09.07.2015 Views

Jaarverslag 2011 - Aquafin

Jaarverslag 2011 - Aquafin

Jaarverslag 2011 - Aquafin

SHOW MORE
SHOW LESS

You also want an ePaper? Increase the reach of your titles

YUMPU automatically turns print PDFs into web optimized ePapers that Google loves.

werken aan zuiver water<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Dichter bij onze klanten


Dichter bij onze klanten<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>


2<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>


Inhoud12Verslag van de raadvan bestuur overhet boekjaar <strong>2011</strong>4<strong>Aquafin</strong> kort8Voorwoord52Maatschappelijkverantwoordondernemen70Jaarrekening3


4<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><strong>Aquafin</strong> kortEEN STERKE PARTNER VOORHET VLAAMSE GEWEST<strong>Aquafin</strong> is in 1990 opgericht door het Vlaamse Gewestom de rioolwaterzuiveringsinfrastructuur in Vlaanderenverder uit te bouwen, te exploiteren en te financieren.<strong>Aquafin</strong> vangt het huishoudelijke afvalwater van degemeentelijke riolen op in verzamelriolen en voert het naarzuiveringsinstallaties, waar het wordt behandeld volgensde Europese en Vlaamse normen.De kosten voor de uitgevoerde infrastructuurwerken ende werkingskosten van <strong>Aquafin</strong> worden via de drinkwater -maatschappijen gedeeltelijk doorgerekend aan de drinkwater -verbruiker. Hiermee volgt het Vlaamse Gewest het ‘devervuiler betaalt’-principe, dat door Europa aangemoedigdwordt. Het saldo wordt aan de drinkwatermaatschappijenbetaald via een werkingstoelage uit het Minafonds.<strong>Aquafin</strong> staat voor een goed beheer van de zuiverings -infrastructuur en een sterk vermogen tot innovatie. Zo liggenmethodologieën van <strong>Aquafin</strong> aan de basis van de gebieds -dekkende uitvoeringsplannen, die duidelijk aangeven op hetgemeentelijke grondgebied welke infrastructuur er wanneerdoor het gewest of door de gemeente moet worden voorzien.Door zijn opgebouwde knowhow en jarenlange ervaring is<strong>Aquafin</strong> ook een gegeerde partner in binnen- en buitenlandseonderzoeksprojecten, gericht op de implementatie van deEuropese kaderrichtlijn Water. De kennis die <strong>Aquafin</strong> zo verwerft,komt ten goede aan het Vlaamse Gewest en de gemeenten.


6<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>nInfrastructuur in beheer voor het Vlaamse GewestnVoor de industrie in Vlaanderen en buitenlandse partnersEind <strong>2011</strong> was <strong>Aquafin</strong> verantwoordelijk voor de exploitatievan 256 rioolwaterzuiveringsinstallaties. Om het afvalwaternaar de zuiveringsinstallaties te transporteren, had <strong>Aquafin</strong>4.914 km bovengemeentelijke collectoren voor huishoudelijkafvalwater en 1.252 bovengemeentelijke pompstations inbeheer. In <strong>2011</strong> voldeden 98,8% van de rioolwater zuiverings -installaties alle opgelegde emissiegrenswaarden. Dat is hetbeste resultaat ooit bereikt.PRODUCTEN EN DIENSTEN BUITEN DEOVEREENKOMST MET HET VLAAMSE GEWESTnVoor de Vlaamse gemeentenAquaplus NV, het dochterbedrijf van <strong>Aquafin</strong>, richt zich in hetbinnenland op de noden van de industrie om aan de Europeserichtlijnen te voldoen. Het bedrijf voert er vooral advies-, bouw -kundige en ontwerp -en exploitatieopdrachten uit. Op deinternationale markt neemt Aquaplus als consultant deelaan open internationale aanbestedingsprocedures. Meestal ishet bedrijf dan onderaannemer. De focus ligt op de nieuwelidstaten van de Europese Unie, met opdrachten voor deEuropese Commissie, voor nationale overheden, steden,gemeenten en nutsbedrijven binnen alle stadia van deafval waterzuiveringscyclus. Buiten Europa is Aquaplus vooralactief in het Midden Oosten en in China. Via joint ventureASEWater Technologies ontwikkelt het ook activiteiten in India.<strong>Aquafin</strong> biedt zijn diensten ook aan voor de uitbouw en hetbeheer van het gemeentelijke stelsel. Een stad of gemeentekan kiezen voor een samenwerking op lange termijn viaeen concessie, of ad hoc opdrachten toewijzen aan <strong>Aquafin</strong>.Daarnaast bestaat de mogelijkheid om in te stappen insamenwerkingsverbanden die <strong>Aquafin</strong> heeft met drinkwater -maatschappijen AWW en TMVW (rio-link), VMW (RioAct enRio-P) en Vivaqua.


KERNCIJFERSBedragen in 000 euro 2007 2008 2009 2010 <strong>2011</strong>Bedrijfsopbrengsten 324.730 326.340 352.047 362.540 426.391Te bestemmen winst 10.339 6.289 6.531 7.084 9.585Balanstotaal 2.398.467 2.280.359 2.429.354 2.671.015 3.021.359Eigen vermogen 166.592 169.908 167.236 216.561 230.545Financiering korte termijn 204.800 82.994 30.500 140.600 82.006Financiering lange termijn 1.269.125 1.192.967 1.303.608 1.355.481 1.724.036Medewerkers <strong>Aquafin</strong> 777 820 854 882 892Medewerkers VMM 98 95 92 89 87Medewerkers totaal (aantal) 875 915 946 971 979PROJECTEN IN PORTEFEUILLE VOOR HET VLAAMSE GEWEST31 december <strong>2011</strong> Aantal projecten Waarde (mio euro)Opgeleverd 2.268 2.964,21Gegund en aanbesteed 330 403,51In ontwerp 986 934,03Totaal 3.584 4.301,75<strong>Aquafin</strong> kort7


8<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>


VoorwoordKWALITEIT OP MAAT VAN DE KLANTVóór de opstart van <strong>Aquafin</strong>, werd amper 28% van hethuishoudelijke afvalwater in Vlaanderen gezuiverd. Twintig jaarlater is de kloof in zuiveringsgraad met de buurlandenduidelijk aan het dichtgroeien en bedraagt de zuiveringsgraad80%.In agglomeraties groter dan 10.000 inwonersequivalentzijn alle zuiveringsinstallaties opgeleverd. Ook alle collectorenzijn er in gebruik genomen. In agglomeraties tussen 2.000 en10.000 inwonersequivalent is er nog één zuiveringsinstallatiein aanbouw en 13 collectoren in uitvoering. Medio 2012 zalhet Vlaamse Gewest volledig voldoen aan de richtlijn StedelijkAfvalwater.De actieve opdrachtenportefeuille met investerings -projecten voor het Vlaamse Gewest bedroeg op 31 december<strong>2011</strong> ruim 1,3 miljard euro voor 1.316 projecten. <strong>Aquafin</strong> leverdetot die datum 2.268 investerings- en renovatieprojectenop voor bijna 3 miljard euro. Ook midden in de Europesesoevereine schuldcrisis, bleven de financiers vertrouwenhouden in <strong>Aquafin</strong>, dat de uit te voeren werken voor het gewestprefinanciert. Er was wel een gedeeltelijke verschuivingmerkbaar van bancaire leningen naar institutioneleinvesteerders.9


10<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Wat betreft de kwaliteit van het gezuiverde huishoudelijkeafvalwater, is Vlaanderen al een koploper in Europa. Voor <strong>2011</strong>kan <strong>Aquafin</strong> bovendien de beste zuiverings resultaten ooitvoorleggen. De goede weersomstandigheden hebben zekereen rol gespeeld, maar onze nauwgezette procesopvolgingheeft de doorslag gegeven. Bij onze inspanningen voor bekenen rivieren houden we ook andere milieu-aspecten in hetachterhoofd. Waar we kunnen doen we aan energiebesparingen hergebruik van grondstoffen, maar nooit ten koste vande effluentresultaten.De minister-president en de minister van Leefmilieustimuleren <strong>Aquafin</strong> om onze knowhow te valoriseren bijde gemeenten en de industrie in Vlaanderen, maar ook in hetbuitenland. Dankzij het maatwerk voor de klant dat in onsaanbod vervat zit, zijn we de grootste speler op de gemeentelijkemarkt. Dochtermaatschappij Aquaplus heeft het voorbijejaar een nieuwe stap gezet met de oprichting van ASEWaterTechnologies, een joint venture met een Indische partner.Intern zijn we verder gegaan met de transformatie vaneen aanbod- naar een vraaggericht bedrijf, om nog beterop maat van onze klanten te kunnen werken. Dat houdt in datwe het procesmatig werken verder hebben uitgerold overde organisatie en tegelijk een grotere regelvrijheid hebbeningesteld voor individuele medewerkers en teams.Een passie voor techniek, technologie en het milieu, dat iswat de medewerkers van <strong>Aquafin</strong> bindt. Samen hebben wevoor een kennisopbouw in de hele waterzuiveringscyclusgezorgd, die <strong>Aquafin</strong> uniek maakt in Europa. We zijn onsbewust van de waarde van de medewerkers voor dit bedrijf enwe zijn ervan overtuigd dat we op hen kunnen rekenen omde toekomstambities van <strong>Aquafin</strong> waar te maken.Luc Bossynsgedelegeerd bestuurderMarc van den Abeelenvoorzitter


Voorwoord11


12<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>


Verslag van de raadvan bestuur overhet boekjaar <strong>2011</strong>overeenkomstig de toepasselijke bepalingenvan het wetboek van vennootschappenCorporate governance verklaring 14Verslag van de raad van bestuur 23Belangrijkste evoluties tijdens het boekjaar 24Uitbouw van de zuiveringsinfrastructuur voor het Vlaamse Gewest 28Bouwactiviteit per bekken in <strong>2011</strong> 32Beheer van de zuiveringsinfrastructuur voor het Vlaamse Gewest 36Diensten buiten de overeenkomst met het Vlaamse Gewest 41Onderzoek en productontwikkeling 43Belangrijkste risicofactoren 45Belangrijkste evoluties na het boekjaar 47Commentaar bij de balans 48Commentaar bij de resultatenrekening 50Voorstel aan de algemene vergadering 5113


14<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>CorporateGovernanceVerklaringALGEMEENHet eerste <strong>Aquafin</strong> corporate governance charter (Charter)werd door de raad van bestuur op 26 januari 2006 goedgekeurd.Dit charter werd opgesteld overeenkomstig de bepalingen vande Belgische corporate governance code van 9 december 2004.Ingevolge de bekendmaking van de nieuwe versie van de codevan maart 2009 en wegens de uitgifte van de obligatieleningdiende het Charter te worden aangepast. De raad van bestuurheeft op 14 januari 2010 dit Charter goedgekeurd. De meestrecente versie kan geraadpleegd worden via de website(www.aquafin.be).


RAAD VAN BESTUURnSamenstellingSinds 3 augustus 2010 is de raad van bestuur samengesteld zoals weergegeven in onderstaande tabel.Naam Aard mandaat/onafhankelijk/(niet-)uitvoerend Einde mandaatVOF Thedes, vertegenwoordigd door Marc van den Abeelen Voorzitter, onafhankelijk, niet-uitvoerend 2014Luc Bossyns Gedelegeerd bestuurder, uitvoerend 2014Alain Bernard Niet-uitvoerend 2014Pol Cools Niet-uitvoerend 2014Marijke Mahieu Onafhankelijk, niet-uitvoerend 2014VOF Materie, vertegenwoordigd door Erik Matthijs Onafhankelijk, niet-uitvoerend 2014Francine Swiggers Niet-uitvoerend 2014Jhony Van Steen Onafhankelijk, niet-uitvoerend 2014Ivo Van Vaerenbergh Niet-uitvoerend 2014Vlaamse Milieuholding NV, vertegenwoordigd door Matrix NV, Niet-uitvoerend 2014vertegenwoordigd door Roland Van DierdonckDe raad van bestuur wordt bijgestaan door de secretaris, Alain Vanden Bon.Verslag van de raad van bestuur15


16<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>nVoorstelling van de bestuurdersMarc van den AbeelenMarc van den Abeelen is doctor in derechten van de Vrije Universiteit Brussel.Hij werd hoogleraar Fiscaal Recht en wasdirecteur-generaal van de Hoge Raad voorDiamant. Vanaf 1976 was hij gemeente -raadslid van Aartselaar, van 1988 tot 1993schepen en vanaf 1993 burgemeester.Tussen 1995 en 2009 was hij volksvertegenwoordiger. Van 1999tot 2004 was hij voorzitter van de Commissie Financiën envanaf 2004 tot 2009 voorzitter van de Commissie voorOpenbare Werken, Mobiliteit en Energie van het VlaamsParlement. Sinds 2004 is hij bestuurder bij het Pensioenfondsvan het Vlaams Parlement en sinds 2008 is hij bestuurder bijCEGEKA NV. Daarnaast is hij voorzitter van het World TradeCenter Antwerpen. In 2009 werd hij voorzitter van <strong>Aquafin</strong>.Luc BossynsLuc Bossyns is burgerlijk ingenieurscheeps bouwkunde van de RijksuniversiteitGent. Hij behaalde een extra postuniversitairdiploma Bedrijfsbeheer aan de UFSIA(Antwerpen). Hij begon zijn professioneleloopbaan bij Cockerill Yards Hoboken in 1977.Daarna werkte hij voor CMB (hoofd nieuw -bouwafdeling) en Boelwerf (technisch directeur). Van 1993 tot1995 was hij directeur-generaal en bestuurder van BoelwerfVlaanderen. Daarna maakte hij de overstap naar Stork MEC,waar hij afgevaardigd bestuurder was. Van 1995 tot <strong>2011</strong> washij ook vereffenaar van alle middelgrote scheepswerven inVlaanderen. Daarnaast is hij sinds 1995 ook zaakvoerder vanBamboss BVBA en vanaf 2003 bestuurder bij de firma Etap NV.In mei 2000 is hij aangesteld als gedelegeerd bestuurder bij<strong>Aquafin</strong> NV.Alain BernardAlain Bernard is burgerlijk ingenieurbouw kunde en burgerlijk ingenieurindustrieel beleid, afgestudeerd aan deKatholieke Universiteit Leuven. Hij starttezijn loopbaan bij T.V. Zeezand voor deuitbouw van de buitenhaven van Zeebrugge.Tussen 1982 en 1985 werkte hij als project -manager bij NV Dredging International. Daarna werd hijdirecteur-generaal bij NV Hydro Soil Services. Vanaf 1990werkte hij opnieuw voor de NV Dredging International, eerstals directeur van de Benelux-divisie en van 1995 tot 2006 alsdirecteur-generaal. Van 1997 tot 2006 was hij eveneens actiefals chief operating officer van D.E.M.E.-Group (DredgingEnvironmental & Marine Engineering). Sinds 2006 is hijchief executive officer van D.E.M.E.-Group en bestuurder bijverschillende dochterbedrijven uit de D.E.M.E.-Group: DEC,C-POWER, Scaldis, GEOSEA…Sinds 2004 is hij eveneens voorzitter van de BelgischeBaggerfederatie. In 2007 werd hij benoemd tot bestuurder van<strong>Aquafin</strong> NV.Pol CoolsPol Cools studeerde aan de Rijks -universiteit Gent af als burgerlijk ingenieurarchitecten ingenieur in de milieusanering.Hij startte zijn loopbaan in 1972 bij hetWegenfonds en was in 1976 attaché bijhet kabinet van minister van OpenbareWerken Defraigne. In 1977 vestigde hij zichals zelfstandig architect, eerst met het bureau ir Pol Cools,vanaf 1990 met de studievennootschap Arch & Teco NV,waarvan hij bestuurder was. Hij bouwde het oorspronkelijkearchitectuuratelier uit tot Arch & Teco Group. Deze multi -disciplinaire studie- en consultinggroep bestaat uit achtautonome business units, opgericht door Pol Cools tussen1977 en 2005. Tot de activiteiten behoren: architectuur,restauratie en ruimtelijke planning; stabiliteit, burgerlijkebouwkunde en waterbouwkunde; infrastructuur; wegenisenrioleringsontwerp; uitrustingstechnieken; EPB en EPC;veiligheids coördinatie, expertise; milieutechnieken; telecom -netwerken en GIS-projecten; change management; facilitymanagement; consulting; projectmanagement en - coördinatie.In 2005 breidde Pol Cools zijn activiteiten op internationaalvlak uit met de oprichting van de joint venture Ase StructureDesign Pvt Ltd in Chennai (India), waarvan hij bestuurder is.Sinds 2006 is hij eveneens lid van het College van Vereffenaarsbij Berlaymont NV 2000. In 2007 werd hij benoemd totbestuurder van NV <strong>Aquafin</strong>.Marijke MahieuMarijke Mahieu is licentiate in derechten, afgestudeerd aan de UniversiteitGent. Van 1975 tot 1981 werkte ze alsadvocaat in Gent. Sinds 1981 is zeambtenaar bij de stad Gent. Tot 1995werkte ze op de Juridische dienst inverschillende functies. Daarna promoveerdeze tot directeur-manager van de dienst AdministratieTechnische Diensten. In 1999 werd ze directeur-managervan de dienst Leefmilieu en Natuurontwikkeling en in 2001waarnemend directeur-generaal van het departementEconomie, Milieu en Volksgezondheid. Sinds 2003 is zedepartementshoofd Werk en Economie en lid van hetmanagementteam van de stad Gent. Vanuit haar functie isze ook lid van het directiecomité van het Innovatie- enincubatiecentrum NV van de Universiteit Gent, lid van hetdirectiecomité en bestuurder van de NV De Punt Gent, lid vande raad van bestuur van VZW Startpunt Gent, voorzitter vande raad van bestuur van VZW Labeur Gent en lid van de raadvan bestuur van Max Mobiel Gent. In 2007 werd ze benoemdtot bestuurder van <strong>Aquafin</strong> NV.


Erik MatthijsErik Matthijs is doctor in de vee artsenij -kunde, afgestudeerd aan de RijksuniversiteitGent. Hij was praktiserend dierenarts totoktober 1992. In 1986 werd hij schepenvan financiën van de stad Eeklo. In oktober1992 werd hij aangeduid als nationaalgecoöpteerd senator. Hij zetelde in de Belgische Senaat totjuni 1995. Op 1 januari 1995 werd hij burgemeester van de StadEeklo, een ambt dat hij bekleedde tot eind december 2006.Hij was in die periode ook lid van de raad van beheer van deKatholieke Hogeschool voor gezondheidszorg te Gent. In 1995en 1999 werd hij rechtstreeks verkozen als lid van het VlaamsParlement voor het arrondissement Gent-Eeklo. In juni 2004werd hij opnieuw verkozen tot Vlaams volksvertegenwoordiger,maar dan voor de provincie Oost-Vlaanderen. In de Senaatwas hij lid van de Commissie Onderwijs en Wetenschap en hetAdviescomité voor Europese Aangelegenheden. In het VlaamsParlement was hij gedurende meer dan tien jaar vast lid vande Commissie Leefmilieu, Natuur en Ruimtelijke Ordening.Van 2004 tot 2009 was hij eveneens ondervoorzitter vande Commissie Algemeen Beleid, Financiën en Begroting vanhet Vlaams Parlement. Hij is medeauteur van het vernieuwdeBodemsaneringsdecreet en werkte eind 2004 ook mee aan dereorganisatie van de watersector in Vlaanderen. In mei 2009werd hij aangeduid als bestuurder van <strong>Aquafin</strong> NV envoorzitter van het auditcomité.Francine SwiggersFrancine Swiggers is licentiate toegepasteeconomische wetenschappen en master inbusiness administration van de KatholiekeUniversiteit Leuven. Zij begon haarprofessionele loopbaan bij het NationaalFonds voor Wetenschappelijk Onderzoek.In 1977 maakte zij de overstap naar Bacobbank. Sinds 1997 is zij actief bij Groep ARCO en verantwoordelijkvoor de opvolging van de financiële participaties. In 2007werd ze tot voorzitter benoemd van het directiecomité.Naast bestuurders mandaten in de maatschappijen van GroepARCO is zij ook lid van de raad van bestuur bij Dexia SA,Dexia Crédit Local (France), VDK, Censor bij de Nationale Bankvan België en voorzitter van Procura vzw. In 1998 werd zijbij <strong>Aquafin</strong> benoemd tot bestuurder.Roland Van DierdonckProf. Dr. Roland Van Dierdonck isburgerlijk werktuigkundig-elektrotechnischingenieur van de Universiteit Gent endoctor of business administration van deHarvard University. Van 1978 tot 1980doceerde hij aan IMD in Lausanne. In 1980keerde hij naar België terug om les te geven aan deUniversiteit Gent. Van 1987 tot 1990 en vanaf 1996 tot1998 was hij voorzitter van de School voor Management vande Universiteit Gent. In de periode 1985 tot 1992 was hij gast -professor bij Insead, École National des Ponts et Chausséesin Parijs en de University of North Carolina in Chapel Hill.Van 1995 tot 2001 was hij gastdocent aan de Rotterdam Schoolof Management van de Erasmus Universiteit. Van 1998 tot2007 was hij decaan van de onafhankelijke Vlerick Leuven GentManagement School. Op 1 oktober 2007 werd hij professoremeritus van de Universiteit Gent. Hij was lid van de raadvan bestuur van diverse profit en non-profit organisaties.Sinds september 2010 is hij associate director van de EuropeanFoundation for Management Development. Op dit ogenblikis hij voorzitter van de raad van bestuur van de VlaamseMilieuholding NV en lid van de raad van bestuur van IndaverNV en <strong>Aquafin</strong> NV.Jhony Van SteenNa het beëindigen in 1970 van zijnstudies economische wetenschappen aande Vrije Universiteit Brussel, was JhonyVan Steen tot 1978 verbonden aan deuniversiteit als wetenschappelijk mede -werker. In 1978 stapte hij over naar deASLK, waar hij verantwoordelijk was voorde jongerenpolitiek en homebanking introduceerde in 1985.Van 1989 tot 1992 was hij achtereenvolgens adviseur,kabinetschef en adjunct-kabinetschef op het kabinet PTT enhet kabinet Overheidsbedrijven. Tussen 1992 en 1993 vervuldehij de functie van bestuurder-directeur bij ASLK Verzekeringen.Van januari 1994 was hij actief als directeur Publieke enSocial Profit Sector voor Fortis. Hij bekleedde verschillendebestuursmandaten in verzekeringsmaatschappijen in Belgiëen Luxemburg, bij ES-finance, Belgacom, GIMV, PMV/ VPM,VIOM en de scholengroep Dender. Ook vandaag is hij nogactief in diverse raden van bestuur in de publieke en de socialprofit sector. Sinds 2001 is hij bestuurder bij <strong>Aquafin</strong> NV envoorzitter van het Benoemings- en remuneratiecomité.Verslag van de raad van bestuur17


18<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Ivo Van VaerenberghIvo Van Vaerenbergh is burgerlijkwerktuigkundig ingenieur en ingenieur inde milieusanering van de Vrije UniversiteitGent. Hij behaalde een postgraduaatbedrijfs kunde en een master in businessadministration aan de Katholieke UniversiteitLeuven. Hij startte zijn loopbaan bij dediensten Eerste Minister-Programmatie van het Wetenschaps -beleid. Als operationeel directeur stond hij in voor de nationaleR&D programma’s Energie, Leefmilieu en Secundaire Grond -stoffen. Vanaf 1979 tot in 1994 was hij afgevaardigd bestuurdervan Metallo Chimique NV. Hij was voorzitter van de raadvan bestuur van het Studiecentrum voor Kernenergie in Mol(1986-1989) en van de Vlaamse Milieuholding (1994-2002).Als ondernemer is hij sinds 1986 voorzitter-afgevaardigdbestuurder van de REM.B/Morssinkhof Hydraulics Group(Beerse, Roosdaal) en bestuurder bij Renewable VenturesFund cvba, ENERGIUS NV, Thenergo NV en W-Kracht NV.Verder is bij bestuurder bij Reynaers Aluminium NV,Ziekenhuis Netwerk Antwerpen vzw, Lanbokas en EdanBusiness Systems NV. Gedurende twintig jaar was hij in deKempen voorzitter van Voka - Kamer van Koophandel Kempenen tot op heden zit hij de Regionale Nucleaire Coördinatiecel(RNC) voor. Sinds 1995 is hij bestuurder bij <strong>Aquafin</strong> NV.Tussen 1999 en mei 2009 was hij voorzitter.nActiviteitenverslag en aanwezighedenNaast de uitoefening van de bevoegdheden zoals omschrevenin het charter, heeft de raad van bestuur in het afgelopenboekjaar eveneens aandacht besteed aan het verder opzettenen uitbouwen van samenwerkingsverbanden, de financieringen het budgetbeheer voor investeringsprojecten.Tijdens <strong>2011</strong> vergaderde de raad van bestuur acht keer.Tijdens twee vergaderingen waren alle bestuurders aanwezig.Op drie vergaderingen waren negen bestuurders aanwezigen op de overige drie bijeenkomsten waren acht bestuurdersaanwezig. Drie bestuurders waren elk op één vergaderingverontschuldigd. Drie andere bestuurders waren verontschuldigdvoor twee vergaderingen.


AUDITCOMITÉnActiviteitenverslag en aanwezighedennnSamenstellingVoorzitterVOF Materie, vertegenwoordigd doorErik MatthijsPol CoolsMarijke MahieuFrancine SwiggersVlaamse Milieuholding, vertegenwoordigddoor Matrix NV, vertegenwoordigd doorRoland Van DierdonckActiviteitenverslag en aanwezighedenNaast de uitvoering van de activiteitsdomeinen die specifiektoevertrouwd werden aan het auditcomité, werd ondermeer de onafhankelijkheid van de commissaris geëvalueerd,op basis van de verklaring in de management letter per31/12/2010. Na toelichting van het aanbestedingsverslagter benoeming van de commissaris adviseerde het comitéom de opdracht te gunnen aan Ernst & Young. Inzake hetrentemanagement gaf het comité advies voor een aantalhedgingvoorstellen. Ook de impact die de IFRS conversie heeftop een aantal rubrieken uit de balans en/of resultaten -rekening werd uitvoerig besproken, net zoals de toelichtingenonder IFRS. Het comité gaf eveneens advies over een aantalpunten, die betrekking hebben op de relatie met de economischtoezichthouder.In <strong>2011</strong> kwam het auditcomité viermaal samen. Tijdens éénbijeenkomst was het comité voltallig, tijdens de overige verga -deringen was telkens één bestuurder afwezig. Twee bestuurderswoonden alle vergaderingen van het comité bij, de drie overigebestuurders waren elk op één vergadering verontschuldigd.BENOEMINGS- EN REMUNERATIECOMITÉnSamenstellingVoorzitterJhony Van SteenAlain BernardIvo Van VaerenberghNaast de opname van de gebruikelijke domeinen inzakeloonpolitiek, extra legale voordelen, CAO- onderhandelingen,de opstelling van de doelstellingen voor het directiecomitéen de evaluatie van de realisatie van deze doelstellingen,adviseerde het comité de raad van bestuur over de door hetmanagement voorgestelde aanpassing van de organisatie,volgend uit het strategisch plan van <strong>Aquafin</strong>. Ook deimplicaties van de regeringsverklaring op de arbeidskostenwerden in een eerste lezing bekeken.Tijdens het voorbije boekjaar kwam het benoemings- enremuneratiecomité drie keer samen. Twee vergaderingenvonden plaats in aanwezigheid van alle leden, op éénvergadering was één bestuurder verontschuldigd.DIRECTIECOMITÉnSamenstellingGedelegeerd bestuurderDirecteur OperatiesDirecteur InfrastructuurCommercieel directeurDirecteur Procesinnovatieen InformatiesystemenLuc BossynsErik PoppeDirk De WaeleBoudewijn Van De SteeneDanny BaetenVOORNAAMSTE ELEMENTEN VANHET EVALUATIEPROCES VAN DE RAADVAN BESTUUR, DE COMITÉS ENDE INDIVIDUELE BESTUURDERSDe leden van de raad van bestuur evalueren op regelmatigebasis de omvang, samenstelling en werking van dit orgaan.Ook wordt de relatie en interactie met het directiecomitébekeken. De bestuurders ontvangen hierover een analyse vanhet benoemings- en remuneratiecomité. Om deze interactiete beoordelen, komen de niet-uitvoerende bestuurders tenminste éénmaal per jaar samen zonder de gedelegeerdbestuurder.Binnen het evaluatieproces van het auditcomité wordende volgende elementen behandeld: het interne reglement,de samenstelling en benoeming, de vergaderingen, de opleidingvan de leden en de middelen hiervoor, de klokkenluiders -procedure en de relatie met de raad van bestuur. Er wordt ookeen evaluatie gemaakt van de verantwoordelijkheden inzakede financiële rapportering van de vennootschap, de internecontrole en risicobeheerssystemen en tenslotte de interne enexterne audit.Verslag van de raad van bestuur19


20<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Het benoemings- en remuneratiecomité maakt om detwee jaar een evaluatie van haar eigen efficiëntie endoeltreffendheid. Voor deze zelfevaluatie wordt eenindividuele vragenlijst voorgelegd aan de leden van hetcomité. De resultaten worden besproken tijdens eenvergadering van dit comité en voorgelegd aan de raad vanbestuur. Verder wordt een analyse gemaakt van de interactietussen het directiecomité en de raad van bestuur. Het comitégeeft tenslotte advies over de prestaties van de individuelebestuurders met het oog op hun eventuele herbenoeming, enheeft bijzondere aandacht voor de evaluaties van deverschillende voorzitters.REMUNERATIEVERSLAGnNiet-uitvoerende bestuurdersDe algemene vergadering besliste in 2005 om een vastevergoeding per jaar uit te betalen, aangevuld met eenvergoeding per bijgewoonde vergadering van de raad vanbestuur of één van haar comités. Deze bedragen wordenverhoogd met 20% voor de voorzitter van de raad van bestuuren de voorzitters van de comités. Indien de bestuurders eentaak uitoefenen die losstaat van hun normale taken alsbestuurder, wordt hun overeenkomstig de beslissing in 2009een onkostenvergoeding toegekend. Het betreft enkelopdrachten die door de raad van bestuur of het directiecomitéaf en toe aan individuele bestuurders worden toevertrouwd.De vergoedingen worden ten laste genomen van de algemenekosten.nUitvoerend bestuurderDe totale bruto-vergoeding die over <strong>2011</strong> door devennootschap BVBA Bamboss, waarvan de zaakvoerder deuitvoerend (gedelegeerd) bestuurder is, aan <strong>Aquafin</strong> werdgefactureerd is als volgt samengesteld:Basisvergoeding: € 384.415,30Variabel deel: € 139.620,01Pensioenrechten:nvtAndere vergoedingsbestanddelen: € 1.895,95Hij ontvangt geen vergoeding als bestuurder (binnen deraad van bestuur).nDirectiecomitéDe totale bruto-verloning die over <strong>2011</strong> aan de leden vanhet directiecomité – met uitzondering van de uitvoerend(gedelegeerd) bestuurder – werd toegekend, bedraagt:Basissalaris: € 622.501Variabel deel 1 : € 65.986,25Pensioenrechten: € 120.471,06Andere vergoedingsbestanddelen: € 127.220,35NaamOntvangen bedrag totaalVOF Thedes, vertegenwoordigd door Marc van den Abeelen (V) € 38.231,44Alain Bernard € 12.838,94Pol Cools € 13.155,95Marijke Mahieu € 12.786.10Francine Swiggers € 12.469,09Jhony Van Steen (V) € 15.301,06Ivo Van Vaerenbergh € 13.842,81VMH NV, vertegenwoordigd door Matrix NV, vertegenwoordigd door Roland Van Dierdonck € 12.469,09VOF Materie, vertegenwoordigd door Erik Matthijs (V) € 15.681,47((V) = voorzitter)1 Het totale bedrag van dit inkomstenbestanddeel wordt verdeeld in een bedrag dat als brutopremie wordt uitgekeerd en ook onder deze rubriekis opgenomen en een bedrag dat deel uitmaakt van de pensioenrechten en opgenomen werd in de rubriek met die naam.


VOORNAAMSTE KENMERKENVAN DE INTERNE CONTROLE- ENRISICOBEHEERSSYSTEMEN VANDE VENNOOTSCHAPDe raad van bestuur is zich bewust van haarverantwoordelijkheden en houdt rekening met de risico’s bijhet bepalen van de strategische richting die het bedrijfuitgaat. Op haar vergaderingen komen de risicogerelateerdeonderwerpen aan bod. Ook het directiecomité is zich bewustvan het belang van een goede interne controle en een goedrisicobeheer. Risicogerelateerde onderwerpen worden besprokenop de wekelijkse vergaderingen.nAlgemeenNa advies van het benoemings- en remuneratiecomitéwordt door de raad van bestuur het verloningsbeleid zowelvoor het uitvoerend management als voor de gedelegeerdbestuurder vastgelegd. Dit beleid beoogt het aantrekken,behouden en motiveren van bekwame en deskundigepersonen. De omvang van de vergoeding houdt rekening metde individuele taken en verantwoordelijkheden van de ledenvan het directiecomité.De prestaties van het directiecomité worden eenmaal perjaar in aanwezigheid van de gedelegeerd bestuurderbeoordeeld. Uiteraard is de gedelegeerd bestuurder afwezigbij zijn eigen beoordeling. Het benoemings- en remuneratie -comité volgt de procedure nauwgezet, die door de raad vanbestuur wordt goedgekeurd. Elk jaar worden op basis van hetreglement bedrijfs-, persoonlijke en commerciële doelstellingengeformuleerd. Aan elk van deze doelstellingen wordt voorafeen bepaald gewicht in de evaluatie toegekend. Voor <strong>2011</strong>hadden de elementen van evaluatie betrekking op onder meerorganisatorische, budgettaire, economische en ecologischeaspecten en/of resultaten.Naast de evaluatie op basis van de geformuleerdedoelstellingen wordt ook het totale functioneren van hetdirectielid beoordeeld. De periode waarbinnen deze prestatiesbeoordeeld werden, loopt van 1 januari <strong>2011</strong> tot en met31 december <strong>2011</strong>.Er werden geen aandelen(opties) en/of rechten om aandelente verwerven toegekend aan de leden van het uitvoerendmanagement (inclusief de gedelegeerd bestuurder).Er werden geen arbeidsovereenkomsten gesloten metde gedelegeerd bestuurder of een ander lid van het directie -comité op of na 1 juli 2009.Binnen alle afdelingen wordt een risicobeheerbeleidgevoerd, waarbij de beleidslijnen zijn bepaald, procedureswerden uitgeschreven, handtekeningbevoegdheden bepaaldwerden, knipperlichten werden ingebouwd en gebruikgemaakt wordt van checklists. Ook de wijzigingen in dewetgeving worden opgevolgd. Er werden ook de nodigemaatregelen getroffen voor de beveiliging van informatie.Een aantal specifieke afdelingen focussen zich sterk op risico’s:Preventie en Bescherming, Milieu, Compliance Management,de verantwoordelijke Minder Hinder, de ombudsman en deinterne auditor. Daarnaast maakt de vennootschap ook werkvan de opvolging en rapportering van risico’s. Hierbij wordtgebruik gemaakt van een betrouwbaar informatiesysteem ende Balanced Scorecard, als meetinstrument en als rapporterings -systeem. Op de geïnstalleerde procedures worden internkwaliteitsaudits uitgevoerd. Zowel de interne auditor,de externe auditor als de economisch toezichthouder van hetVlaamse Gewest houden toezicht op de vennootschap.CONTROLE VAN DE VENNOOTSCHAPOp 8 juni <strong>2011</strong> werd Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBA,J. Englishstraat 52 te Borgerhout, vertegenwoordigd doorRonald Van den Ecker door een algemene vergaderingbenoemd als commissaris van de vennootschap. Het mandaatvan de commissaris eindigt bij het sluiten van de algemenevergadering die zich uitspreekt over de jaarrekening in 2014.De jaarlijkse vergoeding van de commissaris voor destatutaire controle over de jaarrekening van de vennootschapbedraagt 45.000 euro (exclusief BTW).In het kader van de begeleiding van de omschakeling naarIFRS werd aan de commissaris voor bijzondere opdrachten enaan personen met wie hij beroepshalve in samenwerkings -verband staat een bedrag van 25.000 euro (exclusief BTW)betaald. Verdere informatie is terug te vinden in de toelichtingbij de jaarrekening.Verslag van de raad van bestuur21


22<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>AANDEELHOUDERSSTRUCTUUREN KRUISPARTICIPATIESDe Vlaamse Milieuholding bezit alle aandelen van <strong>Aquafin</strong>NV. Er bestaan geen kruisparticipaties.TOELICHTING BIJ DE AFWIJKING TENOPZICHTE VAN DE CODE<strong>Aquafin</strong> past de bepalingen zoals vastgesteld in deBelgische corporate governance code voor genoteerdebedrijven toe. In bepaalde gevallen wordt afgeweken van decode, wegens het eigen karakter van het aandeelhouderschapvan de onderneming.De bepalingen van de code die niet nageleefd worden,worden hierna verder toegelicht.• Bepaling 5.2/4: meerderheid van onafhankelijke bestuurdersin het auditcomité.Het comité heeft een samenstelling die beantwoordt aande vereisten van de wetgeving (art. 526bis W. Venn.)TRANSACTIES MET VOORWETENSCHAPEN MARKTMISBRUIKVermits de richtlijn 2003/6/EC betreffende de handelmet voorwetenschap en marktmanipulatie sinds de uitgiftevan de obligatielening van toepassing is op de vennootschap,werden in het vernieuwde charter (goedgekeurd door de raadvan bestuur op 14 januari 2010) maatregelen opgenomen omin overeenstemming te zijn met de bepalingen van deze richtlijn.De rol van de compliance officer voor de naleving van detoepasselijke bepalingen en de nodige informatieverstrekkingwerd omschreven. Een verhandelingsreglement zal indiennodig worden opgesteld door de raad van bestuur.De heer A. Vanden Bon, secretaris van de raad van bestuur,is aangesteld als compliance officer.In <strong>2011</strong> werden er geen meldingen gedaan waarop dezebepalingen van toepassing zijn.• Bepaling 5.4/1: meerderheid van onafhankelijke bestuurdersin het benoemings- en remuneratiecomité.Om de continuïteit binnen dit comité te waarborgen,werd geopteerd om de heer Van Vaerenbergh, die geenonafhankelijk bestuurder is, maar die het bedrijf en despecifieke context waarbinnen het moet werken door en doorkent, aan te stellen als lid van dit comité.• Bepaling 8.9: samenroepen van algemene vergaderingen.In de statuten van de vennootschap is de wettelijkedrempel van 20% voor de bijeenroeping van een algemenevergadering opgenomen. Gelet op de eigenheid van hetaandeelhouderschap van de vennootschap heeft een verlagingvan deze drempel vandaag geen nut.


Verslagvan de raadvan bestuurGetrouw aan ons strategisch plan, is <strong>Aquafin</strong> verder gegaanmet de uitbreiding en uitdieping van onze kernactiviteitenvolgens het gekozen model van ‘customer intimacy’. Het volumeaan studies en aanbestede projecten voor het VlaamseGewest en de gemeentelijke klanten samen, lag bijzonderhoog in <strong>2011</strong>. Operationeel scoorden we zeer goed, met eenkwaliteit van het gezuiverde water die beter was dan ooittevoren. Met die resultaten konden we onze reputatie alskenniscentrum in de hele afvalwatercyclus verder versterkenin binnen- en buitenland.Verslag van de raad van bestuur23


24<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Belangrijksteevolutiestijdens hetboekjaarVAN AANBOD- NAAR VRAAGGERICHT BEDRIJFWat <strong>Aquafin</strong> uniek maakt, is onze volledige kennis van de afval -watercyclus. We spelen op Europees niveau mee aan de top binnenelk aspect van waterzuivering: van gebiedskennis, technische entechnologische kennis tot operationele ervaring, asset managementen financiële expertise. Daardoor kunnen we onze klanten eentotaalpakket aan diensten aanbieden, binnen een bedrijfsmodelvan ‘customer intimacy’. Voor onze klanten betekent dat maatwerkbinnen een transparant budget en een duidelijke timing.We streven echter niet alleen naar tevreden klanten die terugkeren.Voor al onze stakeholders moet contact met <strong>Aquafin</strong> eenaangename ervaring zijn.


nOpstart procesgerichte teamsOm te werken op maat van de klant, moest <strong>Aquafin</strong>transformeren van een aanbod- naar een vraaggericht bedrijf.In <strong>2011</strong> zijn we verder gegaan met de implementatie vanprocesgericht werken doorheen de hele organisatie. In datkader werd ook de volledige ICT-architectuur hertekend.In 2012 vinden al de eerste migraties plaats.Vraaggericht gaan werken, houdt echter veel meer in danhet kantelen van de structuur van het bedrijf. Om succesvol tezijn, moet het lerend vermogen van de organisatie wordenaangescherpt en moet de autonomie van de medewerkersworden vergroot. Binnen het bedrijf maken we werk vanmultidisciplinaire teams die gezamenlijk verantwoordelijk zijnvoor een volledig proces en stappen we meer en meer af vangespecialiseerde afdelingen. De grootste stap op dit gebiedwas de installatie van de business units eind vorig jaar, die deinteractie moeten bevorderen tussen de kernprocessenVisievorming op het netwerk en Versnelde uitvoering en hetsturend proces Accountmanagement.nDuidelijke engagementen naar stakeholdersHoe groter de autonomie van teams en individuelemedewerkers, hoe duidelijker het voor iedereen moet zijnwaar het bedrijf voor staat en welke richting het uit wil.<strong>Aquafin</strong> had al een duidelijke missie, een uitgeschreven visieen expliciete bedrijfswaarden. Deze waarden hebben we hetvoorbije jaar verder vertaald in concrete engagementen naaral onze stakeholders. Het gaat niet om wetten, maar om eenkader dat duidelijk maakt hoe elke medewerker in contactenmet klanten en andere stakeholders volgens de bedrijfs -filosofie moet handelen, zonder dat telkens te moetenafchecken met de hiërarchische lijn. Daardoor komt er meerruimte vrij voor eigen initiatief.FINANCIERING VAN AQUAFININ EEN GEWIJZIGDE MARKTnVerschuiving naar institutionele investeerdersIn <strong>2011</strong> was de financieringsbehoefte voor <strong>Aquafin</strong> veelgroter dan voorgaande jaren. Dat kwam vooral door de aankoopvan de VMM-gronden en installaties die het gewest opgedragenhad. In de huidige financiële situatie is het aan te raden omfinancieringen vast te leggen nog voordat ze nodig zijn, ook alheeft <strong>Aquafin</strong> nooit problemen op dat gebied gehad.Na de banken- en financiële crisis is het financierings -landschap drastisch gewijzigd. De ‘cost of fund’ van de bankenis sterk gestegen en er is een grote diversificatie tussen debanken ontstaan.Daardoor waren de banken beperkt in hun mogelijkhedenom bijkomende leningen te verstrekken, maar de mogelijkhedenvia commercial paper bij andere investeerders was voldoenderuim. <strong>Aquafin</strong> kwam daar met zijn sterke rating zeker voor inaanmerking. Die alternatieve financiering is gevonden bijBelgische institutionele investeerders, op basis van onzeeigen leningdocumentatie, en gezocht via BNP Paribas Fortisen Dexia Bank België (Belfius).nCONTINU VERBETERENContinu Verbeteren zien we zozeer als noodzaak,dat de manier waarop we die organisatiegroei willenrealiseren gedefinieerd werd als een proces binnen <strong>Aquafin</strong>.Het wordt vorm gegeven door verbeter voorstellen samente brengen over de afdelingen heen en ze te prioriterenaan de hand van business cases, door de realisaties op tevolgen en het bereikte resultaat te controleren. Binnen deafdeling Business Excellence, die in <strong>2011</strong> werd opgericht,zijn specifieke disciplines van Continue Verbeteringsamengebracht die voorheen verspreid over de organisatiewerden uitgevoerd: Process Management, Kenniscreatie,Kostenmanagement en Energiemanagement.Nieuwe lening bij de Europese InvesteringsbankOok met de Europese Investeringsbank is <strong>Aquafin</strong> inonderhandeling voor een nieuw krediet. De EIB en <strong>Aquafin</strong>werken al sinds 1994 samen. <strong>Aquafin</strong> is deze instelling zeerdankbaar voor het advies en de ondersteuning gedurende aldie tijd. Met de achtste lening die in aantocht is meegerekend,heeft de Europese Investeringsbank de waterzuiveringssectorin Vlaanderen al voor 1,4 miljard euro gesteund.Verslag van de raad van bestuur25


26<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>nNieuwe financieringsuitdagingenDe evolutie op de financiële markten heeft een impact opde structuur waaronder <strong>Aquafin</strong> haar financiële behoefteninvult. Tot 2010 was er een match tussen de betalingen vande aflossingen van de leningen op lange termijn en deontvangsten uit de facturatie aan het Vlaamse Gewest /de drinkwatermaatschappijen. Door de gewijzigde markt -omstandigheden kan <strong>Aquafin</strong> de financieringsbehoefte nietsteeds invullen met kredieten die de gewenste kenmerkenhebben (leningen met kortere looptijden dan 30 jaar en‘bullet’ leningen waarbij enkel interest betaald wordt en geenkapitaal, in plaats van leningen met een aflossend karakter).Het wordt dus mogelijk dat op jaarbasis de betalingen doorde drinkwatermaatschappijen de terugbetalingen van deleningen niet volledig dekken, waardoor het risico ontstaatdat er geen financiering tegen redelijke condities beschikbaaris in de geld- of kapitaalmarkt op het moment dat bestaandefinancieringsarrangementen komen te vervallen. <strong>Aquafin</strong> zal welaltijd voldoende aanspraken op de drinkwater maatschappijen /het Vlaamse Gewest hebben om alle leningen terug te betalen.Dat laatste is uitdrukkelijk opgenomen voor de kredieten oplange termijn, die onder de affectatieovereenkomst vallen(de affectatieratio).nUitvoering fase 2 aankoop VMM-activaNaast de financiering van het optimalisatieprogramma,is financiering op lange termijn aangetrokken om installatiesen de bijhorende gronden van de Vlaamse Milieumaatschappijaan te kopen. De eerste fase van de aankoop vond plaats in2010, voor een waarde van ruim 150 miljoen euro. In <strong>2011</strong> werdde tweede fase van deze operatie uitgevoerd en heeft <strong>Aquafin</strong>voor bijna 154 miljoen euro gronden en installaties van hetVMM-patrimonium aangekocht.In het kader van de beheersovereenkomst tussen hetVlaamse Gewest en <strong>Aquafin</strong> kreeg het bedrijf in 1994 hetgebruiksrecht van de installaties die al opgericht warenvoordat het bedrijf actief was. Deze installaties staan niet opde balans van <strong>Aquafin</strong>. De investeringen voor renovaties enuitbreidingen van deze installaties, die <strong>Aquafin</strong> de voorbijejaren heeft uitgevoerd, staan wel op onze balans. Omdat hetbeheer van dit patrimonium door twee partijen niet efficiëntbleek, had de Vlaamse Regering beslist om de installaties ende bijhorende gronden die in handen zijn van de VlaamseMilieumaatschappij (VMM) door <strong>Aquafin</strong> te laten aankopen,exploiteren en financieren. Om de financiering van deuitgaven voor deze aankoop van VMM-installaties mogelijkte maken, zijn de beheersovereenkomst en de affectatie -overeenkomst aangepast.Een gedeelte van de aankoop is niet met vreemde middelenmaar met eigen middelen gefinancierd, en wordt nietdoorgerekend in de drinkwaterfactuur. Wel zal bij een eventueeleinde van de beheersovereenkomst het overeenkomstigebedrag in één keer doorgerekend kunnen worden. Het gedeeltegefinancierd met vreemde middelen wordt doorgerekend overeen periode van 20 jaar. Voor de financiering van de aankoopheeft <strong>Aquafin</strong> beroep gedaan op niet-financiële instellingenwaaronder verzekeringsmaatschappijen en pensioenfondsen,die door hun eigen verplichtingen (cf. Solvency II) te vindenwaren voor deze kredietformule. Deze toonden over hetalgemeen interesse voor een amortizerend karakter van deschuldaflossing op 20 jaar, wat overeenkomt met defacturatiestromen richting de drinkwatermaatschappijen.nRating <strong>Aquafin</strong> volgt beoordeling van het Vlaamse GewestKredietbeoordelaar Moody’s verlaagde eind <strong>2011</strong> de ratingvan België. Kort daarop volgde ook een ratingverlaging voorhet Vlaamse Gewest, de Franse Gemeenschap en het WaalseGewest. Het Vlaamse Gewest is met twee niveaus omlaaggebracht naar Aa2, met een negatieve outlook. Deze ratingblijft hoger dan die van België, die op Aa3 staat.De beoordeling van de kredietwaardigheid van <strong>Aquafin</strong> isop hetzelfde niveau als het Vlaamse Gewest gebracht.Deze aanpassing is alleen geïnspireerd door de nauwe banddie <strong>Aquafin</strong> heeft met het Vlaamse Gewest. Ze is nietbeïnvloed door de financiële structuur van <strong>Aquafin</strong>, dieongewijzigd is gebleven. De P-1 rating op korte termijn bleefonveranderd. Ook met deze aangepaste rating blijft <strong>Aquafin</strong>tot de top van kredietwaardige bedrijven behoren. Het bedrijfbleef het vertrouwen genieten van diverse kredietverstrekkers.nActief rentemanagementDoor het renterisico actief te beheren, wil <strong>Aquafin</strong> definancieringskost optimaliseren. In mei 2006 heeft de raad vanbestuur de krijtlijnen van een dynamisch beheer van hetrenterisico goedgekeurd. In 2008 werd het rentebeleidaangepast. In 2009 werden voornamelijk de omschrijvingenen definities aangepast. Aan de principes zelf werd nietsgewijzigd.Het actief rentemanagement mag toegepast worden opmaximum 35% van de onderliggende schuld van <strong>Aquafin</strong>’stotale schuld op lange termijn en heeft als doel omrentebesparingen te realiseren. De portefeuille mag alsvolgt opgebouwd zijn: minimum 65% vastrentend karakter en35% vlottend karakter, waarvan 25% met ultiem plafond en10% volledig vlottend.


Voor de indekking van toekomstige financieringsbehoeftenvoorziet het rentebeleid in een dynamisch rentemanagement -programma tot maximum 50% van de toekomstige schuld oplange termijn, met een horizon van 5 jaar. Hierbij dient ersteeds voor gezorgd te worden dat de risico’s ingedekt zijn ener telkens een onderliggende lening overeenkomt met eenindekkingstructuur.Het financiële resultaat van het rentemanagement wordtberekend tegen individuele benchmarks (het resultaat vaneen individuele strategie in vergelijking met de geldende swaprente op het moment van het opzetten/uitvoeren van destructuur). De rentekost van de onderliggende lening moetworden samengenomen met het resultaat van de structuurdie hierop gebouwd is, om de uiteindelijke financieringslastte kennen. Het financiële resultaat wordt verrekend metde drinkwatermaatschappijen.In <strong>2011</strong> zijn er nieuwe structuren opgezet voor onzetoekomstige financieringsbehoefte. Ook de bestaandestrategieën zijn geoptimaliseerd. <strong>Aquafin</strong> blijft hierbij binnende vooropgezette 35% en 50%. De helft van de opbrengstvan het rentemanagement wordt onmiddellijk in minderinggebracht van de factuur aan de drinkwatermaatschappijen.De andere helft wordt binnen het bedrijf gehouden als eenbuffer voor eventuele optimalisaties. Op het einde van het jaarwordt het globale resultaat bekeken van alle hedgingoperaties samen, zodat voor elke euro die naar de buffer gaat,er een in mindering van de factuur aan de drinkwater -maatschappijen komt.nBoekhouding overgeschakeld op internationale standaard<strong>Aquafin</strong> rapporteert vanaf de jaarafsluiting per 31 december<strong>2011</strong> volgens de IFRS-standaarden die van toepassing zijn.Naast de rapportering volgens de algemeen aanvaardeBelgische boekhoudnormen (Belgian GAAP) worden er ookgeconsolideerde IFRS-financiële staten opgemaakt. Ze omvatteneen balans, een overzicht van gerealiseerde en niet-gerealiseerderesultaten, een mutatieoverzicht van het eigen vermogen,een kas stroom overzicht en uitgebreide toelichtingen, inclusiefwaarderingsregels.EU-BOETE VOOR BELGIË - EEN LAATSTE STANDVAN ZAKENOp het moment voldoet België nog niet aan de bepalingenvan de Europese richtlijn Stedelijk Afvalwater voor deagglomeraties boven 10.000 inwoners. Europa legde in ditdossier een verzoekschrift neer bij het Europese Hof met hetoog op een veroordeling van België.Wat Vlaanderen betreft gaat het nog om één enkeleagglomeratie/zuiveringsinstallatie die niet volledig in orde is,met name die van Beersel. Die installatie is operationeel,maar er konden nog voor geen volledig jaar de verplichtestaalnames voorgelegd worden.Verslag van de raad van bestuur27


28<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Uitbouw vande zuiverings -infrastructuurvoor het VlaamseGewestIn de loop van <strong>2011</strong> hebben we de mensen die werken aan deprocessen Visie op het netwerk, Versnelde uitvoering van projectenen Account management samengebracht in business units.Zo hebben we onze kernprocessen klaargemaakt voor groei in detoekomst. Ondanks die interne focus werden er bijzonder veelprojecten voor de uitbouw van de zuiveringsinfrastructuur inVlaanderen uitgevoerd. Als we de aanbestedingsbedragen voor hetgewest en voor klant-gemeenten optellen, blijkt <strong>2011</strong> zelfs één vande beste jaren ooit. We verwachten dat het werken in businessunits in 2012 echt gaat renderen, zodat we projecten volledigontwerpen, uitvoeren en afwerken volgens onze eigen hogekwaliteitstandaarden en we tegelijkertijd het resultaat leverendat de klant vraagt.


De opgestarte business units zullen ook de samenwerkingmet de operationele teams verdiepen, om zo te komen totoptimaal werkende zuiveringsgebieden. Vooral de gebieds -ingenieurs binnen het proces Visie, zullen een belangrijke rolspelen binnen ons asset management.nVerhoogd aanbestedingsvolumeDe actieve opdrachtenportefeuille met investerings -projecten voor het Vlaamse Gewest bedroeg op 31 december<strong>2011</strong> ruim 1,3 miljard euro voor 1.316 projecten. <strong>Aquafin</strong> leverdetot die datum 2.268 investerings- en renovatieprojecten opvoor bijna 3 miljard euro.WAARDE PROJECTENPORTEFEUILLEnnnIn ontwerp:934,03 mio euroGegund enaanbesteed:403,51 mio euroVisie-ontwikkeling over de uitbouw en het beheer vande zuiveringsinfrastructuurIn hydraulische studies worden de fysische parametersvan het stelsel geregistreerd en vastgelegd. In <strong>2011</strong> heeft<strong>Aquafin</strong> 36 hydronautstudies opgeleverd, voor een totaal vanruim 3 miljoen euro. Hiervan waren 25 studies nodig voorde uitbouw van het rioolstelsel, de overige 11 studies haddentot doel de kennis over de zuiveringsgebieden te vergroten.nOpgeleverd2.964,21 mio euro<strong>Aquafin</strong> bracht in <strong>2011</strong> voor 154 miljoen euro aan projectenop de markt voor het Vlaamse Gewest. Dat is 3 miljoen euromeer dan in 2010. De target van 160 miljoen euro werdbijgesteld naar 157 miljoen, op basis van de werkelijke prijzendie de aannemers indienden bij de aanbestedingen vanprojecten. Van dat bedrag is 98% gerealiseerd. Doordat derichtlijn Stedelijk Afvalwater bijna volledig is uitgevoerd,waren de projecten die moesten worden aanbesteed relatiefklein. Zulke projecten vragen veel technische en administratieveopvolging, maar dragen elk apart weinig bij aan het globaleaanbestedingsvolume. Voor 2012 ligt de target op 183 miljoeneuro, vooropgesteld dat die doelstelling past binnen debudgetten van het Vlaamse Gewest.Door samenwerking met gemeentes en intercommunalessteeg het bedrag van 154 miljoen euro dat <strong>Aquafin</strong> voor hetgewest realiseerde tot 250 miljoen euro.Voor de aanbesteding van commerciële projecten was <strong>2011</strong>een topjaar, met een totaalbedrag van ruim 45 miljoen euro.Beide soorten projecten gecombineerd, geeft één van de hoogsteaanbestedingsvolumes ooit voor projecten voor de uitbouw enoptimalisatie van de zuiveringsinfrastructuur in Vlaanderen.Voor alle agglomeraties was bepaald welke zuiverings -infrastructuur prioritair is om aan de richtlijn StedelijkAfvalwater te voldoen. In agglomeraties groter dan10.000 inwonersequivalent zijn alle zuiveringsinstallatiesopgeleverd. Alle collectoren zijn al in gebruik genomen,maar drie projecten moeten nog wel nog wordenopgeleverd. In agglomeraties tussen 2.000 en 10.000inwonersequivalent ontbreekt er begin 2012 nog slechtséén zuiveringsinstallatie in Melsbroek. Deze installatie zalin de loop van 2012 operationeel worden. De resterende13 prioritaire collectoren zijn allemaal in uitvoering.Vorig jaar maakten we werk van een multilateraleovereenkomst voor studieopdrachten. Zo willen we een relatieop lange termijn uitbouwen met kwalitatief goede studie -bureaus en kunnen we capaciteit reserveren op de markt zonderdie te verstoren. Deze werkwijze moet ook de doorlooptijdverkorten bij toewijzing van opdrachten. De oproep voorkandidatuurstelling is gelanceerd.Verslag van de raad van bestuur29


30<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>AANBESTEDINGSRITME (in miljoen euro)OPLEVERINGSRITME (in miljoen euro)300250200150100503002502001501005002003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 <strong>2011</strong>02004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 <strong>2011</strong>n <strong>Aquafin</strong> n Aandeel andere instantiesn Budget n Totaal opgeleverdn Evenveel projecten afgewerkt maar minder opgeleverdIn <strong>2011</strong> heeft <strong>Aquafin</strong> voor het Vlaamse Gewest projectenopgeleverd voor een totaal van 146 miljoen euro. We hebbenvoor 158 miljoen euro projecten uitgevoerd, volgens deafgesproken target, maar door vormelijke tekortkomingen inonze opleveringsdossiers, heeft de klant maar voor 146 miljoeneuro aan projecten als opgeleverd beschouwd. Alle gebouwdezuiveringsinfrastructuur is wel in dienst genomen en devormelijke aspecten in de resterende dossiers werden begin2012 recht gezet.In <strong>2011</strong> werden 13 nieuwe zuiveringsinstallaties opgeleverd:in Engsbergen, Sint-Joris-Winge, Kemmel, Vissenaken,Wetteren-Westrem, Kruiseke, Bavegem, Heldergem, Oplinter,Asse-Bekkerzeel, Duffel-Mijlstraat, Hoepertingen en Geetbets.Vier zuiveringsinstallaties werden gerenoveerd. Het gaat omde installaties in Sint-Amands, Heist, Bocholt en Itegem.De target voor 2012 bedraagt ook voor de opleveringen183 miljoen euro, ook hier mits de nodige budgetten enmiddelen worden goedgekeurd. Deze doelstelling is de laatste10 jaar niet meer zo hoog geweest. Ook de targets voor decommerciële projecten in opdracht van de gemeenten liggenelk jaar hoger.Om het afvalwater naar de zuiveringsinstallaties tetransporteren heeft <strong>Aquafin</strong> 171 km bijkomende leidingenen 55 nieuwe pompstations in exploitatie genomen.Eind <strong>2011</strong> had <strong>Aquafin</strong> in totaal 256 zuiveringsinstallaties,1.252 pomp stations en 4.914 km leidingen in beheer.Van die leidingen is 3.734 kilometer door <strong>Aquafin</strong> zelfaangelegd. De overige 1.180 kilometer is overgenomeninfrastructuur.


WATERZUIVERING IN VLAANDEREN BIJNAOP HET NIVEAU VAN DE BUURLANDENVoor de opstart van <strong>Aquafin</strong>, werd amper 28% van het huis -houdelijke afvalwater in Vlaanderen gezuiverd. Twintig jaarlater is de kloof in zuiveringsgraad tussen de verschillendebekkens duidelijk aan het dichtgroeien en is de totalehoeveelheid gezuiverd water meer dan verdubbeld tot 80%.Daarmee nadert het gewest het zuiveringsniveau van debuurlanden.Onze buurlanden begonnen in 1991 aan de uitvoeringvan de richtlijn Stedelijk Afvalwater met een veel hogerezuiveringsgraad dan Vlaanderen: 94% in Nederland, 69% inFrankrijk, 83% in Engeland en 86% in Duitsland. Vandaag ligtde zuiveringsgraad er 5% tot 14% hoger, terwijl Vlaanderen indie periode een vooruitgang maakte van 52%. In absolutecijfers werden er in de buurlanden natuurlijk méér inwonersaangesloten de voorbije twintig jaar, maar toch mogen wetrots zijn op de bereikte resultaten.De vooruitgang die geboekt werd is vooral opmerkelijkomdat het in Vlaanderen complexer is om de nodige zuiverings -infrastructuur uit te bouwen dan in de buurlanden. Dat komtdoor onze grote hoeveelheid lintbebouwing. Duitsland enNederland bijvoorbeeld, hebben zeer geconcentreerde woon -kernen, waardoor het mogelijk is om honderdduizendeninwoners op één zuiveringsstation aan te sluiten met eenbeperkter aantal leidingen. In Vlaanderen zijn er om datzelfdeaantal inwoners aan te sluiten, veel meer collectoren en meerkleine stations nodig. Procestechnologisch zijn die kleineinstallaties ook nog eens complexer.Op gebied van de kwaliteit van het gezuiverde huis -houdelijke afvalwater, is Vlaanderen al een koploper in Europa.Onze zuiveringsinstallaties zitten bij de top voor de verwijderingvan de aangevoerde vuilvracht. Engeland en Wales bijvoorbeeld,kunnen wel een zuiveringsgraad van 97% voorleggen, maarslechts de helft (47%) van de zuiveringsstations verwijdertde nutriënten stikstof en fosfor. Een aantal jaren geledengebeurde dat in Frankrijk ook slecht op 42% van de stations.*In Vlaanderen daarentegen worden nutriënten verwijderd uit98% van het rioolwater dat op de zuiveringsinfrastructuuraangesloten is.* Bron: Eurostat.Verslag van de raad van bestuur 31


32<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Bouwactiviteit per bekken in <strong>2011</strong>IJZER - BRUGSE POLDERS - GENTSE KANALEN - LEIEKNOKKE●●HEISTWATERVLIET●BOEKHOUTE●BRUGGE ●●MALDEGEMSINT-JAN-IN-EREMO●MOERBEKE -OOSTENDE ●KRUISSTRAAT●ZELZATE ●●● BRUGSE POLDERSEEKLO● STEKENEJABBEKEERTVELDE ●MOERBEKE ●●● SINT-NIKLAASIJZERBEERNEMSINAAI SINT-NIKLAAS -GENTSE KANALEN●●ZOMERGEMHEIMOLENWULPENKOEKELAREAALTER●●RUDDERVOORDE ●●● EVERGEM●● PERVIJZEBALIEBRUGGE ●● SINT-PIETERSVELDADINKERKE●KORTEMARKWINGENENEVELE●● GENT●WOUMEN●● LATEM●●STADENHOOGLEDE -TIELT● DEURLELO ●HAZELSTRAAT●●DEINZEPITTEM● VLETERENROESELAREROESBRUGGE ●●● OLSENE● INGELMUNSTERWATOU●IEPER●●ZONNEBEKEMOORSLEDEWAREGEMLEIE●●● BEVEREN-LEIEPOPERINGE ● VLAMERTINGE●●● HARELBEKEWESTOUTERIEPER - HOLLEBEKELEDEGEMHEULE●KRUISEKE ●●KEMMELMENENLOKER●●●●●●l in exploitatie genomen in <strong>2011</strong>IJZERZuiveringsgraad: 76,5% (75,6% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 19 RWZI’sl 90 pompstationsl 385 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 16 13.809.864 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 6 3.982.998 €GENTSE KANALENZuiveringsgraad: 80,6% (80,2% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 15 RWZI’sl 89 pompstationsl 385 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 12 18.020.557 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 11 14.244.233 €BRUGSE POLDERSZuiveringsgraad: 84,9% (84,4% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 12 RWZI’sl 101 pompstationsl 342 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 8 4.645.629 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 6 8.678.909 €LEIEZuiveringsgraad: 72,8% (69,4% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 17 RWZI’sl 69 pompstationsl 350 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 12 7.790.739 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 6 5.994.334 €


BENEDEN-SCHELDE - BOVEN-SCHELDE - DENDERANTWERPEN - NOORDBERENDRECHTBENEDEN-SCHELDE● BRASSCHAATKIELDRECHT ●KALLOSCHOTENDE KLINGE ●MERKSEM ● ●●●●SCHILDEBEVERENDEURNEBURCHT ●●WOMMELGEMANTWERPEN - ZUID ●● BOECHOUT●●●AALBEKE -TOLPENHOEK● ●ROLLEGEM●●●●TEMSE●● ●HAMME BORNEM●● ● EDEGEMAARTSELAAR● BOOM●LOKERENDESTELBERGEN● ●SINT-AMANDSBLAASVELDZELE●●●RUISBROEKBERLAREOVERSCHELDE●●DENDERMONDEMERELBEKE●●●● ●WICHELENLONDERZEELMELLE ●WETTERENDE PINTE - ZEVERGEM ●●LEDE ●LEBBEKE - ROOIEN●EKE ●OOSTERZELEAALSTBAMBRUGGE●MERCHTEM●GAVERE ●BAVEGEM ●●●● ASSE - BOLLEBEEKKRUISHOUTEMDIKKELVENNELIEDEKERKEHELDERGEM●ASSE - BEKKERZEELBOVEN-SCHELDE● ZWALM●SINT-ANTELINKS DENDEROUDENAARDESINT-MARIA-LIERDE● NINOVE● ELSEGEM BRAKEL ● ●● ZANDBERGENSCHORISSE ●● KLUISBERGENPARIKE● GERAARDSBERGEN●AVELGEM●●RONSE● GALMAARDENHELKIJNl in exploitatie genomen in <strong>2011</strong>BENEDEN-SCHELDEZuiveringsgraad: 88,3% (87,6% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 41 RWZI’sl 166 pompstationsl 767 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 15 17.114.997 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 6 10.347.616 €DENDERZuiveringsgraad: 79,4% (78,6% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 12 RWZI’sl 101 pompstationsl 439 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 14 11.184.237 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 13 10.087.725 €BOVEN-SCHELDEZuiveringsgraad: 68,1% (65,1% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 16 RWZI’sl 34 pompstationsl 182 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 14 8.252.966 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 10 11.343.568 €Verslag van de raad van bestuur33


34<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>DIJLE - NETERAVELS●OUD-TURNHOUTBEERSE ●●● TURNHOUT● ARENDONK●MALLE ●●VOSSELAARMOL-POSTEL● ZOERSEL● RETIE● LICHTAART● DESSELPULDERBOS●GROBBENDONK ● GEEL - MOSSELGORENVIERSEL ● ● ●●●HERENTALSMOLNIJLENNETEHOVE ●● ●MORKHOVENLIER● GEELBERLAAR●DUFFEL - MIJLSTRAAT● ITEGEMDUFFEL ●HEIST-OP-DEN-BERG ●●● WESTERLOMECHELEN - NOORD ●HULSHOUTBONHEIDEN●WOLFSDONK●ZEMST - KESTERBEEK ZEMST - HOFSTADE●ZEMST - LAREBEEK ● ●●● BOORTMEERBEEKHUMBEEK●● KAMPENHOUTGRIMBERGEN ●STEENOKKERZEEL - NOORD●KORTENBERG ● LEUVEN●LENNIK - VARENBERGBEEK●NEGENMANNEKE●SINT-PIETERS-LEEUW●BEERSELDIJLETERVUREN●●BIERBEEK● OUD-HEVERLEE●HULDENBERGl in exploitatie genomen in <strong>2011</strong>DIJLEZuiveringsgraad: 72,0% (71,2% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 19 RWZI’sl 133 pompstationsl 488 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 8 8.341.831 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 21 29.751.301 €NETEZuiveringsgraad: 75,7% (75,1% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 32 RWZI’sl 126 pompstationsl 528 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 11 12.040.044 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 8 7.543.414 €


DEMER - MAASESSEN ●KALMTHOUT ●HOOGSTRATEN● POPPEL●●● ZONDEREIGENMAASLOENHOUT●MERKSPLAS●BRECHTACHEL●● HAMONTLOMMEL ● ●OVERPELT●LOZEN●BOCHOLTEKSEL ●KINROOI●● ● KESSENICH●BREEPEER● NEEROETERENBEVERLOMAAS●TESSENDERLO● KOERSEL● DILSEN●ENGSBERGENHEUSDENHOUTHALEN - CENTRUM●ZICHEM●●MESSELBROEK●● LUMMEN - GENEIKENHOUTHALEN - OOSTZONHOVEN● ●●AARSCHOT ● ●DIEST ZOLDER ● HASSELT - KIEWIT● EISDENRILLAAR●●●● ●●HALENKERMTBOORSEM ●●HASSELT BOKRIJK GENKROTSELAAR● LANAKENSINT-JORIS-WINGE DEMER● BILZENALKEN ●●VISSENAKEN SINT-TRUIDEN WIMMERTINGENROOSBEEK●● HOESELT●RIEMSTNEERVELPZOUTLEEUW ●BORGLOON - TIVOLIBIERBEEK - KLEINBEEK ●●HOEPERTINGEN ●TIENEN ●●●HASSELT - KIEWITBORGLOON - NEREM ●ZICHEN●●●●HOEGAARDENGELMENTONGERENLANDEN -RUMSDORPMOELINGEN●VOEREN - VEURS●●●●●OPLINTER ●●l in exploitatie genomen in <strong>2011</strong>DEMERZuiveringsgraad: 70,7% (69,8% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 42 RWZI’sl 129 pompstationsl 601 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 17 22.750.843 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 17 23.775.986 €MAASZuiveringsgraad: 84,4% (84,0% in 2010)Bovengemeentelijke infrastructuur in beheer:l 30 RWZI’sl 98 pompstationsl 452 km leidingenAANTALGUNNINGSBEDRAGProjecten in uitvoering 20 29.830.070 €AANTAL OPLEVERINGSBEDRAGOpgeleverde projecten 11 20.036.682 €Verslag van de raad van bestuur35


36<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Beheer vande zuiverings -infrastructuurvoor het VlaamseGewestIn <strong>2011</strong> behaalde <strong>Aquafin</strong> de beste zuiveringsresultaten voorhet aangevoerde huishoudelijke afvalwater ooit. Voor een stuk zijnde goede resultaten te danken aan de weersomstandigheden,maar onze goede procesopvolging heeft wel de doorslag gegeven.De effluentresultaten van <strong>2011</strong> werden geëvalueerd voor 249rioolwaterzuiveringsinstallaties (RWZI’s). Dat zijn de zuiverings -installaties waarvan het Vlaamse Gewest in 1994 de exploitatie aan<strong>Aquafin</strong> toevertrouwde en de installaties die <strong>Aquafin</strong> zelf bouwde enopleverde aan de aannemer vóór juli <strong>2011</strong> én waarvoor de VlaamseMilieumaatschappij een controleprogramma lopende heeft.


RECORD AANTAL ZUIVERINGSINSTALLATIESVOLDEED AAN ALLE NORMENIn <strong>2011</strong> voldeden 246 installaties of 98,8% aan alleopgelegde emissiegrenswaarden (oranje balken in de figuur).De grafiek toont de evolutie slechts over de jongste tien jaren,maar het leidt geen twijfel dat dit de beste effluentresultatenzijn sinds de oprichting van <strong>Aquafin</strong>.Eén waterzuiveringsinstallatie (paars balkje in de grafiek)voldeed niet aan de effluentnormen van de Europese richtlijnStedelijk Afvalwater. Dezelfde normen waren tot april 2004ook de sectorale normen van het Vlaamse Gewest. RWZI Jabbekevoldeed niet ten gevolge van een teveel aan lichte norm -overschrijdingen voor BZV en CZV. De installatie behaalde ookniet het verplichte verwijderingspercentage voor dezeparameters en voor zwevende stoffen.GROOTSTE HOEVEELHEID NUTRIËNTEN OOITAANGEVOERD ÉN VERWIJDERDHet gemiddelde verwijderingspercentage blijft al sindseen paar jaren stabiel voor BZV (98%), CZV (90%) en zwevendestoffen (96%). Voor stikstof en fosfor heeft de Vlaamseregering in 1995 een norm van 75% vastgelegd voor detotaliteit van de openbare waterzuiveringsinstallaties.Deze targets werden ook in <strong>2011</strong> ruim gehaald, met 82%voor stikstof en bijna 86% voor fosfor. <strong>2011</strong> was een topjaarmet nieuwe record- verwijderingspercentages voor alleparameters. Bovendien werden er nog nooit zo’n grotevuilvrachten fosfor en stikstof aangevoerd én verwijderd.Twee andere zuiveringsinstallaties voldeden enkel enalleen niet door de strengere normen van de VLAREM-Kleinetrein-wijziging. Ze worden in de figuur aangegeven met eenblauw balkje. RWZI Lede strandde op een tekort van 4 procentvoor het verplichte verwijderingspercentage voor stikstof.Het jaargemiddelde voor fosfor van RWZI Eksel lag 0,1 mg/lte hoog.EVALUATIE VAN DE WERKING VAN DE RIOOLWATERZUIVERINGSINSTALLATIES100%90%80%70%60%50%40%30%20%10%0%2002 2003 2004 2005 2006 2007 2008 2009 2010 <strong>2011</strong>n Voldaan t.o.v. alle normenn Niet voldaan (t.o.v. de strengere normen Vlarem Kleine Trein)n Niet voldaan (t.o.v. de normen van 2003)Verslag van de raad van bestuur37


38<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>VERWIJDERDE VUILVRACHT EN ZUIVERINGSRENDEMENTVAN ALLE RIOOLWATERZUIVERINGSINSTALLATIESnBiologisch zuurstofverbruikn Zwevende stoffen75100120100Verwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)706560959085VerwijderingspercentageVerwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)11010090959085Verwijderingspercentage55808080‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘11‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘11nChemisch zuurstofverbruiknStikstof2001002085Verwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)190180170160959085VerwijderingspercentageVerwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)1816141280757065Verwijderingspercentage150801060‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘11855nFosfor‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘11Verwijderde vuilvracht(in 1.000 ton/jaar)3,22,82,490858075VerwijderingspercentageIn de grafieken wordt de verwijderde vuilvracht van detotaliteit van de rioolwaterzuiveringsinstallaties voorgesteldevenals het verwijderingspercentage. Per gemeten parameter(BZV, CZV, zwevende stoffen, stikstof en fosfor) wordt hetverschil bepaald tussen de biologisch behandelde vuilvracht ende restvuilvracht die geloosd wordt na biologische zuivering.Het verschil is de verwijderde vuilvracht, aangegeven in1.000 ton/jaar. Het verwijderingspercentage is gelijk aan detijdens de biologische behandeling verwijderde vuilvracht,gedeeld door de totale biologisch behandelde vuilvracht.2,0‘02 ‘03 ‘04 ‘05 ‘06 ‘07 ‘08 ‘09 ‘10 ‘1170nlVerwijderde vuilvrachtVerwijderingspercentage


OPNIEUW MEER VUILVRACHT AANGEVOERDEN BIOLOGISCH VERWERKTDe gemeten vuilvrachten die op de rioolwaterzuiverings -installaties aangevoerd worden, kunnen worden omgezet inhet aantal inwoners die al op de zuiveringsinfrastructuuraangesloten zijn. Het Vlaamse Gewest telt ruim 6,25 miljoeninwoners. Aangezien in <strong>2011</strong> de zuiveringsgraad ongeveer 78%bedroeg, zijn er in theorie 4,9 miljoen inwoners aangeslotenop de collectieve waterzuivering. Trekt men hiervan deVlaamse huishoudens af waarvan het afvalwater in de tweeBrusselse zuiveringsinstallaties behandeld wordt, dan komtmen op 4,8 miljoen inwoners waarvan de vuilvracht zoumoeten aangesloten zijn op zuiveringsinstallaties van<strong>Aquafin</strong>. De vuilvracht van de bedrijven die aangesloten zijn opde collectieve zuivering, is niet meegeteld.Voor het ontwerp van rioolwaterzuiveringsinstallatieswordt rekening gehouden met de theoretische dagelijkse vuil -vracht van elke Vlaming: 54 g BZV, 135 g CZV, 90 g zwevendestoffen, 10 g stikstof en 2 g fosfor. Als we de vuil vrachten die in<strong>2011</strong> aangevoerd werden herrekenen naar deze hoeveelheden,zou er momenteel een vuilvracht van 4,7 miljoen inwonersaangevoerd worden (gemiddelde van de schattingen op basisvan de 5 parameters). De gegevens over nutriënten geven eenoverschatting, de gegevens over BZV en zwevende stoffeneen onderschatting. Deze cijfers kloppen qua grootorde metde vuilvracht die theoretisch zou moeten toekomen opde rioolwaterzuiveringsinstallaties.Voor de onderschatting op basis van de BZV-gegevens zijner twee verklaringen. Metingen uitgevoerd op het rioolstelselvan Tielt hebben een daling van de BZV-concentratie van 18%aangetoond ten gevolge van biodegradatie: micro-organismenbreken het BZV in de riool af. Bovendien blijkt de theoretischedagelijkse vuilvracht waar men vanuit gaat, niet te kloppen.Een inwoner zou volgens een EPAS-studie in opdracht vanVMM geen 54 g BZV per dag lozen, maar slechts 44 g.Latere studies van EPAS gaven een gemiddelde BZV-vracht vanmaar 38 g per inwoner. Als het aantal aangesloten inwoners -equivalenten op basis van 44 g/IE/dag bepaald wordt,dan is het resultaat voor BZV ook 4,7 miljoen IE. Tijdens hetafvalwatertransport gebeurt er geen nutriëntverwijdering.Organische stikstof wordt weliswaar bacterieel omgezet inammonium, maar dit vermindert de totale stikstofvracht niet.De overschatting voor nutriënten kan verklaard wordendoor nutriëntenrijk insijpelend of geloosd grondwater en watervan aangesloten grachten.BENCHMARKS BEVESTIGEN GOEDEOPERATIONELE AANPAKIn <strong>2011</strong> heeft <strong>Aquafin</strong> opnieuw aan twee inter nationalebenchmarks deelgenomen, waarbij de resultaten in delijn van de verwachtingen lagen. Deelname aan zulkeoefeningen is ook interessant, omdat het mogelijkhedentot kennisuitwisseling biedt met de andere deelnemers.Het eerste onderzoek werd uitgevoerd door de EuropeanBenchmarking Cooperation, een non-profit organisatie diede prestaties van (afval)waterbedrijven onderling vergelijkt.Aan hun jongste project namen 28 voornamelijk Europeseafvalwateroperatoren deel. De oefening wees uit dat<strong>Aquafin</strong> een heel hoog investeringsritme aanhoudt,vergeleken met de andere bedrijven. Onze personeelskostper gezuiverde kubieke meter afvalwater is bij de laagstebedragen. Dat betekent dat we efficiënt werken, zekergezien de hoge loonkosten in België.Het tweede onderzoek werd opgezet door het DuitseAquabench, een organisatie vergelijkbaar met EBC,maar dan specifiek voor Duitse (afval)waterbedrijven.Acht operatoren in afvalwaterzuivering van verschillendegrootte deden mee. Bij deze oefening scoorde <strong>Aquafin</strong>(als enige buitenlandse participant) opnieuw goed opoperationeel gebied, in onze kost per gezuiverd inwoners -equivalent. Die ligt bij <strong>Aquafin</strong> zo’n 20% lager dan bij deandere deelnemers, al komt dat deels door andere lokaleomstandigheden. Uit de cijfers blijkt zeer duidelijk datonze installaties ten opzichte van hun ontwerpcapaciteithoog belast worden. Qua verbruik van elektrische energiezitten we gemiddeld. De Duitse bedrijven scoren welopvallend hoger op de productie van groene energie, maarook dat komt grotendeels door een andere influent -samen stelling en meer mogelijkheden op het gebied vancovergisting.Verslag van de raad van bestuur39


40<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>NORMEN VOOR GEZUIVERD HUISHOUDELIJK AFVALWATERHet gezuiverde afvalwater (effluent) moet aan bepaaldenormen voldoen, die afhankelijk zijn van de agglomeratie -grootte waarvoor de installatie gebouwd is. Tot 2004 warendeze normen een kopie van de Europese normen, opgelegd viade richtlijn Stedelijk Afvalwater (ERSA). Op Vlaams niveauwerden ze door een Vlarem-wijziging tussen 2004 en 2006verstrengd. <strong>Aquafin</strong> volgt vijf parameters op: biologischzuurstofverbruik (BZV), chemisch zuurstofverbruik (CZV),totaal stikstof, totaal fosfor en zwevende stoffen. Het biologischezuurstofverbruik geeft aan hoeveel zuurstof bacteriën nodighebben om op 5 dagen tijd bij 20° C de organische vuilvrachtin 1 liter gezuiverd afvalwater af te breken.Bij hoge BZV-waarden ontwikkelen de bacteriën zich zosnel dat het risico bestaat dat ze door hun ademhaling allezuurstof uit het water opnemen. Het chemischezuurstofverbruik geeft aan hoeveel zuurstof er nodig is om deaanwezige vuilvracht volledig te oxideren. De parameterzwevende stoffen geeft een maat voor de zwevende (nietoplosbare) stoffen die in het gezuiverde afvalwater mogenachterblijven. Te veel stikstof en fosfor in het water, brengt eenexplosieve algenbloei op gang. ’s Nachts onttrekken dezealgen zuurstof aan het water, waardoor vissen, waterplantenen andere organismen het moeilijk krijgen.


Diensten buitende overeenkomstmet het VlaamseGewestDe minister van Leefmilieu stimuleert <strong>Aquafin</strong> om onze knowhowte valoriseren bij de gemeenten en de industrie in Vlaanderen,maar ook in het buitenland. Dankzij het maatwerk voor de klantdat in ons aanbod vervat zit, zijn we de grootste speler op degemeentelijke markt. Steeds meer steden en gemeenten kiezenvoor een overeenkomst met <strong>Aquafin</strong>, al dan niet in samenwerkingmet een drinkwatermaatschappij. Dochtermaatschappij Aquaplusis het voorbije jaar in het binnenland een naam geworden voor deexploitatie van industriële zuiveringen. In het buitenland hebbenwe onze blik verruimd met de oprichting van ASEWater Technologies,een joint venture met een Indische partner.BETROUWBARE PARTNER VOOR DE UITBOUWEN BEHEER VAN DE GEMEENTELIJKE ZUIVERINGS -INFRASTRUCTUUROm in orde te zijn met de kaderrichtlijn Water, wacht degemeenten nog een investering van bijna 7 miljard euro. Een deeldaarvan (0,7 miljard) heeft het gewest overgenomen via het LokaalPact met de gemeenten. Maar het gaat nog steeds om enormeinvesteringen, waarvoor de meeste gemeenten zelf niet de nodigetechnische kennis in huis hebben.Verslag van de raad van bestuur41


42<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Sinds 2004 mag <strong>Aquafin</strong> mee concurreren met de andereriooloperatoren op de gemeentelijke markt. Gemeenten kunnenkiezen voor een rechtstreekse concessieovereenkomst met<strong>Aquafin</strong>, of aansluiten bij één van de samenwerkings -verbanden die <strong>Aquafin</strong> is aangegaan met Vivaqua, VMW(RioAct en Rio-P) en TWVW en AWW (rio-link).<strong>Aquafin</strong> trad in maart toe tot rio-link door de verwervingvan een derde van de aandelen. De overige aandelen zijn inhanden van de cvba water-link. Op die manier kan de eerderesamenwerking tussen AWW en <strong>Aquafin</strong> (onder de naamRI-ANT) verder gevaloriseerd worden binnen rio-link.Operationeel werkt rio-link in twee business units,waarbij de unit in Antwerpen instaat voor het rioolbeheer vande saneringsvennoten van AWW en het team in Gent voorde saneringsvennoten van TMVW.In <strong>2011</strong> ging er één nieuwe concessie van start en kozen erdrie gemeenten voor uitgebreide Rio-Totaalcontracten metverschillende modules. Drie gemeenten sloten aan bij RioActen twee gemeenten bij Rio-P. Eén gemeente heeft desamenwerking met <strong>Aquafin</strong> verbroken. Begin 2012 hebben eral 87 steden of gemeenten een contract met <strong>Aquafin</strong> afgesloten,hetzij rechtstreeks met <strong>Aquafin</strong> hetzij in combinatie meteen andere partij.We realiseerden zowel binnen onze concessies als binnenonze samenwerkingsverbanden een sterke groei in het aantalaanbestedingen en opleveringen. Steeds meer projecten inuitvoering vloeien ook voort uit eigen voorstellen voorrenovatie, optimalisatie of aansluiting van resterendelozingspunten. We verwachten dat de omzet op degemeentelijke markt de volgende jaren verder zal toenemen,al blijft dat volume niet substantieel ten opzichte van deomzet binnen onze gewestelijke opdracht.Door de bundeling binnen <strong>Aquafin</strong> van de processenVisievorming, Versnelde uitvoering van projecten en Accountmanagement in business units, zullen we ongetwijfeldnog beter tegemoet kunnen komen aan de wensen van onzeklanten.ONDERSTEUNING VAN DE INDUSTRIE ENBUITENLANDSE PROJECTEN VIA AQUAPLUSAquaplus NV, het commerciële dochterbedrijf van <strong>Aquafin</strong>,richt zich in het binnenland op de noden van de industrie.In het buitenland biedt Aquaplus ondersteuning aanoverheden, administraties en bedrijven bij het behalen vanhun milieunormen. Aquaplus biedt oplossingen op maat aanvoor alle stadia binnen de afvalwatercyclus.In Vlaanderen heeft Aquaplus mooie opdrachten lopen,die aansluiten bij de kernactiviteiten van <strong>Aquafin</strong>. De jongstejaren was er vooral een duidelijke toename in groteexploitatiecontracten voor bedrijven. Het Vlaamse Gewestheeft echter duidelijk de vraag gesteld om de kennis enervaring van <strong>Aquafin</strong> ook in het buitenland te verzilveren.Aquaplus heeft zelf niet genoeg naamsbekendheid offinanciële middelen om grote projecten te kunnen aantrekkenen uitvoeren. Meestal is onze dochteronderneming dus alsonderaannemer verantwoordelijk voor de aanbreng vanspecifieke kennis in buitenlandse projecten. Maar nu bewandeltAquaplus een tweede piste. In november <strong>2011</strong> werd ASEWaterTechnologies boven de doopvont gehouden, een joint venturetussen Aquaplus en het Indo-belgische ASE Structure Design.Door deze samenwerking met een buitenlandse partner,die goed verankerd is in de lokale markt, verwacht Aquaplusom deze obstakels te kunnen vermijden en een groteafzetmarkt te penetreren. De opgerichte vennootschap wilzich immers profileren als een Indisch bedrijf, maar metEuropese knowhow.PROTOCOL VOOR COMMERCIËLEOPDRACHTENIn <strong>2011</strong> heeft <strong>Aquafin</strong> een protocol getekend met hetVlaamse Gewest, waarin wordt bepaald onder welkevoorwaarden <strong>Aquafin</strong> mensen en middelen ter beschikkingmag stellen van Aquaplus en voor gemeentelijke opdrachten.Dit protocol brengt duidelijkheid voor beide partijen.


Onderzoeken product -ontwikkelingDe onderzoeksactiviteiten van <strong>Aquafin</strong> maken het mee mogelijkom op maat gesneden duurzame technologische oplossingen aante bieden aan onze klanten. In Vlaanderen worden we beschouwdals dé technisch expert voor de werking van de heleafvalwatercyclus. Ons direct toepasbaar onderzoek is gericht opkostenbeheersing, de garantie van de effluentnormen en deintroductie van best beschikbare technologieën. Het strategischonderzoek is gegroepeerd rond de pijlers klimaatverandering,integraal waterbeheer en asset management van de (riool) -infrastructuur.DIRECT TOEPASBAAR ONDERZOEKMet Aqua3M, onze eigen ontwikkelde dynamische RWZImodellering,werden in <strong>2011</strong> voorstellen gedaan om de bedrijfs -voering van zes zuiveringsinstallaties een stuk duurzamer temaken. Dezelfde oefening werd gedaan voor een buitenlandseklant van dochterbedrijf Aquaplus. Het Vlaamse gewest (CIW) deedberoep op de kennis en ervaring met integrale detail modelleringvan onze hydraulische experts in het kader van de herziening vande Code van Goede Praktijk voor het ontwerp van een rioolstelsel.We hebben ook belangrijke stappen gezet voor de concreterealisatie van real time control van het rioolstelsel in hetstudiegebied Kessel-lo. In de loop van het jaar werd een nieuwemethodiek voor corrosiebescherming op punt gesteld engevalideerd aan een aantal testcases.Verslag van de raad van bestuur43


44<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Het platform Aqua3S voor dynamische modellering van devorming van sulfiden in rioolstelsels is klaar om gevalideerd teworden aan de hand van meetresultaten. Een nieuw,geautomatiseerd ruimingsprogramma voor riolen is vorig jaareveneens op punt gesteld.STRATEGISCH ONDERZOEKIn <strong>2011</strong> was <strong>Aquafin</strong> actief in vijf onderzoeksprojecten metexterne partners. Sewage+ is een Vlaams onderzoeksprojectgefinancierd in het kader van MIP2 en gecoördineerd door Vito.Het doel is het ontwikkelen van nieuwe concepten in water -zuivering voor een maximale energierecuperatie, bijvoorbeelddoor huishoudelijk afvalwater te mengen met geconcentreerdeafvalstromen. Vier projecten worden gefinancierd door Europaen zijn vorig jaar nieuw gestart. In een stedelijke omgeving kande warmte die nog aanwezig is in de riolen nuttig wordenhergebruikt. <strong>Aquafin</strong> onderzoekt binnen het project INNERSmee de mogelijke voordelen voor het milieu van eentoepassing op grote schaal. Minotaurus test nieuwetechnologieën uit om organische vervuilende stoffen uitafvalwater, grondwater en de bodem te verwijderen. In detoekomst zullen de normen waaraan het gezuiverde afval -water moet voldoen, immers alleen maar strenger worden.Sanitas wil de impact van het stedelijk watersysteem opklimaatverandering minimaliseren en omgaan met toekomstigevariaties in waterkwantiteit en -kwaliteit. Binnen Raingainwordt gewerkt aan de beschikbaarheid van gedetailleerdeneerslag- en wateroverlastgegevens. Die moeten operationelewaterbeheerders in de stad in staat stellen adequaat tereageren op hevige neerslag en de schade door wateroverlastte voorkomen.MEMBRAANEXPERT<strong>Aquafin</strong> voerde van bij de opkomst van membraan -technologie intensief pilootonderzoek uit, dat al snelgevolgd werd door de eerste operationele membraan -bioreactor in de Benelux. Ondertussen wordt hetafvalwater op verschillende grote en kleinschaligeinstallaties gezuiverd met behulp van deze technologie.Op basis van onze ervaring ontwikkelden we een eigenhybride zuiveringsproces, met een demo-installatie opRWZI Aartselaar. Het concept van <strong>Aquafin</strong> onderscheidtzich van andere concepten doordat het gebruik maakt vanslechts één gemeenschappelijke bioreactor én doordat deprocessturing gebeurt in functie van droogweer- ofregenweeromstandigheden. Daardoor is het uitermategeschikt voor capaciteitsuitbreiding van klassieke actief -slibsystemen, waar weinig extra ruimte voorhanden is.


BelangrijksterisicofactorenDit hoofdstuk geeft een overzicht van de ontwikkelingen indossiers die enig risico inhouden.JURIDISCHE GESCHILLENnWateroverlast in een woonwijkDit dossier behandelt schade als gevolg van wateroverlast bijongeveer vierhonderd bewoners van een woonwijk in 1998.Eind 2010 deed de rechter een voor <strong>Aquafin</strong> gunstige uitspraak,waarbij het overgrote deel van de eisen als verjaard, niettoelaatbaar of ongegrond werden beoordeeld. Tegen dezeuitspraak is door de tegenpartijen in april <strong>2011</strong> beroep ingesteld.Bovenstaande ontwikkelingen geven geen aanleiding om devroegere beslissing geen provisie aan te leggen, te wijzigen.VERZEKERINGSDOSSIERSnOnvoldoende betonwapening op RWZI DeurneIn 2007 werd ontdekt dat de wanden van bepaaldebeluchtingsbekkens van de zuiveringsinstallatie van Deurneonvoldoende gewapend waren als gevolg van een ontwerpfout.Volgens <strong>Aquafin</strong> is dit schadegeval deels gedekt door onzeAlle Bouwplaats Risicoverzekering (ABR) en deels door de beroeps -aansprakelijkheidsverzekering van het betrokken studiebureau.Verslag van de raad van bestuur45


46<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>In 2008 werd gezocht naar een geschikte herstelmethode,de meest voor de hand liggende herstelperiode en eengeschikte aannemer. In 2009 werd effectief gestart met hetherstel. Op vandaag zijn de werkzaamheden beëindigd.De vragen tot terugbetaling voor de herstelwerken die tot nutoe werden ingediend, heeft de ABR-verzekeraar effectiefvergoed. Het niet door de ABR-verzekeraar betaalde bedragwerd in <strong>2011</strong> deels teruggevorderd van het studiebureau datde ontwerpfout maakte en deels van het controleorganismedat op de werf actief was. Deze recuperatieprocedures lopen.Voor het niet door de ABR-verzekeraar betaalde gedeelte werdvoorzichtigheidshalve een provisie aangelegd.nBetonproblematiek op RWZI BruggeBij de voorlopige oplevering van de renovatie van dezuiveringsinstallatie van Brugge werd in een beluchtings -bekken een aftekening van de wapening in het betonvastgesteld. Later kwam vast te staan dat de schade zichverder zet, en niet alleen in dit bekken. Een analyse die <strong>Aquafin</strong>bestelde, duidde twee oorzaken aan: een onvoldoendebetondekking en verhoogde chloridewaarden. In samenspraakmet de aannemer werd een herstelmethode uitgewerkt.Waar nodig moet de beton worden hersteld en aangevuld.Bijkomend moet er ook een zogenaamde kathodischebescherming worden aangebracht.De eigenlijke herstelling werd uitgevoerd in de afgelopenjaren en wordt in 2012 voortgezet. De kosten van het eerstvermelde deel van het herstel worden door de aannemergedragen, de kosten van het laatste gedeelte door <strong>Aquafin</strong>.Er is een dading afgesloten tussen de verzekeringsmaatschappijen de verzekerden en tussen de verzekerden onderling.De ABR-verzekeraar ACI is voor een aanzienlijk bedrag tussengekomen. Dit bedrag dekte enerzijds de al uitgevoerde herstelenbeschermings maatregelen en zal anderzijds dienen om dekost van de nog uit te voeren werken te dekken. In dit dossierwijzen de feiten niet op een noodzaak van het aanleggen vaneen provisie.FINANCIËLE VERSLAGENAangezien de systematiek van de beheersovereenkomstvoorziet in een a posteriori goedkeuring van het jaarlijksfinancieel verslag van <strong>Aquafin</strong>, is het niet uit te sluiten datbepaalde vergoedingen uiteindelijk niet worden goedgekeurddoor het Vlaamse Gewest.


Belangrijksteevoluties nahet boekjaarGOEDKEURING OPTIMALISATIEPROGRAMMA 2013Op 16 december <strong>2011</strong> heeft de Vlaamse Regering het budget voorde uitbouw van de bovengemeentelijke zuiverings infrastructuurvoor het programmajaar 2013 opnieuw vastgelegd op 250 miljoeneuro. Op 31 januari 2012 werd de opdracht tot uitvoering van ditprogramma door Vlaams minister van Leefmilieu Joke Schauvliegeovergemaakt aan <strong>Aquafin</strong>.Het optimalisatieprogramma 2013 voorziet budget voor 134nieuwe projecten en 21 projecten die werden doorgeschoven naardit programma. Verder wordt er voor 10 projecten alleen hetstudiewerk (opmaak technisch plan) opgedragen. De initiëleraming van deze projecten bedraagt 112 miljoen euro, waarvan74 miljoen euro is toegewezen voor investeringen in het kader vanhet lokaal pact met de gemeenten. Om de toekomstige prijs -stijgingen voor deze projecten op te vangen, werd er 88 miljoeneuro voorzien. De resterende 50 miljoen euro is in dit programmaexpliciet ter beschikking gesteld voor de afbouw van degecumuleerde overschrijding van het investerings- en hetrenovatieprogramma van vroegere programmajaren.De optimalisatieprogramma’s worden opgemaakt door deVlaamse Milieumaatschappij, in overleg met <strong>Aquafin</strong>, de provinciesen de bekkenbesturen. Ze omvatten projecten gericht op debijkomende sanering van lozingspunten, de bouw van kleinschaligezuiveringsinstallaties en de aanleg van strategische regenwater -leidingen om de bestaande infrastructuur te verbeteren. Bij dekeuze van de projecten wordt gelet op hun ecologisch eneconomisch rendement.Verslag van de raad van bestuur47


48<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Commentaarbij de balansOp het einde van het boekjaar bedraagt het balanstotaal3.021 miljoen euro, 350 miljoen euro hoger dan vorig boekjaar.Deze toename is enerzijds een gevolg van de netto-aangroei vande investeringen in de waterzuiveringsinfrastructuur, uitgevoerd inopdracht van het Vlaamse Gewest. Zo werden in <strong>2011</strong> investeringsenoptimalisatieprojecten opgeleverd voor een totale aannemings -waarde van bijna 146 miljoen euro. Anderzijds kocht <strong>Aquafin</strong> in <strong>2011</strong>installaties van de Vlaamse Milieumaatschappij (VMM) aan voorbijna 154 miljoen euro in het kader van de uitvoering van addendumN° 7 aan de beheersovereenkomst. Alle installaties blijveneigendom van <strong>Aquafin</strong> tot het einde van de beheersovereenkomstmet het Vlaamse Gewest.In <strong>2011</strong> bleef de bouwactiviteit stabiel ten opzichte van hetvoorgaande jaar. Doordat de investeringen in nieuwe activa inaanbouw de opleveringen in waarde overstegen, kenden de activain aanbouw een stijging met 8% tot 271 miljoen euro.Onder de financiële vaste activa is onder andere demeerderheidsparticipatie opgenomen van <strong>Aquafin</strong> in Aquaplus,ten bedrage van 0,694 miljoen euro. Per 31 december <strong>2011</strong> werddeze participatie bij <strong>Aquafin</strong> gewaardeerd op basis van de meestrecente financiële informatie.De prestaties buiten het kader van de beheersovereenkomst dienog niet voltooid zijn, worden opgenomen onder de rubriek‘bestellingen in uitvoering’. De enige uitzondering hierop vormende projecten voor de uitvoering van transportdiensten. Die wordenopgenomen onder de materiële vaste activa, aangezien deze activaeigendom blijven van <strong>Aquafin</strong>. Door de toegenomen bouwactiviteitbuiten het kader van de beheersovereenkomstgroeiden de voorraden en bestellingen inuitvoering met 88% tot 83 miljoen euro.


In <strong>2011</strong> werd <strong>Aquafin</strong> geconfronteerd met een groterefinancieringsbehoefte dan voorgaande jaren, omwille van deaankoop van gronden en installaties van de VMM in het kadervan addendum N° 7 aan de beheersovereenkomst. De bankenwaren beperkt in hun mogelijkheden om bijkomende leningente verstrekken, doordat ze zelf geconfronteerd werden metgestegen kosten en nieuwe regulering. Belgische institutioneleinvesteerders hadden wel veel interesse om <strong>Aquafin</strong> tefinancieren. Deze opportuniteit werd dan ook ten volle benut:er werd voor 285 miljoen euro aan financiering opgehaaldvia dit kanaal. Doordat dit volledige bedrag niet onmiddellijkkon aangewend worden voor de financiering van projecten,ontstond een tijdelijk kasoverschot en werd voor bijna 53miljoen euro belegd. In 2012 worden deze fondsen aangewendvoor de financiering van projecten.In het kader van de financiering van de hoger vermeldeaankoop van installaties van VMM werd op 13 december <strong>2011</strong>het kapitaal verhoogd met 50 miljoen euro. Hiervan werd12,5 miljoen euro volstort.Indien de algemene vergadering de voorgesteldewinstverdeling aanvaardt, wordt de wettelijke reserve met0,480 miljoen euro verhoogd. De beschikbare reserve wordtverhoogd met 1 miljoen euro, om de nodige fondsen tevoorzien voor eventuele participaties in structurele samen -werkingsverbanden en de activiteiten van Aquaplus N.V.De voorziening voor risico’s en lasten heeft betrekkingop juridische geschillen, verzekeringsdossiers, geschillen inhet kader van de uitvoering van de beheersovereenkomst,verwerking van het slib gebufferd in de installaties enbrugpensioenen.De financiering op lange termijn is gebaseerd opde affectatieovereenkomst. Die bepaalt dat het saldo van dekredieten op lange termijn kleiner moet zijn dan de toekomstigeaanspraken die <strong>Aquafin</strong> heeft op de drinkwater maatschappijen,respectievelijk het Vlaamse Gewest. Deze aanspraken bestaanuit het nog niet betaalde gedeelte van de investerings -projecten die al opgeleverd zijn. Per einde <strong>2011</strong> was dit bedrag1.495 miljoen euro. In <strong>2011</strong> heeft <strong>Aquafin</strong> 510 miljoen eurokredieten op lange termijn opgenomen, waarvan 75 miljoeneuro bij de Europese Investeringsbank, 150 miljoen euro bijcommerciële banken en 285 miljoen euro bij institutioneleinvesteerders. Rekening houdend met de terugbetalingen vanal eerder opgenomen leningen bedraagt het saldo van debankleningen op lange termijn onder affectatie 1.459 miljoeneuro, waarvan bijna 157 miljoen euro binnen het jaar moetworden terugbetaald.In uitvoering van de beheersovereenkomst met het VlaamseGewest werden de investeringen initieel terug betaald over15 jaar. Doordat dit terugbetalingsritme sneller verliep dande afschrijvingen, ontstond een positief saldo voor de verderefinanciering van de afschrijvingen na de terugbetalings -periode. Dit positief saldo werd met goedkeuring van deCommissie Boekhoudkundige Normen op een speciale passief -rekening geregistreerd, namelijk ‘Vergoeding Vlaamse Gewest’.Eind 2008 werd de termijn van de jaarlijkse vergoedingvoor aannemingen bouwkunde van 15 jaar op 30 jaar gebrachtvoor de opleveringen vanaf 1 januari 2009. Dat gebeurde viaeen addendum aan de beheersovereenkomst tussen hetVlaamse Gewest en <strong>Aquafin</strong>. Deze nieuwe termijn sluit beteraan bij de economische levensduur van de infrastructuur.In 2009 werd ook de resterende terugbetalingstermijnvan bouwkundige projecten opgeleverd vóór 1 januari 2009verdubbeld. Deze aanpassing ging in op 1 januari 2010.In <strong>2011</strong> daalde hierdoor de ‘vergoeding Vlaams Gewest’ van808 miljoen euro tot 800 miljoen euro.De voorziening voor risico’s en lasten neemt af ten opzichtevan 2010. Op basis van de meest recente gegevens werden denodige aanpassingen gedaan. Op te merken valt dat hetaantal lopende juridische geschillen verder blijft dalen.Per einde <strong>2011</strong> werd de financiering op korte termijn sterkafgebouwd in functie van de financiering op lange termijn vande aangekochte VMM-activa. In het afgelopen boekjaar was ereen afname van de financiering op korte termijn viacommercial paper van 140,6 miljoen euro per einde 2010 naar73,0 miljoen euro per einde <strong>2011</strong>.<strong>Aquafin</strong> beschikt over een kredietlijn van 180 miljoen euro,inclusief de gesyndiceerde lening voor de financiering opkorte termijn van activiteiten binnen het kader van debeheersovereenkomst. Binnen deze kredietlijn werden geenopnames verricht per einde <strong>2011</strong>. Voor de financiering opkorte termijn van gemeentelijke projecten heeft <strong>Aquafin</strong>een kredietlijn van 17 miljoen euro beschikbaar. Hiervan werd9 miljoen opgenomen per einde <strong>2011</strong>.Verslag van de raad van bestuur49


50<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Commentaar bijde resultatenrekeningIn de beheersovereenkomst met het Vlaamse Gewest isbepaald dat de vergoeding van <strong>Aquafin</strong> gebeurt op basis vande doorrekening van alle redelijke kosten, verhoogd met eenvergoeding voor de aandeelhouders die gebaseerd is op huninbreng in het eigen vermogen. Hieruit volgt dat de kosten enopbrengsten in grote mate een spiegelbeeld zijn van elkaar.De verhoging van de kosten en in het bijzonder die van dediensten en diverse goederen, bezoldigingen, sociale lasten enpensioenen, ligt in de lijn van de groei van de infrastructuurdie door <strong>Aquafin</strong> geëxploiteerd en uitgebouwd wordt, zowelbinnen als buiten het kader van de beheersovereenkomst.Het steeds groeiende patrimonium verklaart ook de continuegroei van de afschrijvingen.Sinds 2007 participeert <strong>Aquafin</strong> in de exploitatiekostenvan de zuiveringsinfrastructuur van het Brusselse Gewest.Einde 2007 werd het contract tussen beide gewesten deelsovergenomen door de respectieve bedrijven belast met dezuiveringsopdracht. Doel van deze overdracht was de betalings -stromen op een meer efficiënte wijze te regelen.De beweging op de waardeverminderingen en provisiesheeft betrekking op waardeverminderingen en provisies voorbedragen die het Vlaamse Gewest tijdens het afgeslotenboekjaar heeft betwist. Voor nieuwe juridische geschillen werdbeslist een provisie aan te leggen ter waarde van de redelijkeinschatting van de claim, rekening houdend met de slaagkans.De sterke toename van de financiering met vreemdvermogen resulteert in een stijging van de kosten van schuldenmet 5,7 miljoen euro ten opzichte vanboekjaar 2010.Met een actief beheer van het renterisico wil <strong>Aquafin</strong> definancieringskost optimaliseren. Sinds 2006 heeft de raad vanbestuur de implementatie van een dynamisch beheer van hetrenterisico goedgekeurd, waarbij de krijtlijnen voor hetrentemanagement zijn uitgetekend.Na verrekening van de provisies, de waardeverminderingenen de niet aan het Vlaamse Gewest doorgerekende kostenen opbrengsten, inclusief het resultaat van de commerciëleactiviteiten, wordt de winst voor belastingen 11,56 miljoen euro.Vanaf aanslagjaar 2007 werd het begrip notionele interest -aftrek ingevoerd in de vennootschapsbelasting, waardoor dekost van de waterzuivering voor de burger beperkt blijft.Ook de toepassing van de verhoogde investeringsaftrekvoor energiebesparende investeringen en milieuvriendelijkeinvesteringen voor Onderzoek en Ontwikkeling heeft eengunstige invloed op de vennootschapsbelasting.


Voorstel aande algemenevergaderingRekening houdend met de winst na belastingen van hetboekjaar van 9.580.265,23 euro en een overgedragen winst van5.231,19 euro, bedraagt de te bestemmen winst 9.585.496,42 euro.l toevoeging aan de wettelijke reserve: 480.000,00 eurol toevoeging aan de beschikbare reserve: 1.000.000,00 eurol vergoeding van het kapitaal: 8.096.193,56 eurol overgedragen winst: 9.302,86 euroIndien de algemene vergadering de voorgestelde winstverdelinggoedkeurt, zal op 23 april een bruto dividend uitbetaald worden van:ll10,09 euro voor de aandelen die volledig volstort zijn0,12 euro voor de aandelen die niet volledig volstort zijn.Verslag van de raad van bestuur51


52<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>


Maatschappelijkverantwoord ondernemenConcrete engagementen naar stakeholders 54Proactief financieel beleid voor onze aandeelhouder 56Bouwen aan een duurzame relatie met onze klanten 57Respect voor het milieu 58Oog voor onze omgeving 63Zorg voor medewerkers 6653


54 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Concreteengagementennaar stakeholdersWaterzuivering evolueert steeds meer van een eindoplossing naareen deel van een grondstoffenkringloop. Ook het bedrijf zelf richt zichsteeds meer op integratie in de maatschappij.In <strong>2011</strong> hebben we onze bedrijfswaarden vertaald in duidelijkeengagementen naar onze aandeelhouder, onze klanten, onze omgeving,het milieu en onze medewerkers. Zo willen we onze activiteiten aandie van onze stakeholders verbinden en het draagvlak voor onzeactiviteiten vergroten.


WAARDENnKlantgerichtnGedrevenWe onderhouden een duurzame en persoonlijke relatiemet onze klanten. We gaan actief op zoek naar de behoeftenvan onze klanten en helpen ze te definiëren. We houdenons aan gemaakte afspraken en communiceren duidelijkwelke behoeften <strong>Aquafin</strong> kan invullen en welke niet.Klanttevredenheid is het doel, zowel intern als extern.nResultaatgerichtWe leveren kwalitatief hoogstaand werk binnen degestelde timing en het afgesproken budget. We voelen onspersoonlijk verantwoordelijk voor het bereiken van hetgewenste eind resultaat.Wij zijn trots op de aard en de kwaliteit van dedienstverlening die we bieden aan onze klanten en aande maatschappij. Daardoor hebben we plezier in ons werk enwillen we steeds het beste resultaat leveren voor onze klanten,het milieu en de maatschappij.nOpenWe staan open voor mensen en ideeën. We zijn niet bangvoor invloeden van buitenaf of voor verandering. In al onzesamenwerkingsverbanden streven we transparantie na.Intern is openheid en vertrouwen tussen collega’s eenvoorwaarde om tot optimale resultaten te komen.nVooruitstrevendnRespectvolWe leren voortdurend uit gesprekken met onze klanten enpartners, uit maatschappelijke en technologische evoluties.De inspiratie en kennis die we daardoor opdoen, ontwikkelenwe verder binnen de organisatie en implementeren we inefficiëntieverbeteringen of in nieuwe producten en diensten.We zijn flexibel en durven onszelf en onze werkwijzen continuin vraag te stellen. Feedback is positief en constructief.We hebben respect voor de mensen met wie wewerken, het milieu en de behoeften van de maatschappij.Intern houden we ons aan mondelinge en schriftelijke afspraken.Collega’s waarderen elkaars expertise en verantwoordelijkheid,waardoor werken bij <strong>Aquafin</strong> een aangename ervaring is.Maatschappelijk verantwoord ondernemen55


56 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Proactieffinancieel beleidvoor onzeaandeelhouder<strong>Aquafin</strong> engageert zich om steeds de belangen van deaandeelhouder voor ogen te houden, weliswaar in evenwicht metde andere gedefinieerde domeinen.<strong>Aquafin</strong> gaat zeer omzichtig om met de financiële middelendie worden geïnvesteerd in de zuiveringsinfrastructuur van hetgewest. We zorgen voor deze infrastructuur alsof die eigendom vanhet bedrijf is. Zo doen we aan rentemanagement voor een deel vanonze leningen op lange termijn, ook al heeft het bedrijf zelf daargeen directe baten bij. <strong>Aquafin</strong> gaat ook steeds vroeg mee metinteressante evoluties op de financiële markt. Het bedrijf was bijde eerste in de sector om een commercial paper-programmaop te zetten, of om een obligatielening uit te geven waar ookparticulieren op konden intekenen. Door onze hoge rating, maarook door het feit dat we onze beloftes in de financiële wereld altijdnakomen, geniet <strong>Aquafin</strong> het volle vertrouwen van de bankwereld.Daardoor kunnen we de zware investeringen in de zuiverings -infrastructuur voor het gewest optimaal financieren.Bij elk projectvoorstel wordt zorgvuldig afgewogen of hetbeoogde resultaat een meerwaarde biedt voor de aandeelhouder,die opweegt tegen de interne kost. Activity based costing (ABC) ishierbij een ondersteunend instrument, dat een duidelijk zicht geeftop de kostprijs van de activiteiten van het bedrijf. De modellenwerden in <strong>2011</strong> verder verfijnd en er werd gestart met deimplementatie ervan in een specifieke ABC-software. Deze softwarezou moeten toelaten om de kostprijsmodellenflexibel aan te passen aan wijzigingen in deorganisatie en moet tevens goede rapporteringmogelijk maken.


Bouwen aaneen duurzamerelatie metonze klantenWe bieden onze klanten een producten- en dienstenaanboddat gestoeld is op onze missie en onze kernactiviteiten. We strevenin overleg naar oplossingen die gebaseerd zijn op het principevan duurzaamheid op lange termijn. We bieden hen eendoeltreffende totaaloplossing voor een correcte prijs, waarbij deklant tevredenheid primeert.We engageren ons om de beloofde timings, kwaliteitsnormenen het vooropgestelde budget te behalen, dit zowel voor de targetsdie impliciet als expliciet gesteld werden. Een afspraak is immerseen afspraak. Om die belofte waar te maken, hebben we ons in <strong>2011</strong>intern meer procesmatig georganiseerd.De account managers leiden vanaf 2012 variabel samengesteldeklantenteams. De leden streven er elk vanuit hun eigen achtergrondnaar om de relatie met de gemeentelijke klanten en boven -gemeentelijke bekkenvertegenwoordiging optimaal te houden.Maatschappelijk verantwoord ondernemen57


58 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Respect voorhet milieu<strong>Aquafin</strong> engageert zich om respectvol om te gaan met hetmilieu en ecosystemen niet te verstoren. Maar we willen als bedrijfméér doen. Het uiteindelijke doel is om het aangeleverderioolwater zo goed mogelijk te zuiveren met een zo laag mogelijkevoetafdruk op het milieu. We streven naar een duurzaam gebruikvan materialen, grondstoffen, energie en ruimte.ENERGIEVERBRUIK VERLAGEN OPDE ZUIVERINGSINSTALLATIESUit audits blijkt dat onze zuiveringsinstallaties qua energie -verbruik efficiënt ontworpen zijn. Toch blijft het zuiveringsprocesbehoorlijk energie-intensief. De energiekost voor de zuiveringvan afvalwater, bedraagt immers zo’n 25 miljoen euro per jaar,een kwart van de totale operationele kost van <strong>Aquafin</strong>.Op het gebied van on-line sturing van het zuiveringsproces,zijn we al bij de voorlopers in Europa. Sensoren voor zuurstof-,nitraat-, ammonium-, fosfaat- en turbiditeitsmetingen, helpen omhet zuiveringsproces op de installaties zo precies mogelijk testuren, zodat er geen kostbare energie verspild wordt.<strong>Aquafin</strong> wil werk maken van een nog meer doorgedrevenenergiebeheer. Het bedrijf wil de volgende jaren telkens minstens 2%besparen op zijn energiefactuur. <strong>Aquafin</strong> wil ook elk jaar minstens500.000 euro aan energieprojecten besteden. Wanneer alle in <strong>2011</strong>gedefinieerde projecten uitgevoerd zijn, zullen ze een besparingopleveren van 755.000 euro per jaar.


ENERGIEBELEIDSVERKLARINGDe energiebeleidsverklaring van <strong>Aquafin</strong> is gestoeld opde Europese Klimaatdoelstelling. Tegen 2020 willen we 20%primaire energie sparen, 20% op transport sparen en 13%groene stroom opwekken, wat ook de doelstelling voor lidstaatBelgië is.Om het energieverbruik terug te dringen volgt <strong>Aquafin</strong>de filosofie van de Trias Energetica. Het model maakt gebruikvan drie stappen, die achtereenvolgens doorlopen moetenworden. De eerste en de belangrijkste stap is energieverbruikvermijden. Elke kWh die we niet verbruiken, hoeft namelijk ookniet opgewekt te worden. We willen dat elke medewerker hetenergieverbruik in het achterhoofd houdt bij het op puntstellen van processen, de aankoop van materialen en deexploitatie van onze infrastructuur. De volgende stap is debenodigde energie zoveel mogelijk duurzaam opwekken.We willen een maximaal rendement uit onze slibgistingenhalen, op een ethisch verantwoorde manier. De groeneenergie die we niet zelf kunnen opwekken, zullen weaanvullen met de aankoop van groene stroom tot minstensde besparing van 20% op primaire energie en 13% groenestroomproductie.Stap drie is de ‘eindige’ fossiele energiebronnen zo efficiëntmogelijk gebruiken. Daartoe zoeken we continu naarverbeteringen, zowel in de processen als in de apparatuurdie we inzetten.Het Trias Energetica model:Minimaliseerenergieverbruik1Gebruik duurzameenergieopwekking23Efficiënt gebruikfossiele brandstofENERGIE BESPAREN ZONDERKWALITEITSVERLIESMet Aqua3M, ons eigen platform voor dynamische RWZImodellering,hebben we in <strong>2011</strong> de bedrijfsvoering doorgelichtvan zes zuiveringsinstallaties (in Aartselaar, Antwerpen-Noord,Deurne, Harelbeke, Oostende en Sint-Truiden). Daaruit volgdenvoorstellen voor de meest optimale bedrijfsvoering watbetreft energieverbruik, slibproductie en chemicaliënverbruik.Zo realiseren we een daling in de kost per IE, zonder dekwaliteit van het gezuiverde water in gevaar te brengen.Maatschappelijk verantwoord ondernemen59


60 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>ENERGIERECUPERATIE EN -PRODUCTIEUIT SLIBTijdens het waterzuiveringsproces worden grote hoeveel -heden zuiveringsslib geproduceerd. In die actief-slibmassaleven miljoenen bacteriën en andere micro-organismen.Ze verbruiken de vervuiling in het rioolwater als voedsel.Door de gunstige leefomstandigheden in het afvalwater,groeit de massa snel aan. Het slib dat overtollig is, wordt inaanzienlijke mate beperkt door indikking, vergisting,ontwatering en droging.De verwerking en afzet van resterend zuiveringsslib is nietalleen een zware kost voor <strong>Aquafin</strong>, maar ook een belastingvoor het milieu, door de vele duizenden transporten aanvloeibaar slib en gedroogd slib per jaar. Een berekeningsmodeloptimaliseert de logistieke keten van de slibverwerking.Het model maakt het eenvoudiger om strategische beslissingente nemen, maar biedt ook de mogelijkheid om wekelijksefluctuaties in de slibtransporten te minimaliseren.In <strong>2011</strong> werd 94.624 ton drogestof slib verbrand, co-verbrandof gebruikt in de afdeklagen van een stortplaats. Daarnaast werdnog een kleine fractie hiervan gerecycleerd als entslib om water -zuiveringsinstallaties van <strong>Aquafin</strong> of derden op te starten.nElektriciteit en warmte door biogasproductieBij het vergisten van waterzuiveringsslib wordt organischmateriaal bacterieel afgebroken en omgezet in biogas.Hierdoor vermindert het volume slib dat nog verder moetbehandeld worden. Dit biogas is bovendien een energiedrager.Het bevat ongeveer 65% methaan, dat zowel in warmte als inelektriciteit kan omgezet worden. De opwekking van elektriciteitgebeurt met gasmotoren, die een elektrisch vermogen hebbenvan 200 tot 500 kW elektrisch . De koelingswarmte van degasmotoren wordt bovendien gebruikt voor de verwarmingvan de slibgisting en in een aantal gevallen ook voor deverwarming van de dienstgebouwen. De geproduceerdegroene elektriciteit wordt steeds op de zuiveringsinstallatiezelf gebruikt. Daardoor moet <strong>Aquafin</strong> minder elektriciteitaankopen en krijgt het bedrijf al sinds 2002 groenestroom -certificaten. Een groenestroomcertificaat toont aan dat1.000 kWh elektriciteit werd opgewekt uit een hernieuwbareenergiebron. Op de site van RWZI Deurne wordt het biogasniet omgezet in elektriciteit, maar verbrand in een stookketelom zuiveringsslib te drogen. Het geproduceerde biogasvervangt dus aardgas in verbrandingsprocessen.EINDAFZET VAN HET ONTWATERDE ZUIVERINGSSLIB100%80%60%40%n Bodemverbeteraar/landbouwn Storten (eventueel nasolidificatie)n Afdichting stortplaatsn Verbrandingn Co-verbranding na droging20%0%19971998199920002001200220032004200520062007200820092010<strong>2011</strong>


In <strong>2011</strong> werd ongeveer 53% van al het geproduceerdeslib vergist. Alle gasmotoren samen produceerden 8,3 miljoenkWh elektrisch . Dat is 1.300.000 kWh of 19% meer dan in 2010,terwijl er geen bijkomende slibgistingen in gebruik genomenwerden. Onze verhoogde aandacht voor de productie vangroene energie heeft ertoe geleid dat er op twee jaar tijd 66%meer groene elektriciteit is geproduceerd. In 2010 was RWZIAntwerpen-Zuid de eerste installatie die een jaarproductie vanmeer dan 1 miljoen kWh heeft gehaald. In <strong>2011</strong> heeft ook dezuivering van Hasselt deze kaap overschreden. In 2012verwachten we dat nog minstens 1 bijkomende installatiedeze productie haalt.Alle energieprojecten samen met ook de productie vanbiogas meegeteld, leidden in <strong>2011</strong> tot een besparing vanminstens 14.500.000 kWh/j. Dat is 15% beter dan in 2010 enkan worden vergeleken met het elektriciteitsverbruik vaneen stad als Veurne of Herk-de-Stad.nSlibpellets als bron van thermische energieOm het niet-vergiste slib en het overblijvende slib na deslibgisting te drogen, heeft <strong>Aquafin</strong> vier drooginstallaties ingebruik. Ze vormen een milieutechnische eenheid met deRWZI’s van Deurne, Houthalen, Leuven en Brugge. Sinds deopstart van de slibdrooginstallatie van Leuven in 2003 is devoorziene slibdrogingsinfrastructuur van <strong>Aquafin</strong> vollediguitgebouwd. De drogers van Brugge en Houthalen dateren van2001, die van Deurne van 1998. Waar 10 jaar geleden hetdrogen nog voor 100% gebeurde in installaties van derden,wordt het slib momenteel voor 99,96% gedroogd in droog -installaties van <strong>Aquafin</strong>.De slibdroging, in 1997 nog maar goed voor 5% van de afzetwerd belangrijker waarbij het aandeel slib dat gedroogd werdin <strong>2011</strong> een 34% bedroeg. Hierin is het slib dat in Bruggegedroogd wordt alvorens ter plaatse verbrand te worden nietmeegerekend; het is vervat in de categorie ‘verbranding’.Drogen van ontwaterd slib levert een drogestofgehalte opvan ca. 90%. Het zuiveringsslib wordt gedroogd tot korrelsmet een calorische waarde gelijk aan deze van bruinkool.Hierdoor kan het gedroogde slib gebruikt worden om anderebrandstoffen te vervangen in steenkool- of bruinkoolgestookteelektriciteitscentrales en in cementovens; in <strong>2011</strong> ging hetover 32.721 ton droge stof. Men spreekt in dit geval vanco-verbranding. Ook ontwaterd niet-gedroogd slib kanco-verbrand worden.nVerbranden van slibIn <strong>2011</strong> werd in het totaal 56.657 ton slib omgerekend naardroge stof verbrand. 55,8 % daarvan werd verbrand in de SLECOverbrandingsoven te Beveren en 44,2 % in de slibverbrandings -installatie van Brugge die <strong>Aquafin</strong> in dienst heeft.ONDERZOEK MOET BIOGASPRODUCTIEVERHOGENOp RWZI Hoogstraten bestudeerden we de haal baar heidvan een co-vergisting van slib met glycerol, een commercieelverkrijgbaar product. De gemeten biogasproductie wasnog hoger dan theoretisch verwacht en er waren geenoperationele problemen. In alle onderzochte scenario’sbleek de terugverdientijd voor het implementeren vaneen co-vergisting minder dan vijf jaar.HERGEBRUIK VAN AFVALWARMTEVAN DERDENIn de slibdrogingsinstallatie van Houthalen wordt geenbiogas of aardgas ingezet. <strong>Aquafin</strong> gebruikt er de warmtevan de naastliggende huisvuilverbrandingsinstallatie vanBionerga. De warmte die ontstaat bij de verbranding vanhet restafval wordt in stoom omgezet, die aan <strong>Aquafin</strong>wordt verkocht. Bionerga leverde in <strong>2011</strong> bijna 24 miljoenkWh thermisch .PRODUCENT VAN GRIJS WATERNiet alleen in het zuiden, maar ook in het noorden vanEuropa is de druk op de natuurlijke waterbronnen hoog.Gezuiverd huishoudelijk afvalwater kan een aanvullende bronvan water zijn voor bedrijven uit verschillende sectoren in debuurt van een zuiveringsinstallatie.Maatschappelijk verantwoord ondernemen61


62 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Om onze natuurlijke watervoorraden te beschermen, heeftde overheid de voorwaarden voor het oppompen vangrondwater en het gebruik van oppervlaktewater verstrengd.Bedrijven die in hun productieproces veel water gebruiken,moeten daardoor op zoek gaan naar alternatieve bronnen vanwaterbevoorrading. Een optie is de toepassing van gezuiverdhuishoudelijk afvalwater, geleverd door de zuiverings installatiesvan <strong>Aquafin</strong>.<strong>Aquafin</strong> heeft verspreid over Vlaanderen 256 installatiesin dienst voor de zuivering van rioolwater, die samen jaarlijks800 miljoen m³ behandeld water produceren. In principe kandat water opgewaardeerd worden tot elke gevraagde water -kwaliteit, als de juiste technologieën ingeschakeld worden.Gezuiverd afvalwater kan met een kleine voorbehandelingworden gebruikt voor laagwaardige industriële toepassingendie geen drinkwaterkwaliteit vereisen, zoals reinigingswater ofkoelwater. Tot nu toe maken 6 bedrijven en intercommunalesgebruik van het gezuiverde water van <strong>Aquafin</strong>. Daarnaast hebbenwe contracten met 15 ruimfirma’s, die op de zuiveringsinstallatiezelf water komen afhalen voor reinigingsdoeleinden.Met meer voorafgaande behandelingen, kan het gezuiverderioolwater worden opgewaardeerd tot drinkwater, zoals drink -watermaatschappij IWVA met het effluent van RWZI Wulpendoet. In principe kan effluentwater zelfs verder wordengezuiverd tot ultrapuur water, dat de kwaliteit van drinkwateroverschrijdt, zoals nodig voor de productie van elektronica.Hergebruik van gezuiverd afvalwater is dus een milieu -vriendelijke manier om de druk op de natuurlijke watervoorradente verlichten. <strong>Aquafin</strong> wil deze optie in de toekomst blijvenbenadrukken, zowel bij bedrijven als bij de overheid.PRODUCENT VAN GRONDSTOFFENEen zuiveringsinstallatie levert meer op voor de maatschappijdan gezuiverd water en energie, ze is ook een producentvan grondstoffen.Ontwaterd slib kan nuttig gebruikt worden in de afdicht -lagen van stortplaatsen. Zo’n laag moet voorkomen dat waterhet stort zou binnendringen. Hydrostab® is een alternatief voorklassiek gebruikte afdichtingsmaterialen als zand-bentoniet -mengsels. In het Hydrostabprocedé worden afval stoffengebruikt in plaats van natuurlijke bodemmaterialen. In <strong>2011</strong>werd 5.118 ton slib omgerekend naar droge stof afgezetvoor gebruik als afdichtlaag op de gesaneerde stortplaatsHooge Maey in Antwerpen. Ook de vliegassen van deslibverbrandingsoven van Brugge krijgen hierbij een nuttigetoepassing.De zuivering van huishoudelijk afvalwater kan ookbijdragen aan de instandhouding van de fosforkringloop.Hoewel de nadruk nu nog ligt op een teveel aan fosfaat inde bodem en in het water, is het grootste probleem eigenlijkeen tekort aan fosfaat om de wereldbevolking te kunnenblijven voeden. Op 33 van onze grootste zuiveringsinstallaties(goed voor 2.480.000 IE) gebeurt de defosfatatie van hetafvalwater niet chemisch maar biologisch. Bij de bouw werdenze voorzien van een anaerobe tank om met behulp van eenspecifieke bacteriesoort voldoende fosfor uit het afvalwaterte verwijderen. Doordat bij deze techniek fosfor niet chemischgebonden wordt, vormt de mogelijkheid tot fosforrecuperatieeen bijkomend ecologisch voordeel.


Oog voor onzeomgevingBij onze focus op het milieu verliezen we ook de mens niet uithet oog. We zijn ons bewust van de impact van onze werken oponze omgeving en doen er via ons Minder Hinder-programma allesaan om die te minimaliseren. Daarnaast willen we het draagvlakvoor onze activiteiten bij het brede publiek verhogen. Hoe groterhet wederzijds begrip, hoe vlotter we kunnen werken en hoesneller we het gewenste milieuresultaat bereiken.OMGEVINGSVRIENDELIJK WERKENInfrastructuurwerken in woongebieden of langs drukke verkeers -aders brengen onvermijdelijk hinder met zich mee. Door een goedeplanning van de werken en voldoende communicatie met dehandelaars en buurtbewoners, kan die hinder wel aanzienlijkbeperkt worden. <strong>Aquafin</strong> wordt erkend als voortrekker op hetgebied van hinderbeperking door verschillende overkoepelendeinstanties, gemeenten, nutsmaatschappijen en technischepartners. Zowel voor de aanleg van riolering als voor de bouw ofrenovatie van zuiveringsinstallaties volgen we een MinderHinderdraaiboek, dat regelmatig wordt bijgewerkt op basis vanonze ervaringen en die van onze partners.Maatschappelijk verantwoord ondernemen63


64 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong><strong>Aquafin</strong> heeft in <strong>2011</strong> de gezamenlijke aanvulling van derioolbeheerders op het Standaardbestek 250 voor deWegenbouw mee vorm gegeven. Dat was een initiatief vanVlario om de eenvormigheid van bestekken te bevorderen.Naast meer technische zaken, werden ook een groot aantalMinder Hindermaatregelen van <strong>Aquafin</strong> toegevoegd aan denieuwe versie. Intern werkten we aan een standaardisatie vande haalbaarheidstudies, die worden uitgevoerd door studie -bureaus om het meest geschikte tracé te kiezen. Een zorgvuldigeuitvoering van die studie is zeer belangrijk om de doorlooptijdvan een project zo kort mogelijk te houden en extra kosten tevermijden. Ook onze eigen medewerkers worden voordurendgemotiveerd om handelaars en buurtbewoners zoveelmogelijk bij de projecten te betrekken.<strong>Aquafin</strong> wil samen met andere partners in de sectorvan omgevingsvriendelijk werken een noodzaak maken vooraannemers om een attest van goede uitvoering te krijgen.Daartoe werden in <strong>2011</strong> de eerste stappen gezet.Tegelijkertijd wordt onderzocht hoe een beoordeling opomgevings vriendelijkheid een rol kan krijgen in de toewijzingvan opdrachten.INTERNE METING VAN ONZE INSPANNINGENIn de balanced scorecards van de directie Infrastructuurwordt opgevolgd of de vereiste informatievergaderingen voorde buurt wel degelijk worden georganiseerd. In <strong>2011</strong> hebben er195 plaats gevonden. We volgen ook op of de projectinformatieop de website voldoende vaak vernieuwd wordt. Voor deprojectmanagers, gebiedsingenieurs en account managersorganiseerden we opleidingen ‘Klantvriendelijke communicatieen agressiemanagement’ en ‘Communicatie- en spreek -technieken voor gevorderden’, met een focus op infoavond 1en infoavond 2.AWARD VOOR AANNEMERSEN STUDIEBUREAUSIn oktober <strong>2011</strong> reikten we de jaarlijkse awards uitwaarmee we kwaliteitsvol en omgevingsvriendelijkwerken waarderen. De Minder Hinder award werd voorde vijfde keer uitgereikt aan de aannemer van riolerings -werken die het meest rekening hield met de omgevingwaarin gewerkt moest worden. De jury rangschikt deaannemers die meer dan één project voor het bedrijfhebben uitgevoerd volgens 5 criteria: de Minder Hinderinspanningenvan de aannemer, gecombineerd met deveiligheidsstatistieken, schadegevallen, noodoproepen enhet aantal klachten. Dit jaar viel Wegenwerken De Moorin de prijzen, een bedrijf dat al verschillende jarengenomineerd was.Een vlotte projectuitvoering start natuurlijk al bij hetontwerp. <strong>Aquafin</strong> reikte daarom voor de tweede keer eenaward uit aan het studiebureau dat het afgelopen jaarhet meest kwalitatief, kostenbewust en klantgericht tewerk ging. Bureau Cnockaert, dat vorig jaar ook algenomineerd was, kaapte nu de award weg.Na de uitvoering van een rioleringsproject houden weeen enquête bij de leidend ingenieur van het studiebureau,de projectmanager, de werftoezichter, de verantwoordelijkevan de Technische dienst van de gemeente/stad enverantwoordelijken van andere betrokken besturen die dewerken mee hebben opgevolgd. Zo gaan we na in welke mateonze waarden en besteksvoorschriften worden gerespecteerdop de werf.


Anderzijds voert <strong>Aquafin</strong> na werken in dichtbewoondegebieden ook een tevredenheidsonderzoek uit bij de buurt -bewoners. Zo gaan we na of we tijdens de werken voldoendegecommuniceerd hebben en of de genomen maatregelen dehinder daadwerkelijk beperkt hebben. De resultaten van beideonderzoeken worden aan de projectmanager bezorgd, die zevoorlegt op één van de laatste werfvergaderingen. Zo krijgenzowel medewerkers van <strong>Aquafin</strong> als de aannemer en degemeente de kans om eruit te leren en te bespreken of dewerkwijze al dan niet bij volgende projecten moet wordenaangepast.Telkens ging er een ruime groep mensen op ons aanbod in.Tijdens zo’n bezoek leggen we uit hoe de installatiefunctioneert en hoe ze maximaal werd aangepast om zo goedmogelijk in de buurt geïntegreerd te worden. Scholen enverenigingen kunnen op weekdagen op 24 installaties terechtvoor een geleid bezoek. We registreerden in totaal 750 groeps -bezoeken. Daarnaast stelt <strong>Aquafin</strong> educatief materiaal terbeschikking van scholen, verenigingen en gemeenten.RWZI Adinkerke is specifiek uitgerust om jonge bezoekers teontvangen, naar aanleiding van een akkoord tussen Plopsalanden <strong>Aquafin</strong> voor de bouw van de installaties op een gronddie eigendom was van het pretpark.ENQUÊTES UITGEVOERD IN <strong>2011</strong>73 technische enquêtes, waarvoor 317 formulieren werdenuitgestuurd. De responsgraad was 71%.56 tevredenheidsonderzoeken, waarvoor 8.925 formulierenwerden verstuurd. De responsgraad was 12%.OMBUDSMAN ALS BEMIDDELAAR TUSSENBURGER EN BEDRIJFIn <strong>2011</strong> registreerde de ombudsman 370 ontvankelijkeklachten. 71% had te maken met werken in uitvoering en 29%ging over de bestaande infrastructuur. Twee soorten klachtenspringen eruit: lawaai-, trillings- en geurhinder, gevolgd dooreen onvoldoende goed herstel in oorspronkelijke staat vanprivaat terrein of openbaar domein. Een kleine groep betreftde moeilijke toegankelijkheid van straten en woningen.Ondanks onze inspanningen gaat een klein percentagevan de klachten nog steeds over ontoereikende of nietgeactualiseerdecommunicatie over aanvang, duurtijd enverdere planning van de werken.DRAAGVLAK VERGROTEN BIJ HET BREDEPUBLIEKOm onze activiteiten bekender te maken bij het grote publiek,hebben we in <strong>2011</strong> drie reportages gemaakt die werdenuitgezonden op alle regionale TV-zenders. Daarmee hebbenwe meer dan één miljoen kijkers bereikt.We adverteerden in elke editie van het ledenblad vanNatuurpunt en leverden ook redactionele bijdragen voorLokaal (VVSG) en een aantal gemeentelijke informatiebladen.Om onze naambekendheid bij het grote publiek te vergroten,stapten we opnieuw mee in de Big Jump. Naast sponsoringvan het evenement, waren ook medewerkers van <strong>Aquafin</strong> zelfaanwezig op alle officiële springplaatsen.We verstuurden 67 persberichten, de meeste in het kadervan lopende of aangekondigde projecten. De preciezeactiviteiten van <strong>Aquafin</strong> zijn de jongste jaren beter bekend bijde lokale pers. Door de nationale pers worden we steeds meerbeschouwd als kenniscentrum voor vragen rond rioolbeheer,waterzuivering en alle andere aspecten van de water -zuiverings cyclus.Vorig jaar werd een klachtenmatrix opgesteld, waarbijontvangen klachten worden getoetst aan het risicomodel vanhet bedrijf, in functie van de frequentie en de ernstgraad vande klachten.BEZOEKEN AAN ZUIVERINGSINSTALLATIESWe tonen onze installaties en onze realisaties omdat wetrots zijn op ons werk. In <strong>2011</strong> organiseerde <strong>Aquafin</strong> voor deinwoners van zeven wijken waarin een nieuwe zuiverings -installatie gebouwd werd, de mogelijkheid tot een bezoek aande afgewerkte installatie.Maatschappelijk verantwoord ondernemen65


66 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Zorg voormedewerkersDe sterkte van <strong>Aquafin</strong> ligt in onze kennis en ervaring metde hele afvalwatercyclus. Vermits kennis wordt opgebouwd doormensen, vormen onze medewerkers het hart van het bedrijf.We willen garant staan voor een stimulerende werkomgeving enveilige werkomstandigheden, zodat we geëngageerde mensenkunnen blijven aantrekken en behouden.In <strong>2011</strong> hebben we samen met de sociale partners werkgemaakt van een transparant loonbeleid waarin zowel waarden encompetenties als prestaties worden beloond. Daardoor hebben demedewerkers zelf de groei van hun loon meer in de hand. Ook defunctiebeschrijvingen worden in de loop van 2012 vereenvoudigd,eveneens om de transparantie te vergroten.VERANTWOORDELIJKHEID TERUGNAAR DE WERKVLOEREen correct loon is een basisvoorwaarde, maar niet voldoendeom competente medewerkers aan te trekken en te behouden.Echte jobtevredenheid wordt bepaald door de mogelijkheid totpersoonlijke groei, voldoende autonomie, ruimte en vrijheid om jewerk zelf te organiseren, en een goede balans tussen werktijd enprivé-tijd. <strong>Aquafin</strong> wil ook aan deze behoeften tegemoet komendoor de overgang naar procesgericht werken binnen de organisatie.


INVESTEREN IN MENSEN<strong>Aquafin</strong> spant zich in om een omgeving te bieden waarinelke medewerker optimaal kan werken en zich kan ontwikkelen.Bij de selectie wordt niet alleen gekeken naar de geschiktheidvan de kandidaat voor de functie, maar ook naar zijn of haarinpasbaarheid binnen het team en de waarden van het bedrijf.We hebben in <strong>2011</strong> verder werk gemaakt van de opleiding vanpeters en meters voor de nieuwkomers, zodat die zich snelkunnen thuis voelen in het bedrijf.Om de bedrijfsdoelstellingen te realiseren en medewerkerste motiveren, is een constante aandacht voor opleiding enontwikkeling een noodzaak. Het opleidingsgemiddelde bedraagtruim drie dagen per persoon en per jaar. <strong>Aquafin</strong> investeertook sterk in een gerichte en uitgebalanceerde opleiding voorde leidinggevenden, die als coach een cruciale rol vervullen inde ontwikkeling van hun medewerkers. In <strong>2011</strong> werden ooksociale media in het bedrijf geïntroduceerd om kennisdelingte stimuleren.BALANS WERK-PRIVÉEen goede balans tussen werk en privé-leven staat bijde meeste mensen hoog op het verlanglijstje bij de zoektochtnaar een job. Bij <strong>Aquafin</strong> zijn er flexibele werkuren vantoepassing. Om het fileleed van zijn medewerkers teverminderen, opende <strong>Aquafin</strong> in 2009 twee satellietkantoren.Zowel in Herentals als in Gent heeft het bedrijf kantoorruimteter beschikking voor mensen die in die regio wonen, of aanprojecten in de buurt werken. Ook naar rekrutering vannieuwe medewerkers zijn de satellietkantoren een sterke troefvoor <strong>Aquafin</strong>. In 2012 voeren we een experiment uit met‘hotspots’ in verschillende teamcentra in het Dijlebekken,zodat medewerkers die al op de baan zijn, zich minder vermoeten verplaatsen om bureauwerk uit te voeren. We zullenook uittesten of een derde satellietkanoor in Leuvenvoldoende rendabel is.DIALOOG TUSSEN MEDEWERKERSEN MANAGEMENTResultaten van werkgroepen worden bekend gemaakt viaposters, nieuwsbrieven en middagvergaderingen, die ookopgenomen worden en later via het intranet verspreidworden. Op aanvraag worden thema’s ook mondelingtoegelicht buiten het hoofdkantoor. Elke week wordt internde agenda verspreid met de punten die aan bod kwamen opde vergadering van het directiecomité.ENGAGEMENT NAAR ALLE MEDEWERKERSIn <strong>2011</strong> heeft een bedrijf een duidelijk engagementnaar de medewerkers uitgeschreven. <strong>Aquafin</strong> wil jobsbieden die iedereen de mogelijkheid geven omtechnische kennis met menselijke warmte te combineren.We stimuleren ieders unieke talenten en moedigencreatief denken aan om tot de meest geschikte oplossingvoor onze klanten te komen. We garanderen expliciet eenveilige werkomgeving en creëren voldoende ruimte omprivé-tijd en werktijd met elkaar in balans te brengen.De leidinggevenden krijgen een mondeling verslag van deafgehandelde punten, voor de andere medewerkers wordt ereen samenvatting op het intranet geplaatst. Zo krijgt iedereende kans om op de hoogte te blijven van organisatienieuws enorganisatieveranderingen.Tegelijkertijd stimuleert <strong>Aquafin</strong> bottum-up participatie indenkoefeningen. Bij de uitwerking van het procesgerichtwerken en de vorming van de business units, hebbenverschillende teams van medewerkers suggesties gedaan.De engagementen naar onze stakeholders werden afgetoetsttijdens een World Café, waaraan maar liefst 30% van demedewerkers heeft deelgenomen.Maatschappelijk verantwoord ondernemen67


68 <strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>VEILIGE WERKOMSTANDIGHEDENHet preventiebeleid wordt vooral beheerd op de werkvloer.Veiligheidsinstructies- en regels worden niet alleen via dehiërarchische lijn doorgegeven, maar ook op persoonlijke wijzedoor de afdeling Preventie en Veiligheid overgebracht aanelk niveau binnen het bedrijf. De preventiedienst verzorgdehalfjaarlijks de uitwisseling van veiligheidsinformatie ininteractieve sessies met de operationele basis in 101 info -sessies van 2 uur. Bijkomend werden verschillende veiligheids -opleidingen georganiseerd, voor in totaal 396 personen.Nieuwe medewerkers kregen 8 uur veiligheids opleiding eneen begeleidende meter of peter in hun directe werkomgeving.In 2012 zullen we in ons preventiebeleid extra wijzenop de gevaren van afleidende factoren bij de uitvoeringvan risicovolle taken, omdat dat een nevenoorzaak was vande meeste arbeidsongevallen in <strong>2011</strong>. De ernstgraad vande ongevallen lag te hoog voor onze interne doelstelling.Positief is wel dat we in het laatste kwartaal voor het bedrijfeen recordtermijn bereikten van 104 dagen zonder arbeids -ongeval. De ernst-maal-frequentiegraad van ongevallen ligtnog steeds drie keer lager dan het gemiddelde voor dechemiesector in 2010. In onze eigen sector haalde <strong>Aquafin</strong>de beste score, al blijft elk ongeval er natuurlijk één te veel.In <strong>2011</strong> zijn we gestart met de veiligheidscoördinatie bijontwerp op 71 transportprojecten en 7 zuiveringsprojecten.De veiligheidscoördinatie bij uitvoering vond plaats voor92 projecten. We hebben indienststellingsonderzoekenuitgevoerd op zuiveringsinstallaties, pompstations en berg -bezinkingsbekkens, 2DWA-leidingprojecten en naar aanleidingvan installatieaanpassingen. Bijkomend werden ook auditsuitgevoerd op bestaande installaties. De BSC-rapportering vande directie Operaties volgt op of onze infrastructuur volledigveiligheidstechnisch in orde is, om ongevallen te voorkomen.In <strong>2011</strong> scoorden we tot nu toe het best voor deze indicator.Om de veiligheid van onze medewerkers te garanderen bijhet beheer van infrastructuur van derden, hebben we ook op41 pompstations die onder een commercieel contract vallenaudits en indienststellingen uitgevoerd.NAAMSBEKENDHEID OP DE ARBEIDSMARKTVERDER GESTEGENEen studie van een onderzoeksbureau onder 300ingenieurs in <strong>2011</strong>, wees uit dat de naamsbekendheid van<strong>Aquafin</strong> verder toegenomen is. Het bedrijf heeft detoppositie ten opzichte van onze concurrenten op dearbeidsmarkt waarmee de vergelijking gemaakt werd.Maar liefst 50% van de bevraagde ingenieurs vindt<strong>Aquafin</strong> een aantrekkelijke organisatie om voor tewerken. <strong>Aquafin</strong> wordt gezien als een bedrijf met visiedat interessant werk aanbiedt en veel opleidings -mogelijkheden geeft. Net zoals vorige jaren blijvende maatschappelijke relevantie van onze opdracht ende relatieve werkzekerheid grote troeven.Schadevrij en veilig werken moeten een evidentie zijn vooronze eigen medewerkers, maar ook voor het personeel vanaannemers en onderaannemers. De evolutie van het aantalopenstaande veiligheidsopmerkingen 10 weken na devoorlopige oplevering van een project wordt opgevolgd in deBSC-rapportering van de directie Infrastructuur. In <strong>2011</strong> warener beduidend minder openstaande veiligheidsinbreuken, watbetekent dat er korter op de bal wordt gespeeld bij bestaandeovertredingen, en dat er aan de basis minder overtredingengebeuren doordat het duidelijk is dat <strong>Aquafin</strong> eennultolerantie aanhoudt. De beste veiligheidsprestaties van detechnische partners worden jaarlijks ook onder debelangstelling gebracht bij de toekenning van een MinderHinder Award.


Maatschappelijk verantwoord ondernemen 69


70<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>


JaarrekeningVerslag van de commissaris 72Balans en resultatenrekening 74Waarderingsregels 86Bijkomende info 89Belangrijkste risicofactoren 90Affectatie-overeenkomst 9171


72<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Verslag van de commissarisVERSLAG VAN DE COMMISSARIS AANDE ALGEMENE VERGADERING DERAANDEELHOUDERS VAN AQUAFIN NV OVERDE JAARREKENING OVER HET BOEKJAARAFGESLOTEN OP 31 DECEMBER <strong>2011</strong>Overeenkomstig de wettelijke en statutaire bepalingen,brengen wij u verslag uit in het kader van ons mandaat vancommissaris. Dit verslag omvat ons oordeel over dejaarrekening evenals de vereiste bijkomende vermeldingen.VERKLARING ZONDER VOORBEHOUD OVERDE JAARREKENINGWij hebben de controle uitgevoerd van de jaarrekeningover het boekjaar afgesloten op 31 december <strong>2011</strong>, opgesteldovereen komstig het in België van toepassing zijndeboekhoudkundig referentiestelsel, met een balanstotaal van€ 3.021.358.732,75 en waarvan de resultatenrekening afsluitmet een winst van het boekjaar van € 9.580.265,23.nVerantwoordelijkheid van de raad van bestuur voor hetopstellen en de getrouwe weergave van de jaarrekeningHet opstellen van de jaarrekening valt onder deverantwoordelijkheid van de raad van bestuur. Deze verant -woordelijkheid omvat: het opzetten, implementeren en instand houden van een interne controle met betrekking tothet opstellen en de getrouwe weergave van de jaarrekeningdie geen afwijkingen van materieel belang als gevolg vanfraude of het maken van fouten bevat; het kiezen entoepassen van geschikte waarderingsregels; en het makenvan boekhoudkundige schattingen die onder de gegevenomstandigheden redelijk zijn.Overeenkomstig deze controlenormen hebben wij controle -werkzaamheden uitgevoerd ter verkrijging van controleinformatieover de in de jaarrekening opgenomen bedragenen toelichtingen. De keuze van deze controlewerkzaamhedenhangt af van onze beoordeling alsook van onze inschattingvan het risico dat de jaarrekening afwijkingen van materieelbelang bevat als gevolg van fraude of het maken van fouten.Bij het maken van onze risico-inschatting houden wij rekeningmet de bestaande interne controle van de vennootschap metbetrekking tot het opstellen en de getrouwe weergave vande jaarrekening ten einde in de gegeven omstandighedende gepaste werkzaamheden te bepalen, maar niet om eenoordeel te geven over de effectiviteit van de interne controlevan de vennootschap. Wij hebben tevens de gegrondheid vande waarderingsregels, de redelijkheid van de betekenisvolleboekhoudkundige schattingen gemaakt door de vennootschap,alsook de voorstelling van de jaarrekening, als geheelbeoordeeld. Ten slotte hebben wij van de raad van bestuuren van de verantwoordelijken van de vennootschap de vooronze controlewerkzaamheden vereiste ophelderingen eninlichtingen verkregen. Wij zijn van mening dat de door onsverkregen controle-informatie een redelijke basis vormt voorhet uitbrengen van ons oordeel.nOordeelNaar ons oordeel geeft de jaarrekening afgesloten op31 december <strong>2011</strong> een getrouw beeld van het vermogen,de financiële toestand en de resultaten van de vennootschap,overeenkomstig het in België van toepassing zijndeboekhoudkundig referentiestelsel.nVerantwoordelijkheid van de commissarisHet is onze verantwoordelijkheid een oordeel over dezejaarrekening tot uitdrukking te brengen op basis van onzecontrole. Wij hebben onze controle uitgevoerd overeenkomstigde wettelijke bepalingen en volgens de in België geldendecontrolenormen, zoals uitgevaardigd door het Instituut vande Bedrijfsrevisoren. Deze controlenormen vereisen dat onzecontrole zo wordt georganiseerd en uitgevoerd dat een redelijkemate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geenafwijkingen van materieel belang bevat.


BIJKOMENDE VERMELDINGENHet opstellen en de inhoud van het jaarverslag, alsookhet naleven door de vennootschap van het Wetboek vanvennootschappen en van de statuten, vallen onder deverantwoordelijkheid van de raad van bestuur.Het is onze verantwoordelijkheid om in ons verslagde volgende bijkomende vermeldingen op te nemen die nietvan aard zijn om de draagwijdte van onze verklaring overde jaarrekening te wijzigen:• Het jaarverslag behandelt de door de wet vereisteinlichtingen en stemt overeen met de jaarrekening.Wij kunnen ons echter niet uitspreken over de beschrijvingvan de voornaamste risico’s en onzekerheden waarmeede vennootschap wordt geconfronteerd, alsook van haarpositie, haar voorzienbare evolutie of de aanmerkelijkeinvloed van bepaalde feiten op haar toekomstigeontwikkeling. Wij kunnen evenwel bevestigen dat deverstrekte gegevens geen onmiskenbare inconsistentiesvertonen met de informatie waarover wij beschikken inhet kader van ons mandaat.• Onverminderd formele aspecten van ondergeschiktbelang, werd de boekhouding gevoerd overeenkomstigde in België van toepassing zijnde wettelijke enbestuursrechtelijke voorschriften.• Wij dienen u geen verrichtingen of beslissingen medete delen die in overtreding met de statuten of hetWetboek van vennootschappen zijn gedaan of genomen.De verwerking van het resultaat die aan de algemenevergadering wordt voorgesteld, stemt overeen met dewettelijke en statutaire bepalingen.Antwerpen, 8 maart 2012Ernst & Young Bedrijfsrevisoren BCVBAvertegenwoordigd doorRonald Van den EckerVennootRef: 12RVE0086Jaarrekening73


74<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Balans en resultatenrekeningBALANS NA WINSTVERDELINGACTIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarVASTE VASTE ACTIVA 20/28 2.841.823.646 2.609.878.006Materiële vaste activa 22/27 2.841.027.061 2.609.105.322Terreinen en gebouwen 22 177.472.127 124.055.184Installaties, machines en uitrusting 23 2.387.830.311 2.228.707.005Meubilair en rollend materieel 24 2.412.177 2.434.681Leasing en soortgelijke rechten 25 932.058 1.150.746Overige materiële vaste activa 26 1.394.815 1.489.176Activa in aanbouw en vooruitbetalingen 27 270.985.574 251.268.529Financiële vaste activa 28 796.585 772.684Verbonden ondernemingen 280/1 693.753 691.974Deelnemingen 280 693.753 691.974Andere financiële vaste activa 284/8 102.832 80.710Aandelen 284 100.062 78.375Vorderingen en borgtochten in contanten 285/8 2.770 2.335VLOTTENDE ACTIVA 29/58 179.535.087 61.137.337Voorraden en bestellingen in uitvoering 3 83.067.381 44.253.419Bestellingen in uitvoering 37 83.067.381 44.253.419Vorderingen op ten hoogste één jaar 40/41 16.767.380 9.312.538Handelsvorderingen 40 11.790.549 5.152.356Overige vorderingen 41 4.976.831 4.160.182Geldbeleggingen 50/53 52.976.316 2.600.000Overige beleggingen 51/53 52.976.316 2.600.000Liquide middelen 54/58 18.435.787 1.154.070Overlopende rekeningen 490/1 8.288.223 3.817.310TOTAAL DER ACTIVA 20/58 3.021.358.733 2.671.015.343


PASSIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarEIGEN VERMOGEN 10/15 1.030.788.194 1.024.917.616Kapitaal 10 210.900.006 198.400.000Geplaatst kapitaal 100 248.400.024 198.400.000Niet opgevraagd kapitaal 101 37.500.018Reserves 13 19.635.855 18.155.855Wettelijke reserve 130 11.036.336 10.556.336Beschikbare reserve 133 8.599.519 7.599.519Overgedragen winst 14 9.303 5.231Kapitaalsubsidies 15 800.243.030 808.356.530VOORZIENINGEN EN UITGESTELDE BELASTINGEN 16 2.257.366 2.402.328Voorzieningen voor risico's en kosten 160/5 2.257.366 2.402.328Pensioenen en soortgelijke verplichtingen 160 513.981 263.244Overige risico's en kosten 163/5 1.743.386 2.139.084SCHULDEN 17/49 1.988.313.172 1.643.695.399Schulden op meer dan één jaar 17 1.568.387.524 1.217.527.696Financiële schulden 170/4 1.568.254.056 1.217.408.148Leasingschulden en soortgelijke schulden 172 1.757.658 2.122.018Kredietinstellingen 173 1.566.496.398 1.215.286.130Overige schulden 178/9 133.468 119.548Schulden op ten hoogste één jaar 42/48 403.816.284 412.568.470Schulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallen 42 157.904.151 140.433.149Financiële schulden 43 84.145.080 142.198.178Kredietinstellingen 430/8 84.145.080 142.198.178Handelsschulden 44 75.572.249 72.093.300Leveranciers 440/4 75.572.249 72.093.300Ontvangen vooruitbetalingen op bestellingen 46 69.073.593 42.204.556Schulden met betrekking tot belastingen, bezoldigingen en sociale lasten 45 9.010.457 8.901.957Belastingen 450/3 1.760.669 1.690.515Bezoldigingen en sociale lasten 454/9 7.249.789 7.211.442Overige schulden 47/48 8.110.754 6.737.330Overlopende rekeningen 492/3 16.109.365 13.599.233TOTAAL DER PASSIVA 10/49 3.021.358.733 2.671.015.343Jaarrekening75


76<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>RESULTATENREKENINGCodes Boekjaar Vorig boekjaarBedrijfsopbrengsten 70/74 426.391.389 362.540.101Omzet 70 382.196.646 336.890.604Toename in de voorraad goederen in bewerking en gereed producten in de bestellingen in uitvoering 71 38.813.962 20.229.026Geproduceerde vaste activa 72 11.674Andere bedrijfsopbrengsten 74 5.380.782 5.408.797Bedrijfskosten 60/64 350.261.834 295.899.275Handelsgoederen, grond- en hulpstoffen 60 89.980.165 82.980.793Aankopen 600/8 89.980.165 82.980.793Diensten en diverse goederen 61 72.992.685 42.601.669Bezoldigingen, sociale lasten en pensioenen 62 59.187.009 55.981.587Afschrijvingen en waardeverminderingen op oprichtingskosten,op immateriële en materiële vaste activa 630 123.917.384 111.261.036Waardeverminderingen op voorraden, bestellingen in uitvoeringen handelsvorderingen (toevoegingen +, terugnemingen -) 631/4 255.269 -244.970Voorzieningen voor risico's en kosten(toevoegingen +, bestedingen en terugnemingen -) 635/7 -144.961 -75.272Andere bedrijfskosten 640/8 4.074.283 3.394.431Bedrijfswinst 9901 76.129.555 66.640.826Financiële opbrengsten 75 2.232.214 844.956Opbrengsten uit vlottende activa 751 2.184.562 729.709Andere financiële opbrengsten 752/9 47.652 115.247Financiële kosten 65 66.803.254 59.500.869Kosten van schulden 650 63.827.754 58.087.176Andere financiële kosten 652/9 2.975.500 1.413.693Winst uit de gewone bedrijfsuitoefening, voor belasting 9902 11.558.515 7.984.913Uitzonderlijke opbrengsten 76 1.779 2.417Terugneming van waardeverminderingen op financiële vaste activa 761 1.779 2.417Winst van het boekjaar voor belasting 9903 11.560.294 7.987.330Belastingen op het resultaat 67/77 1.980.028 909.703Belastingen 670/3 1.980.028 1.149.462Regularisering van belastingen en terugneming van voorzieningenvoor belastingen 77 239.759Winst van het boekjaar 9904 9.580.265 7.077.627TE BESTEMMEN WINST VAN HET BOEKJAAR 9905 9.580.265 7.077.627


RESULTATENVERWERKINGCodes Boekjaar Vorig boekjaarTe bestemmen winstsaldo 9906 9.585.496 7.083.965Te bestemmen winst van het boekjaar 9905 9.580.265 7.077.627Overgedragen winst van het vorige boekjaar 14P 5.231 6.338Toevoeging aan het eigen vermogen 691/2 1.480.000 355.000Aan de wettelijke reserves 6920 480.000 355.000Aan de overige reserves 6921 1.000.000Over te dragen winst 14 9.303 5.231Uit te keren winst 694/6 8.096.194 6.723.734Vergoeding van het kapitaal 694 8.096.194 6.723.734Jaarrekening77


78<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>TOELICHTINGSTAAT VAN DE MATERIELE VASTE ACTIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarTERREINEN EN GEBOUWENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8191P 154.267.674Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8161 54.599.652Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8191 208.867.327Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8321P 30.212.490Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8271 1.182.710Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8321 31.395.200NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 22 177.472.127INSTALLATIES, MACHINES EN UITRUSTINGAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8192P 3.470.722.363Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8162 94.117.201Overboeking van een post naar een andere 8182 186.228.757Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8192 3.751.068.322Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8322P 1.242.015.358Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8272 121.222.654Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8322 1.363.238.011NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 23 2.387.830.311MEUBILAIR EN ROLLEND MATERIEELAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8193P 13.986.492Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8163 1.043.318Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8193 15.029.810Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8323P 11.551.811Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8273 1.065.821Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8323 12.617.633NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 24 2.412.177LEASING EN SOORTGELIJKE RECHTENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8194P 4.373.770Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8194 4.373.770Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8324P 3.223.024Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8274 218.689Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8324 3.441.713NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 25 932.058Waarvan terreinen en gebouwen 250 932.058


TOELICHTINGSTAAT VAN DE MATERIELE VASTE ACTIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarOVERIGE MATERIELE VASTE ACTIVAAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8195P 5.352.758Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8165 133.149Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8195 5.485.907Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8325P 3.863.581Mutaties tijdens het boekjaarGeboekt 8275 227.511Afschrijvingen en waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8325 4.091.092NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 26 1.394.815ACTIVA IN AANBOUW EN VOORUITBETALINGENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8196P 251.268.529Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen, met inbegrip van de geproduceerde vaste activa 8166 205.945.803Overboeking van een post naar een andere 8186 -186.228.757Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8196 270.985.574NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 27 270.985.574STAAT VAN DE FINANCIELE VASTE ACTIVA Codes Boekjaar Vorig boekjaarVERBONDEN ONDERNEMINGEN - DEELNEMINGEN EN AANDELENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8391P 1.938.284Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8391 1.938.284Waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8521P 1.246.310Mutaties tijdens het boekjaarTeruggenomen want overtollig 8481 1.779Waardeverminderingen per einde van het boekjaar 8521 1.244.531NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 280 693.753ANDERE ONDERNEMINGEN - DEELNEMINGEN EN AANDELENAanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8393P 78.375Mutaties tijdens het boekjaarAanschaffingen 8363 21.687Aanschaffingswaarde per einde van het boekjaar 8393 100.062NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 284 100.062ANDERE ONDERNEMINGEN - VORDERINGENNETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 285/8P 2.335Mutaties tijdens het boekjaarToevoegingen 8583 1.675Terugbetalingen 8593 1.240NETTOBOEKWAARDE PER EINDE VAN HET BOEKJAAR 285/8 2.770Jaarrekening79


80<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>TOELICHTINGINLICHTINGEN OMTRENT DE DEELNEMINGENDEELNEMINGEN EN MAATSCHAPPELIJKE RECHTEN AANGEHOUDEN IN ANDERE ONDERNEMINGENAquaplus NVIngberthoeveweg 21B-2630 Aartselaar0462.755.821Aangehouden maatschappelijke rechten - aandelen op naamrechtstreeks aantal: 39.999rechtstreeks %: 99,99Gegevens geput uit de laatste beschikbare jaarrekening per 31 december <strong>2011</strong>eigen vermogen:693.752 euroNettoresultaat:1.779 euroOVERIGE GELDBELEGGINGEN EN OVERLOPENDE REKENINGEN Codes Boekjaar Vorig boekjaarOVERIGE GELDBELEGGINGENTermijnrekeningen bij kredietinstellingen 53 52.976.316 2.600.000Met een resterende looptijd of opzegtermijn van hoogstens één maand 8686 52.976.316 2.600.000OVERLOPENDE REKENINGENUitsplitsing van de post 490/1 van de activaVoorafbetaalde kosten 1.072.129Projecten buiten overeenkomst 1.878.721Aankoop VMM deel eigen vermogen 2.500.574Overlopende rente 2.836.799STAAT VAN HET KAPITAAL EN DE AANDEELHOUDERSSTRUCTUUR Codes Boekjaar Vorig boekjaarSTAAT VAN HET KAPITAALMaatschappelijk kapitaalGeplaatst kapitaal per einde van het boekjaar 100P 198.400.000Geplaatst kapitaal per einde van het boekjaar 100 248.400.024Wijzigingen tijdens het boekjaar Codes Bedragen Aantal aandelenKapitaalsverhoging 50.000.024Gewone aandelen 248.400.024 1.001.613Op naam 8702 1.001.613Niet-opgevraagd Opgevraagd,Codes bedrag niet gestort bedragNiet-gestort kapitaal 101 37.500.018Niet-opgevraagd kapitaalAandeelhouders die nog moeten volstorten: Vlaamse Milieuholding NV 37.500.018


TOELICHTINGVOORZIENINGEN VOOR OVERIGE RISICO’S EN KOSTENUitsplitsing van de post 163/5 van de passivaBoekjaarVoorziene kosten voor laattijdigheid 22.745Voorziene kosten voor juridische geschillen 1.128.600Voorziene kosten voor geschillen mbt de beheersovereenkomst 266.633Voorziene kosten geschillen diverse 162.000Voorziene kosten afvoer slib 163.407STAAT VAN DE SCHULDEN EN OVERLOPENDE REKENINGEN Codes BoekjaarUITSPLITSING VAN DE SCHULDEN MET EEN OORSPRONKELIJKE LOOPTIJD VAN MEER DAN EEN JAAR,NAARGELANG HUN RESTERENDE LOOPTIJDSchulden op meer dan één jaar die binnen het jaar vervallenFinanciële schulden 8801 157.904.151Leasingschulden en soortgelijke schulden 8831 364.419Kredietinstellingen 8841 157.539.731TOTAAL DER SCHULDEN OP MEER DAN ÉÉN JAAR DIE BINNEN HET JAAR VERVALLEN 42 157.904.151Schulden met een resterende looptijd van meer dan één jaar maar hoogstens 5 jaarFinanciële schulden 8802 754.664.888Leasingschulden en soortgelijke schulden 8832 1.689.060Kredietinstellingen 8842 752.975.827Overige schulden 8902 133.468TOTAAL DER SCHULDEN MET EEN RESTERENDE LOOPTIJD VAN MEER DAN 1MAAR HOOGSTENS 5 JAAR 8912 754.798.355Schulden met een resterende looptijd van meer dan 5 jaarFinanciële schulden 8803 813.589.168Leasingschulden en soortgelijke schulden 8833 68.598Kredietinstellingen 8843 813.520.571TOTAAL DER SCHULDEN MET EEN RESTERENDE LOOPTIJD VAN MEER DAN 5 JAAR 8913 813.589.168SCHULDEN MET BETREKKING TOT BELASTINGEN, BEZOLDIGINGEN EN SOCIALE LASTENBelastingenNiet-vervallen belastingschulden 9073 1.760.669Bezoldigingen en sociale lastenAndere schulden met betrekking tot bezoldigingen en sociale lasten 9077 7.249.789OVERLOPENDE REKENINGENUitsplitsing van de post 492/3 van de passivaTe betalen interesten 14.669.305Interest rentemanagement 1.145.256Overige overlopende posten 294.804Jaarrekening81


82<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>TOELICHTINGBEDRIJFSRESULTATEN Codes Boekjaar Vorig boekjaarBEDRIJFSKOSTENWerknemers ingeschreven in het personeelsregisterTotaal aantal op de afsluitingsdatum 9086 892 882Gemiddeld personeelsbestand berekend in voltijdse equivalenten 9087 846 827Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren 9088 1.384.725 1.374.124PersoneelskostenBezoldigingen en rechtstreekse sociale voordelen 620 42.552.326 39.840.095Werkgeversbijdragen voor sociale verzekeringen 621 11.597.101 11.339.140Werkgeverspremies voor bovenwettelijke verzekeringen 622 2.710.733 2.445.765Andere personeelskosten 623 2.216.388 2.270.976Pensioenen 624 110.462 85.611Voorzieningen voor pensioenenToevoegingen (bestedingen en terugnemingen) 635 250.737 -41.822WaardeverminderingenOp handelsvorderingenGeboekt 9112 653.077 539.351Teruggenomen 9113 397.808 784.321Voorzieningen voor risico's en kostenToevoegingen 9115 1.048.072 610.896Bestedingen en terugnemingen 9116 1.193.034 686.168Andere bedrijfskostenBedrijfsbelastingen en -taksen 640 3.666.860 2.778.164Andere 641/8 407.424 616.267Uitzendkrachten en ter beschikking van de onderneming gestelde personenTotaal aantal op de afsluitingsdatum 9096 12 7Gemiddeld aantal berekend in voltijdse equivalenten 9097 8,9 4,4Aantal daadwerkelijk gepresteerde uren 9098 17.338 8.593Kosten voor de onderneming 617 463.557 252.505FINANCIELE EN UITZONDERLIJKE RESULTATENUitsplitsing van de overige financiële opbrengstenOverige financiële opbrengsten 47.652 115.247Uitsplitsing van de overige financiële kostenBankkosten 2.975.326 1.404.710Overige financiële kosten 173 8.983BELASTINGEN EN TAXEN Codes BoekjaarBELASTINGEN OP HET RESULTAATBelastingen op het resultaat van het boekjaar 9134 1.980.028Verschuldigde of betaalde belastingen en voorheffingen 9135 1.980.028


TOELICHTINGCodes Boekjaar Vorig boekjaarBELASTINGEN OP DE TOEGEVOEGDE WAARDE EN BELASTINGEN TEN LASTE VAN DERDENIn rekening gebrachte belasting op de toegevoegde waardeAan de onderneming (aftrekbaar) 9145 129.169.161 113.661.328Door de onderneming 9146 78.389.947 68.864.540Ingehouden bedragen ten laste van derden alsBedrijfsvoorheffing 9147 12.168.810 11.398.789NIET IN DE BALANS OPGENOMEN RECHTEN EN VERPLICHTINGENBoekjaarBELANGRIJKE VERPLICHTINGEN TOT AANKOOP VAN VASTE ACTIVAGegunde nog niet geactiveerde projecten 315.174.844Aankoopverplichtingen 3.901.064BETREKKINGEN MET VERBONDEN ONDERNEMINGEN Codes Boekjaar Vorig boekjaarVERBONDEN ONDERNEMINGENFinanciële vaste activa 280/1 693.753 691.974Deelnemingen 280 693.753 691.974Vorderingen 9291 183.990 96.907Op hoogstens één jaar 9311 183.990 96.907CodesBoekjaarFINANCIELE BETREKKINGEN MET DE COMMISSARIS EN DE PERSONEN MET WIE HIJ VERBONDEN ISBezoldiging van de commissaris 9505 47.755Bezoldigingen voor uitzonderlijke werkzaamheden of bijzondere opdrachtenuitgevoerd binnen de vennootschap door de commissarisAndere opdrachten buiten de revisorale opdrachten 95063 25.000BoekjaarAFGELEIDE FINANCIELE INSTRUMENTEN DIE NIET GEWAARDEERD ZIJN OP BASIS VAN DE REELE WAARDESchatting van de reële waardeHedging Strategies -135.278.690De onderneming heeft geen geconsolideerde jaarrekening en geconsolideerd jaarverslag opgesteld, omdat zij daarvan vrijgesteld is omde volgende reden: de onderneming is zelf dochteronderneming van een moederonderneming die een geconsolideerde jaarrekening,waarin haar jaarrekening door consolidatie opgenomen is, opstelt en openbaar maakt. Op 18 april <strong>2011</strong> besliste de algemene vergaderingunaniem om gebruik te maken van de in artikel 113 W. Venn. voorziene vrijstelling tot consolidatie voor het boekjaar <strong>2011</strong>.MoederondernemingVlaamse Miliueuholding NVOude Graanmarkt 631000 Brussel 10440.019.813Jaarrekening83


84<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>SOCIALE BALANSTotaal of totaal inSTAAT VAN DE TEWERKGESTELDE PERSONEN Codes Voltijds Deeltijds voltijdse equivalenten (VTE)WERKNEMERS INGESCHREVEN IN HET PERSONEELSREGISTERTijdens het boekjaar en het vorige boekjaarBoekjaar Boekjaar Boekjaar Vorig boekjaarGemiddeld aantal werknemers 100 715,4 172,2 845,8 (VTE) 827,3 (VTE)Aantal gepresteerde uren 101 1.178.158 206.567 1.384.725 (T) 1.374.124 (T)Personeelskosten 102 50.112.253 8.964.295 59.076.547,79 (T) 55.895.975,49 (T)Voordelen bovenop het loon 103 488.692,85 (T) 522.229,49 (T)Totaal inCodes Voltijds Deeltijds voltijdse equivalentenOp de afsluitingsdatum van het boekjaarAantal werknemers ingeschrevenin het personeelsregister 105 725 167 851,8Volgens de aard van de overeenkomstOvereenkomst voor een onbepaalde tijd 110 720 167 846,8Overeenkomst voor een bepaalde tijd 111 5 5,0Volgens het geslacht en opleidingsniveauMannen 120 597 63 645,9Secundair onderwijs 1201 350 47 387Hoger niet-universitair onderwijs 1202 162 12 170,6Universitair onderwijs 1203 85 4 88,3Vrouwen 121 128 104 205,9Secundair onderwijs 1211 35 31 58,6Hoger niet-universitair onderwijs 1212 42 44 74,8Universitair onderwijs 1213 51 29 72,5Volgens beroepscategorieBedienden 134 725 167 851,8UITZENDKRACHTEN Codes UitzendkrachtenTIJDENS HET BOEKJAARGemiddeld aantal tewerkgestelde personen 150 8,9Aantal daadwerkelijke gepresteerde uren 151 17.338Kosten voor de onderneming 152 463.557


SOCIALE BALANSTABEL VAN HET PERSONEELSVERLOOPTotaal inTIJDENS HET BOEKJAAR Codes Voltijds Deeltijds voltijdse equivalentenINGETREDENAantal werknemers die tijdens het boekjaarin het personeelsregister werden ingeschreven 205 47 2 48,7Volgens de aard van de overeenkomstOvereenkomst voor een onbepaalde tijd 210 42 2 48,7Overeenkomst voor een bepaalde tijd 211 5 5,0UITGETREDENAantal werknemers met een in het personeelsregisteropgetekende datum waarop hun overeenkomst tijdenshet boekjaar een einde nam 305 32 7 36,7Volgens de aard van de arbeidsovereenkomstOvereenkomst voor een onbepaalde tijd 310 29 5 32,6Overeenkomst voor een bepaalde tijd 311 3 2 4,1Volgens de reden van beëindiging van de overeenkomstPensioen 340 1 1,0Brugpensioen 341 2 1,6Afdanking 342 6 2 7,2Andere reden 343 25 3 26,9INLICHTINGEN OVER DE OPLEIDING VOORDE WERKNEMERS TIJDENS HET BOEKJAAR Codes Mannen Codes VrouwenTotaal van de opleidingsinitiatieven ten laste van de werkgeverAantal betrokken werknemers 5801 686 5811 193Aantal gevolgde opleidingsuren 5802 16.958 5812 4.292Nettokosten voor de onderneming 5803 1.371.250 5813 347.049waarvan brutokosten rechtstreeks verbonden met de opleiding 58032 1.432.889 58131 362.649waarvan ontvangen tegemoetkomingen (in mindering) 58033 61.639 58133 15.600Totaal van de minder formele en informele voortgezetteberoepsopleidingsinitiatieven ten laste van de werkgeverAantal betrokken werknemers 5821 201 5831 119Aantal gevolgde opleidingsuren 5822 1.925 5832 1.126Nettokosten voor de onderneming 5823 91.844 5833 53.729Totaal van de initiële beroepsopleidingsinitiatieven ten lastevan de werkgeverAantal betrokken werknemers 5841 0 5.851 0Aantal gevolgde opleidingsuren 5842 0 5.852 0Nettokosten voor de onderneming 5843 0 5.853 0Jaarrekening85


86<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Waarderingsregels1. OPRICHTINGSKOSTEN - KOSTENKAPITAALVERHOGINGOprichtingskosten worden geboekt tegen aanschaffings -waarde en worden ten laste gelegd van het boekjaar waarinde kosten gemaakt of waarvoor verbintenissen aangegaanworden.Kosten van kapitaalverhogingen zijn ten laste van hetboekjaar waarin de kapitaalverhoging gebeurt.2. MATERIËLE VASTE ACTIVAMateriële vaste activa worden geboekt tegen aanschaffings -waarde, d.i. de aankoopprijs en de bijkomende kosten.Vanaf boekjaar 2003 werd krachtens artikel 196, $ 2 WIB 92opgelegd dat de eerste afschrijvingsannuïteit ten aanzien vantijdens het boekjaar verkregen of tot stand gebrachte vasteactiva slechts als beroepskosten aangemerkt wordt inverhouding tot het gedeelte van het boekjaar waarin de vasteactiva zijn verkregen of tot stand gebracht.Voor het boekjaar 2003, 2004 en 2005 werd hiervoor aan<strong>Aquafin</strong> NV een afwijking toegestaan. Vanaf boekjaar 2006wordt dit artikel integraal toegepast op basis van eenproratering op maandbasis.nVolgende afschrijvingspercentages worden toegepast:voor vaste activa eigen aan het hoofdkantoor- kantoormateriaal: lineair 20,00%- meubilair: lineair 15,00%- rollend materieel: lineair 25,00%- telefooninstallatie: lineair 20,00%- computer hard- en software: lineair 33,00%- installatie- en inrichtingskostenvan gehuurde gebouwen: lineair 33,00%- machines en uitrusting: lineair 20,00%- inrichting labo: lineair 20,00%- geleasde kantoorgebouwen: lineair 5,00%- installatie- en inrichtingskostenvan geleasde gebouwen: lineair 33,00%- hydronautprojecten na oplevering: lineair 6,667%.nvoor vaste activa eigen aan de projectenDeze activa worden overgeboekt van werken in uitvoeringnaar materiële vaste activa op het ogenblik van de opleveringvan een project.Vier klassen worden onderscheiden in functie van huneconomische levensduur. Hiervoor worden volgende afschrijvings -percentages toegepast:- klasse 1: lineair 25,00%- klasse 2: lineair 14,25%- klasse 3: lineair 6,66%- klasse 4: lineair 3,03 %.Volgende investeringen behoren tot klasse 1:Computers, kantoormachines, software, telemetrischeapparatuur, draagbaar gereedschap en uitrusting, radiouitrusting,telecommunicatie-apparatuur, monsternameapparatuur,meetapparatuur, grasmaaiers, laboratorium -uitrusting, personenwagens, lichte bedrijfsvoertuigen.Eveneens tot klasse 1 behoren de sinds 1 januari 2010geactiveerde uitgaven m.b.t. verbeteringen & aanpassingen,gedeelte lichte uitrusting. Deze lijst is niet limitatief.Volgende investeringen maken deel uit van klasse 2:Draagbare pompen, beluchters, mixers en generatorenvan < 25 KW, landbouwuitrusting, renovatie van de gebouwen,meubels, zwaar rollend materieel zoals wagens voor slib,vrachtauto's, tractoren en frontladers. Eveneens tot klasse 2behoren de sinds 1 januari 2010 geactiveerde uitgaven m.b.t.verbeteringen & aanpassingen, gedeelte zware uitrusting.Deze lijst is niet limitatief.Volgende investeringen maken deel uit van klasse 3:Omheiningen, monster- en meetstations, werkplaats -machines, verplaatsbare kranen, of pompen en generatoren> 25 KW, stalen opslagtanks, vaste elektrische en mechanischeuitrusting van nieuwgebouwde installaties. Eveneens totklasse drie behoren de tot 1 januari 2005 genaamdeéénmalige kosten, met uitzondering van verzekeringskosten,schadeclaim kosten, kosten controlebureau en kosten bouw -plaats beschrijving. Eveneens tot klasse 3 behoren de sinds1 januari 2010 geactiveerde uitgaven m.b.t. vervangings -investeringen en verbeteringen & aanpassingen (gedeelteEM). Deze lijst is niet limitatief.


Volgende investeringen maken deel uit van klasse 4:nVoor aankoop van VMM-activaWegen, constructies voor rioolwaterzuiveringsinstallatiesen pompstations, gebouwen, lozingsconstructies, riolen:collectoren, prioritaire riolen, persleidingen, inspectieputten,rolbruggen, beplantingen. Eveneens tot klasse 4 behoren desinds 1 januari 2010 geactiveerde uitgaven m.b.t. verbeteringen& aanpassingen, gedeelte bouwkunde. Deze lijst is niet limitatief.Aanverwante kosten worden, gronden uitgezonderd, bij deoplevering van een project in het resultaat van het boekjaaropgenomen.nVoor vaste activa eigen aan de directie OperatiesVolgende afschrijvingspercentages worden toegepast :- voor de investeringen m.b.t. de renovatie aan terbeschikking gestelde gebouwen: lineair 14,25%- voor de investeringen m.b.t. de oprichting van dienst- ofkantoorgebouwen: lineair 3,03%.Verder worden er twee klassen onderscheiden in functie vande economische levensduur, waarvoor volgende afschrijvings -percentages worden gebruikt :- klasse 1: lineair 25,00%- klasse 2: lineair 14,25%.Niet limitatieve opsomming van de inhoud van klassen 1en 2 is terug te vinden onder het vorige punt.nVoor renovatie van VMM-installatiesDe herstellingswerken waarvoor een technisch plan wordtopgemaakt, worden geactiveerd. Volgens de overeenkomstmet het Vlaamse Gewest zijn dit de herstellingswerken meteen geschatte minimale levensduur van meer dan 7 jaar.Deze activa worden overgeboekt van ‘Werken in uitvoering’naar ‘Overige materiële vaste activa’ op het ogenblik vande oplevering van een project.De opdeling in klassen en de daarmee samenhangendeafschrijvingspercentages zijn analoog aan die voor de vasteactiva eigen aan de projecten.In het kader van addendum 7 aan de beheersovereenkomstworden een aantal VMM-activa aangekocht, gespreid over2010, <strong>2011</strong> en 2012. Voor de aangekochte VMM-activa is eenaanpassing van de bestaande waarderingsregels noodzakelijk.Vermits het gaat om reeds bestaande, operationele installaties,wordt de economische levensduur geschat op 20 jaar.In overeenstemming met het verslag van de raad vanbestuur 2010/101 zijn de waarderingsregels voor deze activaals volgt vastgelegd: de activa, gronden uitgezonderd,aangekocht van VMM, inclusief gerelateerde kosten, wordenlineair afgeschreven over een periode van 20 jaar.Op materiële vaste activa in aanbouw worden geenafschrijvingen geboekt.Op materiële vaste activa kunnen aanvullende ofuitzonderlijke afschrijvingen genomen worden, wanneer doorverandering of wijziging van de economische en technologischeomstandigheden, de gebruikswaarde voor de onderneminglager is dan de boekwaarde.Materiële vaste activa die buiten gebruik zijn of niet meerduurzaam bijdragen tot de activiteit, zullen bijkomendworden afgeschreven zodat de waarde overeenstemt metde geraamde realisatiewaarde.Facturen van activa met een bedrag van minder dan2.500 euro worden onmiddellijk ten laste van het resultaatgenomen met uitzondering van:- activa opgericht in het kader van een goedgekeurdtechnisch plan- voorschotfacturen- facturen die betrekking hebben op gedeelten ofuitbreidingen van activa.Activa aangekocht in het kader van specifieke projectenworden lineair afgeschreven over de looptijd van dezeprojecten.Jaarrekening87


88<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>3. FINANCIËLE VASTE ACTIVADe deelnemingen, aandelen en vastrentende effectenworden gewaardeerd aan aanschaffingswaarde. De bijkomendekosten worden onmiddellijk ten laste van het resultaat geboekt.Waardeverminderingen op deelnemingen en aandelenkunnen worden geboekt in geval van duurzame minder -waarde of ontwaarding, verantwoord door de toestand,de rendabiliteit of de vooruitzichten van de vennootschapwaarin de deelnemingen of aandelen worden aangehouden.Waardeverminderingen worden geboekt wanneer derealisatiewaarde bij het afsluiten van het boekjaar lager ligtdan de boekwaarde.7. LIQUIDE MIDDELENLiquide middelen worden geboekt tegen nominale waarde.Waardeverminderingen worden geboekt wanneer de realisatie -waarde bij het afsluiten van het boekjaar lager ligt dande boekwaarde.4. VORDERINGEN OP MEER DAN ÉÉN JAARVorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waardemet uitzondering van de vorderingen onder de vorm van vast -rentende effecten, die tegen de laagste van volgende waardenworden geboekt, de aanschaffingsprijs of de terugbetalings -prijs. De bijkomende kosten worden onmiddellijk ten laste vanhet resultaat geboekt.Een waardevermindering wordt toegepast indien debetaling op de vervaldag onzeker is.5. VORDERINGEN OP TEN HOOGSTE ÉÉN JAARVorderingen worden gewaardeerd aan nominale waarde.Vastrentende effecten worden gewaardeerd aan het laagstevan volgende bedragen, aanschaffingswaarde of terug -betalingsprijs. De bijkomende kosten worden onmiddellijk tenlaste van het resultaat geboekt.Waardeverminderingen worden toegepast indien voor hetgeheel of een gedeelte van de vordering onzekerheid bestaatover de betaling ervan op de vervaldag.6. GELDBELEGGINGENTegoeden bij financiële instellingen worden gewaardeerdaan nominale waarde. Effecten worden gewaardeerd aan delaagste van volgende bedragen, aanschaffingsprijs of terug -betalingsprijs. De bijkomende kosten worden onmiddellijkten laste van het resultaat geboekt.8. SCHULDENSchulden worden geboekt tegen nominale waarde.9. VREEMDE VALUTASchulden en vorderingen uitgedrukt in vreemde valutaworden bij het afsluiten van het boekjaar gewaardeerd aande wisselkoers van de laatste werkdag van het boekjaar.10. OVERLOPENDE REKENINGENDe overlopende rekeningen worden geboekt en gewaardeerdaan aanschaffingswaarde en in de balans opgenomen vanhet gedeelte dat betrekking heeft op volgend boekja(a)r(en).11. BESTELLINGEN IN UITVOERING -WAARDERING VAN PROJECTEN BUITENDE UITVOERING VAN DE OVEREENKOMSTMET HET VLAAMSE GEWESTKosten opgelopen in het kader van projecten buitende overeenkomst met het Vlaamse Gewest worden in dejaarrekening verwerkt als ‘Bestellingen in uitvoering’.Bestellingen in uitvoering worden gewaardeerd tegende vervaardigingsprijs.


Bijkomende infon Waarderingsmethode t.e.m. boekjaar 2010:Het positief verschil tussen de verkoopprijs en devervaardigingsprijs (winst) wordt pas in de resultatenrekeningtot uitdrukking gebracht na volledige uitvoering van debestelling.Ten aanzien van bestellingen in uitvoering worden opafsluitdatum waardeverminderingen toegepast indien hunvervaardigingsprijs, vermeerderd met het geraamd bedrag vande nog te maken kosten, hoger is dan de netto verkoopprijsof de contractueel bedongen prijs.n Waarderingsmethode vanaf boekjaar <strong>2011</strong>:Op balansdatum wordt een inschatting gemaakt van hetresultaat van het project – verschil tussen de geraamdeverkoopprijs en de vervaardigingsprijs – evenals het stadiumvan afwerking van de projectactiviteiten. Deze afwerkings -graad wordt toegepast op de geraamde vervaardigingsprijs ende verkoopprijs om het bedrag van kosten en opbrengsten tebepalen dat in de resultatenrekening van de periode komt.Indien op afsluitdatum een verlies verwacht wordt op hetcommercieel project, wordt dit onmiddellijk ten laste van hetresultaat genomen.Door de wijziging van de waarderingsregels m.b.t. de inresultaat name van commerciële projecten wordt in <strong>2011</strong>een winst van 1.878.720 euro gerealiseerd.EIGEN VERMOGEN: KAPITAALSUBSIDIESVERVANGEN DOOR ONTVANGENVERGOEDINGEN DRINKWATER -MAATSCHAPPIJEN/VLAAMSE GEWESTDe ontvangen vergoedingen van de drinkwater -maatschappijen/Vlaamse Gewest zijn de vergoedingentoegekend door het Vlaamse Gewest aan de vennootschapuit hoofde van tijdens het afgelopen boekjaar door devennootschap aan het Vlaamse Gewest opgeleverdeinstallaties. Deze vergoeding wordt ten gunste van hetresultaat gebracht ten belope van hetzelfde bedrag vande afschrijvingskost waarop de vergoeding betrekking heeft.nNiet in balans opgenomen rechten en verplichtingenTegoeden op de drinkwatermaatschappijen/VlaamseGewest: 1.495.003.000 euroDeze tegoeden betreffen de nog niet door het VlaamseGewest terugbetaalde investeringskosten van projecten diereeds aan het Vlaamse Gewest werden opgeleverd.OVERDRACHT ACTIVA BIJ AFLOOP VAN DEOVEREENKOMST MET HET VLAAMSE GEWEST<strong>Aquafin</strong> NV houdt de volle eigendom van de installaties dieworden opgericht op terreinen die deel uitmaken van hetopenbaar domein omdat het Vlaamse Gewest gedurende dehele duur van de overeenkomst afziet van het recht totnatrekking. Vanaf het ogenblik dat de overeenkomst afloopt,wordt het eigendomsrecht op deze installaties en anderebouwwerken aan het Vlaamse Gewest overgedragen zonderdat deze tot betaling van enige vergoeding verplicht is.Indien <strong>Aquafin</strong> NV op eigen terreinen allerlei installaties ofandere bouwwerken opricht die onontbeerlijk zijn voor deuitvoering van een technisch plan, dan worden deze na afloopvan de overeenkomst overgedragen aan het Vlaamse Gewestzonder dat dit tot betaling van de vergoeding verplicht is.Jaarrekening89


90<strong>Jaarverslag</strong> <strong>2011</strong>Belangrijkste risicofactorenJURIDISCHE GESCHILLENnBetonproblematiek op RWZI BruggenWateroverlast in een woonwijkDit dossier behandelt schade als gevolg van wateroverlast bijongeveer vierhonderd bewoners van een woonwijk in 1998.Eind 2010 deed de rechter een voor <strong>Aquafin</strong> gunstige uitspraak,waarbij het overgrote deel van de eisen als verjaard, niettoelaatbaar of ongegrond werden beoordeeld. Tegen dezeuitspraak is door de tegenpartijen in april <strong>2011</strong> beroep ingesteld.Bovenstaande ontwikkelingen geven geen aanleiding om devroegere beslissing geen provisie aan te leggen, te wijzigen.VERZEKERINGSDOSSIERSnOnvoldoende betonwapening op RWZI DeurneIn 2007 werd ontdekt dat de wanden van bepaaldebeluchtingsbekkens van de zuiveringsinstallatie van Deurneonvoldoende gewapend waren als gevolg van een ontwerp -fout. Volgens <strong>Aquafin</strong> is dit schadegeval deels gedekt dooronze Alle Bouwplaats Risicoverzekering (ABR) en deels doorde beroepsaansprakelijkheidsverzekering van het betrokkenstudiebureau. In 2008 werd gezocht naar een geschikte herstel -methode, de meest voor de hand liggende herstelperiodeen een geschikte aannemer. In 2009 werd effectief gestartmet het herstel. Op vandaag zijn de werkzaamheden beëindigd.De vragen tot terugbetaling voor de herstelwerken die totnu toe werden ingediend, heeft de ABR-verzekeraar effectiefvergoed. Het niet door de ABR-verzekeraar betaalde bedragwerd in <strong>2011</strong> deels teruggevorderd van het studiebureau datde ontwerpfout maakte en deels van controleorganismedat op de werf actief was. Deze recuperatieprocedures lopen.Voor het niet door de ABR-verzekeraar betaalde gedeelte werdvoorzichtigheidshalve een provisie aangelegd.Bij de voorlopige oplevering van de renovatie vande zuiveringsinstallatie van Brugge werd in een beluchtings -bekken een aftekening van de wapening in het betonvastgesteld. Later kwam vast te staan dat de schade zichverder zet, en niet alleen in dit bekken. Een analyse die <strong>Aquafin</strong>bestelde, duidde twee oorzaken aan: een onvoldoende beton -dekking en verhoogde chloridewaarden. In samenspraak metde aannemer werd een herstelmethode uitgewerkt. Waar nodigmoet de beton worden hersteld en aangevuld. Bijkomend moeter ook een zogenaamde kathodische bescherming wordenaangebracht. De eigenlijke herstelling werd uitgevoerd inde afgelopen jaren en wordt in 2012 voortgezet. De kostenvan het eerst vermelde deel van het herstel worden doorde aannemer gedragen, de kosten van het laatste gedeeltedoor <strong>Aquafin</strong>. Er is een dading afgesloten tussen deverzekeringsmaatschappij en de verzekerden en tussen deverzekerden onderling. De ABR-verzekeraar ACI is voor eenaanzienlijk bedrag tussen gekomen. Dit bedrag dekte enerzijdsde al uitgevoerde herstel- en beschermingsmaatregelen en zalanderzijds dienen om de kost van de nog uit te voeren werkente dekken. In dit dossier wijzen de feiten niet op een noodzaakvan het aanleggen van een provisie.FINANCIËLE VERSLAGENAangezien de systematiek van de beheersovereenkomstvoorziet in een a posteriori goedkeuring van het jaarlijksfinancieel verslag van <strong>Aquafin</strong>, is het niet uit te sluiten datbepaalde vergoedingen uiteindelijk niet worden goedgekeurddoor het Vlaamse Gewest.


Affectatie-overeenkomst<strong>Aquafin</strong> NV heeft tijdens het boekjaar 1994 een affectatieovereenkomstondertekend. Deze overeenkomst tussen<strong>Aquafin</strong> NV, het Vlaamse Gewest, de Europese Investerings -bank en Dexia (Belfius) bepaalt dat, in geval <strong>Aquafin</strong> NV ingebreke blijft, de verplichtingen ten opzichte van zijn langetermijn-financiers na te komen, de aanspraken op hetVlaamse Gewest voor de investeringen en de interesten opde leningen niet langer door het Vlaamse Gewest aan <strong>Aquafin</strong>zullen betaald worden.Deze vergoedingen zullen door het Vlaamse Gewest alssolvens van <strong>Aquafin</strong> aan Dexia (Belfius), dat als agent vande lange termijn-kredietverleners van <strong>Aquafin</strong> optreedt, betaaldworden. Lange termijn-kredieten met een originele looptijdlanger dan of gelijk aan 5 jaar vallen onder deze overeenkomst.Jaarrekening91


AQUAFIN NVColofonVerantwoordelijke uitgever: Luc Bossyns, gedelegeerd bestuurder <strong>Aquafin</strong> NVGrafische vormgeving: Altera • Druk: …Fotografie: fotovdb.com, Jan Locus, Misjel Decleer en medewerkers van <strong>Aquafin</strong> NVHet jaarverslag <strong>2011</strong> is ook beschikbaar in het Engels en het Frans.U kan de drie taalversies downloaden op www.aquafin.be,of extra exemplaren aanvragen via info@aquafin.be


<strong>Aquafin</strong> ontwikkelt en implementeertdoeltreffende oplossingen die zorgenvoor zuivere waterlopen en duurzaamwater(her)gebruik. We spelen proactiefin op te verwachten evoluties inde watersector. Hierdoor brengen wijop maat en in nauwe relatie met onzeklanten de realisatie van de Europesedoelstellingen elke dag opnieuwdichterbij.<strong>Aquafin</strong> NV, Dijkstraat 8, B-2630 AartselaarTel. 03 450 45 11 n fax 03 458 30 20 n e-mail: info@aquafin.be n www.aquafin.beV.U.: Luc BossynsAlso available in English n Aussi disponible en français

Hooray! Your file is uploaded and ready to be published.

Saved successfully!

Ooh no, something went wrong!