnen overnemen, van groepen van wie ze nog geencd’s heeft. Ik heb haar vandaag eentje gegeven van NOFX, die vindt ze ookgoed zegt ze. Ik probeer haar ook een beetje feiten over de groep te vertellen,zodat haar kennis niet alleen titeltjes en namen beslaat.09/12/2005: Vandaag heb ik haar 2 cd’s meegebracht. Eentje van “Circle” eneentje van “Belgian Asociality”. Ze kent beide groepen redelijk goed. Ze gaat decd’s overnemen en tekent (calceert) de hoezen over. Ze heeft beide groepen allive gezien en ik vraag haar nogmaals naar haar ervaringen daaromtrent. Zevertelt me dat ze de twee groepen heel goed vond en dat het ook sympathiekemensen waren. Ze heeft met hen allemaal gepraat.Per muzikaal doel is er dus een evaluatie. Je kan ze naast mekaar plaatsen perdatum en zo de gezamenlijke evolutie volgen. Voor technische ateliers is dit erg90


leerrijk. Je kan de niet-muzikale, de agogische doelen, die zijn gegroeid uit deanalyse, er ook in terug vinden. Dit is minstens even belangrijk.4.4.2 Evaluatie met de gastenTijdens de ateliers voel je ook of je nog aandacht houdt, of ze het plezantvinden, of ze niet te moe zijn en wat pauze willen, Deze dingen hield ik in hetachterhoofd om bij een volgend atelier op te letten zo was het al snel duidelijkdat ritmeoefeningen zeer vermoeiend waren voor velen, door de hoge graadvan concentratie die vereist was. Deze oefeningen duurden dan nooit lang, enwerden afgewisseld door een spontaan dansje, of eens meezingen met eenbekend liedje. Dit werkte dan weer ontspannend en energie opladend, zodat zeer weer even tegenaan konden.4.4.3 Evaluatie door de gastenEr zijn momenten (gebruikersraad,) binnen de vaste ateliers waar er door degasten wordt geëvalueerd hoe het draait binnen de dagwerking. Ze kunnen hunvoorkeuren geven en hun ongenoegen uiten. Er zal hier ook altijd ruimte zijn omde extra ateliers te bespreken. Deze zijn geïntegreerd in het programma van ditsoort evaluaties.4.4.4 Evaluatie van de werkingIk kon afleiden uit de proefateliers dat langer werken dan één uur nietaangeraden is. Het concentratievermogen van de meeste gasten is niet sterkgenoeg om langer te werken.Door middel van de kleurennotatie hebben verschillende gasten bij mij op stagemet succes een instrument gevonden dat hen aanstond en waren ze er – somstot verbijstering van de vaste begeleiding – snel mee weg. Er zijn alverschillende optredens gegeven op het kerstfeest, het carnavalsfeest. Dit zijninterne gebeurtenissen. Maar rond de carnavalsperiode zijn we uitgenodigd omin Tongeren op een carnavalsfeest voor andere voorzieningen te gaan spelen.Twee van onze gasten hebben die opdracht met glans vervuld en een tientalgasten zijn komen supporteren en meefeesten.Hierbij moeten we wel duidelijk maken dat de gasten zelf kiezen om op tetreden, en dit mentaal ook moeten aankunnen. Dit wordt per gast bekeken. Deoptredens zijn niet noodzakelijk om een goed muziekatelier te hebben.Het lokaal is – zijn ligging op een eerste verdiep buiten beschouwing gelaten –ideaal voor muzikale ateliers. De juiste grootte, prikkelarm en met een goedeindeling. De gasten vinden het ook aangenaam vertoeven in het lokaal.91


Het niveau van de ateliers was telkens goed gekozen dankzij de grondigeanalyse van de muzikale kwaliteiten en vragen van de gasten.Er was een goed evenwicht tussen belevings- en technische ateliers. Ik heb demuzikale aandacht ook verdeeld over alle vaste ateliers. Alle gasten zijn aanbod gekomen.Elke activiteit is tot een goed einde gebracht en de doelstellingen werdenbereikt. Dit impliceert dat ik als agoog goed mijn gasten en activiteiten koninschatten. De analyse van de beginsituatie is hier natuurlijk ook vanlevensbelang.Binnen de algemene werking werd er positief gereageerd op de muzikaleateliers. Zowel door de vaste begeleiding als het beleid.92


4.5 Besluit:De proefateliers zijn dus onderverdeeld in twee groepen. De technische – en debelevingsateliers. Binnen de technische proefateliers is er gebruik gemaakt vande kleurennotatie ontwikkelde door de begeleiders van de Jostiband. Tijdens debelevingsateliers krijgen spelvormen de voorkeur om mee te werken alsmethode.De agoog moet verschillende capaciteiten hebben. Hier zijn ze nogmaals opeen rijtje:• Kennis en inzicht• Administratieve vaardigheden• Communicatieve vaardigheden• Expressieve vaardigheden• Methodisch – agogische vaardigheden• AttitudesDe gedane proefateliers zijn voortgevloeid uit de analyses die in de vorigehoofdstukken werden gemaakt. Ze zijn anticipaties op de noden van de gasten.Ze werden uitgevoerd en geanalyseerd. De proefateliers waren:• <strong>Muziek</strong>beleving• Ritmetraining/beleving• Zangstondes• Dansbeleving• Snoezelen• Instrumenten maken• Gitaarles• Keyboardles• Zangles• muziekkennisDe evaluaties van de gasten werden gedaan door de agoog, ik dus. Niet enkelwerden de gasten geëvalueerd, zij mochten ook zelf de proefateliers evalueren.De globale werking van de ateliers werd ook geëvalueerd door de coördinatorvan het dagcentrum en mezelf, en die evaluaties worden binnenkort weergeëvalueerd door het beleid.93


Hoofdstuk 5: Conclusies5.1 Van dit eindwerk<strong>Muziek</strong> verdient zijn plaats binnen het dagcentrum. Dit is volgens mij debelangrijkste conclusie. Dit wordt verder toegelicht in 5.2.We zijn er achter gekomen dat muziek niet in één definitie te vatten is. Sterkernog, muziek is voor iedereen persoonlijk. Waar iedereen het wel overeen is datmuziek te maken heeft met klanken, emoties, communicatie, structuur, en dathet een spel is, in tijd en met tijd<strong>Muziek</strong> heeft ook enorm veel functies binnen de maatschappij. Een groot deelvan deze functies zijn enorm bruikbaar binnen de agogische setting. Dit komtnatuurlijk door het feit dat het functies binnen de maatschappij behelst. En dat isnet ons ultieme doel de integratie in de maatschappij van onze gasten. Dat ishet hoofddoel, het einddoel van de organisatie. Integratie in de samenleving =Intesa. <strong>Muziek</strong> heeft talloze functies. Het werkt integrerend, irriterend,stimulerend, begerend, ontwikkeld vaardigheden en persoonlijkheid,ontspannend, activerend, energiegevend, vermoeiend, aantrekkelijk, Het kanalle kanten uit met muziek, wanneer je het goed hanteert.<strong>Muziek</strong> is inzetbaar als doel en als middel. Beiden kunnen hun effect bereiken.Let wel, muziek moet altijd binnen de agogische setting een middel blijven,anders kan het geen doel zijn. Wanneer het hoofdzakelijk als doel gebruiktwordt dan is er nog steeds de invulling als middel, namelijk een zinvolledagbesteding.De begeleiding tijdens muziekateliers moet van dit alles op de hoogte zijn. Enniet alleen van de uiteenlopende mogelijkheden van muziek, maar ook van deachtergrond van de gasten, hun mogelijkheden en beperkingen. Vaardighedendie een goed begeleider van een muziekatelier moet bezitten zijnobservatievermogen, empathisch vermogen, verbaal en non-verbaal sterkkunnen communiceren, zowel naar gasten, naar collega’s als naarverslaggeving, muzikale kennis, zeker voor de muziektechnische ateliers,doelen durven stellen en er voor gaan, animeren, rust brengen, kunnenluisteren, en enthousiast zijn.De kleurennotatie van de Jostiband is de meest aangewezen methode ommuziektechnische ateliers te begeleiden. Voor belevingsateliers gaat devoorkeur uit naar spelvormen.94


5.2 Voor het dagcentrumHet dagcentrum heeft mogen proeven van een extra, muzikaal atelier. Dat isvoor alle partijen zeer goed meegevallen. De gasten werd duidelijk gemaakt dathet om ‘proeven’ ging. Maar wat zou er nu moeten gebeuren?We kunnen in de eerste plaats concluderen dat er vraag is vanuit de gastennaar muzikale ateliers. Uit de persoonlijke analyses blijkt dat de overgrotemeerderheid van de gasten behoefte heeft of vooruitgang kan boeken,doelstellingen kan behalen, met behulp van muzikale ateliers. Voor bepaaldesoorten muziekactiviteiten is er meer vraag dan andere. Dit komt deels omdater bepaalde problematieken zijn die bij vele gasten terugkomen en dus de‘muzikale oplossing’ daarvoor vaak ook dezelfde is, deels omdat de gastenbepaalde activiteiten (her)kennen, graag (willen) doen en willen verder zetten.Een volgende conclusie is dat de proefateliers goed draaien. Er is geen enkelatelier, dat op voorhand werd aangekondigd, niet doorgegaan. Er zijn ookverschillende extra ateliers op aanvraag van de gasten en begeleiding ingelast.In de aanloop van bijvoorbeeld het kerstfeest en het carnavalsfeest hebbenverschillende gasten gevraagd om samen met mij een act voor te bereiden. Zekregen daar vanuit hun vast atelier de mogelijkheid voor van de begeleiding. Ditgeeft aan dat er binnen de voorziening ruimte en bereidheid is vanuit dedoelgroep en begeleiding voor een dergelijk atelier.Het is ook duidelijk dat de voorziening moeite wil doen om een muziekatelier inte passen binnen de dagwerking. Ze geven iemand de kans om een grondigeanalyse te maken van het dagcentrum in functie van muziekateliers.Er zijn ontelbaar veel voorzieningen in de ganse sociale sector die het nietzouden rooien zonder stagiairs. Ik vind het zelf positief dat een stagiair dit heeftmogen doen. Dit geeft aan dat de voorziening voldoende vertrouwen heeft omzulk een opdracht in de handen te laten van een stagiair en dat de voorzieningstagiairs naar waarde kan schatten. De voorziening geeft hiermee aan, dattoekomstige stagiairs een evenwaardige plaats naast de vaste werkkrachtenkunnen krijgen. Dat ze binnen de organisatie worden gewaardeerd en belangrijkgeacht. Een stagiair krijgt trouwens altijd begeleiding van een vaste krachtbinnen de voorziening, zodoende dat de analyse mee ondersteund wordt doormeer dan één persoon, namelijk de stagiair en zijn stagementor. In dit gevalzelfs alle vaste begeleiders van de ateliers, die allemaal de analyse van degasten hebben doorgelezen en goedgekeurd. Dit geeft meer kracht aan hetwerk, dan als iemand dit alleen zou hebben gemaakt.Intesa heeft ook een lokaal en materiaal ter beschikking gesteld, om deproefateliers en de toekomstige ateliers te herbergen. Ze hebben ook eencomputer ter beschikking gesteld waarop ik de analyses kon maken, evaluatieskon inbrengen,95


5.2.1 Concreet:Op basis van de analyses die in de vorige hoofdstukken zijn gevoerd omtrentmuziek, muziek binnen de agogische setting, mogelijkheden binnen hetdagcentrum en mogelijkheden van de gasten, etc. kunnen we enkelconcluderen dat muziek een plaats verdient binnen de werking.Het is nu aan het beleid om die plaats te zoeken, want het is nietvanzelfsprekend om dit te organiseren. Er volgt dadelijk een scenario dat zoukunnen gevolgd worden, uitgaande van alle analyses. Er wordt een startplan(pagina 96-97) meegegeven voor muziekateliers binnen de dagwerking, waarbijmet alle ateliers rekening wordt gehouden. Dit is louter gebaseerd op de nodenvan de gasten en de fysieke beginsituatieanalyse die werd gemaakt. De alvaststaande muziekactiviteiten binnen de ateliers zijn er in verwerkt, dat zijn deateliers die schuin gedrukt staan (zoals in bvb. atelier 1). Deze werden algegeven door de vaste begeleiding van dit atelier en dit kan (voorlopig) zoblijven. Met startplan bedoel ik wel degelijk een plan van waaruit gewerkt kanworden. De volgende stap die na dit eindwerk, deze analyse, moet gezetworden.Wanneer er in het tijdschema een atelier wordt vernoemd, dan gaat het om hetvolledige atelier, of in samenspraak met de begeleiding, de gasten die willen enmogen van de begeleiding.Wanneer er een muziektechnisch atelier in het tijdschema staat genoteerd danwordt dit gedaan met de gasten die zich hebben opgegeven, er interessehebben voor getoond. Dit zullen kleinere groepjes of individuen zijn, mede doorhet beperkte materiaal, maar ook door de arbeidsintensieve begeleiding die ditsoort ateliers vereist.Van hieruit gaan we zien hoeveel begeleidingsuren er nodig zijn. Dit is natuurlijkvoor het beleid het heikele punt. Men kan natuurlijk niet zomaar iemand extraaanwerven, en daar heb ik ook rekening mee gehouden. Deze analyse kan weleen motivatie zijn, maar wanneer het de organisatie aan geld ontbreekt zijn wenog geen stap dichter bij ons doel De begeleidingsaandacht is al uitvoerigbesproken in 4.2.Het beleid gaf ook aan dat ze graag muzikale activiteiten enkel, of liefst in denamiddag zien gebeuren. Dit blijkt ook organisatorisch gemakkelijker als je kijktnaar de daginvulling per atelier, waar er in de voormiddag steevast dezwaardere en arbeidsintensiefste activiteiten staan gepland. Hier heb ikrekening mee gehouden. Ik kon ook muzikale ateliers ingepland hebben in devoormiddag, maar ik moest een realistisch startplan opstellen. Het plan dat opde volgende pagina staat is haalbaar voor de organisatie, volgens mij zelfs methet huidige personeel.Als we dan rekening houden met het feit dat er al enkele ateliers wordengegeven door een vaste kracht binnen het dagcentrum, komen we aan 15 uurper week. Dit lijkt veel, maar er zijn drie begeleider die dit samen kunnen96


verdelen. Een ideale situatie zou inhouden dat er maar één begeleider met demuziekateliers bezig is. Hiernaar zal men binnen de organisatie moeten naarstreven. Een juiste verdeling lijkt mij:Begeleider 1 is vaste begeleider in atelier 5 (gemiddeld 9 muziekuren / week)Begeleider 2 is vaste begeleider in atelier 1 (gemiddeld 6,5 muziekuren / week)Begeleider 3 is vaste begeleider in atelier 4 (gemiddeld 3 muziekuren / week)<strong>Muziek</strong>technische ateliers:Gitaar: begeleider 1, 2Percussie: begeleider 1Zang: begeleider 1, 2, 3Keyboard: begeleider 1, 2, 3Belevingsateliers:Snoezelen: begeleider 1<strong>Muziek</strong>beleving atelier 1: begeleider 2<strong>Muziek</strong>beleving atelier 2: begeleider 1<strong>Muziek</strong>beleving atelier 3: begeleider 1<strong>Muziek</strong>beleving atelier 4: begeleider 3<strong>Muziek</strong>beleving atelier 5: begeleider 1Ritmebeleving: begeleider 1Zangstondes: begeleider 1, 2, 3Er zijn verschillende posities die driedubbel bezet zijn, maar die invulling kanbest door het beleid gemaakt worden. Zij hebben het beste zicht op welkebegeleider op dat moment kan ingezet worden. Het beleid zal een vergaderingmet deze begeleiders moeten inlassen, zodat ook hun voorkeur kan verwerktworden in dit voorstel. Naar mijn mening is dit een juiste indeling.Wanneer er verschillende begeleiders samen het muziekatelier gaan verderzetten zal er een goede communicatie tussen hen moeten opgezet worden. Hetis belangrijk dat ze de evaluaties en analyses van de gasten blijven aanvullenen delen met elkaar. Het kan eens voorvallen dat één van de begeleiders verlofheeft, wegvalt, maar dan moeten de gasten niet de dupe zijn. Een anderebegeleider kan dan overnemen en die kan aan de hand van de evaluaties enpersoonlijke analyses perfect invallen.97


5.3 Voor mezelfTijdens deze opleiding en mijn stages heb ik geleerd dat ik als agoog op alleniveaus mee kan draaien. Ik kan binnen de werking van mijn stageorganisatieszowel op het begeleidingsniveau, meedraaien, dicht bij de cliënt, maar ik kanook op het beleidsniveau volgen. Dit komt enerzijds door mezelf, mijnintrinsieke capaciteiten, maar anderzijds door mijn opleiding, die mij dieintrinsieke capaciteiten heeft helpen ontwikkelen.Dankzij mijn opleiding tot SRW’er heb ik verschillende vakken gekregen diebinnen de sociale sector iedere werknemer van pas kunnen komen. Vakken diebinnen de verschillende werkvelden van de sociale sector de afgestudeerdeSRW’er een mooie basis geven om op te beginnen. Op elk niveau binnen eenorganisatie. Je kan dus zelf kiezen welke richting je uit gaat na de opleiding,maar je kan al kiezen tijdens de opleiding, tijdens je stages. Binnen dezeopleiding kan je ook je andere sterke punten en je passie aanwenden binnen jestage. Ik heb bijvoorbeeld mijn muziekkennis gebruikt tijdens mijn stages.Mijn opleiding, zowel het theoriegedeelte (de lessen) als het praktijkgedeelte(de stages), hebben mij bewust gemaakt van mijn sterke punten en hoe ik zebest kan gebruiken binnen de sociale sector. Mijn mindere punten zijn ook sterkverbeterd merk ik zelf (en ik niet alleen!) op. Ik ben tijdens de drie jaren enormals mens gegroeid. Daardoor ben ik ook als agoog gegroeid en ik zal daar nietenkel in het professionele leven de vruchten van plukken.Dit eindwerk heeft me dichter bij mezelf gebracht. Het heeft me ook dichter bijde gasten gebracht en heeft me laten beseffen dat ik in dit deel van de socialesector werk wil vinden. Het eindwerk heeft me ook nog dichter gebracht bij eengrote passie van mij, muziek.<strong>Muziek</strong> is iets waar ik voor en door leef. Ik heb tijdens dit eindwerk muziek vande zijlijn moeten analyseren, en dat heeft me wel tot bepaalde inzichtengebracht. Ik ga nu bewuster om met het gegeven ‘muziek’. Ik sta nog meeropen voor alle invloeden, vanuit alle genres en iedereen, maar ik kan ookkritischer kijken naar muziek. Mijn persoonlijke definitie van muziek is niet echtveranderd, wel verruimd. Ik heb wel inzicht gekregen in het feit dat muziek voormeer mensen dan ik dacht, veel betekent. Ik dacht wel dat iedereen wat aanmuziek had, maar niet dat het bij zoveel mensen echt diep zit. Ik vond het ookerg interessant om te horen wat iedereen van muziek vond. Ik liet dan ookweten wat ik van muziek vond. <strong>Muziek</strong> is mooi, muziek is liefde, muziek iskleurrijk, muziek is vol van hart, muziek is uniek, muziek is hoop, muziek ispassie, muziek is weemoed, muziek is variabel, muziek is oneindig, muziek isoveral en misschien is muziek ook wel een job- aanbieding voor mij?Bedankt voor de aandacht99


Bronnen1. BoekenBal, I.; Cremers, T.; Hilhorst, T., Activiteitenbegeleiding, Arnhem: Angerenstein,2002.BOSK-werkgroep MCG (o.a. Drabbels, A.), Bosk ouderhandboek MCG,Amsterdam: BOSK, 2005.Brussen, W.; Verburg L., Klinkende Kleuren: De unieke kleurennotatie waarmeeiedereen muziek kan maken, 3 e dr., Zwammerdam: Jostiband orkest, 2004.Buddingh, C., Spectrum Citatenboek: Duizenden citaten, naar onderwerpgeschikt, Utrecht-Antwerpen: Het Spectrum, 1982.De Ley, G., Modern citatenboek, Antwerpen: Standaard Uitgeverij, 1990Dewhurst-Maddock, O., Het boek der Klank Therapie: Genees uzelf met muzieken de menselijke stem, Rijswijk-MXMV: Elmar B.V., 1993Diamond, J., Levensenergie in muziek, Deventer: Ankh-Hermes b.v., 1990Fockema Andrea, L.; Steenhuis, K., <strong>Muziek</strong> en therapie; identificatie van demuziektherapie als onderdeel van een psychiatrisch behandelplan, Deventer:Van Loghum Slaterus, 1977.Margadant, S.W.F., Twintigduizend citaten, Antwerpen-Amsterdam: Vries –Brouwers P.V.B.A., 2000.Ter Burg, W., Meer met muziek: muziek als orthopedagogisch medium, Nijkerk:Intro, 1985.Van Hemel, Raadgevingen aan de jonge muziekbeoefenaars, Antwerpen:Aalders & Co, 1932.Van Wijk, I.; Hulsegge J., Spelend omgaan met muziek: spelmateriaal voor debegeleiding van verstandelijk gehandicapten, Nijkerk: Intro, 1985.2. Proefschriften en cursussenClavie, W., <strong>Muziek</strong> in een dagcentrum voor volwassen anders-validen, s.l.: s.n.,1997, (eindverhadeling Gegradueerde in de SocialeReadaptatiewetenschappen; H.I.R.Leuven.)Decuber, L.; Schockaert, T.; Crab, M.; Dujardin, H.; Sweervaegher, P., Agogiek1 e jaar, Leuven: s.n., 2003, (onuitgegeven cursus 1 e jaar H.I.R.Leuven).100


Pollaris, G., <strong>Muziek</strong> op maat: muzikale activiteiten voor meervoudiggehandicapte jongeren in het BSO, s.l.: s.n., 1999, (eindverhadelingGegradueerde in de Sociale Readaptatiewetenschappen; H.I.R.Leuven.)Van Walleghem, M.; Maes, B., Ortho(ped)agogische muziekbeoefening bijernstig mentaal gehandicapte volwassenen, Leuven: Faculteit der Psychologieen Pedagogische wetenschappen, Afdeling Orthopedagogiek, 1989,(Orthopedagogische rapporten, nr 22).3. Andere literaire bronnenBollen, I., Kick off2, 2005, (Borgloon: Powerpoint reorganisatie Intesa vzw,dagcentrum Broekom).Day, R., The Pianist’s Picture Chords; A guide to the most usefull chords inevery key. Easy to read photos and diagrams, Londen: Wise Publications,1978.Geerts, G.; Heestermans, H., eds, van Dale: Groot woordenboek DerNederlandse Taal, Utrecht/Antwerpen: Vandale Lexicografie B.V., 1995Hirl Hoger Onderwijs cvo, Graduaat in de Sociale Readaptatiewetenschappen,s.a. (evaluatieschaal stage 3 e jaar).4. Niet literaire bronnenPeleman, A., Over de taal van muziek, 2006 (Antwerpen: interview met AxlPeleman).5. InternetBOSK, http://www.bosk.nl/templates/mercury.asp?page_id=7628, (28/11/2005)De Laak, M., de activiteitenwizard, http://members.home.nl/delaak/activiteiten/muziek%20activiteiten.htm,(14/05/2006)Jostiband, http://www.jostiband.nl/opencms/nl/kleurennotatie/, (24/02/2006).Melodica, http://www.melodica.nl, (28/11/2005).Wablieft, http://www.bop.vgc.be/tijdschriften/wablieft/wab371/Wa71idk1.txt,(23/12/2005)Wikipedia, http://en.wikipedia.org/wiki/Music#What_is_music.3F, (13/03/2006)World Wide Snoezelen Portal, http://www.worldwidesnoezelen.com,(12/01/2006)101


Bijlagen:Bijlage 1: Schematische uitwerking van het agogisch proces:Conceptuele pool:<strong>Muziek</strong> maken, specifiek of recreatief.<strong>Muziek</strong> beleven. om ontspanning te geven tussen het werk door,Plaats van de muziek in het dagcentrum vinden.Emancipatorische pool:<strong>Muziek</strong> als ontspanning.<strong>Muziek</strong> als integrerende vaardigheid.<strong>Muziek</strong> als middel ter versterking van het zelfbeeld, het zelfvertrouwen.<strong>Muziek</strong> als genotsmiddel.<strong>Muziek</strong> als expressiemiddel, communicatiemiddel,Instrumentele pool:Gitaar, keyboard, slaginstrumenten, muziekboeken, cd’s,Stem, motivatie,Ruimte om te werken, zowel op accommodatie gericht als demogelijkheid tot werken binnen de organisatiestructuur.Fysieke/mentale mogelijkheden en/of beperkingen.Spelen, Leren, Leven, Werken, Wonen:Spelen: muziek als ontspanning, tussen werk, om even de zinnen teverzetten,Leren: muziek als technische factor, instrumenten leren bespelen, maken,Leven: muziek als integrerende factor, men kan ermee naar buiten stappen,muziek is overal, muziek is aanwezig binnenWerken: naar voorstellingen toewerken, muziekinstrumenten maken,Wonen: verder werken, spelen, leren, beleven, van muziek in dewoonomgeving.Bestaanskringen:Persoonlijke bestaanskring: er kunnen veranderingen plaatsvinden, doormuziek in het dagcentrum, op persoonlijk vlak, zoals bvb verbetering van hetzelfbeeld,Functionele bestaanskring: muziek moet binnen het dagcentrum zijn plaatsvinden. Het moet zijn plaats krijgen zonder het evenwicht tussen alle andereactiviteiten om te gooien. Als volgende stap is het de bedoeling muziek binnende hele dagwerking zijn plaats te geven.Structurele bestaanskring: <strong>Muziek</strong> in de maatschappij, normalisatieprincipe.Indien men in de toekomst wil toewerken naar open voorstellingen enbijvoorbeeld een theatertour.Bijlage 2: Zangboek: deel van het zangboek.102


De Kreuners – Verliefd Op Chris LommeIk ben geboren in West-Duitsland'k Werd verliefd op een meisje uit m’n thuislandHet was Marieke, ze speelde meeZe speelde mee in een serie op TVHet duurde jaren voor ik wistOp wie ik toen verliefd wasIk was verliefd op Chris LommeDat meisje met het blonde haarIk was verliefd op Chris Lomme'k Was toen een man van negen jaarIk was jaloers op alle schippersIk was jaloers op alle schippers naast MathildeTerwijl mijn broers met me lachtenZat ik op haar te wachtenIk wou haar alles, alles gevenAl mijn geld en als het moest mijn jonge levenOnze romance was erg kortZe liet me staan voor Axel NortIk was verliefd op Chris LommeDat meisje met het blonde haarIk was verliefd op Chris Lomme (potverdomme)'k Was toen een man van negen jaarHet duurde jaren voor ik wistOp wie ik toen verliefd wasIk was verliefd op Chris LommeDat meisje met het blonde haarIk was verliefd op Chris Lomme'k Was toen een man van negen jaarIk was verliefd op Chris LommeDat meisje met het blonde haarIk was verliefd op Chris Lomme (potverdomme)'k Was toen een man van negen jaar103


Heb je even voor mij – Fans BauerLa lala la lalaaaaaLa lala la lalaaaaaLa lala la lalaa, la lala la lalaaLa lala la lalaaaaaHeb je even voor mijMaak wat tijd voor me vrijIeder uur van de dag, denk ik steeds aan je lachAlleen jij maakt me blijHeb je even voor mijMaak wat tijd voor me vrijZeg me wat ik moet doen, want ik wacht op die zoenKom vanavond bij mij!Ik kwam je tegen, Oh hee hoJij was verlegen, Oh hee hoIk loop nu al dagen, Oh hee hoWant ik wil je wat vragen, Oh hee hoHeb je even voor mijMaak wat tijd voor me vrijIeder uur van de dag, denk ik steeds aan je lachAlleen jij maakt me blijHeb je even voor mijMaak wat tijd voor me vrijZeg me wat ik moet doen, want ik wacht op die zoenKom vanavond bij mij!Ik zit te dromen, Oh hee hoOf jij zult komen, Oh hee hoLaat me iets weten, Oh hee hoIk kan je niet vergeten, Oh hee hoLa lala la lalaaaaaLa lala la lalaaaaaLa lala la lalaa, la lala la lalaaLa lala la lalaaaaaHeb je even voor mijMaak wat tijd voor me vrijIeder uur van de dag, denk ik steeds aan je lachAlleen jij maakt me blijHeb je even voor mijMaak wat tijd voor me vrijZeg me wat ik moet doen, want ik wacht op die zoenKom vanavond bij mij!104


Noordkaap – Ik hou van uWe waren bijna echt vergetenhoe schoon de zomer wel kan zijnzonder zorgen en zonder regenhoe schoon de zomer hier kan zijnWe waren uit het oog verlorenhoe warm een weiland wel kan zijnopen de vensters en open de ogenen zie hoe schoon de zomers zijnik hou van uik hou van uik hou van ugeef me een kus !geef me een kusgeef me een kusen vlug, voor de laatste bus !We waren bijna echt vergetenhoe schoon de zomer wel kan zijnzonder zorgen en zonder regenhoe schoon de zomer hier kan zijnik hou van uik hou van u x 4ik hou van uGeef me een kus,geef me een kus ,x 2 (van traag naar snel)geef me een kus,en vlug, voor de laatste bus !ik hou van uik hou van u x 2ik hou van uLa la laa la laLa la laa la la x 2La laa laa laaGeef me een kus105


AirhostessIk was verliefd op een airhostess, het was in een DC-6Smilend rijkte zij mij een lunch en een koffie expressIk vroeg haar naam en haar adres, kreeg een vork en eenmesMaar daar was een papiertje rond waarop te lezen stondMaandag 9 uur in LondenDinsdag middernacht in San Francisco stadWoensdag landen wij in HongkongEn van daar naar Las VegasIk weet dat de liefde geen grenzen kent, maar te ver is teverOok al was ik nog zo verliefd op mijn blonde airhostessOp het vliegveld zei ik vaarwel, zij nam een caravelMaar mijn hart vloog al reeds gedwee overal met haar meeMaandag 9 uur in LondenDinsdag middernacht in San Francisco stadWoensdag landen wij in HongkongEn van daar naar Las VegasIk droomde steeds van mijn airhostess zeven dagen op zesLeefde met mijn hoofd in de lucht en volgde iedere vluchtStond te zingen op al de bar’s met een kramp in mijn hartMaar mijn hart reisde iedere dag naar een andere stadMaandag 9 uur in LondenDinsdag middernacht in San Francisco stadWoensdag landen wij in HongkongEn van daar naar Las VegasWill Tura106


Het Stamcafé (obladie oblada: the beatles)Als we samen zitten in het stamcaféPraten we en kaarten we heel tevreePlots klinkt er een liedje op de BRTEn de ober en de papegaai zingt mee (Olé!)2X Doe da die, doe da die,doe da die daaatra-la-la-la-la-la-la-laaOber doe ons glaasje nog eens boordevolDan drinken we en roepen we vrolijk “schol!”Daar buiten kruipt een diertje, het lijkt wel een molEn we geven met zen allen goed petrolDoe da die, doe da die,doe da die daaatra-la-la-la-la-la-la-laaDoe da die, doe da die,doe da die daaatra-la-la-la-la-la-la-laaWe zijn nu op het einde van ons mooie liedDe papegaai weent tranen van verdrietDe ober zit te zingen in de canapéEn we doen nu allen samen lekker mee.. Santé!Doe da die, doe da die,doe da die daaatra-la-la-la-la-la-la-laaDoe da die, doe da die,doe da die daaatra-la-la-la-la-la-la-laa107


Bijlage 3:<strong>Muziek</strong>analyse binnen het dagcentrum Intesa - Broekom1. InleidingDeze analyse dient om per gast te bekijken wat de specifieke noden en vragenzijn naar muziek als therapie, ontspanning, binnen het dagcentrum om zo toteen besluit te komen of het aanbod van muzikale activiteiten in het dagcentrumal dan niet zijn nut heeft en moet blijven bestaan.We bespreken de gasten individueel en in een willekeurige volgorde, maareerst volgt er een korte schematische voorstelling wat het nut van muziek zoukunnen zijn in het dagcentrum. Tijdens de individuele besprekingen van degasten zal ik hiernaar teruggrijpen om per gast aan te tonen op welke mogelijkemanier muziek binnen zijn specifiek programma past, of zou moeten passen.2. Wat is het nut van muziek in een dagcentrum zoals dat in Broekom.Hieronder volgt een korte uiteenzetting van doelstellingen die kunnen beoogdworden door te werken met muzikale activiteiten. De lijst is in willekeurigevolgorde opgesteld aangezien de volgorde van de verschillende doelstellingenper gast gaan verschillen zowel in aandeel als in belang. Af en toe zal ook eenpraktijkvoorbeeld als verduidelijking bijstaan. Ik wil ook duidelijk stellen dat ditniet alle doelstellingen zullen zijn, maar wel diegene die ik belangrijk achtbinnen de dagwerking.- <strong>Muziek</strong> werkt integrerend. Iedereen begrijpt muziek en apprecieert muziek.Iedereen kan op zijn niveau maken en hiervoor aanvaard worden binnen demaatschappij. <strong>Muziek</strong> is ook een manier om een communicatie op gang tetrekken tussen mensen met en mensen zonder handicap.- <strong>Muziek</strong> helpt zelfvertrouwen kweken. Het resultaat is duidelijk voor iedereen.Men krijgt snel de bewondering en de positieve bevestiging van zijnomgeving.- <strong>Muziek</strong> kweekt assertief gedrag, je leert op een goede manier voor jezelfopkomen. <strong>Muziek</strong> is een expressiemiddel dat mensen meer open maakt.- Ontwikkelen van een eigenheid, een eigen persoonlijkheid. Doordat mensenmeer open geraken kunnen ze meer zichzelf leren kennen en zijn. Binnenzijn muzikale ontwikkeling groeit ook de eigen persoonlijkheid.- Ontwikkelen van een vaardigheid (specifiek het spelen van een instrument).- <strong>Muziek</strong> helpt bij het uiten van emoties, het is een uitstekendexpressiemiddel. Het is ook een uitstekend hulpmiddel voor mensen diegeen blijf weten met hun emoties, gevoelens, om die zo te kunnenkanaliseren en ventileren.- <strong>Muziek</strong> dient als ontspanning; genieten van een rustig deuntje, lachen endansen op een up-tempo nummer, iedereen kan zich terugvoelen inmuziek, welke muziek dan ook.108


- <strong>Muziek</strong> wordt ook expliciet gebruikt als communicatiemiddel (naar agressietoe,) om zo moeilijk te vertellen, verhalen, emoties, naar buiten te latenvloeien. Het kan een belangrijk hulpmiddel zijn voor begeleiders om meer teweten te komen over hoe een gast zich bij bepaalde situaties voelt,muziek kan gebruikt worden wanneer een directe benadering (zoalsgesprekstherapie) te moeilijk, zwaar, ligt.- De link met muziek en taal. Zingen is niet enkel een oefening instembeheersing, maar ook een oefening en/of verbetering van de uitspraaken het taalgebruik. Men kan iemand het volume van zijn stem beter lerencontroleren, woordenschat uitbreiden, een juistere uitspraak bekomen,door middel van gerichte zanglessen. <strong>Muziek</strong> kan in dit opzicht ook als extracommunicatiemiddel gebruikt worden wanneer er spraakproblemen zijn (bvbafasie).- <strong>Muziek</strong> en beweging zijn onmiskenbaar met elkaar verbonden. Je kan nietstilzitten wanneer je je favoriete nummers hoort, bij de meeste muziek gaathet merendeel van de mensen meezingen, hummen, knikken, meetappenmet de voet, tot dansen. En iedereen weet dat beweging goed is voor hetlichaam! Ook binnen de revalidatietherapie wordt er gewerkt met muziek.- Ontwikkelen van fijn motorische vaardigheden (fingerspitsengefül). Voormensen met een fysieke handicap of achterstanden in de ontwikkeling vande fijne motoriek kan het leren bespelen van bepaalde instrumenten eenhulp zijn in het ophalen van deze achterstand.- Ontwikkelen van de grove motoriek. Dit kan zowel met dans als percussie ofhet (leren) bespelen van een ander instrument bevorderd worden.- <strong>Muziek</strong>therapie voor cognitieve problemen (bijvoorbeeld stoornissen in hetvasthouden van de aandacht, in het geheugen, in het organisatie- enplanningsvermogen, enzovoort) wanneer een behandelingsvorm gewenst is,waarbij op een indirecte wijze aan deze problemen gewerkt wordt, in ditgeval spelenderwijs via muziek.- Ontwikkelen van ritmegevoel, timing, lichaamsbeheersing. Dezevaardigheden zijn niet alleen nodig bij muzikale activiteiten, maar gewonedingen zoals wandelen, lopen, simultane bewegingen, worden ookbeïnvloed door deze vaardigheden. Door middel van muzikale ateliersworden deze vaardigheden verder ontwikkeld.- Er is een rechtstreekse invloed van muziek op het humeur. Wanneer je naarmuziek moet luisteren die je niet tof vind ga je slechter gehumeurd worden,maar omgekeerd is hetzelfde waar. Mensen worden ook rustiger van rustigemuziek, terwijl de meeste mensen opgejaagd worden van te drukkemuziek, Hier kan door begeleiders op ingespeeld worden wanneer je eengroep actiever of passiever wil krijgen- <strong>Muziek</strong> zorgt voor ontspanning na de drukke werkdag. Vele gasten hebbenin de woonwerking een luistermoment. Dan mogen ze met een koptelefoonnaar hun favoriete muziek luisteren. Dit brengt de gasten tot rust.- <strong>Muziek</strong> herstelt de energiebalans. Het luistermoment brengt de gasten nietalleen tot rust maar geeft ook een nieuwe energie of zorgt bij de gasten diewat overactief zijn dat ze tot rust kunnen komen. <strong>Muziek</strong> activeert delevensenergie. Uit muziek kan je terug energie putten om er weer tegen aante gaan.109


- <strong>Muziek</strong> verkleint de stressgevoeligheid en muziek verhoogt de pijndrempel,na het beluisteren van je favoriete muziek kan je er weer tegen aan. Je kaniets meer tegenslag verwerken wanneer die komt. <strong>Muziek</strong> kan ookpijnstillend als verdovend werken. Dit heeft zijn voor en nadelen en kan zeergoed gebruikt worden in een dagcentrum. Zeker met gasten dieagressiestoornissen hebben.- <strong>Muziek</strong> maakt je opener ten aanzien van de wereld en jezelf. <strong>Muziek</strong> is eenuniversele taal die iedereen verstaat. Contact met nieuwe gasten,stagiairs, verloopt vlotter tijdens een spel of een muzikale activiteit, alseen vorm van groepstherapie gewenst is om het leggen van socialecontacten te bevorderen (intern, dmv in aanraking te komen met gasten uitandere groepen, en extern, dmv externe gastdocenten, optredens, andereorganisaties,)- <strong>Muziek</strong>activiteiten leren je beter luisteren, niet enkel naar tekst en muziekmaar ook naar jezelf en anderen.- <strong>Muziek</strong> helpt het verwerken van verlies, trauma’s, dit betreft hettroostende aspect van de muziek.- <strong>Muziek</strong> help bij het creëren van een veiligheidsgevoel (ritmischebewegingen,) voor gasten die een duidelijke dagstructuur nodig hebben isdit een goed hulpmiddel.- Een welgekomen afwisseling binnen het (strakke) werkschema in hetdagcentrum of activiteitencentrum, zodat men met vernieuwde energie hetwerk kan hervatten.- 3. Agogische aspecten:Er zijn ook agogische aspecten aan het werken met muziek. Deze zal ik kortverduidelijken aan de hand van enkele wijd bekende principes binnen desociale sector.- het integratieprincipe: In de visie en missie van Intesa staat duidelijk dat ditprincipe wordt gehanteerd, je kan het zelf opmaken uit de naam van deorganisatie. Men moet streven naar een zo goed mogelijke integratie van degasten in de samenleving.- Het normalisatieprincipe: Men moet aan de mensen met een handicap eenleefwereld en een behandeling aanbieden die zo dicht mogelijk aansluit bijhet gewone, normale leven. Dit is ook terug te vinden in de visie en missievan Intesa. Aangezien een groot deel van de bevolking, actief aanmuziekbeoefening doet en er zelfs aparte muziekzenders bestaan op hetbelangrijkste massacommunicatiemiddel heden ten dage, de televisie, meernog dan sportzenders, en het feit dat radiozenders voor 90% bezig zijn metuitzenden van muziek, betekent dat het overgrote deel van de bevolkingdus aan muziekbeleving doet. Dit betekent dat muziekbeleving enmuziekbeoefening logisch gezien een significant deel van het programmauitmaken in een instelling voor mensen met een mentale handicap, wanneermen streeft naar een dagbesteding die dicht aanleunt bij de dagbestedingvan de “normale” mens.110


- Het personalisatieprincipe: om de de – humanisering tegen te gaan, moetmen niet enkel in grote aantallen dezelfde begeleiding aanbieden aan allemensen met een mentale handicap. Men moet ook naar de specifiekenoden en vragen van de persoon met een mentale handicap luisteren. Envan uit het in het vorige punt gestelde idee omtrent de plaats van muziek inde samenleving, kan men verwachten dat, vanuit die persoonlijkebenadering van iedere gast zijn individuele behoeften, er een significantpercentage van mensen met een mentale handicap ook expliciet gaanvragen om muziekbeleving, actief of passief, in hun programma teverwerken. Keuzevrijheid, inspraak, privacy en grotere zelfstandigheid zijnpeilers waar Intesa op steunt. <strong>Muziek</strong> is één van de middelen om dit tekunnen bieden.4. werken met muziekWerken met muziek kan op twee verschillende manieren worden opgevat:muziek als doel op zich en muziek als orthopedagogisch medium. Bij elke gastzal ook geargumenteerd worden voor welke muziekbeleving<strong>Muziek</strong> als doel op zich:In de eerst plaats gaat het hier om de muziek zelf: het is niet de begeleider diekiest maar de persoon met de handicap. De begeleider kan wel dingenaanreiken.- Muzikale vorming: object – georiënteerd: het gaat om het verwerven vankennis en vaardigheden betreffende muziek in al haar aspecten: zingen,instrumenten ontdekken en bespelen, muziek beluisteren en bewegen.- Recreatieve muziekbeoefening: een zinvolle vrijblijvendevrijetijdsbesteding waaraan men plezier beleeft en voldoening uithaalt.Deze toepassing binnen een dagcentrum sluit aan bij de handelingsvormmaatschappelijke emancipatie, omdat ze de mentaal anders – valide dekans geven om een gewaardeerde en evenwaardige plaats in desamenleving in te nemen, die ook ruimte bied voor meer socialecontacten.111


<strong>Muziek</strong> als orthopedagogische medium:Hier vormen muziek en het muziekgegeven niet het centrum, maar muziekwordt aangewend als een middel om een vooropgesteld doel te bereiken, omiemand iets te leren (ortho - pedagogisch) of waarmee je een in gebrekeblijvend functioneren bij een persoon kan verbeteren of genezen(therapeutisch). Men kan hierin een indeling maken op grond van de aard vande doelstellingen en op grond van de methodische specificiteit.- <strong>Muziek</strong> in de dagelijkse omgang: <strong>Muziek</strong> levert een grote bijdrage tot hetcreëren van een aangepast leefklimaat. Er is overal muziek in hetdagelijkse leven van de mens, radio, televisie, in het straatbeeld, op dewerkvloer, thuis, men moet ook streven naar een optimaalgeluidsklimaat. In het dagcentrum staat de radio de ganse dag aan enzetten begeleiders vaak doelgericht bepaalde cd’s, liedjes, op om eenbepaalde sfeer te creëren.- Orthopedagogische muziekbeoefening: <strong>Muziek</strong> vormt een betekenisvollehulp bij het op gang brengen van persoonlijke ontplooiingsprocessen. Ditcentrale begrip persoonsontwikkeling wordt opgedeeld in driedeelaspecten waarin muziek telkens een eigen bijdrage heeft. Metbetrekking tot de ontwikkeling als actualisatie van organische enpsychische functies kan muziek de motorische, de emotionele, deverstandelijke en de sociale functies bevorderen. Ontwikkeling alsinitiatie, namelijk het ingeleid worden in historisch – cultureleverworvenheden van de samenleving. Ontwikkelijking alszelfverwerkelijking in interpersoonlijke interacties met anderen. Inortho(ped)agogische muziekactiviteiten kan de eigen identiteit bevestigdworden in communicatie met anderen, deze persoonlijkheidsontwikkelingis geen doel op zichzelf. De uiteindelijke bedoeling van het muzikaalbezig zijn is het verruimen van het persoonlijk welbevinden van depersoon met een mentale handicap.- <strong>Muziek</strong>therapie: dit is een behandelingsmethode die muziek aanwendt inhet kader van een therapeutische interventie om intra – psychischbepaalde sociaal – emotionele moeilijkheden op te heffen.112


5. Bespreking per gast:Ik heb de gasten per atelier geanalyseerd, om zo een beter overzicht te krijgenper atelier. Om zo ook eventuele verbanden te leggen tussen de verschillendegasten op gebied van muzikale interesses in dezelfde ateliers, Ik voeg hieréén voorbeeld bij van een analyse ter voorbeeld.Ik wil eerst aandacht vestigen op enkele algemene doelstellingen van hetdagcentrum voordat ik mijn specifieke doelstellingen hieruit ga afleiden. Dit zijnniet alle doelstellingen van het dagcentrum maar wel de relevante op dezeactiviteit voor die gast specifiek.Gast 1:• Aanbieden van zinvolle dagbestedingDe gast krijgt gitaar- en zanglessen omdat het een culturele ontwikkeling isdie de gast ten goede zal komen in het verdere leven. De invulling van“zinvolle dagbesteding” is voor de gast gitaar- en zangles dus gaat deinstelling op deze vraag in. Met deze activiteit zal het zelfvertrouwen vande gast en het zelfbeeld versterkt worden.Dit heeft ook te maken met een goede accommodatie met prikkelarmeomgeving voor zulke activiteiten. Hier moet men naar streven.• Onderhouden en/of verbeteren van vaardigheden (door o.a. activiteiten,kiné,)De fijne en grove motoriek van de bovenste ledematen, de oog handcoördinatie en het geheugen van de gast wordt door deze activiteitonderhouden en/of verbeterd, de gast zal op lange termijn minder hinderondervinden van de fysieke handicap door de verworven competenties. Degast zal het gitaarspel ook beter weten te beheersen en zelfstandig aan deslag kunnen met muzikale opdrachten. Haar uitspraak en timing enritmegevoel wordt ook getraind door de zanglessen.• Aanvaarden van en rekening houden met het eigen tempo en eigenmogelijkheden van de gasten.De gast geeft zelf het werktempo aan en als begeleider kan je dingenaanbieden maar niet opleggen. Als begeleider moet je aanvoelen enoverleggen met de gast waar die naar toe wil en op welke manier dithaalbaar is.• Bijleren, zich vormen en ontwikkelen.Het leren van een competentie als “gitaar spelen” is extra bagage voor degast in de samenleving. Het zorgt voor een mentale en fysiekeontwikkeling die de gast ten goede komt. Ook zangles en stemoefeningeninteresseren de gast. Dit zal de uitspraak verbeteren. De timing met zangen gitaarspel is ook een werkpunt. De gast wil liedjes zingen en spelen opgitaar, wat positief onthaald wordt in haar onmiddellijke omgeving.113


• Het aanbieden van structuurDe gast moet weten wanneer gitaar spelen kan en mag in de voorziening,wanneer de les doorgaat, waar, van wie, Het is belangrijk voor zowel degast als de begeleider om hier structuur in te brengen. Het moet een vastebegeleider zijn waar een vertrouwensband mee kan worden opgebouwd,een vaste plek, een vast lokaal zou ideaal zijn gecombineerd met vastetijdstippen waar men op werkt.• Keuzevrijheid ervaren & Voldoende inspraak hebbenDe activiteiten moeten door de gasten zelf kunnen gekozen worden en indie activiteiten mogen de gasten in samenspraak met de begeleiding derichting bepalen waarin er gewerkt wordt.Ik wil mijn doelstelling bereiken door de gast op een animatieve, recreatievewijze vorming te geven over en in het gitaar spelen. Het moet interessant(vorming) blijven, de gast moet iets bijleren en tegelijkertijd hoort het plezant(animatief) te zijn zodat de gast gemotiveerd blijft om ervoor te werken op hettempo dat de gast zichzelf oplegt (recreatief), waar ik als begeleider niks aanprobeer te veranderen. Ik zal de richting die de gast kiest zelf volgen en ervoorstellen in doen vanuit mijn achtergrondkennis in het vakgebied om de gastiets bij te brengen. Ik kies niet voor een bepaalde activiteit, dat is een beslissingvan de gast in samenwerking met mij, waarbij de mening van de gast deoverhand heeft.Ik wil deze gast graag begeleiden omdat ik zag dat er nood aan was vanuit degast en vanuit de voorziening. Dit is een taak die ik tot een goed einde kanbrengen en zo het welzijn van een van de gasten mee vooruit kan helpen.Mogelijke invalshoeken:gitaarlesZanglesZangstondes (ook als begeleiding met haar gitaar)Luistersessies<strong>Muziek</strong>geschiedenis114


6. verantwoording van het nodige materiaal:Zanginstallatie:Deze instalatie is compact, multi-functioneel en praktisch.Ze zal aan de volgende criteria moeten voldoen:• Kwalitatief:- 4 of meer ingangen (2x micro, 2x cd – speler)- +/- 200 watt- 2 boxen op statief (betere geluidsverdeling)- compact, makkelijk transporteerbaar, opstelbaar,duidelijke gebruiksmethode voor leken,- inclusief microfoons en eventueel 2 cd - spelers• Gebruiksmogelijkheden:- Oefensessies, repetities met gasten in Broekom ofKerniel- Optredens van “de Agogo’s”- Kerstfeest, zowel om op te treden als om muziek langs afte spelen, speeches te houden,- Sportdag- Karnavalfeest- Eetdagen- Kienen- Occasionele speeches (nieuwjaarsreceptie,)- Uitlenen/verhuren aan zusterorganisaties,- • Voordelen:- Je bent als organisatie onafhankelijk, je hebt je eigenmateriaal, je hebt een betere controle over het materiaaldat je anders leent en niet zeker van bent,- Dit is een veelzijdig instrument dat velegebruiksmogelijkheden binnen de organisatie heeft.- De gasten zijn dit systeem gewend en hoeven zich nietaan te passen aan de andere, niet altijd even goedfunctionerende en telkens verschillende, systemen. Zezullen ook zekerder en rustiger zijn want ze zijn ervertrouwd mee.- Één systeem vervangt verschillende half-werkendehulpmiddelen, zoals de stereo die af en toe van onder hetstof wordt gehaald in zijn logge houten dozen,- Het is een éénmalige kost die lange jaren actief blijftbinnen de werking.• Kostprijs:- Maximum 500 euro115


Gitaar:In het dagcentrum is er in principe geen gitaar. Brun o heeft een van zijn gitarenter beschikking gesteld, maar dit mag niet als een gift aanschouwd worden. Erzou een gitaar moeten komen waarvan men zeker is dat ze permanentaanwezig is, en waar zowel gasten als begeleiders op mogen spelen, al danniet onder supervisie van een begeleider in het geval van de gasten. Zo kan jeandere gasten ook de kans geven om gitaar te spelen, leren, ervaren, Ineerste instantie moet er gestreefd worden naar één extra gitaar, en naarverloop van tijd moet de nood naar uitbreiding hiervan worden onderzocht enopgevolgd.• Kwalitatief:- Goed bespeelbaar, zowel voor beginners als“gevorderden”- Klassiek model 3/4 of 4/4• Gebruiksmogelijkheden:- Om gitaarles mee te geven (zowel gebruik door gast alsbegeleider)- Om mee op te treden op allerhande feesten met degasten- Om groepen op te vrolijken- Tijdens oefensessies of optredens van “de Agogo’s”- Tijdens zangstonden- Tijdens oefensessies van acts voor feesten,- Tijdens alle andere muziek georiënteerde ateliers- • Voordelen:- Vaak moet er een begeleider wachten op de gitaar, dit zaldan niet meer het geval zijn.- De gasten kunnen nu duidelijker begeleid worden, ermoet niet constant gewisseld worden van gitaar (iederheeft zijn instrument)- Intesa heeft zijn eigen gitaar en is hierin weeronafhankelijk.- Klassiek model = zachte snaren- • Kostprijs- Tussen de 50 en 100 euro per gitaar.Pepiters:Om gemakkelijk te kunnen spelen en de akkoorden en tekst af te lezen zijndeze statiefjes onontbeerlijk.116


Slaginstrumenten:• Djèmbées:• Drumsticks• Kleine slagmaterialen• Reservematerialen:• Snaren, papier, boekjes,...117


Bijlage 4: de voorbereiding van een gitaarlesVandaag ga ik de gast iets nieuws aanbieden, we gaan een nummer spelen,een echt liedje, dat we samen hebben gekozen, omdat het enerzijds binnen demogelijkheden van de gast ligt en anderzijds ook nog verdere mogelijkhedenheeft. De gast kan dit lied bijvoorbeeld samenspelen met het koor (een andereactiviteit van mij) of met de AGOGO’s, het bandje van de gasten van Intesawaarin ik ook begeleiding doe. Het liedje dat we gaan spelen is “laat me nu tochniet alleen” van Clouseau. De gast kan alle akkoorden van het nummer alspelen, het belangrijkste wat ik de gast moet bijbrengen is dus de structuur vanhet nummer. Ik ga eerst techniekoefeningen herhalen met de gast om dan inkleine stapjes over te gaan op het lied. Het is de eerste keer dat de gast eenvolledig nummer leert spelen. Ik verwacht dat ze – met de leergierigheid die degast aan de dag brengt – dat ze dit nummer na drie weken onder de knie heeft.Zowel de structuur als de akkoorden.Wat hebben we nodig?• Ik heb allereerst de akkoorden en de tekst van het nummer uitgewerkt ineen begrijpbare lay – out voor de gast.• Twee gitaren• Een stemapparaat• Twee stoelen en een bij voorkeur prikkelarm lokaal.• Een voetbankje (hier zet de gast een voet op zodat het dijbeen hoger komten de gitaar niet van de schoot afglijdt.)• Het evaluatieschrift en het theorieschriftVerloop:• Opwarming: we gooien en draaien de polsen wat rond zodat deze loskomenen soepel zijn• Ik laat de gast enkele vingeroefeningen spelen ter opwarming en teroefening van de spreiding van de vingers. We doen het volgende op elkesnaar: wijsvinger op eerste fret, middenvinger op tweede fret, ringvinger opde derde fret en pink op de vierde fret. Bij elke plaatsing slaat de gast éénkeer aan.• Ik laat de gast de gekende toonladders spelen (Cmajeur, Gmajeur). Hierbijwijs ik op de positie van de duim van de rechterhand, die moet laag zitten,en de positie van de linkerhand, die moet boven het klankgat zitten. Dezeopmerking zal ik indien nodig de hele sessie maken, aangezien dit eenbelangrijk technisch detail is waar de gast aan moet werken om teverbeteren in het gitaarspel.• We spelen het spelletje “snel akkoorden nemen” ik noem een noot op en degast moet zo snel mogelijk dat akkoord aanslaan. Dit oefent deovergangssnelheid tussen de verschillende akkoorden.• We spelen dit spelletje gewoon door maar ik noem bewust enkele deakkoorden die voorkomen in “laat me nu toch niet alleen”, willekeurig doormekaar.• Rustpauze, tijd om de polsen te ontspannen, los te gooien en los te draaien.• We spelen het spelletje verder maar nu ga ik over tot de volledige structuurvan het nummer. We spelen één strofe en een refrein. Als we dit gedaanhebben vertel ik de gast dat die net een strofe en een refrein van hetnummer al gespeeld heeft.118


• Praatmoment: dit is enerzijds weer een rustmoment, maar anderzijds ookeen moment waarop de gast commentaar kan geven op de werkwijze, opzijn beleving, over hoe moeilijk/gemakkelijk het voor de gast lijkt,Belangrijk voor mij als begeleider is dat ik de gast blijf motiveren en aantoondat het wel binnen de mogelijkheden ligt, aangezien de gast misschienzichzelf onterecht naar beneden gaat halen.• Nu krijgt de gast de structuur van het lied voor zich, en luisteren we enkelekeren naar het nummer op CD om ons een concreet beeld te vormen vanhet nummer.• We beginnen met het uitwerken van een strofe. Elke strofe heeft hetzelfdeakkoordenschema, als de gast één strofe kan spelen, kan de gast zeallemaal spelen. We beginnen heel traag met het tikken van de voet (diegeeft de maat aan) om de twee tikken/tellen wordt er aangeslagen op degitaar.• Nu voeg ik er zang bij zodat de gast voelt op welk woord elk akkoord wordtgeplaatst.• Praatmoment: de gast krijgt weer de kans om de polsen los te gooien en omover de opgedane ervaringen te ventileren.• We herhalen het strofe enkele malen en we verhogen bewust het tempo omzo tot het tempo te komen van het originele nummer. Dit is geen vast doelmaar wel een oefening om het stuk goed onder de knie te krijgen en hettempo aan te voelen en op te bouwen.• Evaluatiemoment: de gast krijgt weer de kans om de polsen los te maken,en om te vertellen wat hij van de sessie vond en van de eigen prestaties. Alsbegeleider zal ik het evaluatieschriftje invullen van de gast waar de evolutievan de lessen wordt in bijgehouden. Hierin schrijf ik wat we gedaan hebbenen wat de gast thuis kan oefenen om zo de volgende les sneller vooruit tekunnen gaan naar ons einddoel. Als laatste maar niet het onbelangrijksteschrijf ik nog een bemoedigend woordje om de gast op te peppen en om telaten zien hoe goed dat de gast bezig is.• Slotmoment: we overlopen samen wat er in het boekje staat, in feite dus watwe gedaan hebben en wat ik verwacht dat de gast gaat oefenen, of dithaalbaar is, Dan breng ik de gast terug naar de groep waar de normaleactiviteit van de gast doorgaat.Algemene evaluatie:De activiteit is verlopen zoals gepland. De gast heeft binnen het gecreëerdetijdskader de nodige oefeningen doorlopen en stof meegekregen om te oefenenom zo weer een stap vooruit te kunnen zetten in de ontwikkeling van zichzelf.We zaten in een tussenruimte van de hal en de bureau en dat betekent dat weenkele keren gestoord zijn geweest door personeelsleden die naar de bureauswilden. We hebben geen vast lokaal en dit is tijdens het middagmoment debeste plaats om te repeteren.Grondige evaluatie:• Aanbieden van zinvolle dagbestedingDe gast heeft het gevoel gekregen dat zijn dag zinvol was want de gastheeft iets bijgeleerd. De gast heeft een versterkt gevoel van eigenwaardegekregen door deze activiteit en is trots op wat er gepresteerd is.• Onderhouden en/of verbeteren van vaardigheden (door o.a. activiteiten,kiné,)119


De fijne motoriek van de rechtervingers en de fijne motoriek van delinkerhand en arm worden getraind. Ook oog hand coördinatie wordtgeoefend tijdens deze sessies, je ziet per sessie de vooruitgang,• Aanvaarden van en rekening houden met het eigen tempo en eigenmogelijkheden van de gasten.Ik heb het tempo van de gast eerbiedigt door voldoende rustpauzes in telassen als ik zag dat het nodig was. Mijn leerstof was afgestemd op dekennis die ik had over de gast en de mogelijkheden van de gast. Af en toemoest ik de gast wat intomen omdat de gast te hard probeerde en deledematen vermoeid waren, waardoor de prestaties niet meer optimaalwaren.• Bijleren, zich vormen en ontwikkelen.De gast heeft een nieuwe vorm van muziek maken ontdekt waartoe er eenjaar gestreefd werd. De structuur van een nummer leren en de akkoordenjuist plaatsen met de zang is iets nieuws voor de gast en dit zal nu verderontwikkeld moeten worden. Het inzicht in songstructuur zal ook ontwikkeldmoeten worden en de vaardigheid om hiervan af te wijken.• Het aanbieden van structuurDe gast krijgt op regelmatige basis de lessen (elke dinsdag en vrijdag) ende lessen hebben altijd dezelfde globale structuur (opwarming – herhaling– nieuw deel – slotmoment, met rustmomenten tussendoor) de plaats zoumeer gestructureerd mogen worden, aangezien er geen vast lokaal is,maar daar valt nu niks aan te veranderen, misschien in de toekomst wel.• Keuzevrijheid ervaren & Voldoende inspraak hebbenIk achtte de tijd rijp om de gast een volledig nummer te leren spelen enheb met de gast overlegd of die dat zag zitten. Daarna hebben we, methet oog op de mogelijkheden van de gast en het verdere nut van hetnummer in andere muziekprojecten van de dagwerking, een nummergekozen. Tijdens de sessies heb ik als begeleider een parcoursuitgestippeld om alle dingen aan te leren die ik wil aanleren maar wedoen niets als de gast dat niet wil. Ik leg al de dingen die ik in gedachtenheb voor aan de gast om te doen en de gast heeft het laatste woord.Wanneer de gast zin heeft in iets anders of een ander idee heeft wordtdit besproken en opgevolgd.Het enige dat ik zou veranderen is een vast, “storingvrij”, lokaal voormuziekbeleving in het algemeen. Maar met de opkomendestructuursveranderingen binnen de organisatie en het opknappen van hetgebouw is een vast lokaal en zeker een storingvrij lokaal niet gemakkelijk tevinden. Doordat de leefgroepen zelfs van lokaal moeten veranderen en er altijdéén lokaal onbruikbaar is door de renovatiewerken is er geen enkele lokaal opdit moment “ideaal”. <strong>Muziek</strong> krijgt volgens mij niet genoeg aandacht in dewerking, er zijn veel gasten die van muziek genieten. Mijn ervaring met degasten is zelfs zo dat het merendeel nood heeft aan muziek. Sommigen kunnenniet zonder dat de radio opstaat een activiteit afwerken, de gasten krijgenenergie dankzij de muziek, en het helpt hun stemming bepalen. <strong>Muziek</strong> isbelangrijk voor hen en er zou een iets grotere plaats moeten zijn in de instellingvoor muziekbeleving van de gasten.120

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!